No. 18343
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 17 December.
Tweede Biad Anno 1919.
EERSTE KAMER
TWEEDE KAMER,
UIT DE OMSTREKEN.
FEUILLETON
Een Meisje met karakter,
yergadering van Dinsdagavond.
Ba VOORZITTER deelt mede, dat inge
komen zgn berichten van de heeren Kai>:-
j-eijne van de Coppello ein Reekers, dat zij
negens ongesteldheid verhinderd zgn de
vergadering bij te wonen.
koorts, dat zjjn ingekomen de geloofs
brieven van het nieuwbenoemde lid voor
Gelderland, den heer Jurgens, welke stukken
worden gesteld in handen van een com
missie.
Hierna worden de afdeelingen hernieuwd
en worden gekozen tot voorzitters der af
deelingen resp. de heeren De Waal Malefjjt,
Frans?en, Van Nierop, Michi«ts van Kes-
senioli en 't Hooft, en tot ondervoorzitters
resp. de heeren Verheyen, Borgsmd, Van der
Feltz, Staal en Van der Does de Willebois.
Eesloten wordt, morgen te elf uren in de
afdeelingen te onderzoeken verschillende
daarvoor in aanmerking komende wetsont
werpen en om Vrijdag te elf aren in open
bare vergadering te behandelen de wetsont
werpen, die alsdan in staat van y. ijzen zul
len zijn.
Daarna wordt de vergadering gesloten.
Zitting van gisteren.
Nadat verschillende wetsontwerpen zijn
aangenomen, wordt voortgegaan met de be
handeling der
CorlogsbcgrooiJng.
De heer VAN RAVESTEYN (C. P.)
acht den Volkenbond op het oogenblik zoo
goed als dood. In de geallieerde landen keert,
man terug tot het oude stelsel der allian
ties. Terwijl het groote publiek zich van den
Volkenbond niets aantrekt, vinden wjj in
de Regeeringstukken telkens weer toespelin
gen op den bond.
iWij zijn absoluut afhankelijk van den
.nternaticnalcn toestand.
Indien wij ons bij den Volkenbond aan
sluiten, dan zou het wel eens kunnen ge
beuren, dat de Nederlandsche arbeiders
klasse als huurtroep voor buitenlandsch ka-
piUaalsbelaug moest dienen.
Spreker waarschuwt tegen het opnieuw
opduikend mdlifcairisme. Aan de z.g anti-
ïï.ilitairistische propaganda der sociaal -de
mocraten is, meent spreker, een luchtje.
Tijdens den oorlog hebben zij rondgebazuind,
dat 'ons leger onze neutraliteit had bewaard.
Thans, nu do sociaal-democraten weer on
afhankelijk zijn, zijn zij weer anti-nvilitai-
ristisch.
Het is mogelijk, zegt spreker, dat zg zgn
bekeerd; maar dan is hun bekeering van
tö jongen datum', om er waardo aan te hech
ten. Sprekers fractie wensoht £an Moloch,
cok al hult hip zich in een democratisch
manteltje, geen stap tegemoet te komen
en zij zal dan ook tegen dezo bagrooting
Stemmen.
De VOORZITTER spreokt den weusch
uit, dat de al gem een e beschouwingen heden
aftoopen.
De heer DRESSELHUYS (V.-L.)
het var groot belang, dat de beroepsmili
tairen. door inkrimping van het vaste leger,
niet jh ongunst'ger Fnancicele po "tie. ge
raken dan zij z'ch titans bevinden. Bij vreze
inkrimping mag geen off Ver, g:en onder
officier naar huis worden gezonden zonder,
vcldcende financieelc waarborgen.
Spreker bepleit verder behoorlijke sala-
rieering der beroepsmilitairen. Hg is ean
voorstander van bezuinig ng cp 1cj,er-uitga
ven, maar dat mag niet gain tan koste van
de salarissen Ei': partje-Ier wc kgever. die
Verstandig wil handelen, ziet in, dat^ zijn
personeel flink dient te worden gc-alariee.d.
