December. Derde BlacL Anno 1922
No. 19266.
LEIDSCH
TWEEDE KAMER.
DAGBLAD, Zaterdag 23
Een van het Schellinkje.
ttcndom den Kerstboom.
'i
g BUITEHL. WEEKOVERZICHT.
Nog twee dagen scheiden ons van het
luiden, der Kerstklokken, die het uit zullen
,bim-bammen over heel de wijcis Christelijke
jworëld: vrede op aarde in menschen
'icon welbehagen. Over de Christenheid in
Idon ruimsten zin genomen wordt dan als
het ware een teere stemming van vrede
geweven door onzichtbare hand. Hoevele
malen is er niet gehoopt, gesmeekt, ge
smacht, dat die vredesstemming dieper zou
kerven in de wereldgeschiedenis, van het
heden en ook nu zal het niet anders zijn.
Wederom feitelijk al sinds Kerstmis'
1914! zal er worden gebeden voor den
Vrede, die nog altijd op zich laat wachten.
En zal nu die Kerstsfeer blijven hangen
'en gunstige resultaten brengen voor de
naar een waren vrede gulzig reikhalzende
wereld? Het ligt verborgen in den duis
teren schoot der toekomst, "die niets is dan
con onbeschreven boek voor ons stervelin
gen op dit ondermaansehc. We kunnen
telcchts speuren en gissen en raden, maar
zekerheid, neen, die hebben we niet.
Als we dan speuren en rondom ons zien,
'don merken we op gunstige, doch ook
minder gunstige symptomen van oen be
klijven van de vredessfeer. Het allergun
stigste verschijnsel Is ongetwijfeld, dat in
(Amerika toeneemt de willigheid voor een
'te hulp komen van ons oude werelddeel,
öodat een chaos liier worde vermeden.
Men begint non de overzij van den gróoton
haringvijver langzamerhand in te ,zicn, dat
Eurona zonder steun verloren gaat voor
weormrt db t^nv^lag in hef
tand van don dollar zich direct zou doen
gevoelen. Zelfs do meest verstokte voor
standers Van een niet-bemoei-politiek in
(Amerika kunnen niet geheel meer zich
Onttrekken aan die stemming. Wil er iets
Van terecht komen, da-n zal het binnen
heel korten tijd moeten gebeuren, daar in
Europa degene, om wie zich alles groe
peert, bedenkelijk in het gevaar komt van
te worcten dood-gepijnigd Duitschland zal
jmon spoedig helpende medicijn moeten bie
den, anders zullen de doktoren slechts den
'dood kunnen constateeron.
Zal de Amerikaansohe hulp op lijd ko
men? En zoo ja, in welken vorm zal zij
zijn gekleed? Men weet het nog niet. Veel
lts er al bij geruchte over gemeld, doch
©enige zekerheid omtrent de Amerikaan-
'flche plannen ontbreekt ten cenenmalc. 'I Is
allemaal nog in vaagheid gedompeld, zon
der dat men vorm of gestalte kan om
lijnen, maar dat er iets gaande is, ja, dat
hiag men constatecren. Het is de lichtende
fcter aan het duistere firmament der we
reldpolitiek. Voor zoover cr nog iets ge
schiedt, is dat achter de coulissen. Het
.-Schijnt alleen, dat Uncle' Sam zijn bemid-
'deI-ingspogen het eerst heeft gericht Lot de
meest hardnekkig© in Europa, waarop tot-
1 nutöc alle goede pogingen zijn gestrand,
n.l. tot Marianne, orn deze te bewegen af
\te zien van cüe gevaarlijke politiek, die zij
'tot dusverre heeft gevolgd en is blijven
volgen, alle goede cn welwillende waar-
teebnwingon ten soiit.
