No. 18436 LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 9 April Tweede Blad. Anno 1920. BINNENLAND Melk. Het Noderi. Oorreepondeoticbiireau in Den Haag meldt: In een vergadering te Delft van den. &.-K. Bound van Handelaren in Melk en üfelkprodueten in Nederland is meegedeeld dat een Melkwet, als onderdeel der Waren wet, wordt voorbereid. Naar wij van -bevoegde zijdie vernemen, is zulkt niet juist. Aan bet Departement van Arbeid :s men van oor deed, datvoor zooveel de melkhygiëne betreft, de Waren wet de Regeering voldoende in staat stelt, do noodigo maatregelen te nemen. Van do urgentie van 't nemen van maat- logolon op melkhygiënisoh gebied is men liet Departement van Arbeid ton volle 'doordrongon. Binnenkort zal de commissie voor advies ingevolge art. 17 der Waren wet worden ingestold. En een van de eerste aangelegenheden, welke zij ter hand zal ne men, is het in het leven roepen van uit voeringsmaatregelen in het belang van de melkhygiëne. Am heb Departement van Landbouw ia thans in voorbereiding een wetsontwerp tot regeling van de melkvordering voor de grooto stedon. Herziening der Gemeentewet. Op de vragen van het lid dor Tweede Ka mer den heer Ter Hall betroffen de den stand der werkzaamheden van de Staatscommissie tot voorbereiding van do herziening dor Ge meentewet, heeft de Minister van Binnen- landsche Zaken geantwoord, dat vermoede lijk binnen niet ver verwijderd tijdstip de [voltooiing van den arboid der Staatscommis sie te gemoet ia te zien. Bij do beoordeelin'g van den voortgang van dien arbeid mag iutusschen niet worden [voorbijgezien, dnt de leden der commissie 'door hun overige ambtsbezigheden zeer in beslag worden genomen en het uitgebreid noodzakelijk vooronderzeek van de te ver werken stof belangrijke vertraging onver mijdelijk maakte. Bovendien zaL eerst na wijziging van het 4do hoofdstuk der Grond wet het door de Staatscommissie aan to bie den voorstel in een ontwerp van wet, van do Be geering uitgaande, kunnen worden beli- jjhaamd. De Onderwijsraad en het wetsontwerp L. 0* Het „HbL" geeft eenige bijzonderheden om trent het rapport van den Onderwijsraad aan den Minister. Wij onlleenen er 't volgendo aan: Waarborgen. De Raad is van oordeel, dat rooi de deugdelijkheid van onderwijs het leer plan in t algemeen geen waarborgen kan bie den; dit heeft algemoene lijnen aan te gevon an er voor ta zorgen, dat eon behoorlijk poil jan ontwikkeling worde bereikt. Om de tinancieelo gelijkstelling niet denk beeldig te doen worden, heeft de Raad er be swaar tegen, dat het salaris van de onderwij- ZQT3 bij het bijzonder onderwijs uit particu- Jiozo fondsen o. A verhoogd kan worden. De Raad meent, dat do onderwijzers, onder wijs gevendo in een particuliere woning, door het Rijk betaald moeten worden. Omvang en indeeling van het onderwijs. De Baad verlangt: een vorplicht 8ste leerjaar, mede in aansluiting aan do bepalingen wan de Arbeidswet, waarbij rekening wordt gehouden met de leerlingen, dio na 6 ja ren L o. naar het voortgezet onderwijs over gaan. Tegen het instituut hulponderwijzoressen heeft de Raad overwegende bezwaren. Do minimum-leeftijd van toelating tot de gewone L s. behoort op zes jaar te worden gesteld. Het onderwijs van 8 tol 12 jaar (stamon- iüerwjjs) dient voor allen gelijk te zijn, vakken A1 (dus geen rreomdo talen, enz.). Vóór het (7de leerjaar (althans niet met vergoeding uit 'a Rijks kas) geen onderwijs in niet