Tegenover den heer Van Ra voste n wgsfc
spreker op hetRussische soviet-militeiris-
me, dat zeker niet minder gevaarlijk is dan
her Duitse he of Nederiandsche.
Sprekèr vraagt, op welke g onden de Mi
nister tot een sterkte vas 200,000 man is
gekomen.
Voor de loting gevoelt spreker niemen
dal. Van de 60.030 man, die orjaarlijks
beschikbaar zijn, wil de Minister er 23,000
oproepen en dus 37,000 vrijstellen. De lo
ting heeft altgd als onzedelijk en ondemo
cratisch gegolden. Spreker wil gaarna aan
nemen, dat 23,000 man per jaar voldoende
is. maat hij wenscht een andere selectie dan
dio van het lot. Indien men in de eerste
plaats de kostwinners vrijstelde en voor de
verdere vrijgestelden een flinke weerbblas
ting invoerde, dan ware dit systeem, naar
sprekers meening. verre 'te verkiezen boven
de" loting.
In den vrg willigen landstorm ziet spreker
een goede toekomst. Hij zou. de jongelui iu
de gelegenheid gesteld willen zien, om hun
gehéelen diensttijd bij den vrijwilligen land
storm. door te brengen.
Spreker acht de motie-Marchant niet wen-
schclgk. Het is een bevriezingssysteem. Eea
on'tdcoiingssysteem1 komt hem beter voor.
Hij dient daarom do volgende motie in
„De Kamer, van oordeel, dat op de mili
taire' uitgaven aanzienlijk moet worden be
zuinigd, spreekt als haar gevoelen uit, dat,"
in. afwachting van oen geheele herziening
van do leger-organisatiein ieder geval het
contingent voor het jaar 1920 belangrijk
meet worden ingekrompen."
Do motto is medo ondcrtcekond door de hee
ren Visser van I.ïzcndoorn,' Trcub, Rink, De
Mnvalt en Staalman.
Vervolgens wijst spr. op nadeelen, door Ne
derlanders gedurende do mobilisatie geleden,
ui.n. door de pachter- van do cantincs en door
de kweekers in het z.g. droge vak van Haar
den. Spr, vraagt voor hen een billijke behande
ling en schadevergoeding.
Stemmingen.
In stemming komen:
1. Do wetsontwerpen tol wijziging en aan
vulling van do Hooger-Onderwijswet en tot wij
ziging en aanvulling van de wet tot regeling
van het Middelbaar Onderwijs.
2. Hot wetsontwerp, houdende nadere voor
zieningen betreffendo de grensbewaking.
3. Hot voor.-tel v-an don Voorzitter, om na
do Indische b^grooling voor 1920 aan de orde
to stollen het wetsontwerp tot het aangaan van
een geldleening ten laste van het Rijk.
Do wijziging der H.-O-wet wordt met 68
tegen 2 stemmen aangenomen.
Do wijziging der M.-O.-wet wordt z. h. st.
aangenomen, nadat de heer VAN RAVESTEIJN
(Comm. P.) verklaard heeft, dat de heer Wijn
koop en hij geacht willen worden to hebben
tegen gestemd.
Hot wetsontwerp in zake de grensbewaking
wordt aangenomen imot 55 tegen 16 stem
men.
Regeling van werkzaamheden.,—
De VOORZITTER zegt, dat. thans aan
do orde komt het voorstel om de Lecnings-
wefc nog vóór Kerstmis aan de orde te stel
len.
De heer VISSER VAN IJZENDOORN
(V.-L.) zegt, dat cop behoorlijke bespreking
van liet lccriingsontwerp alleen mogelijk is,
als men daarin ook de andere financieel©
omwerpen der Rc.gccrdng en van anderen
betrekt. Spr. zou het dils niet in het lands
belang achten, als dit wetsontwerp nog
vóór Kerstmie zal worden behandeld.
De VOORZITTER zal cJen leden voldoen
de gelegenheid ges on hun meening te uiten
mits onder de noodige» rantsoeneering. Het
is mogelijk, dat het ontwerp vóór Kerst
mis niet afkomt, /oodat er de gelegenheid
zou bestaau, het tc behandelen' op 29 of 30
December.
