STORMACHTIGE HOOGTEN.
f9233.
LÈiSSCH DAGBLAD, Woensdag 15 November.
Tweede B3ad. Anno 1922
tweede kmer.
FEUILLETON
Zitting van gisteren.
Staatshcgiootii-.c voor 1(03.
Algei-recne beschouwingen,
.„jnoeoaan wordt met de algemeene
iraadslagmgen over de Ütaatsbegrootir.g
1933, Hoofdstuk I.
Bii de algemeene beraadslaging is te-
5 aan de orde: de interpellatie van den
5 Van Rappard, naar aanleiding van
.'woorden in de Openingsrede, dal „een
irmindering van het aantal Departemen-
van Algemeen Bestuur noodig wordt
.acht": de interpellatie van den heer
loelstra, naar aanleiding van den voor
nomen aftrek van 8"/s' pCt. van do. wed-
der burgerlijke ambtenaren ten be-
jove van de pensioenen.
De beer .WIJNKOOP (Com. fractie) be-
ire'êkt de veiligstelling van den gulden,
schuld voor de daling van de waarde
de mark zit z.i. in de econoraiscne
"litiek der groote landen en in bet kapi-
listische stelsel. En het proces van de
ding zal voortgaan zoolang geen andere
Witregelen worden genomen, want de
'irthschaft is kapot en dat is de schuld
t bet kapitalisme. De franc daalt ook
iregeld en dwaas is bet te denken, dat
1 alles terechtkomt. Alleen het stelsel van
ivjet-Rnsland kan redding brengen.
De Nederlandsche Regèering gaat den
ij op, die het zekerst leidt tot de daling
Jen gufden, omdat zij net productie-
sterfn doet achteruitgaan. Spr. gelooft
k niet aan het bestaan van oen crisis.
Het eenige nieuwe geluid, bij deze be-
iouwen gehoord, is dat van den heer Co-
in zake de defensie. Wat zijn echter
internationale verplichtingen? Zijn het
v-verplichtingen? Naar spr.'s meening zijn
1 de groot-kapitalistische verplichtingen,
de lieer Colijn wil nakomen.
Ten slotte betoogt hij, dat een eenheids-
,nl met de S. D. A. P. mogelijk is. Hrj
bereid groote concessies te doen en
over te confereeren.
_e heer BEUMER (A.-R.) bespreekt de
ueming van het aantal vrouwen in de
snier. Hjj vreest, dat daardoor niet veel
ibetering in de Kamer zal komen. In
i opzicht zijn de dames, die het woord
rrden. het eens, nl. dat de wijze, waarop
verkiezingen zjjn gehouden niet haar
apathie liad. Mej. Van Dorp is incon-
laent geweest, ,want zij achtte het een
ede gewoonte, dat een nieuw lid het eer
jaar zweeg. Inconsequentie is ©en be-
neljjk© eigenschap van de vrouwen.
Er is eenige verwarring geweest bij de
ibezingen, maar heeft mej. .Van Dorp
hard meegeholpen om die te vergroo-
it De kiezers van Van Houten hebben,
i kat in den zak gekocht, want mej. Van
»p heeft verkondigd, dat de antithese
mameljjk berust op den schoolstrijd,
ir optreden -is verwarring-wekkend en
past haar niet een verwpt te richten
anderen.
Eicessen zijn er geweest bij de verkie-
gea, maar die' klacht is algemeen, en
is geen reden voor die verontwaardigde
wijten. De anti-revolutionairen hebben
1 zeker niet over den verkiezingsstrijd
schamen. Spr. .heeft op verkiezingsver-
ieringen altijd weer gezegd, dat ieder
st iveten, dat niets beloofd kan worden
dat ieder een offer zou hebben te
engen. Van sociaal-democratische zijde
-ren niet zóó voorzichtig geweest, hetgeen
met eenige citaten nader illustreert,
len slotte waarschuwt spr.-den Minister
il ir. te gaan op het verzoek tot wijzi-
-S der huwelijkswetgeving,
b.' heer BULTEN (R.-K.) komt op tegen
classifieatie-inaèeling der gemeenten,
wenscht volledige afschaffing daarvan.
