De Prins uit hetSprookje
No. 1930S.
LEiDSCH DAGBLAD, Woensdag 14 Februari.
Tweede Blad. Anno 1923.
I Uit het nieuw hszette land.
- UIT DE RAADZAAL
FEUILLETON
EERSTE KA^ER.
TWEEDE KAMER.
De vergadering wordt verdaagd tot he
den édn uur.
De heer Van Schaik heeft aast de Kamer
bericht, dat hij deze week, wegens ver
blijf buitenlands, verhinderd is de verga
deringen bij te wonen.
Stemming.
(Van onzen oïgeo correspondent).
XXI
ESSEN, 7 Febr.
Het is vandaag een lentedag in Essen.
De ramen van mjjn kamer staan wjj'd open
er. de zon schfjbt naar binnen. "Als ik vam
nihn werk opsta om zoo nu en dan eens
naar buiten te kijken, dan ziet alles er
vroolrjk uit: op het pleintje achter het
hotel 13 een man druk bezig met heb uit
kloppen van kleeden, de slagen weerklin
ken tegen den muur; in een tuin evew
verder staan op een beschutte plek een
paar heesters, die overmoedig met huit
eerste groene blaadjes te voorschijn ko
men; plc-intje en tuin zjjn door een hek
afgescheiden van een smalle straat die ach
ter het hotel omloopt en waaraan ver
schillende huizen liggen, het eene hoog,
het andere laag, maar alle vies en grauw
en leeljjk. Haar tóch, vandaag, nu hot
voor het eerst lente is, lijkt het of de zon,
die alles beschijnt, 'de wereld alleen van
zjjs goeden kant laat zien, of alles wad
slecht is door het zonnelicht is verjaagd;
de huizen met hun vieze muren en hun
plaatijzeren schoorsteenen, ze zijn niet lee-
lijik, de tuin waarin -de heesters sta3n,
is geen stadstuin en hst pleintje achter
het hotel is geen nauwe binnenplaats door
muren ingesloten, alles alleen omdat de
zon er op schijnt en nergens anders om.
Er komen oen paar meisjes voorbij uit
een school in de buurt die uit is gegaan,
ze loopen gearmd te zingen, dan een. voer
man met een paard, van den anderen kant
een troepje soldaten met het geweer Op
den schouder, een paar werklui komen .even
later, langs en kijken de soldaten na: zoo
als ik dat alles daar beneden op het straatje
zie langs gaan, zipi er geen Diutscbers
en zjjn er geen Franschen meer, het zijn
alle menschen; in de verte beiaren een
paar kerkklokken, het is niet te begrijpen,
dat er een Eoerbezelting met al zijn on
aangenaamheden bestaat., de wereld door
de zon beschenen en de menschen daarin
bezig, lijkt het geluk zelve.
Maar als ik me omdraai vau het ven
ster, waarvoor ik naar buiten heb staan)
kijken, om weer aan mjjn werk te gaan,
dan zie ik op rnrjn tafel een stapel papie
ren, die me aan het tegenovergestelde her-
inrera. Daar liggen alle mogelijke dagbla
den met blauwe strepen er in, uitknipsels,
papieren, beschreven of getikt, van 'Fran
sche of Duitsche zijde toegezonlen om hun
houding te verklaren of te rechtvaardigen,
verder opschrijfboekjes waarin ik zelf nan-
teekeningen en krabbels gemaakt heb, alles
door elkaar heen om er gek van te worden
als je gauw iets vinden moet. Het getai
paperassen, dat me toegezonden is vaufiuit-
schers of Franschen is pas weer met een
vermeerderd, n.l. een Fransche opsommi.-.g
van wat de Duitscbers in den oorlog ver
meld hebben. Als ik al die bladzijden eens
door kijk en lee3 hoe de Duitscbers stelsel
matig bruggen, waterwegen, huizen, spoor
wegen vernietigd hebben, hoe ze op da
meest doordachte wijze mijnen en fabrieken
onbruikbaar hebben gemaakt voor jaren
lang, hoe ze kostbare machines of naar
Duilschland hebben gesleept, dus kortweg
gezegd: gestolen hebben, of hoe ze, als da
