Do VOORZITTER wijst er Jan op hoe iu 'Alkmaar ecu vrijz.-democraat ook tegen de eenheideehool is nu liy wethouder is gewor den. De heer S YTSMA Maak inevr. v. I tallie ihier ook wethouder Dto VOORZITTER wijst tenslotte op het advies van den insgaecteur van het L. 0. als zeer gunstig voor de voorst el Len va{n B. en W. Nog een formeelc opancrking wil hij maken ten aanzien van het voorstel Knuttel. Wordt IcHit aangonotmen, dan is or in de punten I "V geen U. L. O. en geen 7e leerjaar meer. Wordt het voorstel Knuttel aangenomen, dan zal de beraadslaging geschiocrat moeten worden om B. en W. in de gelegenheid te stellen tot na- jdere regeling. Bij de replieken dringt sper. aan op kortheid Voor den heer KNUTTEL is het mós ver stand nriet dat db kinderen uit dc volfosklasseu idom. zouden zijn of iets in dien geest. In t algemeen kan hij zich wel verecnigen met wat geoogd» is over betere ontwikkeling als gevolg van het milieu. Dat is geheel juist, maar juist dat moet verdwijnen en door de kifcidorcn met elkaar in aanraking to brengen is het verschil op te heffen, 't Is nu alleen maar de vraag of men wat het kind der bour geoisie heeft ook wil geven aan 't kind der proletariërs. Aan den invloed van het milieu moet een ©ind worden gemaakt, niet uit een oogpunt van verbroedering, maar le. om uitwisseling en wrijving te krijgen en 2e. omdat hot een groote prikkel zal zijn den achterstand; bij do arbeiders-kinderen weg te nemen. Spr. geeft toe dat de bouirgeoisdc-künderen Sets •minder vluig zullen opschieten, dbeh dit 'deert hem nietliet arbeiders-kind! moet wor den opgeheven, Jat is hoofdzaak. Do groot© meerderheid der kinderen, die thans M. 0. en H. 0. genieten, zijn er feite lijk niet voor geschikt, d'och hun ouders he- Bohiikkon over geld», dlus Ma air kinderen, dde wel geschikt zijn blijven er weer af. Spr. zou [fciovor d)en grens van L. 0. en M. 0. en Voorb. H. O. van 12 tot 14 jaar zien verlegd, waar- lojver die pacdotgagcn het vrijwel cen9 zijn, maar aan het onderwijs is nqg zooveel tc ver beteren, waair we echter niet op in kunnen gaan, gezien Je wettelijke regeling, die dit belet. Overigens, wat hef -meegeven van ball as f betreft, de 3c klasse-schelen lijdbn Jaaman niet zoo zeer. Geen onderricht maar africht- ondcrwijs is echter tegenwoordig, het le klas- Onderwijs. Wanneer de heer Wdlmer dan er op wijst, hoe het Gymnasium etc. toch eisöhen stellen, zegt dè hoer Knuttel, dat ook wel te weten, maar ook dio bezwaren moeten weg. Het be zwaar, van het bijz. onderwijs is ten Jeele waar en dlaarom is epr. voor de éóne ver plichte neutrale opcnlbaTe school, de arbei'ds- ©enheblsclhool, anders komen we nog niet ver. .Groote resultaten van deze eenfheadsehool ver- ."waöht hij daarom niet, gezien de kapitalis tische maatschappij, die alrtijd oen nieuw ihekje ter bescherming der bourgeoisie weet tc zetten, als er een hekje, verwijderd is. Am sterdam en Alkmaar zeggen spr. niets. Mevr. v. ITATaLIE meent idat het haar aan waartdeering voor anderman s standpunt, niet ontbreekt. Gaairne ncenjt zij aan, dlat B. en W. ook het goede willen. Nu zoo holder is uiteengezet, wat de kindoren van beterei afkomst voor hebben, dan schrijnt het haar, dat de groote massa die voorrechten niet hebben zal. Toen zij sprak van het meebrengen van handigheid door de lagere sfeer-kinderen, bedoelde zij niet alleen wat het woord letterlijk zegt, maar ook handigheid der hersenen, die daaraan gepaard is. Ongetwij feld