LEIDSCH DAGBLAD. Dinsdag 4 Januari 1921. Verlaging' van den Abonnementsprijs voor Leiden p. 3 mnd. f 2.35 week f 0.18 Kleine Advertenties des Woensdags 50 cts., Zaterdags 75 Officieele Kennisgeving STADSNIEUWS. 8INNENLANÖ. Het voornaamste nieuws s. van heden. PRIJS DER ADVERTENTIEN: 80 Cts per regel. ?s Zaterdags 40 Gis. per regel Bij xegolabonnemènt belangrijk lagere prijs. Kleiue advertentiën Woensdag 50 Cts., Zaterdag 75 cts. bij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postreoht. Voor evcntucele opzen ding van brieven 10 Cts. porto le betalen. Bewijs nummer 5 Cts. Bureau Noordeindsplein. Telefoonnummers voor Directie en Administratie 175, Redactie 1507. PRIJS DEZER COURANTI r Voor Leiden p. 3 mnd. f 2.35, p. week 0.18 Builen Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per wcok 0.18 Franco per post 2.7® Nummer 18660. Oit nummer bestaat uit TWEE Bladen EERSTE BLAD. Wij hebben besloten met ingang van 1 Januari j.l. de abonnements prijzen van ons blad te verlagen. Deze zijn nu 9! Buiten Leiden waar agenten geves tigd zijn per week f 0.18 Franco per post per 3 mnd. f 2.75 Den prijs der Kleine Advertenties verlagen wij eveaeens, deze wordt nu: bij een maximum aantal woorden van 30 DE DIRECTIE. GEMEENTELIJKE VISCHVERKOOP- Do Burgemeester van Leiden brengt ter kennis van de ingezotenen, dat morgen (Woensdag) aan de Gemeentelijke visohwin- kcla (Visehmarkt c Stadsliulpwcrf) verkrijg baar is Schelvisch a f 0-20f 0-22, groote Sclielvisch a f 0.36 én Schar a f 0.28 p- pond. W. PERA, Wotli- loco-Bur.gem- Lelden, 4 Jan. 1921- Eerste Congres van het Ocstersch Genootschap in Nederland. I. Het Oosterscli* Genootschap in Nederland, dat eenigen tijd geleden werd opgericht, noudt heden en morgen in het Academiege bouw alhier zijn eerste Congres, waarvoor bijzondere belangstelling in wetenschappelijke kringen aan den dag gelegd wordt. De algemeene vergadering, welke aan het Congres voorafging, werd hedenvoormiddag te halftien in het Academiegebouw gehou den Op voorstel van jr rof. Hceres werd het voorloopig bestuur bij acclamatie, defini tief benoemd. Besloten word, met het oog op de hooge drukkosten die to houden wetenschappelijke voordraohten niet te publiceeren, dooh een resumé van het verhandelde aan do leden te doen toekomen Hierna werr< dc algemeen© vergadering gesloten Door den voorzitter van het voorloópig bestuur, prof. dr. C. Snouck Hurgronje, werd in het klein-auditorium dit eerste con gres geopend met een toespraak. Plet is, aldus de voorzitter, voor het vcorlc-ojrig be stuur, dat gjj hier voor u ziet, een groote voldoening, u als zoodanig te mogen begroe ten. Velerlei redenen noopten ons, u tot aan eensluiting te noodigen. Noopten, ons, mag ik niet zeggen zonder er bij te voegen, dat eigenlijk het brein van onzen eersten secre taris, prof. Vogel, de plaats was, waar het denkbeeld der stichting van dit genootschap opkwam cn rijpte, gelijk wederom hij het was, die bij de uitwerking hiervan de actieve roi bij uitnemendheid heeft vervuld. Maar na deze erkenning, die hier niet achterwege mocht blijven, spreek ik nu verder namens ons vijftal, dat een aanvang maakte met een samenwerking, waarvan wij hartelijk hopen, dat weldra velen uwer een ons begin be schamend aandeel zullen nemen. Het aantal van hen, die zich met de studie van het oosten bezighouden of daarin actief belangstellen, is bij on3 te lande in de laatste tientallen jaren zoo toegenomen, dat er vcor hen niet minder dan voor hun studiegenoo- ten in andere landen reden bestaat om verhooging van kracht te zoeken in vereeni- ging, in min