No. 18640 LEIDSCH DAGBLAD Woensdag 8 December. Tweede Blad. Anno 1920. Gemeenteraad van Leiden B FEUILLETON IN ONZE STRAAT (Zitting Van gisteravond.) De algemeene beschouwingen der Begrooting. De heer SANDERS was oorspronkelijk niet vaö ptem algemeene beschouwingen te voe ren, alleen te spreken bij volgn. -147. Waar eobter al gewezen is op bezuiniging, meent fafy nu ook wei 't thans te kunnen doen, afoodoende tevens den wethouder gelegen heid biedend te antwoorden. Wie t oor te luisteren legt. hoort onte vredenheid over de gestes der lichtfabrieken 0D ongerustheid over de buitengewone ad ministratie. Hg heeft daarop al eerder ge wezen; toen is hem verweten geen cijfers te geven. Dit zal hij thans doer.. Hij verschilt met der accountant van opinie die in gebreke i* gebleven, zgn rapport met cijfers te sta ven. Deze zegt: de administratie voldoet aan hooge eischen, maar dat wil niets zeggen economisch, 't Staat voor hem gelijk aan te, zooals hij met een voorbeeld van een «ai\ el fabriek, waaraan een schildermaniak tracht te bewijzen. Hij verlangt duidelijkheid ra rapport en verslagen, maar die mankeert jniab Spr, heeft de cijfere van deze lichtfa brieken vergeleken bij die van tien andere planteen, vele cijfers van geen invloed bui- te» beschouwing latende. t Resultaat is aldus: Do kostprijs van het gas over 1918 was 11.2 ct. te Leiden, ovc-ral aiders lager, gem. 9.2 ct.; over 1919 14.2 cfc. hier, 11,6 elders gemiddeld. De kostprijs van de electriciteit hier 9.27, elders lager. Hoe komt dat? Drie antwoorden meent hg tie hebben: la doordat de directeur kier gaarne vele en geheime reserves tracht te reserveeren; 2o het groote administratie-personeel; 8o. eein zeker deel van het personeel voor den nieuw-bouw drukt op de balans het loopende jaar. In 't eerste is eenige verbetering geko men, dat wil hij erkennen. In 1911 waren aan de gasfabriek 42» ambtenaren met een productie van 10 mil- lioen kub. M. Dit is gestegen in" 1919 tot 107. met ook een productie van 10 tnillioen kub. M. Haarlem met een productie van 13 mil- lioen kub. M. heeft maar 60 ambtenaren. Met de werklieden schijnt het evenzeer zoo te zön. Tegen 181 in Haarlem staan er 241 in Leiden. Hij vraagt tenslotte deze cijfers te weer leggen of te motiveeren. Da heer MEUNEN had ook geen plan het woord te voeren, maar gisteren zijn en- kale dingen gezegd, die hem daartoe nopen: la de verkiezingen, waarbij ook genoemd de chr.-hirt. partij en gegist naar de rede- r waarom deze is versterkt, 't Zgn bange ?ft*ralen geweest, is gezegd, hij zal deze iAé wraken, integendeel, zijn partij biedt bun een goede schuilplaats; 2o. de- vraag aan de rechteche arbeiders-afgevaardigden, door den heer Van Eek gesteld, kunnen ook "Chr.-Hist. zich aantrekken. De Chr.-Hist. gaan echter niet mee met een verdeeling van het volk in kapitalisten en uiet-kap;talisten. bourgeoisie en proletariaat. De heer KNUTTEL: Misschien ook niet met een verdeeling van dag en nacht? Zijn partij is voor een harmonische ont wikkeling der geheele maatschappij. Daar om zijn de Chr.