blijkt bij proeven, dat op de 1ste klas scholen de kennis grooter is. Zoo is het ook bij groote menschen. Iets rustiger gang bij het onderwijs is 'geen nadeel. Niet het onderwijs staat op den voorgrond, maar het algemeen bescha vingspeil. Zij gelooft, dat een volk meer vooruitgaat door verbetering van het totale bescbavings-peil, dan door onderwjjs voor zekere kringen pf wat sneller onderwijs. :Weer verwijst spr. naar Zwitserland. Het niet meevoeren van ballast geldt voor alles als wenschelijk en de examens zullen meer naar de kinderen moeten worden ingericht. Een recept voor de dooreenmenging van de kinderen zaL zij niet geven, zij is geen wethouder. Zij weet, dat bij een referen dum zou blijken, dat de meerderheid voor de eenheidsschool zou zijn, dit in antwoord op de vraag: wat willen de ouders. Wat liet idealisme betreft, het zijn altijd do idealisten geweest, die de wereld heb ben vooruitgebracht. De idealisten zijn zelfs de practici, want zij zien de wereld niet, zooals deze is, maar zooals deze behoorde te zijn De. lieer ,WILMER meent, dat een zekere ontstemming is gewekt bij een gedeelte der burgerij, door de manier, waarop som mige sprekers zich hebben uitgesproken voor de eenheidsschool, nl. door de voor stelling alsof B. en W. aan het proleta riërskind niet hetzelfde onderwijs gunnen als aan de beter gesitueerden. De heer Knuttel heeft nu echter gezegd, dat er wel meer kennis op de 1ste klasscholen wordt vergaard, maar toch het onderwijs daar, niet beter is dan op 3de klasscholen. Daar door zal de ontstemming z. i. groofendeels weer verdwijnen. De heer KNUTTEL: Aardig sofisme. De heer WILMElt acht dit toch wel da moeite waard om even vast te leggen. De heer GROENEVELD zal niet tegen spreken, dat de kinderen uit betere kringen wat meer meebrengen, maar zijn er onder de arbeiders geen ouders, die zich met 'hun kinderen bezig houden? Hoe willen 'F. en W. dan uitmaken, wie naar een 'op leidingsschool gaan? Spr. ontzegt den proe ven van dr. Oort zooveel zeggingskracht als hier gedaan wordt, 't- Hangt veel af van wat gevraagd wordt. Zeker, kunst en literatuur zijn op 3de klassescholen niet erg ontwikkeld, maar omgekeerd is daar prac- tisck misschien heel wat te vragen, wat elders niet kan worden beantwoord. Hoe kunnen B. en W. kinderen weige ren van opleidingsscholen, niet wetende, wat de ouders daarvoor op willen offeren? Kinderen kunnen worden overgeplaatst^ doch 't gevolg daarvan zal bijkans altijd zijn dat zoo'n kind een jaar achteruit gaat, dus wordt gestraft voor een vergissing van B. en W. Maar zullen ook omgekeerd le klas-kin deren op lc klas-scholen worden verplicht naar do 3e klasse te gaan als ze niet ge schikt blijven? Daaraan gelooft hij niet.Men zal hen wel mee sleepen, al heeft de maat schappij er tenslotte toch een strop aan. Ontwikkelings-mogelijkheid afhankelijk te stellen van den welstand der ouders wil zeker zeggen, dat bij het winnen van een prijs uit de loterij deze mogelijkheid ver andert Spr. betwist, dan dat te Amsterdam de eenheidsschool in wezen even goed wordt geweerd als hier. Wel degelijk wil men z.i. daar dit principe uitvoeren. Van dooreenmenging is geen sprake di rect. Laat ieder kind toch gewoon op zijn eigen school, zie ook wat de Bond van N. O. schreef, 't Gaa-t alleen om gelijk onder wijs. Hoe zullen B. en W. verhinderen dat kinderen van eindonderwijsscholen tjeh naar U.L.O.