verplichte jtóken gegeven. Na het stamonderwijs drie vertakkingen: a. tweejarige voortzetting in de vakkon a1 (met facultatieve toevoeging uit de vakken inu Stolen, wiskunde, landbouwkunde, enz.). b. twee- of meerjarig u. 1. o. (waaronder ver staan wordt het tegenwoordige u. 1. o., m. u. 1. o., handelsonderwijs, enz.), mot desgevorderd eigen examens. De Raad acht hot gowonscht, 'dat het aantal facultatieve vakken (rL 2') worde uitgebreid mot stenografie, huishoudon- derwijs, boekhouden en gezondheidsleer; c. de derde vertakking is die van het nijverheids-, middelbaar- en voorbereidend hooger onderwijs De Raad wil naast L o. on u. 1. o., als derde type, ter vervanging van het horhalingsonder- wijs, vervolgonderwijs in een 2-jarigon cursus, na het verplichte 7o, xesp. 8e leerjaar, met leer plicht. Onder.wijsbevoegdhcden. Afzonderlijke ak ten voor vreemde talen kunnen niet worden afgeschaft. Hot onderwijs daarin moet worden gegeven door meer bevoegden dan door hen, die alleen het einddiploma Kweekschool heb ben. Ook voor wiskunde acht de Raad een af zonderlijke akto noodzakelijk. Voorts acht hij het gewcnscht, dat op het einddiploma der kweokelingen een „aanteekening" kan worden gesteld voor teekenen, zingen, handenarbeid, handwerken of lichamelijke opvoeding, welke gelijk worden geacht met een akto. Voor deze vijf vaardigheidsvakken verlangt de Raad een akte, die ook verkregen moet kunnen worden door hen, die geen lager-onderwijsbevocgdbeid hebben. De Raad is evenwel van oordeel, dat voor het onderwijs in die vakken aan do klasse- onderwijzers de voorkeur gegeven moet worden. Opleiding leerkrachten. De Raad acht 3- jarigo vooropleiding vóór toelating tot de Kweekschool voldoende. Hij wil het Mulo-diploma, dat door de Ver. voor M. U. L. O. wordt uitgereikt, behouden, zij het onder anderen naam. Gelet op do behoefto aan onderwijzend perso neel, wil de Raad, overeenkomstig het verlangen van vele organisaties, gedurende de drie jaren van vóóropleiding, de mogelijkheid schoppen voor het verleenen van een toelage naar be hoefte en verwijst naar hetgeen dienaangaande is bepbald' in de wet op 't Nijverheidsonderwijs, Van do vijf kweekschooljaren moeten de drie eerste zuiver theoretisch zijn, do Inatsto twee praetisch-theoretisch. Rekenen moet niet langer zelfstandig leor- vak op do kweekschool zijn, maar onderdeel van „wiskunde". Als preventieve maatregel tegen het verloop van kweokelingon naar andere betrekkingen wil do Raad hun een deel van de genoten beurs of toelage doen reslituceren. Voor benoeming tot leeraar aan een kweek school acht do Raad de bevoegdheid tot het ge ven van middelbaar onderwijs noodig. Sohooltoezicht. Do positie van schoolop ziener moet een zolfatandigo zijn. Tot schoolop ziener moeten bij voorkeur deskundigen, ook vrouwen, worden benoemd. Het aantal inspecteurs worde bepaald naar een zeker aantal schoolopzieners; dit aantal schoolopzieners per inspectie wordt nader be paald. Do inspecteur met de schoolopzieners in -zijn ressort vormen het schoolcollege, waarvan do inspecteur voorzitter is. Gewenscht wordt de instelling van céa inspoctetir-generaal, die te vens zal optreden als voorzitter van het collego van inspecteurs. Oudercommissies. De Raad adviseert den Minister, dat zooveel mogelijk voor iedere school een ouderconunissie wordt ingesteld. Levensmiddelen naar Duitschland. Het: .,Hbld." méldt: Er worden onderhan- 'delingeo gevoerd om op voorhand van de overeenkomst met Duits:h'aod, leven:m dde- lon naar Duitschland uit te voeren, ten be hoeve waarvan een crediet van twintig mil- hoen zal worden beschikbaar gesteld. Principieel is reeds overeenstemming ver- Vorderingen op Rusland. Naar het Corr.