Do heer KOOLEN (R.-K.) zegt, als het
ontwerp nu niet wordt behandeld, het Fe
bruari zal zijn, eer het in behandeling kan
komen, en cla-n zullen eerst in Januari de
baten van dit wetsontwerp inkomen.
Waar nu de Minister van Financiën, die
dan toch den bosten kijk op do schatkist
heeft, meent,,, dat deze zaak spoedig moet
worden behandeld, is spr. van oordeel, dat
do Kamor daarmee moet meegaan.
Do heer SCHAPER <S. D. A. P is niet
voorbereid op dit debat. Hij sluit zich ech
ter aan bij hen, die van meening zijn, dat
deze leening moet word/en behandeld tege
lijk met do belastingwetten. Er is gezegd,
dat de begroo t ing vóór Kerstmis afgedaan
moest worden, om tot de oude gewoonte
terug te keeren. Dit is goed, maar dan
moet- daartegenover een premie staan, nl.
dat er na Kerstmis een behoorlijke pauze
komt cn do Kgmer in Januari niet verga
dert.
De VOORZITTER zegt, dat, als de bc-
grootingen en wat afgedaan moot worden,"
gereedkomen, het reces ongedeerd blijft.
Spr. zal do Kamer niet bijeenroepen vóór
Februari.
De lieer OUD (V.-D.) sluit zich aan bij
lien, die pleiten voor do behandeling van
bot leeningsontwerp in/Februari.
Het voorstel van den Voorzitter, in stem
ming gebracht, wordt aangenomen met 40
tegen 30 stemmen.
Tegen stemden do lieereu Abr. Staalman.
Do Groot, K. ter Laan, Van Zadelhoff,
Otto, Van Ravcsteyn, Braat-, Do Buisonjó,
Schaper, Marchant, Teenstra, Albarda,
Troelsfcra, J. ter Laan, Van Rappard, Oud,
Wijnkoop, Hugenlïoltz, Van Stap el e, Do
Jonge, Ossendorp, Sannes, Brautigam,
Nicmeijer, Helsdingcn, Van don Tempel,
Van Doorn, Ter Hall, Rink, Visser van
IJzendoorn.
Ocilogsbegrooting.
D© lieer VAN D'E LAAR- (Chr. Soc. P.)
zegt, dat hefc gruwelijko van den wereld
oorlog heeft aangetoond, dafc wij tot ont
wapening moeten komen. Do wisseling in
do internationale omstandigheden heeft dit
ook mogelijk gemaakt, want een gewapend
conflict behoort binnen afzienbaren tijd tot
de absolute onmogelijkheden. Spr. meent,
dat wij onze defènsio moeten omwerken in
een politieleger. Indien dit goed georgani
seerd is, hebben wij daar zoowel voor de
binnenlandscho als buitenlandsch© toestan
den meer aan dan aan een sterk milita
risme.
De heer A. P. STAALMAN (Chr. Dem.)
zegt, dat bij Marino gebleken is, dat dit
kabinet op militair gebied niet kan steu
nen op de rechterzijde en daarom had do
Minister voor do indiicning zijner begroo
ting rekening roosten houden met de mili
taire wenschen van alle partijen. Daar dit
niet is geschied, steunt hij de motie-Mar
chant.
Een reden te meer vindt hij daarvoor in
hot feit, dat do Minister de motie-Bomans
eenvoudig naast zich neer heeft gelegd.
Niet alleen is hij met een bcgrooting geko
men, waarin van bezuiniging geen sprake
wa«, maar waarin hij zelfs 14 millioen meer
vraagt dan in de bcgrooting 1919.
Spr. critisecrt nog nader liet beleid van
den Minister. Hij gelooft niet, dat de ar
beiders hun vrijen Zaterdagmiddag zullen
gebruiken voor do militaire voorgeocfend-
hoid.
Het stelsel van den Minister aanvaardt
spr. niet, bet is verouderd en niet natio
naal, en 's Ministers beleid aanvaardt hij
niet, omdat het zwak is. Dezo Minister re
geert niet, maar wordt geregeerd.