Want zonder wijziging in de gedragslijn
tegenover Duitschland zien wii ook nu nog
'Amerika geen hand uitsteken, om nog
maar niet te spreken over de krachtig©
<ontwapenineerrolfdie vanuit Amerika is
Iconen aanrollen, maar tegen de Fran sol ie
kust werd gekeerd. Geheel zuiver heeft
Poincavé den Franschen wijn al niet ineeF
kunnen houden, dc-or af te leggen de per
tinente verklaring, dat aan een mili
taire bezettig van het Roergebied niet
■wordt gedacht, alleen aah een econo
mische, maar dat laatste idee, dat men
ook wel de ©ndefrpandcn-lheorie kan noe-
•mon, laat do Fransehe premier nog altijd
niet los. Ziin positie is evenwel, al gavon
Kamer en Senaat hem een soort mot.i-c van
vertrouwen, niet bijzonder stevig meer. Of
dat echter'een gunstige factor is, betwijfo-
Ion we. Minder dan anders zal Poincaré
uit vrees voor zijn ministerieel bcstaah zioh
durven verzetten togen liet patriottisch
parlement van het oogenblik dat niet meer
een juist beeld geeft van de huidige Frau-
ache mentaliteit, maar toch beslist» over
'8 ministerie's wel en wee.
Krijgt Amerika Frankrijk murw voor
een gezondere politiek tegenover den
schuldenaar, dan lijkt do rest gemakkelijk.
Te meer, waar in Duitsobland ook in de in
dustrie-kringen wordt erkend, dat zoover
tegemoet moet worden gekomen aan de
soliadovergoedingseiscken als ©enigszins is
overeen te brengen mei» de mogelijkheden.
't Is alles nog maar hoop en verwachting
helaas, dat vergete men niet. m
Hoop en verwachting koestert men ook
over den afloop der conferentie te Lau
sanne met alle ups and downs, nu het
standpunt der geallieerden en dab der
Turken elkaar steeds meer nadert op
diverse wrijfpunten. Ook al blijven de
Russen geheel terzijde staaD. Maar vocht cn
aleer de vredoapreliminaires zijn geteo-
kend, roope men ook hierover nog geen
hoera.
Van alles is nog mogelijk. Weliswaar is
men inzake het belangrijke vraagstuk der
zeeengten door van weerszijden nog wat
t-oe te geven, zelfs over de schreef der mo
gelijkheid z.g. heen, een heel eind opge
schoten, maar over do capitulaties is men
het neg totaal oneens cn zonder oplossing
in deze materie helpt al het andere» niets,
'fc' Gaat niet vlug te Lausanne, maar dat
wekt op zich zedf geen verbazing, waar do
Turk immers de kampioen is in langdradig
onderhandelen met allerlei ovorvragings-
methoden etc.
VuggcT dan we hadden durven vermoe
den, heeft het nationalistisch Polen zich
gewaagd aan het uiteinde van de verder
felijke politieke moraal, den moord. Nau
welijks gekozen en beëedigd is Polen's
tweede staatshoofd sinds hot herstel,
Naroetowitsj, als slachtoffer gevallen van
do door rechts ontketende politieke harts
tochten. Nog i3 niet vastgesteld of de da
der beeft, gehandeld op directe instigatie
der nationalisten, maar ook al is dit niet
aldus, de verantwoordelijkheid valt moreel
op deze verstarde dogmatici door hun actie
en gedoo tegen de presidentakcaize. Succes
heeft deze moord niet gehad. De Landdag
heeft wederom een man van links gekozen,
zich niet latende intimidcoron door do
rcohtsche revolutionairen.
Het gemak, waarmeo in onze tijden
liefhebbers worden gevonden voor zulk
een bloedig work, is wol hot meest ongun
stige symptoom voor e>en blijvondon in
vloed van de moede Kerstmis-gedachte. De
•politieke moraal is bedorven lot in den
kern. Veel zal innerlijk moeten verande
ren in de psyche der volkeren, voor cn al
eer er maar kans zelfs is op
Vrede op aarde in'rnensohen een wel
behagen.
(Vervolg van gisteren.)
De heer VAN RAPPARD (V.-B.) is van
meening, dat we daarvoor juist, bereden
deskundigen uit den troep moeten hebben.
Spr. merkt op, dat de remonte-commis
sie maar al to vaak geen geloof schenkt
aan de stamboeken, hetgeen toch van groot
-belang is.
De MINISTER merkt op, dat do oplei
ding van de paarden in handen moet zijn
van de deskundigen uit. den troep, hetgeen
niet wegneemt, dat do paardenartsen ad
viezen kunnen geven voor zieke paarden,
enz. V
Na repliek van den heer DECKERS wor
den dc arfct. 44GO goedgekeurd.