of meer geregelde ontmoeting van en samenspreking met elkander. De Leidsche academische senaat stond in ons land meestal bovenaan op het gebied van het orientalisme, al ontbrak het ook elders niet aan uitnemende Arabisten of Hebrahten. Dit vaderlandsche orientalisme bleef echter al to lang beperkt binnen de zoo even aange geven grenzen. Ons jongere geslacht weet 'niet, welk een moeite het zestig jaar gele den, gekost heeft om Nederlandscho ministers en curatoren der Leidsche universiteit te overtuigen van de wenschelijkheid der stich ting. van een leerstoel in het Sanskrit, He breeuwse h, Chaldeeuwseh, Syrisch en Ara bisch worden bij u immers al gedoceerd; moer daar nu waarachtig nog Sanskritisch bijkomen? zeide destijds een onzer hoogste hooger-onderwijs-autoriteiten tct de leden der literarische faculteit, die de benoeming van Kern tot hoogleeraar in de Indolcgie bij hem kwamen bepleiten. Juist omstreeks denzelfden tijd, waarin het.met moeite gelukte Kern op zijn plaats te krijgen, werd in ruimere kringen in ons land het bewustzijn wakker, dat wij aan Ne- derlandsch-Indië wetenschappelijke aandacht verschuldigd waren. Voor de aanstaande be stuurders dier gewesten werd oen opleiding georganiseerd, waarin Oostersche taal-, land en volkenkunde een belangrijke plaats kreeg. Meer specialiseering dus, en vergrooting van het aantal „werknemers." Toen was het ook dat de christelijke zending, met het oog op haar doeleinden, zulke studiën met verhoogde energie ging bevorderen. Het Nederlandsche Bijbelgenoot schap maakte zicli ateeds in hoogere mate verdienstelijk voor de Indonesische taalstudie. Met de 'herinnering aan de fei'ten behoef ik slechts aldus spr. eenige van de oor zaken aan te stippen, die gaandeweg geleid hebben tot een enorme uitbreiding van 'heb aantal Nederlanders, die hun leven aan "de Gostersche studiën wijdden, tot verruiming van het begrip der wetenschap van het Oos ten in ons vaderland en tot verhooging van het peil dezer wetenschap tevens. Een Oos- tersch Genootschap ih Nederland, gesteld het ware in 1860 opgericht, zou niet veel meer dan een tiende deel bijeengebracht hebben van het aantal leden, dat thans reeds op onze Ijjftt ingeschreven 3taan (183 leden, onder wie 10 donateurs). Indië, Indonesië, China, Japan, Assyrië en Babyionië, thans alle hier vertegenwoordigd door mannen, wier namen genoemd mogen worden, zouden toen deels niet. "deels schaars vertegenwoordigd zijn ge weest. Dat wij, behalve de aangeduide vel den van onderzoek, ook het Hellenisme en Byzantium gaarne iu onzen kring opnemen, zal niemand uwer verwonderen. De geschie denis der beschaving van heel West-Azië spreekt op iedere bladzijde in steeds duide lijker taal van Helienistischen invloed, en het zoogenaamde „Nabrje Oosten" is in zijn ontwikkeling met de Byzantijnsche cultuur innig verknocht, Voor een eigen, afzonder lijke organisatie zijn de Byzantinisten en de beoefenaars van de Hellenistische kunst ten onzent niet talrijk genoeg. Wij waardeeren het als een voorrecht, dat zij zich bij ons hebben willen aansluiten. Behalve de concentratie der nationale krachten op het gebied der OosterscJie we tenschappen streven wg echter ook naar de onmisbare internationale samenwerking. De vroeger om de een of twee jaar gehouden internationale orientalistencongretsen zijn in oorlog gesneuveld en zullen in hun ouden vorm niet herleven. Toch blijft samenwerking en dus ook persoonlijke aanraking deroriën talisten van alle natiën een onbetwistbare noodzakelijkheid. Er zgn at flappen gedaan in de richting van het herstel; tijd en ge duld