De Prins uit hetSprookje No. 1930S. LEiDSCH DAGBLAD, Woensdag 14 Februari. Tweede Blad. Anno 1923. I Uit het nieuw hszette land. - UIT DE RAADZAAL FEUILLETON EERSTE KA^ER. TWEEDE KAMER. De vergadering wordt verdaagd tot he den édn uur. De heer Van Schaik heeft aast de Kamer bericht, dat hij deze week, wegens ver blijf buitenlands, verhinderd is de verga deringen bij te wonen. Stemming. (Van onzen oïgeo correspondent). XXI ESSEN, 7 Febr. Het is vandaag een lentedag in Essen. De ramen van mjjn kamer staan wjj'd open er. de zon schfjbt naar binnen. "Als ik vam nihn werk opsta om zoo nu en dan eens naar buiten te kijken, dan ziet alles er vroolrjk uit: op het pleintje achter het hotel 13 een man druk bezig met heb uit kloppen van kleeden, de slagen weerklin ken tegen den muur; in een tuin evew verder staan op een beschutte plek een paar heesters, die overmoedig met huit eerste groene blaadjes te voorschijn ko men; plc-intje en tuin zjjn door een hek afgescheiden van een smalle straat die ach ter het hotel omloopt en waaraan ver schillende huizen liggen, het eene hoog, het andere laag, maar alle vies en grauw en leeljjk. Haar tóch, vandaag, nu hot voor het eerst lente is, lijkt het of de zon, die alles beschijnt, 'de wereld alleen van zjjs goeden kant laat zien, of alles wad slecht is door het zonnelicht is verjaagd; de huizen met hun vieze muren en hun plaatijzeren schoorsteenen, ze zijn niet lee- lijik, de tuin waarin -de heesters sta3n, is geen stadstuin en hst pleintje achter het hotel is geen nauwe binnenplaats door muren ingesloten, alles alleen omdat de zon er op schijnt en nergens anders om. Er komen oen paar meisjes voorbij uit een school in de buurt die uit is gegaan, ze loopen gearmd te zingen, dan een. voer man met een paard, van den anderen kant een troepje soldaten met het geweer Op den schouder, een paar werklui komen .even later, langs en kijken de soldaten na: zoo als ik dat alles daar beneden op het straatje zie langs gaan, zipi er geen Diutscbers en zjjn er geen Franschen meer, het zijn alle menschen; in de verte beiaren een paar kerkklokken, het is niet te begrijpen, dat er een Eoerbezelting met al zijn on aangenaamheden bestaat., de wereld door de zon beschenen en de menschen daarin bezig, lijkt het geluk zelve. Maar als ik me omdraai vau het ven ster, waarvoor ik naar buiten heb staan) kijken, om weer aan mjjn werk te gaan, dan zie ik op rnrjn tafel een stapel papie ren, die me aan het tegenovergestelde her- inrera. Daar liggen alle mogelijke dagbla den met blauwe strepen er in, uitknipsels, papieren, beschreven of getikt, van 'Fran sche of Duitsche zijde toegezonlen om hun houding te verklaren of te rechtvaardigen, verder opschrijfboekjes waarin ik zelf nan- teekeningen en krabbels gemaakt heb, alles door elkaar heen om er gek van te worden als je gauw iets vinden moet. Het getai paperassen, dat me toegezonden is vaufiuit- schers of Franschen is pas weer met een vermeerderd, n.l. een Fransche opsommi.-.g van wat de Duitscbers in den oorlog ver meld hebben. Als ik al die bladzijden eens door kijk en lee3 hoe de Duitscbers stelsel matig bruggen, waterwegen, huizen, spoor wegen vernietigd hebben, hoe ze op da meest doordachte wijze mijnen en fabrieken onbruikbaar hebben gemaakt voor jaren lang, hoe ze kostbare machines of naar Duilschland hebben gesleept, dus kortweg gezegd: gestolen hebben, of hoe ze, als da machines niet verplaatst konden worden, deze tot in do kleinste onderdeel»: ver nielden, dan is het wel te begrijpen, daS de Franschen nijdig zijn en eischen dat dit allee, waardoor een groot gedeelte van hun nijverheid op onmc-nschwaardige wij-ze werd te gronde gericht, ook weer door de Duifc- schers