Bij art. 61 dient dë heer DUYS (S. D.)
een motie in luidende:
,,De Kamer,
van oordeel dat oefeningen van den Vrij-
willigen Landstorm cn der Burgerwachten
in geen geval op Zondag dienen te geschie
den, noodigt den Minister uit maatregelen
te nemen, dat in dezen geest worde gehan
deld".
De heer K TER LAAN kemt er legen op, ilat
jongelieden van 17 jaar een verbintenis kunnen
aangaan bij den Vrijwilligen Landstorm, on dan
gowereai en patronen krijgen, welke'zij mee naar
huis kunnen nemen. Vooral aan de grens wordt
hiervan misbruik, domaakt.
De heer DUYMAER VAN TWIST vraagt of
de minister terug wil komen op zijn beslissing
om goen schoeisel te verstrekken, aan led-en van
den Vrij willigen Landstorm.
De MINISTER zegt, dat <le motie hem per
soonlijk sympathiek is, maar als minister kan
hij deze zaak nog niet geheel overzien. Spr. wil
gaarne zoor ernstig overwegen, in hoeverre het
mogelijk is, dat maatregelen worden gotroffen.
Wat hot meenemen naar huis van geweren
botreft, ook *pr. acht dit ten zoerslo ongewensoht
en zal daarnaar een onderzoek instellen.
Torugkomon op dc beslissing inzake hot niet-
verstrekken van schoeisel is vooral mot hot oog
op de kosten 'niet mogelijk.
De heer DRESSELHUYS is ten zeerste ver
baasd, dat" de minister oen zeer welwillende
houding tegenover dc motie-Duy-s aanneemt,
omdat dit den dood van hot instituut zou be-
tcokenen.
Do heer DUYS trekt in liet vertrouwen, dat
de minister maatregelen zal nemen, zijn motie in
Dc artikelen G177 wonden goedgekeurd.
Bij art. 78 (vergoedingen wegens kostwinner
schap) vraagt de heer K. TER LAAN den mi-
nistor voor liet jaar 1023 in hot belang van de
vele vrouwen en kinderen niet dal'enge stand
punt in te nemen, als lijj in 1922 heeft gedaan.
De MINISTER merkt op, dat dc wijze, waarop
deze vergoedingen zijn geregeld, voor hel jaar
1922 dezelfde was als voor do mobilisatie.
De artikelen 78 cn 79 worden goedgekeurd.
Bij art. 80 (werfkoslen, waaronder begrepen
promiën van dienstplichtigen, die vrijwillig on
der de wapenen blijven f 98.000) acht de boer
K. TER LAAN elke halve cent, dio thans nog
voor v/er ving wordt uitbetaald, weggegooid gckl
en ontoelaatbaar, waar honderden onderoffi
cieren den dienst moeten verlaten.
Spr. dringt bij den minister er op aan, do loo-
soggiing te doen, dat gedurende de jaren 1923,
1924 en 1925 de werving zal worden stopgezet.
Do MINISTER merkt op, dat het hier in
hoofdzaak «elden betreft voor de vrijwilhgen, die
in dienst blijven. Spr. is ook van meening, dat
do werving ten zoorste moet worden ingekrom
pen, maar algeheolc stopzetting is niet mogelijk.
Do hccr'K. TER LAAN dient een amendement
in om art. 80 mot f 80.000 Ic vormindoren.
Do stemming wordt aangehouden.
Bij de XIIIc afde-dtng (Inrichtingen van on
derwijs) bespreekt do lieer DECKERS (R.-K.)
do officiersopleiding hier to lande.
Een officier, welke dc Hoogere Krijgs
school heeft doorloop en, heeft het Rijk
ongeveer een halve- ton gekost en 't komt
spr. vopr, dat hier wel wat te bezuinigen
zal zijn-.
Voorts ontwikkelt spr. verschil Lende be
zwaren legen die Cadettenschool, welke
best kan verdwijnen.
Dc heer TILANUS bospreckt eveneens
de officiersopleiding.
Spr. betoont zich voor dc toekomst van
de officieren niet geheel gerust, waar aan
gedrongen wordt op aanmerkelijke ver
mindering van het actieve eskader.
