LEIDSCH tik DAGBLAD. Woensdag 8 October 1919. EERSTE BLAD. ONS FEUILLETON. Officieele Kennisgevingen. STADSNIEUWS FEUILLETON, Een Meisje met karakter, BINNENLAND, PRIJS DER ADVERTENTIENi BO Ota. P®* rc^ol. Des Zaterdags '40 Ots. nep wgeL Kleina advertentiSn Woensdag Ï6 Ots. Zaterdag I 1.—bü een maximum nantal woorden van 80. Incasso volgens post- recHit. Voor eventueel© opzending vaQ brieves 10 Ots, porto te betalen, Bewijsnummer 6Ct3< Bureau Noordeindspleln. Telefoonnummers voor Directie en Administratie 175, Redactie 1507. PRIJS DEZER COUBANT! IVobr leiden p. 8 mnd, 12J.0, p. week 10.14 Buiten Ledden, waar agenten ge. restigd zjjn^ pee week 0,14 franco per post 2,50 Mummer 18283. Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen. Heden is een aanvang gemaakt met het nieuwe feuilleton „EEN MEISJE MET KARAKTER", waarvoor wij de bijzondere aandacht onzer lezers vragen. UITREIKING VAN KINDERMEEL- EN SUIKER KAARTEN. •De B urge moester der Gemeente Leiden taen-gt ter kennis van belanghebbenden, dat yanaf 9 October a.s. een aanvang zat worde© gemaakt met de uitreiking van, do nieuwe kmdermwlibcyns voor de maanden October enz. en de suikerkaarten voor de kinderen beneden Ben leeftijd van één jaar. (Deze uitg>&e geschiedt uitsluitend op ver toon van de levensmiddelenkaart, trouwboekje en. het kin der meerboekje (groen) en wed aan 3 et Bu-reau Nieuwe Rijn 22 's morgens van 912 uut en midfdag» van 25 uur, N. C. DE QIJSELAAR, Burgemeester. Leidton', 8 October 1919. VERKIEZING KAMER VAN ARBEID. Burgemeester en Wethouders van Lelden brengen ter aaneen© kennis, dat oen af schrift van lieb proces-verbaal van de op 7 October j.l. krachtens koninklijk Besluit van den 28sten Augustus 1919 No. 63 go- houden zitting van het stembureau tot vast stelling van den uitslag van de op dien 'dat-urn gehouden stemming ter verkiezing van 3 leden-patroons van de Kamer van 'Arbeid voor de Voedlings- en Genotmidde len op de pers van het Raadhuis is aange plakt en her Secretarie dezer gemeente (Kamer No. 10) voor een ieder ter inzage is nedergelegd. W. PERA, weth. loco-burgemeester. VAN STRIJRN, Secretaris. Leiden, 8 October 1919. MILITIE. Niet-iiisckrijving voor de Militie. De Burgemeester der gemeente Leiden vestigt bij dezen de aandacht van belang hebbenden op artikel 13 sub 2o. der Mili tie-wet, waarbij bepaald is, d'at niet voor 'de militie wordt ingeschreven hij, die blijkt in de koloniën of bezittingen des Rijks in andere werelddeelen woonplaats te hebben, mits dit niet zij ter zake van krijgsdienst. Oudiers, voogdlen, curators of andere ter zake belanghebbenden, die inschrijving voor do militie van personen als boven bedoeld wenschen te voorkomen, zullen dientengevolge in de maand Januari a.s. ten opzichte van de betrokken in 1901 ge boren personen, moeten doen blijken^ dat 2iij werkelijk in de koloniën of bezittingen 'des Rijks in andere werelddeelen woon plaats hebben, tot staving waarvan o m. voldoende geacht wordt een desbetreffende Schriftelijke verklaring van de overheid der woonplaats van den in 1901 geborene, ver meldende, dat laatstgenoemde aldaar op d Januari 1920 zijn woonplaat© had. Belanghebbenden worden uitgenoodigd, 'de bescheiden, welke tot bewijs strekken van woonplaats in de koloniën of bezittin gen des Rijks in andtere werelddeelen zoo SPOEDIG MOGELIJK NA 1 JANUARI a.s in te leveren ten RAADHUIZE alhier (afdeeling Militaire Zaken, kamer No. 9), waar desgewenscht, ter zake inlichtingen verstrekt worden. W. PERA, weth. loco-burgemëester. Leiden, 8 October 1919. MILITIE. Opleiding tot verzorger bij den