De lieer BOMANS (R,-K.) spreekt eerst
over de schadevergoedingsgevallen, door
mr. Drcsselhuys genoemd, cn dringt daar
voor op arbitrage aan.
De motie-Marchant is een der meest in
grijpende moties op defensiegebied, ten min
ste van de ernstig 'bedoelde moties. Spr. nui-
ver i er voor. Intusschen zal spr. z'jn oor
deel over deze motie en over dio van den
heer Dresselhuys laten afhangen vun 's Mi
nisters antwoord.
Bi; den Minister heeft spr. een zig-zag
beleid, een beverig beleid gecoastete.rd, ga
lij!; hij nader aangeeft met een overzicht
van 's Ministers beleid ten aanrten v r ver
schillende airgeleg?n'eden. In o d fiei i
neemt spr. daarvan het geval van de onder
officier?::! er. de .salarisschaal. ver
klaarde de Minister z*ch met de snhaal te
vereenigen. Maar eenigen tijd later blijkt
de Minister van opinie veranderd.
Bij een leger organisatie, als wordt voor
gesteld. komt alles aan op de houding van
den Minister. Hetgeen nu wordt voorgedra
gen is het minimum van bezuiniging* wat
nccdig is.
Tot zgn spijt is "verleden week- een Mi
nister Van Marine veroordeeld. Dit moet zich
niet herhalen. Daarom staat spr. naast dez-en
Minister, die reorganisatie en bezuiniging
%"i] brengen. Om (ierelfde reden steunde hij
den Min ie ter.'van Marine. Het klemt ook nu
weer om samenkoppeling van Oorlog en
Marine.
Bij de officieren gaat het wederom tegen
dezen Minister, maar daarom verdient nïj
steun, want het gaat bij hen met de onte
vredenheid om de hervormingen, welke de
Minister wil brengen.
Door zijn naaste vrienden zal de Minister
zakerlgk niet verlaten worden.
De M v. A. spreekt van daden; ondanks
alle critiek van de overzijde. Intusschen geeft
spr. toe, dat hg zich iets belangrijkers had
voorgesteld; de amendementen der Commis
sie van Rapporteurs zijn een goede poging
in de richting van verdere bezuiniging. In
öc verkorting van den cefeningstijd ligt de
groote stoot in de nieuwe richting. Elk
kazeraeverblp dient zoo kort mogelijk te
zi;,n Sprekers ideaal en hij spreekt nu
voer zich persoonlek is niets minder dan
de totale afschaffing van het staande lager.
Toch wil hij geen weerloos volk. Het volk
meet weerbaar zijn. Het ideaal is slechts in
ternationaal bereikbaar. Spr. grijpt jaar liet
eerst bereikbare en gaat de Minister den
goeden weg op,' dan zal hg1 "hem steunen.
De zaak van verminder ing van bewapening
moet men niet ophangen aan den Volken
bond.
Vermindering van bewapening, bezuini
ging, wil spr. niet- alleen om1 financieeJe
redenen. De Katholiek heeft andere gron
den, waarop spr. niet zal ingaan. Spr. zal
ieder jaar aandringen op verm'mtering van
bewapening.
De heer HAAZEVOET (R.-K.) acht het
een sympathiek denkbeeld, om de militaire
oefening bijna geheel buiten de kazerne te
doen plaats hebben. Hij hoopt, dat de Mi
nister het stelsel van twee maanden oefen
tijd verder zal uitbreiden. Spr. cr'tiseert het
optreden van de onderofficiersvereeniging
„Ons Belang".
De heer STAALMAN (Midd. P.) spreekt
over de lichamelijke opvoeding en besfcrgdfc
het Zweedsche gymnastiekstelsel, dat veel
te duur is. De lichamelijke opvoeding in
het jeger moet zich aansluitdh bij die in de
burgermaatschappij.
De heer SCHEURER (A.-R.) waarschuwt
legen geest en gezindheid van het hoofdbe
stuur van ..Ons Eelang
Hg vraagt inlichtingen over de taak van
legerprc-dikanten en aalmoezeniers.
De lieer SCHAPER (S. D. A. P.) betoogt,-
dat d£ kweekers in Naarden, waarvoor mr.