Spr. kan zich geheel aansluiten bij het
geen door den heer Deckers is gezegdlover
dc Cadettenschool.
Wat de Kon. Mil. Academie betreft,
merkt spr. op, dat aan deze inrichting een
conflict bestaat tusschen dc wetenschap
pelijke en de practische vorming. Reeds is
een oarnraissie uit de leeraren gevormd om
te trachten dit conflict op te lossen, cn
betere toestanden te scheppen. Spr. be
treurt, dat hierbij geen medewerking is
ontvanaen van den- inspecteur van hot mi-
litair onderwijs.
De Minister zegt overweging toe.
Bij art. lil (kosten van de Gvmnastiek-
en Sportschool) merkt de heer DECKERS
(R.-K.) op, dat het onmogelijk is bij den
korten diensttijd, om het onderwijs in
Zweedsche gymnastiek aan rcoruten vol
doende tot zijn recht- te doem komcm,
welk onderwijs alleen op den langen duur
nuttig kan zijn.
De heer K. TER LAAN acht het jam
mer, dat niet meer tijd aan deze gymnas
tiek kon worden besteed.
De Minister betreurt, dab ook hier
moet worden bezuinigd, maar hij hoopt 't
zoodanig te doen, dat de opleiding niet
zal worden gescliaod.
Bij de XVIcfce afdeeling (Centrale maga
zijnen van militaire kleeding enz.), komt
do heer HIEMSTRA (S.-D.) op voor dc
kleermakers in Delft on Woerden.
Do Minister merkt op, dat noodge
drongen dc buitenwerkers zijn onderge
bracht in localibeiten.
Do positie van deze mcnschcn scheelt
niet voel met die der vaste arbeiders.
Bij art. 182bis (herhaalde uitkerr'ngeia in
gevolge do motie-Staalman ja zesr evidente
gevallen f34000), verdedigt do lieer K. TER
LAAN een amendement, om de pest met
2 ton lo verhoogen. Wrj hebben eon groot
aantal slachtoffers van -do mobilisatie en spr.
wijst op de motie Staalman, welke de Kamer
niet heeü durven weigeren. En nu h° '£t de
minister opn'.euw dé s outmo;dighcxl,om voor
de tweede keer met oen bidrag van 134000
te komc-n.
Do minister hoeft con commissie ingesteld,
bestaande uit drie ïeden, om de verschillende
gevallen to onderzoeken.
Maar één zoo'o commissie kan de ruim
1400. gevallen niet onderzoeken ia 1 jaar,
zoodat de commissie noodzakelijk te lang
zaam opschiet.
Voorts wijst spr. or op dat in Den Helder
Sc he ven in gen monumenten zijn opgericht
voor do overleden slachtoffers, maar spr.
wil zeggen, dat die overleden menschen het
oneindig beter hebben, dan de nagelaten»
betrekkingem.
Spr. hoopt ton slotte, dat do woorden
van de Koningin, bij de onthulling der mo
numenten gesproken, er toe zullen leiden,
dat voor de mobilisatieslachtoffers ook iefca
meer zat worden gedasn.
De MINISTER maakt, met het oog op
den financieelen toestand de opmerking, dat
ook hier de uiterste beperking most worden
betracht.
Hg ontraadt dan oolc ten sterkste aanne
ming van het amendement.
De stemming wordt aangehouden.
Bij do XXIIle afdeeling (wapen der mare
chaussee en korps politietroepen), zegt de
hoor BOON (V.-B.), dat hij advertenties neefö
gelezen voor de aanbesteding van den bouw
van marechausseekazernes te Groningen en
Leeuwarden.
Spr. vraagt of liet in dezen mal&iscfcjjd wel
feoorloofd is, dergelijke duro kazernes te
ouwen.
De heer K. TER LAAN sluit zich
dit betoog geheel aan.
Voorts constateert spr. dat de regeering
zich niets aantrekt van de in het vori'g jaar
aangenomen motie, waarbij opheffing werd
gevraagd van het huwelijksverbod voor de
marechaussees. Spr. vraagt waarom de mi-
nsitor zich niet aan deze motie heeft gestoord
en of hij voornemens is op denzeifdeu weg
door to gaan.
