Antonius Canova. Klein Bobby. ANEKDOTES. CORRESPONDENTIE. je heel veel houdt en je denkt daarbg jan die arme, hongerige kinderen, dan zullen jullie dat niet moeilijk vinden, geloof ik. En daar onze kindercourant een massa lezers en lezeresjes heeft, kunnen jullie samen veel geld geven, Doen jullie het? Ja? TRUUS SALOMONS. Antonius Canova, één der grootste beeld houwers van zijn tijd, werd in het jaar 1747 te Passagni, een dorp in Italië, geboren. Zijn vader was een arme steenhouwer. Toen Antonius drie jaar oud was, stierf de brave werkzame man, het kind aan de zorgen van zijn diep bedroefde weduwe achterlatend. De liefde van haar kind troostte de wedu we in haar smart. Zij deelde in zijn spelen, zijn lachen wekte haar op, zijn kinderlijk verdriet bedroefde haar. Het kind ontwik kelde zich voorspoedig onder de leiding van zijn moeder. Gezeten bij het vlammend vuurtje, dat in de hut brandde, vertelde zij hem boeiende verhalen en zong zij hem volksliederen voor. Op hun wandelingen leerde zij hem luis teren naar de stem der natuur en zijn hart sprong op van vreugde, als zij samen rond zwierven op de heuvels en in de bosschen van zijn schoon vaderland. Antonius was ook veel bij zijn groot ouders, die hem innig liefhadden. Zijn groot vader was timmerman en metselaar van 't dorp en het was zijn grootste wensch, dat zijn kleinzoon hem in zijn handwerk zou opvolgen. Toen de jongen vijf jaar oud was, kreeg hij les in de beginselen van teekenen en het scheen wel, alsof hij nu reeds voelde, dat hij wel eens iets anders dan metselaar kon worden. Hij begon nu al spoedig met klei te modelleeren en. het duurde niet lang, of hij slaagde er in, van kleine stukjes marmer ornamenten te maken. Twee altaartjes van marmer, het eene mét gekleurde steen en ingelegd, in dien tijd door hem gemaakt, zijn nog bewaard gebleven. Op een villa, Diet ver van het dorp, woon de de adellijke Venetiaansche familie Fa- lieri. Dikwijls kwam Antonius op het kasteel om daar allerlei kleine diensten te verrichten. Toen hij vijftien jaar oud was, gaf de graaf een groot feest en even vóór dat de gasten kwamen, zegt. de gastheer, dat de hoofdschotel voor het dessert niet beant woordde aan de pracht van de tafel. Hij riep zijn kok en beval hem iets tot sieraad te leveren. De kok was zeer ontsteld en wist niet hoe hij zich van zijn opdracht moest kwij ten Antonius. die juist in de keuken was om kleine handreikingen te doen, hoorde ook van het ongeval en hij wist raad te stelleo. ,.Gc3f mij wat boter en meel en ik zal u helpen!" riep hij uit en de kok, hoewel aan vankelijk onwillig, voldeed aan zijn verzoek. De jongen vluchtte met zijn schat naar den kelder en kneedde daar een leeuw van de boter en het meel. In triomf kwam hij er mee boven. De leeuw werd naar de feestzaal gebracht en de eer van de tafel was geied. De gasten bewonderden het meesterstuk ën men sprak er over, dat 'de jeugdige beeldhouwer in de gelegenheid gesteld moest worden om zijn talent verder te ont wikkelen. Dat is ook mijn meening", zei do gast heer, ,,en ik neem de opvoeding van dit jeug dig genie op mij". Graaf Faliere liet hem alles leeren wat hij rioodig had om een knap beeldhouwer te worden. Antonius bleek de zorgen, die aan hem besteed werden, waard te zijn hij studeer de vlijtig en het duurde niet lang of zijn roem was gevestigd. Zijn naam werd spoedig door geheel Euro pa genoemd. Allerlei eerbewijzen vielen hem ten deel. Hij, die door zijn grootvader be stemd was om de timmerman en metselaar van zijn geboorteplaats te worden, stierf den 13den October 1822, als Harkjes van Ischia, tot ver buiten zijn vaderland ge- ëfiuL Klein Bobby brak zijn speelgoed, En Hoeder, die het zag, Zei voor straf gaat 't nu de kast in. Enkel knikkers, heel den dag. Klein Bobby trek in zijn hoekje, Het knikkers en boos gezicht. Hij ging wat zittëp, pruilen, Hij telde het lang niet licht. Klein Bobby keek heel droevig, Doch zonder éénen traan. En Hoeder dachtwat zou er, Toch in hem omme gaan. Klein Bobby's blauwe oogjes Schitterden opeens van dolle pret. De knikkers aangevat, vlug, En op een rij gezet. Klein Bobby, zeidie (groote, Die knikker, bruin gekleurd, Dat is een booze