No. 18888. LEIDSCH DAGBLAD Vrijdag 30 September. Derde Blad. Anno 1921. UIT DE OMSTREKEN ENGELSCHE BRIEVEN, VARIA. DE VLÏÏC1T. HAARLEMMERMEER. Het naast de 'draaibrug over de Ringvaart bij Aalsmeer gemaakte pontveer ia in gebruik genomen. Met bet oog op de drukke passage aldaar, vaTifc bet wachten nogal eens lang, doch er wordt al bet mogelijke gedaan, om de stremming in het verkeer tot oen mi nam um te beperken. Met het oog op de bietencampagne heeft de burgemeester van deze gemeente 'den ingezetenen doen weten, dat bet ver keer langs den openbaren weg niet mag worden belemmerd door plaatsing van bde- tenwagens en het laden en lossen der bie ten, wijl het bijzonder gevaarlijk is des Jiaohts ledige of geladen wagens te laten staan op of langs den openbaren weg. Varder, diat de beetwortelen niet van of naar beft land over den openbaren weg mogen worden vervoerd met wagens of andere voertuigen, waarvan de wielen stiet behoorlijk van kled en modder gezui verd zijn. Voorts, d)at heb z.g. „bieten prik ken" uit het water bij de laadplaats of van den openbaren weg, streng verboden is zonder bijzondere toestemming, omdat «oodaatige handeling diefstal is en leiden kaïn tob een strafvervolging en verbeurd verklaring dier meegenomen bieten. 'HILLEGOM. Gisteravond is er een con cert in do Ned.-H.orv. kerk gegeven. De heer S, P. Visser, organist van de kerk, bespeelde fltfet oigel, waarbij weer uitkwam, dat het nieu we instrument een grooto aanwinst is. De heer M. Emmery bespeelde do viool. f KATWIJK. Aan do jongelieden, die bij de Vorige loting voor de Nationale Militie een tij- Idfilijko vrijstelling van den dienst was uitge- ortókt, ia gisteren een definitieve bijstelling toe gezonden, een gevolg van de pas in werking ge treden bepaling. Dit betreft een 17-tal per sonen. Ten einde to gomoet te Atomen in dc kosten, noodig voor het in-orde-makem. van liet ge bouw van de Chr. Jong.-Voreenigrng „Jeremia 18 vore 10a", heeft zich een comité gevormd dm eon bazaar te houden, waarvan de opbrongst .voor dit doel bestemd zal zijn. KATWIJK-AAN-ZEE. Naar wij ver nemen hebben zicli voor den wintercursus boekhouden, uitgaand'© van de Chr. Mid- «denstandvereenlging een 20-fcal leerlingen opgegeven. Van een paard van den heer Van Schie is, terwijl dit in de weide liep, eeu zoo goed als nieuw dekkleed gestolen. De politie stelt een oncSerzoek is. De laatste drie ki'osken zijn door de eigenaars van het strand gehaald en op geborgen. Hiermede is alles, wat daar nog aan het zomerseizoen herinnerde, ver benen, terwijl het geheel wed'er een on- 'gdzelligen indruk geeft. r Van de trawlvisscherij kwam Don- clefrdag te IJmuidien aan do markt do log ger KW. 152 mot f 251 bosomimang. KOUDEKERK. De heer P. Bartloma al hier is nu offioieel benoemd als hoofd der Van- Wasscnaer- Hof f man sc-h ooi te Voorburg. NI EU W-VENNEP. Do 76-jarige wed. S. aan den Hoofdweg alhier, had Woens dagmorgen bij haar woning eenige werk zaamheden verricht. Een broodbakker, die een paar uren later aan do deur kwam, vond de oude vrouw dood in het achter huis. Vermoedelijk heeft oen hartverlam ming zoo onverwacht oen ©inde aan haar leven gemaakt. OEGSTGEEST. De Raad komt he denavond om zeven uren in openbare ver gadering bijeen. De heer J. T. Remmert, klerk op het telegraafkantoor to 's-Gravenhage, is ala zoodanig overgeplaatst naar hier. UlJJNÖtiUKG. Do Raad vergadert hedenavond te zeven uren. SASSENHElM. Met ingang van 16 October is benoemd tot directeur van het Post- en Telegraafkantoor alhier de heer J. Slothouwer, thans commies der