-scholen gaan? De heer KNUTTEL laakt de hoogst be denkelijke wijze van debat van den heer Wilmer, die een gedeelte uit zijn verband rukt. Principieel is 't juist, maar alleen principieel, maar tenslotte wordt er op de 3e klas-school toch te weinig geleerd door den langzamen gang. Maar al was de 3e klas-school beter, het gaat daarom niet, maar om verbetering van het onderwijs. De VOORZITTER wijst er op, boe de heer Knuttel zeide, dat aan den invloed van het milieu een einde moet komen, doch door dooreenmengdng zal niets veranderen, want het milieu verandert daardoor toch niet? Wil u verandering, dan zult u eerst de maatschappij moeten veranderen. De omstandigheden bepalen 't doel, hij her haalt het, daaraan is nic-ts te doen. Waar om kinderen op eindonderwijs-scholen las tig vallen met dingen die bestemd zijn ter voorbereiding voor M. O. Hij wil den kin deren juist geven het onderwijs, dat voor hen het meest gewenscht is. Exameneischen hebben wij niet in onze handen, daarover hebben wij niets te zeggen. Dat alle kinderen naar de opleidings scholen .zullen gaan, gelooft hij niet. Ver standige ouders zullen dat niet doen, maar dat is een kwestie van practijk bo vendien. B. en W. hebben er nooit aan ge dacht kinderen te weren van een oplei- dings-school omdat dc ouders het niet kun nen betalen. Dit aan het adres van den heer Gr. B. en W. zullen met de wenschen der ouders zooveel mogelijk rekening hou den. Dat de ontwikkelingsmogelijkheid van 't "kind verandert wanneer de ouders in beter doen komen, daarvan is geen sprake, dat is natuurlijk onzin. Spr, handhaaft, wat hij over Amsterdam zei de- Het v o o r s t e I-K n u t te I (eenheids school) wordt vorworpen met 209 stemmen. Vóór de S. D. A. P. en de heeren Knuttel, Sijtsma en mevr. Van Itallie. Ir. behandeling komen nu de eensluiden de amendementen van mevr. Van Itallie en den heer Groeneveld, om 5de en 6de klasse te doen opleiden voor H. B. S. etc. De heer GROENEVELD trekt voor een goeden gang van zaken zijn voorstel in. De heer SIJTSMA acht uitvoerige be spreking niet noodig na 't voorafgaande. Hij wjjst er op. dat dit voorstel minder ver gaat dan de eenheidsschool. Hij zal niet trachten bekeerlingen te maken. 'tZou geen zin hebben. De lieer MEYNBN motiveert zijn stem tegen het voorstel, omdat het de eenheid van de school aantast. In de practjjk zou het ook lastig worden met leerboekjes etc. Wat het voorstel van B. en W. betreft, neemt hij nota, dat B. en W. het moge lijk achten de scholen Boommarkt en Aal markt te vereenigen en dat er verbeterin gen kunnen worden aangebracht. Hij vraagt R. en W. echter niet al te zeor vast te houden aan het woord uitsluitend voor on derwijs van M. O. etc., om overgang mo gelijk te laten, daar z. i. altijd zal blijken, dat er ongeschikten zullen zijn. Hij vreest evenwel, dat de school ran de Aalmarkt niet groot genoeg zal zijn en daarom vraagt hij ook rekening le hou den, dat op a.idére scholen candidaten voor M. 0. etc. komen. De heer EERDMANS zou de band tus- sc.ien de school Aalmarkt en de opleiding voor M. 0. etc. losser zien gemaakt. Mis schien blijkt later een andere school meer geschikt. De heer VAN HAMEL steunt dit laatste en vraagt uitsluitend te veranderen in voor namelijk. De heer SIJTSMA vreest, dat één school niet genoeg zal zijn voor opleidingsschool, nu B. en W. het pleit hebben gewonnen. Zie ook het adres tot handhaving van beide scholen De heer DE LANGE meent, dat het bezwaar van den heer Meynen meer tneo- retisch dan practisch is. Ieder ouder zal zijn