machines niet verplaatst konden worden,
deze tot in do kleinste onderdeel»: ver
nielden, dan is het wel te begrijpen, daS
de Franschen nijdig zijn en eischen dat dit
allee, waardoor een groot gedeelte van hun
nijverheid op onmc-nschwaardige wij-ze werd
te gronde gericht, ook weer door de Duifc-
schers zelf vergoed zal worden
De Fransche overheid heeft hier in Es
sen een Franschen boekwinkel1 opgericht,
waar Fransche bladen en tijdschriften te
kcop zijn. Voor de ramen van dezen boek
winkel' zijn grooto foto's tentoongesteld,
waarop de vernielingen in Noord-Frank
rijk. fabrieken, bulzen en nog veel meer
staan afgebeeld, natuurlijk om de Duit
scbers er nog eens aan te herinneren wat
zij in de oorlogsjaren in Frankrijk heb
ben uitgehaald en tegelijkertijd om te la
ten zien, dat wat de Franschen nu doen,
daarmee vergeleken, keusch zoo erg nog
niet is.
Dat is het dan ook niet, ze vernielen
hier niets, sturen alleen handel, verkeert
en nijverheid grondig in het niet. Was heil
dan ook oorlog, dan zouden we den Fran
schen slechts onze goedkeuring kunnen uit
spreken over hun beschaafde wijze vaM
optreden; maar het is geen oorlog, we
leven zelfs in vollen vrede en dan js hun
manier van doen, niet alleen in de on gen
van een Duitscher, maar ook in 'die van
een onzedige, wel ©enigszins zonderling.
Wil Frankrijk door deee Eoeronderne-
ming. waarvan nog zeer de vraag is of
ze Sagen zal, Duitschland tot verdere be
taling van schadevergoeding brengen, dan
Iza! het dit in het gunstigste geval door
<!v ang kunnen verkrijgen. Doch dit is de
juiste weg niet, een volk van 70 miljoen
Iaat zich op den duur niet dwingen door
een volk van 40 millioen menschen. Had
Frankrijk na den oorlog getracht vriend
schapsbanden tusschen het Duitsche em Fran
sche volk te kweeken, had het er op aan
gestuurd om dien vervloekten haat die tus
schen beide volken bestaat te verminderen,
dan had het ongetwijfeld bij een zeer grooÜ
deel van het Duitsche volk, "dat meer dan
genoeg had van het oorlogvoeren, sympa
thie gevonden, en had het op medewerking]
bij den wederopbouw van de venvoestö
gebieden kmrnea rekenen. Nu bereikt het
juist het tegenovergestelde, het volk wordt
weer tegen Frankrijk geprikkeld en zoa
liefst aan alle schadovergeedingsbetalingen
voorgoed een einde zien gemaakt.
Ik' heb hier op mrjn tafel verschillende
Duitsche bladen voor me liggen: de Vee-
sischo Zeitung,, het Berliner ïageblatt, da
Kölnische Zeitung, de Rheonisch-WestSli-
scho tot de Vorwarts en zeïfj Die Rothe
Fahne toe. Al deze bladen zijn natuurlijk
eenstemmig tegen het Fransch-Betgischa
avontuur, dat alle recht mist. Ook valt
het op hoe de stemming heelemaal nieö
gedrukt is, uit alle3 spreekt de hoop, daü
met het lijdelijk verzet de Fransche dwang
gebroken kan worden en in alle bladen
worden do lezers aangemoedigd de Koer-
bevolking met giften te steunen. Die Rothe
Fahne, het communistische blad, maakü
eenigszins een uitzondering; ze gaat na
tuurlijk hevig te keer tegen den Fran
schen inval, maar scheldt even hard opj
de Duitsche regeering; zelfs de Rnhrhilf^
het verzamelen van giften en levaasmid-
delen voor de Roerbevolking weet ze met
een cynischen blik te bekijken: die kani-
UJisten schenken naiuurljjk niet uit mausch-
liovendheid gicote bedragen voor de Roer-
bevolking, maar alleai uit eigenbelang om
later de arbeiders des te pieer te kunnea
.uitbuiten, dus: weg met do Ruhrhilfe.
