December. Derde BlacL Anno 1922 No. 19266. LEIDSCH TWEEDE KAMER. DAGBLAD, Zaterdag 23 Een van het Schellinkje. ttcndom den Kerstboom. 'i g BUITEHL. WEEKOVERZICHT. Nog twee dagen scheiden ons van het luiden, der Kerstklokken, die het uit zullen ,bim-bammen over heel de wijcis Christelijke jworëld: vrede op aarde in menschen 'icon welbehagen. Over de Christenheid in Idon ruimsten zin genomen wordt dan als het ware een teere stemming van vrede geweven door onzichtbare hand. Hoevele malen is er niet gehoopt, gesmeekt, ge smacht, dat die vredesstemming dieper zou kerven in de wereldgeschiedenis, van het heden en ook nu zal het niet anders zijn. Wederom feitelijk al sinds Kerstmis' 1914! zal er worden gebeden voor den Vrede, die nog altijd op zich laat wachten. En zal nu die Kerstsfeer blijven hangen 'en gunstige resultaten brengen voor de naar een waren vrede gulzig reikhalzende wereld? Het ligt verborgen in den duis teren schoot der toekomst, "die niets is dan con onbeschreven boek voor ons stervelin gen op dit ondermaansehc. We kunnen telcchts speuren en gissen en raden, maar zekerheid, neen, die hebben we niet. Als we dan speuren en rondom ons zien, 'don merken we op gunstige, doch ook minder gunstige symptomen van oen be klijven van de vredessfeer. Het allergun stigste verschijnsel Is ongetwijfeld, dat in (Amerika toeneemt de willigheid voor een 'te hulp komen van ons oude werelddeel, öodat een chaos liier worde vermeden. Men begint non de overzij van den gróoton haringvijver langzamerhand in te ,zicn, dat Eurona zonder steun verloren gaat voor weormrt db t^nv^lag in hef tand van don dollar zich direct zou doen gevoelen. Zelfs do meest verstokte voor standers Van een niet-bemoei-politiek in (Amerika kunnen niet geheel meer zich Onttrekken aan die stemming. Wil er iets Van terecht komen, da-n zal het binnen heel korten tijd moeten gebeuren, daar in Europa degene, om wie zich alles groe peert, bedenkelijk in het gevaar komt van te worcten dood-gepijnigd Duitschland zal jmon spoedig helpende medicijn moeten bie den, anders zullen de doktoren slechts den 'dood kunnen constateeron. Zal de Amerikaansohe hulp op lijd ko men? En zoo ja, in welken vorm zal zij zijn gekleed? Men weet het nog niet. Veel lts er al bij geruchte over gemeld, doch ©enige zekerheid omtrent de Amerikaan- 'flche plannen ontbreekt ten cenenmalc. 'I Is allemaal nog in vaagheid gedompeld, zon der dat men vorm of gestalte kan om lijnen, maar dat er iets gaande is, ja, dat hiag men constatecren. Het is de lichtende fcter aan het duistere firmament der we reldpolitiek. Voor zoover cr nog iets ge schiedt, is dat achter de coulissen. Het .-Schijnt alleen, dat Uncle' Sam zijn bemid- 'deI-ingspogen het eerst heeft gericht Lot de meest hardnekkig© in Europa, waarop tot- 1 nutöc alle goede pogingen zijn gestrand, n.l. tot Marianne, orn deze te bewegen af \te zien van cüe gevaarlijke politiek, die zij 'tot dusverre heeft gevolgd en is blijven volgen, alle goede cn welwillende waar- teebnwingon ten soiit. Want zonder wijziging in de gedragslijn tegenover Duitschland zien wii ook nu nog 'Amerika geen hand uitsteken, om nog maar niet te spreken over de krachtig© <ontwapenineerrolfdie vanuit Amerika is Iconen aanrollen, maar tegen de Fran sol ie kust werd gekeerd. Geheel zuiver heeft Poincavé den Franschen wijn al niet ineeF kunnen houden, dc-or af te leggen de per tinente verklaring, dat aan een mili taire bezettig van het