RijkflpostdiiiT endienst. Le Burgemeester van Leiden vestigt de aandacht van liefhebbers van postduiven, 'die voor de lichting van 1920 bit de mi litie raceten worden ingelijfd, op de moge lijkheid om te worden opgeleid en aange steld tol verzorger bij den Rijkspostduiven- dienst. Zij, did daarvoor in aanmerking wenschen te komen, moeten dit vóór 1 November a.s. schriftelijk te kennen geven aan den Direc teur van den Rijkspostduivendienst te 's-Gra- venhage. Zij- moeten zich daarbij bereid ver klaren tot het aangaan van een vrijwillige verbintenis als verzorger bij den Rijkspost- deivendienst. Minderjarigen moeten voorts overleggen een bewijs van toestemming tot liet aangaan van de verbintenis, afgegeven door hem of haar, die de ouderlijke macht of de voogdij uitoefent.; In het verzoekschrift dienen te worden \3rmeld: I a* geslachte- en voornamen (voluit); S. beroep; c. woonplaats; d. gemeente, waar de dienstplichtige' vcor de militie is ingeschreven; welk onderwijs genoten; A cf hij lid is van een postduivenvereeni- giug en, zoo ja, van welke.: In het gehpel worden van elke lichting 24 dienstplichtigen in opleiding genomen. Zij moeten in Januari opkomen en worden ingedeeld brj het 7e Regiment Infanterie*. De opleiding geschiedt bij één of meer R ijkspestduivenstations. .Van -bedeelde 24 worden de 12, dito het' best voldoen, toegelaten tot de vrijwillige uibintenis. Dezo verbintenis geldt van het tijdstip af, dat 2# wordt gesleten, tot het tijdstip, waarop voor den dienstplichtige de jandweerdiensttrjd eindigt. Echter kan ajj door den Chef van den Generalen Staf op ©lk tijdstip werden beëindigd. De dienstplichtige verbindt ?dch: tb, voor eerste oefening in werkelijken dienst te blijven tot 1 Februari van het jaar, volgende op dat, \y©arin zijn eerste oefening brj de militie is aangevangen; b. voor herhalingsoefeningen 111 werkelij ken dienst te komen één of tweemaal, in het geheel vcor ten hoogste 7 weken, op atoo- danig- tijdstip cf zoodanige tijdstippen, als Uccr den Chef van den Generalen Staf ia\ werden bepaald: Ci in werkelijken dienst tei komen en te blij ven, wanneer en gedurende den tijd, dat de dienstplichtigen van de militie cf van de landweer in geval van oorlog; oorkgsgevaar of andere buitengewone 10m- slandigneden in werkelijken dienst worden gercepon en gehouden. Vcorts zijn op den verzorger bij den Rijks postduivendienst van kracht eenige bepalin gen, die cok gelden voor de dienstplichtigen: van eb militie en de landweer. Do adspiranten-verz'crgers, die niet tot de verbintenis werden toegelaten, alsmede du verzorgers, wier verbintenis tus3chentgdg is beëindigd, worden ingedeeld brj een on derdeel van het wapen der infanterie*. Aan adspiranten-verzorgers, die niet tot de verbintenis zijn tcegaleten. maar blijk hebben gegeven aan de vcor den verzorger ge stelde eischen te vc-ldoen wordt een getuig schrift uitgereikt» Bij era tusschentijds ont stane 'vacature kunnen zjj alsnog tot het aan gaan van de verbintenis worden toegelaten. W. PERA, weth., loco-burgemeester, loeiden, 8 October 1919, DRANKWET. Burgemeester on Wethouders van Leiden; Geilet op de artt. 12 en 17 der Drankwet: Brengen tea' algemeen© kennis, da-; door O. IV. Paat9, k.vr. W. F. K. I. Pijpers wonend* to Leiden een verzoekschrift is ingediend, om verlof voor den verkoop van alc'Oihoih ouden den, andoren dan sterken drank, voor gebruik ter plaatse van verkoop, in hot benedenvoor- ickaal van het perceel Bes-buitsteeg No. 9. N. G. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. {Leiden, 8 October 1919. 