kinderen toch wel afnemen van een school, die niet geschikt blijkt. Art 23 der wet verplicht den raad te beslissen in deze. De heer WILBRINK zegt, dat de 2de klasscholen ook leerlingen voor H. B. S. etc. afleveren en waar dit wel zoo zal blijven, vraagt hij of deze eene school niet overbodig is. De VOORZITTER raadt het amendement ook af, waarvan het gevolg zal zijn, dat eerst achteraf wordt gekomen om later heftig bij te stoomen, wat niet zou be vallen aan leerlingen noch ouders. Bij het 5de leerjaar zou dan een heele verschui ving van leerlingen plaats hebben, een soort volksverhuizing. Spr. kon niet in de toekomst kijken, dus weet 'hij niet beslist, of de school aan de Aalmarkt groot genoeg zal zijn. Hij denkt het wel. De school aan de Breestraat is des noods voor een deel disponibel en naast- staand buis met. tuin is disponibel voor bijtrekken. Natuurlijk is afnemen vpn leer lingen altijd mogelijk. Uitsluitend wil hij niet onnoodig tc bevorderen. Niet bepaling van de plaats, maar dit over te laten aan B. en W. verbiedt de wet, de heer De Lange had gelijk.: De heer v. HAMEL zal zich gaarne neer leggen bij het woord uitsluitend. Het amendement-v. Itallie wordt verwor pen met 208 stemmen. Vóór de S. D. A. P., de heeren Knuttel, Sijtsma en mevr. v. Itallie Punt I wordt aangenomen met 226 stemmen (die der S.D.A.P. en van den heer Knuttel). Bij punt 2 licht de heer Groeneveld zijn amendement toe, luidende: a. de lagere afdeelingen der Jongens school 2e klasse op te heffen en de leer lingen to plaatsen op andere soortgelijke scholen. b. de u. 1. o. school tc splitsen. De heer GROENEVELD is tegen voort zetting van het ambulantisme op deze schooiwat eenige duizenden zal bezuini gen, hij denkt f 16000 De heer KNÜTTEL heeft bezwaar tegen de uitdrukking „andere soortgelijke scho len". Dat werkt soorten in de hand. De heer MEYNEN zou met het 1ste ge deelte mee kunnen gaan, wanneer de mo gelijkheid er is. Hij vraagt nu B. en W. of het kan? Met het 2de gedeelte is hij het abso- luut oneens. De VOORZITTER zegt, dat de mogelijk heid voor een groot deel zal afhangen van het besluit van het aantal leerlingen per klasse. Bij 32 per klas gaat het niet, bij 36 gaat het met eendge moeite, maar hij ontraadt heb. Niet zonder noodzaak moet men z.i. kinderen verplaatsen, die gewend zijn en waardoor weer een dooreenmenging zou moeten plaats hebben. [Bezuinigd zou er wat worden, maar z.i. mag dit. hier niet te veel gelden. Spr. is ook tegen splitsing der U.L.O.- scholen, ook met het oog op de kosten en het bestaan van a en b verdeeling op deze school. Het krijgen van goede leerkrachten is ook zeer moeilijk. Splitsing zou deze bijzonder goed aangeschreven school ver knoeien. Do heer KNUTTEL zal alleen voorstenf- men ter wille van opheffing van het am bulantisme, anders voelt hij er niet veel voor. a. wordt verworpen met 17—11 stemmen. Vóór dc heeren Kuivenhovon, Meynen, Bisschop, Jan do Lange, Wilbrink en de S. D. A. 