Roergebied niet ■wordt gedacht, alleen aah een econo mische, maar dat laatste idee, dat men ook wel de ©ndefrpandcn-lheorie kan noe- •mon, laat do Fransehe premier nog altijd niet los. Ziin positie is evenwel, al gavon Kamer en Senaat hem een soort mot.i-c van vertrouwen, niet bijzonder stevig meer. Of dat echter'een gunstige factor is, betwijfo- Ion we. Minder dan anders zal Poincaré uit vrees voor zijn ministerieel bcstaah zioh durven verzetten togen liet patriottisch parlement van het oogenblik dat niet meer een juist beeld geeft van de huidige Frau- ache mentaliteit, maar toch beslist» over '8 ministerie's wel en wee. Krijgt Amerika Frankrijk murw voor een gezondere politiek tegenover den schuldenaar, dan lijkt do rest gemakkelijk. Te meer, waar in Duitsobland ook in de in dustrie-kringen wordt erkend, dat zoover tegemoet moet worden gekomen aan de soliadovergoedingseiscken als ©enigszins is overeen te brengen mei» de mogelijkheden. 't Is alles nog maar hoop en verwachting helaas, dat vergete men niet. m Hoop en verwachting koestert men ook over den afloop der conferentie te Lau sanne met alle ups and downs, nu het standpunt der geallieerden en dab der Turken elkaar steeds meer nadert op diverse wrijfpunten. Ook al blijven de Russen geheel terzijde staaD. Maar vocht cn aleer de vredoapreliminaires zijn geteo- kend, roope men ook hierover nog geen hoera. Van alles is nog mogelijk. Weliswaar is men inzake het belangrijke vraagstuk der zeeengten door van weerszijden nog wat t-oe te geven, zelfs over de schreef der mo gelijkheid z.g. heen, een heel eind opge schoten, maar over do capitulaties is men het neg totaal oneens cn zonder oplossing in deze materie helpt al het andere» niets, 'fc' Gaat niet vlug te Lausanne, maar dat wekt op zich zedf geen verbazing, waar do Turk immers de kampioen is in langdradig onderhandelen met allerlei ovorvragings- methoden etc. VuggcT dan we hadden durven vermoe den, heeft het nationalistisch Polen zich gewaagd aan het uiteinde van de verder felijke politieke moraal, den moord. Nau welijks gekozen en beëedigd is Polen's tweede staatshoofd sinds hot herstel, Naroetowitsj, als slachtoffer gevallen van do door rechts ontketende politieke harts tochten. Nog i3 niet vastgesteld of de da der beeft, gehandeld op directe instigatie der nationalisten, maar ook al is dit niet aldus, de verantwoordelijkheid valt moreel op deze verstarde dogmatici door hun actie en gedoo tegen de presidentakcaize. Succes heeft deze moord niet gehad. De Landdag heeft wederom een man van links gekozen, zich niet latende intimidcoron door do rcohtsche revolutionairen. Het gemak, waarmeo in onze tijden liefhebbers worden gevonden voor zulk een bloedig work, is wol hot meest ongun stige symptoom voor e>en blijvondon in vloed van de moede Kerstmis-gedachte. De •politieke moraal is bedorven lot in den kern. Veel zal innerlijk moeten verande ren in de psyche der volkeren, voor cn al eer er maar kans zelfs is op Vrede op aarde in'rnensohen een wel behagen. (Vervolg van gisteren.) De heer VAN RAPPARD (V.-B.) is van meening, dat we daarvoor juist, bereden deskundigen uit den troep moeten hebben. Spr. merkt op, dat de remonte-commis sie maar al to vaak geen geloof schenkt aan de stamboeken, hetgeen toch van groot -belang is. De MINISTER merkt op, dat do oplei ding van de paarden in handen moet zijn van de deskundigen uit. den troep, hetgeen niet wegneemt, dat do paardenartsen ad viezen kunnen geven voor zieke paarden, enz. V Na repliek van den heer DECKERS wor den dc arfct. 