Een menschlievend gevoel bezitten en
tegelijk vermogend zijn, scbjjnt bij zoo'3
verzuurde bolsjewiek wel volkomen 'uitge
sleten
He ben ook in het bezat van enkele ar
beiders-bladen, die in het Roergebied uit
komen. Het zjjfn do laatste nummers die
ik kreeg bij mijn bezoek aan de vier groo-
te vakvereenigingen, waarover ik in een
vcrigen brief schreef. Ook in at deze bla
den wordt de vraag geuit: wat komen de
Franschen hier eigenlijk doen? Willen ze
schade-vergoedingen om Noord-Frankrijk op,
te bouwen, laton ze dan vau hier ver
trekken en Duitschland zal verder gaan
te betalen. Ongeveer 40 miljard goudmarki
heeft Duitschland al betaald (in 1872 be
ta: 1de Frankrijk 5 miljard goud-frank),
Duitschland beeft aangeboden om te za-
men met Frankrijk met Duitsche grond
stoffen het verwoeste gebied op to bou
wen, betgeen afgeslagen is; waarom wor
den nu deze 250.000 Fransche soldaten,
die talrijke spoorwegtroepen en -beamb
ten niet in Frankrijk aan heb werk gezet
om de zaak te herstellen, waarom houdt
de Fransche regsoring een groot bezet
tingsleger op do been, dat raillioenen mar
ken aan onderhoud kost, en worden schat
ten aan bewapening besteed, terwijl in
Frankrijk arbeidskrachten tekort komen om
Dubbel beklagenswaardige werkloooen, koti
wordt er mat u gesold! 'i Is no0' niet geuoag.
flat ge door den warwinkel. waario de oor
log de wereld Leeft neergesmakt, beroofd
zgt van uw werk ön dus van uw verdiensten,
die eet1 ondersteuning natuurlijk nimmer zal j
kunner. vervangen, no dn, via uw ellende most
er nog roinste partij-propaganda worden
gemaakt, En is dab op partlj-ve.gaderingen
pf bij andere bijeenkomsten van particulieren
aard 00-' al is bot dan nog nier erg smaak
vol. maar daar moet men bij politiek heele
maal niet mee ar.nkomen nog te verdedi
gen, gedach ig aan het: iedere stem is er
[één, war.mir de officinale colleges misbruikt
worden voor voortzetting der propaganda
der politieke vergadoringen. dan. wordt bet
toch heusch te erg. Is dit in algemeenen zin
gesproken, hoeveel te erger wordt dit nog
bovendien, wanneer bat geschiedt als in de
jongste raadszitting door de sociaal-democra
tische raadsfractie heeft plaats gevonden en
dan speciaal door de heeren Van Eek en
i7an Stralen, dia als de woordvoerders op
traden. Geloodst moest worden, het kostte
wat het wilde, e6n van die voor de natuur-
Jp: tjokvolle tribune en via de pars voor de
rest pasklaar gemaakte donder-spzeches ter
meerdere glorie der partij, de alleen zalig
makende in het groote vraagstuk ook al
was er nu totaal geen reden voor. 't Ver
baasde ons zelfs nog, dat nog niet openlijk
tot B. en W. werd gezegd: wat jullie voor
atellen, ia ons werk, omdat wij er de zweep
achterzet-ten
Hoe toch was de situatie?. Eenvoudig
'deze: B. en W. stelden voor op het Vrijdag
door do werkeloozen in demonstratie over
handigde adres waorop werd aangegeven een
teeks plannen voor werkverschaffing, prae-
advies uit te brengen. Besluiten war au ïm-
mers niet terstond te nemen, er moest voor
bereid worden, te logisch, om daarop nader
te wijr-cn. De voorzitter deed tevens uitko
men, hoe op de te behandelen agenda al
.één dezer plannen voerkwam, hoe voigen-
jde raadsvergadering een voorstel tot het
bouwen van gemeentewege van 162 wonin
gen zou worden behandeld, hoe de verbete
ring van dec Rpsburgerweg in ver gevor
derden staat van verwezenlijking is, noe bij
R en W, is voorbereiding waren pianneto
voor den aanleg van een groot sportterrein,
boe volge-ndo week wederom vier aanbeste
dingen plaats bad den. En om de maat vol te
meten, verzekerde de voorzitter, dat, al wa
ren de tijden er niet direct naar, B. en W.
