De Gruyter's Witte Boonen-Week P de Gruyter Zoon Vuurvast Aardewerk e 9 Bovendien onze 10% extra korting EBke keeper van 1 pond ontvangt V pond EBke kooper van 2 pond ontvangt 3 pond Elke keeper van 4 pond ontvangt pond Elke keeper van 6 pond ontvangt pond m BERUJNSCHE BRIEVEN. LAMP- EN TUINBOUW. VRAGEHRüBRtEK Papenstraat 1, Telef. 336. S Het Nieuwste HOLLAND'S Pannen - Schotels ONTBIJT- KOFFIE- THEE- Serviezen Zie de Etalage! Van Donderdag tl tot en met Woensdag 17 Januari Deze week Is deze reclame alléén geldig in onze Winkels Maarsmanssteeg en Haarlemmerstraat Leiden Zeer verlaagde Prijzen Electr. Ornamenten Oude Efin 5 iwelke brj iedere nieuwe kroning onder- Streept werden door van den troonopvol ger te cischen dat hij de misbruiken, onder zijn voorgangers in zwang gekomen, stipt zou vermijden. Het was vooral t>p het punt van de rechtspraak dat de Raad zich bij die ge legenheden schrap zette. Het was de elfde en laatste Gaston van Bearn, die zich hoorde toevoegen (1436) „dat de ambte naren van de vorsten lieden hadden ge- vangen gezet, gemarteld en verbannen of „ter dood gebracht zonder voorafgaando „openbare aanklacht en onderzoek, zonder „dat de beklaagden werden verdedigd, en „zonder dat het vonnis werd uitgesproken „volgens de rechten en gebruiken des „lands; dat de vorst en zjjn dienaren zich „voortaan daarvan zouden hebben te ont houden; dat er steeds een behoorlijk on derzoek moest voorafgaan; dat de be klaagde gehoord moest worden ter zijner „verdediging; dat de uitspraak moest „plaats hebben in het district waarin do „beklaagde verblijf hield, een en ander zoo- „als geschieden moest volgens „Fors" en gebruik." De bedreiging, reeds vroeger in de „Fors" vervat, werd verscherpt door een nieuw artikel: „als de Heer zijn eed schendt, kan de eed der Staten niet te hunnen nadeele gelden"; m.a.w.hen niet langer binden. Deze laatste Gaston zou blijken, een goed vorst te zijn. Hij verhoogde bet aan zien des lands naar buiten door zijne deel neming aan het verdrijven der Eugelscben uit Frankrijk. Hij ontrukt bun verschei dene versterkte plaatsen en veroverde, ge zamenlijk met Dunois, do belangrijke ves ting Bayonnc. Van zjjn binnenlandsch bestuur wordt gezegd, dat hij zijn eed getrouw bleef en zich zorgvuldig onthield van inbreuken, gelijk onder eenige zijner voorgangers wa ren bedreven. Zijne regeering wordt ge roemd als „des plus beaux et des mieux „remplis." Echter valt pok op hem de verdenking Tan een zware misdaad in zijn eigen fa milie. Zijn schoonzuster, Blanche van Ar- ragon, door haar echtgenoot den Koning van Castilië verstooten, had zekere opvol gingsrechten op den troon van Navarro. Met medewerking van haar eigen vader en van den sluwen Lodewijk XI van'Frank rijk, wiens zuster aan Bearneeschen stam houder was uitgehuwelijkt, werd besloten dat Blanche onder Gaston's hoede zou worden gesteld. Als verblijfplaats werd haar aangewezen dezelfde toren van het vorstelijk slot te Orthez, waarin vroeger de zoon van Gaston Phoebus om het leven was gekomen. Ook haar werd dit verblijf noodlottig en, hoewel ieder bewijs ont breekt, de overlevering wil dat Gaston XI daarin de hand beeft gehad. De rechten van Koningin Blanche gingen nu over op Gaston's vrouw welke inderdaad de kroon van Navarre in het Beamecsclie vorsten huis overbracht. Do dagen van het liuis Foix waren nu spoedig geteld; Gaston's kleinzoon en op volger stierf als knaap (1483) en door het huwelijk zijner zuster met Jean d'AI- bret ging de Kroon in eene nieuwe linie over. Verscheidene voorname mededin- ;ers, waaronder de hertogen van Augou- êmo cn van Alengon, hadden getracht de hand te verwerven van deze erfdochter, Wier grooto rijkdom werd opgeluisterd Boor hare titels van koningin van Navarre, hertogin van Nemours, Bigorre en Eive- gorce, burggravin van Bearn, Castelbon, ïlarsan, Gavardan en Nébouzan. De staten Van Bearn hadden evenwel een woord mêe te spreken en zij waren het die de keuze Op d'Albret lieten vallen. Bearn zou nu spoedig worden meege sleept in den strijd tussclien Frankrijk en Spanje en daarna in de godsdienst-oor logen om zijn latere vorstenhuis, dc Bour bons, wel de Kroon van Frankrijk te zien Verwerven, doch om zichzelf daarbij gaan g< lê deweg in het grootere rijk op to lossen, waarover mijn volgende brief zal handelen. 