CORRESPONDENTIE. Ingezonden door Vincent van Ulden. „Heb je het al gehoord, Piet, dat Jan sen van het dak is gevallen „Zoo, en is hij dood" „Ja, <Iio arme kerel.' „Ik dacht het wel, want hij zag er al lang zoo slecht uit. Ingezonden door Lottie den Blaauwen. Grootvader: „Wel Fritsje, hoe kom je aan dien mooien appel V' Fritsje: „O, Grootvader, die heb ik uit de kast genomen, maar ik heb heusch heel netjes gezegd: „Danlc u wel, kast". Grootvader: „En wat zei de kast toen?" Fritsje: „De kast? die zei niets". Ingezonden door Thomas Brouwer, Uit een kindermond. Op school werd gevraagd: „Wde was Co lumbus?" „Een vogel," zei Elsje. Nadat het algemeen gelach, dat hierop volgde, wat bedaard was, zei Elsje verlegen: „Ziet u, dat dacht ik, want ik las ergens: het ei van Columbus." Gezellig. Bezoeker: „Is mijnheer thuis?" Dienstbode: „Neen, mijnheer is uit". Bezoeker: „En mevrouw?" Dienstbode: „Mevrouw is ook uit". Bezoeker: „Dan ga ik maar wat bij de kachel zitten uitrusten". Dienstbpde: „De kachel is ook uit". Kind: „Mama, is tante niet blij dat ze jarig is?" Moeder: „Neen, liefje, als men zoo oud is. is men daarover niet meer blij". Kind: „O, mama, dan kan tante 364 da gen blij wezen, dat ze niet jarig is." Ingezonden door Koosje Schuit. Marie (met haar oom Jacob in het bosch wandelend): „O, wat is het toch mooi in de natuur! Wat zou deze eik ons wel vertel len als hij kon spreken Oom Jacob: „Hij zou zeggen: „Neem mij niet kwalijk, jongejuffrouw, ik ben een beuk". Ingezonden door Cornelis en Dirk Woud. Een onderwijzer behandelt een oefening uit het taalboek en zegt: „Wie weet het tegenovergestelde vaD„Mijn oom woont in Den Helder". Leerling: „Nu, dat is nogal gemakkelijk. Mijn tante woont in Goor. Eerst maar even het nieuws mededeelen, dat. allen toch wel het meeste plezier doet en dat is: ik zal zorgen, dat er de volgen de week weer prijsraadsels zijn. Eén van jullie meende, dat, als men eenmaal al een prijs heeft gewonnen, men dan verder niet meer mee mag doen met de prijsraadsels. Neen, zoo gaat het niet, iedereen mag steeds opnieuw meedoener wordt geloot, dus iemajid kan net zoo goed voor de twee de maal de gelukkige zijn. Gerrie en Pauwtje Slootweg, ik ontving 'deze week ook jullie brieven van den vori- gen keer, dus het ingezonden raadsel en de verborgen plaatsnamen zijn niet verloren 8cEaan- Truus Kwestroo, een aardig idee van je, om ditmaal je brief te typen. Je doet het al heel netjes. Klazina Parlevliet en Rika van Veen, bei den gefeliciteerd met de verhooging naar de zevende klasse. Zijn jullie nu in de hoogste klasse1? En nu is dus Rika aan het feest^ vieren geweest; je trof het wel niet zoo goed als Klazina, dat deze feestdag niet; in do vacantia viel. Tonnie en Ina Houpt, bedankt voor Ge raadsels. Je herinnert je wel, dat we het eens hadden óver het idee aan wie van bei den ik een prijs zou toekennen \bor iets; welnu, deze week aan Tonny, bijzonder netjes. Herman van Weizen, als je de raadsels bekijkt in deze kindercourant, dan zie ie dat ijc gevonden heb wat je mij stuurde. Lena zal wel genieten in Hilversum. Het is daar zoo mooiik höop ook voor