'P b. wordt verworpen met 217 stemmen. Vóór de S 'D. A. P. en .de heeren Knut tel en Sijtsma. Punt II wordt z.h.st. aangenomen. Bij punt. III zijn weer twee gelijkluidende amendementen van de Vrijz-Dem en van den heerGroeneveld. Mevr. v. Itallie trekt nu het. hare in. Bovendien had zij zich vergist. Het amen dement luidt: Dc meisjesschool der 2de klasse te split sen in een school voor u.l.o. aan meisjes en een meisjesschool voor gewoon lager onderwijs en deze laatste school onder te brengén in het gebouw aan de Boommarkt. De heer GROENEVELD meent, dat er een f 6000 door bezuinigd worden zal door afschaffing van het ambulantisme. De VOORZITTER, acht afschaffing van het ambulantisme bij de U. L. O. scholen onmogelijk, wat hij verder uiteenzet. Jt Zou trouwens ook inconsequent zijn na -de beslissing bij punt II. Reserve-onderwij zers zijn hier niet mogelijk. Het amendement. Groeneveld wordt ver worpen met IS7 stemmen. Voor de S. D. A. P. en de heeren Knul- tal en Sijtsma. Den heer KNUTTEL heeft gefrappeerd, dat bij scholen le klasse B. en W. voor standers zijn van coedueatie, bij scholen 2e klasse, al niet meer. Gemak en zuinigheid bobben dus z. i. den doorslag gegeven. Dc VOORZITTER zegt dat B. en W. ook bij de. le klas liever twee scholen hadden, gewild maar dat werd te duur, gezien dien toeloop. Hier is 't. trouwens andere; deze 6chool bestaat zoo uitstekend. Waarom dan veranderen Punt III wordt z. h. et. aangenomen. Bij punt IV en V zijn weer amendemen ten van den heer Groeneveld en van de Vnjz.-Dem. De VOORZITTER vraagt den heer Gr. het Se leerjaar er uit te lichten en bij V dan to komen met een motie in dien geest, wat ook den heer Knuttel raakt en tevens dringt hij aan op eeniige redactie-wijzi gingen. De. lieer GROENEVELD heeft bezwaar. De heer Knuttel voldoet aan het verzoek, in een motie B. en W. vragend eerlang voorstellen te doen tot invoering van het 8e leerjaar. De heer GROENEVELD wil bij het. bou wen van nieuw o scholen rekening houden met de mogelijkheid van een 8e leerjaar. Mevr. VAN ITALLIE meent, dat wan neer het bijz. onderwijs maar krijgt, wan neer het vraagt het openb. onderwijs ook niet zoo zuinig behoeft, te zijn en een nieuwe school dus wel gewenscht is. Do VOORZITTER wijst er op, dat de sohool in dc v. d'. Werffstraat alleen maar als noodhulp zal gebruikt worden voor 7o leerjaar. De heer DE LANGE meent, dat B. en W. diligent zijn wat betreft het beschikken over voldoende schoolruimte. Z. i. mag de raad nu daarom niet tot nieuwe scholen besluiten te meer niet, waar onbekend) is, welken invloed de nieuwe bijz. scholen zul len oefenen op de Openbare. De heer MEYNEN sluit zich aan bij den heer De Lange. Verder acht hij hier het woord U. L. O. niet- passend in zijn kader. De heer KNUTTEL licht zijn motie toe. Het verplichte 7e leerjaar koant aan, dus nu is het de aangewezen, tijd om de moge lijkheid voor een 8o leerjaar te openen. De heer GROENEVELD verdedigt nog punt. b uit de amendementen, weer de be zuiniging aanvoerend, waarvan men van daag weer eens niets wjl weten. Verder komt bij ook op voor liet op pedl brengen van de gebouwen voor het openbaar on derwijs op dat der nieuwe bijz. scholen. De VOORZITTER ontraadt aannemen der motie Knuttel. Nu al beslissen over een 8e leerjaar lijkt, hem voorbarig. Leer plichtig zijn do leerlingen dan niet meer en de vervolgklassen hebben geleerd, dat directe invoering dan zeker niet wenschc- lijk is. De heer KNUTTELEr zijn er toch voldoende om twee klassen te vormen. De VOORZITTER raadt verder een kalm afwachten van den verderen loop van zaken aan. Omdat het. bijz. onderwijs nu toevallig nieuwe scholen heeft, kan men alle openb. scholen toch niet gaan ver nieuwen om op gelijke hoogte te komen. Splitsing van de 2o klas school no. 3 en de leerschool ontraadt hijtrouwens voor de leerschool is dispensatie voor altijd ver leend. De motie-Knuttel wordt verwoipon met 208 stemmen. Voor de S. D. A. P. en dc heeren Knuttel (dio zijn voorstel inzake 't Fransch nu terugneemt), Sijtsma en mevr. v. Itallie. Hel amerudement-Grooneiveld wordt verwor pen met 226 stemmen Voor de S. D. A. P. en de heer Knuttel. Het amendement der vrijz.