Magazijnen „WGLHELMINA", Haari.straat 182 en Breestraat 175 gemeentezaken. tweede kamer. is d@ yitdeeiing van SPEELGOEDEREN! en SPECULAASPOPPEN in woBBen gang ©bi ieder» spoeef® sïch ent zijn afgestempelde Bonnen in te wisselen. De Man-met den Zwarten Baard. fio. 19247. LEIDSGH DAGBLAD, Vrijdag 1 December. Derde Blad. Anno 1922 FEUILLETON. Algemeen verslag van bot verhandeldo In de pcties van den Gemeenteraad by liet oudcr- jock der Ontwerp-begrooting 1923 met liet antwoord van B. en W, IYj (Slot). Bi} volgn. 146 wordt geklaagd over de >stie der openbare werken. De opzichters J"et men zoo weinig- Aan de opzichters rgt een li(Töok het lang openleggen der ^De bewering aldus B. en W. - dat ge straten lang open blijven liggen, is ia fcel algemeen onjuist. Indien de aan \vater- pf gasleiding te verrichten werkzaamheden Tan zoodanigen omvang zijn, dat de bestra ting niet nog op denzelfden dag kan wor gen in orde gemaakt, wordt steeds een wacht tij het open straatvlak geplaatst. De bedrijven, ten wier behoeve in den pond moet worden gewerkt, als gas, elec- biciteit, water, telefoon, geven des och tends kennis op welke punten der stad pi worden gewerkt. Des namiddags bege ren de daarvoor aangewezen ploegen der straatmakers zich naar deze plaatsen, om ge straat weer te dichten en in den regel grinden zij zich aldaar, voordat de werk- pamheden aan leidingen en kabels zijn af- wloopen, zoodat z'rj daarop moeten wachten. Een lid vroeg bij volg. 147 of er in de Zijlpoort, geen doorgangen voor voetgan gers gemaakt kunnen worden, zooals dit b Den Haag het geval is. Geantwoord wordt, dat dit technisch niet «mogelijk is, doch zeer veel zal kosten. Bovendien is hit de vraag of deze wijzi ging van de Zijlpoort, een bouwkundig m> Bument van den eersten rang uit de 17de uw wel toelaatbaar kan worden geacht. Een ander iid vestigt de aandacht op do school Haarlemmerstraat, hoek Pelika3astr. Bij vraagt of het gedeelte van de Haarlem merstraat aldaar ook met klinkers bestraat kan worden, zooals dit voor meerdere scho- 3 is geschiedt. (Vervanging van de kei- door kiinker- bsstrating op den hoek Haarlemmerstraat Pelikaanstraat werd reeds meermalen door het Schoolbestuur verzocht, doch met het op het groot aantal scholen, dat in ge lijke omstandigheden verkeert en eveneens 'door het drukke ryverkeer wordt gehinderd, door B. en W. afgewezen in verband met kosten. Volgn. 149. Onderhoud van begrinde bui tenwegen,. pingels en voetpaden. Een lid vestigt dc aandacht op de sloot langs de Zwarte/aan bij de Gasfabriek en naagt of deze' sloot gedempt kan worden. Omtrent de opruiming valPcTèze sloot zijif Onderhandelingen gevoerd met de Holl. IJze ren Spoorweg-Maatschappij, die ejgenares is van deze sloot, doch een gunstig resul- taat werd tot heden niet bereikt. Het is de bedoeling deze besprekingen te hervatten, demping van deze stinksloot inderdaad gewenscht is, zeggen B. en W. Volgn. 