-Hist. ook niet onderver deeld in vertegenwoordfigers voor dit en voor dat. Daarom kan eon antwoord niet geven worden. De heele maatschappij gaat boven de groote massa. De Ch>r. Hisb. vair en op 't kompas van God's woord, dat nooit ver schilt, zooals 't woord der groote massa. Hij wil een andere vraag stellen n.l. of de heer Van Eek en de zijnen wel rustig rijn onder de verantwoordelijkheid die zij op zich hebben genomen. Deze kapitalistische maatschappij zal wor den omver geworpen Daarvoor zal heel wat noodig zijn, ook aan menschen. Heel wat hartstochten zullen cr voor ontketend moe ten worden, heel wat tevredenheid moet worden weggenomen en ontevredenheid ge kweekt. Hem is altijd geleerd meer te letten op 't geen men heeft dan op wat men niet heeft Het oefenen van den blik in 't laatste je een leelijk ding.- Tevredenheid is meer dan rijkdom. Werkt men met systeem tob ondermijning dor tevredenheid dan vraagt hij zich af of men daaronder wel rustig kan zijn. 3o is het woord revolutie geuit. Van revolutie ver wacht hij niets dan onheil. Die zal niet voeren tot geluk. Achter den chaos zal de heilstaat niet zijn. De weg tot geluk ligt elders. De vorige eeuw bracht een man als zelden voorkomt, die tot devies hadtegen de revolutie het evangelie, n.l. Groen van Prinsterer, waarvan de Chr. Hist, en ook Anti-Rev. de geesteskinderen zijn. Dit devies is voor zijn partij nog altijd vaiii kracht in de figuur van Jezus Christus. Alleen in die figuur is heil voor allen in alles. De heer HEEMSKERK wijst op de slot beschouwing van het rapport de>r secties, dat men moet tevreden zijn over liet beleid van B. en W. Dat geldt dan ook over den raad In de prijzen is een dalende, geen stij gende lijn z. i. meer to verwachten, zie ook de berichten van overal. Toch zijn daaraan ook schaduwzijden, die oorzaak zullen zijn tot moeilijke tijden. Toch ziet men nu weer van zekere zijde aandrang tot verhoogen. Hoe moet men daartegenover staan? Hij heeft ook vaak gezegddo loonen zijn niet zoo opgevoerd als noodzakelijk is. Het da len van de prijzen zal den arbeider mis schien te hulp komen. Hij acht thans cïe beste gelegenheid gekomen om de loonen op het peil van de behoeften van den huidigen tijd te brengen. Hij steunt daarom de voor stellen tot pr-emievrij pensioen en kinder toeslag en bestrijdt des heeren Knuttel's vrees over het toenemende kindertal. Niet alleen moet het loon naar arbeids prestatie ook naar behoefte zijn, zooals in de lijn ligt van regeering, Ged. .Staten enz. Hij gaat dan in op de beschuldiging van den lieer Sijtsma over de verkiezing, zo-oals die van rechts is gevoerd en neemt, het op voor de R.-K partij. De manier der S. D. A. P. van het bewerken der publieke opinie heeft hem aangezet te antwoorden vooral nu de liberalen te klein in getal zijn gewor den voor houvast der bevolking In «de com missies is aan do liberalen gegeven wat luin toekwam. De R.-K. hebben niet verloren bij de ver kiezing, wat hij nader uiteenzet. Hij ont kent verder, dat het vertrouwen verd'we- nen is in de arbeidersafgevaardigden al zijn de arbeiders niet altijd tevreden. Een ge volg van handhaving der Ghr. beginselen ook boven de stoffelijko belangen in ver band met 't algemeen welzijn. Hij neemt de S. D. A. P. kwalijk alleen te streven naar materieele voordeelen Do R.-K. arbeider, middenstander of zelfs kapitalist, rijn in wezen eer door do gods dienst, zij werken samen en aanvaarden ook samen de verantwoordelijkheid, die de overzijde weigert. 