Ce heer RUTGERS (A.-R.) bestrijdt en-
opvafctii^geii van dén heer Kersten,
betreffende liet" geza-ntsoliap bij het
*ticaan en de verhouding tot de R.-K.
Cr'6"- Hij betoogt verder, dat op grond
Q gewetensbezwaren van enkelen een re-
'uff niet kan worden nagelaten. Men
trachten een oplossing te vinden,maar
is niet altijd mogelijk die te vindon.
De Minister van Binnenlandsch© Zaken,
de heer BUYS. DE BEERENBROUCK,
antwoordt en zegt dank voor de wijze,
waarop zijn beleid is besproken.
In de eerste plaats de afschaffing van
het Departement van Landbouw, Teleur
stelling was wachten gelijk bij ieder De
partement ware te wachten. Niet dan na
rijp overleg is tot dlc opheffing besloten.
Drnug naar bezuiniging was een eerstë mo
tief, maar behartiging der landbouwbelan
gen stond op den voorgrond. En die twee
konden samengaan. Handel en Nijverheid
passen veel beter bij Arbeid dan bij Land
bouw. De ervaring zal leeren, dat deze
nieuwe combinatie beter is. Wat bespaard
zal worden is meer dan do bezoldiging van
den Minister. Spr. schat de besparing op
f 100.000.
De landbouwbelangen zullen bij spreker
veilig zijn.
Vele gropte belangen vinden behartiging
bij Departementen, terwijl vaak op de in
stelling van eigen Departementen is aan.
gedrongen; zoo bijv. de volksgezondheid,
waarvoor vaak een eigen Departement is
gevraagd. Het stelsel van afzonderlijke af-
deelingen met deskundige chefs is dikwijls
te verkiezen boven een eigen Department.
Spr. zegt boe, dat zijn Departement in
nauw contact zal blijven met de landbouw
organisaties, zoodat in dit opzicht geen
achteruitgang zal te duchten zijn.
Dc vergelijking met de benoeming van
een Minister van Marine acht spreker on
juist. Bij dit Departement gaat het alleen
om het ministerstraktement. De bezuini
ging is juist oorzaak, dat ieder dezer De
partementen een hoofd krijgt: de uiléérrloo-
pende toestanden aan die Departementen,
maken juist bij het zoeken naar bezuiniging
vereeniging voorshands niet gewonsóht.
In zake het buitenlandsch beleid verde
digt spr. de houding van London, die door
den heer Dressclhuys verkeerd is beoor
deeld. De heer Loudon bewoog zich geheel
in de lijn van don Volken/bond, toen hij
den vrijhandel verdedigde.
Nope-ns de kwestie-Tack verwijst spr.
naar de vragen vari den heer Berretson en
het daarop gegeven antwoord. Het Nodfcr-
landsche belang heeft den doorslag gege
ven en daartegen kan niemand zich verzet
ten.
De Onderwijswet 1920 besprekend, sluit
spr. zich in veel opziohten aan bij den heer
Colijn. De linkerzijde heeft dio wet aange
nomen en is er dus ook voor aansprakelijk.
Zelfs hebben de hoeren Dresselhuys en Qs-
scnidorp de -wet veel duurder willen ma&en.
Zij mogen dus niet klagen over de hooge
kosten. Wie ernstige gelijkstelling wil,
moet zioh plaatsen op den grondslag der
tegenwoordige wet, die voor vereenvoudi
ging vatbaar is, gelijk gebleken is uit de
novelle der Regeering.
Ten aanzien van de defensie heeft mr.
Marohant verstrekkende beschouwingen ge
houden.