151. Onderhoud van wandelplaat sen en plantsoenen. Een paar leden vinden de post al zeer og; met name komt hen voor dat f4500 Toor onderhoud van het Kooipark te veel is. Id een andere Sectie verzoekt men, dat öe politie meer aandacht schenkt aan bet Ternielen van kleine plantsoenen. Een lid zou ter voorkoming daarvan de perken met rasterwerk willen afsluiten, zoo als dit in het Kooipark is. De specificatie voor onderhoud van het Kooipark komt nagenoeg overeen met die Tan het Van der Werfpark, zeggen B. en F. Alleen bedraagt het salaris van den kinman f200 minder en wordt voor her stellingen enz. sub 8 f 300 minder uitge trokken, zood3t het geheele bedrag onge veer f.500 lager is, dan dat van het Van der Werfpark. Omtrent de andere opmerking antwoorden B. en W.: Zoowel door de politie als door de gemeentelijke wegwerkers wordt zooveel doenlijk tegen vernieling der kleine plant soenen gewaakt. Met het oog op hun ver spreide ligging en de onmogelijkheid van voortdurend bewaking, is beschadiging niet sUeds te voorkomen. Intusschen is de aan dacht van het gemeentelijk personeel ander maal op deze plantsoenen gevestigd. Meer medewerking van omwonenden, dan tot nog toe, zou echter het optreden van het ge meentelijk personeel ten zeerste steunen. Het verdient naar hun meening geeuman- beveling de perken nog meer met rasters af te sluiten, dan thans reeds geschiedt. -Tegen beschadiging der perken of het af plukken van bloemen bieden deze afsche ringen toch geen afdoende beveiliging en het vrije gezicht op de bloembedden wordt door al dit ijzerwerk belemmerd. -Volgn. 152. Kosten van bruggen en over zetveren. Een lid ziet niet in waarom er twee klas zen bij de brugwachters moeten zijn, cn waarom aan de promotie een examen moet voorafgaan. Dit lid vernam dat een brug wachter onverwachts «yw or d opgeroepen blij ken van bekwaamheid te geven door het maken van een proces-verbaal. Een ander lid vindt de regeling goed, als de promotie rechtvaardig geschiedt. Het komt dikwijls genoeg voor, dat een brug wachter iemand moet veirbaliaeeren. - en W. verwijzen naar de uitvoerige discussiën hieromtrent in de Raadsverga dering van 3 Mei 1920. Het denkbeeld om tot afschaffing van het klassenstelsel bij do politie en brugwachters over te gaan, werd toen met groote meerderheid verworpen De redenen, welke toen dezerzijds werden aangevoerd, om niet tot die afschaffing over tc gaan, golden ook nu nog onverzwakt. Van onverwachts j)proepen voor het exa men, is geen sprake, aangezien het den brug wachters voldoende bekend is, dat elk jaaa- in de maand November een examen wordt gehouden. Volgn. 164. Reinigings- en ontsmettings- dienst. Een lid beweert, dat de Reinigingsdienst ontzettend duur is en vraagt of daarop niet valt te bezuinigen. B. en W. antwoorden, dat daarbij zoo veel mogelijk naar zuinigheid wordt ge streefd. Sedert 1914 is, ondanks de ver meerdering der bevolkingen uitbreiding der gemeente het aantal werklieden met 7 ver meerderd. Per inwoner zijn de kosten lager dan in vele andere gemeenten. Volgn. 166. Jaarwedden der onderwijzers. Een lid, dankbaar voor de reeds verkre gen 'bezuiniging van f 40,000 f 30,000 op den post van overtollige onderwijzers, zou gaarne vernemen, tot welke besparing op dit terrein, na de volledige invoering van het 7de leed-jaar, de gestadige zorg van B. en W. voor zoo volledig mogelijke be zetting der schoollokalen, waarschijnlijk nog verder zou kunnen leiden. Een ander lid vraagt het oordeel van B. cn W., of, gezien de financieel© omstan digheden, de hooge uitgaven van do vak hand werkonder wij zeressen wel gerechtvaar digd is? Zoo neen, of het dan geen over weging zou verdienen terug te komen op het onlangs dienaangaande gevallen Raads besluit. Tevens wil hij opheffing van de school- telefonen. Bij dit volgnummer herinnert een lid