0.19256. LEIDSGH DAGBLAD, Dinsdag 12 December. Tweede Btad. Anno 1922 emeenteraad van Leiden GEMENGD NIEÜWS, FEUILLETON, Man met den Zwarten Baard. (Vervolg van gisternamiddag.) j heer WILMER meent dat uit de woor van den lieer Van Eek zou zijn op te ken dat de inkomsten uit arbeid meer a!en. Wat echter juist tegenovergesteld looals spr. nader aantoont. Wanneer hij ts-doeners .met kapitaal alleen kon tref- zou spr. wellicht mee kunnen gaan. ur er zijn toch ook kapitalisten, die niet eigen voordeel in de eerste plaats zijn lacht en nuttig werk verrichten. )e heer KNUTTEL: Och kom, dat is al te gek. ie heer WILMER: Zeker, zie zelfs hier Raad maar (rond. ie heer Van Eek heeft al erkend dat ver- oging eenigszins de geopperde bezwa- zou hebben. Dat zou het voorstel-Van al practisch van de gevolgen berooven. ,3 heer EERDMANS steunt de heer mei'. Nieuw kapitaal is toch grondslag nieuwe ondernemingen )e heer KNUTTEL vindt de redeneering den heer Wilmre al te naief. Het is subjectief welk werk de kapitalisten de goede soort dan doen. Maar wanneer door te hooge lasten vrijwillig steunen rviel, kan er toch een verplichting voor ugkomen Spr. steunt geheel den heer Eek. Pethouder BOTS sluit zich aan bij den Wilmer er nog op wijzende, hoe er op vermogensbelasting al heel wat opeen- zijn, alles tc samen gerekend en men toch maar niet. in het oneindige door- al Iet voorstel-Van Eek wordt verworpen 120 tegen 8 stemmen, foor de S. D. A. P. en de heeren Knut- en Heemskerk, lij art. 39 (plaaselijke belasting op het drijf) is het voorstel-Sanders tot gehee- opheffing en voorts een voorstel-Wilmer, nlende: de belasting bedraagt voor een kijf met meer dan 9 arbeiders roor een bedrijf met 10 arbeiders f 2 per leider oor een bedrijf met 11 arbeiders f 3 per leider oor een bedrijf met 12 arbeiders f 4 per leider 'oor een bedrijf mët 13 arbeiders f 5 per leider 'oor een bedrijf met 14 arbeiders f 6 per leider roor een bedrijf met 15 arbeiders f 7 per leider oor een bedrijf met 16 arbeiders f 8 per leider; foor een bedrijf met 17 arbeiders f 9 peir leider; oor een bedrijf met 18 arbeiders f 10 per leider ;oor een bedrijf met 19 arbeiders f 11 per leider roor een bedrijf met 20 en meer arbeiders per arbeider. De berekening van den aanslag geschiedt or het bedrag achter iedere groep ver- ild met het volgens art. 4 verkregen quo- ot, dat wanneer het een gebroken getal rmt naar beneden tot een geheel wordt ;erond, te vermenigvuldigen. Als arbei- ■s gelden alleen 16-jarigen en hooger. )eze verordening treedt in werking op MUiari 1923. kn voorstel van den heer Huurman, om art 5 van bovengenoemde verordening in aats van f 12 te lezen f 6. ïen amendement van den heer F. Elker- at op het voorstel Wilmer, luidende: De belasting bedraagt voor een bedrijf ït meer clan 9 arbeiders: voor een ledrijf 10 arbeiders f 1.50 per arbeider, met arbeiders f 3 per arbeider, met 12 arbei- rs f4.50 per arbeider, met 13 arbeiders Per arbeider, met' 14 arbeiders f7.50 per tfider, en met 15 en meer arbeiders f 9 t arbeider. Deze verordening treedt in werking op Januari 1923. De heer SANDERS, wijst er op, hoe deze fietelijk al geheel is afgegraasd. De aardeering van het college van B. en W. trouwens ton aanzien van deze belasting ook al heel wat veranderd, nu al erken nend, dat deze belasting geen ideale is. Al leen de finaneieele opbrengst doen B. en W. nog op behoud prijs stellen. Spr. leest dan cie redenen voor, waarom B. en W. met de belasting zijn gekomen. Hij merkt er tegen op, dat onderwijzers, kleine koop lieden ete. de gemeente evenveel geld kos ten dan de arbeiders. Waarom