zullen noodig zijn om degenen, die van elkaar gescheiden raakten, geheel te ver eenigen. Zooveel staat nu reeds vast, dab de naaste toekomst ons niet weer zat bren gen verg ader ingen van in het Oosten be langstellende individuen, maar dat de con gressen zullen herrezen door samenwerking van nationale Gostersche genootschappen, zooals er in de meeste landen, waar de wetenschap van het Oosten wordt beoefend, reeds bestaan. Na uitvoerig van de voorlocpige resul taten over samenwerking met de buitenland- sclie zusterverenigingen te hebben gewaard en er zijn -vreugde over uitgesproken te hebben, dat prof. Arnoldt van de school cl Grien tal Studies te Londen dit Congres bij woont en er een werkzaam aandeel in neemt, wees spr. er op, dat het Genootschap veel geld zal noodig hebben om het doel dat het zich gesteld heeft, te bereiken, besloot de vooijzitter aldus: Zoolang wij over geen audere middelen be schikken dan de contributies -onzer leden, zult gij allen begrijpen, dat onze hoogste praestatie op het gebied van wetenschappe- I lijke uitgaven beperkt moet blijven tot het drukken en aan de leden rondzenden van een I overzicht van hetgeen op onze vergaderingen j behandeld wordt, het zakelijke zoowel als liet j wetenschappelijke. Om ons hiertoe in staat j te stellen, doen wij een beroep op de secre- I fcarissen der secties, die wel, ieder voor zijn j afdeeling, in overleg met de sprekers voor j tijdige indiening van korte resume's der ge- i houden voordrachten en discussies zorg zul len dragen. Afgezien van bijzondere aanleidingen is liet ons voorgekomen, dat voorloopig één samenkomst per jaar voldoende zal zijn en dat het met den wenscli van vele leden zal strooken, deze omstreeks Paschen te houden. Het bestuur stelt hierom voor de eerst volgende samenkomst vast te stellen om streeks Paschen 1922. Nadat de interessante rede van den voor zitter hartelijk was toegejuicht, werd daartoe besloten. Hedenmiddag te twee uren hield vooi^ een bijeenkomst voor leden en genoodigden al lereerst de heer T. van Erp, luir.-kolonel der genie van het O.-I. leger, te 's-Gravenhage, een met lichtbeelden toegelicht!;© voordraent over: vHet ornament van de Hindoe-bouw werken op Midden-Java." Spr. ving aan met de opmerking, dat de Hindoe-architectuur op Java zich kenmerkte door uitersten eenvoud in techuischen zin. Het architectonisch denkon en scheppen is er nooit gericht geweest op technische ont wikkeling. De primitieve constructie-metho de is belichaamd in den horizont-aal of z.g. arcliitraalbouw, waarin geen plaats is voor gewelven met radicale voegen, die het groote probleem en tevens de glorie vormden in de Westersche monumentale kunst. Bleef dus het bouwwerk in technUchen zin primitief, zooveel te meer kracht kwam er vrij voor ontplooiing van het, den Oosterling zco eigen gevoel voor versiering. Inderdaad neigt deze architectuur naar het plastische en heeft zij beslist een deco ratief karakter, ,wat geen toeval, maar lo gische noodzakelijkheid is. De weelderige tropennatuur vindt men in al wat vroom bouwwerk is op Java terug. Spr. bepaalde zich bij zijn beschouwing tot de zuivere sculp tuur, welke in overeenstemming met haar geestelijke waarde en laag relief gehouden wordt. Uit den aard der ^aak aldus spr. overweegt in den architraalbouw de hori zontale lijn. Daar evenwel, waar de architect de noodige vrijheid had in aanwending vaü ornament, heeft hij dit element met nadruk benut, om ook verticale accenten aan te brengen, waardoor een harmonisch evenwicht tusschen beide werkingen ontstond. In een 30-tal lichtbeelden lichtte