er aan, dat^op 26 Juni met 13 tegen 12 stem men, bij de behandeling, punt van de re organisatie-voorstellen (inrichting van het onderwijs in de vrouwelijke handwerken) -de voorkeur van de vak-onderwijzeressen boven de klasse-onderwijzeressen is uitge sproken. Hij vraagt zich af, öf bet wel goed is, in dezen tijd, die met zooveel klem den eisch van bezuiniging stelt, dit besluit te hand haven cn die voorkeur te betalen met een jaarlijksch bedrag van f 19000 voor het Openbaar, vermeerderd met een evenredige som voor het Bijz. L. O. Hij stelt de vraag, of er geen Raadsleden zijn, die in de gege ven omstandigheden, het offer hunner voor keur zouden willen brengen door voor te stellen, op het genomen besluit terug te kómen. Het antwoord van B* ën W. luidt: Na de volledige invoering van het 7de leerjaar zullen vermoedelijk da traktemen ten van nog eenige overtallige onderwij zers voor rekening van het Rjjk komen. In verband met de aanhangige z.g. tech nische herziening der Lager Onderwijswet 1920 is het echter moeilijk te dazen aan zien een bepaalde raming t9 geven. Ook hun College betreurt het ,by de be handeling der reorganisatieplannen geval len besluit inzake het handwerkonderwys. Nu echter de Ra3d by die gelegenheid na ampele discussies zij het met de kleinst mogelyke meerderheid van stemmen besloten heeft de vakondervvrjzeressen te handhaven, is, althans voorloopig, van hen geen voorstel te verwachten hierin weer verandering te brongen. Nu de hoofden van scholen met het on derwijs in een vaste klasse zijn belast, is het meer dan ooit gewenscht, dat de scholen telefonisch aangesloten zrjn. Het wegnemen der telefoontoestellen zou groot ongerief veroorzaken en zou leiden tot meerdere briefwisseling en bodediensten wa r.an de kosten vermoedelyk even hoog, zoo niet hooger zouden zijn, dan die der telefoon aansluitingen. B. en W.- moeten dan ook ernstig ontraden de telefoonaansluitingen op to heffen. Volgn. 171. Kosten van aanschaffen en onderhouden der schoolboeken, leermiddelen en schoolbehoeften. Een lid stelt bij dit volgn. deze twee vragen aan de orde: a. Zorgt elk schoolhoofd afzonderlijk voor de benoodigden voorraad van bedrukt pa pier, bedrukte enveloppen enz., of wordt in deze behoefFè voorzien langs den vermoe delijk gcedkooperen weg van centralisatie, terwijl dan op het uniforme papier en de uniforme enveloppen door een schoolst am pel de betrokken school wordt aangeduid? b Geschiedt de aanschaffing van het voor het onderwijs in de vrouwelijke hand werken, door het personeel van elke school afzonderlijk, of zooveel mogelijk voor alle scholen gezamenlijk? Op deze vragen vinden wij de pavolgende antwoorden van B. en_W.: a. Ieder schoolhoofd voorziet voor zich zelf in het benoodigde voor zïn schooi; het meerendeel der schoolbehoeften wordt tegen prijzen, bij openbare aanbesteding be dongen, geleverd. b. Ook in deze schoolbehoeften die voor een openbare aanbesteding niet wel vatbaar schijnen voorziet ieder school hoofd voor zichzelf. B. en W. kunnen hier nog aan toevoe gen, dat zij doende zijn, om het aantal soor ten schrijfboeken, pennen e. <L bij de eerst volgende aanbesteding te beperken en meer uniformiteit te brengen in de te gebruiken schoolbehoeften. Mocht bij deze vereenvouding van de aan besteding tevens blijken, dat het geen be zwaar zou opleveren, om al het benoodigde voor een jaar tegelijk te betrekken en dat op die wijze nog lagere prijzen te bedin gen zouden ,zyn, dan'is het hun voornemen "in die richting nog verder door te gaan. Volgn. 