LEIDSCH DAGBLAD.
Dinsdag 18 November 1919.
eerste blad.
Officieele Kennisgevingen.
Nederland en de volkenbond.
STADSNIEUWS
FEUILLETON.
Een Meisje met karakter,
fbijs der advertenties.
M Ots. per ie«eL.De8 Zaterdags 40 Ots,
per regel. Eleioe ad verten ti»o Woensdag
J5 Ots., Zaterdag 1 L— bij eon maximum
aantal Voorden van 30. Incasso volgona post-
jeoht. Voor eventueele opzending van brieven
JO Ota, porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cttf.
Bureau Noordefndsplein. Telefoonnummers voor Directie en Administratie 175, Redactie 1507.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden p. 8 m-nd. f2J.O, p. week 10.19
Buiten Leiden, waar agenten ge
vestigd zijnj per week ,j mm 0.10
Franco per post m n n u 2.50
Nummer 18318.
Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen.
gemeentelijke vischverkoop.
De Burgemeester der gemeente meiden
brengt ter kennis van de ingez tenen, dat
aan de gemeentelijke Visehwinkels (Visch-
ir.arkt en Stadshulpwerf) dagelijks behalve
"VERSCHE VISGH ook STOKViSCH (klip-
róch) voor iedereen verkrijgbaar: is a f 0.40
per Va K.G.
Ei' zij op gewezen, dat deze stokvi3ch
door haar hoog eiwitgehalte en den lagen
prijs een der beste en goedkoopste voadings-
itiddelen is.
De stokvisch moet voor het gebruik 24
h 4S uur in ruim water worden gezet om
te worden geweekt en van het overtollig?
zout te worden ontdaan.
Bovenbedoelde stokvisch is in geweekten
toestand verkrijgbaar h f0.55 per rol van
c.a. I1/2 pond (zonder graten) bij da F.rma
Wed M. ROOS. Haarlemmerstraat 78 en
hocgewoerd 50.
N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester.
Leiden, 18 November 1919.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Leid.-tf;
Gelet op de-artt. 12 en 37 der Drankwet;
Brengen ter algemeene kennis, dat aoor
DIRK LANGEZAAL, wonende te Leiden,
een verzoekschrift is ingediend., om verlof
voor den verkoop van alcoholhoudenden,
anderen dan sterken drank, voor gebraik
ter plaatse van verkoop, in het beneden
lokaal van het perceel Wolsteeg No. 6.
N. C DE GIJSELAAR, Burgemeester.
VAN STRIJEN. Secretaris.
Leiden, 17 November 1919.
drankwet.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gelet op de artt, 12 en 37 der Drankwet;
Brengen ter a"geme?ne kennis, dat door
PETER JOHANNES DE VRIES, wonende te
Leiden, een verzoekschrift is ingediend, om
verlof voor den verkoop van alcoholhoaden-
den, anderen dan sterken drank, voor ge
bruik ter plaatse van verkoop in de beneden-
lokaliteit en de bovenzaal van het perceel
Langebrug No. 71.
N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 17 November 1919.
El
T e Volkciib-dd. zooals die is neergelegd
in bet vredesverdrag met Duitschland, is
reker geen toonbeeld van volmaaktheid, verre
Tan dien. Hoewei ook wij derhalve niet en
thousiast stondea tegenover deze eerste
zwakke poging om ts komen tot een lichaam,
dat dc wereld in de toekomst zou hebben te
vrijwaren voor de rampspoeden van een
oorlog, hebb.n wij desn et egenS'Oande des
tijds toch gepleit voor een toetreden van
ons land tot dit onvolmaakte instituut, om
dat alleen daardoor in vlood ten goede kon
weiden geoefend. Wij deden dit in de over
tuiging, dit het vt: de: ver drag, waarvaa de
volkenb nd een integreerend deel uitmaakt,
door alle in den oorlog betrokken geweest
zjjnde landen zou worden geratificeerd, dus
ook door Amerika. Weliswaar was reeds
bekend, dat de volkenbond in den huidigen
vorm een zwareo dobber zou hebben om
ongeschonden den Amerikaanschen Senaat
te passeeren, edooh wg ver.rouwden er op,
dat ten slotte ook in Amerika de stem, die
roept om herhaling van een ramp, als de
jongste wereldoorlog was, te voorkomen,
krachtig genoeg zou klinken.