all can dan voor de laatste categorie te doen betalen? j Xe. r rato van het aantal arbeiders te doen betalen aan politie-kosten etc. gaat ook niet op. Dat de forensen er door zouden getrof fen worden, klopt ook niet, daar de ande ren er mee voor opdraaien. De belasting heeft z.i. een onsociale strekking, vooral in dteze tijden van ma laise voor de industrie. Deze belasting werkt de werkloosheid in de hand en dat terwijl men die wil opheffen De industrie vraagt niet unaniem om ondersteuning, wel om geen belemmering. Sinds deze belasting is ingevoerd is er een overschot op de begrooting en ook over 1922 zal er ook een overschot zfin. Waarom de belasting dus noodig? De heer HUURMAN is het met den heer Sanders eens, maar hij heeft zrjn voorstel po daan onn als men nu nog niet geheel wil afschaffen, althans te beperken, om dan volgend jaar tot geheele afschaffing te kunnen komen. Dus tea geleidelijke over gang. De heer WILMER heeft zijn voorstel ingediend om aan eenige practische be zwaren tegemoet te komen. Dc heer ELKERBOUT stemt tegen het voorstel-Sanders, die gaat hem thans te ver en ook het voorstel-Huurman bevredigt hem niet Dat wordt te duur. Het voor- siel-Wilmer ontlast alleen het kleinbedrijf, maar spr. wil ook het grootbedrijf ontlasten, vandaar zijn amendement op het voorstel- iWilmer, dat hij zonder zijn amendeering niet steunen wil. Zfin amendement zal kos ten een f27,000, dat van den heer Wilmer maar 18000, dat typeert z. i. voldoende. De VOORZITTER zegt, dat B. en W. het voorstel-Sanders onaannemelijk achten. Een bedrag van f 75,000 of f 37,500 (voorstel- Huurman) kunnen B. en W. niet missen. Door afschaffing zou de nooiuitkeering van het rijk groot gevaar loopen, zooals ook in Amsterdam in den raad is gezegd. Spr. vindt het vreemd, dat de Kamer van Koophandel precies bestaat volgens de ma nier, die zij B. en W. kwalijk neemt, door de belasting uit het handelsregister. LW«I wil spr. erkennen, dat de belasting niet een van de mooiste is. Het voorstel-Wilmer is op zichzelf vol gens spr. niet. wettig, maar overal wordt het zoo goedgekeurd en B. en W. staan er niet vijandig tegenover. B. en \V. willen nu voorstellen praeadvies uit te brengen in begin Januari. Het amendement-Elker- boul komt dan ook ter sprake, waar tegen over B. en W. heel wat minder gunstig zijn gestemd. De heer VAN ECK is tegen afschaffing, niet omdat de belasting zoo goed is, maar elke' belasting heeft zijn bezwaar. De groot fabrikanten dragen zoo (als correctief werkt de belasting) althans nog wat bij, in wat zij anders veelal ontduiken. De verbete ringen van den heer Wilmer lijken hem wel. De heer STIJNMAN wijst er op, hoe het met de K. v. K. toch nog wel wat anders is. Het handelsregister is een daad van goed; koopmanschap. Batea staan daar tegenover de uitgaven. De VOORZITTER zegt, dat met de op brengst van het bedrijf toch ook geen re kening wordt gehouden. De lieer VAN STRALEN meent, dat het niet aangaat deze inkomsten nu maar een voudig af te schaffen. Zoo drukkend is de belasting toch niet: f0.25 per week voor iederen arbeider. Het treft hem ook, dat de afschaffing juist komt van de z.g. be zuinigers. Was dat om hier tot afschaffing te komen1 Wanneer aan een arbeider geen proffit meer is, zet men hem toch 3au de deur? De heer HEEMSKERK vraagt B. en W. om straks te beoordeelen bij hun praeadvies de invloed van het vermenigvuldigingscfifer. Do heer WILBRINK zegt, dat alleen het oog is gevat op de belangen der bedrfiven. Hij is echter ook voor leniger maken, waar hier een te groot aantal arbeiders is, die deels elders werk vinden. De