'fc Is waar, bij geen meerderheid zou een compromis op een vast program gevonden moeten worden. De heer DUBBELDEMAN: Maak jij vol gende keer zoo*n program! Thans echter is er een voldoende recht- sche meerderheid, die toch tegenover de voorstellen der overzij objectief zal staan. Zoo is hg in principe voor het voorstel in zake arbeidscommissies, al zal men de prac- tische mogelijkheid hebben te onderzoeken. De R.-K. passen zich aan bij de tijdsomstan digheden voor zoover de grondbeginselen dat toelaten. De VOORZITTER waarschuwt den lieer Heemskerk, dat er eenige tegenstrijdigheden in diens financieele beschouwingen zijn, zoo dat hij wel eens over zgn eigen beenen zon kunnen struikelen. De heer OOSTDAM: Dat is niet uw zaak. De heer KNUTTEL: De raad lijkt wel op schoolkinderen. De heer DE LA RIE: Hier onderwg&t men de jeugd. De heer MULDER onderschrijft den heer De Lange en zegt B. en W. zgti steun toe inzake bezuiniging. De heer KNUTTEL: Reactie. Spr. keert zich dan tegen den heer Sgtsma over de verkiezingspractijk. Hij acht liet niet noodig den heer Van Eek te. beant woorden, dat acht hij dwaasheid. Hij kan ook wet 2 uur volpraten. Mevr. DUBBELDEMAN—TRAGO: Dat be twijfel ik. De heer HUURMAN: Dat is beleedigond. De lieer DUBBELDEMAN: Zoo is 't niet bedoeld. De heer MULDER wijst er op. hoe met heel Yeel woorden wordt gezegd: weg met 't kapitalisme, maar zonder 't .kapitalisme moeten de arbeiders in 't ongeluk komen. De heer Van Eek praat voor de tribune en voor vulsel der socialistische pers in plaats ,van de begroeting zakelijk te be handelen. Hij wil erkennen, dat niemand tegen den heer Knuttel op kan, omdat alles wat een niet-communist zegt tot een leugen wordt verklaard. Alleen wat Wijnkoop zegt is waar. De lieer v. cl. LIP: En Jansen. U t soc-i I's ten-hoek: Wi? is Jan en De heer KNUTTEL: Dat is verregaand schofterig; alleen een ploertige politiespion kar. zoo iets zeggen. De heer MULDER: Wij staan-principieel tegen beide partijen. Ook wij meenen echter de arbeidersbelangen te behartigen, tevens coor behartiging der geestelijke belangen. Ged alleen regeert en zal ook de roede partij Keeren. al zal deze partij nog veel onheil erooLzaken. De heer VAN STRALEN: Nu de Sinter- klaasY ocrstellen van den heei De Lange en de paradepaarden van den lieer Sijtsma. De heer SIJTSMA: Laat ze maar steigeren. Dat de loonpolitiek het begroctingsdebat zal ophouden is de schuld van B. en Wv difl 't onmogelijk hebben gemaakt de sala rissen den laatsten tyd te bespreken. Dit ge schiedt niet uit politiek oogmerk, zocals recht-s zegt, de loonen zijn er nog lang niet na, dat 't wel kan. Do gemeente heeft een voorbeeld ter zijn voor particulieren. De ge meente is hier ook zoo'n voorbeeld: in reac tionairen zin, zij zou Tt liefst willen verlagen. Dan gaat hij in op het Ingezonden Stuk in ons blad van den lieer Rossum du Chattel, waarmee B. en W. in slecht gezelschap zijn, zie diens stuk tegen den gezondheidsdienst. Dat schrijven is een kaakslag voor B. en W. Hij hoopt, dat het personeel deze~beleo- digdng zal weten -te beantwoorden, -bv. door een ovatie. B. en W. klampen zich vast aan loonen van de laagst- bezoldigden. Hij wil wijzen op lager bezoldiging dan in hot part. bedrijf bv. schilders, loodgieters, metselaars. 't Is moeilijk de loonen van het- gemeente- personeel op peil te Wijgen. 