-Bur. meldt, zal in den loop dor volgende week te Geoève een aemi-offi- cieele conferentie worden gehouden van neu trale belanghebbenden l>jj vorderingen op Rusland, zoowel ter zake van Staatsfondsen ala vorderingen uit den handel. Ter conferen tie zullen de Scandinavische landen, Zwitser land en Nederland vertegenwoordigd z'rjto, terwijl ook de Regeeringèn der betrokken landen zich daar zullen laten vertegenwoor digen. Als vertegenwoordigers der Nederlandsche regeeiïng zal ter conferentie aanwezig zijn mr. M. F. Treub, oud-Minister van Finan ciën eó lid der Tweede Kamer, die zich a.3. daartoe naar 'Zwitserland zal begeven, met een commissie van Nederlandsche belangheb benden. Het huis voor den Raad van Arbeid te Tiel. In de „Tielsche Ct." verklaart de heer I. iL v. d. Kolk: lo. dat het hum, bewoond door den neer Dresselhuys, nooit ten behoeve van den Raad van Arbeid is aangeboden, zoodat er geen schriftelijk aanbod kon vernietigd worden; 2o. dat er wel 28 Mei 1919 een op ge zegeld papier geschreven koopcontract mot mr. Rink is opgemaakt, dat de Raad ran Ar beid te Tiel eigenaar van het huis zou worden voor f 18.500. De heer Rink deelde den lieer v. d. Kolk toen mede, dat de koop zoo goed als zeker was. Twee dagen latei gat de heer Rink hem te kennen, dat van den koop werd afgezien en verscheurde het koopcon tract); 3o. dat de huur van den heer Drass el- hu ys was verstreken 1 Mei 1919; doch door de IIuuicommissie verlengd tot 1 November 1919, en niet, z^ioals de Minister zegt, tot 1 Mei 1920. De R.-K. Vakbeweging. Hot bestuur van heb R.-K. Vakbureau had dezer dagen do besturen van de aange sloten Bonden tob een buitengewoon con gres te Utrecht bijeengeroepen. Het doel was, opnieuw vast te stellen, welke hou ding de Katholieke vakbeweging zou inne men in dezen en in den naasten tijd. De deelneming'aan het congres was zeer groot. Zeer uitvoerig is de vraag onder liet oog gezien, in welke richting en mat welke mid delen de Katholieke vakbeweging in het be lang van de arbeidersklasse on in het be lang van *onze samenleving moest werk zaam zijn. Algemeen was men het er over eens, dat zoo spoedig als mogelijk is, een einde ge maakt moot worden aan het oncontroleer baar opdrijven van de prijzen. Dat door do aangesloten organisaties overleg gepleegd dient te worden, om te komen lot het vaststellen van bepaalde loonminicna voor verschillende deelen van het land, opdat daardoor bereikt worden, dat er meer iijn komt in die acties van de vakbonden. Meer dan ooit werd de noodzakelijkheid gevoeld, dat Do vakbonden" in hot algemeen belang, een stuk van hun zelfstandigheid prijsgeven, door reeds in liet begin van een actie overleg te plegen met het bestuur van de Vakcentrale. Eveneens was men het er over eens, dat, om afdoende resultaten te bereiken, het noodig kon zijn, dat tegen onwillige werk gevers wordt opgetreden. De volgende conclusies werden met alge- meeno stemmen aangenomen; 1. De Katholieke vakbeweging stelt zich op hot standpunt van de Christelijke soli dariteit in het bedrijfsleven, overeenkom stig do stellingen, neergelegd in het Paasch- manifosfc 1919. 