spr. het gesprokene toe en gaf een overzicht van het ornament, dat in verband met de verschil lende functies kan teruggebracht worden tot drie sroepen: t.w. om.'oopend friesernamem omlijsting ornament en vlak vul" ingornamttit. Dr. A. W. Bjjvanck, conservator van hand- handschriften aan de Koninklijke Biblio theek te 's-Grayenhage, en privaat-docent in de classieke archaeoligie aan de Univer siteit alhier, sprak vervolgens over „Ooster- sche invloed bp de illustratie van Middel- eeuwsche handschriften". De handschriften en hun versiering in "W est-Europa, vooral in Gallië, uit de Sste eeuw in den tijd van Karei den Groote, verdienen de bijzondere aandacht van ieder, die belang stelt in de wereld van het Oosten en haar invloed op het Westen, aldus ving spr. aan. Want deze handschriften zijn mo numenten uit de eenige periode der kunst geschiedenis, waarbij het mogeljjk is om te spreken van een directen samenhang tusschen de kunst van het Westen en het Oosten en zij behooren bovendien tot een vorm van kunst, waaraan ook ons land deel had. Deze periode wordt ingeleid door de kunst der groote volksverhuizing. Men zal haar oor sprong hebben te zoeken bij de nomaden in de steppen van Rusland en Midden-Azië. In het W7 esten is de kunst der Franken en in het Oosten de kunst van den Islam een uit- looper van deze kunst. Ook de Merovingisc-he handschriften moet men met deze kunst in verband brengen en verwante motieven vindt men in de handschriften van Armenië. Op die wijze kan men spreken van een verbin ding tusschen het Westen en het Oosten gedurende de 8ste eeuw en reeds vroeger langs den weg die de Groote Volksverhuizing heeft genomen. Maar wij herkennen nog een tweeden verbindingsweg niet het Oosten in iets later tijd, vooral onder de regeering van Karei den Groote. 'In dien tijd bespeurt men een reeks van veranderingen bij de handschriften: duidelijker schrift, beter ver zorgde teksten en versiering. Een groep, met name door spr. genoemd, handschriften, kan men beschouwen als over blijfselen en navolgingen van de classieke kunst van illustreer en. Daarnaast vindt men handschriften, die meer den invloed van Oostersc-he kunst vertoonen en vooral is op merkelijk de groep van handschriften die naar zeer rijk versierde Syrische pracht werken zjjn gecopieerd. De tweede verbin dingsweg met het Oosten volgde de oude handelswegen. Met lichtbeelden werd vertoond de kunst der Merovingisclie handschriften, die aan de kunst der Groote Volksverhuizing verwant is, in haar eigenaardige motieven van versie ring, vooral groote beginletters samenge steld uit vogels, viervoeters eu visschen. Dezelfde letters komen voor in Armenië, 'bijv. in een Armenisch handschrift in Londen. Maar een dergelijk handschrift te Etschmiad- zin bevat bovendien bladen met illustraties die blijkbaar de getrouwe copieën zijn van Syrische miniaturen, ouder uog dan uit de 6de eeuw. Dat er toen een verbinding met het Oosten bestond, bewijst een geïllustreerde wereld kroniek in het Grieksch op papyrus uit Egyp te en een dergelijke kroniek in het Latijn uit Gallië, die naar het Grieksch is vertaald. Een duidelijke navolging van een oud- Christelijk, wellicht Alexandrijnsch voorbeeld is het Pericopenboek, dat voor Aartsbisschop Egbert van Triër, den zoon van Graaf Dirk II van Holland te Reichenau is geïllustreerd Maar de prachtigste voortbrengselen dei- kunst in de handschriften uit den tgd van Karei den Groote vertoonen den invloed van Syrische kunst. Het voorbeeld spreekt daar bij nog duidelijk mede. Bij het portret van een Evangelist evenwel en een handschrift