172. Kost-en van verlichting, ver warming en van het schoonhouden van de schoolgebouwen. Een lid' deelt mede dat een schoolwerk ster 29 jaar dienst heeft gedaan en deze geen enkele vergoeding ontvangt. Op do Lichtfabrieken krijgt men een officieus pensioen van 2/3 van het loon. Vroeger kreeg men nog wel eens f 1 of f 1.50 en werd dit nog wel eens met f 1 aangevuld. Detzc schoolwerkster verwijst men naar hot B. A. of naar de Diaconie. Het toekennen van pensioen aan perso nen, die daarop geen wettelijk recht heb ben, mag niet geschieden, aangezien de ge meente iedere bevoegdheid tob liet treffen van een pensioenregeling heeft verloren zeggen B. en W. Wil men dus aan derge lijke personen, die in min of meer verwij derd verband werkzaamheden ten behoeve van de gemeente hebben verricht, eenige ondersteuning van gemeentewege verleo- nen, wanneer zij niet meer in staat zijn die werkzaamheden te verrichten en een on dersteuning ook in verband met -de be hoefte alleszins gerechtvaardigd is, dan zou de uitkeering kunnen gescliiedrti door tussohonlcomst van het B. A. Hieromtrent heeft eonigen tijd geleden reeds, overleg plaats gehad mot het B. A., hetwelk tot resultaat heeft geleid dat aan een schoolwerksber, vermoedelijk degene, waarvan boven sprake is, een wekdijksche toelage is toegekend van f 3.75 en aan een puinklopper een toelage van f5 per week. Do werkvrouw ontvangt bovendien uit an deren hoofde ondersteuning. B. en W. meen en, dat de getroffen rege ling zeer billijk is cn zouden ook geen andere oplossing kunnen aangeven. Bij volgn. 202, Subsidie aan de Commis sie voor do Volksbijeenkomsten, wordt ge vraagd of deze post van f 250 nog wel ge rechtvaardigd is. B. en W. kunnen niet inzien, waarom de ze tegemoetkoming in do kosten van zaal- huur niet meer gerechtvaardigd zou zijn. Ook voor de ontspanning der werkloozen word dit college gemachtigd de Gehoorzaal eenige malen kosteloos af to staan. Volgn. 207. Uitgaven voor volksfeesten, ontvangst van congressen, e. d. Een lid zou wenschen dat op de lagere scholen een Sint-Nicolaasfeest wérd gege ven. Dit lid zou daarvoor het kinderfeest op 31 Augustus desnoods willen opofferen. ITct denkbeeld vond bij andere leden bestrij ding ook om de hooge kosten. Met het oog op den financieelcn toestand van de gemeente achten B. en W. het niet gewettigd, om, behalve voor het kinder feest op den verjaardag van H.M, do Ko ningin, op het behoud van welk feest zij, zooals bekend is, prijs stellen, nog gelden uit te trekken voor de viering van. een St.- Nicolaasfeest op de lagere scholen., Volgn. 208. Subsidiën aan schouwburgen of muziekkorpsen. Een lid wil de post van f 4000 opheffen, aangezien er thans genoeg muziekcorpsen zijn. B. cn W. deelen nogmaals mede, dat zij geen termen tot schrapping van dezen post aanwezig achten. Volgn. 