't Is waar, de laatsto jaren is er wat gedaan, maar dat kornt door hun vertegenwoordigers in den raad. De heer Zitman was destijds een unicum in den raad. De heer SIJTSMAEn ik dan Dc heer VAN STRALEN: 't is mogelijk, maar dan is u wel in uw nadeel veranderd. Hij citeert het rapport der staatscommis sie over de salarissen van 'l gemeent-eper- soneel. Leiden neemt do 8e plaats in wat het be volkingscijfer betreft, de 52e plaats wat loon aanbelangt-. Hij keert zich daarop tegen den heer Heemskerk dfie hij niet- graag den meest vooruitst-revenden van rechts wil noemen. Wij mogen niet zuinig zijn op salaris, moeten trachten dat- op 't rijk te verhalen zooals elders ook wordt geprobeerd. Wij willen op ander gebied we>l helpen zuinig te rijn. 't Meest klagen de belastingbetalers die 'b heusch niet 't- beroerdste hebben, die nog altijd genoeg overhouden. Spr. komt dan aan zijn voorstellen. lo. uitkeering iu eens Achterstand is niet ingehaald! door do jongste salarisverhooging met behoud van pensioen aftrek. Bedoeling ia ook de losse arbeiders per maand werkzaam, mee te laten dioen. 2o. Salarisherziening. De salarissen rijn te laag gesteld, al zijn de organisaties des tijds gevolgd. Hij wijst op de stijging van het levensonderhoud. De officieele cijfers zijn altijd te laag blijven beneden de werkelijk heid. Hij twijfelt aan een prijsdaling van betee- kenis, gelooft, dat tegen enkele dalingen nieuwe* stijgingen zullen komen. De wo ningharen zullen b.v. stijgen door Aal- berse's woningpolitiek en clo 50 pet. op do huren van 1916. Heeft een arbeider niet een recht op ver ruiming van het levenspeil, moet het voor hem altijd blijven zooals het is geweest en is? Hij wijst op verhoog ing elders en duur te- toeslagen elders, terwijl hier geen lo-ons- verhooging. noodig wordt geacht, dank zij de reactionairo gezindheid. Hij dringt voorts aan op herziening van de commissie voor het georganiseerd over leg dat thans niet beantwoordt- aan de ver langens der betrokkenen, die medezeggen schap willen in de arbeidsvoorwaarden enz. Hij wil herziening der salarissen op den grondslag der Staatscommissie. Om verlies door verloop van tijd te voor komen is zijn voorstel vanaf 1 Jan. f 300 per jaar of f 6 per week meer le betalen. Hij bepleit teveus betere salarissen voor de werksters.van de scholen; zij verdienen thans 30 ets. per uur, andere werkvrouwen bij dc lichtfabrieken -10 ets. Hij wil gelijk heid. Tot slot de kindertoeslag van den heer Wilmer, die daarmee telkens terugkomt, hoewel telkens is gebleken dat- deze raad er niet" aan wil. Deze zal onzen steun niet hebben,drukt het grondloon en zal loons- verhooging tegengaandaarom i sd© reac tie er ook voor. Deze bestaat ook niet in 't vrije bedrijf, waar hij deze onmogelijk acht. De lieer OOSTDAM: Jerweet er niets vauer komen fondsen voor. De heer VAN STRALENWeet ik wel. Ik voel daar wel iets voor maar clan voor een Staatsfonds. Het zou rechtvaardige ontevredenheid wekken onder 't personeel. Misschien de bedoeling? De heer HEEMSKERKWij maken de menschen niet ontevreden. Anderen kunnen wellicht steun noodiger hebben, b.v. wie een slordige vrouw heeft enz. Stemmen: Vrouwenbijslag. Eenmaal 'n stap gezet op dien weg dan moet verder worden gegaan.-Nu wordt voor gesteld vanaf liet 4de kind, 6traks vanaf het 3de, 2de en zolfs 1ste kind. En dan de administratieve rompslomp. Is het democratisch dezen bijslag in te willen voeren tegen den uitgesproken wil der'belanghebbenden, zooals ook gebleken "is hier bij 't georganiseerd overleg? Deze voorstellen komen altijd uit R.