van Keizer Otto III, dat blijkbaar te reke nen is tot de voortzetting dezer Oostersche richting in de kunst zijn alle' elementen ver- eenigd tot een geheel, van waarlijk Middel- eeuwsche kunst, aldus eindigde spreker. Als derde spr. van dezen middag trad op ir. J. Janette Walen, uit Rotterdam, die een verhandeling hield over: De authenticiteit van afbeeldingen van Amenophis IV. Spr. verplaatste zijn gehoor naar het oude Egypte van ongeveer 1400 jaren voor Christus. De tijd van den grooten overwinnaar, de 3de Thotmosis is voorbij. Het wapengekletter zwjjgt thans. De koninklijke residentie bevond zich in Thebe, waar ook de groote tempel van Amon Ra verrees. Amones $e groote Godheid van Thebe. De Thebiaansche geestel ijkheid had zichzelf overtuigd, dat Amon de eenige God, de eenige zegevierende was. Vandaar de felle tegenstand van deze gees telijkheid tegen den jongen vorst Amno- phis IV, toen door hem niet dezelfde god heid Amon van Thebe werd aangebeden, doch een andere God, Aton, de stralende zonne schijf. Een nieuwe hoofdstad werd gebouwd op de plek waar thans het dorp Tell-al-Anrnna is gelegen en daar kwam de prachtige tem pel te staan voor den nieuwen God Aton. Er lieeft steeds een waas gelegen over den gcheclen regeeringstijd van Am IV, zeide spr. en het is moeilijk te begrfjpen geweest, .hoe deze zwakke man de kracht heeft gehad om een geheel nieuwen godsdienst als de Atondienst in te voeren. Het was over dezen vorst en zjn tijd dat cian de hand van eenige lichtbeelden in het licht der nieuwe ontdekkingen spr. eenige iRtressante bijzonderheden vertelde. De directie van het Noordhollandsch Landbouwcrediet bericht, dat aan den heer H. J. Wildschut op zijn verzoek, ten ge volge zijner benoeming in een anderen j werkkring, op dc meest eervolle wijze ont- i slag is verleend!, als directeur van het bij kantoor alhier. De heer J. A. W. Aalbers- berg is benoemd tot procuratiehouder en directeur van het bijkantoor alhier met ingang van 1 Februari 1921. De heer Wildschut is benoemd tot direc teur der Bank-Associatie te Utrecht. Alhier is een comité gevormd om de Leidsche Chr. Oranje-Vereen iging tot groo ten bloei en tot meerdere claden te bren gen door haar financieel te helpen. Dit comité wil ditmaal iets anders dan direot om geld vragen. Het wil een bazaar organiseeren. Daartoe is veel steun noo dig en móet er een groote deelneming zijn. JHoofdoel is een Hinken bazaar te houden, opdat ieder in dc gelegenheid kan gesteld worden aldaar zijn inkoopen te doen ten bate van het doel. Het comité is gaarne bereid gelden en goederen in ontvangst te nemen. Het be stuur van het comité bestaat uit; J. Plu, lste voorz., Oude Vest 139; mevr. Van den Berg, 2de voorz., Oude Singel 169; P. Spaa, Pzn., lste secr., Oude Singel 220; mej. M. Buurman, 2de secr., Nieuwtraat 51mevr. Vellekoop, 1ste penningm., Heerenstraat 96 en H Hoogcrvorst, 2de penningm., Groenhovenstraat 17. De bloemendag ten bate van het Fonds tot bestrijding der Tuberculose „Draagt, elkanders Lasten" op Nieuw jaarsdag is geslaagd, daar de verkoop al hier opbracht f '139.78te Voorschoten f36.52; te Oegstgeest f45.83 en te LeieSer- dorp f 23.95. Toteal f 546.0S. Ter Rijkspostspaarbank is aan het postkantoor alhier en de daaronder res- sorteerende hulppostkantoren gedurende December ingelegd f31,200.69 en terugbe taald f22,216.72. Het laatste door dit kan toor uitgegeven bockj'e draagt het nummer 47,619 LEIDSCHE SCHOUWBURG. N.V. Tooneelverceniginy. Vriend Fritz, tooneolspel in drie bodrijvon van Erokman-Chatrian. 