-dem. wordt in ge lrakken. De heer v. HAMEL wijst nog eens op dc be zwaren van splitsing. Zie ook wat de Bond van Hoofden zegt. (De heer Knuttel: een uit stervende vereeniging). Daarom zal hij tegen 1 en 4 uit punt IV stemme®. De heer MEYNEN vraagt of het niet conse quent is, dat de rogeering het niel-splitsen der leerschool betaalt, wat is in 't belang van het rijk. Willen B. en W. geen stappen in die rich ting doen? De heer v. HAMEL vreest, dat hot rijk dan wel eens minder subsidie zou kunnen geven. Do heer DE LANGE zegt, dat de wet geen leerschool kent en niet meer kan gov en, zoodat dit dus nimmer een argument is tegen splitsing De VOORZITTER zegt, dat er reeds over ge schreven is in een geest als de heer M. bedoelt bij mogelijke wetswijziging. Thans kan de re- goering niet meer geven. 1 van punt IV wordt aangenomen met 252 •stommen (die van de heeren v. Hamel en Eend- ra a ne). 2 wordt z. h. st. aangenomen. 3 wordt aangenomen met 216 stemmen (•die -der S. D. A. P. en van den heer Knuttel). Punt IV wordt z. h. st. aangenomen. Hierna schorsing. Avondzitting. Bij punt V wil de heer v. HAMEL vasthou den aan hali-jaarljjkschc toelating. Do VOORZITTER verwijst naar punt VII, waarin hierin wordt tegomoc-t gekomen. De lieer SIJTSMA raadt den heer v. Hamel aan zich maar neer te leggen bij dit punt en niet langer tegen den 6troom in te'roeien. Do heer EERDMANS acht de gronden tegen splitsing al voldoende om zich uit to spreken. Nu krijgen we in één gebouw twee scholen met tweo nict-amibulantc hoofden! De wettelijke be palingen verplichten niet tot splitsing maar de regel van nict-ambuïant hoofd dwingt z.i., om dat scholen van 12 klassen en een niet-ambu lant hoofd niet aangaat. Dc VOORZITTER sluit zich geheel aan bij den heer E. Punt Vb wordt aangenomen mot 212 stom men («Me van dc heeren v. Hamel en Eerd- mans). Punt V wordt z. h.- st. aangenomen, evenals de punten VI en VII. Bij punt VIII ontspint zich een discussie tusschen mevr. v. ItalMe en den voorzitter over de behandeling van een amendement van mevr. v. ItalMe, ingediend bij punt XI, maar volgons don voorzitter hier thuis hoorond. De heer Sijtsma, med^-onderlcekcnaar sluit zich hij den voorzatter aan, waarna mevr. v. Itallie, dio eerst zich verzette, ook toegeeft. Het betreft het geven van bandemaibeid-onderwijs op Woensdagmid dag voor jongens cn meisjes en aan de jongens tijdens het handwerkonderwijs. Allereerst geeft mevr. v. ITALLIE dan aan, waarom zij principieel is voor handenarbeid. Horsen-gebruik is uitstekend, maar wat handig heid is toch ook gewenscht. Terecht wordt onze school thans verweten to veel te zijn luister- school. Zoo zal men tevens ook eerbied wekken voor wat met de handen is verricht, iets, dat nu nog wel eens te wenschen overlaat. Dc heer v. HAMEL wijst op de inrichting der lok alen, die verandering' cisdhen en voorts zou heel wat materiaal noodig zijn. D© lieer OOSTDAM heeft bovendien niets geen verwachting van handenaribbidi, gezien het resultaat van daigelijksoli onderwijs aan hen, die er hun brood mee zullen moeten ver dienen. Wie aanleg heeft, komt er toch zonder dit beetje onderricht. Spr. vreest voorts voo-r te veel verloren gaan van beter te gebruiken tijd1, zooals nu al weer aan sehtóollbaden