-K. kring, die juist groote gezinnen hebben. Dat is behartiging van eigen belangan dere kringen uitpn nimmer dit verlangen. De heer GROENEVELD verbaast zich,- d'at de Voorzitter, volgeling van dr. Kuy per, naar twee stroomingen heeft gezien, aldus de iLnksclic burgerpartijen uitschake lend. Hij heeft echter gelijk, wani die en rechts zijn een. Er is maar één verschil, voor of tegen 't kapitalisme Hij komt op voor vrijheid van vergaderen en demonstreeren op Zondag. Hij zal zijn motie van 't vorig jaar echter niet weer indienen, waar de R.-K. hier niet te ver vangen zijn door Limburgsche dito's. Van rechts mag het wel, men huurt daar een harmonica, neemt de oranjevlag en alles is in ordealleen zij mogen 't niet. Hij wil een inrichting als in Amsterdam, waar niemand vergunning noodig heeft en Tt goed gaat. hoewel daar liet volk veel meer ontvlambaar is dan hier. De heer DUBBELDEMAN sluit zich aan bij de hulde" van zijn partijgenooten aan liet college van B. en W Hij heeft niet anders daarin kunnen zien dan zaak waarnemers van "t kapitalisme, zie de rede van den lieer De Lange als bewijs Met de raadsmeerderheid is het niet beter gesteld. Alleen S. D. A. P. en communist riin opgekomen voor dc arbeidersklasse. Wat volkshuisvesting en. volksgezondheid betreft, is vooral sterk gezondigd. Dit ver wijt kan hij niet in de eerste plaats slin geren in het gelaat der meerderheid, tot reohts, maar aan de liberalen. De liberalen hebben niets gedaan om te voorkomen. De stinkende grachten, het groot aantal slop pen en stegen is een nalatenschap van de liberale politiek gedurende tal van jaren. De liberalen hebben dezen onmogelijken toestand gemaakt. Het liberalisme heeft zijn straf echter al te pakken; wat er over is, zal rnen moeten houden om aan een volgend geslacht te laten zien. Er was des tijds geen vooruitziende blik, anders hoef de nu niet duur te worden gekocht grond, Naar het Engelsch van J. E. BUCKROSE. (Nadruk verboden.) 40) Howard voelde de zachte aanra king van den pijl aan zijn hart, en stad zijn hand door den arm vam het meisje; rij had dien maar oven te drukken, hem in het ge laat to lachen on zijn bedenkingen zouden gebroken rijn hetgeen zij wenschte was zoo nabij en toch wist zij het niet. En een maal met haar verloofd!, zou hij zijn woord gehoudenhebben, hoo onbestendig hij te voren ook was, volgeno dat vreemde, ge heime beginsel, -dat iedere man en vrouw dn een gesloten kamer van zijn begrip be waart. Maar Sophie werd verlegen over rijn aanraking, nu zij zoo nabij waren, ofschoon, rij van zijn kussen gedroomd had, en zij zei zenuwachtig, om c5e ademlooze stilte te breken „Uw uw lezing was prachtig. Ik heb aajiteekeningen voor nicht Hanna gemaakt, maar ik kon de gedachte niet geheel en al .weergeven." Hij liet baar arm los. De betoovoring was gebroken. Zijn loopbaan en Ada Salisbury én de gemakkelijke toekomst van een ver mogend letterkundige werden weer werke lijk en tastbaar. ,,Ik ben blij, dat do lezing u bevielzei hij kalm. „Ik vind liet altijd prettig, ah u maat me luistert- Men ziet zijn gedachte in uw gericht- weerkaatst. Ik heb dikwijls ge- jjéobt, dat ik graag een portret van u zou die luisterende houding Het zou me helpen bij de voorbereiding van mijn voordrachten. „Zou het dat heusch?" vroeg Sophie, go- heel onbewust van de