Spr. hoopt, dab bij de defensie-begroo-
tingen zal moeten blijken of de plannen van
mr. Marchant voldoende de veiligheid waar
borgen. De lieer Colijn heeft een andere
opvatting gehuldigd, die spr. echter gaar
ne nader gedefinieerd zag, alvorens spr. er
op kan ingaan. De Regeering wenscht heb
land te beveiligen zoolang anderen de vei
ligheid in gevaar kunnen brengen. Spr.
vraagt den heer Colijn wat hij bedoeld
heeft met de internationale verplichtingen.
Het ligt in de bedoeling een Bewape
ningsfonds voor te stellen, maar in gewij-
zigden vorm.
In de eerste jaren zal alleen worden ge
vraagd wat strikt noodzakelijk is.
De vereenvoudiging der sociale wetten
acht spr. noodzakelijk. De Minister van
Arbeid is gebleven, hoewel hij zich aanvan
kelijk niet meer beschikbaar wilde stellen.
Spr. hoopt, dat deze Minister zal slagen
in het vereenvoudigen der sociale wetten.
Bij de uitvoering van de Arbeidswet heeft
de Minister van Arbeid naar soepele uit
voering gestreefd door veel overwerk toe
te staan.
Het vraagstuk dor landverhuizing is in
behandeling en overweging. Reeds zijn Ne
derlandsche werkliedlen in Noord-Frankrijk
te werk gesteld.
RECLAME.
8344
Een wet op de Huisindustrie zal bij den
ïloogen Raad van Arbém worden aanhangig
gemaakt. Zij zal worden uitgevoerd!, als de
Arbeidswet zóó-is gewijzigd, dat geen nieu
we ambtenaren meer noodig zullen zijn.
Eén tijdelijk invoerverbod zou de Regee
ring niet dan in het uiterste geval willen
aanvaarden.
In zake de algemeene politiek moet men
zich vasthouden aan den uitslag der stem
bus. De Regeering heeft zich niet te men
gen i.a de daden der geestelijkheid ten op
zichte van de kiezers.
Ten aanzien vein de bezuinigingen zegt
spr. dat heb Kabinet enoder van wil door
dringen, dat#ieder spaarzaamheid heeft te
betrachten.
Wat de Kabinetsformatie betreft, stelt
spr. zich op het standpunt, dat de Kroon
het recjit heeft deze te leiden gelijk zij wil.
Spr. ontkent, dat opzettelijke geheimzin^
Kgheid is betracht. In niets verschilde deze
wijze .van handelen van die bij vroegere
gelegenheden. Spr. hoopt spoedig een vol
ledig werkprogram over te leggen. Het
overleg, dat gepleegd is met da partijen
der rechterzijde is op de gewone, nonnaie
wijze geschied ©n spr. meent, dat-daarbij
niets is gedaan, dat kritiek uitlokt, Ónmo-
'gelijk was het vóór d& verkiezingen een vol
ledig uitgewerkt bezuinigingsplan te ont
werpen.
De vergadering wordt verdaagd tot acht
hur.
AVONDZITTING.
Hoofdstuk Ka (Arbeid.)
'Aan "cte orde is Hoofdstuk Xa (Arbeid-) Er
worden geen algemeene beschouwingen ge
houden.
Afd. 1.
De lieer VAN DER WAERDEN (Soc.-Dcm)
beépmékt het aantal junüdisdhe ambtenaren
aan dit departement, dat 7.i. te groot is. De
afdeel ing Antocid kan wellicht gecombineerd
wordbn met de aMeoling Ar-be i ctaiaspectic. De
Miniabor hoeft /vooralsnog'' bezwaren. Spr.
ziiet voortfccl in de combinatie en hoopt dat
de Minister nog eens zal overwegen.
iDe Minister van Arbeid, de héér AAL-
BERSE, meent dat hier niet niet Jx-vjuinigd
moot. worden. De ervairting heeft (geleerd, diat
'dit stelsel goed) is. Spr. wiil in geen geval on
tijdig veranderingen aanbrengen. Hij is er op
uit om te onderzoeken of hier onlderdaad be
zuinigingen mogelijk zijn, maar men moet dit
met forcceren.
