VOOR DE JEUGD
ltlDSCH DAOBIAD
No. 2.
Donderdag 12 Januari.
Anno 1922
ï.w, 4 '4*#
De Club van Achten, en
nog wat.
•Cé
i J
i.
Vader, ik wordt stellig tot president
van onz>e olub gekozen 1" zei Fraais, terwijl
hij met zijn ouders en zusjes aan tafel zat.
„O, Frans, jij president? 1" riep zijn
jongste zusje, Ida uit.
„Ja bind, president hoor!" antwoordde
Frans, die vier jaia-r ouder was dan zijn
achtjarig zusje.
„Ér is vanavond bestuursvergadering,"
ging hij voort, „en dan wordt het beslist,
maar Chris, Dolf en Piot hebben me ad la-
tan merken, dat ze allemaal op mij zullen
stemmen
Nu barstte de zestienjarige Jeanne in
een onbedwingbaren laoh uit en ook Moe
der had werk zich good te houden.
„Zoo, zoo!" zei Voider.
„Ja Vader! En wo hebben een nieuw re-
glement gemaakt. Voortaan zullen we
ejlkem zomer den dag cler op webbing feeste
lijk vieren een buitenpartij of zoo
„Maar jongen, is de kas van de dub den
laatste® tijd dan zoo vooruitgegaan, dat
er zulke grootsohe plannen gemaakt kun
nen worden V
Mevrouw Van der Meer dacht hierbij
aan de tooneelvoorsteliling, die do olub
in den af geloop en winter gegeven bad,
met gratis presenteeren van limonade en
taartjes als glanspunt van den avond' en
waarvoor bij ouders en kennissen een
extra collecte gehouden was.
„Nee. Moeder, maar daarom is het re
glement veranderd enne
„Ja, ja," viel Vader nu in, die begon te
begrijpen waar hem dle scheen wrong, ,,jé
zult wel weer om een paar kwartjes komen
bedelen."
Frans werd vuurrood. Was hij er oofe-
maar niet over begonnen, waar do zusjes
bij waren 1
„Do oontributie is bepaald op een rijks-
daalder per jaar, Vader!" zei hij.
Met. een komisch gebaar van schrik
schoof meneer Van der Meer zijn stoel
achteruit en herhaalde
„Een rijksdaalder?!"
„Ja, Vader."
„Wel jongen," zed Moeder nu, „dan
moet je maar heel zuinig op je weekgeld
rajn en het geld opsparen."
„Ja maar, 't moet vooruit betaald,
anders ia er niets in kas en we geven deze®
zomer het eerste jaarfeest."
„En ben je dan geen rijksdaalder rijk,
Frans
„Nee Vader."
„Ja hoor, 't spijt me wel, maar alles is
tegenwoordig zóó duur, dat ik voor dersre-
lijke dingen heusch geen rijksdaalder mis
sen kan Waarom voeren jullie ook alles
zoo op? Je kunt 's zomers buiten toch
evengoed pTet hebben zonder zoo'n dim*
jaarfeest."
„Maar Vader was alles wat Frans
zeggen kon, want het huilen stond hem
Dader dan het lachen.
„Maar dan kan ik dus niet eens
lid b—blijven stamelde hij eindelijk.
„Als die bepaling omtrent de contributie
onherroepelijk is, niet."
„Maar Vader Wat moet ik dan zeg
gen? Ik kan tcoh niet zeggen, dat het te
duur is?'
„En waarom niet, Frans? Wou jij presi
dent van een club worden en durf je nog
niet eens met een doodgewone waarheid
voor den dag komen Zeg toch kort en
bondig: „Jongens, ik wil graag president
worden, maar dan moet die contributie af
geschaft. want zooveel gold heb ik niet en
Vader kan 't mij niet geven. Maar kom, ik
moet ncodi'g weg cn nog even naar het
kantoon'
JT
Den volgenden dag was het Woensdag
en due een halve vaoantiedag.
Frans van der Meer kwam ail heel slecht
gehumeurd uit school. Hij had zijn gedach
ten maar niet bij de lessen kunnen houden
en. daardoor strafwerk op geloop en. Dat
Vader ook geen rijksdaalder geven wou!
„Vader kan mij wel aanraden, dat ik
zeggen moet: „Ik heb geen rijksdaalder 1"
dacht hij. „maar dan kijken alle jongens
op me neer.
Nee hoor dat doe ik niet! Wist ik maar
een middel om het geld te krijgen!"
Thuis was hij brommig en stond! weldra
op voot van oorlog met zijn bedde zussen
en Doortje, de oude gedienstige.
Lust om uit te gaan had hij niet en hij
verveelde zichzelven en anderen geducht.
Tegen vier uur kwam Doortje binnen
en zei
„Alsjeblieft, een brief voor je. Ik was er
warempel al eerst mee naar je vader ge
gaan."
„Mijn voorletter staat er anders duide
lijk genoeg opbromde Frans, terwijl hij
den brief haastig open scheurde.