217. Kosten van ziekenverpleging in ziekenhuizen. Geïnformeerd wordt, hoever de plannen voor de inrichting van een gemeentelijk ziekenhuis gevorderd zijn. Zijn er voorstel len van den Geneeskundige Dienst te wach ten Het rapport van den Directeur van den Gemeentelijken Geneeskundigen Dienst betreffende do inrichting van een gemeen- telijk ziekenhuis kan binnen niet te lang tijdsverloop worden tegemoet gezien, zeg gen B. en W. Hij onveranderde vaststelling van de door B. en W. bij deze Memorio voorgestelde wij zigingen zullen de ontvangsten een verhoo- ging ondergaan van f 16214 en een verla ging van f 1375, dus in het geheel f 74869; hooger worden. Daarentegen zullen de uit gaven stijgen met'f 17204 en verminderen; met f 3685 en dus in het geheel f 13519 hoo ger worden, zoodab de begrooting in totaal f 14869 f 13519 f 1350 gunstiger wordt. B. en W. stellen den Raad voor, den posti Onvoorziene Uitgaven" onveranderd te laten, doch den j)ost ,,Hoofdelijken Omslag* (volgn. 37) met dit bedrag ad f 1350 te ver lagen. Zitting van gisternamiddag. STAATSBEGROOTING VOOR 1923. Hoofdstuk Va (Onderwijs). Voortgegaan wordt met Hoofdstuk VlS (OnJerwys), afdeeling Kunsten en Weten schappen. De heer KLEEREKOPER (S.-D.) meent,; dat de Minister tusschen twee vuren zit:' het één wenscht, dat hij veel za! doen juist voor deze afdeeling; het andere neemt hem reeds kwalijk wat hij deed. Spr. vraagt zicK af of de-zo afdeeling $\iet onbezuinigd moet blijven. Er is geschrapt 50 mille op deze afdeeling, precies het bedrag, dat Oorlog uitgeeft voor de veredeling van het paar denras. Had men de paarden eens laten1 wachten, dan was do veredeling van het volk niet achterop geraakt. Stopzetting van de aankoopen voor de musea acht spr. een ramp. De tooneelspeelkunst gaat langzaam aan ten gronde. Do algemeene grief is, dat de Minister automatisch heeft gedaan wat van hem ge vraagd werd; hij heeft het gevraagde per centage geschrapt. Do Minister deed dit zondor op het perspectief te Ietten. Spr. betreurt het, dat het werk van volksuni versiteiten, orkesten, tooneel, enz. is ge knauwd, op een wijze, die in strijd is met' dc belangen des volks. De heer RUTGERS, (A.-R.) acht het niet onbillijk, dat ook op deze afdeeling wordt bezuinigd. Hij verschilt nu eenmaal van in zicht met den vorigen spreker ten aanzien van waardeering der Kunst. De MINISTER VAN ONDERWIJS, do heer DE VISSER, zegt, dat 17% op iedere begrooting bezuinigd moest worden. Op de ze afdeeling is het percentage maar 13; en dus kan niet gezegd worden, dat maar vaak wordt bezuinigd. Dc Minister heeft met leedwezen deze bezuinigingvei'richt. Hij zou veeleer meer steun willen geven, ook aan de tooneelspeelkunst. Maar deze kunst dient zelf veredeld te worden. Het is nu eenmaal een betreurenswaardig feit, dat stukken, waaraan een luchtje zit, stroomen bezoekers trekken en dat de goede stukken daardoor schade lijden. Dit nu juist brengt de Minister in moeilijkheden. Spr. betoogt, dat hij met overleg de be zuinigingen heeft verricht. Bij art. 289 (volksuniversiteiten) stelt de heer ZIJLSTRA (A. R.) dc vraag of do naam van volksuniversiteit wel goed is. Is het wel een universiteit en is deze wel voor. het volk Spr. meent, dat er over het alge meen meer leergeld betaald kan worden en" dat het particulier initiatief hier meer koi/ avontuur van Ralph Smith, detective. de or EDUARD HU BEL, (Nadruk verboden). 