2. Zij ziet in de gevormde bedrijfsraden en don Central en Raad van Bedrijven de instellingen, waardoor het resultaat van den arbeid meer overeenkomstig de katho- lieko opvatting over rechtvaardigheid onder de bedrijfsbeoefenaars wordt verdeeld. 3. Zij ziet overeenkomstig de bodoeling \an den Central en Raad van Bedrijven in do samenwerking tusschen producent en consument het middel om verhouding te brengen met betrekking tot prijzen en loo- 4. Vooralsnog moet worden geconstateerd dat een groot deel van de werkgevers nog staat op het standpunt van de alleenheer schappij in de .bedrijven. Daardoor kan het noodig zijn, dat met kracht togen bedoelde werlcgovsrs wordt opgetreden 5. Hot is noodzakelijk, dat in dit verband de reserve van het Fonds bij staking en uit sluiting belangrijk wordt aangevuld, waar toe boreidb door het Vakbureaubestuur aan da besturen van de aangesloten vakbonden voorstellen (zullen worden toegezonden, welko voorstellen op de e.k. gecombineerde bestuursvergadering aan een beslissing zul- 1 leui worden onderworpen. Besloten werd nog, dat de besturen van do organisaties, aangesloten bij het weor- Standsfonds, liun bijdragen 3 maanden voor uit zullen moeten voldoen, terwijl onver zwakt gehandhaafd zal worden de bopalin- gen van art. 40a, luidende „Wanneer, ongeacht door welke omstan digheden, liet in dit hoofdstuk geregelde Wcerstaudsfonds niet toereikend mocht blijken, zal in geval een der in art. 3d be doelde vakbonden in een staking of uitslui ting betrokken is, ten behoove van dezen, elke andere in dit artikel bedoelde vakbond voor eiken staker of uitgeslotene oen bij drage per week aan het bureau afdragen, naar een door het Bureau vast te stellen maatstaf, met dién erstande, dat de in art. 40 genoemde uitkeering gewaarborgd zal zijn. Aan het slot van de vergadering werd een motie aangenomen, waarin bet Vak bureaubestuur wordt uïtgenoodigd, met. voorstellen te komen, waardoor bereikt wordt, dat meer eenheid komt met betrek king tot het geven van leiding in de aan gesloten organisaties. Hotf lodental van de organisaties, aange sloten bij het bureau voor do R.-K vakorga nisatie, ging in 1919 zeer sterk vooruit. Op 1 Januari 1919 waren 84 bonden aangeslo ten met 97,618 leden, op 1 Januari j.l. 27 bondon met 118,981 leden. Een vooruitgang derhalve met 51,363 leden of 52.61 pet. Een vergelijking met do andere centrales doet zien, dat de groei van de katholieke vakbe weging relatief het sterkst was. Hier volgen de andere cijfers: N. V. V. met op 1 Jan. j.L 259,739 loden, groei in 1919 59,471 (39.70 pet.)Chr. vak- vereoniging met op 1 Jan. 70.262 loden, groei in 1919 22,519 (47.16 potN. A. S. met op 1 Jan. j.l. 48,764 leden, groei in 1919 16,138 (45 pet.). Bij de beoordeoling van deze cijfers moet er rekening mee gehouden worden, dat bij het Katholiek Verbond nog niet zijn aange sloten de organisaties van mijnwerkers en van post- en telegraafpersoneel waarvan het gezamenlijk ledental gerekend kan wor den op 10,000. In dis kringen van. het R.