'AM. 2 (Arbeid.)
Dc. heer ENGELS (R.-K.) begrijpt, dat hot
moeilijk is te bezuinigen. Het verdieagt hem
'dat dit hoofdstuk or nogal goed. iafgekomen
VorvoOigens bestrijdt hij die bewering dat de
Arbeidswet een slechten invbocid heeft op de
malaise. Die bewering is onjuist, dat hier en
daar de loonen te hoog waren opgedreven, zal
spc. niet ontkennen. Loonsverlaging is a-an
de orde van den diag.
Een vergelijking met dc toestanden in En
geland acht spr. niet billijk, vooral met wat
die tcxtiel-goederen betooft. De uitéénzetting
Idiie dfe werkgevers gaven bestrijdt apr. De
loonsverlaging is niet zoo groot als de heer
Dlriosselhuya heeft betoogd. Spr. wijst er o<p
Idat dc arbeiders hier te lande benedict zijn de
EngeJsohe voorwaarden te aanvaarden. On
juist is het dat de industrie hier te lande al
leen kan worden gered door aTlbeiidsduuir-ver-
lengitng en loonsverlaging, gelijk dit door die
werkgevers wowdt betoogd.
Ten.slotte vestigt hij de aandacht van den
Minister 'op de zioh ontwikkelenden iklein-
ïiuhistric iruTwentc. Ilij hoopt dat do Minis
ter dat streven zal steunen, indien dit. noo-
die moest Wijken te zijn.
Dc heer SMEENK (A.-II.) bcapreckt u uit
voering van do regeling dér dienst- en rust
tijden voor winkel- en kantoorpersoneel en
betreurt het dat deze pas zal plaats hebben
als blijkt dat geen nieuw ponsonccl voor de
controle daarop zal noodig zijn. Spr. acht uit
voering dringend noodig omdat in deze vak
ken veel. overwerk wordt verricht, dat onge
motiveerd is en leidt tot uitbreiding van de
we ik loosheid. Hij hoopt dat de Minister de
uitvoering nog oeps ernstig zal overwogen.
De heer BAKKER (G.-II.) betoogt dat een
te groote uniformiteit, in de arbeidsinspectie
geen rekening houldt mot liet verschil in toe
standen in de steden en ten plattelande. Voor
het- platteland kap veel in de paperaHsery wot-
dén.vereenvcm'dig'd.
Ook in de regeling van den arbeidödu-ur
te platteland© acht spr. wijziging noodig.
De heer SCHAPER (S. D.) betoogt dat
dozen Minister in de dalende lijn is met
zijn wetgeving speciaal ten aanzien van do
Arbeidswet. sDo Minister ziet niet genoeg
in dat wij deze malaise door moeten ma
ken. De werkgoveps grijpen den toestand
aan om de 1-oonen' te drukken en de Ar
beidswet te, venpoordca. De Minister moet
aioli daar tegen verzetten. Ton aanzien van
don toestand in de textielnijverheid sluit
hij zioh bij den heer Engels aan.
Het orgerlijksb acht spr. de houding van
den Minister tegenover de groepen die
nog niet onder de uitvoering der Arbeids
wet. vallen. De Minister laat dio groepen
wachten omdat bij niet meer ambtmaren
wil aanstellen. Met den heer Smeenk is
spr. heb eens dat heb winkel- en kantoor
personeel niet langer mag wachten. Do
Minister is verplicht de Arbeidswet uit te
voeren en bij heeft, niét het recht de uit
voering afhankelijk te maken van de
kwestie, van aanstelling van nieuwe amb
tenaren.