jou, dat je er in de zoinervacantie heen mag gaan. Betsy en Harry van Amerongen, ik ben nog riet in Scheveningen geweest, zooals jullie dacht; tot Zondag bleef het altijd zoo'n gure, schrale wind, en ik heb de laat ste weken ook erg met mijn keel gesukkeld en dan was het aan zee veel te frisch. Stien de Wekker, ik beloof je, dat ik de volgende week goed zal kijken wat er tus- schen je brief zit. Dat doe ik toch altijd, want zóó dikwijls vind ik in brieven kleine papiertjes met een raadsel, een anecdote of ook wel eens een teekening. Nu ik van een teekening spreek, wil ik eerst Lottie den Blauwen bedanken voor de hare; heb je het uit het hoofd gedaan of had je een voorbeèld Maartje van den Berg, jij behoort, wat je leeftijd betreft, zeer zeker nog tot de kleineren. Catootje de Jong, jaren geleden, toen ik een schoolkind was, heb ik dat boek ook gelezen. waarover je mij nu schreef. Ik vond het heel mooi. Dat lijken mij aardige wedstrgden die jul lie hebt gehouden, maar dien laatsten wed strijd vind ik zeer eigenaardig. Aan een der nichtjes, ze zal mij wel be grijpen, antwoord ik, dat ik. o, zco goed geheimen kan bewaren, als mij maar gezegd wordt, dat het een geheim is, dus dat ik er niet op mag antwoorden in de correspon dentie, Trouwens ik zou nu ook best begre pen hebben, dat ik niets over dat plannetje mocht schrijven. Wat zjjn er velen van jul lie naar de bloemenvelden geweest; ze zul len wel weer heel mooi zijn geweest al kwam de^ lente ook heel laat dit jaar. Ik heb er dit voorjaar niets van gezien. Koogje Schuit, verleden week is Marie- tje de Jong, die nu hier woont, bjj mij ge weest; ze verzocht mij om in de correspon dentie eens de hartelijke groeten aan jou te doen. Het bevalt haar zóó goed in Den Haag. Marietje Laman, dat zal wel heel aardig zijn dat aquarium, vooral als je or langza merhand vele soorten van vischjes in krjjgt Marie Lance], nu wordt het goed weer voor zomerkleeren; gisteren hoorde ik een schoolmeisje al zeggen: „o foei, wat is het snikheet." Zulke uitroepen slaakt de jeugd wel meer op den eersten warmen voorjaars dag. Greta van Peype en Betsie van Dam, zjjn jullie nichtjes of vriendinnen? Ik veronder stel een van beiden of het zou ook kunnen beiden en dat je daarom samen meedoet. Coba en Jan Hoope, hebben jullie een grooten tuin achter het huis? Coba noemt mij zooveel bocmen en bloemen op, die er in staan, dat ik wel denk dat het niet zoo'n heel klein tuintje kan zijn, die dat alles kan bevatten. Valerie Laman Trip, ik miste je al een poosje, maar nu begrijp ik het. Ben je erg ziek geweest? Bets Truyers, wel bedankt voor je uit- voerigen brief. Dat spelletje waar je brcer Jan en jij veel van houden, is wel een geliefd spelletje van alle buitenkinderen. Als je maar zorgt dat je er geen nat pak mee haalt. Marietje Seydell, ik ben het volkomen met' je eens, dat het in Wassenaar prachtig is; er gaan ook steeds veel Hagenaars 'heen per auto, per fiets, per r\jtuig, op alle mo gelijke manieren. Vincent van Ulden, je kunt in deze cou rant al zien dat ik voor en na gebruik maak van je inzendingen. He hoop prijsraadsels te vinden die geen klachten of verzuchtingen ten gevolge heb ben. Hartelijk gegroet door Moj. A. KOOPMANS v. BOEKEREN. OFLOSSINGEN DER RAADSELS UIT HET VORIGE NUMMER 1- Do spiegel. 