20 December 1922. H. v. P. Het eerste der daartoe aangewezen geslachten in dat Tan Navaillcs, waarvan thans nog een na zaat een treffendo gelijkenis vertoont met Hen drik IV. Op aardigo wijze is hiervan gebruik go- maakt by do feesten in 1920 ter herinnering aan do aanhechting van Bearn aan Frankrijk in 1620. Do tegenwoordigo graaf de Navailles was toen als Hendrik IV gekleed en bewoog zich, met een aantal anderen in klecdjj van hetzelfde tijdperk, te midden van do feestvierenden in het historische kasteel te Pau. Men meende „le roi vert-galant" in eigen persoon te zienl Bij die gelegenheid vond ik vermeld dat de Graaf onder do voormoedors van Hondrik IV er eene kan aanwijzen, van welke hijzelf eveneens afstamt. Ik verstout mjj hier tot het maken van een nieuw woord; ik kon toch moeieljjk spreken van „vrouwelijke voorvaderen" I De geschriften van Uriel da Costa. (Een Duitech werk over den Holland- eohen philosoof). - Zoo juist is in de Duitsche taal een op zienbarend werk' verschenen dat voor het eerst, voJgens nieuw ontdekte bronnen het gebouw van de leerstellingen van Uriel da Ooeta voor ons optrekt, doordat hot do geschriften van den merkwaardigen reli- gietusen philosoctf uit de 17e eeuw recht streeks en in samenhang tot ons laat spro ken, en tegelijkertijd ons zijn leven schil dert, volgens historische oorkonden. 1) Het boek is het resultaat van do schitte ren do wetenschappelijke arbeid van Oarl Gebhardt, de in Frankfort a. Main leven den philosoof en demoeratisohen politicus, dio het materiaal aan het licht bracht, voor de zuiverheid dor tekst zorg droeg, de Duitsche vertalingen leverde en in een uit voerige inleiding, zoowel als in bijgevoegde registers do resultaten van het onder zoek uitstekend samenvatte. Het is het tweede deel van de „Bibliotheoa Spinoza- na", die door de zorg van de „Societa-s Spinazanae" uitgegeven en tegelijkertijd bij de U n 1 versita ts-Buohhandilun g Oarl Winter in Heidelberg, bij Menno Hertzber ger in Amsterdam en bij de Oxford-Uni versity Press te Londen verschenen is. Gelukkige vondsten hebben het Geb hardt mogelijk gemaakt, dit belangrijke, buitengewoon interessante werk uit te ge ven, dait de geleerden evenzeer als den wij deren kring van ontwikkelden boeien zal. Vier wetenschappelijke instellingen lever den 't leeuwenaandeel tot het tot nog toe ongepubliceerde materiaal dat dè schrijver aan het licht bracht. Ten eerste de collec tie Rosenthal te Amsterdam, welke on- eohatbare verzameling uitgaven van do eep- hardiscthe Gemeente de grondslag van het geheele onderzoek vormde. Bovenal was van gewicht het aldaar bewaarde exem plaar van de „Tratado" van Uriel da Costa's tegenstander, de arts da Silva. Verder doorsnuffelde Gebhardt de biblio- heek van het semenariuin van de Portu- geesch-Israelitische GeoneenJte in Amster dam de gezelligste boekerij van de we reld'-, zooals hij ze noemt, welks schatten van nog ongepubliceerde handschriften dikwijls uitsluitsel gaven, zooala ze ook voor het toekomstige onderzoek nog aller lei ophelderingen beloven. Ten derde wer den nieuwe bronnen gevonden in hot ar chief van genoemde Amsterdamsobo ge meente. Ten vierde in de Frankfurter bi bliotheek met haai* grooto Judaica-Samm- lung. Onder de vabmenschen en geleerden, wio de Duitsche onderzoeker in het bijzon der dankbaarheid verschuldigd is, bevindt zich in de eerste plaats den heer I. M. Hil- lesum, die hem als kundige wegwijzer door do Amsterdamsche literatuur van de 17e eeuw voerde de heer Men des da C-asta van genoemd archief, de grondige kenner van de