poste rijen én telegrafie. VOORSCHOTEN. Vanwege den Rijk3 waterstaat worden, van af Donderdag tot Zaterdag, aan het Haagsche Schouw waar nemingen gedaan door een beambte, die n.l. aanteekening houdt, hoeveel motoren uit de richting Den Haag naar Haarlem voorbij rijden. Tot wjjkzustor voor de Protostantsche Wijkverpleging, alhier, is benoemd mej. S. M- van Eik, uit Den Haag. u Mej. C. J. Antonissen, onderwijzeres aan de Obr. School alhier, is benoemd tot onder wijzeres aan de Buitenschool te 's-Graven hage'. WOUBRUGGE. In de vergadering der A.-R. Kiesvereeniging is met *lge- meeno stemmen ingestemd met cl<o resolu tie van het Centraal-Comité. Tot afge vaardigden naar do Öesputaten-vergade ring zijn benoemd de heeren P. Vromans en O. C. van Hornessen en tot plaatsver vangers de.heeren A. Wisman en D. Kamp KERKELIJKE BERICHTEN. L i s s o, Nod. Prot.-Bcnid: Zondagmorgen, te kwart over tienoD, in do zaal van „Do Veroc- mging", de heor Tjalsma, th'eol. c-and. te lei den. O o g s t g e o s t, Ned.-Herv. Gom. Zondagmorgen, te tien uren, in de Kerk, ds. C Veen, van Haarlem, en in de Be waarschool aan den Morsoh, de heer M. D. Gijsman, oanid. te Leiden'6 avonds, te halfzeven, in „Irene", de heer G. H. Jansen Klomp, zendeling. Wassenaar, Ned. Prot.-Bond: Zondag morgen, to halfelf, dr. J. A. Bcyorman, Rem. prei te Amsterdam. Zwammordam, Rem. Gcref. Gom.: Zon dagmorgen, te tien uren, ds. Rappold, Doops- bedioning. Burgerlijke Stand. Omstreken. HAARLEMMERMEER. Bevallen: B. v. der Meer geb. Grau weiman Z. M. P. Suidgeest geb. VerkLeij D. S. N. O ver- beek gob. Verburg Z. K. do Haan geb. Van S trien D. D. Imanse geb. Van Tol D. J. Hogeveen geb. Brons Z. T. Joore geb. Tas Z. Ondertrouwd: A. C. Mollors 23 j. en W. van der Br eggen 21 j. Gehuwd: G. Pouw 21 j. cn J. Th. Braak ai j. G. Simons wedr. 44 j. en M. P. F. J. Sdiullor 41 j. J. Wcöselius 23 j. on N. van 't Hof 20 j. C. den Hollander 24 j. on M. W. den Hertog 20 j. C. L. Pijpers 25 j. en C. M. Mesman 25 j. Overleden: Johannes Rijke, 44 j., ge huwd met M. Jansen. Hendrik van Es sen 4 m., Z. van H. van Essen. Anthonia Buijs 70 j., wed. van 0. van Velzen. Bastiaan Luohtenburg 76 j., gehuwd met A. Groen. Neeltje van Laar 80 j., wed. van A. Borst. Keetje Buiser 78 j., wed. van P. Cokart. Cornelia Oorbeek 76 j., weduwe van C. Struik. OEGSTGEEST. Geboren: Gerard, Z. van G. de Geus en L Th. Rijsdam. Willebrordus Gerardus, Z. van S. W. den Dubbelden en E. Voerman. Ondertrouwd: M. van Eg mond 23 j. en C. Star 24 j., beiden te Oegstgeest. Overleden Arendje van dor Meij 66 j. eohtge. H. van der Meij. De werkloozen crisis. Londen, Sept. 1921« Het moet mij van het hartik zie den komenden winter in Engeland in 't algemeen on in Londen in 't bijzonder, met angst tege moet. De toestand is dan ook werkelijk angst* wekkenid. De Iersche kwestie is nog alles behalve opgelost en de dreigende burgeroor log is nog niet van die baan- Maar zelfs als het gezonde verstand bij beide partijen de overhand behaalt on de Iersche kwestie tot •ailler bevrediging wordt bijgelegd, dan nog zijn wij hier niet te benijden. Het groot© angstwekkende gevaar dreigt uit een geheel anderen heek de werkloosheid. Maanden ge- loden sohreef ik al, dat dit g.roote land een allesbehalve rooskleurig» im&iistrieölo toe- loomst had. De bijna onmogelijk koog© be lastingen, direct en indirect, gepaard met krankzinnige loonen voor den doorsnee werkman, hebben hier een industrieel© crisis te voorschijn geroepen, waarvan het einde niet te overzien is. Natuurlijk draagt de on mogelijke valutastand