Ook nop oris de regeling togen de huis
industrie -verschuilt de ^Minister zioh ach
ter vaaghedc.D als deze: dat do zaak in
voorbereiding is. Dat acht spr. geen toe
laatbare houding van een bewindsman.
Dc toestand van het hotelpersoneel ia
ellendig en de Minister doet er niets aan.
Do Arbeidswot is noodig en de Minister
moet niet luisteren naar don sirenen-zang
van hm, die zeggen dat overleg tussohen
werkgevers en werknemers thans de be
slissing nx>b leveren.
Mej. GROENEWEG (S. D.) herinnert
den Minister aan zijn toezegging aan mevr.
PothuisSrnit in de Eerste ICamor ten
aanzien van voorzieningen voor dm nacht
arbeid vain vrouwen die noodig is als ge
volg van de sluiting der traJcbaten, over dit
punt. Spr. had verwacht dat de Minister
voorzien in gen had getroffen ter gemoetko-
ming aan de zwangere vrouwen voor wie
het arbeidöverbod geldt.
Spr. stelt oen motie voor, waarin de
Kamer oen noodrogeling voor deze cate
gorie vajn vrouwen wordt gevraagd, zoodafc
een uitkeering voor baar wordt toege
staan.
De heer HIEMSTRA (S. D.) bes-preekt
de regeling van den arbeidsduur voor land
arbeiders en betreurt het dat binnen af-
zienbarm tijd van een dergelijke regeling
niets zal komeai. Uitvoerig schetst spr. de
toestanden ten platteiande en hij óritiseert
de houding van den heer Bakker die al
voor een soepele regeling pleit terwijl nog
in geen jaren een regeling is te wachten.
De heer BOON (Vrijz Bond) betoogt
nan dc baud van vele cijfers dat de acht-
iiren-dag de productie heeft verminde^,
terwijl de productiekosten zijn gestegen.
Zoo min mogelijk moeten de industrie be
lemmeringen in deai weg worden gelegd
en meer rekening dient gehouden te wor
den mét de bijzondere omstandigheden:
waaronder bepaalde industrieën arbeiden.
8pr. verwijst naar bet buitenland, o. a.
Zwitserland waar rnen veel beter inzioht
heeft in de nooden der industrieën. Wij
moeten veel verdor gaan dan thans hot
geval is. Ook de socialist Kampfoiaier.
heeft in dio rioliting geadviseerd en go-
pleit voor het toestaan van meer overwerk.
Spr. vraagt hoe het nu eigenlijk staat met
de overwork-vorgunningen, wamt hij acht
zeer ruime toekenning daarvan gewenscM-.
Met enkele voorbeelden toont- spr. aan
dat de Minister niet vor genoeg gaat. Wan
neer de éóne fabriek over werk-vorg-u nu in g
vra<agt, vevwijst de Minister naar oen an
dere fabriek van hetzelfde artikel die het
nog niet zoo druk heeft. Dat lijkt opv
distributie van werk door den Minister,
hetgeen spr. afkeurt.
Eveneens keurt spr. af dat soms lcsonsj
voorwaarden worden gebonden aan de
overwerk-vorgunning.
Spr. vindt ook dat een regeling moet
gehouden worden aati het al of niet voor
handen zijn van oonbróle-ponsoneel. Intus-
sclien acht hij de invoering van de rege
ling dor dienst- en rusttijden voor winkel-'
en kantoorpersoneel niet noodig oipdat de
enquête leert dat het overgroote deel niet
meer dan 10 uur werkt.
Ook in den land- en tuinbouw, waarin
malaise heerscht, is regeling thans niet
gewenscht.
De MINISTER antwoordt. Het debat
concentreerde zich om de toepassing van
de Arbeidswet. ,Wat het kantoorpersoneel
betreft, gaf men een onjuiste voorstelling
var de kwestie. Verleden jaar heeft men
uitdrukkelijk gewenscht stopzetting van aan
stelling van nieuwe ambtenaren.