2. Ka-neel. 3. Een zwaan. 4. Florence. Col, oor, fee. 5. Met den ooga.ppel. 6. Maagdenburg, men, brug, dag 7. Amsterdam begint mot eon A en hot woordjo eindigt begint met een e. 8. Lentevreugde, dep, el, vlug, teen, leer. G-oode oplossingen ontvangen vam: Vincent van Ulden, Bets Truyers, Koos Schuit, Liesje en Rijo van der Wilk. Han Bader, Leo Provo Kluit, Nelly van der Wilde: Marietje Seydell, Sienie er. Reinier en Johann Voorbrrc-d, Coba en Jan Hoope. Louis le Rütt< Marietje Laman, Greta v. Peype, Betsie va Dam, Corrio den Dopper, Jacoba BreukemcyeT Lottie den Blaauwen, Annie Zirkzee, Stien d Pree, Mario Lancel, Valério Laman Trip, Har men en Wim Nieuw]and, Ella Brugmans, Ca tootje de Jong, Gerrio Slootweg, Adriana d< Wekker. Maartje van den Berg, Gerarda var der Reyden, Pauwtje Slootweg. Christina d< Wekker, Mario van Dijk, Betje Broeksema Nclie Oostveen. Truus Kwestroo, Herman var Weizen, Betsy en Harry van Amerongen, Bets^ La.mbrechts, Corrie de Groot, Klazina Parle vliet, Rika van Veen, Ina en Tonnie Houpl Geertje Hoff, Jan Harting, Klaas Horsman Bertlia Kriek. RAADSELS Voor Allen. Om uit te kiezen. L Ingezonden door Nelly v. d. Wilden Vot borgen boomsoorten' a. Is Wiebe u komen halen? b. Zie ik daar in de verte de tram aankomen? c. Bal in den tuin, maar niet in de kamer d. Het muschje piepte nog even en was toen dood. e. Pas op die wesp Arnold, zij zou je kunnen steken. II. Ingezonden door Vineent van Ulden Wat wordt grooter als men or iets afneeim en kloiner als men er iets bijdoet III. Ingezonden door Herman van Weizen. Noem mij een werkwoord van elf letters en 4 lettergrepen, dat van voren naar achter ge lezen hetzelfde is als van achter naar voren. IV. Ingezonden door Maartje Los. Mijn geheel is een man van 15 letters. 1, 2, 3 eten kleine kinderen. 4, 5, 6 een man uit een zeker land. 7, 8, 9, 10 een lichaamsdeel. 12, 5. 11, 6 iets taais 13. 14. 15 een bloei wijze. V. Ingozonden door Koosje Schuil Welken Spaanschen landvoogd leest co h e, e, e, n, q, r, s, s, u. VI Ingezonden door Corrie de Groot. Zet de volgende lettergrepen zoo onder el kaar (na er eerst woorden van te hebben ge maakt) dat do beginletters van boven naai bencdeh en de eindletters van beneden naar boven een u zeer goed bekend land mot zijn hoofdstad vormen. De beginletters het land en de eindletters de hoofdstad. a. a, ap, boom, dak, doo, do, e, em, ham, li, li, lui, me, mer, moes, no, not, nant, pel, ro, te, te, ting, waard. Op de le rij, een stad in Engeland. Op do 2e rij, een profeet uit het Oude Tes tament. Op de 3e rij ,oen plaatsje waar veel kersen vandaan komen. Op de 4e rij, keukengereedschap. Op de 5e rij, groote stad in Italië. Op de 6e rij, officiersrang. Op de 7e rij, iets lekkers bij 't midd. i! Op de 8e rij, een vruchtboom. Op de 9e rij, een bloem. VII. Ingezonden door Adriana de Wekkct Welke vereeniging lerri men hieruil: 6, c, b, ij, L u.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1922 | | pagina 12