in Oentraal-Europa ook al het zijne er toe bij om alles nog moei* lijker te maken, maar het kan aan geen twijfel onderhevig zijn, dat hoofdzakelijk de eerstgenoemd© oorzaken schuld zijn aan den beroerden toestand en de export-industrie totaal op één oor Egt. Ongeveer millioen mannen zijn hier totaal werkloos, en het meerendeel al sinds maanden. Ik spreek van totaal, omdat er een Leger van airheiders is, geschat wordende op ongeveer 2 millioen, die slechts halve of gedeelten van dagen werken. In Londen zelf wordt het aantal totaal werkloozen op ongeveer 150.000 ge* schat. Zooals bekend, is Londen verdeeld in „boroughs" (districten), die elk hun eigen locaal bestuur hebben- Tot nu toe werden do werkloozen geholpen dpor.het bestuur der „borough", waarin zij woonden. Nu de winter voor do deur staat en de werkloosheid steeds aanhoudt, begon de nood zoo te nijpen, diat die ongelukkige werkloozen hulp vragen, die het locale bestuur hun niet verschaffen kan- In Shore ditch, Poplar cn "Wandsworth b.v., alle drie districten waar slechts werk lieden en zeer kLedne burgerlieden wonen, verlangen do werkloozen een ondersteuning van 5 pd'. st. per wede voor gezinnen niet kinderen. Nu kan het locale bestuur slechts betalen met geld uit do opcenten van do burgerij in hun district vorkregen. Eu het spreekt vanzelf, dat een armoedige bevol king zulk een enorme belasting niet kan op brengen. In Poplar, waar de geheele raad met den Mayor (burgemeester) incluis uit arboiders bestaat, weigerde die raad dé op centen te heffen, waarmede de oontributie aan de „London County Council" (het cen trale stadsbestuur) voor brandweer, politie, etc. betaald wordt. Als gevolg hiervan is de geheele raad in de gevangenis geworpen. En in adle „boroughs" is men het er over eens, dat de weiüoloozen-kwestie een nationale is gewerden, te geweldig om door oen locaal be stuur onder de oogen te kunnen worden ge zien. Daar de werkloozen steeds dreigender werden en hier en daar al tot plunderingen oversloegen, begreep deregeering, dat iets gedaan moest worden en zette zij daarop een Regeerings-Comittee (sicop de been. Terwijl die heeren beraadslagen, verhonge ren de werkloozen niet alleen, maar geven ook het op goe'de kans wachtende Commu nisten-gespuis de gelegenheid de radeloozen tot hun vuige praktijken over te halen- De Mayors der verschillende districten besloten daarom de vorig week cTe kat de bel aan te binden, en Lloyd George op te zoeken, die momenteel in de Sohotsche Hooglanden va- caniti© houdt. Men wilde den premidr dè netelig© kwestie zelf vóórSeggen en cr bij hem op aandringen de zaak direct ondier de oogen te zien, daar men anders voor de ge volgen niet kon instaan- Lloyd George, die zijn vacantie al half bedorven zag door de elepen'dJe onderhandelingen mot de Valera, en de paar dagen, die hem nog resten, in vergetelheid wcnschtc door te brengen, wei gerde per telegram de deputatie te ontvan gen. De heeren waren echter niet zoo spoe- die uit hot veld geslagen, en telegrafeerden dat zo toch komen zouden. Gelukkig is Enge land een democratisch land er is een zeker land in Centraal-Europa, waar zóó iets vóór 1914 b.v. onmogelijk zou geweestzijn. De heeren Mayors spoorden een uur óf twaalf en kwamen in Inverness, 80 mijlen Van Gair- loeh, do verblijfplaats van den premier. Dit plaatsje, hoog en droog in het Schotsohe ge bergte gelegen, is slechts per auto-, en dan nog zeer moeilijk, te bereiken. De taaiheid der heeren werd beloondnoodgedwongen heeft Iiloyd George de deputatie ontvangen. Nu is er nog een andere