verandering in den geest van haar metgezel. ,,Ja maa-T* ik heb geen recht, een portret van u to verwachten," zei hij ver legen. Toen gingen zij stilzwijgend verder, en de klok sloeg tien met een gedempten klank in de stille, zware lucht, en Frans Howard bedacht, dat hij en Sophie nooit weer zoo'n oogenblik moesten hebben als dat;, wat- hen zoo gevaarlijk dicht bij elkander had ge bracht in de zaal, toen zij beiden onder den indruk van het plotselinge brand-alarm wa- reai. Hij was zeer getroffen door de herin nering aan baar bleek gericht en schitte rende oogen, terwijl zij op hem wachtte; maar hij had zijn levensdoel weer vastge grepen en een huwelijk met Sophie was een onmogelijkheid/ geworden een ge vaar, dat voorbij was, waarvan zijn gemak- lievende ziel beefde, alsof hij juist van den rand van een afgrond was teruggekomen. Bij het groen ijzeren hek, dat droop van den mist, atond hij een oogenblik stil, ter wijl de lantaarn een nevelacbtigen kring in bet duister maakte, en een dienstmeisje, dat daarin stond, afscheid van haar a-an- staando nam. „Tot riens," zoi het meisje. Toen hoorde Sophio de woorden, die alles helder en levendig moesten maken, zoo lang de herinnering duurde. „Ik vind, dat ik u zoggen moet, mij te vergoten," zei de heer Howard langzaam. „Het- is niet goed. Ik zal u niet meer schrij ven. Ik ben do plants in uw gedachten niet waard, die u edelmoedig genoeg is, mij te geven. Sophie, wij wij zijn niet de eenige menschen, die door de omstandig heden gedwongen zijn te scheiden. De we reld ia er vól van." Hij besteeg de geleerde hoogte." „De geschiedenis is er vol van." Sophie's hand omklemde het natte ijzer van het hek en zij begreep de beteekenis van wat hij zei, zonder op te letten, hoe hij het inkleedde. Zij voelde de armo Sophie l dat hun afscheid op de vettige straatstee- nen niet minder romantisoh, tragisch was dan dat van alle gel-ieven van het verleden, die elkander gekust hebben en gescheiden zijn. Zij zag door den mist heen een reeks van jaren, waarin hij en zij eenzaam en trouw zouden blijven. Toen klonk een vlugge stap op het paadje er naast, dus met een haastig „Dat is mijnheer Bean," liet Sophie het hek los en ging door naar do voordeur. Zij werd niet uitgenoodigd mede aan te zitten aan die kleino tafel in nicht Hanna's kamer, waar Howard gexioob van die koude lekkernijen, waarvan het bekend was, dat hij hield, bevochtigd door een halve flesch champagne, orn rijn krachten te herstellen na do inspanning van den avond. Toen hij gegeten en gedronken had, trok hij een stoel bij do sofa van mevrouw Watson en praatte prachtig over allerlei onderwerpen, tot zij eindelijk kwam op het meisje in de kamer aan den anderen kant van het por taal. „Wat vindt u van mijn nichtje, mijn heer Howard!? Is rij werkelijk knap Ik weet, dat u de moeite genomen hebt, haar te helpen." Zij heeft een bekoorlijken geest en een ge laat als een meisje uit een gedicht/' zei do heer Howard, verhit door het avondeten en den champagne. „Ik dacht wel, dab u van die meening wa-s," zei mevrouw Wataon. Toen knipte zij met haar oogen en voegde er bij„Nu, wat voor soort geest heeft Ada Salisbury Be daarder en minder vaag evenals haar vooruitzichten, denk ik?" „Yoor zoover ik kan oordeelen." zoi ae heer Howard plechtig, „is juffrouw Salis- budy do liefste vrouw van dc wereld." Zij moet zeker