't Is lange, lange jaren golodon, dat het too- neelwcrk, dat uit L'Ami Fritz getrokken, is opgovoerd. We kunnen ons echter voorstellen, dat Louis Bouwmeester, toen hij naast zijn Shylock nog oen tweadc stuk wilde stellen om daarin te jubelen, uit <le doos van het verle den dit werk weer opdiepte. De rol van den huwelijksmakelaar rebbe David Sichel biedt toch onzen grooten tooneolspel er in meer dan een opzicht gelegenheid te doen genieten van zijn veelzijdig talent, 't Is bepaald eon genot naar zulk door en door sappig spel te zien, sappig zelfs in stil spel, we zouden haast zeggen ge raffineerd af tot in do puntjes En wo moeten met alle respect on bewondering voor Bouw- meester's grooto prao8taiio als Shylock, wat iets machtigs is, erkennen, dat we hom toch lie ver zien in rollen als van den goeden rebbe. Direct bij zijn opkomst met applaus begroet, maakte zijn heerlijk spol dc gemoederen al war mer en warmer en aan het slot nam liet applaus uit den slechts matig bezetten schouwburg weer volledig don vorm van cou ovatie aan. Hoewel voor onzon tijd „Vriend Fritz" wat te week is geworden, over 't algemeen de tij den veranderen. immers en wij met'hen! toch weet het, zoo tusschen moer moderne tooneol- workon door, nog wol aardig bozig te houden. Wat ook voor een doel is te danken aan de ver tolking. Jaap v. d. Pol, geoft toch een goeden Fritz Kobus, don per slot van zaken bekeerd wordenden huwelijks-hater, vooral in de twee laatste bedrijven. Ook de Suzc van Marie Mou- nier is aannemelijk, al kan het nog wel iets jeugdiger. Van Schaick cn Baf. Bouwmecstor maken aardige types van do vrijgezoUen-vrionden van Kobus De laatste chargeert wel wat veel, al is hot niet onaardig. De overigen; noemen wc nog Marie van Wes ter hoven aLs huishoudster, over 't geheel geno men voldoende. Verblijftoelagen. Bij miniötoricele beschikking is de ver blijf toelage, bij detacheoringen, enz. buiten do vaste standplaats to rekenen van 1 Jan- 1921 als volgt geregeld. Gedurende do eerste 30 d-agen van verblijf buiten de standplaats ontvangen gehuwde opper-, hoofd- en ver dere officieren resp- f7, f 6 en f 4 50, de on gehuwde resp- f5, f 4 cn f3, terwijl vobr voorziening in eigen huisvesting die toelage voor genoemde officieren verhoogd wordt met resp f4, f3.50 cn f3. Gedurende het overige tijdperk ontvangen gehuwde zoowel als ongehuwde opper-, hoofd- en subalterne officieren resp. f 5, f 4 en f3 verhoogd met resp- f2, fl-50 en fl.2o wegens voorziening in éigen huisvesting. Voor stalling van dienstpaarden wordt als dan f0.35 per maand en per dag vergoed- Onderofficieren, zoowel gehuwde als onge huwde ontvangen bij inkwartiering met voe ding of bij deelname bij soldaten menage f 0-50 gedurende den gcheelen tijd- Bij deelname aan een on de rof f ièiersmen a go BINNENLAND. li- M. de Koningin-Moeder zal een operatie moeten ondergaan- De Staatscommissie voor de werkwijze dei Departementen is heden geïnstalleerd- In den nacht van 5 op 0 Januari wordt de verhooging van den gedistilleerd-accijns van kracht- Beschikking omtrent verb lij f toelagen- BUITENLAND. De Duitschc ontwapening. Duitschland antwoordt op de jongste Frausche nota. Bijzonderheden over de volksstemming in Opper-Silezië- Krassin toch naar Moskou voor nadere be spreking" Diverse stakingen. ontvangen gehuwde onderofficieren f 2, de ongehuwde f 0.50 por dag wanneer zelf in de voeding wordt voorzien resp. f3 en f2; in beide gevalle-' voor allen verhoogd met f 2-50 wegens voorziening in eigen huisves ting. Na de eerste 30 dagen is het bedrag der toelage bij deelname aan een onderoffi- cersmenag© of wanneer zelf in de voeding