44GO goedgekeurd. Bij art. 61 dient dë heer DUYS (S. D.) een motie in luidende: ,,De Kamer, van oordeel dat oefeningen van den Vrij- willigen Landstorm cn der Burgerwachten in geen geval op Zondag dienen te geschie den, noodigt den Minister uit maatregelen te nemen, dat in dezen geest worde gehan deld". De heer K TER LAAN kemt er legen op, ilat jongelieden van 17 jaar een verbintenis kunnen aangaan bij den Vrijwilligen Landstorm, on dan gowereai en patronen krijgen, welke'zij mee naar huis kunnen nemen. Vooral aan de grens wordt hiervan misbruik, domaakt. De heer DUYMAER VAN TWIST vraagt of de minister terug wil komen op zijn beslissing om goen schoeisel te verstrekken, aan led-en van den Vrij willigen Landstorm. De MINISTER zegt, dat <le motie hem per soonlijk sympathiek is, maar als minister kan hij deze zaak nog niet geheel overzien. Spr. wil gaarne zoor ernstig overwegen, in hoeverre het mogelijk is, dat maatregelen worden gotroffen. Wat hot meenemen naar huis van geweren botreft, ook *pr. acht dit ten zoerslo ongewensoht en zal daarnaar een onderzoek instellen. Torugkomon op dc beslissing inzake hot niet- verstrekken van schoeisel is vooral mot hot oog op de kosten 'niet mogelijk. De heer DRESSELHUYS is ten zeerste ver baasd, dat" de minister oen zeer welwillende houding tegenover dc motie-Duy-s aanneemt, omdat dit den dood van hot instituut zou be- tcokenen. Do heer DUYS trekt in liet vertrouwen, dat de minister maatregelen zal nemen, zijn motie in Dc artikelen G177 wonden goedgekeurd. Bij art. 78 (vergoedingen wegens kostwinner schap) vraagt de heer K. TER LAAN den mi- nistor voor liet jaar 1023 in hot belang van de vele vrouwen en kinderen niet dal'enge stand punt in te nemen, als lijj in 1922 heeft gedaan. De MINISTER merkt op, dat dc wijze, waarop deze vergoedingen zijn geregeld, voor hel jaar 1922 dezelfde was als voor do mobilisatie. De artikelen 78 cn 79 worden goedgekeurd. Bij art. 80 (werfkoslen, waaronder begrepen promiën van dienstplichtigen, die vrijwillig on der de wapenen blijven f 98.000) acht de boer K. TER LAAN elke halve cent, dio thans nog voor v/er ving wordt uitbetaald, weggegooid gckl en ontoelaatbaar, waar honderden onderoffi cieren den dienst moeten verlaten. Spr. dringt bij den minister er op aan, do loo- soggiing te doen, dat gedurende de jaren 1923, 1924 en 1925 de werving zal worden stopgezet. Do MINISTER merkt op, dat het hier in hoofdzaak «elden betreft voor de vrijwilhgen, die in dienst blijven. Spr. is ook van meening, dat do werving ten zoorste moet worden ingekrom pen, maar algeheolc stopzetting is niet mogelijk. Do hccr'K. TER LAAN dient een amendement in om art. 80 mot f 80.000 Ic vormindoren. Do stemming wordt aangehouden. Bij de XIIIc afde-dtng (Inrichtingen van on derwijs) bespreekt do lieer DECKERS (R.-K.) do officiersopleiding hier to lande. Een officier, welke dc Hoogere Krijgs school heeft doorloop en, heeft het Rijk ongeveer een halve- ton gekost en 't komt spr. vopr, dat hier wel wat te bezuinigen zal zijn-. Voorts ontwikkelt spr. verschil Lende be zwaren legen die Cadettenschool, welke best kan verdwijnen. Dc heer TILANUS bospreckt eveneens de officiersopleiding. Spr. betoont zich voor dc toekomst van de officieren niet geheel gerust, waar aan gedrongen wordt op aanmerkelijke ver mindering van het actieve eskader. Spr. kan zich geheel