moeilijkheid. Tasn voor eenige maanden de mijnwerkers- staking werd bijgelegd!, opende de rogeering een fontlis van 10 millioen p. st-, waaruit de werklieden oen extra paar shillings per week kregen om hot lagere loon dat de mijneige naars aanboden, meer gelijk te maken met dó loonen vóóir de shaking. Dit enorme fonds nu is uitgeput- Men had gehoopt, 'dat de verbetering van dón ind'ustrieelen toestand niet lanig meer op zLöh zou laten wachten en men tegen den tijd, dat het regeeringsfonds uitgeput raakte, weer boogere loonen zou kunnen bedingen. Inplaats van beter is de toestand echter sliaohter. Vele maaktenvoor steenkool zijn gedurende de langdurige sta king voor de EngeLsohcn verloren gegaan, en een groot gedeelte dfer steenkoolligt in de nabijheid der mijnen opgeslagen. Ze is veol te diuur in vergelijking met Belgische en Duitsehe steenkool. Van een verhooging der loonen is dus geen sprake. Het is maar te hopen, dat dó mijnwerklieden^d!it inzien een nieuwe staking zou de bcel hier voce goed in de war sturen. Meer dan do helft der vel© hoogovens zijn gesloten. Bijna alle fïetsfabrieken in Coven try dito dito. Bijna twee jaar geleden stuur-" don Coventry 10.000 fietsen per week naai- het continent. Momenteel staat dio industrie totaal stil. De verfstoffenfabrieken, met mililioenen regeeringskapitaal beg-onnen en gesubsidieerd^ werken met zwaar verlies- Het ia bijna overal hetzelfde. Het eenige Licht puntje is de onder vootr 4 nieuwe slagsche pen, welke bij elkaar zoowat het bagatel van 30 millioen p. st- kosten, die de Admiraliteit deze week zal plaatsen. Elk schip houdt meer dian 3000 man een jaar of vier van de straat. Het is alleen jammer, dat dio schepen niet! voor een vreemde mogendheid gebouwd wor den. Nu moeten al die millioentjes uit de zakken dór Engelsche belastingbetalers ko men. Waar men in alle kringen op aandringt, diat is dat de nog-eering een internationaal Congres bijelkaar roept, waar middelen be dacht kunnen worden om de valuta in 'Europa weer 9tabiel te maken. Mocht dal inderdaad gelukken, 'dan g-dloof ik haast' zeker, dat niet alleen Engeland daar voor deel van zou hebben. De hooge stand dor Hollandscihe valuta moet ook menigen expor* teur ïn Nederland een doorn in 't oog zijn. S. LOOPUTT. De straten te Parijs. De bestrating van Parijs verkeert in deplorabelen toestand. In zeven jaren is er niets aan gedaan, en eerst dezen zomer is men begonnen de .voornaamste ver keerspunten weer een beetje bij te werken. Wat dab beteekent, enkele droge cijfers kunnen u er eenig idee van geven: De totale bestrate oppervlakte dezer stad bedraagt 9,500,000 vierk. meter, waar van 5.400,000 geplaveid met- steen, 2.500,000 met hout, 900,000 met asphalt en 700.000 met macadam. Wanneer men bedenkt, dat dó steen-be strating het gemiddeld' 22 jaar uithoudt, hout niet langer dan 10 jaar en asphalt 15 jaar, dan volstaat een eencoudig r en- sommetje om te ontdekken, dat elk jaar 245,454 vierk. meter stcenp.'-aveisol, .50,003 vierk. meter hout en 60,000 vierk. meter asphalt moet vernieuwd worden Dit gebeurde vóór den oorlog don ook geregeld, doch als gezegd sinds 1914 is er niets meer aan gedaan, en het is dus duidelijk, dat formidable oppervlakten thans hoog noodig een vernieuwing be hoeven. Het ergste is daarbij nu, dat ook het bestratingsmateriaal veel duurder is ge worden dan het vroeger was. In 1914 kwam een kei. gelegd waar hij behoorde te liggen, op frs. 0.65op het oogenblik kost er een enkele frs. 2,651 Een hout- blokje, dat voor dón oorlog frs. 0.25 kost te, betaalt men thans driemaal zooveel,- en een enkele vierkante meter asphalt, die .op frs. 14 kwam kost. nu frs. 14. Ook al kon men den tijd vinden en de noocLigo main-d'oeuvre om de drie mil lioen vierk. meter, di© verniluvring behoe ven, weer in behoorlijken toestand te brengen, waar zou men het. geld vandaan' moeten halen? 