hu toch met het oog op d'e werkverschaffing
thans allerlei werken wilden doen uitvoeren,
v.ldie wel niet rechtstreeks economisch maar
jdan toch nuttig waren.
Men zou zoo zeggen: drommels, dat valt
mee, vooral als men bedenkt, hoe dit
moet erkend 't zij schijnbaar, 't zij inder
daad, van de tafel van B, en W. geen al te
groote bereidwilligheid was betoond tot dus
ver voor dergelijke plannen, tot werkver
schaffing, waarbij de kwalificaties produc
tie! «i onproductief steeds te pas kwamen.
Hoe 't zij, B. en W. toonden zich echter
voor ieder onbevangen Deoordeelaar ope_ns
van gunstige zijde in het werkloosheidsvraag
stuk, dat alleen te bestrijden is langs den
weg, die nu met volle zeilen blijkbaar zal
worden opgegaan, zelfs rekon'ng houdend
mot da iinanciën enz. Men kon tevreden
Eajn of hoogstens, zoo men niet al te zeer
gerust was op B. on W.'s voortvarendheid
bij het praeadvies op de overige plannen
van. genoemd adres, kalm op ecnigen spoed
'tVan dringen.
Maar dan was er niets te verdienen voor
1de partij. Dus: uitpakken, jongens. En al
gmg dat nu feitelijk niet volgens het regle
ment van orde, 't moest gebeuren en zoo
goed en zoo kwaad als het mogelijk was,
daar de voorzitter de teugels strak^ hield,
gebeurde het ook onder allerlei incidenten
en wat daar zoo bij behoort, 't Is weer eens
fijntjes gezegd, wat? Het groote pleizier zal
er dea heeren echter toch wel zi;ii afgegaan
toen hun nog roodere broeder zelfs hun prac-
tijk sch 'darde als louter: partij-propaganda
[Wat het was. Rn als de neer Van Stralen
werkelijk volgens innige overtuiging zegt.
dat dit niet zoo is, dan kunnen wij daarin
elechts zien een nieuw bewijs van absolute
houdens alle andere motieven?
Roman van G. HARDWIG.
26)
TT ij nam uit zijn portefeuille het papier
en reikte het de Barones over. ,,In dit bij
zonder ge>al is de belijdenis voldoende."
,,Wij zijn. wel in een vreemde pcisitdo ge
raakt," zei mevrouw von Mersbach, zóó
6okerp, da.o het bloed den jongen man
naar heb hoofd steeg. ,,En u beweert, dat
ei' niets zekers over Mia'e afkomst te ver
nemen zou zijn?"
,,Eén ding stellig wel!" antwoordde hij,
terwijl hij zich oprichtte en haar strak
aankeek. ,,Dat haar ouders een massa goe
de eigenschappen bezaten, die nu in de
dochter uitkomenreinheid van hart en
onbewuste kracht om over het lage te zege
vieren." Hij greep naar zijn hoed. „Dat is
ook wel een noodzakelijk iet» voor liet le
ven,- van meer waarde nog dan pandbrie
ven en obligaties. Wanneer deze kiemen
niet in zoo'n groote hoeveelheid in haar
waren geweest, dan zou noch het voor
beeld van juffrouw von Helling nooh het
onderwijs van mijn vader in staat zijn ge
weest, ditt van haar te mak:an. wat er van
haar is gegroeid."