zelf vergoed zal worden De Fransche overheid heeft hier in Es sen een Franschen boekwinkel1 opgericht, waar Fransche bladen en tijdschriften te kcop zijn. Voor de ramen van dezen boek winkel' zijn grooto foto's tentoongesteld, waarop de vernielingen in Noord-Frank rijk. fabrieken, bulzen en nog veel meer staan afgebeeld, natuurlijk om de Duit scbers er nog eens aan te herinneren wat zij in de oorlogsjaren in Frankrijk heb ben uitgehaald en tegelijkertijd om te la ten zien, dat wat de Franschen nu doen, daarmee vergeleken, keusch zoo erg nog niet is. Dat is het dan ook niet, ze vernielen hier niets, sturen alleen handel, verkeert en nijverheid grondig in het niet. Was heil dan ook oorlog, dan zouden we den Fran schen slechts onze goedkeuring kunnen uit spreken over hun beschaafde wijze vaM optreden; maar het is geen oorlog, we leven zelfs in vollen vrede en dan js hun manier van doen, niet alleen in de on gen van een Duitscher, maar ook in 'die van een onzedige, wel ©enigszins zonderling. Wil Frankrijk door deee Eoeronderne- ming. waarvan nog zeer de vraag is of ze Sagen zal, Duitschland tot verdere be taling van schadevergoeding brengen, dan Iza! het dit in het gunstigste geval door <!v ang kunnen verkrijgen. Doch dit is de juiste weg niet, een volk van 70 miljoen Iaat zich op den duur niet dwingen door een volk van 40 millioen menschen. Had Frankrijk na den oorlog getracht vriend schapsbanden tusschen het Duitsche em Fran sche volk te kweeken, had het er op aan gestuurd om dien vervloekten haat die tus schen beide volken bestaat te verminderen, dan had het ongetwijfeld bij een zeer grooÜ deel van het Duitsche volk, "dat meer dan genoeg had van het oorlogvoeren, sympa thie gevonden, en had het op medewerking] bij den wederopbouw van de venvoestö gebieden kmrnea rekenen. Nu bereikt het juist het tegenovergestelde, het volk wordt weer tegen Frankrijk geprikkeld en zoa liefst aan alle schadovergeedingsbetalingen voorgoed een einde zien gemaakt. Ik' heb hier op mrjn tafel verschillende Duitsche bladen voor me liggen: de Vee- sischo Zeitung,, het Berliner ïageblatt, da Kölnische Zeitung, de Rheonisch-WestSli- scho tot de Vorwarts en zeïfj Die Rothe Fahne toe. Al deze bladen zijn natuurlijk eenstemmig tegen het Fransch-Betgischa avontuur, dat alle recht mist. Ook valt het op hoe de stemming heelemaal nieö gedrukt is, uit alle3 spreekt de hoop, daü met het lijdelijk verzet de Fransche dwang gebroken kan worden en in alle bladen worden do lezers aangemoedigd de Koer- bevolking met giften te steunen. Die Rothe Fahne, het communistische blad, maakü eenigszins een uitzondering; ze gaat na tuurlijk hevig te keer tegen den Fran schen inval, maar scheldt even hard opj de Duitsche regeering; zelfs de Rnhrhilf^ het verzamelen van giften en levaasmid- delen voor de Roerbevolking weet ze met een cynischen blik te bekijken: die kani- UJisten schenken naiuurljjk niet uit mausch- liovendheid gicote bedragen voor de Roer- bevolking, maar alleai uit eigenbelang om later de arbeiders des te pieer te kunnea .uitbuiten, dus: weg met do Ruhrhilfe. Een menschlievend gevoel bezitten en tegelijk vermogend zijn, scbjjnt bij zoo'3 verzuurde bolsjewiek wel volkomen 'uitge sleten He ben ook in het bezat van enkele ar beiders-bladen, die in het Roergebied uit komen. Het zjjfn do laatste nummers die ik kreeg bij mijn bezoek aan de vier groo- te vakvereenigingen, waarover ik in een vcrigen brief schreef. Ook in at deze bla den wordt de vraag geuit: wat komen de Franschen hier eigenlijk doen? Willen ze schade-vergoedingen om Noord-Frankrijk op, te bouwen, laton ze dan vau hier ver trekken en Duitschland zal verder gaan te betalen. Ongeveer 40 miljard goudmarki