3) Mijn vriend zeido dan nu ook, dat hij voorloopig niot kon helpen, en beide p4*! Grover dd© intusschen al was ko- 11 ^ggen, dat de auto voorstond om bezoeker uit te laten, loen Poarnel weg was, stapten wij in de ®to, en Mac Grevor reed «as handig "door (til6tnatei1 van ^Londen. Smith was v bij zoide, dat hij' zijn hersenen niet voren noodeloos wild© vermoeien. kon echter mijn gedachten niet voor ■J houden, en kon niet nalaten, zijn 7'oie to vragen, over het idee, clat rich had gevormd, daf de Bamkroovcr en i •fjCOr'^a3 verdwenen Clayton één en Bl pcr5roon Trarcm k,keek op, en ik kreeg het gevoel -•^verkeerds gezegd tc hebben, w r' Eddie/' zeido hij, sinds wan- TfjcT 3e zo° vlug je conclusies? Wat tr(d©nen bestaan er nu, om aan t© ,cridat die twee personen dezelfden h^rï u'^ oir,dnt zij allebei een zwarten hebben? Oi omdat do held uit jo °°1lC dadelijk dergelijke gevolgtrek- 'pfn B-aakt V zijn toch vefsehülend'ó dingen, dié °°r Pteiton/i protesteerde ik. „De een is misdadiger, de ander eon familielid van eener allesbehalve net „uitziend per soon. Do een verdwijnt, als do ander een Bankroof pleegtzoo is er meer.; het feit, dat beiden oen vollen, zwarten baard be zatten,.^ mag jc dan een kleinigheid noe men." Ralph lachte, en maakte mij ©r nijdig mee. Het was toch heusch zco'n vreemde godaohtengang nog niet! „Je moet jo als detective oen*beetje minder Laten leiden door een ingeving van het oogenblik, vooral nu er nog zoo verba zend weinig gegevens zijn, waarover wij kunnen beschikken! Overigens is de een niet verdwenen, terwijl de ander de Bank beroofde, maar reecis eenige diagen van to voren on is nog afgezien daarvan die om standigheid allerminst aan te halen als be wijs voor jo veronderstelling, vindt je eigenlijk ook niet?" Ik bromde wat onverstaanbaars terug en zweeg verder. Even later stor^ de auto voor de Bank 6tü. De heer Thompson had ons reeds her kend, cn kwam ons te gemoet, zoodat de agent-, die daar al op post stoncl, ons door liet. Met- ons drieën tradeal wij het gebouw binnen. HOOFDSTUK II. Het onderzoek in dc Bank. Ofschoon niet zoo groot als heb Bank gebouw, waarin ik een tijdlang als klerk heb zitten zuchten, waa dit veel mooier ingericht. Men kwam door een marmeren vestibule in een vrij groote hal, in welke aan den linkerkant eenige schrijf taf-als stonden, terwijl ter.rechter zijde verschil lende loketten waren aangebracht, en tevens een deur. dde toegang gaf tot de kantoorruimte achter de loketten. Tegen over den ingang bevond zich tegen den muuï? een groot bord, waarop verschillende Hiedodeelingen, koersen, e. d., genoteerd stonden, on hierboven hing oen groote klok. Er waren enkele personen in de zaal aanwezig, waarvan or één eioh dadelijk naaa* ons toe begaf. Wij konden hem wel het was Laron, eeax detective, en wel een der bekwaamste, von Scotland-Y&rd. „Goeden middag, Mr. Smith," zoo wend de hij zich tot mijn vriend, „kooit u ook uw krachten gevesn aan deze duistere af faire? Dat doet mij genoegen; want wij weten met, wkt aan te vangeneer is geen enkele aanwijzing, geen enkel spoor maar u zult uw bekwaamheid wel spoedig ©enig licht op de zaak werpen." Ralph zweegik wist bij ondervinding, dat hij wara was van allen lof, die hem werd toegezwaaid. „Zoo, hebben, jullie nog niets gevon den?" zei de hij, en toon, zioh tot den di recteur wendend„Wil u aoo goed zij-n, Mr. Thompson, mij bdj den boedhouder te brengen? Hij was toch immers tijdens detn overval, hier aanwezig?" „Zeer zeker, Mr. Smith.'