geschiedenis van do Joodsohe gemeente in Amsterdam. Sigmund Seeligman, den beer Kurb H. Schmidt en wijlen den heer H. Hüttenbaeh, beide oveneens te Am sterdam. De heer Adam Querido in Oude- kerk deed onderzoek naar de in da Costa- graven, nadat hij reeds in het jaar 1920 te samen met Gebhardt de Spinoza-graven ontdekt had. Gebhardt begint zijn grootsch opgezet kunstwerk met de schildering van de stich ting van de sepbardische Gemeente te Am- terdom door Portugeeecho joden, die het Christendom en de vervolgingen der inqui sitie vreezend, in Holland een nieuw va derland en vrijheid van geloof zochten, ter wijl ze tegelijkertijd en zeker niet het minst ook door hun belangstelling in de vooruit strevende, jonge handelsstad Amsterdam aangelokt werden. Velen onder hen be hoorden tot het volk der Marranen, de van Joodsch ras afstammende familie's, die in Portugal na het edikt van 1492 tusschen be keering of verbanning kiezen moesten en tegen hun zin het Christendom aannamen, zonder daardoor de innerlijke samenhang met het Jodendom te verliezen. Ook Ga briel da Costa, zoo luidde oorspronkelijk zijn naam, was een Marraan. Hij is om streets 1585 in Oporto geborentussohen 1612 en 1615 verhuisde do familie naar de Nederlanden. Als alle Marranen was hij een „nieuw Christen", maar in Amster dam, waar de Pcrtugeesohe landverhuizers weer nader kwamen tot het Jodendom, ging ook hij tot de godsdienst van zijn va deren over. Daarbij kreeg hij den nieu»ven voornaam Uriel. Het huis da Costa, waar van we meerdere leden kennen, 6tichfcto toentertijd in Noordelijk Europa verschei dene depots, behalve in Holland ook in Hamburg, waar in 1619 een zekere Abra ham da Costa als een der oprichters van de bank van Hamburg optrad. Gebhardt legt dan het systeem van gods dienstige beschouwingen van Uriel da Costa bloot. Hij volgt de tragische weife- liogen van den man, die zijn overtuiging niet loochenen kon en ze ook dan openlijk bekennen durfde, als ze veranderdevan den man, die als het ware tot twee gods dienstige partijen behoorde en zijn geheele levon onder het grooto conflict leed, waar onder alle Marranen gebukt gingen. Ten slotte onderzoekt de schrijver Uriels be trekkingen tot de leer van Spinoza. Da Costa's beschouwingen concentree- ren zich in de stelling, dat de Joodssche wet niet van God of Mozcs afkomstig is, maar d'at het een „menschelijke uitvinding" is. Hij negeert daardoor de bovenzinnelijkheid van de godsdienst der openbaring en slaat de brug naar de jongere philosofen. „Spi noza begint, waar Da Costa eindigt", for muleert Gebhardt. Dan volgt de afdruk van do «geschrif ten, die we tot nu toe in deze volledigheid niet kenden de „Thesen tegen de Tradi tie" in Hebreeuwschen en Poirtugee- seben oerspr onkel ijken tekst en in Duit sche vertaling de beroemde verhande ling „Over de sterfelijkheid der ziel" (Por- tugeesck en Duitsch) en de autobiographic, genaamd „Exemplar liumanae vitae" („Een voorbeeld van het menschelijke leven". Latijnsch en Duitsch). De inleiding brengt als bekoorlijke versiering twee re productie's van oude, HoUandsche koper gravures, het straataanzicht van de Syna goge van de in 1639 vereenigde gemeenten, waarin de ban over Uriel cla Coeta werd uitgesproken, naar een cts van Picter Per- soy, en het inwendige van dezelfde syna goge, naar een ets van I. Veen huy zen. 1) „De geschriften van Uriel da Costa. Met inleiding, overdracht cn register uit gegeven door Carl Gebhardt. Het gebruik van stalmest. In ons vorig schrijven noemdlen we de groenten teelt, waarbij in dte tuinbpuiWjprak- tijk steeds een groote hoe veelheid stalmest werd gebruikt. Dit niet in de eerste plaats om het aangevoerde plantenvoedsel, vooral ook om de nevenwerking van de natuur- mest. De voedende bestandideelen van dien stalmest komen niet in één jaar. D© be schikking van de planten zoodat ook iü het tweede jaar de uitwerkinfg er van merk baar is. Zoo is het te verklaren dat in tui