heeft Duitschland al betaald (in 1872 be ta: 1de Frankrijk 5 miljard goud-frank), Duitschland beeft aangeboden om te za- men met Frankrijk met Duitsche grond stoffen het verwoeste gebied op to bou wen, betgeen afgeslagen is; waarom wor den nu deze 250.000 Fransche soldaten, die talrijke spoorwegtroepen en -beamb ten niet in Frankrijk aan heb werk gezet om de zaak te herstellen, waarom houdt de Fransche regsoring een groot bezet tingsleger op do been, dat raillioenen mar ken aan onderhoud kost, en worden schat ten aan bewapening besteed, terwijl in Frankrijk arbeidskrachten tekort komen om Dubbel beklagenswaardige werkloooen, koti wordt er mat u gesold! 'i Is no0' niet geuoag. flat ge door den warwinkel. waario de oor log de wereld Leeft neergesmakt, beroofd zgt van uw werk ön dus van uw verdiensten, die eet1 ondersteuning natuurlijk nimmer zal j kunner. vervangen, no dn, via uw ellende most er nog roinste partij-propaganda worden gemaakt, En is dab op partlj-ve.gaderingen pf bij andere bijeenkomsten van particulieren aard 00-' al is bot dan nog nier erg smaak vol. maar daar moet men bij politiek heele maal niet mee ar.nkomen nog te verdedi gen, gedach ig aan het: iedere stem is er [één, war.mir de officinale colleges misbruikt worden voor voortzetting der propaganda der politieke vergadoringen. dan. wordt bet toch heusch te erg. Is dit in algemeenen zin gesproken, hoeveel te erger wordt dit nog bovendien, wanneer bat geschiedt als in de jongste raadszitting door de sociaal-democra tische raadsfractie heeft plaats gevonden en dan speciaal door de heeren Van Eek en i7an Stralen, dia als de woordvoerders op traden. Geloodst moest worden, het kostte wat het wilde, e6n van die voor de natuur- Jp: tjokvolle tribune en via de pars voor de rest pasklaar gemaakte donder-spzeches ter meerdere glorie der partij, de alleen zalig makende in het groote vraagstuk ook al was er nu totaal geen reden voor. 't Ver baasde ons zelfs nog, dat nog niet openlijk tot B. en W. werd gezegd: wat jullie voor atellen, ia ons werk, omdat wij er de zweep achterzet-ten Hoe toch was de situatie?. Eenvoudig 'deze: B. en W. stelden voor op het Vrijdag door do werkeloozen in demonstratie over handigde adres waorop werd aangegeven een teeks plannen voor werkverschaffing, prae- advies uit te brengen. Besluiten war au ïm- mers niet terstond te nemen, er moest voor bereid worden, te logisch, om daarop nader te wijr-cn. De voorzitter deed tevens uitko men, hoe op de te behandelen agenda al .één dezer plannen voerkwam, hoe voigen- jde raadsvergadering een voorstel tot het bouwen van gemeentewege van 162 wonin gen zou worden behandeld, hoe de verbete ring van dec Rpsburgerweg in ver gevor derden staat van verwezenlijking is, noe bij R en W, is voorbereiding waren pianneto voor den aanleg van een groot sportterrein, boe volge-ndo week wederom vier aanbeste dingen plaats bad den. En om de maat vol te meten, verzekerde de voorzitter, dat, al wa ren de tijden er niet direct naar, B. en W. hu toch met het oog op d'e werkverschaffing thans allerlei werken wilden doen uitvoeren, v.ldie wel niet rechtstreeks economisch maar jdan toch nuttig waren. Men zou zoo zeggen: drommels, dat valt mee, vooral als men bedenkt, hoe dit moet erkend 't zij schijnbaar, 't zij inder daad, van de tafel van B, en W. geen al te groote bereidwilligheid was betoond tot dus ver voor dergelijke plannen, tot werkver schaffing, waarbij de kwalificaties produc tie! «i onproductief steeds te pas kwamen. Hoe 't zij, B. en W. toonden zich echter voor ieder onbevangen Deoordeelaar ope_ns van gunstige zijde in het werkloosheidsvraag stuk, dat alleen te bestrijden is langs den weg, die nu met volle