wordt, voorzien voor gehuwden en ongehuw- den f2, verhoogd met fl wegens voorziening in eigen huisvesting. Onderofficieren met rang boven dien van sergeant-majoor kunnen, de overige onderof ficieren moeten wanneer zulks eenigszins mogelijk L. aan een bestaande ondcroffL- ciersmènage deelnemen- Bij verblijf in leger plaatsen, kampementen, kanbonnementen, bivaks enz- moeten allo onderofficieren deel nemen aan de bestaande onderofficiersmena- ge of bij ontstentenis daarvan aan een be staande soldatenmenaiise. De verdubbeling van den gedistillecrdaccijns- De Minister van Financiën brengt :n do „Staatsct-" ter kennis van belanghebbenden dat hot thans tot wet verheven ontwerp, waarbij o.m- de accijns op het gedistilleerd wordt verhoogd van f 150 (met 10 opcenten) tot f300 (met 10 opcenten) per hectoliter van 50 percent, op 5 Januari 1921 zal worden af gekondigd en mitsdien, krachtens art- 9, in werking zal treden te 12 uren in den nacht van 5 op 6 Januari 1921. Dientengevolge is ieder, aio op laatstge meld tijdstip meer dan 25 liter gedistilleerd, ongeacht de sterkte, voor zichzelf of yoot een ander in voorraad heeft, verplicht daar van op 5 of 6 Januari 1921 schriftelijk aan gifte te doen ten kantore van den ontvanger der accijnzen. Vergezeld van haar vader, Z. K. H« Prins Hendrik, heeft H- K. H- Prinses Ju liana gistermiddag voor de eerste maal een bioscoop-voorstelling bijgewoond, welke, ge leid door den heer "Willy Mullens, in diens bioscoop-theater in de Kettingsfcraat in Don Haag, werd gogeven- In deze voorstelling werd de bekende Shaokletonfilm afgedraaid, met blijkbare belangstelling dooT de Prinses aanschouwd. De voorstelling duurde van half. drie tot ongeveer half vijf- Morgen cn Donderdag zullen in het ge bouw der Engelsohe legatie in Den Haag, een groot aantal onderscheidingen worden uitgereikt, welke door den Koning van Enge land in verband met de oorlogsjaren, aan Nederlandsche onderdanen verleend zijn- Dc Koning.hoeft benoemd tot eere-eom- mandour in dc orde van het Britsche Rijk de heeren J. Bungy, referendaris chef der afdeeling comptabiliteit, mr- A. T- L- A-. Heiligers, referendaris en mr. W- C. Baron Snouckort van Scliauburg, commies en mr4 C. H- J- Schuller tot Peursum, gezantscliaps- attaehe, allen van het Departement van Bui tenland sehe Zaken. In den Haagschen Raad hebben over de motic-A'lbarda om de salarissen van de bijzondere onderwijzers to bepalen op de be dragen van het georganiseerd overleg, de stemmen gestaakt- Naar „Het Vaderl."' verneemt, wordt met ingang van 1 Februari de afdeeling volksvoeding (crisiszaken) aan het Depar tement van Landbouw opgeheven. Tweetal bij do Geref. Kerk te Delft ds. F. O. Meyster, te Rotterdam, en <fe. W. J. Velders, te Rottevalie. Ds. P. Kruyt, te Staphorst, heeft bedankt voor het beroep naar de Ned'.-Herv. Gem- te Delft. Het denkbeeld tot samenvoeging der Zoansohe gemeenten is, zooals men zich herinnert, in den Zaawdamscheii Raad ter sprake gebracht. De betrokken gomeento- bosturen hebben thans daarover voorloopig van gedachten gewisseld. Er is een uitnoo- diging gericht tot den Commissaris der Koningin in Noord-Holland om als voor zitter een vergadering te leiden van afge vaardigden van Zaansolie gemeentebestu ren, ten einde over de kwestie eener der gelijke samenvoeging te beraadslagen Ter jongste algemeene vergadering van de Verecniging voor de Staathuishoud kunde en de Statistiek verzocht mr. dr. J. H. van Zanten het bestuur, de vraag in studio to will m neman, wat zou kunnen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1921 | | pagina 1