Hij boog, zonder antwoord af te wachten,
fen verliet de kamer.
,,Hoe brutaal!" mompelde mevrouw von
Mersbach, da© zich inwendig beleedigd
Voelde.
Niet ,dat wij tëgen de voteering der gel-
verpolitieking, wat zoo velen en cfus van
iedere kleur en rich ling, belet de zaken te
zien, zooals Zi zijn en niet door een of an
dere bril met gekleurde glazen.
De gemoederen waren nog al warm g»o-
loopen, maar gelukkig zorgde de verdere
gang van zakeu voor afkoeling, te meer,
I waar de werktijdverlenging van het gemeen-
tepersoneel werd afgevoerd.
.Veel bijzonders leverde de zitt ng niet meer
op. Hoofdzaak was nog het goedkeuren van
net voorstel tot aanleg van e:-n nieuwe zwera-
inmehting aan de Zijl. Wat z. fust. geschiedde,
behoudens cïat de lieer Eerdmans zich als te
genstemmer wens cuts Descuouwtf te zien en
ziel! ook afs zoodanig ontpopte, in ieder
geval, aldus toonend den moed der overtui
ging. Wij kregen toch sterk den indruk,
vooral na hetgeen de heer Wilmer zoo zljde-
I lings en ©enigszins schampe.ïjes zooaïs bij
het voorstel tot afkeuring van een TOjtal
woningen, n.l. dat er wel geld zou zijn voor
woningbouw ter opruiming van krotten, zie
deze crediet-aanvrage van f95.000, dat er
feitelijk nog wel meer verzet was, dat ech
ter niet tot uiting durfde komen. Stond ach
ter dit voorstel niet werkverschaffing be
den zijn, verre van dien, maar dit frappeerde
toch. Ook los van de werkverschaffing is er
toch alles ta zeggen om de afgekeurde in
richting te remplaceeren, iets, waarop dl
zoo lang is gewacht. De motieven behoeven
niet nader te worden ontwikkeld.
Waarom de heer Dubbeldeman nu nog met
zijn raad kwam om niet aan da Ztfl maar aan
den R jjns burger wegMaredijk de inrichting
te plaatsen, begrepen we niet al te best.
De plaats op zichzelf zou zeker slechter
gelegen zijn en zoo het denkbeeld van com
binatie met een ijsbaan mogelijk ware wjj
meen en met de ontkenners in den raai van
niet dan kan dit even goed aan de Zjl.
Trouwens, we begrepen evenmin den her
haalden tegensanl Vao den heer Dubbaide-
man, gesteund tfoor ai zijii pari^geneoten,
den heer Van Stralen intgezonderd, tegen
het onbewoonbaar-verklaren van reeds ge
noemde woningen. Zeker, het is Ij'iaas ia de
practijk niet veel meer dan komedie, de be
woners blijVen wonen, daar er geen andere
huizen voor hen zijn en vooreerst wei niet
zullen komen ook, zooaTs van de tafel van B.
en W. grif werd erkend, doch waarom mag
niet officieel worden vastgelegd, wat waar
is? De huizen worden zoo tenminste ge-
teekend en er is een kansje om in ieder
geval nieuwe bewoners te kunnen weren;
als bloote ïormufe opgevat, is er echter niet
het minste bezwaar tegen., 't Is zelfs eer
der een pressie om aan te zetten tot bouwen
wen dan bet tegendeel, waarvoor da lieer D.
blijkbaar vreesde.
Voor het eerst noemden B. en W. een c(ju
fer over het woning-tekort, alhier, nl. 575.
't Lijkt wat optimistisch maar we hopen, dat
het juist is, want dan is de situatie bier niet
hopeloos, gezien de bouwplann -n van B. en
W. en nog eeoige verkregen bouwtoestem-
mingen voor een tweetal bouwvereen"gingen.