nen, waar jaarlijks stalmest wordt gebruikt, zich oude kracht ophoopt en dat zulke gronden steeds beter in conditie komen. Meermalen wordt gevraagd, welke van de verschillende stalmestsoocrten 't meest doen, van de te verbouwen gewassen e.d. "Waar de mest in het bijzondr wordt aangewend! voor structuurverbetering, daar wordt hij liefst in verschen, stroorijken toestand onderge- weerkt. De omzetting hebben dan in den bo dem plaats; deze wordt losser, meer poreus. Vooral zware, vochtige gronden komen hiervoor in aanmerking. Lichtere zand gronden, welke meer samenhangend en meer waterhoudend moeten worden gemaakt, zijn beter gediend met vergane specie. Vooral op koude, stijve gronden in die paardeninest op zijn plaats. Vooral met stroo vermengd en ddt laatste doortrokken van do urine. De urine is rijk aan stikstof, wlke spoedig verandert, waarbij veel warm te wordt ontwikkeld. Bovendien is do vaste paardenmest droog en poreus, dus gemak kelijk toegankelijk *voor lucht- Schapen- mest, hoewel afkomstig van een -herkau wend dier, is om dezelfde redenen wann. Niet alleen in do urine arm aan stikstof, maar do vaste mest is fijn verdeeld en slij merig, zoo geen of weinge warmte wordt ontwikkeld. Aan de lucht blootgesteld s de koemest spoedig mot een korst bedekt, waardoor de toetreding van lucht wordt be lemmerd. Voor lachte gronden is koemest zeer gewenscht. Ook de varkensmest wordt tot de koude, hoogstens tot de halfwarme mestsoorten ge rekend. Ook deze mest is, voor structuur verbetering, op de lichte gTonden zeer ge schikt. Welke mestsoort met het oog op de plan- tenvoedende waarde de meest gewensohte is, is moeilijk uit te maken. In hoofdzaak ligt dit aan het feit dat het gehalte zeer sterk uiteen loopt. De waarde van den mest hangt nauw samen met het voeder, dat wordt ge voed. Tevens zal de mest van jong vee en van" melkvee minder stikstof rijk zijn dan van mest vee, omdat een groot gedeelte van het eiwit uit het voer vooo* de vorming van melk en vleesoh wordt gébruikt. Ook in de qualiteit van het strooisel van invloed op den most. Daarbij maakt het een groot ver schil of die mest gemengd is met db urine of wel of beide streng gescheiden worden be waard en aangewend. In het laatste geval idient er rekening mee gehouden, dat de urine zoo goed als geen fosforzuur bevat. Waar de urine heel vaak voor bemesting wordt aangewend, daar dient een fosfor- houdende mest toegevoegd, bijv. superfos- forzuuT in do minderheid komt. De prak tijk spreekt van „dood gieren' van het land. Het best kan men de mest van ver schillende dieren mengen en zal men bij aanwending van 10 14 kruiwagens per 100 M2. goed mesten. In vele tuinen wordt de beer of huisjes- mest gebruikt. Beer bevat gewoonlijk veel stikstof en fosforzuur, weinig kali en kalk. Als gemiddelde samenstelling van Amster- damsche beer geeft A. Mayer op de 1000 deelen 815 water; 5,6 stikstof; 6,9 fosfor zuur; 1,3 'kali. Bij een geregeld gebruik van •beer dient kali toegevoegd, bijv. in den vorm van patentkali of door 20 of 40 kalizout. Vooral het eerste is in den tuin bouw zeer aan te bevelen. Ook dient met de kalikbemestng rekening gehouden en 'doet men goed hiervan om de drie jaar een gift te geven van geblusChtc kalk in het na jaar of tijdens den winter. Bij gebruik van beer bij planten in potten of kuipen, moet deze mest flink met water wolfden verdund, opdat de vaak hooge concentratie van zou ten niet doodend' zal wenken. Ook de vogelmest heeft^ voor de bemes ting veel waarde. Waar men hem verzame len en gebruiken kan, daar is aanwending len en gebruiken kam, daar is aanwending zee raan te bevelen. Bijgaand lijstje geeft aan de gemiddelde samenstelling, resultaat van meerdere onderzoekingen. Op 1000 deelen Duiven- mest Kippen mest Eenden- mest Ganzon- most Koemest vaste Droge Stof 4.81 4.40 4.31 2.29 3.3$ Stikstof 17.6 16,3 10 6.6 2-9 Fasfor- zuur 17.8 6.4 14 6.4 1.7 Kali 10 8.5 C.2 9.2 1 Kalk lö 21 8.4 