Dresselhuys opkwam1, inderdaad steun be
hoeven.
De heer SCHAPER (S. D. A. P.) testrgdt
den lieer Van Ravesteyn, met citaten be-
tocgeud, dat deze vroeger zrch voor de nood-'
zakelijkheid vau het leger heeft uitgelaten.
Spr. is voor de motie-Dresselhuys; de mo
tie-Marchant is \£iag en onduidelgk.
De heer SCHOKKING (C.-H.), meent, aa£
in hei eindcijfer niet de eenïge factor ligt
veer de beoordeeling van de begroot ng. De
bezuinigingen bestaan grootende&ls uit ver
mindering van posten met uitgaven, waar
voor afzonderlijke wetsontwerpen' zuilen ko
men. Over de weerkracht in verband met
's Ministers plannen lean men nog niet oor-
deelen. Hoe staat het met de kosten van
die plannen? Best mogelijk, dat zij niet
modevak an. De bezuiniging wordt meer
schijn dan wezen. Veelmeer hecht spr.
aan een onmiddellijke re "iele b3zuin'ging. Spr.
wjVu cp 'hetgeen hierover reeds is gezegd
door anderen en dringt aan op een zuinige
administratie en een zuinig beheer door de
officieren.
Hij vraagt den Minister een commissie te
bercem.en, waarin, naast hot militaire, cok
he: birgcrlgke element zitting krijgt ter
becordeeling van de reorganisatieplannen.
Op korten termijn zou deze comm'ssie rap-
p- rt moeten uitbrengen. Het zou van be-
toekenis zgn. als do reorganisatie o?n natio
naal karakter kreeg.
Vermindering van de weermacht is ge-
wensclit en spr. begrgpt niet. dat de Vol
kenbond ons een vermeerdering zou kurmen
opleggen. Spr. weuscht dat niet Waarom
zou vermindering van het contingent niet
mogelijk zijn? Op grond van de loting wil
spr. dit niet tegenhouden.
Iioe staat de Minister tegenover dea vrij
williger laiutetorm? Krachtiger steun is ge-
verse ht.
Aangaande de niotie-Dresselhuys wil spr.
Lot ai li Woordvan den Minister afwachten.
Spr. komt op legen het kleineerend oordeel,
door den heer Ter Laan geveld over ons leger
gedurende de mobilisatie.
Do hoer KRUYT (Bond v. Chr. Soc.) criti
secrt de houding der S. D. A. P. i. z. dc defen
sie-politiek.
Hierna bespreekt hij de behandeling der prin-
cipicGle. dienstweigeraars. Is hef den Minister
nog altijd ernst hen voor gratie bij dc Koningin
voor te dragen? Bij de nieuwe lichting zullen
^•or verschillende principicelc dienstweigeraars
zijo.
Spr. komt d;>n nog tot hetgeen de luitenant
Van Rees. -te Rijswijk, gezegd heeft over hem,
heigeen van bcleedigendcn aard was. Hij
wonschl daarover rehabilitatie.
De beer OUD (V. D.) spreekt over de legcr-
prodikanton en vraagt inlichtingen over de
nict-benoerning van bepaalde veldpredikers.
Do motio-Drosselhuys acht spr. ongelukkig
toegelicht. Doeltreffende bezuiniging wordt niet
verkregen door alleen het contingent te vermin
deren. Kan men ten slotte niet moer krijgen,
dan zal men dit raiddel niet verwerpen. Maar
men moet rekening houden met de internationa
le verhoudingen. Men moot dus afwachten en
do begrooliiij* tot het noodigo terugbrengen.
Do bedoeling van de motic-Marchant is, dat bij
aanneming er van do begroot ing dienovereen
komstig moet worden verminderd; de Kamer
heeft het 'fclf in de hahd de credietwet daft
verder te verminderen.
Do MINISTER VAN OORLOG, do lieer AL-
TING VON GEUSAU, vangt zijn rede aan,
Morgen voortzetting.
Besloten wordt de intcrpellatie-Braat 5. z. de
staking bij de R. T. M. te behandelen bij de
afdeeling Spoorwegen der Wa4crslaalsbcgT00-
ling.