0 Door JET VAN STEIEN. (Nadruk verboden). Flora en Rosa waren tot de overtuiging 'gekomen, dat het 't aangenaamst voor Raar beiden geweest zou zijn, indien zij samen de eenige bewoonsters dezer we reld waren. Zeer subsidiair kon er dan nog mee door, dat zij een totaal-onbewoond eiland tot woon aangewezen kregen; maar dat was ook haar uiterste concessie. Ze gaven aan deze overtuiging lucht in "een dialoog, waarbij ze gezeten waren op een groenende dijkhelling en de Bedelaar aan haar voeten kwispelstaartte. De dijk omzoomde een stuk drassigen polder; de (Bedelaar was een straathond van onbe- schrijf lijk ras, die sedert een uur haar ^schreden met aandoenlijke volharding ge- l ,volgd was, en aldus gedoopt, omdat zijn I oogen smeekten om een goed woord en als het kon, iets eetbaars. In de nabijzijnde kleine stad, met haar boerenmenschen en boerenmanieren, had (Flora's en Rosa's verleden gelegen. Haar 'toekomst lag in een paraplu-winkel in «'"een groote stad. Het eerste was zoo ge dweest, zestien jaren lang. Het laatste was eerst een feit sedert drie korto weken. (Voor dit drietal aanbrak, was het woord „toekomst" een leege klank geweest. Het /had bij vele nuttige en vervelende zaken gehoord tot de afdeeling van nicht Dien- ■jtje, die, naar men zulks noemt, voor haar Opvoeding zorgde, van af het uur, dat Flo- ra's en Rosa's sindsdien gestorven vader haar de zorg voor de moederlooze twee lingen opdroeg. Nicht Dientje had met gestrenge hand geregeerd; zij was een vrouw-van-de-daad geweest. En do „daad" liep vele malen op een kastijding uit. \aar toen ze plotseling, zonder eenig jorafgaand teeken, was overleden, in haar eigen leunstoel, onder het kousen mazen, hadden Flora en Rosa niettemin 'geschreid. Nicht Dientje werd met gebruikelijk 'eerbetoon begraven. Met plechtigheid werd verklaard, dat zij een brave vrouw was geweest. De familieleden hadden «daarop puntbroodjes met rookvlecsch ge geten en zich bezwaard gevoeld ten aan zien van Flora en Rosa. [Want er moest „iets" gedaan worden. Twee ooms en één weduw-tante ver klaarden met nadruk niets te kunnen doen Daarop wendden aller oogen zich tot den kinderloozen oom Flesscheman, die in de grootste stad des rijks paraplu's verkocht. Het „iets" moest onvermijdelijk van hem komen. Hij schikte er zich in. Hij zou de meisjes tot zich nemen. Zij waren oud ge noeg om een vak te leeren. Hij zou haar inwijden in het geheim van paraplu-over trekken. Het was een naargeestig beroep en het vervulde de tweelingen met sprakeloozen afschuw. Nochtans had „de familie" gedempt ge juicht over oom Flesscheman's nobel be sluit. Eén dag na de begrafenis was oom Fles- schemans sombere figuur afgereisd. Flora en Rosa werden aan het eind der week ver wacht. Ze konden nu nog wat pakken. Nicht Dientjcs boedel zou verkocht worden maar dat ging buiten haar om. Het waren deze beslommeringen, die in de tweelingen den ij delen wensch gewekt hadden om slechts getweeën op dit onder- maansche to vertoeven. „En te leven zoo als de wilden", zei Rosa, vage voorstellin gen koesterende omtrent blokhutten, wacht vuren en vellen-gewaden. De verdwijning van het gansche men- schenras was uiteraard gewenscht, omdat oom Flesscheman dan automatisch mee ver dween. Ze hadden hem