belasting is *n belemmering voor oprichting van nieuwe industrieën hier. Bedrijven, die niet aau een plaats zijn gebonden, zullen liever wor den opgericht, daar, waar niet zulke be lemmeringen zijn als b.v. hier in deze be lasting. Spr. begrijpt niet, dat de arbeiders-raads leden hier niet meer op letten- Waar ge heele afschaffing niet gaat, steunt h*fi den heer Huurman. De heer KNUTTEL merkt op, dat bij iedere belasting het dreigement komt, dan gam wij weg, met gevolg, dat als belasting object alleen over zoudten blijven degenen, die niets hebben en dat gaat niet. De K. v. K. heeft jammerlijk gespeeld met de historie in haar schets, wat hij na der aangeeft. Voor hem is het groote bezwaar dat de eerste negen arbeiders vrij zijn, zoo wordt het klein-bedrijf gesteund. Overigens juicht liij deze belasting op de meerwaardle ten zeerste toe. Voor het voorstel Wilmer voelt hij wel iets, al gaat de progressie liem te lang zaam. Maar daarover is later te praten. De heer WILMER wijst er den heer Wil brink op, hoe hst gevaar voor nïet-uitkee- ring ook geldt voor het voorstel-Huurman. De heer Sanders wijst hij er op, hoe B. en W. afschaffing toezegden, als 't kon. Hij raadt intrekken van beide voorstellen aan. De heer EERDMANS meent, dat in deze malaise-tijden juist <ïit verzet komt, in te genstelling met tijden van hoog-conjunc- tuur. Spr. heeft echter gehoord, dat het verzet grootendeels een gevolg is van het strenge optreden der deurwaarders. Zijn stom houdt spr. zich nog voor tot B. en W. hebben gesproken. De hoer SIJTSMA oordeelt deze belasting ook niet ideëel, maar hfi kan toch niet met afschaffen meegaan, al wil hij wel aan nemen, dat de toestanden niet gunstiger zijn geworden. Voor de gemeente is het or echter ook niet beter op geworden. Bij af schaffing vreest hij een te hoog vermenig- vuldigingscijfer bij de inkomstenbelasting, waarop allen letten, niet alleen industriee- len. Kunnen B. en W. ook het geld van liet voorstel Wilmer niet missen, dan acht hij ook hier direct afdoen gewenscüt. Wethouder BOTS zegt, dat het voorstel- Wilmer plm. f7500 zal kosten. Aan het al gezegde, heeft hij weinig meer toe te voe gen. Bij alle belastingen zijn grensbepalin gen en onbillijkheden. Hoe beter de belasting wordt gemaakt, des te steviger wordt haar leven, voegt hij den heer Wilmer overigens waarschuwend toe. Als genoemd correctief op naamlooze vennootschappen, werkt de belasting goed. De heer Eerdmans bewees den deurwaar ders eon groote eerBij het rijk moeten de deurwaarders de bosten bovendien zelf bét-alen bij niet-innen, dat maakt lien voor zichtiger. Voor nieuwe zaken kan het werkelijk een kleine belemmering zijn, doch ernstig acht hij dut toch ook niet. Wethouder MULDER is de eenige in het ooilege van B, en W., die voor afschaffen is. Het voorstel-Sanders (afschaffing) wordt verworpen met 218 stemmen. Voor de heeren Sanders, Huurman, Mulder, Wil mer, Wilbrink, Splinter, Stijnman en Oost- dam. Het voorstel Huurman wordt verworpen met 218 stemmen. Voor ds heeren San ders, Huurman, Eerdmans, Mulder, Wil brink, Splinter, Stijnman en Oostdam. Het voorstel tot praeadvies van B. en W. over het voorstel-Wilmer met amendement- Elkerbout wordt met algem^ene stemmen aangenomen, behalve die van «don heer Huurman. Bij art. 41 (belasting op tooneeluitvoerin- gen) zegt dc heer KNUTTEL, dat nu in den huidigen tijd zeer vele tooneelgezelschap- pen, de opera enz., niet weten, hoe te be staan, terwijl Leiden niets aan subsidies geeft, deze belasting nog erger dan vroe ger het karakter van belemmering draagt en hij daarom sterker dan ooit is tegen