aansluiten bij het geen door den heer Deckers is gezegdlover dc Cadettenschool. Wat de Kon. Mil. Academie betreft, merkt spr. op, dat aan deze inrichting een conflict bestaat tusschen dc wetenschap pelijke en de practische vorming. Reeds is een oarnraissie uit de leeraren gevormd om te trachten dit conflict op te lossen, cn betere toestanden te scheppen. Spr. be treurt, dat hierbij geen medewerking is ontvanaen van den- inspecteur van hot mi- litair onderwijs. De Minister zegt overweging toe. Bij art. lil (kosten van de Gvmnastiek- en Sportschool) merkt de heer DECKERS (R.-K.) op, dat het onmogelijk is bij den korten diensttijd, om het onderwijs in Zweedsche gymnastiek aan rcoruten vol doende tot zijn recht- te doem komcm, welk onderwijs alleen op den langen duur nuttig kan zijn. De heer K. TER LAAN acht het jam mer, dat niet meer tijd aan deze gymnas tiek kon worden besteed. De Minister betreurt, dab ook hier moet worden bezuinigd, maar hij hoopt 't zoodanig te doen, dat de opleiding niet zal worden gescliaod. Bij de XVIcfce afdeeling (Centrale maga zijnen van militaire kleeding enz.), komt do heer HIEMSTRA (S.-D.) op voor dc kleermakers in Delft on Woerden. Do Minister merkt op, dat noodge drongen dc buitenwerkers zijn onderge bracht in localibeiten. Do positie van deze mcnschcn scheelt niet voel met die der vaste arbeiders. Bij art. 182bis (herhaalde uitkerr'ngeia in gevolge do motie-Staalman ja zesr evidente gevallen f34000), verdedigt do lieer K. TER LAAN een amendement, om de pest met 2 ton lo verhoogen. Wrj hebben eon groot aantal slachtoffers van -do mobilisatie en spr. wijst op de motie Staalman, welke de Kamer niet heeü durven weigeren. En nu h° '£t de minister opn'.euw dé s outmo;dighcxl,om voor de tweede keer met oen bidrag van 134000 te komc-n. Do minister hoeft con commissie ingesteld, bestaande uit drie ïeden, om de verschillende gevallen to onderzoeken. Maar één zoo'o commissie kan de ruim 1400. gevallen niet onderzoeken ia 1 jaar, zoodat de commissie noodzakelijk te lang zaam opschiet. Voorts wijst spr. or op dat in Den Helder Sc he ven in gen monumenten zijn opgericht voor do overleden slachtoffers, maar spr. wil zeggen, dat die overleden menschen het oneindig beter hebben, dan de nagelaten» betrekkingem. Spr. hoopt ton slotte, dat do woorden van de Koningin, bij de onthulling der mo numenten gesproken, er toe zullen leiden, dat voor de mobilisatieslachtoffers ook iefca meer zat worden gedasn. De MINISTER maakt, met het oog op den financieelen toestand de opmerking, dat ook hier de uiterste beperking most worden betracht. Hg ontraadt dan oolc ten sterkste aanne ming van het amendement. De stemming wordt aangehouden. Bij do XXIIle afdeeling (wapen der mare chaussee en korps politietroepen), zegt de hoor BOON (V.-B.), dat hij advertenties neefö gelezen voor de aanbesteding van den bouw van marechausseekazernes te Groningen en Leeuwarden. Spr. vraagt of liet in dezen mal&iscfcjjd wel feoorloofd is, dergelijke duro kazernes te ouwen. De heer K. TER LAAN sluit zich dit betoog geheel aan. Voorts constateert spr. dat de regeering zich niets aantrekt van de in het vori'g jaar aangenomen motie, waarbij opheffing werd gevraagd van het huwelijksverbod voor de marechaussees. Spr. vraagt waarom de mi- nsitor zich niet aan deze motie heeft gestoord en of hij voornemens is op denzeifdeu weg door to gaan. Do MINISTER merkt op, dat de bouw van de kazernes, dio op do begrooting 