Do MINISTER merkt op, dat de bouw
van de kazernes, dio op do begrooting
1922 voorkomen, zeer piauwkeurig is nage
gaan. I
Wat de motie betreft, merkt spr. op, dat
•deze niet voor uitvoering vatbaar was, zoo-
dat spr. die motie ook niet lean uitvoeren.
Voor de marcchaussóce is de kwestie van
hot huwelijk geheel anders is dan voor de
overige militairen.
De heer BOON dient eon motie in, dat
don voorgenomen bouw van de mare-
cliau33éeka»zorrie»3 to Groningen on Leeuwar
den thans niet behoort te worden over
gegaan.
De MINISTER dupliceert. Spr. acht da
motie, niet voldoende voorbereid, niet vol
doende toegolaoht, zeer gevaarlijk en ontn
raadt aanneming van dc motie.
Do stomming wordt aangehouden.
Bij art. 213, waarbij teven» de vesting-
begrooting aan do ordo is, bespreekt de
lieer MICHIELSEN (R.-K.) do Kringen-
wet. Spr. wensoht gaarne te weten wat de
betrokkenen nu pTccics hebben te verwach
ten van den nieuwen toestand en wanneer
deze zal ingaan.
De heer OUD (V. D.) wijst op de soms
belachelijke toepassing van do Kringen wet.
Do heer IC. TER LAAN (S. D.) zou
gaarne van den Minister de beteekenis van
de nieuwe vesting-Holland vernemen. Ook
Een Kerstvertelling naar bet Engelsch
van PHILLIPS OPPENHEIM, door T. tie R.
Kan ik niet loepen? Wie zegt, dat ik
niet loepen kan Ik ben heel goed in orde,
Ivoor 1 Goeden avond, lui
Een man kwam strompelend over den
drempel van een-, goedkoopc kroeg, on
weerde de hand, die hom wilde tegenhou
den, ongeduldig van zich af. Buiten geko
men, bleef hij staan on keek lang» dc leeg©
breede straat. Het elcelrisoh Licht was een
uur geleden al uitgedaan. Do*hoogc, reohto
palen stonden kaal en grimmig in het
koude lioht van dc morgenschemering. Do
heeJe plaats zag er eoht uit als een grens
plaats, Het was. alles heel leelijk en on
vriendelijk.
De man zocht al zijn zakken door cn zijn
gezicht betrok meer en meer naarmate zijn
zoeken hopeloozer werd. Ten slotte gaf hij
het op.
„Geen cent, mompelde hij, met afwezi
gen blik voor zich uit starend. ,,Docb er
ook niet toe. Ik geef niets om hun vieze,
goedkoope bedden. Dennen velden zijn
aftok ter en ruiken lekkerder. Bad), wat een
wind
En zioh oprichtend liep hij verder do
breede. straat, op met de wonderlijke vast
beslotenheid en het eenigszins onzekere
var. een lichtelijk aangeschoten mensch.
Maar toch vorderde hij en was spoedig in
het o>pen veld De weg werd smaller, een
hoogo heuvel was voor hem. Wezenloos be
klom hij dien. Op den top hield hij stil om
aclom te scheppen en leunde togen het hel;
niet half gesloten oog en. Zijn hoofd was
lioht; het was alsof alles om hem draaide.
Hij nam zijn pet af en de "frissclie wind
scheen hem wat helderder te maken. In
eens klom hij over het hek heen aan zijn
i 1 inker-band en kwam terecht in een den
nenaanplant. Hij koos oen plek uit, waar
*eel afgevallen naalden lagen, draaide
viohzclf om en om als een houd, dio *eon
lekker plaatsje zoekt en sliep.
Het was al helder dag, toen hij wakker
werd. Do "morgenlucht was soberp on koud
en vricsaohtig. Éen ademtocht van witte
rijp was ovor de hoornen gegaan. Do man
Blond huiverend op en haastte» zioh naar
buiten in do zon. Toon bij daar stond op
do grens van de aanplanting, kwam cr uit
de ruwe, nog pas half gebouwd© stad aan
zijn voeten een wonderlijk geluid, dat hij,
met zijn half verdwaasde ziel, niet dadelijk
Icon thuisbrengen. Uit een bouten gc-
bouwtjo klonk bet geluid van een klok.