Op zichzelf lijkt ons geheel logisch de ge-
dachtengang van B. en W.: eerst alle men
schen een dak boven het hoofd te verschaf
fen voor en aleer aan het opruimen der lirotr
woningen kan worden begoönen, hoe noodig
overigens ook. Beter een slecht dak boven
't hoofd dan heelemaal geen.
Zitting van gisteravond.
Regeling van werkzaamheden.
De VOORZITER stelt voor Woensdag
t>e elf uur in de afdeelingen te onderzoe
ken eenige wetsontwerp cln, w.o. de be
grootingen 1923 voor Suriname en Cura
sao, en voorts, om Woensdagmiddag te
Wee uur in het openbaar aan d© orde te
stellen de Wijziging der L. O.-wet. de
Erfopvolgingswet en de wet tot wijziging
van de wet op de Oranje-Nassau-orde.
Conform besloten.
De vergadering wordt verdaagd tot he
denmiddag twee uur.
Onderwijl had Mia aan liet einde van de
gang de kamer van juffrouw Lüders be
reikt, en stormde binnen.
„Juffrouw Lüdens, wat hebt u het hier
aardig!"
Do zon scheen helder naar binnen en viel
in lichte stralen op dan vloer ein langs de
wanden. Krokussen ein narcissen verspreid
den liun lichtende kleuren in het zonlicht j
om zich heen, alalia's on oann lie-plan ten
stonden prachtig in bloei.
Mia bleef staan en klapte van verrukking
in de handen. Daarmee had zij het hart
van juffrouw Lüders geheel gewonnen.
„Kweekt en verzorgt u die allemaal
zelf
,.Ja zeker, freule."
„Wanneer ik getrouwd ben," riep Mia
uit en daarbij nam haar gezichtje een won
derlijk schoon© uitdrukking aan, „moet
alles om mij heen bloemen zijn. U moet me
dan stekjes geven. Ja, wal u dat doen?"
Nu was juffrouw Lüders in de wolk em.
Zij votnd het heerlijk, dat haar zoo iets
werd gevraagd
„Hé, daar is nu ook nog zoo'n aardig ka
mertje hiernaast!" riep Mia nieuwsgierig
uit. „Is dat ook van u?"
„Mijn slaapkamertje, freule, heel ge
woon
Zij stond reeds op den drempeL
„Zijn dat familieleden, die daar han
gen
„Ja, freule!"
Maar daar, achter die kast, wat is dat
dam? Is dat ook een portret? Mag ik dat
doek er afnemen?"
„Neem, als het u belieft met
Juffrouw Lüders vergat haar eeifoiad,
liep achter Mia aan en trok haar aan haar
japon. Het jonge meisje stond echter al in
Interpellatie-Troelstra.
Het voorstel tot miet-inwilligïng van het
verzoek tot het houden van een interpel
latie inzake den toestand in het Roerge
bied, wordt goedgekeurd met 56 tegen
25 stemmen.
Tt^en de sociaal-democraten, de commu
nisten, de vrijzinnig-democrat en, mej. van
Dorp en de heer De Boer.
Conclusies.
De Kajner handelt een reeks conclusies
van Commissie-verslagen op adressen af.
Wyziging Ongevallenwet.
Aan de orde is de» wijziging der Ongc-
vaMenwet 1921..
Dc heer VAN DIJK (R.-K.) juicht deze
wijziging, die eesn vereenvoudiging is, toe.
Hij dankt den Minister er voor.
De heer DETYS (S.-D.) vraagt hoe de
Minister zich de algemeene vereenvoudi
ging denkt, waarvan deze wijziging een
gedeelte is
D© Minter van Arbeid, de heer AAL-
BERSE, zet uiteen, dat de voorbereiding
der herziening geregeld vordert. Hij be
treurt het, dat de invoering der Ziekte
verzekering niet meer vordert. Het is
echter zijn schuld niet, dat het langzaam
gaat. Hij hoopt, dat het alsnog iets vlug
ger zal gaan, zoodat het niet noodig zal
zijn eem incidenteel© uitvoering der Ziek
tewet te overwegen.
Het ontwerp wordt goedgekeurd.