1922 voorkomen, zeer piauwkeurig is nage gaan. I Wat de motie betreft, merkt spr. op, dat •deze niet voor uitvoering vatbaar was, zoo- dat spr. die motie ook niet lean uitvoeren. Voor de marcchaussóce is de kwestie van hot huwelijk geheel anders is dan voor de overige militairen. De heer BOON dient eon motie in, dat don voorgenomen bouw van de mare- cliau33éeka»zorrie»3 to Groningen on Leeuwar den thans niet behoort te worden over gegaan. De MINISTER dupliceert. Spr. acht da motie, niet voldoende voorbereid, niet vol doende toegolaoht, zeer gevaarlijk en ontn raadt aanneming van dc motie. Do stomming wordt aangehouden. Bij art. 213, waarbij teven» de vesting- begrooting aan do ordo is, bespreekt de lieer MICHIELSEN (R.-K.) do Kringen- wet. Spr. wensoht gaarne te weten wat de betrokkenen nu pTccics hebben te verwach ten van den nieuwen toestand en wanneer deze zal ingaan. De heer OUD (V. D.) wijst op de soms belachelijke toepassing van do Kringen wet. Do heer IC. TER LAAN (S. D.) zou gaarne van den Minister de beteekenis van de nieuwe vesting-Holland vernemen. Ook Een Kerstvertelling naar bet Engelsch van PHILLIPS OPPENHEIM, door T. tie R. Kan ik niet loepen? Wie zegt, dat ik niet loepen kan Ik ben heel goed in orde, Ivoor 1 Goeden avond, lui Een man kwam strompelend over den drempel van een-, goedkoopc kroeg, on weerde de hand, die hom wilde tegenhou den, ongeduldig van zich af. Buiten geko men, bleef hij staan on keek lang» dc leeg© breede straat. Het elcelrisoh Licht was een uur geleden al uitgedaan. Do*hoogc, reohto palen stonden kaal en grimmig in het koude lioht van dc morgenschemering. Do heeJe plaats zag er eoht uit als een grens plaats, Het was. alles heel leelijk en on vriendelijk. De man zocht al zijn zakken door cn zijn gezicht betrok meer en meer naarmate zijn zoeken hopeloozer werd. Ten slotte gaf hij het op. „Geen cent, mompelde hij, met afwezi gen blik voor zich uit starend. ,,Docb er ook niet toe. Ik geef niets om hun vieze, goedkoope bedden. Dennen velden zijn aftok ter en ruiken lekkerder. Bad), wat een wind En zioh oprichtend liep hij verder do breede. straat, op met de wonderlijke vast beslotenheid en het eenigszins onzekere var. een lichtelijk aangeschoten mensch. Maar toch vorderde hij en was spoedig in het o>pen veld De weg werd smaller, een hoogo heuvel was voor hem. Wezenloos be klom hij dien. Op den top hield hij stil om aclom te scheppen en leunde togen het hel; niet half gesloten oog en. Zijn hoofd was lioht; het was alsof alles om hem draaide. Hij nam zijn pet af en de "frissclie wind scheen hem wat helderder te maken. In eens klom hij over het hek heen aan zijn i 1 inker-band en kwam terecht in een den nenaanplant. Hij koos oen plek uit, waar *eel afgevallen naalden lagen, draaide viohzclf om en om als een houd, dio *eon lekker plaatsje zoekt en sliep. Het was al helder dag, toen hij wakker werd. Do "morgenlucht was soberp on koud en vricsaohtig. Éen ademtocht van witte rijp was ovor de hoornen gegaan. Do man Blond huiverend op en haastte» zioh naar buiten in do zon. Toon bij daar stond op do grens van de aanplanting, kwam cr uit de ruwe, nog pas half gebouwd© stad aan zijn voeten een wonderlijk geluid, dat hij, met zijn half verdwaasde ziel, niet dadelijk Icon thuisbrengen. Uit een bouten gc- bouwtjo klonk bet geluid van een klok. Din.gl Ding! Dong! De man keek verwon- tlerd om zioh heen. Het waé toch geen Zon dag vandaag? In do diepten, waarin