voordien slechts bij naam gekend en de kennismaking was verre van meegevallen. Aldus was do positie, toen zij, den laat- sten dag van haar verblijf in het polder- stadje, op de groene dijkhelling zaten en de Bedelaar aan haar voeten kwispel staartte. „Wat helpt ons wat we willen", vroeg de practische Flora ten slotte. „Kon den we er maar van doorgaan". De Bedelaar lichtte zijn kop op met een blik van verstandhouding. „We hebben geen geld", zei Rosa, de dric-en-een-halve gulden spaarcenten niet tellend. „Ons verstoppen in een scheepsruim als bedelaressen het land doortrekken Rosa, met visioenen van gerafelde klce- dij, zweeg angstig. Ze was gewend in groo te problemen op Flora te steunen. Maar Flora zei nu ook, zielig: „wist ik 't maar". Ze huilden samen een deuntje. Ze wa ren, uitgenomen van den Bedelaar, ook zoo van God-en-goed-mensch verlaten, daar 'cj den stillen dijk, met het somber verschiet van oom Flesscheman cn de paraplu's. Wilde plannen joegen door Flora's brein. Ze moest iets doèn, iets probeeren, haar eigen lot in handen nemen, hoe dan ookHet moest niet oom Flesscheman zijn, die met zijn paraplu-overtrekken haar leven kon gaan richten. Het moest Een jongen op een hondenkar kwam, fluitend, voorbij. „Meerijden?" noodigdo hij goedig uit. Flora hijgde. Misschien was dit een kans, een Kans met een hoofdletter, om de don kere toekomst te ontvlieden. Aanpakken, ja, aanpakkenZe stond snel op en trok ook Rosa mee. „Alsjeblieft", zei ze. En zachter: „We hebben geen geld". Nou, dat maalde niet. Hij stak dwars den polder door, naar 't Zuiden. Hij noem de den naam van een gehuchtje. „Motten jullie daar ook wezen Flora knikto ernstig. De jongen hielp beiden op den wagen, de twee groote hon den trokken aan en ze reden. De zon ging onder en een gulden licht viel over het vlakko polderland. Rosa zag er naar door een dik tranenfloers. Ze volgde Flora en haar onbekende voorne mens dociel, maar ze was ongerust. Ze idealiseerde op dit oogenblik barsche niclit Dientje tot een liefhebbende tweede moe der. Ongelukkige schepsels waren ze, zon der thuis. En waar zo op die hondenkar nu heengingenFlora keek zoozoo wétend. Over dijk en polder weggetjes reden zo tot het volslagen donker was. Er viel een nattige kilte. „Waar mö-je toch zijn?" vroeg nieuws gierig de jongen, ,,'k Ben zóó thuis". „O, dan stappen we hier af", zei Flora haastig. Ze sjorde Rosa met zich van de kar. „Welbedankt, hoor!" „Dég", zei ook, maar Verbaasd, de jon gen. Daar stonden ze dan in den 'duisteren drassigen polder, arm in arm. „Watwaar wou je eigenlijk heen schuchterde Rosa. De stoute gedachten hadden Flora's brein geheel vermeesterd. Ja, ze moesten naar liet Zuiden. Daar lag de grens. Ze zouden daar vertellen, dat ze verlaten wee zen waren, maar zwijgen van oom Flessche- mans bestaan. Ze zouden smeeken te wor den toegelaten in het vreemde land, hard werken voor haar brood, rijk worden...... ,,'k Heb zulke kouwe voeten", zei Rosa, die kribbig werd. „Als je nou maar zei, wat je van plan wasZe erkende Flo ra's recht om te bedisselen ten volle. „Naar het buitenland", antwoordde Flo ra, snel. „En mijn voeten zijn ook koud. Maar ik spreek er niet over. Weldaar heb je zoowaar den Bedelaar ook". Inderdaad was hij het, die met vriendelijk geblaf op haar afstoof. „Hoe...... hewil je daar komen", vroeg Rosa. „We hebben toch geen geld". „Wil jij soms liever naar oom Flessche man V' Het klonk dreigend. „Nee......" „Nou dan. Ga maar mee". En ze liepen. In den killen, vochtigen voorjaarsavond lagen de polderpaadjes drassig en vol