zeilen blijkbaar zal worden opgegaan, zelfs rekon'ng houdend mot da iinanciën enz. Men kon tevreden Eajn of hoogstens, zoo men niet al te zeer gerust was op B. on W.'s voortvarendheid bij het praeadvies op de overige plannen van. genoemd adres, kalm op ecnigen spoed 'tVan dringen. Maar dan was er niets te verdienen voor 1de partij. Dus: uitpakken, jongens. En al gmg dat nu feitelijk niet volgens het regle ment van orde, 't moest gebeuren en zoo goed en zoo kwaad als het mogelijk was, daar de voorzitter de teugels strak^ hield, gebeurde het ook onder allerlei incidenten en wat daar zoo bij behoort, 't Is weer eens fijntjes gezegd, wat? Het groote pleizier zal er dea heeren echter toch wel zi;ii afgegaan toen hun nog roodere broeder zelfs hun prac- tijk sch 'darde als louter: partij-propaganda [Wat het was. Rn als de neer Van Stralen werkelijk volgens innige overtuiging zegt. dat dit niet zoo is, dan kunnen wij daarin elechts zien een nieuw bewijs van absolute houdens alle andere motieven? Roman van G. HARDWIG. 26) TT ij nam uit zijn portefeuille het papier en reikte het de Barones over. ,,In dit bij zonder ge>al is de belijdenis voldoende." ,,Wij zijn. wel in een vreemde pcisitdo ge raakt," zei mevrouw von Mersbach, zóó 6okerp, da.o het bloed den jongen man naar heb hoofd steeg. ,,En u beweert, dat ei' niets zekers over Mia'e afkomst te ver nemen zou zijn?" ,,Eén ding stellig wel!" antwoordde hij, terwijl hij zich oprichtte en haar strak aankeek. ,,Dat haar ouders een massa goe de eigenschappen bezaten, die nu in de dochter uitkomenreinheid van hart en onbewuste kracht om over het lage te zege vieren." Hij greep naar zijn hoed. „Dat is ook wel een noodzakelijk iet» voor liet le ven,- van meer waarde nog dan pandbrie ven en obligaties. Wanneer deze kiemen niet in zoo'n groote hoeveelheid in haar waren geweest, dan zou noch het voor beeld van juffrouw von Helling nooh het onderwijs van mijn vader in staat zijn ge weest, ditt van haar te mak:an. wat er van haar is gegroeid." Hij boog, zonder antwoord af te wachten, fen verliet de kamer. ,,Hoe brutaal!" mompelde mevrouw von Mersbach, da© zich inwendig beleedigd Voelde. Niet ,dat wij tëgen de voteering der gel- verpolitieking, wat zoo velen en cfus van iedere kleur en rich ling, belet de zaken te zien, zooals Zi zijn en niet door een of an dere bril met gekleurde glazen. De gemoederen waren nog al warm g»o- loopen, maar gelukkig zorgde de verdere gang van zakeu voor afkoeling, te meer, I waar de werktijdverlenging van het gemeen- tepersoneel werd afgevoerd. .Veel bijzonders leverde de zitt ng niet meer op. Hoofdzaak was nog het goedkeuren van net voorstel tot aanleg van e:-n nieuwe zwera- inmehting aan de Zijl. Wat z. fust. geschiedde, behoudens cïat de lieer Eerdmans zich als te genstemmer wens cuts Descuouwtf te zien en ziel! ook afs zoodanig ontpopte, in ieder geval, aldus toonend den moed der overtui ging. Wij kregen toch sterk den indruk, vooral na hetgeen de heer Wilmer zoo zljde- I lings en ©enigszins schampe.ïjes zooaïs bij het voorstel tot afkeuring van een TOjtal woningen, n.l. dat er wel geld zou zijn voor woningbouw ter opruiming van krotten, zie deze crediet-aanvrage van f95.000, dat er feitelijk nog wel meer verzet was, dat ech ter niet tot uiting durfde komen. Stond ach ter dit voorstel niet werkverschaffing be den zijn, verre van dien, maar dit frappeerde toch. Ook los van de werkverschaffing is er toch alles ta zeggen om de afgekeurde in richting te remplaceeren, iets, waarop dl zoo lang is gewacht. De motieven behoeven niet nader te worden ontwikkeld. Waarom de heer Dubbeldeman nu nog met zijn raad kwam om niet aan da Ztfl maar aan den R jjns burger wegMaredijk