deze post. De post wordt goedgekeurd met 20 tegen j 8 stemmen. Tegen stemmen de S. D A. P., uitgezon- der de lieer Van Stralen, de heer Knuttel I en mevrouw Van Itallie. Bij de post onvoorziene uitgaven heeft de heer VAN ECK een voorstel tot verhoo ging met f 50,000, het gevaarlijk achtend de post zoo laag te houden gezien ook de houding van Ged. Staten, niet om B. en W. aan te zetten tot hooger uitgaven. De VOORZITTER wijst er op hoe Ged. Staten toch iedere overschrijving op onvoor ziene uitgaven bijkans moeten goedkeuren. Het is z. i. een zuiver administratieve kwes tie zooals hij nader toelicht. De heer KNUTTEL acht de f 100.000 ook te laag gelet op de kans van vergrooting der werkloosheid. De VOORZITTER herhaalt dat dit er niets toe doot. Het ^voorstel-Van Eek wordt verworpen met 27 tegen 7 stemmen. Voor de S. D. A. P. en de heer Knuttel. De post voor de H. O. wordt op f2,107,697 vastgesteld. Wanneer dan de geheele begrooting in stemming zal komen, zegt de heer EERD MANS, dat z. noch in de begrooting, noch bij de toelichting B. en W. blijk gaven doordrongen te zijn van den zwaren nood van de stad en van ernstig hezuinigings- streven en dat hij zich daarom genoodzaakt ziet tegen de begroofcing te stemmen. De VOORZITTER, in enkele woorden dit verwijt afschuivend van B. en W., zal er niet veel van zeggen. Ieder moet hier voor zichzelf maar weten. Do heer VAN ECK zal vóór stemm?n om B. en W. niet in ongelegenheid te brengen iet-s te doen al heeft zijn fractie natuurlijk ook wel bezwaren. De geheele begrooting wordt aangenomen met 262 stemmen. Tegen stemmen de heeren Eerdmans en Knuttel. RONDVRAAG. [Wethouder VAN DER LIP antwoordt den heer Sfitsma op zfin vraag: is in tijdelijke onderwijsfuncties, te voorzien door wacht gelders. Het Ministerie van Onderwijs zegt dat dit niet kan, d. w. z. dat men de wachtgelders nie# kan verplichten deze betrekkingen te aanvaarden Alle wachtgelders hebben ont kennend geantwoord bovendien, toen hun werd gevraagd, 't Zou ook voor de ge- meente-financiën slechter z:jn, wanneer het betreft het vervangen van niet-verplichta leerkrachten. Wat de inspectie betreft, B. en W. hebben daarin niets te zeggen. De heer MEYNEN spreekt zfin voldoe ning uit over een bezuiniging van pl.m. 13000 in liet handwerk-onderwijs op de Kweekschool, die juist is voltrokken. Fen fcewfis, hoe B. en W. wel op bezuiniging uit zfin, wanneer dit kan. De heer EERDMANS wfist er op, hoe het rijksbureau voor handelswaren gevaar loopt te worden overgeplaatst naar Den Haag. Is daaraan nog iets te doen. zoo het gemeentebelang met blijven is gediend? De VOORZITTER zegt, dat hier aan niets is te doen; 't is rijkszuinigheid. Hierna vier uur sluiting. T ij dons» de her opening s- voor^Jelling van de Nationale Opera, Za terdagavond te Rotterdam, werden o. m. vier bloemstukken bezorgdwaaraan kaar tjes bevestigd waren van H. M. de Ko ningin, H. M. de Koningin Moeder, Z. K. H. de Prins der Nederlanden en H. IC. H. Prinses Juliana. De kaartjes waren voor zien van kroontjes. De heer Obr. de Vos, onder-directerur van de Nat. Opera, deed van het tooneel af melding van dit blijk van Koninklijke waardeering. Nadat die bloemstukken echter naar Den Haag wa ren overgebracht en voor de voorstelling op Zondag in de vestibule van het gebouw voor K. en W. waren neergezet, bleek al ras dat de kaartjes nagemaakt waren. De hoofdcommissaris van politie te 's-Graven- 1 hoge heeft persoonlijk de kaartjes in be slag genomen. Het onderzoek wordt door de politie alhier geleid. Onder den uaam van ,,Het Christelijk Volkslied" is te Amster dam een