hij was gezonken, bad hij allo besef van de dagen verloren. De straat was vol raen- sclven. Een rijtuigjo met een man cn twee jonge vrouwen er in reed hom voorbij. De monsohen zagen er fleurig uiit cn zij keken opgewekt naar hem, want. hoe armoedig hij eer uit zag, hij was nog knap om aan te zien en leek, ondanks alles, niet op een landlooper. Toen hij hen zwijgend nakeek, was het of zijn hart ©ven stilstond. Eén van hen lmd oen hulsttakje op en do roode besjes waren tegen hot zwarte bont van haar mantel iets van sterke blijheid. In een^ wist hij wat het alles beteeke-nde. Het was Kerstmis. Met een schok keerde hij zioh om, ging terug naar do aanplanting en gooide zicl\ voorover op den grond, waar hij dien nacht had liggen slapeen. -Zijn oogen brand den dc tranen kon hij niet meer tegen houden en zijo magere liohaom sohokto van het snikken! Zoo lag bij meer dan .oen uur! Toen hij opstond, was hij heel bleek, maa£ in zijn oogon was een ander lichthet licht van vastberadenheid. ,,Ik ga haar toch zien!" mompelde hij. ,,ïk ben eoii beest geweest-, maar zij heeft loch eens van me gehouden. Misschien, misschien zal jij mij willen vorgeven!" Hij trilde van opgewondenheid. Zijn «bandon balde hij zenuwachtig. Toen betrok zijn gezicht. „Wat een ozol ben ik tochGisteravond was ik nog dronken eai eergisteravond cn hoevele avonden daarvóór. Eens was ik toch ook een gontleman En een paar uur geleden was ik nog een dronkelap En hij zag in gedachten do beurtenissen van den vorigen dag vocht zich. Hij zag zichzelf in dio kroeg, smerig en val tabaks rook, on vol vieze luchtjes een brasser .en zweiger met sooftgeoiooten en hijzelf als een idioot, zijn brein beneveld door drank. Een trek van zelfverachting en afschuw gleed over zijn gezicht. „Dat zal nu van vandaag af olies tot het verleden bohooron," zei hij. „Dat zweer ikNog eenmaal zullen het Noodlot cn ik den strijd aanbinden, wie van ods beiden het zal winnen. Als zij rnaar vergeven kon O, wat zijn mannen tool) ezels f' Lang cn mager, met de ©poren van een kortelings doorgestane zackto op zijn inge vallen gezicht, stond hij opgepakt tus- scben de menigte op het schellinkje. Hij had twee uur moeten staan wachten vóór bij word binnengelaten, maar dab was het nu dan toch ook wel waard. Er was een ge weldig applaus, toen een ©ven geweldige stilte. Zij zougDo man keek naar haar met door tranen versluierde oogen en een bitter hart. Zij-was zijn vrouw! Zij was zijn trouwe vrouw geweest door eon wave hel van tegenspoeden. En hij, doodop van het altijd moeten vochten togen heb Noodlot, had haar ton alottc verlaten in koelen bloede cn volkomen bij zijn vorstand, al leen uit de meest harde zelfzucht. Hij her innerde zich den brief, dien hij had ach tergelatenhij ging het land uit; overal zou het beter zijn dan in deze armoede. Als hij kon, zou hij liaar geld sturen, maar daarop moest zij rnaar niet rekenen. Him samenleven was een dwaling geweest. Hij zou het. nu nog eens alleen gaan probee- ren, zonder dat zij hem daarin kon hin- doren. Naderhand had juist deze- wreede, harte loos o en .tegelijkertijd cynische manior van afscheid-nemen hem van ziohzelven doen walgen. Het was gebeurd in een wan- hoopsbui als een wanhoopsdaad ook. Als hij succes had gok ad, zou hij het haar wel hebben later, weten. Maar nu weerhield trots hem. En nu was hot te laat, te laat voor alles. Zij was beroemd geworden! Hij keek naai* baar fijne, gracieuze bewegingen