de inrichting te plaatsen, begrepen we niet al te best. De plaats op zichzelf zou zeker slechter gelegen zijn en zoo het denkbeeld van com binatie met een ijsbaan mogelijk ware wjj meen en met de ontkenners in den raai van niet dan kan dit even goed aan de Zjl. Trouwens, we begrepen evenmin den her haalden tegensanl Vao den heer Dubbaide- man, gesteund tfoor ai zijii pari^geneoten, den heer Van Stralen intgezonderd, tegen het onbewoonbaar-verklaren van reeds ge noemde woningen. Zeker, het is Ij'iaas ia de practijk niet veel meer dan komedie, de be woners blijVen wonen, daar er geen andere huizen voor hen zijn en vooreerst wei niet zullen komen ook, zooaTs van de tafel van B. en W. grif werd erkend, doch waarom mag niet officieel worden vastgelegd, wat waar is? De huizen worden zoo tenminste ge- teekend en er is een kansje om in ieder geval nieuwe bewoners te kunnen weren; als bloote ïormufe opgevat, is er echter niet het minste bezwaar tegen., 't Is zelfs eer der een pressie om aan te zetten tot bouwen wen dan bet tegendeel, waarvoor da lieer D. blijkbaar vreesde. Voor het eerst noemden B. en W. een c(ju fer over het woning-tekort, alhier, nl. 575. 't Lijkt wat optimistisch maar we hopen, dat het juist is, want dan is de situatie bier niet hopeloos, gezien de bouwplann -n van B. en W. en nog eeoige verkregen bouwtoestem- mingen voor een tweetal bouwvereen"gingen. Op zichzelf lijkt ons geheel logisch de ge- dachtengang van B. en W.: eerst alle men schen een dak boven het hoofd te verschaf fen voor en aleer aan het opruimen der lirotr woningen kan worden begoönen, hoe noodig overigens ook. Beter een slecht dak boven 't hoofd dan heelemaal geen. Zitting van gisteravond. Regeling van werkzaamheden. De VOORZITER stelt voor Woensdag t>e elf uur in de afdeelingen te onderzoe ken eenige wetsontwerp cln, w.o. de be grootingen 1923 voor Suriname en Cura sao, en voorts, om Woensdagmiddag te Wee uur in het openbaar aan d© orde te stellen de Wijziging der L. O.-wet. de Erfopvolgingswet en de wet tot wijziging van de wet op de Oranje-Nassau-orde. Conform besloten. De vergadering wordt verdaagd tot he denmiddag twee uur. Onderwijl had Mia aan liet einde van de gang de kamer van juffrouw Lüders be reikt, en stormde binnen. „Juffrouw Lüdens, wat hebt u het hier aardig!" Do zon scheen helder naar binnen en viel in lichte stralen op dan vloer ein langs de wanden. Krokussen ein narcissen verspreid den liun lichtende kleuren in het zonlicht j om zich heen, alalia's on oann lie-plan ten stonden prachtig in bloei. Mia bleef staan en klapte van verrukking in de handen. Daarmee had zij het hart van juffrouw Lüders geheel gewonnen. „Kweekt en verzorgt u die allemaal zelf ,.Ja zeker, freule." „Wanneer ik getrouwd ben," riep Mia uit en daarbij nam haar gezichtje een won derlijk schoon© uitdrukking aan, „moet alles om mij heen bloemen zijn. U moet me dan stekjes geven. Ja, wal u dat doen?" Nu was juffrouw Lüders in de wolk em. Zij votnd het heerlijk, dat haar zoo iets werd gevraagd „Hé, daar is nu ook nog zoo'n aardig ka mertje hiernaast!" riep Mia nieuwsgierig uit. „Is dat ook van u?" „Mijn slaapkamertje, freule, heel ge woon Zij stond reeds op den drempeL „Zijn dat familieleden, die daar han gen „Ja, freule!" Maar daar, achter die kast, wat is dat dam? Is dat ook een portret? Mag ik dat doek er afnemen?" „Neem, als het u belieft met Juffrouw Lüders vergat haar eeifoiad, liep achter Mia aan en trok haar aan haar japon. Het jonge meisje stond echter al in Interpellatie-Troelstra. Het voorstel tot miet-inwilligïng van het verzoek tot het houden van een interpel latie inzake den toestand in het Roerge bied, wordt goedgekeurd met 56 tegen 25 stemmen. Tt^en de sociaal-democraten, de commu nisten, de vrijzinnig-democrat en, mej. van Dorp en de heer De Boer. Conclusies. De Kajner handelt een reeks conclusies van Commissie-verslagen op adressen af. Wyziging Ongevallenwet. Aan de orde is de» wijziging der Ongc- vaMenwet 1921.. Dc heer VAN DIJK (R.