De vergadering wordt verdaagd tot Woens
dag te half twaalf.
ALKEMADE. Met ingang van 1 Ja
nuari a.s. wordt hier als kommies 2de klasse
geplaatst de heer A. Raadsen, vroeger tijde
lijk alhier gedetacheerd geweest.
HILLEGOM. Tot heden toe bestond de?.o
gemeente uit tweo stemdistricten. Met het
oog op de uitbreiding van het aantal kie
zers door het vrouwenkiesrecht wordt nu
aan den Raad voorgesteld, de gemeente in
vier districten te verdeeien. In het kort
komt de verdeeling neer op: Wearesbein,
Postkantoor, Raadhuis en Leidschestraat.
Ter aflossing van een leemng a
f45.000 bij de Raiffaisenhank tegen d'/j pCt,
rente en Ji procent provisie, loopende van
drie maanden tot drie maanden, wordt den
Raad voorgesteld een nieuwe leaning aan te
gaan bij het Pensioenfonds voor de Geraeon-
te-ambtenaren tegen 6 pCt. zonder meer.
LISSE. Bij de gehouden verkiezing
der notabdlen der Ned.-H rv. Kerk zjjn her
kozen a's ouderling en d aken respectievelijk
de heeren J. Marbus en P. Boot. Gekozen
vacafure-Rutgerd Veldhuiven van Z:nt?n d?
heer A. Tibboel.
De bakker S., Kanaalstraat, alhier,
kwam' tot de minder aangename ontdekking,
dar hi een briefje van zestig gulden miste.
De verdenking viel op de werkvrouw K.
Ka haar op het gemeentehuis gehoord
te hebben, lekende zij het geld te hebben
ueggenomen. Veertig golden was nog aan
wezig; het overige bedrag had ze al best°ed.
Proces-verbaal is cpgeumkt.
NIEÜW-VENKEP. 'De heer \Y. Verbeek
alhier, heeft met gced gevolg afgelegd het
e;.amer voor candida:t-civiel-ge aghebberbrj
net binnenlandsch bestuur in Ned.-lndië'en
vertrekt Zaterdag 20 December a.s. van Am
sterdam per s.s. „Rembrandt", naar Ba
tavia.
NCORDM'IJK. Naar aanleiding van den
cproep van den oud-resident van Madoera
I. Fokkens tot verkrijging van msdewerkmg-
vcor de vorming van eeu comité, dat zich
ten doel stilt geld in te zamelen om de
weduwen en weezen der TToordwijltsche hel
den, die. zich vrijwillig opofferden nm hun
ge-heek onbekende medemenschen van een
wissen dood te redden, een onbekommerde
toekomst te va-schaffen, heeft zich thans in
F or Haag een comité gevormd, bestaande
uit de heeren F. Fokkens,- voorzitter; D.
van Loolteren Campagne, secretaris; W. J.
teil er Stuurt, penningmeester; L. Ben deler,
V. l.'irksen. H. Hagemeijer, J. II. G.
Scirwencke, S. J. Bels en J. C. A. Weerts.
Hoewel bij den burgemeester van Noordwijk
iceds belangrijke bedragen zijn ingekomen
en de weduwen een uitkeering ontvangen
door CHARLES GARViCE.
Yrij naar het Engelse h.
(Nadruk verboden.)
61)
Constance lackto; ©cn vermoeid lachjo.
Zij had het prettig gevonden, Clarence tc
ontmoeten, maar over Lycett Crayson pra
ten vond zij heel onaangenaam, en zij wou,
dat Clarence wegging.
.,Hoo weet je dat-?" vroeg ze. „Je bent
vooringenomen tegen hem het is niet heel
mooi je onguustig uit tc l.itcn over ecu
man, waar je niets van af weet.''
Do kleur verdween van Clarence's ge
zicht hij zag er bleek uit cn was niet' op
zijn gemak. Met een merkwaardig onder
zoekenden blik, een zonderlinge verlegen
heid zag hij tot Constance op. Deze glim
lachte bij zijn veelbctcekonend stilzwijgen.