verloren gaat. De heer GROENEVELD en cathegis.itio dan De heer OOSTDAM dn© gaat hij ons R -K. buiten het schoolonderwijs om. Als je niets beters hebt, schei dan maar udt. De heer SYTSMA zou alleen ih dc kosten co nijg bezwaar zien, maar dit nuttig onderwijs weogt daartegen z.i. wel op. Dc heer EERDMANS zegt geen gunstige berichten te hebben vernomen over hot re sultaat van handenarbeid' op de enigen school, al had hij gaarne anders gezien. In het eer ste niet gewenscht in ieder geival geen cate gorisch verbod tc geven, zooais B. en W. doen? Do heer DE LANGE zou het leerplan niet gaarne nog met een vak zien uitgebreid, ge zien de overlading en dan wie meet het onderwijzen Wie liefhebberij heeft, moet daaTmee beginnen op 12 jaar, wanneer instru menten zijn tc hanteeren. De heer JAN DE LANGE sluit zich bij zijn naamgenoot aan. Allo jongens kunnen niet oen soort handenarbeid geniete?], zooals de meisjes wel handwerkonderwijs. Voorts twij felt spr. ook aan het nut-, gezien het resultaat van de ambachtsschool. Mevr. v. ITALLIE trekt, haar amendement in. Zij zal tegen punt VIII stemmen om al thans het verbod weg te krijgen. De VOORZITTER zegt, d»at die geuite be zwaren dezelfde zijn als die van B. en W. geen lokalen, geen leerikrachten en geen geld. Tegenstemmen acht spr. overbodig, «Jaar de verordening toch altijd1 te wijzigen is. Pufot VIII wordt z. h s£ Mr evenals punt IX. Bij punt X (leerlingen per klasse) zri- oJ amendementen. Voor U. 1. 0 ènZV- E. eu W 32 voor opleidingsscholen, 36 ,oa. muteren, de vrijz.-democrnten 32 voor in schollen, evenals de heer ikroenevcW de h Meynen 36 voor alle scholen. De heer SIJTSMA wil voor een vo'kc^ school, die met 6 of 7 jaren de kiodcfcJ het* leven inzendt, het onderwijs zoo -r0tiï mogelijk maken. Hij wil geenbevoorrecll ting, maar voor alle scholen een maxim im van 32 per klas. De heer GROENEVELD is niet oijdét tevreden over zrjn eigen amendement. f telijk moest het aantal niet grooter z'jn d~" 24, maar hij is daar boven gegaan, omd het voorstel van B. en W. velen nog te mooi was. Waarom moeten de armenseho-J len weer worden achtergesteld bij de o^- leidingsscholen? Hij wil gelijkheid. r De heer MEYNEN wijst er op, hos voor U. L, 0. 24 het gewone getal is, al vree» hij. dat straks dit niet gehandhaafd /ai j kunnen wordep. Zijn er lokalen waar oeQ paar meer plaatsen z\jn, dan vraagt ha j E. en W. niet al te scherp toe te rienj Hij is het er mee eens, dat tusschen dé I opleidingsscholen en de andere geen ver schil moet zijn. Hij verschilt alleen in den', norm. waar hij voor allebeide 36 kiest. 32 is een eigenaardig getal, maar .lat is toch niet de hoofdzaak. 36' acht hij nietl overdreven. Van beter of slechter onder-] wijs is dan z. i. geen sprake. Die 4 leer-- Iingen zullen het niet doen. Zie naar de grootere getallen bij het bijz. onderwijs.] Bij 36 gaat men in de richting, d'e wij nogverder zullen moeten inslaan, rie wat de minister ?^i. Een groote bespa-1 ring aan leerkrachten is te krijgen, wei millioenen. Spr. geeft nadere cijfers uit de rede van den minister. Voor de niet-verplichte leerkracuteiï stond f 160,000 op de hegrooting. Zonder het onderwijs te benade'elen, kan z. i. daar-J van wel wat af en die gelegenheid roagi z. i. niet voorbijgegaan. Do heer OOSTDAM steunt nön heer, Meynen. Het bevoorrechten der opleidings-l scholen is bem ook zeer onsympathiek. De heer EERDMANS meent, dat de wetsa J wijzigingen ons op zeer zwrare lasten zuliea