De heer SCHAPER (S. D.): Behalve tech
nische ambtenaren.
De MINISTER zegt op precies hetzelfde
standpunt te staan pis verleden jaar. De
Arbeidsinspectie is een gesloten geheelj
voor de Arbeidswet was uitbreiding noo
dig, die spr. binnen perken wilde houden'
en pas bij geleidelijke invoering kon dia
inspectie zonder uitbreiding zich aanpassen.
Naarmate de wet meer werd toegepast, verj
minderde de bemoeiing en kon spr. tot vew
deren invoering overgaan, zonder uitbreb
ding van personeel. Aan die opvatting houdt
spr. vast. Op 1 Januari zal aaü jeugdige!
personen bij kantoorpersoneel een regeling
worden ingevoerd. Voor volwassenen kan
het nog niet, omdat de kantoren zich dan
kunnen aanpassen. Veel later zaL het voor
dezen niet worden. De kwestie voor het
winkelpersoneel is weer anders, omdat dit
verband houdt met dén sluitingstijd van
de winkels.
De bespreking over hét ontwerp-TJand-
arbeiderswet is nu bij den Hoogen Raad
vau Arbeid aanhangig en de Minister ver
wacht spoedig een advies. 1
De Ideine textiel-industrie heeft spr.'s
aandacht. i
Aan mej. Groeneweg antwoordt spr., dat
hij inderdaad een tegemoetkoming heeft
beloofd, die echter bij de Ziekte-negeling
gevonden moest worden. De ziekte-verze
kering is er echter nog niet en spr. heeft
toegezegd een noodregeling te zullen over
wegen Dat heeft hij gedaan', maar een;
deugdelijke regeling vond hij niet.
Een goede regeling is niet te vinden.?
Het gevaar dreigt, dat vrouwen zullen'
gaan werken om steeds tijdens de zwan
gerschap de uitkeering te krijgen. Ook dient
voorkomen te worden, dat (le werkgevers
zwangere vrouwen gaan ontslaan om aan'
een eventueel uitkeering te ontgaan. In.
de motie ontbreekt het belangrijkste pun£
n.l. de aanduiding, wie de uitkeering beta
len moet. En juist daarom gaat het.
iWa' de uitvoering der Arbeidswet be-
"trelt, betoogt spr., dat de werkgevers wat
te pessimistisch zijn en dat zij er den moéd
maar in moeten houden. De 48-uren-week
het Engelsch van EMILY BR0NTÊ.
Dcor W. A. a VAN STRIEN.
een korte pauze hervatte hij zijn ge-
hQs over de beeltenis, nam ze af, en leun-
zc tegen de sofa, om ze beter te kun-
beschouwen, ou terwijl hij zoo bezig
l3> trad Catharina biqnen, en kondigde
<lat zij klaar was, als haar poney ge-
^1(1 was.
Matuur dat morgCn over", zei Heathcliff
m,J; daarna wendde hij zich tot haar
'0egde er bij: „Je kimt het wel zonder
P°ney stellen, het is een mooie avond
futK ZU't gGeü Poncy's noodig hebben op
enng Heights, want wat voor reizen
doet, 3e eigen voeten zullen daarvoor
Kom mee".
J1: aarwcl, Ellen", fluisterde mijn lieve
En h rtefsteres' Terwijl zij mij kuste, voel
li aar lippea als ijs. „Kom mij bezoeken,
i)4vergeet het niet"-
öct Wl' l'e n'öte van dien aard
tier. ai°U-W ^e'an I" zed haar nieuwe-
hier'ir ver^anS te spreken, zal
hi,; 0men- Ik verlang niet, dat je in
Hij spionneert!"
an, ,h?» teeken, hem voor te
rail d --31 zij oczn-blik terugwierp,
zij. ha-rt sneed, gohoorzoam-
uh venster den tuin in
wandelen. Heatilicliff greep Oatharina's
arm onder den zijnen vast, hoewol rij zioh
blijkbaar eerst hiertegen verzette, eai met
snélle passen ijlde hij met haar de laan
in, waarvan de hoornen hen aam het ge
zicht onttrokken.