Bioscoopwet.
Aan de orde is Let wetsontwerp tot be
strijding van de zedelijke en maatechap-
pclijke gevolgen van de bioscoop.
De algemeene beschouwingen worden
geopemd.
De heer DRESSELHUYS (V.-B:) ziet
een enorm instrument voor de bescha
ving in de biosooop, zóó zelfs, dat zij de
Pera op zij zal streven. Noodzakelijk is
het, dat het kind tegen zedenbederf worde
beschermd. Ook de films met een moraal
acht spr. niet gelukkig. De gemeente
lijke keuringeai hebben de ergerlijke prik
kelfilms niet tegengehouden en de cen
trale keuring, die de Regeering wil, zal
dat ook niet geheel kunnen. Spr. heeft in
principe geen bezwaar tegen dat ontwerp,
omdat het de jeugd beschermt. Maar het
ontwerp gaat verder en stelt een censuur
voor volwassenen in. Dat is een nïcrnwe
koers, ook voor dit Kabinet.
De Staat, zei minister Nelisscn. zij
nooit zedonmeester, maar dit ontwerp
breekt met dit stelsel. Wel is het vertoo-
nen van ongekeurde films toegelaten,
maar B. en W. kunnen dan do vergun
ning voor het theater Intrekken. Geregeld
zullen zestig keurmeesters bezig zijn om
Nederland te beschermen teg.n zedenbe
derf. Zullen het allen weer „hoogstaande"
mannen em vrouwen zijn, die dit werk
verrichten? Zal het alleen gaan om uit
wassen uit te snikBen of zal deze regeling
een verdere strekking hebben? De censo
r-em zullen naar hun eigen maatstaven oor-
doelen. Dit ontwerp brengt zelfs het toe
lichtend woord bij de films onder censuur,
en dat is een gevaar, want al spoedig zul
len redevoeringen, die toegelicht worden
cfoor films, onder censuur worden gebracht.
Dc extremisten in de keuringscommissies
zullen het hoogste woord krijgen en -e
Minister zal daartegen ni'ts kunnen doen.
Technisch acht spr. het wetsontwerp al
lesbehalve voldoende. De burgomeestev
krijgt veel te veel macht en de Gemeen
teraad kan verordening"'n maken, die veel
te vor gao.n en die zelfs alle bioscoopbe
zoek voor personen beneden 18 jaar kun
nen verbieden. In dit opzicht gaat het
ontwerp spr. te ver en hij is niet bereid
zijn stem daaraan te ceven.
De heer "RIJTOERS VAN ROZENBURG
(C.-H.) betoogt, dnf de bioscoop geen
waarde heeft en stellig geen kunst is. Een
projectielantaarn met stilstaande platen j
acht hij vee-1 nuttiger. Hij verdedigt een j
alge»m«en verbod voor bioscoopbezoek j
voor personen beneden 18 jaar.
den hoek en trok het omhulsel van het por
tret af.
„Maar dat is prachtig!"
„Freule, zei juffrouw Lüders angstig,
„ik smeek u om er niet over to spreken,
vooral nieit tegen de Barones en ook niet
tegen den ritmeester. Het spijt mij ver
schrikkelijk, dat ik het niet meer heb kun-
I nen verhinderenu was echter te vlug,
freule."
„Ja, maar wie is dat dan?" vroeg Mia,
nog geheel in de war van verbaaing. „Wie
is diat dan toch Die dame kon ik bepaald
zij lijkt op iemand, cSen ik ken
„Op den ritmeester," fluisterde juffrouw
Lüders, terwijl zij angstig omkeek.
„Ja, sprekend Maar hoe komt dit
portret dan in deoe-n verborgen hoek." Dat
»ou toch in het salon moeten hangen."
„Lieve freule, beloof u me, mij niet te
verraden Het zou me mijn betrekking kos
ten."
„Om dit portret? Ik zal niets zeggen."
»,Deze dame is de zuster van mijnheer
den ritmeester," zei juffrouw Lüders
aaohtjes.