In dit vertrouwen zijn wij wel diep be
schaamd. Men zal onder de rubriek Buiten
land uitvoerig kunnen zien, wat de Ame-
rikaansche Senaat van dezen onvol maakten
vojkenbend heeft overgelaten. Een karkas,
zonder eenige levensvatbaarheid meer. De
volkenbond is radicaal daar vermoord.
Resultaat wordt nu, dat, wanneer het vre
desverdrag m:t Duitsch'and rechtsgeldigheid
verkrijgt, lid zijn van den volkenbond de
vrosgere ge '11 eerden, met u'tzcndering van
A,ii:rika, en voorts Spanje met een paar
der kleine Zuid-Amerikaansche staten. M. a.
w. juist de landen, de. laatsten dm uitgeslo
ten, die als het ware door Amerika, verper
soonlijkt in de figuur van president Wilson,
nog zrjn gedrongen tot een volkenbond, als
op het punt is, geconstitueerd te worden.
En nu blijft Amerika Zelf afzijdig staan,
aldus Wilson's geesteskind al moge dan
waar zgn, dat de ineengezette volkenbond,
geformuleerd is door Smuts en Robert Cecil,
toch mag men Wilson als de geestelijke va
der beschouwen om hals gebracht heb
bend. Buitso den volkenbond blijven daar
mee staan een persoon, van wien men juist
zooveel had verwacht, om te drgven in de
goode richting en het onvolmaakte te ver
volmaken, en tevens een land, dat door zgn
nog het meest onbaatzuchtige verhouding
tot Europa aangewezen was de rol van
wachter te spelen bij het nakomen van de
veiplichtingeo, door den Volkenbond alle
landen opgelegd. Dit land integendeel wil
zich zelf alle rechten van het oude regime
voorbehouden, wil oiets prgs geven ter wille
van het heil der algemeene menschheid
Werkt zulk een Voorbeeld niet fnuikend
op cie meer baatzuchtige entente-landen, die
als bet ware een vingerwijzing ontvangen?
Eo omstandigheden zgn dus wel gewij
zigd, en daardoor tevens ons oordeel over
de wenschelgkheid van directe aansluiting
van Nederland bij den volkenbond. Door den
iDgetrcd n toestand van gewrsie ach:e.i we
zeiis op 't oogenblik een toetreden niet zon
der gevaar. Een gevaar, bestaande in een
meegesleurd worden in de eenzijdige politiek
der entente, waaraan ons land zich met zoo
veel succes tot nu toe heeft weten te onttrek
ken en waarvan wij ook verder ons ver
wijderd zullen hebben te houden.
Mogelijk is zeker, dut het Engelsche blad
de „Daily Newfc" gelijk krijgt en dat in de
toekomst de Vereenigde Staten zullen bij
draaien. omdat de voSksmcen ng zich scher
per zal gaan uiten voor wat bedoelt te zijn
ten goede vao de gansche menschheid, doch-
moeten wij de risico daarvan bg voorbaat
aanvaarden?
O.i. is de hoogst mogelijke voorzichtig
heid in de volkenbond-materie thans ge-
wenscht en mag wel bijzondere aandacht
woiden geschenken aan de verdere ontwik
keling vaa den volkenbond, die, al voor de
feitelijke geboorte, aldus dreigt te worden
misvormd niet alleen, maar zelfs van de
no'jdige levenssappen te worden beroofd.
Fen afwachtende houding lijkt ons m de
«regeven omstandigheden ten zeerste zaak
geworden van regeering en volk!