straatorgel-zending aangevangen. Naar „H e t N. v. d. D." v e r- neemt, laten B. en W. van Amsterdam het te verwachten voorst-el tot het geven van een optie op hot te bebouwen Damterrem nog korten tijd rusten, ten einde gegadig den, die nog zoeken naar de verwezenlij king van het hotelplan, gelegenheid te go- ven een gefundeerde aanvraag in te leve ren. Dit respijt kan echter niet lang zijn, want de gegadigde, die zich heeft aange meld, dringt, op een spoedige beslissing aan. Uit Velsen meldt. men:. Men maa-kt zich te Geesteniiinde ernstig ongerust over den daar fckuisheboorendeai stoomtrawler „Iriugard" P. G, 119. Dit schip lieeft 25 November jl. te IJmuiden gemarkt en is daarna naar Cuxhavon ver trokken om kolen te laden. Daar het schip nog niet is aangekomen en slechts nog voor een paar dagen kolen aan boord bad, vreest men, dat het- verongelukt ds. Uit he t m ij n b e r ij f. De fusie-commissie door de hoofdbesturen der beide mijnwerkersfoderaties aangewezen, was zoo ver met haar werk gereed geko men, dat haar voorstellen tot definitieve samensmelting van den Federatieven Bond. van Werkers an het Mijnbedrijf (aangeslo ten bij het Nationaal Arbeids-Secreha- riaat) en c?e Onafhankelijke Mijnwerkers- federatie, aan het oordeel van een leden vergadering konden worden voorgelegd. Deze werd Zondag te Treebeek gehouden. De heer Th. J. Dissel, secretaris van het N. A. S., op deze vergadering als voorzit ter d'or fusie-commissie optredende, bracht rapport uit en lichtte de voorstellen der commissie toe. Een levendige discussie volgde op diens toelichting, waarna met alge me ene stem men tot een fusie werd besloten. Eveneens werd met. algomeenc stemmen beslofceto, de door de zo fusie tob eband ge komen nieuwe Federatie, met ingang van 1 Januari 1923, bij de landelijke centrale der onafhankedijke vakbeweging (het N. A. S.) te doen aansluiten. De naam van do federatie luidtNederlandscbe Federatie van Arbeiders, werkzaam in de mijn industrie. In het fabrieksgebouw van Van Leek's Vereenigde Fabrieken te Weesp is ingebroken. De inbrekers hebben zich meester gemaakt van het aanwezige gold, dat gereed lag voor de loonen (plm... f 10.000). Zij hebben de brandkast openge stoken. Men meldt ruit Elburg: In id 0 laatst gehouden Raadsvergadering kwam aan do orde de beantwoording van dc mis sive van Ged. Staten, houdende verzoek om nacDorc motiveering van het ontslag van den gemeente-secretaris. Besloten werd den Star ten te berichten, dat de diepste oorzaak van alles liigt in de verstandhoudang tussolien den burgemeester en den secretaris. De secretaris onthoudt zich vaai het geven van adlvuezen. Aan Gediep. Staten wordt verzocht aan dezen toestand een einde te maken. Bij die behan deling der begroeting 1923 merkt de heer S te pk an op, d«at hem gebleken is, dat ©r boe ken zijn gevonden over dte roggezaak. De vroegere secretaris De Kruyff komt daardoor eerlijk aan het daglicht. Als u in de hel te recht komt, mijnheer die voorzitter, dan zui len ze u er nag uitgooien, omdat u daarvoor nog te slecht bent. De vooTziitter schorst de vergadering. („Hbl.") De stoomtimmer fabriek A g - terhof, te Dinxperlo, is gisteren afgebrand. Do schade is aanzienlijk, er zijn gnoote stapels hout verbrand. Naar het „Dev. D a g b 1." v e r- neomt, is te Deventer een hoogst merkwaardig geval voorgekomen. Wegens achterstand bij het betalen van gemeentelijko belasting door een Raadslid wonscht do gemeente gebruik te ma- kn van lwaar recht van compensatie tegenover den betrokkene, wien presentiegeld moest wor den uitkot-a aki wegens het bijwonen van Raads- fen avontuur van Ralph Smith, detective. door EDUARD H0BEL. (Nadruk verboden). jfet toeval was dus gunstig. «adat ik den bediende bad gevraagd, of een kooper was geweest, die een ?adon baard droeg, antwoordde hij, na T'Söu tijd nagedacht te hebben„Ja mijnheer. Gistermiddag om balf- 'r' En hij begon een beschrijving te ge- die precies klopte met die van Mac jnr. Ik was dus op bet- goede spoor, ■h' r v1 Q °°k bekend, wie die man is, en Lar -j vvoont?" vroeg ik, brandend van j ^rierigheid. !