zijn zijn Zijn welbe spraakte tong liet hem bij haar scherpen blik in den steok, en zij voegde er kortaf bij: „Dichterlijk? Neen, dat is Ada niet; maai» ik denk, dat zij een goed© vrouw voor een man zou rijn. Ik denk, dat zij dezen win ter eindelijk besluiten zal, zich te binden. Maar de man heeft een betrekking in Indic, en daarom weifelt zij nog. O, ik had heb misschien niet moeten vertellen, maar ik ben nooit bang, dat u iets oververtellen zult, omdat u in buitengewone mate de gave der bescheidenheid hebt." „Moet ik er uit be-grij-pen, dat juffrouw Salisbury zich waarschijnlijk verloven zal?" vroeg de heer Howard haastig, zich opeens bewust van de waarde van hetgeen hij ver- liezeai zou, en lange, magero jaren van mid delbaren leeftijd in eon sombere reeks voor zich ziende. Mevrouw Watson hield haar oogen op haar boek gevestigd en antwoordde beschei den „Ze denkt er nog maar overniets is nog beslist maar Wat achter dat „maar" lag, werd door den heer Howard opgevat als to bedoelen, dat hij het best zou doen, de gelegenheid waar te nemen voordat die voorgoed voorbij was. En zonder twijfel wilde de slimme vrouw, dat hij het zoo zou opvatten, omdat haar dochter juffrouw Salisbury nogal een beproeving vond tijdens die lange bezoeken, wanneer haar schoonzuster zich zoowel van gold als van kleeren voorzag. destijds niet gekocht of zelfs verkocht tegeiij een appel en een ci. De olericalen hebben echter geen enkel# poging gedaan om uit het moeras te ko men. Het aantal sloppen en stegen is hier ontn zettend. Rotterdam en Amsterdam zijn ep om bekend, hier is het heusch niet minder. Als Christus terugkwam hij zou niet alleen de sjacheraars bannen uit de synagogen, maai ook 't kapitalisme uitbannen. Deze hoeft daarom ovenwei niet terug te komen, dat zal het socialisme wel doen. Om den naam van Christus te gebruiken, hoeft men niet aangesloten te zijn bij eea kerkgenootschap, verzekert hg. Dat huizen in dergelijke krotten brengt* mee onzedelijkheid, wekt alle ondeugden op. Door die krotten is het nog erger dan in.' de vrije natuur, waartegen maatregelen wor den genomen. De heer WILMER interrumpeert thanë en later eenige malen: Zeer juist. Spr. wgsfc op Donker Leiden, waarvan 7i deeïen verschenen zijn. De heer SIJTSMA: Dat heb ik voor 20 jaren al gezegd. De heer DUBBELDEMAN: 't- Is mogelijk, maar het heeft dan niet veel geholpen, hoe* wei uw partij toch vroeger belangrijk ver tegenwoordigd was. Dc lieer SIJTSMA: Wij hebben nooit T leden gehad. De heer DUBBELDEMAN: Je kroop altijd in je schulp als er kwaad gekeken werd en de groote voorman Fokker heeft er nooit! een mond over open gedaan. De heer Sijtsma krabbelt nu ook altijd terug bij voorstellen van zijn partij. De heer SIJTSMA: Ik heb vaak je voor-* stellen gesteund. De heer DUBBELDEMAN: Je was een on derkruiper. Het gebrek aan woningen is zeer groot. Hij spreekt zijn verontwaardiging uit, dat de opgave der woningtelling alleen in een! organisatieblad is weggemoffeld. Wethouder v. d. POT: 't Stond ook in' het „L. D." 1250 woningen zjjn er te kort op 13628 woningen, althans voor de annexatie» behalve! 