-K.Vakbureau rekent men er op, dat iu 3920 het ledental boven de 200,000 zal worden opgovoord. De transportarbeiders en de werkloosheids verzekering. Door den Minister van Arbeid is aan de gemeentebesturen bericht, dat hij de regle menten der werkloezenkassen van transport arbeiders en de wijzigingen der reglementen van sommige werkloozenkassen, noodig voor het onder de werkloosheidsverzekering doen vallen van transportarbeiders, dezer dagen zal goedkeuren. Reeds thans deelt de Minister echter mede, dat de termijn, gedurende welken de leden per kalenderjaar recht hebben op uitkeering daarin zal worden gesteld op 78 dagen. Do staking in het havenbedrijf. De Scheepvaartvereenig'ngen „Noord" on „Z'id hebben aan de stakers een manifest gezonden, dat luidt als volgt: Havenarbeiders en Zeelieden. Groote groepen vaste havenarbeiders, zee lieden en civiel personeel hebben zich voor het werk aangemeld. Wij weten, welke ellende de staking in de gcziDnen heeft gebracht, en zouden niets lie ver doen dan de gelegenheid voor allen om to werken, weder openstellen. Wij hebben daarom medegedeeld, dat het werk onmiddellijk tegen de oude loonen kan worden hervat, terwijl gij van dien d3g af later toch het nieuwe loon, overeenkomstig ons aanbod van 19 December 1919, zult ont vangen, zoodra daaromtrent met de organisa ties overeenstemming zal zijn verkregen. Maar wij gaan niet werken, zoolang de be sturen uwer vakorganisaties trachten, ons icefc behulp van buitenlanders te dwingen. Zoolang daarom de Nederlandsche schepen in buitenlandsche havens niet worden geladen of gelost, zoolang moeten wij weigeren u in staat te 6tellen, te werken, onverschillig of dat weken of maanden zal duren. Beseft gij, wat dat beteek ent? Wij weten maar al te goed, dat gij dat zeer goed beseft. Waarom dan voortgegaan op het rampzalige pad, waarop vooral 'de Federatie u heeft gestuwd? iVergeet dit laatste vooral niet. Onthoudt het voor de toekomst. Onthoudt, voor de toekomst, dat wij steeds bereid zijn, met uw organisaties samen te werken, om voor u datgene te verkrijgen, wat bereikbaar )>lijkt te zijn, maar dat wij voor holle woorden en bedreigingen niet de minste vrees koesteren en dat wij voor dwang niet zullen wijken. Wij houden hier geeo zedenpreek; wij zeg gen u slechte: Gebruikt uw hersens, want die hebt ge daarvoor gekregen. Laat piet langer toe, dat deze strijd op uw ruggen en <£p dia ran uw gezinnen wordt utgevockten. Eiischt van uw organisaties, dat zij zonder verder uitstel datgene doen ,wat uw belang thans vordert. De Scheepvaartvereeniging „Noord'" deelt, vcigens bericht uit Amsterdam mede, dat se dert Dinsdag j.l. het aantal werkwilligen met ruim 200 is toegenomen, zoodat thans 1G00 man in de haven zjjn te werk gesteld. Maat regelen worden getroffen om dit aantal in den loop van deze week tot 2000 man op te veeren. Do Minister ven Landbouw wenschfc vooralsnog niet te besluiten tot het afschaffen van de broodkaarten. De voltooiing van den arbeid der Staatscommissie tot voorbereiding van de herziening der Gemeentewet is spoedig te veiwachten. De Centrale Commissie voor uitzending van Nederlandsche kindoren naar Buiten, rc- vestigd te 'e-Gravonhage, Frankenslag 83, mocht van de Directie der Nederlandsche Spoorwagon het verblijdend bericht ontvangen, dat zij boreid is mot ingang van 15 Mei 1920, lot opzeggon8 toe, aan de kinderen, dio door die Commissie worden uitgezonden of uatir hun. woonplaats terugkeoren, alsmede aan hun ge leiders (geleidsters), ongeaoht hot aantal le zamen reizende personen, op vertoon en togen intrekking van door hot Dagelijksoli Bestuur der Centrale Commissie ingovuldo en getee- kende bons, speciale enkelo reiskaarten 3do klasse af te geven, tegc~ betaling van do helft van don prijs van een gewone enkele reiskaart 3do klasso, voor zooveel betreft personen van tien jaren of