De Begrootiag in de Seeties.
1 II. II'
INKOMSTEN.
Bg volgn. 1: Huur van huizen en andere
gebouwen, werd door meerdere leden ge
vraagd, waarom van het magaziju aan de
Smidssteeg geen huur betaald wordt. B. en
Ww antwoordeo, dat bij Raadsbesluit van 10
Oct. 1867 aan het garnizoen eenige lokalen
aan de Aalmarkt achter de toenmalige Ge
hoorzaal voor oubepaalden tijd grafcis in ge
bruik werden gegeveo. Toen in 1871 deze
lokalen door het garnizoen werden ontruimd,
gaf do gemeente het destijds aan particu
lieren verhuurde pakhuis in de Smidssteeg
aan het garnizoen, zonder betaling van huur.
Een aader lid vraagt aan B. en W. om
den Raad in te lichten over de verhoograg
der huren in verband met de Huurcommissie-
wefc. B. en W. repliceeren, dat dit efceeds ge
schiedt.
N^g een ander lid vraagt verhooging van
diverse* huren, ook van de zalen der Sfcads-
zaal.
Tegen het afloop en van de verschillende
huurcontracten wordt sfcseds nagegaan of er
a-üilc-iding bestaat tot huurverhooging.
De huurprijzen voor de verschillende za
len :o de Stadszaai zijn reeds betrekkelijk
hc-og, vooral als men in aanmerking neemt,
dat ook nog de loost en van verlichting aan
de gebruikers in rekening worden gebracht.
1 'B. en W. zullen echter trachten de huur-
i prijzen nog eenigszins op te voeren, al zijn
i de vc-iiichtingskostcn met 50 pCfc. verhoogd,
j Een lid vraagt, welk eeti maatstaf er wordt
genomen bij verhuring van het gymnastiek-
lokaal en dringt aan op lioogere huur door
de Padvinders.
B. en W. berkmeren er aan, dat aan de
Vereeniging „De Leidsche Padvinders" dit
gymnastieklokaal kosteloos in gebruik is ge
geven, ten einde die Vereeniging in dezen
vorm van gemeentewege steun te verleenen.
Andere leden dringen aan op verhoogde
buui van 's-Gravenstein en het Pesthuis.
Het gebouw 's-Gravenstein is, zooals B.
en W. opmerken, tot 31 Dec. 1921 verhuurd
tegen een jaarlrjkschen huurprijs van f500,
waarbij het geheele onderhoud van het ge-
boi w voor rekening van het Rijk komt.
Daargelaten of zulks met het oog op het
beüoua van het garnizoen wensehelgk zou
zgn, kan derhalve"thans niet tot verhooging
van huur worden overgegaan.
Er werd ook op aangedrongen, dat het
v<orm. Invalidenhuis werd ingericht tot door
gangshuis voor daklooze gez nnsn.
B. en W. gaan daarop niet in. Het ge
bouw heeft vooral van het gebruik door mi
litairen ernstig geleden en moet daardoor
vcor elk ander doel dan als pakhuis of berg
plaats onbruikbaar geacht wordin. Boven
dien ligt het in de beace'ring het grootste ge
deelte van het terrein te bestemmen voor het
nieuwe schoolgebouw van het Genootschap
„Mathesis Scienfciarum Genitrix".
Omtrent den wensch van verschillende le
den tot afschaffing van tollen, merken B.
en W. op, dat het thans allerminst de tijd is,
om een dergelijk middel, waardoor niefc-
ingezetenen ©enigermate in de larien bijdra-
gtn, prijs te geven. Deze tollen houden
bovendien verband met de op de gemeente
rustende onderhoudsverplichtingen van bui
ten de gemeente gelegen werken.
Bij het volgn. „Schoolgelden", oefenen
meerdere leden aandrang uit om meer vrije
plaatsen beschikbaar te stellen bij de etudie
j aan. H- B. S. en gymnasium.