Mia zette groote oogon van verbazing.
„Ik heb er nog nooit
„Zij is ook dood voor allen. Het por
tret moest verbrand worden, maar dat kon
ik niet over mijn hart krijgen. Daarom
hangt het hier. Zij was heel lief en goed en
zoo mooi
Mia's blikken werden als vast gehouden
door de trekken van een jong, den kinder
jaren nauwelijks ontgroeid meisje, dat
met haar donkere oogen op haar neerzag
en al haar bewegingen scheen te volgen.
I Een glimlachje lag als een stomme bede op
de even geopende lippen en jeugdige vroo-
lijkheid en geluk straalden van onder haar
cbnk-ero wimpers.
„Lieve Hemel," fluisterde Mia, „on is zij
dood? Nu begrijp ik dat daaraan hier nie
mand wil worden herinnerd. Het is vreo9e-
lijk om er aan te denken. Ik kan niet ge
noeg naar dit mooie portret kijken. Zie
eens, juffrouw Lüders, zie eens hier: die
oogen zien me voortdurend aain 1 Kijk. hier
ook
„Dat is het eigenaardige van heb por
tret. De schilders kunnen dat zóó maken,
zooals ik heb gehoord, dat het iedereen
aanziet, waar men ook staat," antwoordde
juffrouw Lüders, nog altijd ernstig be
zorgd. „Maar wat gebeurd ia, is gebeurd.
We zullen thans het doek er maar weder
over heen hangen."
„Het is toch precies alsof ze mij toelacht,
niet? Een lief gezicht! O, ik zou je wel wil
len kussen 1" riep Mia lachend tegen het
portret. En toch, toen zij zoo lachte, ston
den haar de tranen in de oogen. „Hoe
heette zij?"
„Marianne.
„Arme, arme Marianne!"
„Dat was zij," mompelde juffrouw Lü
ders. Mijnheer de Baron stierf van verdriet
om haar. Voor hem was er geen troost
meer op aarde. Dit is haar laatste aan
denken hier in het «lot."
De bel klonk echel. Verschrikt liet juf
frouw Lüders het doek over het portret
vallen.
„Mevrouw de Barones schelt."
In den loop van den dag verloor Mia het
portret uit baar gedachte. Maar 's nachts,
in haar zoeten slaap, kwam de herinnering
levendig terug.
De deur ging nachtjes open, en over den
drempel schreed het mooie meisj9; precies
zoo, als de schilder haar op het dook had
vereeuwigd, in een wit kleed, do roodo roos
op haar borst, een parelen snoer om haar
hals.
Zij bleef bij de deur staan en knikte Mia
met hetzelfde lachje toe, dat eigenlijk in 't
geheel geen lachje was; veeleer oen smce-
ken de -vraag.
Tóen kwam zij langzaam dichterbij, boog
zich diep over Mia's voorhoofd en kuste
baar.
De droom was voorbij.
Mia richtte zich haastig op. Nog Goheoii
het alsof het witto kleed door do deur
zweefde.
Het was echter sleohts do maneschijn,
die over den muur gleed.
XI.
Den avond i 5ór de bruiloft kwam Rich aid
von Mersbach met vier wekon verlof op
het slot Elbental aan.
Intusschen was hij nog ooiis voor het
doorluchte echtpaar verschenen, loon dit
op het punt stond op zijn lcntercLs te gaan.
Naast zijn moeder en zijn meisje, te mid
den van dern geheelen hofstoet, stond hij
op het perron, om van de vorstelijk© reizi
gers afscheid te nemen.
De salonwagen der Erf prinses geleek op
een bloementuin. De eerste tuinman van
Elbental had den geheelen nacht aan deze
versiering gewerkt.
Nog hield Mersbach roode, geurige anje
lieren in do hand. Daar giing dc deur van
de vorstelijke wachtkamer open. De ge-
heelc hertogelijko familie verscheen. Naast
den W rst betrad Alexandra Louise het
perron.
(Wordt vervolgd).