plassen. Pas voor pas zogen hun voeten vast in de natte klei. Flora voelde het nauwelijks. Haar groo te gedachte wasde grens vinden. Maar Rosa spon angstig hersenschimmen uit. Misschien belandden ze aanstonds voor een breede vaart. Ze zouden het niet mer ken en er in stappen. Haar noodgegil zou niemand hooren. De Bedelaar zou dappe re pogingen doen, maar haar niet kunnen redden. Ze zonkenverdronkenEn al hetgeen van haar zou overblijven was een klein courantenberichtje: „Door duis ternis misleid zijn twee zestienjarige meis jes te water geraakt en Zc gaf een zenuwachtigen gil: ze had in een diepe plas getrapt. „Jij bent geen menscli om mee over de grens to nemen", zei Flora verwijtend, maar haar stem was niet zoo vast meer. „De grens"waar was ze, kilometers verder Ook de Bedelaar, trouw als hij was, jankte verdrietig om zóóveel kils en kouds. Plots: een heftige schrik. Een fel oog van-licht doorboorde de poldernevelen. Een zwaro stem baste: „halt". Het flikkeren van metalen knoopen werd zichtbaar. Een platte pet, een dikke snor. Een veldwachter. „Wat doe jo hier in je eentje?" vroeg de man met kennelijke verbazing. „Deze weg loopt dood op den dijk. Wat hè-je hier to maken Twee fctsoendelijko meisies, zoo te zien", 's Mans hersenen spanden zich in een misdrijf uit te denken, waarop z ij uit konden zijn. Flora's moed was niet zoo fier als zij zelf verwacht had. Zc. mompelde iets van „de grens verlaten weezen gang la ten gaan...-..," „Je hebt politie voor", zei de veldwach ter, vermoedelijk een weinig met het ge val verlegen. „Zeg nou maar waar je heen moet. Ben je soms verdwaald V' Nu barstte de lijdzame Rosa los. ,,0 ja meneer," kreet ze. „We zijn verdwaald. Oom Flesschemande hondenkar kletsnatte voeten heb ikMaar we wil len graag terug". Flora poogde te protesteeren, maar nn de sluizen van Rosa's welsprekendheid ge opend waren, viel de stroom niet te stui ten. Ze huilde, van moeheid en kou en ver latenheid een_ armzalig hoopje mensch. Verwilderd keek de veldwachter, zijn „maatregelen" beramend. Soortgelijke ont moeting kende zijn ervaring nog niet. Hij besloot de vondelingen mee te nemen naar zijn dorp. Zoo marcheerde de stoet-, Rosa gearmd met den man der wet, den be schermer. Momenteel had oom Flessche man minder afschrik voor haar dan de duistere polderwegen. Men mocht aanne men, dat oom en tante Flesscheman een kachel bezaten. Flora, verslagen, overlegde, dat men plannen als de hare slechts alleen kon uit voeren. Rosa was een gced kind, maar laf, erg laf. De Bedelaar stootte verdrietelijke ge luidjes uit. En liet begon zachtjes te regenen. Het politiebericht, dat Flora en Rosa door oen veldwachter „zwervend waren aangetroffen en op transport gesteld", sloeg als een bom in don huize Flessche man in en veroorzaakte een kleinen echte lijken storm. Want tante Flesscheman, het fatsoen aanbiddend, sidderde, nu de eer baarheid barer woon, nu zulkezulke schepselen cr aanstonds door politie heen geleid zouden worden. Wat ccn schandaal voor do buurt! Oom beaamde hot, plechtig en droevig. Dien eigen middag werden Flora en Rosa overgebracht, thans beiden ge- en verslagen. Ze spraken niet. Dc onweersbui, die haar opwachtte in den kleinen triesten. parapluwinkel, waar alles in den rouw scheen, lieten zc, zachtjes huilend, over haar schuldige hoofden gaan. Zwarter dan alle overtrekken, van zijde, of satinet of katoen, leek haar de toe komst. Ook de Bedelaar was meegekomen, maar aanstonds door tante Flesscheman verjaagd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1921 | | pagina 9