ouder, en tegen betaling van een vierde godeojte van dien prijs voor zooveel be treft kinderen, die den leeftijd van vier, doch niet dien van tien jaren boroikt hebben. Deze welwillende en van groote belangstelling in hel werk der Centrale -Commissie getuigende regeling zal zeker aan de uitzending op grooto schaal van zwakke Nederlandsche stadskindoren naar gezinnon op het platteland zeer ten goede komen. Zooals wij reeds meermalen zeiden al dus de „N. R. Ct." is iu de laatste jaren do confesaioueele kiesvereeniging „Evangelie en Belijdenis" in do Hervormde Gemeente in Den Haag oppermachtig; alleen predikanten van confessioneele richting zijn er in de laatste ja ren beroepen; alsmede leden van hel kiescol lege. diakenen en ouderlingen alleen v.in dio richting benoemd. Nu heeft onlangs dr. Gerritsen (elliLiche rich ting) wegens ziekte als predikant bedankt en is er oen 15de predikantsplaats gesticht, zoodat er een tweetal vacaturen te vervullen zijn. Dff Kerkeraad had, onder leiding der predikant: besloten, ditmaal het beroepingswerk -If ter hand te nemen en aan de leden van Kerkeraad en Kies collego een drietal predikanten voor elk» vacature voor te stellen. In groote meerderheid besloot de Kerkeraad voor deze vacaturen een confessioneel drietal, n.l. ds. G. Bolkestein, te Kalwijk-aan-Zee, as. K. H. E. Gravemeyer, te Voorburg, en ds. B. J. C. Reynders, te Rotterdam, te stellen en een ethisch drietal, o.a. ds. De Groot, to Vlissiiigeii, en ds. Riemens, te Leiden. Alle predikanten gin gen hiermede accoord, ook de meest rechls-con- fessioneelen. De Kerkeraad wilde door dezo maatregelen den riohtingstrijd in do Haagsche Gemeente doen afnemen. Zijn pogingen zijn echter zeer waarschijnlijk mislukt. De ethische Kiesvereeniging „Geloof - en Liefde" heeft wel in haar vergadering overge nomen het door don Kerkeraad gevormdo con fessioneele drietal, maar stolde in do vacatures Gerritsen candidaat: dr. 0. Norel, tc Vlissin- gen, di. J. W. Ie Roy, te Sloterdijk en dr M. J. A de Vrijer, to Odijk. De confessioneele Kiesvereeniging „E. cn B." neemt van het door den Kerkeraad gestelde confessioneele drietal er twee over, n.l. de. Bol- kestein en ds. Grarvenieijer, maar neemt als derde ds. Bieshaar, te Utrecht (Goref. Bond); in de vacature-ds. Gerritsen wil doze kiesver eeniging van de ethischen niets weten, maar stelt als drietal ds. S. van Dorp, Rotterdam, ds. J. H. F. Remme (beiden Ger. Bond) ou ds. B. J. C. Reynders, Rotterdam (confessioneel). FEUILLETON DE HOEVE IN 'T BROEK. Een roman uit Masooren door RICHARD SKOWRONNEK. (Nadruk verboden.) te) Nu zaüten naast de boenen rechters twaalf maooan, zooals jij of ik, boeren en kooplui, en dat noemt men gezworenen. Die zouden al dio praatjes van hem niet gedoofd hebben on hij zou veroordeeld zijn. In weerwil van al deze getuigenissen, is hij na de uitspraak van het gerecht vrij uit gegaan al3 een heer en mij hébben ze vast gehouden! Drie dagen heb ik moeten zit ten, omdat ik te luid de waarheid tegen hen had uitgeschreeuwd, en in mijn toorn op de tafol had geslagen, waarachter zij za ten, die kamergeleerden, die boekenwur- ïnen, die gcbrildo kerels." Samuel Guzek beet. van woede zijn tanden op elkaar en hij was zóó ontroerd nog bij de herinnering, dat zijn handen beefden, alsof hij koorts bad. 