HOOFDSTUK XXX.
Ik heb een bezoek aan de iH-eights ge
bracht, maar ik heb haar niet gezien sinds
rij wegging; Joseph hield de deur in zijn
band, toe®, ik kwam, om na-ar haar te vra
gen, en wou mij niet voorbij laten gaan.
Hij zei, dat mrs. Linton niet te spreken
was, en dat de meester niet- thuis was. Zil-
lali heeft mij wat verteld vam de wijze,
waarop zij levenanders zou ik ternauwer
nood weten wie dood en wie levend ie.
Zij denkt, dat Catharina hoo@hart.ig is
en houdt niet vau haar, naar ik uit haar
woorden kan gissen. Mijn jonge meesteres
vroeg haar in het begin wat hulp, toen zij
kwam, maar mr. Heathcliff zei haar, dat
zij haar eigen bezigheden moest doen, en
zijn schoondochter op- rich zelf zou laten
toedienen Zillah stemde gewillig toe,
daar het een bekrompen, zelfzuchtige
vrouw is. Catharina toonde een kinderlijk
verdriet over dit verzuimvergold het met
verachting en maakte zóó mijn zegsvrouw
mee tot vijand, zóó zeker alsof zij haar
eenig groot onrecht had aangedaan.
Ik had een lang gesprek met Zillah on
geveer zes weken geleden, kou-t vóór u
kwam, op een dag, dat wij op de hei sa
men kwamenen zij heeft mij het volgen
de verteld
„Het eerste, wat rnrs. Linton deed,"
zeide ze, „bij ha-ar aankomst op de Heights
was naar boven te loopen zonder zélfs, mij
en Joeeph goede® avond te wensohenzij
sloot zioh op in Lintons vertrek en bleef
daar tot den morgen daarna ten-wijl de
meester on Earnahaw aan heb ontbijt za
te®, kwam zij heb buds binnen, en vroeg,
over al ha-ar leden bevend, of er om de®
dokter gestuurd mooht worde® baar neef
woe keel ziek.
„We kermen dal!" a®twoordde Heath-
oliff„maar zijn leven is gee® penning
waard, en ik zal geen penning aan hem
besteden."
„Maa/r ik weet niet, hoe ik handelen
moet," zei ze; ,.<m als niemand mij wil
helpen, zal hij sterven !"-
„Ga dc kamer uit i"-~ riep de meester,
„en laat mij nooit meer iets over hem
hoaren r Niemand hier geeft er om wat er
van hem wordt; als je cr wel om geeft,
apeel dan de verpleegsteren indien niet,
«luit hem don op en verlaat hem V' -v
„Tooh begon zij mij te kwellen, en ik
zei, dat ik genoeg last van hot vervelende
wezen had gehadwij hadden ieder onze
baak, en die va® haar was om op Li®bon te
passen. Mr. Heatlicliff beval mij dat werk
aam haar over te laten.
„Hoe rij samen opschoten, kan ik niet
zeggen. Ik denk, dat hij veel klaagde en
dag on naolit kermde, en zij had al heel
weinig rust, als men afgaan mocht op
haai- wit gezicht en haar zware oogen
zij kwam soms in de keruken als een ver
bijsterde, en keek alsof zij graag om hulp
zou verzoeken; maar ik was niet van plan
den meestor ongehoorzaam te zijn ik
durf hem nooit ongehoorzaam zijn, juf-
fiouw Dean, en hoewel ik het voor ver
keerd hield, dat er niet om Kenneth ge-
stuurd werd, was het mijn zaak niet óf o-m
i'èad té geven 6f om te klagen, en ik wei
gerde steeds er mij mee te bemoeien.