-K.) juicht deze wijziging, die eesn vereenvoudiging is, toe. Hij dankt den Minister er voor. De heer DETYS (S.-D.) vraagt hoe de Minister zich de algemeene vereenvoudi ging denkt, waarvan deze wijziging een gedeelte is D© Minter van Arbeid, de heer AAL- BERSE, zet uiteen, dat de voorbereiding der herziening geregeld vordert. Hij be treurt het, dat de invoering der Ziekte verzekering niet meer vordert. Het is echter zijn schuld niet, dat het langzaam gaat. Hij hoopt, dat het alsnog iets vlug ger zal gaan, zoodat het niet noodig zal zijn eem incidenteel© uitvoering der Ziek tewet te overwegen. Het ontwerp wordt goedgekeurd. Bioscoopwet. Aan de orde is Let wetsontwerp tot be strijding van de zedelijke en maatechap- pclijke gevolgen van de bioscoop. De algemeene beschouwingen worden geopemd. De heer DRESSELHUYS (V.-B:) ziet een enorm instrument voor de bescha ving in de biosooop, zóó zelfs, dat zij de Pera op zij zal streven. Noodzakelijk is het, dat het kind tegen zedenbederf worde beschermd. Ook de films met een moraal acht spr. niet gelukkig. De gemeente lijke keuringeai hebben de ergerlijke prik kelfilms niet tegengehouden en de cen trale keuring, die de Regeering wil, zal dat ook niet geheel kunnen. Spr. heeft in principe geen bezwaar tegen dat ontwerp, omdat het de jeugd beschermt. Maar het ontwerp gaat verder en stelt een censuur voor volwassenen in. Dat is een nïcrnwe koers, ook voor dit Kabinet. De Staat, zei minister Nelisscn. zij nooit zedonmeester, maar dit ontwerp breekt met dit stelsel. Wel is het vertoo- nen van ongekeurde films toegelaten, maar B. en W. kunnen dan do vergun ning voor het theater Intrekken. Geregeld zullen zestig keurmeesters bezig zijn om Nederland te beschermen teg.n zedenbe derf. Zullen het allen weer „hoogstaande" mannen em vrouwen zijn, die dit werk verrichten? Zal het alleen gaan om uit wassen uit te snikBen of zal deze regeling een verdere strekking hebben? De censo r-em zullen naar hun eigen maatstaven oor- doelen. Dit ontwerp brengt zelfs het toe lichtend woord bij de films onder censuur, en dat is een gevaar, want al spoedig zul len redevoeringen, die toegelicht worden cfoor films, onder censuur worden gebracht. Dc extremisten in de keuringscommissies zullen het hoogste woord krijgen en -e Minister zal daartegen ni'ts kunnen doen. Technisch acht spr. het wetsontwerp al lesbehalve voldoende. De burgomeestev krijgt veel te veel macht en de Gemeen teraad kan verordening"'n maken, die veel te vor gao.n en die zelfs alle bioscoopbe zoek voor personen beneden 18 jaar kun nen verbieden. In dit opzicht gaat het ontwerp spr. te ver en hij is niet bereid zijn stem daaraan te ceven. De heer "RIJTOERS VAN ROZENBURG (C.-H.) betoogt, dnf de bioscoop geen waarde heeft en stellig geen kunst is. Een projectielantaarn met stilstaande platen j acht hij vee-1 nuttiger. Hij verdedigt een j alge»m«en verbod voor bioscoopbezoek j voor personen beneden 18 jaar. den hoek en trok het omhulsel van het por tret af. „Maar dat is prachtig!" „Freule, zei juffrouw Lüders angstig, „ik smeek u om er niet over to spreken, vooral nieit tegen de Barones en ook niet tegen den ritmeester. Het spijt mij ver schrikkelijk, dat ik het niet meer heb kun- I nen verhinderenu was echter te vlug, freule." „Ja, maar wie is dat dan?" vroeg Mia, nog geheel in de war van verbaaing. „Wie is diat dan toch Die dame kon ik bepaald zij lijkt op