„Maar je bent toch geen heer!" viel
Doortje verontwaardigd uit. „Die kindere
toch tegenwoordig!" mompelde zij en ging
d« kamer weer uit,
Frans vouwde het mooie vel papier open.
Boven den brief stond:
De Club van Achten.
En de brief luidde
Aan den Heer Frans van der Meer.
Het bestuur van de Club van Achten,
heeft de eer het medelid Frans van der
Meer mede te deelen, dat hij met al<ge-
meene stemmen tot president van de club
gekozen is.
Het bestuur wensokt gaarne spoedig te
weten of hij het aanneemt, daar er andiens
een ander gekozen moet werden.
Namens het Bestuur,
DOLF REIJERS, Secretaris.
CHRISTIAAN DE WIT, Penningm.
Driemaal las Frans het document over
en de uitdrukkingen „met algemeen©
stemmen" en „president van de club"
klonken hoe langer hoe vleiender. Drei
gend stond daar echter: „daar er anders
een ander gekozen moet' worden."
't Zou toch meer dan jammer zijn, als hij
alle heerlijkheden, aan het presidentschap
verbonden, prijs zou moeten gevenWist
hij maar een uitweg!
Met den brief in zijn zak en zijn hand
stijf er bovenop, liep Frans landerig den
tuin in.
..Hè! Psst! Frans!" klonk plotseling
van den anderen bant der schutting 'n wed-
beken de stem en de aangeroepene ont
dekte Dolf Reijers, zijn buurman.
„Zeg, Frans 1'^
„Ja?"
„Doe-je 't?"
De bedoeling der vraag was zóó duide
lijk, (Jat het eenvoudig niet bij Frans op,
kwam nog te vragen„Wat?" Hij be
dacht zich even en zei toen langzaam
„Ik weet bet nog niet!"
„Wat zeg je? waarom niet?"
,,'k Moet er nog eens over denken."
„Maar waarom dan toch?"
„Och ja 'k weet niet morgen zal ik
■t zeggen."
,,'k Zou 't flauw vinden, als je 't niet
deedt Andets kiezen ze dien vervelenden
Bert van Appel!"
„Zool"
Bert van Appelde eenige uit de olub,
met wien hij steeds overhoop lag! en
die zou door zijn bedanken baas worden l
Maar dat kon toch niet!
„Nou b'jour!" zei Frans en keerde zijn
vriendje haastig den rug tee. Dolf begreep
er niets van-
Toen Frans weer in de kamer kwam,
vond hij Moeder en Doortje daar in de in
gewikkelde afrekening verdiept.
„'t Komt krek uit," zei Doortje. ,Dat
en dat en dat! En dan nog vijf en veertig
cent terug van de boter en hier is bet
kwartje fooi van Grijzen."
„Mooi, ik heb 't gezien, Doortje," luidde
het antwoord. „De fooi zal ik naar met
een in het vervalpotje doen. Daar wordt
gebeldga maar even opendoen."
Doortje slofte weg en mevrouw Van der
Meer haaide het vervalpotje te voorsohijn.
„Och, mevrouw!" en Doortje kwam te1-
rug, „zou u even willen komen? 't Is de
behanger en u moest hem immers zelf
spreken V'
Een oogeailbik later was Frans alleen in
de kamer Telkens dwaalde zijn blik naar
da tafel, waarop het geopende vervalpotje
stond. Zou er veel in zijn
Even kijkenNouHeel wat klein
geld en verscheiden guldens ook! Hè, wat
zou hij rijk zijn met twee guldens en twee
kwartj esHij liep naar het raam, maar
keerdJe een oogenblik later onwillekeurig
weer naar de tafeü terug. O, dat geld! Ala
hij eens twee guldens en twee kwartjes....
maar nee, dat was immers stelen stil,
daar kwam Moeder terug! Nu of nooitl
Haastig stak Frans zijn hand uit en greep
twee guldens en twee kwartjes uit het
potje.
Had Moeder eens kunnen lezen in het
hart van haar jongen, die daar met een
kwasi-onsohuldig gezicht voor het raam
stond, de handen in de zakken! Had zij
eens kunnen hooren, hoe zijn hart bonsde
van onrust!
III.
„Wat scheelt Frans tegenwoordig toch?
Hier thuis hooren we zijn geluid bijna niet
en op school schijnt hij ook al te zitten .suf
fen. Lees dat eens, vrouwzei meneer
Van der Meer eenige weken later, zijn
vrouw een briefje overhandigend, 't welk
hij1 juist van den directeur der H. B. S.
ontvangen bad en waarin deze over Frans
Zwijgend las mevrouw Van der Meer
den brief en vouwde hem daarna met een
zucht weer dicht.
„Ik begrijp 't, niet," zei zij, 't is net, of
hem iets hindert, maar wat? Al mijn vra
gen, alle vertrouwelijkheid vermijdt hij en
hij is soms bepaald gejaagd en onrustig,"