Poor B. en W. zal worden overwogen in
I Hoeverre aan dit verlangen kan worden voi-
I daan..
Bij het desbetreffend volgn. werd nog
veder teruggekomen op de belasting op
openbare vermakelijkheden. Een der leden
acht zulk een belasting verwerpelijk, een
ander stelt tegenover de zoo greote op
brengst de dagelijksche uitingen van ar
moede en noodtoestand. Op verzoek van dit
lid deelen B. en W. nog eens mee, dat deze
belasting in het eerste halfjaar 1919 heeft
opgebracht f 10.938.20.
Bij het volgn.: Ontvangsten ter zake van
do Stedelijke Fabrieken van Gas- en Elec-
Iric'fceit wordt door een lid de retributie
voor het leggen der buizen en kabels in ge
meentegrond een verkapte belasting genoemd
B. en W. merken daartegen op, dat deze
retributie in vergelijking met die in andere
gemeenten niet hoog is te noemen; zij is een
Lilrjke vergoeding voor de bezwaren, die
heb hebben van buizen en kabels in de ge-
mfente-tótraten en -wegen met zich brengt.
Naar aanleiding van den wensch, door een
der leden geuit, om het vergurn'ngsrecht te
verhoogen, herinneren B. en W. er aan, dat
dit recht reeds op de wettelijke maxima is
bepaald, n.l. op f25 voor elke f50 huur
waarde of gedeelten daarvan.
Eén lid drong aan op verüooging van
den toeslag aan de gemeente uit de O.-W.-
bclasling. B. en W. hebben zich in dezen
reeds geruimen tijd geleden tot Ged. Staten
gewend.
Op een vraag hoe het staat met de uitbe
taling van de verhoogde Rijksbijdrage, be
treffende de wet op het L. O geven B. en
W. als antwoord e n uitvoerige becijfering,
waaruit blijkt, dat de gemeente, ten gevolge
van de nieuwe Rijksregeling, een voordeel
geniet van f57.000, verminderd met even-
tyeele bijdragen in salarissen bij het bij
zonder onderwijs.
Bij het volgn.: Subsidiën van het Rijk en
de Provincie in de kosten* van de verple
ging van arme Krankzinnigen, werd door een
der leden opgemerkt, dat andere provin
ciën een hoogere bijdrage aan de gemeenten
verleenen dan de provincie Zuid-Holland.
B. en W. deelen mede, dat de provinciale
bijdrage vroeger f75 per patiënt, thans
reeds f210 bedraagt.
De Rijksbijdrage bedraagt daarentegen
slechts f40 per jaar, doch niettegenstaande
herhaalden aandrang vanwege de Vereeni-
g.hg van Ned. Gemeenten en van vele an-
dtre zijden, is het Rijk tot nog toe niet
I geneg?n die bijdrage te verhoogen.
Bij het volgn.: Ontvangsten wegens de
gom: ente apotheek, vr.egea meerdere leden
of de gemeente-apotheek niet ten dienste
van alle ingezetenen kan worden gesteld,
aangezien vele apotheken te hcoge betalin
gen eischen.
Het antwoord van B. en W. luidt: De ge
meente-apotheek kan bij de bestaande in-
richb'Dg onmogelijk ten d'ens.e /an alle in
gezetenen worden gesteld, omdat zij niet op
der. omvang van een dergelijk bedrijf is be
rekend. Bovendien zien wrj niet in, waarom
nu iuist te dezer zake het gemeentelijk be
drijf zou moeten worden opgericht, waar
van, aangenomen dat de prijzen lager zouden
zijn dan in de particuliere apotheken, nage
noeg alle ingezetenen gebruik zouden gaan
maken
In een volgend artikel zullen wij de uit
gaven behandelen.
Gemeentelijke Duurtecommissle.