„Zie jo nu wel," zei ze zacht, „je hebt
niets tegen mijnheer Crayson in to brengen.
Jo houdt niet van hem, je bent bevooroor
deeld, omdat- hij je mindere is in .rang, in
maatschappelijke positie."
,.Ik mag allerlei dingen zijn, op den koop
toe een ezel," zei Clarence blozende, „maar
ik ben geen ploert, Constance. Ik zie niet
(neer op een man of zeg, dat- hij een slecht
karakter heeft, omdat hij beneden mij staat
in rang."
Waarom maak je dan toespelingen op
dingen, die niet ten gimste zijn van mijn
heer Crayson," zei Constance, een weinig
verontwaardigd,
„Toespelingen maken deed ik niet," ant-
woorddo Clarèncc somber. „Jc zei, <3afc hij
zulk een goed of braaf meiisoh was, en ik
zei van niet. En dafc zeg ik nog. Ik zeg, dat
hij geen man is om jouw echtgenoot te wor
den. Hij is geen man om de echtgenoot te
worden van één enkel fatsoeplijk meisje,
om niet eens te spreken van jou Con
stance Dcsbrook."
Constance werd vuurroodhet draaide
om haar heen. Zij waren nu heel alleen
maar al waren zij omringd'geweest door een
menigte rucnschcn, het zou voor haar geen
verschil gemaakt hebben. Het was haar on
verschillig.
„Nu je iets bepaalds gezegd hebt, Cla
rence, nu moet je ook ronduit spreken. Dat
ben jo aan mij cn aan mijnheer Crayson
verplicht."
.,üv geloof niet, dat je van hem houdt,"
zei Clarence, „iets schijnt mij dat te zeg
gen, cn in dor daad, ik geloof ook niet, dat
liet mogelijk is. Maar ik zal spreken, als je
er mij toe noodzaakt. Misschien had ik in
't geheel niets moeten zeggen en mijn mond
gesloten houctaiimaar ik was zóó vepbaasd
zóó kapot. Als het een ander geweest
was, een nette jonge man van onzen eigen
stand. Maar die Lycett Crayson I"
„Ik ben in afwachting," zei Constance
koel. „Wat weet je tegen den heer Cray
son?"
Clarenoo werd bleek, hij zag er uit als
een muilezel, genoodzaakt te schoppen te
gen zijn wil.
„Hij ontvangt bezoeken van jonge vrou
wen of meisjes eon jonge vrouw moest ik
liever zeggen 's avonds op zijn kantoor,"
zei hij norscli.
Constance zag hem een oogenblik in stille
verbazing aan; toen lachte zij.
„Is dat alles?" vroeg zij minachtend. „Je
schijnt te vergeten, dafc mijnheer Crayson
advocaat en notaris is, en dat hij waar
schijnlijk menschen ontvangt op alle uren
van den dag. Clarence, je moest je scha
men", zei ze op berispenden t-oon, zooals
een zuster op een broeder knort voor de een
of ondere onbescheidenheid.
Clarence wierp ^ïefc hoofd achterover cn
stak zijii kin voor-uit. Hij leek dat oogenblik
zeer veel op zijn moeder.
„Ik vraag je vergiffenis", zei hij niet zon
der eèn zekere waardigheid. „Ik schaam
mij volstrekt niet-. Ik weet waarover ik
spreek. Daarenboven, een advocaat ont
vangt volstrekt- nfet op alle uren van den
avond. Dat is nonsens en dat weet je best,
Constance."
„Vertel mij dan moor. Ik zie, dat je nog
meer weet."
„Ja, dat doe ik ook", zei hij norsch. „Ik
had er misschien in 't geheel niet over moe
ten spreken de woorden ontvielen mij in
mijn verbazing, toen ik hoorde, dat je met
dien man wou gaan trouwen."
„Maak nu maar geen verontschuldigin
gen meer, maai* vertel mij wat je weet of
wat je denkt te weten."