'zoo een misdaad en geen straf er voor 1 Dne mensciion uit hot mooie levén weg te rukken en dan vrijgesproken to wor den door het gerecht. Ik verzeker u, heer, dat ik in mijn gevangeniscel mot mijn kop tegen dan muur geloopcn ben, tot er iets m mij kwam, alsof het een stam was, dit - ïk dren Hölrler moest doorlieten, zooals hij je vader en jo broera doodgeschoten i hecrt.^lk wist, dat ik het doen zou, al zou den zij mij er ook voor ophangen. Toen bon Ik volkomen rustig geworden en ik bob zit ten bedenken hoe ik het 'fc beste zou oan- t teggon, dat die Holder op dezelfde manior zou sterven als je vader en je broers ge storven zijn. Dan derden dag, 's middag», hebben zij mij vrijgelaten uit de gevangenis en ik heb geloopen opdat) ik 'e avonda nog thuis wou zijn, want ik gunde dien moor denaar geeci minuut meer 1' Zoo kom ik dan in de kamer; je moe der zat bij het raam en ik zeg goeden avond en wil naar do kast gaan, waar de geweren stonden. Zij staat op en vraagt wat ik daar doen wil. Ik zeg: .Haar hoe knn je dat nog vragenIk wil het geweer van den heer nemen en doen, wat oen stem van binnen mij bevolen heeft1" „Hierop zegt je moeder: „Die stem ia met van God maar van den duivelvan denzolfden duivel, die mijn heer en mijn zoons ;n den dood gedreven heeft, en jij bent zijn handlanger. Ga weg, er is genoeg bloed vergoten, en dit huis moet van heden af rein blijven 1" „Het ia mij, alsof ik een slag met oen bijl op mijn hoofd krijg. „Vrouw," 2eg ik, „Hölder heeft je man dbodgeschoten on jo zoons 1 Voor de rechtere hebben wij geen recht veer kregen en nu wü je, dat hij in leven blijft en zonder straf zal zijn?" Toen richtte je moeder zich op en haar gezicht was zoo bard als staal. „Wie ben je, dat jo zoo tot mij spreekt? Dat je zegt, wij hebben voor de rechters geen recht ver kregen? Weet je of het niet de hand Gods is, die mijn heer strafte voor het vele bloed dat hij vergoten heeft? Hemzelf heeft Hij mij ontnomen cn mijn beide 200113 en ik mag niet tegen Hem morren. Maar ga jij weg uit mijn huis, opdat je me niet nog den laatste vergiftigt., die mij nog overge bleven is!" Zoo heeft jouw moeder tot me gesproken en ik ben de deur uitgegaan als oen dronken man." Die vrouw haar man en haar bedde zoons waren dbodgeschoten en zij zedde, dat haar recht geschied was! En mij ging dab alles niet aan, omdat ik maar c-en knecht was Ja, mijn heer, in die dagen liep ik doel loos rond on dacht niet andera dan dat. ik gek zou wordtin." „Opeens hoor ik, dat zij je ver weg ge bracht heeft onder vreemde meascben, on dat je nimmer meer je geboorteplaats terug zoudt mogen zien, omdat zij bang was, dat •je, als jo thuis biecf, zoo zoudt worden aJs je vader on je broers. Je moest schoolmees ter worden, en zij bedacht, dat jo bij het bidden en het zingen uit 't gezangboek wel ander bloed in je aderen zoudt krijgen dan dat, wat jo van je voorvaderen hadt mee gekregen. Op dien dag heb ik weer voor het eerst gelachen en gewetem, wat mij te doen stond. Je moeder had destijds gelijk, toen zij togen me zei, hoe ik durfde volhouden, dat wij voor de rechters geen recht ver kregen haddon! Hoe durfde ik als knecht mij daarin mengen waar er nog een zoon van Adam Baginsky leefde en een broeder van zijn brooders? Deze zoon was nog een kind, die zijn moedor aan de schorteban- den hing, en zijn handen waren zwak. maar zij zouden ïuet den dag sterker worden en wanneer uit dab kind een man gegroeid was, dan bon die mij vragen: „Hoe heb jij, een knecht, het gewaagd, om te nemen, wat mijn recht was?" „Toen heb ik