-' ,,U etaat toch in voor zijn betrouwbaar heid ,,U kunt woord voor woord gelooven, wat hij u vertellen zal. Ik zou mijn leven borg willen stellen voor zijn betrouwbaar heid, zóó zeker ben ik van heml" „Goed, goed; wilt u nu Thompson bracht ons naar ee,n klein, verschrompeld mannetje, dat met het hoofd op den arm aan een lessenaar voor zioh uit zat te staren. Men kon dadelijk den kanteOTTOcneoh In hem herkennen; overi gens stond hem de eerlijkheid op het ge laat geschreven. De heer Thompson had stellig gelijk: dit was geen man, dien men er van zou kunnen verdenken, zelf de hand to hobbe® geh^ in oen complot tot be'roo- ving van de Bank, en het verhaat van den den man met het roodjc masker onge looflijk als het scheen te hebben ver zonnen, om den schijn van zich af te wer pen. Mijn vriend vroeg den heer Green, zoo was zijn naam, one te vertellen, hoe de overval had plaats gehad. Green keek ons drieën aan. Hij streek zich met de hand over het voorhoofd, cn begon toon met matte stem het voorval scheen hem zeer aangegrepen te hebben te spreken: „Heb zal ongeveer balféón zijn geweest, en de meeste beambten waren reeds naar liuis gegraran toen er nog een bezoeker binnenkwam. Nu moet u welen, he er on, dat op dezen tijd#van den dag het een zeldzaamheid is, wanneer er nog een klant verschijnt; omdat do meeste loket ten op dit uur gesloten zijn. Ik wilde don- gene, dien ik bennen hoorde komen ge zien bad ik hem nog niet zelf even hel pen. U kunt u mijn ontsteltenis voorstel len, toen ik mij plotseling bevond tegen over een gemaskerde® maat, mot een drei gende revolver in de hand t" De boekhouder hield even op, en Ralph maakte van de gelegenheid gebruik, Green te verzoeken don gemaskerde® man zoo geed mogelijk te beschrijven. Het bleek iemand geweest te zijn. van on-, geveer dezelfde lengte als mijn vrioad, echter niet zoo blijk gevend, alle takken van do sport beoefend te hebben als #mith. De man was gekleed in een vrij nieuw blauw colbert-kostuum, had een zwarten flambaard op, en zijn gezicht was voor het grootste gedeelte bedekt ge weest met een rood-fluweelen masker, waardoor alleen do prachtige volle zwarte baard te zien was. In zijn linkerhand had hij een bruln-leeren taachje gehouden, ii^ zijn rechter de revolver. Smith had genoeg hieraan, en verzacht den boekhouder door te gaan met zijn ver haal. „Nu dan, heecren! Die man eischto van. Kirk en Davis, do twee andere beambten, dio met mij nog in het gebouw aanwezig Waren, dat zij naderbij zouden komen, en. do dour openen, dio toegang geeft tot het kantoor. 5üj mooston gehoorzamen, on de gemaskerde kwam hier binnen. Wij diriec® moesten de handen omhoog blijven houden, en werden gewaarschuwd geen ge luid te geven. U begrijpt onzen pijnlijken toestand, hee<re®!" Wij knikten, on konden ons levendig voorstellen, dat Green erg van streek was, vqoral, waar hij reeds een man op leeftijd wa«; en zeer gelieoht aan de zaak, waar aan hij meer dan veertig jaren verbonden; was geweest. Hij ging intusschen door „Wij werden gedwongen ons naar den kelder te begeven, waarin de kluis zich be vindt; de bandiet had mij bevolen de sleutels van do kluis mede te nemen. Hoe hij kon weten, dat ik oek in staat ben da safe te openen, is mij een raadsel 1 Ik moest hem oen bedrag van honderd dui zend pond sterling overhandigenals ik den moed gehad zou hebben te weigeren* zoir hij mij -gedood hebben, want hij zedcle dat hij drommels goed wist, dat een schot, hier in den kelder afgevuurd, buiten op straat och tl iet geboord zou kunnen wor« den. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1922 | | pagina 9