luisterde naar baar zachte, zilveren stem. Eens was zij van hom geweest, van hem al leen, cn hij had baa»r weggegooid, hij, dio nu een verschoppeling was, zonder dak en bijna zonder eten, een levensgenoot van sohreeuwondo dokwerkers cn ruwe Mimi's. En hij had haa»r nog lief. En als hij haar had terugevonden zóó als hij zelf was, arm on lijdend, dan zou hij haar in zijn armen hebben genomen cn samen rnet baar den levensstrijd weer opnieuw zijn begonnen. Zoo iels als dit had hij gedroomd cn die droom was nu te niet gedaan. Zij was niet moer van hem. Heb kon ook niet zijn, dat zij nog van hem hield. Hijzelf liad immers alles tussohen hen verbroken. Zij had hem niet meer nóodig. Zij leefde in een andere wereld dan' hij. Hij had haar immers ge zegd, dat zij vrij was te gaan waarheen zij verkoos? En het versohal tusschen him beider levens, die eens saroen waren ge gaan, was, dat haar leven haar tot roem had gebracht cn hot zijn© Item tot cllc<nde cn armoede. Het was een maand geleden sinds hij haar 'had teruggevonden van dat oogen blik af had hij bijna eiken avond van zijn toevallige verdiensten hier op dezelfde plaats gestaan om haar te zien. Meerma len-was hij een heelen dag zonder eten ge weest, om toch vooral dit niet te missen. Lang voordat de deuren opengingen, stond hij op zijn plaatsje op het trottoir, met een soort van hondentrouw wachtend, zod- der te racrkcai hoe lang die uren warjan. Zij, die daar geregeld kwamen, begonnen hem Langzamerhand te kennen, zooals hij daar stond uur na uur met zijn arm ge klemd orn don lantaarnpaal, zonder dat ooit een glimlach zijn strak, wit gezicht verlevendigde, maar met oogen, die soms straalden van do een of ander© hoopvolio verwachting. En daarna! Och, dat was een kinderachtigheid, waarvan hijzelf alleen maar wist, en waartegen hij te vergeefs streed. Eiken avond Laat ging hij heimelijk: naar het emalle donkere straatje, waarin do deur was, waar do artisten altijd uit kwamen, cn in een donkeren hoek gedrukt, dicht tegen don muur, zag bij haa»r uit het gebouw komen, in do taxi stappen en hem voorbijrijden. Hij had zijn plaatsje goed gekozen, zoodat ©en Lantaarn tegenover hom juist in de auto scheen ©n hij zelf in hot donker ©tond ©n hij kon juist altijd even haar gezicht zien. Toon hij cr dem eersten avond had gestaan, hadden zijn beenen zóó getrild, dat hij bijna niet had kunnen blijven staan cn hot was of zijn hart even stilstond. Want wat ging.zij hem eigenlijk aan? Hij leek wed oen verliefde, sentimenteel© jongon! Dozen avond stond hij weer in zijn g©- wono hoekje. Er was een druk gepraat bij de deur van den artisten-uLtgang. En om dat het een donkere avond was, kwam hij iets naar voren om t© zien wat het was. Een heer in smoking, het zicht door drank verhit, sprak op harden toon tegen een der ©uppooston cn trachtte binnen t© dringen. J«ist op datzelfde oogenblik kwam zij naar buiten. Toen zij het trottoir overstak, kwam de dronken man van dc wereld naar voren en wilde haar grijpen. Zij richtte zich od on wilde doorgaan. Maar hij greep haar vast ©n begon in radde woorden te spro* kc.il. Haar bo»ze stem bereikte de ooren va* den armen landlooper, weggekropen in de donker© schaduw vdm zijn schuilhoekje. „Laat me los, als 't u blieft. Toe durf#; u?" Zij keek om naar den suppoost-, di* met zijn rug naar baar toestond on blijk-, baar niets had gemerkt. Zij probeerde zioh'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1922 | | pagina 9