alleen maar stilletjes gela chen om hetgeen jo moeder deed, en ik heb gezegd: „Ik ?al wachten tob het tijd is!" „Jo moeder is iederen Zondag naar de kerk gereden en heeft voor je geboden. Ik ben nieb naar de kerk gegaan, maar ik heb iederen dag don lieven God op mijn knieën geboden„Laat de®en opziener Höldor niet sterven vóór de zoon van mijn hoer groob geworden is." Want heb leven verteerde <Sien man en Jiij ging door het levem als zijn eigen schaduw." ,.Je moeder heeft al het geld, dat je va der verdiend had, aan de aimon wegge geven en aan den pastoor in Lyct, om een weeshuis te bouwen voor kinderen, die geen vader meer hadden. Ik heb or om geleden en ik zei bij mezelf„Het doet er niet toe; als de zoon van mijn heer groot is, zullen wij weer nieuw gold verdienen. Het meer is er toch immers altijd nog en de gren zen !"- „Jo moeder heeft do geweren van je va der op een vorkoóping gedaan, want rij moesben verkocht worden en zij wilde ze niet langer thuis houden Maar toen ik daarvan hoorde, heb ik al mijn bespaard geld bij mij gestoken. Toen het geweer van je vader aan do bourt kwam, ben ik naar voren gekomen, en heb gezegd„Ik, Sa muel Guzek, vroeger knecht bij Baginsky, bied honderd tJhalorl" Toen keken allo hee- ren mij aan cn niemand bood er verder op. Maar ik heb het meegenomen en be waard tot aan den hui dig en dag." Do oude knecht greep naar den wand en trok het geweer uit het foudraal. De blanke loop schitterde in het licht van den komen den dag. „Daar, lieor, kijk, geen roestvlokje zrt er op, en het is nog juist, zooals jo vader het don laagsten keer uit de hand gelegd heeft De jongeling greep naar het wapen en zijn vingers spanden zioli stijf om den slan ken loop. He was, alsof er verzoek van uit ging „Neem mij en je bent heer over loven en dood." Toon rekte hij zich krachtig uit en zijn oog en schitterden. „Dank je, dank je, en jij moet me leeren hoe ik het gebruiken moot!" Over Guzef s uitgedroogd gezicht ver spreidde zich een lichte glans. „O, lieer, dat is niet noodig. Met bet schieten i3 het als met het vliegen. Een slak zal liet nooit leeren, maar wat eenmaal een jonge havik is, dat slaat de vleugels maar uit. Zie je ginds dio kraai daar schommelen op het topje van die berk? Ala je wilt, leeft ze nog maar totdat jo met den vinger aan den brekker bant geko men Jan bleef aarzelend staan, en nl maar lokte de loop van het geweer: „Neem mij, neem mij, en dood 1" „Heer, het is zoo gemakkelijk. Je spant den haan maar en ala je bet doel goed in het vizier houdt, dan laat je het maar gaan !"- Toen spanden de vingers rich vaster on hij drukte dan kolf togen den 6choudor. Uit den mond van het geweer kwam krakend een roode vuurstraal, gevolgd, door oen doffen slag, alsof een steen op don zachten weidegrond valt Jan had do buks afgezet- en staarde door den wegtrokkondon kruitdbnip naar de- plaats, waar weinig oogenblikken te voren een levend wazen in het zonlicht geademd had. Er was een vreemde trek om rijn mond gekomen, hij had voor de eerste maal roet opzet en in vol bewustzijn gedood. De oude knecht stond naast hom en in hot diepst van zijn oogon glom een wonder lijk vuur; het adelaarsjong was belusb ge maakt, het had den roos van het. dooden gesmaakt. „Wat heb ik je gezegd ,hoer? Een jonge roofvogel heeft geen leermeester noodigl Zoo hoop ik, heer, dnt je eens nog onden db

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1920 | | pagina 5