Ter vergelijking plaatsen we hierbij een overzicht van de bestanddeelen van koe mest. Kippenmest bevat gemiddeld 6 ml. zooveel stikstof a& vaste koemest; 10 maal zcoveel fosforzuur, en plm. 7 maal zooveel kali en 8 maal zooveel kali Waar vogel- mest sterk aan elkaar klevend is daar doet' men goedi tijdens de bewaring te vermengen met tuinaarde. Bij het uitstrooien laat de mest zich dan beter vcfkruimeien. Van verteerbare afvalproducten van huiis en tuin kan een koanposthoop worden ge maakt. Wanneer dlat afval, op een hoop be waard, in den loop van het jaar eens wordt' omgezet, verteert een en ander heter en zal na Va of 1 jaar zijn vergaan. Asch dient' hierbij niet gemengd. Asch bevat wel eeni ge bemestingwaarde en dient afzonderlijk, bijv. in een gat in den grond, bewaarldi Door de kompost- of mesthoop gemengd, zal asch sti-kstofverlïes veroorzaken. Als gemiddelde samenstelling van Gno* ninger kompost gaf het proefstation te Wa- -geningen: vtter 35 a 60 pet. organische stof 14 pet. sHl.Hicif 0,4 h 0,8 pet. fostforzuuir 0,5 pet. en kali 0,30,8 pet. J. S. Vraag. Hoe is de behandeling van de Cyclia1- men in die hudskamcir? J. V. te L. Antw. Vermoedelijk staat uw Cyclamen te wainn. Hoe koeler, too boter de plant zich houdt. Geeft water in een diep schoteltje, waarin do plant moet staan. Zet haar voorna® 's avonds dm een ongicstoökt of heel matig ver warmde ruimte, niet bij gaslicht- of olie lamp. Bemesten is niet wenschelijk. J. S. Vragen op tuinbouwgebied aan dè Redactie! onder motto ^Tuinbouw". P. B. te A. De Minister van Justitie geeft audiëntie dee Zaterdags V/> uur. Het verdient «♦oiber aanbeveling dat u daar van vooraf kennis geeft met vermelding van heb onderwerp, waarover u Z.Ex. wilt spreken. M. G. Z. te V. Melkchocolade vlekken zijn uit een wollig weefsel niet zoo gemak kelijk te verwijderen. Maak een mengsel van 2 deelen glycerine, 9 deelen water en 1 deel geest van salmoniak en houd daar mede do vlek geruim en tijd nat. Daarna afwaoscben met gal zeep. Mej. J. B. te L. Veer zoover wij kun nen oordeelen is uw aanslag te hoog. Het is echter mogelijk dat men uw inkomen, door welke omstandigheden dan ook, hon ger heeft geschat, als dat van uw kennis. Wij raden u zoo spoedig mogelijk te reelat me eren op otn gezegeld papier. M. M. te L. U moet eens do kip af zonderen van den haan. Helpt dit niet, dam is het. een gebrek in de eierlciding van het dier en u zult verstandig doen de kip to slachten. Vermoedelijk is het een jonge kip. In dat geval herstelt het zich nog wel eens. 1ste soort Goudrenetten per 10 pond 40 cts., 2de soort 25 ets. Mooie zure Bellefleuren p. kist van 10 pond 1.20. Adres van ouds: 7724a Met Garantie Speciale modellen en décors Zeer Billijke Prijzen! 1365 Speciale aanbieding van onze prima gelezen Witte Boonen 15, 20, 25 en 30 cis. pot* potui. "2 8631 i 4 ftW De Officier van Justitie bij de Arrondissements-Eecht- bank tc 's-Gravenitage maakt bekend, dat in de onteigenings procedure, aanhangig tus- schen dc IV. V. „Slaagsch© Traanweg Maatschappij", gevestigd enkantoorhoudende to 's Gravenhnge, eischeres tegen dc N.V. Maatschappij tot Exploitatie van On roerende Goederen „Be perkt Bezit" te Leiden, hebbende het geding overge nomen van ANNA CLAS1NA VAN HARTROP, wonende te Schevssingen, gemeente 's Graveniiagb, gedaagde. Het onderzoek door des kundigen omtrent dc schade, tc veroorzaken door de ont eigening van de perceelen Voorschoten kadastraal be kend Sectic A no. 2034, 2035 (gedeeltelijk), aan den eige naar cn derde belanghebben den, zal'plaats op Zaterdag 20 Januari 1923, des voor middags te 10 uur, ter plaatse van de tc onteigenen perceels- gedeelten. 1385 's Gravenhage, 10 Jan. 1023. De Officier van Jüstitio voornoemd, BAUDUIN. op al onze Schemerlampen, enz. enz. beneden alle concurrentie. Bezoek onze Toonkamers. nabij dc Hoogstraat. Telef 1782. 1393

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1923 | | pagina 6