Jn de gisteravond ten Stadhuize gehou
den algemeene vergadering van deze D.-C.
sprak de Voorzitter allereerst een woord
van welkom tot den heer D. .Jonker, secret
tans van den Neutralen Bestuurdersbond,
die voor het eerst aanwezig was.
Do Voorzitter deelde verder mee, dat hem
uit den gang der zaken gedurende de laatste
weken wel gebleken was, dat, indien bij di
verse artikelen van onnoodige prgsopdrg-
vuig sprake is, het voor de Commissie hoogst
moeilijk, zoo niet onmogelijk is, om vast te
stellen, in hoeverre de ne-wntoirs (fabri
kanten ^landbouwers, enz.) aan die omgemo-
tiveerdë opdrgving schuldig zgn.
De vergadering ging accoord met zgn
voorstel 0111 B. en W. te adviseereo. deze
meening aan den Minister over te brengen
en Zijne Excellentie uit te noodigea om de
bekende wet tegen de prijsopdrijving zoo
spoedig mogelijk in te voeren.
Verder werden op voorstel van den Voor-
zf.'er verschillende subcomité's benoemd, die,
h'ewel zij in geregeld contact zullen blij
ver. met het Dagelijksch Bestuur van de
D.-C., toch in al die richtingen, waar reed6
vldoende grondslag voor samenwerking
werd gelegd, het voornaamste werk van
het Dagelrjksch Bestuur uit "handen zullen
r.emen.
Voor het sub-comité voor de kruideniers
werden aangewezen de heeren mr. A. van
der Eist. voorzitter, Jonker en Van Rorn-
burgh. Voor de klompen winkeliers de hee-
ren Nghuis, voorzitter, Van den Berg en
Baart. Voor de schoenenwinkeliers de heeren
di. W. Stuurman, voorzitter, mevr. Eerd-
mans, en de heer Van Stralen.
Zoodra me.rdere b anche; van win :el e:s
voor bovenstaande directe bemoelin en in
aanmerking komen, worden volgende sub-
comité's ingesteld.
De Bocmelbaron.
t Was gisteravond allesbehalve een sine
cure om in de Stadsgehoorzaal te komen! Het
stroomde er heen ea men werd als het ware
in eet kluwen naar binnen gedragen. Zelfs
de politie schijnt er later bg te pas te zgn
gekomen, om regelend op te treden bij zulk
een toeloop. Zaal en baleon waren dienten
gevolge meer dan gevuld. Men stond langs
de zij'den, vlak voor het fcooneel, achter ïn
do zaal, waar niet al. Het laatste kwam
chorda* meer kaarten waren afgegeven, dan
er p;aafcs was, hetgeen feitelijk niet ïn den
-haak was.
De heer Clauwaerfc, directeur vau het
Vfaamsche Operette-gezel :chap, schijnt-gis
teravond met „De Boemelbaron" propagan
da te hebben willen maken en daarom met
kwistige hand vrgbiljetten te hebben uitge
deeld. Over 'fc resultaat mag h\j tevreden zijn.
Dat velen van kwart voor acht tot kwart-
voor elf zijn blijven staan is trouwens al
bewijs genoeg. Het toont immers aan, dat
men er heel wat voor over had.
En inderdaad, het was een zeer geslaagde
opvoering. Clauwaerfc maakte van den boe
mel-boe mel-boemelpresidenfc een kostelijk
fcvpe, waarom geschaterlacht is. Dat was be
paald kosfcelgk. De weinige zang, die in d<?2e
rol te pas komt, wist hij net voldoende te ver
werken, maar spel, mimiek enz. waren hoogst
komisch:
Verder willen we nog noemen Borgers
en mej. Eggopoel, beiden beschikkend over
een mooi stemgeluid, dat in het laatst ten
gevolge van de groote hitte en de sigaren-
damp, die uit de zaal naar het tconeel vloei
den. eenigszins afnam in volume; wat even
wel niet erg te verwonderen viel.
Ook het koor en orkest, dat zes man
sterk was, hebben het hunne tot het succes
bijgedragen.