•- een. mijnheer L - bediende moet de teleurstelling op U'Sriaat hebben gelezen hebbenhij Houwtjes, toon hij cr aan toc- wel klant wais, en vc-r- ki" ma^on an den winkel kwam. Hij noc>it iels thuis laten bezo-rgen, I ji/ adres onbekend wae. echter het spoor, dat ik te ww t!- '«aar dat hier dood scheen te 5^r niet los te laten. Ik vroeg ij j/1 °hef te spreken. Ik maakte ^.ve' en vertelde hem, l^n. ter in bijzonidad'hoden te tre- |k Teten t^CVGe^ het voor mij was, I^0niie«, waar de man met den 60 oaard woonde. De ohef was mij geheel en al ter wille, en ik sprak met hem af, dat hij, wanneer de mtfi.n nog oens in -dbn winkel kwam, eon of andere list te baat zou nemen, om zijn adros te weten te komen en, dat hij, ook wanneer dit mocht mislukken, mij on middellijk bericht zou zenden. Ofschoon niet geslaagd, ging ik toch wel gemoed naar buis terug. Wij wisten het adres van den onbekende nog wel niet, maar waar Ralph noch ik eenige kans op succes hadden verwacht, waren wij toch verder, dan wij hadden kunnen hopen, en geleek het niet onmogelijk, dat wij, in deze richting verder werkende, spoedig de da ders zouden bereiken. Toen ik thuis kwam, had Ralph reeds koffie gedronken, en terwijl ik at, liet hij mij verslag uitbrengen van mijn weder varen. Ik begon met te vertellen, dat ik een vijltje in de garage had gevonden, en naar aanleiding daarvan mij naar de Bays- water-Road had begeven. Toen ik den naam Bays water Road noemde, keek Ralph plotseling op. „Waar in cb Bays water Road was de winkel V' vroeg hij. „Nou, ik wilde wel. dat ik met den an doren kant van de straat was begonnen," zeide ik eenigszins mopperig, „want ik ben de straat in haar geheele lengte moe ten afrijden: de winkel was juist zoo ver mogelijk hier vandaan, aan de zijde van de Queens Roal „Hé!'' was alles, wat Ralph hier op zeide. Ik wilde doorgaan met mijn verhaal, maar Ralph vroeg mij even te wachten. Hij bleef gedurende tien minuten peinzend voor zich uit zitten staren, en verzocht mij toen mijn afgebroken verslag te vervolgen. Ik vertelde hem uitvoerig van mijn on derhandelingen met- den chef, en ik kan merken, dat hij mijn optreden, goedkeur de hij gaf mij, toen dk klaar was met mijn verhaal, zelfs een pliuimje, waardoor ik mij niet weinig gevleid voelde. Hierna bleef Ralph or weer eenigen tijd! het zwijgen toe doen, en stond toen plotseling op. Eddie," zeide hij, terwijl hij naar mij toe kwam, „luister eens! Ik heb het vanmiddag druk, dk moet verschil lende zaken afdoen, die dk niet aan een ander kan overlaten. Voel je nu niet be- leedigdik bedoel er niets meeik heb een theorie vastgesteld, waarvan ik cis ge zondheid wil onderzoekon je weet, het is een van mija eigenaardigheden. Zou jij nu het volgende op je willen nemenvoor eerst tot omstreeks twee uur hier blijven, dan aan de Bank dnformeeren, of claar vroeger een bediende is geweest, die een zwarten baard droeg, en vervolgens, maar ndet voordat ik je heb opgebeld, Laron en Worry vorzcioken vanavond om zeven uur hier te komem. Ik zal je zser dankbaar zijn, als je daarvoor wilt zorgen „Natuurlijk, Ralph, reken op me. Ma-ar „Neen, geen