„Eén- of tweemaal, nadat wij naar bed
gegaan waren, heb ik toevallig mijn deur
weer geopend, en heb ik haar zien zitten
eebroien boven aan de trap, en da® heb Ik
de deur snel weer gesloten, uit vrees,
da t ik belogen zou worde® tussohen beide
te komen. 11c had toen stellig medelijden
met haarmaar ik verlangde niet mijn
plaats te verliezen, weet u!
„Ten slotte kwam zij op eeai nacht driest
i® mijn ka®er, en deed mij dooclelijk ont
stellen <k>or te zeggen
„Zeg aan mi. Heathcliff, dat- zijn zoo®
stervende is ik weet zeker, d«at hij het
dezen keer is. Sta dadelijk op, en zeg het
h-eml"
„Na deze woorden geuit te hebben, ver
dween zij opnieuw. Ik lag oen kwartier te
luistere® ©n te beven. Niote bewoog het
huis was rustig.
„Zij vergiste zich, zei ik tot me zelf. Hij
is het te boven gekomen. Ik behoef hem
niet te storen. En ik begon te sluimeren.
Maar mij® slaap werd voor den tweeden
keer verstoord door een schel luiden van
do bel do oonige bel, die wij hebben, en
die met opzet voor Linton was gemaakt,
en d© meester riep mij om te gaan zien
wat er aan de hand was, an hun mee te
deelen, dat hij niet "verlangde, dat dit la
waai herhaald werd.
„Ik bracht Catharina's boodsohap over.
Hij vloekte bij zichzelf, e® na enkele mi
nuten kwam hij met een aangestoken
icaars naar buiten en liep naar hu® ver
trok. Ik volgde. Mrs. Heathcliff 7®t
naast het bed, de handen op haar knieën
gevouwen. Haar schoonvader kwam naar
voren, hield Ïï-efc licht bij Lint-ons gelaat,
keek naar hem en raakte hem aandaar
na wendde hij' zich tot haar.
„Nu Catharina," zei hij, „hoe voel'
je je?"
„Zij bleef stom.
„Hoe voel je je, Catharina?" herhaal
de hij.
„Hij is veilig en ik be® vrij," antwoord
de zij, „ik moest mij goed voelen maan*'
vervolgde zij met eeu bitterheid, die zij
niet kon verbergen, „u hebt me zoo lang
alleen tegen den dood laten worstelen,
dat i-k alleen dood voel en zie! Ik voel me
als dood
„En zij zag er ook zoo uit! Ik gaf haar
wat wijn. Harebon en Joseph, die onfc-,
waakt waren door het gebel en het geluid
van voetstappen, en ons prate® builen-
hoorde®, kwamen nu biimon. Joseph wan
geloof ik, blij, dat dc jongen nu verdwij
nen zou. Hare to® eohee® wat verdrietig,
boewei hij meer bezig was met op Catha
rina te staren dan met denken aan Lin
ton. Maar de meester beval hem weer
naar bed te gaan wij hadden rijn hulp
niet noodig. Hij liet later Joseph het lijk
naar zijn kamer brengen, e® zei mij, dat ik
naar de mijne moest terugkeeren, en mrs.
Heathcliff bleef alleen.
„In do® loop van den morgen stuurde
hij mij, om haar te zegge®, dat zij beneden
moest komen om tc ontbijten zij bad
rich ontkleed en ecbeen te gaan slapen, en
zei, dat rij ziek waswaarover ik mij nau
welijks verwonderde, ik deelde dit aan
mr. Heathcliff rnee en hij antwoordde
„Wel, la-at haar met rust tot na de be
grafenis cn ga nu en dan naar boven, ora;
haar te brengen, wat zij noodig heeft, on
zeg het mij zoo-dra zij beter schijnt.
(Wórdt vervolgd.)