Din.gl Ding! Dong! De man keek verwon-
tlerd om zioh heen. Het waé toch geen Zon
dag vandaag? In do diepten, waarin hij
was gezonken, bad hij allo besef van de
dagen verloren. De straat was vol raen-
sclven. Een rijtuigjo met een man cn twee
jonge vrouwen er in reed hom voorbij. De
monsohen zagen er fleurig uiit cn zij keken
opgewekt naar hem, want. hoe armoedig
hij eer uit zag, hij was nog knap om aan te
zien en leek, ondanks alles, niet op een
landlooper. Toen hij hen zwijgend nakeek,
was het of zijn hart ©ven stilstond. Eén
van hen lmd oen hulsttakje op en do roode
besjes waren tegen hot zwarte bont van
haar mantel iets van sterke blijheid. In
een^ wist hij wat het alles beteeke-nde. Het
was Kerstmis.
Met een schok keerde hij zioh om, ging
terug naar do aanplanting en gooide zicl\
voorover op den grond, waar hij dien
nacht had liggen slapeen. -Zijn oogen brand
den dc tranen kon hij niet meer tegen
houden en zijo magere liohaom sohokto
van het snikken! Zoo lag bij meer dan
.oen uur! Toen hij opstond, was hij heel
bleek, maa£ in zijn oogon was een ander
lichthet licht van vastberadenheid.
,,Ik ga haar toch zien!" mompelde hij.
,,ïk ben eoii beest geweest-, maar zij heeft
loch eens van me gehouden. Misschien,
misschien zal jij mij willen vorgeven!"
Hij trilde van opgewondenheid. Zijn
«bandon balde hij zenuwachtig. Toen betrok
zijn gezicht.
„Wat een ozol ben ik tochGisteravond
was ik nog dronken eai eergisteravond cn
hoevele avonden daarvóór. Eens was ik
toch ook een gontleman En een paar uur
geleden was ik nog een dronkelap
En hij zag in gedachten do beurtenissen
van den vorigen dag vocht zich. Hij zag
zichzelf in dio kroeg, smerig en val tabaks
rook, on vol vieze luchtjes een brasser
.en zweiger met sooftgeoiooten en hijzelf als
een idioot, zijn brein beneveld door drank.
Een trek van zelfverachting en afschuw
gleed over zijn gezicht.
„Dat zal nu van vandaag af olies tot het
verleden bohooron," zei hij. „Dat zweer
ikNog eenmaal zullen het Noodlot cn ik
den strijd aanbinden, wie van ods beiden
het zal winnen. Als zij rnaar vergeven kon
O, wat zijn mannen tool) ezels f'
Lang cn mager, met de ©poren van een
kortelings doorgestane zackto op zijn inge
vallen gezicht, stond hij opgepakt tus-
scben de menigte op het schellinkje. Hij
had twee uur moeten staan wachten vóór
bij word binnengelaten, maar dab was het
nu dan toch ook wel waard. Er was een ge
weldig applaus, toen een ©ven geweldige
stilte. Zij zougDo man keek naar haar
met door tranen versluierde oogen en een
bitter hart. Zij-was zijn vrouw! Zij was zijn
trouwe vrouw geweest door eon wave hel
van tegenspoeden. En hij, doodop van het
altijd moeten vochten togen heb Noodlot,
had haar ton alottc verlaten in koelen
bloede cn volkomen bij zijn vorstand, al
leen uit de meest harde zelfzucht. Hij her
innerde zich den brief, dien hij had ach
tergelatenhij ging het land uit; overal
zou het beter zijn dan in deze armoede.
Als hij kon, zou hij liaar geld sturen, maar
daarop moest zij rnaar niet rekenen. Him
samenleven was een dwaling geweest. Hij
zou het. nu nog eens alleen gaan probee-
ren, zonder dat zij hem daarin kon hin-
doren.
Naderhand had juist deze- wreede, harte
loos o en .tegelijkertijd cynische manior van
afscheid-nemen hem van ziohzelven doen
walgen. Het was gebeurd in een wan-
hoopsbui als een wanhoopsdaad ook. Als
hij succes had gok ad, zou hij het haar wel
hebben later, weten. Maar nu weerhield
trots hem. En nu was hot te laat, te laat
voor alles. Zij was beroemd geworden! Hij
keek naai* baar fijne, gracieuze bewegingen
luisterde naar baar zachte, zilveren stem.