maarIk ga nu, en reken op jeEn meteen was hij de kamer uit. De opdracht, die Ralph mij had gege ven, was al heel gemakkelijk uit te voeren. Het was één uur, en tot twee uur moest ik thuis blijven. Waarvoor hij mij dat had gevraagd, was mij een raadsel. Ik had er echter niets op tegen, en ging gemakkelijk languit- op de sofa liggen genieten van een goede sigaret. Begrijpelijkerwijze was dc zaak, die ons bezig hield, mij geen oog-en- blik uit de gedachten. Vooral wat betreft het gedrag van Ralph waarvan ik, eerlijk gezegd, niet veel begreep) was er genoog stof tot nadenken, hoewel, in verband met hetgeen wi.i nu wisten, de oplossing toch niet ver meer kon zijn Corner moest on tegenzeglijk oen belangrijk deel, en vol gens Smith zelfs het belangrijkste deel, van de misdaad op zijn geweten hebben, en, omdat wij zoo goed als zeker wisten, waar wij hem konden vinden, zouden wij, door hem te beapkmneeren, waarschijnlijk wel den anderen misdadiger kunnen berei ken, eD tevens het gestolen geld kunnen terugvinden. Waarom wilde Ralph och ter Laron en Worry bij ons laten komen Dit scheen er haast op te wijzen, dat hij de oplossing nabij achtte, en nu aau Sootland-Yard zijn bevindingen mede wilde deelen, om aan baar het eindverloop van de zaa-k over te laten Maar wist Ralph dan al zoo veel 1 Het was wel iets voor hem, om plofseling, vóór iemand er op verdacht was, tot' de ont knooping, zou ik het kunnen noemen, te komenmaar gewoonlijk wist ik er toch wat van. al was net meestal niet veel, toch steeds meer dan nuHet leek er ten min ste steirk op, dat Ralph vanmiddag do juist heid van zijn theorie ging toetsen, om deze vanavond aan de detectives van Sootland- Yard te verkondigen hij zou hen toch immers beusch niet bij zich laten komen, enkel en alleen om hun wat te vragen, of om een en ander met hen te bespreken als dat- zijn bedoeling was geweest-, dan had het voor de hand gelegen, dit li ij zelf even bij Sootland-Yard was aangeloopen. Hoe het ook zij, ik begreep er weinig van en na een half uurtje had ik mij bij mijn onkunde needgelegd. Zoo schijn ik langza merhand, waarschijnlijk door de vermoeie nissen van <3e nvorigon avond, in slaap te zijn gesukkeld, ten minste, ik herinner mij niets «anders dan dat plotseling Mac Gre- vor, met een spottend glimlachje op zijn gelaat, in de kamer stond, en mij vroeg: „Daar is een zekere Mr. Lane, mijnheer. Mr. Smith is uit; moet ik mijnheer bij u binnen laten?" Ik sprong op. Het is niet prettig in zijn slaap gestoord te worden, en vooral niet, wanneer men dan plotseling een bezoeker moet ontvangen. „Laat maar binnenkomen, Mac Grevor!" zoido ik slaperig. Ik had er geen flauw idee van, wie Mr. Lane kon zijn. Het was een tamelijk kleine man, met een eenigszins gebogen rug, die naar mij toe kwam. Eén oogopslag was voldoende, om in dit Joden type den handelsreiziger te zien. De man torste een groot valies, dat hij dadelijk op een stoel neerzette, en begon daarna met een grOoten zakdoek het gelaat a{ te vegen. Terwijl hij dit deed, nam ik hem eens nader op. Het raven zwart© kroeshaar was weelderig, en liet zien, dat de man in geruimen tijd den kap per niet had bezocht. De wenkbrauwen, van hetzelfde zwart, waren f-orsch, dc neus was sterk gebogen, en onder den ncU:? prijkte een gitzwart snorretje. Dc man begon eindelijk to spreken, en met een verwonderlijke snelheid en ruime woordenkeus prees hij mij om beurten zijn sol oensmeer, wijn en chocolade aan, on Ik was al op liet punt, hem weg te sturen, toen hij in schaterlachen uitbarstte. c ^Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1922 | | pagina 5