brengen bij het te laag nemen van het getal. Hij heeft gehoord, dat ds wet tot 54 zal gaan! Daarom voelt hij wel iets voor het idee-Meynen. Mevrouw VAN ITALLIE is het meer tn doen om gelijkheid dan om het getal 32 of 36. Een verschil van vier zal toch niet zooveel geven. De VOORZITTER meent, dat dit cijfer altijd wel een twistcijfer zal blrfvan. Ter- wijl hier de S. D. A. P. 32 voorstelt, vraagt zij elders 36. Hoe kleiner de klas sen. des te beter het onderwijs, zegt nieti veelal, maar dit wordt aangevochten, zie ook het praeadvies van B. en Wl B. en Wi voelen voor het bezwaar tegen de ongelijkheid en daarom kunnen zij het voorstel-Meynen aanvaarden, in welke rich- ting men toch gaan zal. Zelfs 36 zal men' z. i. niet kunnen handhaven pp den duur. Ten aanzien van het U. L. 0. kan hij den heer Meynen geruststellen. Mevr. VAN ITALLIE trekt haar amen dement nu in. De heer SIJTSMA vraagt of de 24 voor U. L. 0. nu niet dichter bij 36 is te bren^ gen. Hoe denkt de heer Meynen daarover? De heer MEYNEN is voor zichzelf voor 24. Hij vreest echter, gelijk gezegd, dat het. niet te handhaven is. Hoogstens zon het z. i 30 kunnen worden. De heer GROENEVELD blijft aan 32 de voorkeur geven. Het amendement-Groéneveld wordt ver worpen met 178 stemmen. Vóór da S. D'.: A. P. en de heer Sijtsma eu mevr. Van Itallie. Punt X wordt riu z. h, st. aangenomen» gewijzigd in den geest van den heer Meyhen. Bij punt XI (handwerkonderwijs) zijn amendementen van den heer Van Hamel, die den ouden toestand wil hamdhaven, van den heer Groeneveld en van de vrijz.-dem.. die tijdens de les-uren ook vak-onder vijs vragen, van de heeren [Wilbrink, Jan de' Lange en F. Eikerbout, die de 5 eerste jaren de gewone, bet 6de jaar de vak-onderwij zeres willen, onder aangeving van een aan tal uren, voor dit onderwijs bestemd. De VOORZITTER acht het amendeme&fc- Van TIamel niet duidelijk, evenmin als dat der heeren Wilbrink, Jan dc Lange, en F. Elkcrbout, wien hij aanraadt aldus te wijzi gen, dat het aantal uren wegvalt, wat thui? hoort bij het leerplan. Zij vereenigen zich' daarmede. De heer VAN HAMEL acht wel een der. grootste nadeelen der reorganisatie deze voorgestelde wijziging, gezien de groot-e po pulariteit van dit onderwijs hier, vocrr meis jes een van de meest noodige dingon. Daar om wil hij de vakonderwijzerssen handha ven. Onder schooltijd acht hij bedenkelijk, voor het leerplan, gezien hoe er rtl weer vijf uur zijn weggenomen. Het geven van deze lessen door do gewone onderwijzeressen zal z. i. het peil van het onderwijs zeer doen dalen, tot schade der meisjes. Mevrouw VAN ITALLIE sluit zich aan bij den heer Van Harne), voor wat betreft het geven van dit onderwijs door vakonder wijzeressen. Kan het buiten de schooluren, dan is zij ook daarvoor. De heer WILBRINK wil onderricht in den geest van den heer Mcijnenaanpassio? bij de sfeer van het kind. Het vclkskiQ heeft dat onderwijs zeker noodig, misschien zelfs meer dan lezen enz. B. en W.^ han ce ren het aantal uren bij uitbreiding van het leerplan; zelfs nog meer: zij komen van 810 tot 360. Dat in zijn voorstel voor u« eerste drie jaren de gewone onderwijze ressen zijn aangewezen, is niet, omdat U daar zoo voor is, maar vandaar zijn stel in het 6e leerjaar de vakonderwijzci- sen te handhaven met een groot aantal ie* uren' f hoé De heer MEIJNEN is ingenomen met n« voorstel van B. en W. Tot voor kort stom

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1922 | | pagina 6