„Nu, dit dan," zei Clarence met- een z©<
kere beslistheid en weerzin tevens. „Ik was
vorloden op oen avoncl uit dineeren ge
weest en kwam nogal laat thuis. Het was
een mooie avond met maneschijn, ik zond
het rijtuig weg en zei. dat ik wel te voet
naar huis zou gaan. Ik had gedineerd bij
de Trevors, Je kent dlat weggetje dloor het
veldl door het laantje achter Lycett Cray-
son's huis, nietwaar?"
Constance knikt© toestemmend. Zij keek
nog altijd ongeloovig on eenigeznis verach
telijk
„Ik was juist aan het eind van dat laan
tje, toen ik ccn jonge vrouw zag aan hefc
begin van het laantje. Zij liep hard, met
gebogen hoofd en een voile voor haar ge
zicht. Zij bleef staan en keek om zich heen
heel voorzichtig en oplettend. Ik was ook
blijven staan om een sigaar op te steken en
zceht naar mijn lucifersdoosje. Ik stond ach
ter dien ouden eik, je weet- wel. Zij zag
mij niet, dat weet ik heel zekerer was
niemand anders in de nabijheid, het was
laat. weet je. Zij sloeg haar voile op en
stond met haar hand togen haar borst, kijk
zoo alsof zij moest bijkomen om adem te
scheppen. Er- was iet-s in haar manier van
doen, hoe zij om zich heen keek, waaraan
men kon zien, dat zij liever niet gezien
werd dat vestigdo mijn aandacht op haar
ik bleef dus stilstaan om haar na te gaan.
Hefc was niet een meisje hier uit de buurt
ik wil zeggen, niet een meisje, dot- ik ken
hier uit Desbrook. Een donker uiterlijk,
zwart haar en heel donkere oogen en zij
zag er ©llencüg uit-, doodsbleek en heel zwak.
Terwijl ik stQnd te kijken, liep zij het laan
tje in; ik zag, dat zij een beetje kreupel
was."
Hij zweeg en keek Constance veront
schuldigend aan.
„Ik was zóó getroffen door haar uiter
lijk, door het feit, dat zij hier vreemd was
en heel alleen op straat op dit uur van den
avond, dat ik haar een eindje volgde; je
•ziet, dat ik in 't geheel niet wist wat zij
van plan was; er gebeuren tegenwoordig
zulke wonderlijke dingen, inbraken en al
lerlei van die misdaden, dat ik dacht ik
dacht
Constance glimlachte:
„Maak u geen verontschuldigingen,"
Olarencc," zei zo. }XJq ging die geheimzin
nige. jonge vrouw na? Welnu, waar ging
zij naar loe?"
„Naar Lycett Crayson. Je weet wel, die
tuindeur, ciic in het laantje uitkomt Daar
ging zij in. Ik zag haar duidelijk; hot was
lichte maan. Ik liep verder; toen viel het-
mij plotseling in, dat zij iets kwaads in den
zin kon hebben, een inbraak of zoo iets der
gelijks, dat zij medeplichtigen kon hebbein.
Ik ben magistraat, zooals je weet," zei hij
met- een zeker air van gewicht, dat ontzet
tend komisch was op dat- oogenblik. „Ik
beschouwde het als mijn plicht haar te vol
gen. Daarom liep ik het laantje verder in,
de tuinpoort- door naar het kantoor van
Lycett Crayson. Het meisje was binnen
gegaan door d'e glazen deur. De deur was
gesloten, do gordijnen waren dichtgetrok
ken maar ik hoorde stemmen, die van Ly
cett Crayson en een vrouwenstem. Zij
praatten op oe>n vriendschappolijken toon.
Ik hoorde niet wat- ze zeiden, maar wel,
dat de stemmen heel vriendelijk klonken.
Toen ben ik dadelijk heengegaan.1'
De half verachtelijke glimlach was van
Constances gezicht verdwenen.Tegen haar
wil had het eenvoudige verhaal van Cla
rence indruk op haar gemaakt.
„Misschien was het een cliënt van mijn
heer Crayson," zei ze. „Zij kan gewichtige,
geheim© zakeoi 'met hem hebben. Eon advo
caat komt soms met- zulke vreemde gevallen
in aanraking."
(Wordt vervolgd).