iemand, cSen ik ken „Op den ritmeester," fluisterde juffrouw Lüders, terwijl zij angstig omkeek. „Ja, sprekend Maar hoe komt dit portret dan in deoe-n verborgen hoek." Dat »ou toch in het salon moeten hangen." „Lieve freule, beloof u me, mij niet te verraden Het zou me mijn betrekking kos ten." „Om dit portret? Ik zal niets zeggen." »,Deze dame is de zuster van mijnheer den ritmeester," zei juffrouw Lüders aaohtjes. Mia zette groote oogon van verbazing. „Ik heb er nog nooit „Zij is ook dood voor allen. Het por tret moest verbrand worden, maar dat kon ik niet over mijn hart krijgen. Daarom hangt het hier. Zij was heel lief en goed en zoo mooi Mia's blikken werden als vast gehouden door de trekken van een jong, den kinder jaren nauwelijks ontgroeid meisje, dat met haar donkere oogen op haar neerzag en al haar bewegingen scheen te volgen. I Een glimlachje lag als een stomme bede op de even geopende lippen en jeugdige vroo- lijkheid en geluk straalden van onder haar cbnk-ero wimpers. „Lieve Hemel," fluisterde Mia, „on is zij dood? Nu begrijp ik dat daaraan hier nie mand wil worden herinnerd. Het is vreo9e- lijk om er aan te denken. Ik kan niet ge noeg naar dit mooie portret kijken. Zie eens, juffrouw Lüders, zie eens hier: die oogen zien me voortdurend aain 1 Kijk. hier ook „Dat is het eigenaardige van heb por tret. De schilders kunnen dat zóó maken, zooals ik heb gehoord, dat het iedereen aanziet, waar men ook staat," antwoordde juffrouw Lüders, nog altijd ernstig be zorgd. „Maar wat gebeurd ia, is gebeurd. We zullen thans het doek er maar weder over heen hangen." „Het is toch precies alsof ze mij toelacht, niet? Een lief gezicht! O, ik zou je wel wil len kussen 1" riep Mia lachend tegen het portret. En toch, toen zij zoo lachte, ston den haar de tranen in de oogen. „Hoe heette zij?" „Marianne. „Arme, arme Marianne!" „Dat was zij," mompelde juffrouw Lü ders. Mijnheer de Baron stierf van verdriet om haar. Voor hem was er geen troost meer op aarde. Dit is haar laatste aan denken hier in het «lot." De bel klonk echel. Verschrikt liet juf frouw Lüders het doek over het portret vallen. „Mevrouw de Barones schelt." In den loop van den dag verloor Mia het portret uit baar gedachte. Maar 's nachts, in haar zoeten slaap, kwam de herinnering levendig terug. De deur ging nachtjes open, en over den drempel schreed het mooie meisj9; precies zoo, als de schilder haar op het dook had vereeuwigd, in een wit kleed, do roodo roos op haar borst, een parelen snoer om haar hals. Zij bleef bij de deur staan en knikte Mia met hetzelfde lachje toe, dat eigenlijk in 't geheel geen lachje was; veeleer oen smce- ken de -vraag. Tóen kwam zij langzaam dichterbij, boog zich diep over Mia's voorhoofd en kuste baar. De droom was voorbij. Mia richtte zich haastig op. Nog Goheoii het alsof het witto kleed door do deur zweefde. Het was echter sleohts do maneschijn, die over den muur gleed. XI. Den avond i 5ór de bruiloft kwam Rich aid von Mersbach met vier wekon verlof op het slot Elbental aan. Intusschen was hij nog ooiis voor het doorluchte echtpaar verschenen, loon dit op het punt stond op zijn lcntercLs te gaan. Naast zijn moeder en zijn meisje, te mid den van dern geheelen hofstoet, stond hij op het perron, om van de vorstelijk© reizi gers afscheid te nemen. De salonwagen der Erf prinses geleek op een bloementuin. De eerste tuinman van Elbental had den geheelen nacht aan deze versiering gewerkt. Nog hield Mersbach roode, geurige anje lieren in do hand. Daar giing dc deur van de vorstelijke wachtkamer open. De ge- heelc hertogelijko familie verscheen. Naast den W rst betrad Alexandra Louise het perron. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 5