Herhaaldelijk werd warm geapplaudis
seerd als fceeken van groote ingenomenheid.
We gelooven, dat de propagauda geslaagd
mag heeten.
Een hulde? schrijft „Het Vad. bovcD
het volgende bericht:
Er reed een vrachtauto, bemand met
Leidsche eersfce-jaars-studenten ter club-
inaugratie door onze stad (Den Haag). Toen
zij ons bureau voorbij kwamen, klonk een
frisch gejuich uit de auto en werd er met
vlaggetjes gezwaaid.
Mogen wij hierin een hulde zien, aan ons
blad bewezen voor de actie, die wij tegen
den groentijd hebben ondernomen Wij zou
den er erkentelijk roor zijn.
Heeft de toeschouwer in dezen wel goed
gezien, gehoord en geoordeeld 1 vroegen wij
ons af bij het lezen van het bovenstaande.
En kent hij wel het onderscheid tusschen
hulde en hoon Hulde zullen Leidsche stu
denten, leden van het Corps, het blad toch
wel niet brengen voor zijn jongste ontgroe-'
nings-perscampagne
Uit de Mem. van Antwoord van den
Minister inzake het Hoofdstuk Onderwijs,
enz. der Staatsbegrooting voor 1920 blijkt,
dat een verhooging is voorgesteld van het
j subsidie voor de Vereeniging tot Opleiding
van Bewaarschoolhouderessen alhier.
Voor de reorganisatie van de Sterren
wacht worden thans reeds f 17,000 aange
vraagd. De heer Hertzsprung, die tot on
derdirecteur werd benoemd, zal tevens tot
buitengewoon hoogleeraar aan de universi
teit worden benoemd. Gerezen bedenkingen
hebben vervulling van de vacature van een
tweeden directeur alsnog belet.
Met ingang van 24 November a.s. isf
1 opgeroepen 'n werkelrken d'ensfc de heer G*
Reekers, adsf>.-res offic e: van gez ndheid,
j en werkzaam gesteld bij de Militaire Zieken-
ïniichtir* alhier.
Do adsp.-res. off. van gezondheid, J. Wv
Janzen. wrrkzaam a<an d? Mi!. Z:ekeninrich
ting alhier, wordt met ingang van 25 Nov.
gedetacheerd bg het garnizoen te Willem
stad.
Te Rotterdam is geslaagd voor het
examen vrije en ordeoefeningen de heer D.
Corpel. alhier.
De Schouwburg was gisteravond bij
de herhaalde opvoering van „Dat wat j©
niet hebt" slechts matig bezet. Mej. Amiie
van Eos werd door de studenten een bloam-
stuk aangeboden.
Gistoravond had, door het bestuur der
afdeeling Leiden van de Kon. Vereeniging
van Gepensionneerdo Onderofficieren en
door charles garvice.
Vrij naar het Engelse h.
(Nadruk verboden.)
186)
HOOFDSTUK XIV.
De Castle'oridgo hadden een eigen huis
to Brighton. Het was geen groot landgoed,
maar het stond op een ruim en bewonde
renswaardig aangelegd terrein, op een van
de beste standen. Ofschoon het huis niet
groot was, het was keurig in orde; er wa^
ren altijd verscheidene bedienden aan
wezig, zoodafc de graaf en de gravin ieder
oogenblik verwacht konden worden.