Eens was zij van hom geweest, van hem al
leen, cn hij had baa»r weggegooid, hij, dio
nu een verschoppeling was, zonder dak en
bijna zonder eten, een levensgenoot van
sohreeuwondo dokwerkers cn ruwe Mimi's.
En hij had haa»r nog lief. En als hij haar
had terugevonden zóó als hij zelf was, arm
on lijdend, dan zou hij haar in zijn armen
hebben genomen cn samen rnet baar den
levensstrijd weer opnieuw zijn begonnen.
Zoo iels als dit had hij gedroomd cn die
droom was nu te niet gedaan. Zij was niet
moer van hem. Heb kon ook niet zijn, dat
zij nog van hem hield. Hijzelf liad immers
alles tussohen hen verbroken. Zij had hem
niet meer nóodig. Zij leefde in een andere
wereld dan' hij. Hij had haar immers ge
zegd, dat zij vrij was te gaan waarheen zij
verkoos? En het versohal tusschen him
beider levens, die eens saroen waren ge
gaan, was, dat haar leven haar tot roem
had gebracht cn hot zijn© Item tot cllc<nde
cn armoede.
Het was een maand geleden sinds hij
haar 'had teruggevonden van dat oogen
blik af had hij bijna eiken avond van zijn
toevallige verdiensten hier op dezelfde
plaats gestaan om haar te zien. Meerma
len-was hij een heelen dag zonder eten ge
weest, om toch vooral dit niet te missen.
Lang voordat de deuren opengingen, stond
hij op zijn plaatsje op het trottoir, met
een soort van hondentrouw wachtend, zod-
der te racrkcai hoe lang die uren warjan.
Zij, die daar geregeld kwamen, begonnen
hem Langzamerhand te kennen, zooals hij
daar stond uur na uur met zijn arm ge
klemd orn don lantaarnpaal, zonder dat
ooit een glimlach zijn strak, wit gezicht
verlevendigde, maar met oogen, die soms
straalden van do een of ander© hoopvolio
verwachting. En daarna! Och, dat was een
kinderachtigheid, waarvan hijzelf alleen
maar wist, en waartegen hij te vergeefs
streed. Eiken avond Laat ging hij heimelijk:
naar het emalle donkere straatje, waarin
do deur was, waar do artisten altijd uit
kwamen, cn in een donkeren hoek gedrukt,
dicht tegen don muur, zag bij haa»r uit het
gebouw komen, in do taxi stappen en hem
voorbijrijden. Hij had zijn plaatsje goed
gekozen, zoodat ©en Lantaarn tegenover
hom juist in de auto scheen ©n hij zelf in
hot donker ©tond ©n hij kon juist altijd
even haar gezicht zien. Toon hij cr dem
eersten avond had gestaan, hadden zijn
beenen zóó getrild, dat hij bijna niet had
kunnen blijven staan cn hot was of zijn
hart even stilstond. Want wat ging.zij hem
eigenlijk aan? Hij leek wed oen verliefde,
sentimenteel© jongon!
Dozen avond stond hij weer in zijn g©-
wono hoekje. Er was een druk gepraat bij
de deur van den artisten-uLtgang. En om
dat het een donkere avond was, kwam hij
iets naar voren om t© zien wat het was.
Een heer in smoking, het zicht door drank
verhit, sprak op harden toon tegen een der
©uppooston cn trachtte binnen t© dringen.
J«ist op datzelfde oogenblik kwam zij naar
buiten. Toen zij het trottoir overstak,
kwam de dronken man van dc wereld naar
voren en wilde haar grijpen. Zij richtte zich
od on wilde doorgaan. Maar hij greep haar
vast ©n begon in radde woorden te spro*
kc.il.
Haar bo»ze stem bereikte de ooren va*
den armen landlooper, weggekropen in de
donker© schaduw vdm zijn schuilhoekje.
„Laat me los, als 't u blieft. Toe durf#;
u?" Zij keek om naar den suppoost-, di*
met zijn rug naar baar toestond on blijk-,
baar niets had gemerkt. Zij probeerde zioh'