Hoeder, "Wordt in een hbek gesleurd. Klein Bobby nam een tweede, Van schitterend rood en blauw, Dat is mijn lieve Vader, Die zet ik bij den schouw. Klein Bobby zocht een kleintje, Het geel en groen en wit, Dat is die lieve Bobby, Die zoet naast Paatje zit. Klein Bobby vatte 'de anderen En schudde ze dooréén, En sprak d'at zijn de bengels, Duikelen over elkander heen. Klein Bobby greep het doosje En tilde het omhoog. En pats, klets, trikketikketik, Alles door de kamer vloog. Klein Bobby schrikte hevig Van wat hij had, gedaan, En Hoedér liep beschermend', VTuig op haar theeblad aan. Klein Bobby kreeg berouw toetl, En klom op Moeders schoot, En zei ,,'k zal nooit weer stout zijn?, En storte tranen, als knikkers zoo groot. Ingezonden door Dina v. d. Reyden. Jantje (op school): „Juffrouw, als je een hond in de zee gooit, wordt hij dan een zee hond?" Voorzichtig. Arts tot een patient, dien hij op straat tegen komt: „Wel, wel en hoe gaat het er mee?" Patiënt: „Hui, hm, dokter, kost het veel als ik antwoord geef?" Ingezonden door Lot/tie den Blaauwen. Tante: „Hier Jantje, daar heb je een koekje. Zoo, en wat zeg je nu?" Jantje: „Tante, geef u er nog maar eentje," Door een misverstand en groote vertraging bij de post 'heb ik deze week 'het pakje met' brieven pas op het allerlaatste oogenblik ontvangen en is het mij riu dus niet moge lijk om ditmaal een apart woordje te schrij ven aan allen, die mij brieven zonden. Ik zal jullie brieven bewaren en dan in de Corres pondentie van Donderdag 27 Juli' antwoor den aan degenen, die een antwoOtrd vrageii Dat is immers veel gezelliger en aardiger dan dan het nu overhaast zou gaan. Het was trouwens aan het pakje te merken, dat het voor sommigen al groote vaoantie ie, want er kwamen maar zóó weinig oplossin gen. J - Ik zal dius maar 'Heel kort zijn, jullie weet nu hoe het komt, en ik zeg dan maa^ tot de volgende week, dan kroont het pakje hoop ik op tijd1 en kan ik rustig op alles antwoorden. HaTtelijk gegroet door Mej. A. KOOPMAKS VAK BOEKEREK. (Wij herifaneren er nog eens aan, d'at de oplossingen Zaterdagsmiddags vóór 12 uur aan ons bureau moeten zijn bezorgd. Red. „L. D.") ANTWOORDEN OP DE RAADSELS UIT HET VORIGE NUMMER. 1. Steen, een. 2. De stilte. 3. Muziekinstrument. Muis. ziek. Trui:?, in. cn 4. Bark, ark, ar. 5. De neu6. 6. Kat. 7. Boeken, die in een boekenkast staan. 8. De steenbakker. Goede oplossingen der raadsels ontvangen van Christina en Adriana de Wekker, Ma- rietje Seydell, Kelly van der Wiilden, Annie Stouten, Truus Kwestroo, Greta van Daalen, Engeltje Nijdam, Tonnie en Ina Houpt, Harmen en Wim Kieuwland, Herman van Weizen, Carel Swaan, Jetty van de Koordaa, Coba en Jan Hope, Willy en Gerda Zuyder- duyn, Lottie den Blaauwen, Betje Broeksoma Marie Zaalberg, Catootje de Jong, Louis Jan HaTting, Frans Diepeveen. Stien de Pree, Klazina Parlevliet, Bots Truyers. RAADSELS. I Voor allen om uit te kiezen^ I. Ingezonden door Corrie de Gruyter. Tk ben iets, dat den tijd aangeeft. Keert ge my om. dan ben ik een water. n. Ingezonden door Marietje Seydell. In welke maand eten de Hollanders het minste? £11. Ingezonden door Koosje Schuit, v De naam ran een Raadpensionaris wordt met 5 letters geschreven. Welke Raadpensionaris wordt bedoeld, als ik u zeg, dat 4, 5 een lengte maat is: 5, 2, 1 mag niemand zijn; 3, 4, 4, f is een kleur en 2, 2, 5 een gladde visch. IV. Ingezonden door Vincent van Ulden. Mijn geheel is een ©tad in Zeeland var 10 letters. 1, 6, 7 zit aan een visdh. 8, 3, 2 is een schreeuw. 7, 9, 9, 10 is een ontkenning. J9. 2 heeft ieder mensoh. V. Ingezonden door Frans van Wijk". Welke wielen draaien niet? VI. Ingezonden door Adriana de _Wekker. Welken grappenmaker van 2 woorden en 5 lettergrepen leest men uit deze 15 letters: t, 1, 1, 1. g, e, e, e, p, i, i, ij, u, e, n. VII. Ingezonden door Adriaan BoIT. Welke overeenkomst is er tusschen een stu dent in de rechten en een flesdh brandewijn? vin. Ingezonden door Jacoba v. d Berg. Een eik is een Een trein rijdt met In den winter is het Tafels zijn meestal .van Wie steek is een Een klein kindje is -■ r- De regels moeten 2 aan 2 rijmen,}

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1922 | | pagina 12