Lady Oastlebrid'ge kwam dikwijls een
paar dagen over, gewoonlijk wanneer sir
Ralph pas vertrokken was, en zij het niet
kon uithouden in het groote huis te Lon
den met al zijn herinneringen aan zijn be-
zooken. Zij was nu alleen gekomen met
haar kamenier, en ofschoon de zuivere zee
lucht haar geen gemoedsrust kon schen
ken of de pijn van haar hart verminderen,
do verandering van omgeving hielp toch
somtijds mee, om haar den zwaren levens
last tc doen dragon. Zij deed alleen lange
wandelingen of rijtoeren, achterover in het
rijtuig geleund, met de handen in haar
schoot gevouwen en de oogen half geslo
ten: denkende aan Ralph. De eenzaam-
Gi van die wandelingen en rijtoeren deed
aar aangenaam aan en zij dacht zoo min
House^ Terraico. ^aar bariton
Dezen keer was zij van plan drie dagen
te blijvenden derden dag was zij op weg
van het salon naar de eetkamer, toen zij
een heer zag staan praten met den knecht
in de hall. Zij lette ©r haast niet op, maar
do knecht kwam dadelijk naar haar toe
en zei
„Er is een lieer, die u wenscht te spre
ken, my lady."
Zij zag hem met verbazing en eenig mis
noegen aan.
,,Ik kan niemand ontvangen," zei ze.
„Hoe heet hij? En wat komt hij doen?
Waarom komt hij op dit uur? Is het de
heer, dien ik in dc hall zag staan?"
„Ja, mylady," 'antwoordde de man ze
nuwachtig. „Hij wou zijn naam niet zeg-
I gen. U kent hem toch niet, zei hij, maar de
zaak, waarvoor hij komt is, van zeer veel
gewicht. Ik zou de boodschap niet aan my
lady durven overbrengen, als hij er niet
zoozeer op had aangedrongen."
Het aandringen van Lycett was bekrach
tigd door een sbvereign.
„Laat hem alsjeblieft in de bibliotheek,"
zei Agues.
Zij zou er niet in hebben toegestemd den
man te ontvangen, indien het niet plotse
ling bij haar was opgekomen, dat hij mis
schien een boodschap van Ralph over
bracht. Zij draalde een paar minuten, toen
ging zij naar dè bibliotheek. Een lange, ma
gere man, die er als een heer uitzag, stond
bij het raain. Hij zag bleek en trachtte
blijkbaar zijn zenuwachtigheid te verber
gen, en toch, er was een zekere beslistheid
in hem, die zij dadelijk opmerkte.
„U wenschte mij te spreken?" zei lady
Casfclebridge met de koelheid eoi de hoog
hartigheid, waarvoor zij bekend stond. Zij
verzocht hem niet, te gaan zitten. „Is het
niet lord Castlebridge, dien u wenscht te
spreken? Hij is hier niet, hij is te Londen."
„Neen, lady Castlebridge," sprak bij
met zachte stem, „ik wenschte u te spre
ken. Ik kom voor een zaak van het groot
ste gewicht."
„Dan moest u met den rentmeester spre
ken," zei ze ontmoedigend. „Ik weet geen
zaak, waarover u merfc mij zou moeten pra
ten."
Lycett had zijn plan zorgvuldig overwo
gen. Hij had gevreesd, dat zij absoluut zou
weigeren hem te ontvangen de pracht van
het huis, de luister, aan haar hoogen rang
verbonden, hadden hom eenigszins ontzag
ingeboezemd, maar zij konden hem niet van
zijn voornemen afbrengen. Zijn liefde voor
Constance gaf hem kracht voor zijn taak
hoe weerzinwekkend en vernederend die
ook was.
Hij zweeg een. oogenblik, toen haalde bij
een couvert uit zijn zak on legde het op ta
fel tusschen hen beiden in. Zij schrikte niet,
haar gezicht werd zelfs niet bleek, toen zij
zag wat het wasmaar zij nam het couvert
op en keek beurtelings naar hem en naar
het couvert.
„Ik heb den brief in mijn bezit, die in
dat couvert zat, lady Castlebridge," zei
Lycett.
Zij. hield een oogenblik haar adem in,
maar bleef doodstil staan en uiterlijk kalm.
Zij wees hem een stoel aan en bleef recht
voor zich uit kijken alsof zij zijn tegenwoor
digheid was vergeten.
„Waar hebt u dien brief gevonden? Hebt
11 hem gestolen?"