1428 perceelen, die geen woning zijn. Hg gaat nog verder op deze cijfers in en wijst sptciaal op het bekende' woningpakhuis, en' op het aantal dubbel-, drie- en vieruubbel- bewoonde huizen; afgekeurde woningen wor den zelfs dubbel bewoond, enz. 96 staan e>r leeg. Hrj wil opneming van deze cijfers ia dö officieele stukken. Deze raad verleent hand- en spandiensten aan den minister, dio thans al het goede weer terugneemt* eerst gegeven. De heer WILMER: Dat boort in de Twee- do Kamer thuis, niet hier. De heer DUBBELDEMAN: Ik zal zelf wel weten, wat ik zal zeggen. Hij wpst er op hoe blijkbaar de alcoof- woningen weer worden teruggekomen. L e heer KNUTTEL: Heykoop. De heer DUBBELDEMAN: Die volgt de tactiek, als B. en W. niet willen aan zijti vo'.-rstel, dan doet hij zijn voorstel als raads lid toch. Komen wij nog eens uit noodzaak achter de groene tafel, dan zullen wij 't zelfde doen. i De heer KNUTTEL: Ik hoop het te be leven De heer DUBBELDEMAN: B. en W, heb ben hier nimmer stelling genomen tegeH de reactie, evenmin als de raad. Zij durven niet tegen de heeren in Den Haag in te gaan Alle voorstellen van Knuttel, Oostveen zijn om hals gebracht. Er is geen geld, worot gezegd. De financiën zijn inderdaad niet schitterend, maar voor volkshuisves ting zijn nog wel middelen; f 193.542.40 i# er in 1921 voor uitgetrokken, waarvan, f51.242.94 voor rekening der gemeente komt. Daar zijn in meegeteld meer dan 800 woningen waarvan de eerste- steen nog moet worden gelegd. Do gemeente krijgt op de huizen nog zooveel als le en 2e hypotheek. Alleen aan H. B. •S.en en Gymnasium is in 1919 bijgepast resp. ruim f44.000 en ruim f18.000, in 1920 nog erger n.l. ruim f 95.000 en ruim f 40.000. - Hier is nooit sprake geweest van verhalen op de gebruikers. In 1921 zal dat ruim 1151.000 worden samen. Yóor de politie is in 1919 iuim £141.000 uitgegeven, in 1920 ruim f214.000 in 1921 zal dat zijn ruim f360.000. Daarin zitten Een.vrecmcJe vrouw, mevrouw Watsonzij lag daar te lezen ovor de groote mannen, van hot verleden, on zij dacht eigenlijk niot aan een wereld, die zij had kunnen beheer- schen, als de omstandigheden haa-r gunstig waren geweest. Slechts nu en dan vc-rhief zij even een vinger, als iemand dreigde de ge regelde eentonigheid van haar ziekelijk be staan te verstoren^. Gauw daarna ging de heer Howard weer naar de kamers, die hij voor den tijd van zijn wekeiijkscho lezingen genomen had, en mevr-ouw Watson schelde haar meid. „Ik ben onrustig vanavond," zei ze, toen zij behaaglijk in haar breed bed gestapt was. „Zend juffrouw Sophie als liet je be lieft bij me. als zij nog wakker is." „Ik zag haar licht onder de deur bran den, toen ik liet ganglicht uitdraaide," zei do vrouw. „Zij gaat niet vroeg naar bed. Het is vreemd, dat zij zoo laat opblijft, om dat zij van buiten is. Een paar minuten later kwam Sophie over het portaal en ging zitten, om hardop voor te lezen zooals zij vroeger dikwijls ge daan had als mevrouw Watson onrustig was door een ongewono verandering in haar dag. Do oudero vrouw keek naar bet meisje met half minachtend medelijdon, niet zoozeer met haar, als met de dwaze verwach tingen, vrees en geloof van de jeugd. „Je bent bleek, Sophie," zei ze. „Was je verschrikt voor heb brandalarm? Of heeft mijnheer Howard ie veel van jo hersens ge vergd op weg naar huis?" „Het komt- door het licht in deze kamer j iedereen lijkt bleek onder een groene lam- pekap," zei Sophio, die een kleur kreeg, waardoor haar woorden gelogenstraft wer* den. „Zal ik nu beginnen?" (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1920 | | pagina 5