Het bloed vloog Lycett naar het gelaat.
Hij was nog niet lang genoeg een schavuit
geweest, om ongevoelig te wezen voor een
beleediging.
„Ik heb hom gevonden in het park te
Desbrook," zei hij, zijn lippen bevochti
gend „Hij was uit den zak gevallen van
„Geen namen als 't u blieft," zei ze.
„Wat is uw naam?"
„Lycett Crayson," antwoordde hij„ik
ben de zaakgelastigde van huize Des
brook."
„Waarom brengt- u mij dien brief?" vroeg
zij met dezelfde kalmte. „Ik veronderstel,
dat uw doel is geld af te persen. Die po
ging zal niet gelukken. U zult dit huis on
middellijk verlaten."
Zij liep naar de schel. Lycett Crayson
leunde achterover in zijn stoel en sloeg dc
beenen over elkaar.
„Indien ik dit huis uitga zonder verder
met iv gesproken te hebben, lady Castle
bridge, dan zal ik den brief naar uw echt
genoot brengen. Eén oogenblik!" Hij hield
de hand op. „Ik ben niet gekomen met het
doel u geld af te persen of af te zetten. Ik
ben een gentleman. Ik ben ongelukkig ook
verliefd op een vrouw, voor wie deze brief
van belang is."
Zij zag hem aan met- een blik van verach
telijke verbazing. Als zij het couvert niet
gezien had, zou zij gedacht hebben, dat de
man gek was; maar het couvert lag nog
op tafel.
„Wak kan mij dat schelen?" vroeg zij.
„Als u dieoi brief niet wenscht te verkoo-
pen, wat komt u hier dan doen
„Ik heb er een doel mee," antwoordde
hij. Hij had bijna ieder woord, dat zij ge
zegd had, vooruit kunnen voorspellen, hij
had zijn rol in het gesprek gerepeteerd op
reis naar de stad en van de stad naar
Brighton, zoodat hij sprak met ©en zeker
heid' en vlugheid evenals een acteur, die
zijn rol letterlijk van buiten kent. „Ik won
u vragen eonige oogenblikken naar mij te
luisteren, lady Castlebridge. Tk zal zonder
terughoudendheid spreken. Indien mijn be
zoek bij u mij van eenig nut wil zijn, moet
ik openhartig spreken. Ik zal u niet vragen
om geheimhouding. Dat is niet noodigu
zult het geheim houden voor uw eigen best
wil. Ik ben de zaakwaarnemer van de fami
lie Desbrook, ik mag wel zeggen een vriend
van de familie. Ik heb freule Desbrook, de
dochter van sir John, van kind af aan ge
kend wij waren te zamen kinderen. Ik ben
jaren lang aan haar gehecht geweest al
tijd zoolang ik mij herinner. Het is de
eenige hoop en eerzucht van mijn leven
haar tot vrouw te krijgen
Zij fronste do wenkbrauwen on trok zo
op met een mengeling van verachting en
ongeduld.
„Ik begrijp nog steeds niet hoe die per
soonlijke belangen van u van eenig belang
voor mij kunnen wezen," zei ze.
„Dat zult u zoo aanstonds begrijpen,
lady Castlebridge. Tot. zeer kort- geleden
had ik reden te denken, dat mijn wensch
vervuld zou worden. Freule Desbrook was
vrij en ofschoon ofschoon zij mijn aan
zoek afgeslagen had, gaf ik cfe hoop nog
niet op. Maar de omstandigheden zijn ver
anderd. Gisteren heeft sir Ralph haar een
huwelijksaanzoek gedaan en zij heeft hem
aangenomen."
Eindelijk had hij haar getroffen. Do
kl eur verdween van haar gezicht, zij kneep
de handen samon, de eene hand ging naar
haar borst, alsof zij het plotselinge bonzen
van haar hart tot stilzwijgen wou brengen.
(Wordt vervolgd.)