1 Prof. dr. N. J. Klom. Btncemd is tot buitengewoon hoogleeraar in de iaculteit der letteren en wrjsbegaerta aan de Rijksuniversiteit alhier, cm onder wijs te geven in de archeologie en de oudei geschiedenis van Nederlandsch-Indië dr. N. J. Krcm, oud-cheï van den oudheidkundigen dienst in Nederlandsch-Indië. Dr. 'Krcm werd 5 September 1883 te. 's-Bytcgenbosch geboren, genoot ;;rjn voior* bereidende academische opleiding aan Tiet' cperbaar gymnasium te Nijmegen en werd m 1901 ais student in de klassieke letteren aan ao Leidsche universiteit ingeschreven. Na ign candidaatsexamen trekken ook de Orttersche letteren hem aan, waarvan hij, eerst ender leiding van prof. Kern, en na diens dcod onder die van prof. Speyer, het ïanskriet becefende. In 1907 werd hij be- ncemd als assistent aan 'sR'tjks Museum van Oudheden alhier, meer speciaal voor de af deeling Nederlandsche Oudheden. Hij werd 11 Februari 1908 bevorderd tot .lector in de klassieke letteren. Reeds vó<5r zjjjn promotie was hij aange recht om het voorzitterschap van de Oudheid kundige Commissie in Nei-Indië, dat sinds den dcod van dr. Brandes onvervuld was ge bleken, op zich te nemen. Na zich de twee eerste jaren na zijn pro motie op een meer intense studie der Oos- tersche letteren te hebben toegelegd, en na ion archaeclogischa studiereis in Italië te hebben gemaakt, ging hg in het vcorjaar ran 1910 naar Indië ter vervulling van die Intrekking. Na eenige maanden als voorzit ter dezer oudheidkundige commissie te zijn werkzaam gewerst, vertrek hij, in opdracht van de jNed.-Indische regeering, naar Britsch- Indië èn China, cm zich daar op de hoogte te stellen van de Inde-monumenten en van de organisatie van het oudheidkundig onderzoek in die landen. Zijn verblijf in deze streken damde 8 maanden. Naar aanleiding van zijn onderzoekingen aldaar werd bij de Ned.-fu- dische rege ring het voorstel ingediend, cm ook in Ned.-Indië een vasten oudheidKundi- gen dienst in te stellen. Deze werd in Juni 191b opgericht. Dr. Krom trad als eerste chet hiervan op. In 1915 ging hij met verier naar Neder land. Hier werd hg dcor de Regeering belast met het samenstellen van de archaeologi- sche brschrgving van den Bcroboedoer. Deze beschrijving is kort geleden afgedrukt ei zaï als tekst verschijnen hij een omvangrijk ergeveer 1400 platen van dit monument be vattend werk. Inmiddels schreef hg, cok in opdracht van de Regeering, een werk ever de Hinoe- Javoansche kunstgeschiedenis. Tal van artikelen ever epigraphie en iko- nrgraphie zrja van hem in tijdschriften ver schenen. Verder verscheen van zijn hand de „Kcrte Gids vcor den Borohoedoer." In het begin van dit jaar zagen van zgn hand het licht „Amteekeningen bij de Negarakertagama, uitgave van pref. Kern. Dr, Krcm is correspondeerend lid in Ned.- Indië van de Koninklijke Academie van We tenschappen te Amsterdam (sinds 1912);lid van de Maatschappij der Nederlandsche Let terkunde; van het Historisch Genootschap te Utrecht; van het Provinciaal Utrechtsch Genootschap van Kunsten en Wetenschap pen en was een tijd secretaris van het Ba- taafsch Genootschap van Kunsten eu Weten schappen. Siilkcrsoliaarachte. Hier heorscht thans, evenals trouwens in vele andere plaatsen, een dusdanige suiker- door CHARLES GARVICE. Vrij naar het Engelsok. (Nadruk verboden.) 1) HOOFDSTUK I. ,,Weefc u, wanneer sir Ralph komt, freule Oottio Constance Desbrook schudde het hoofd, zondtor hot af te wenden van het venster, waardoor zij met' een droevig en bezorgd gezicht stond uit te kijken. Zij was in den zwaren rouw, want haar slanke, meisjes achtige gestalte nog slanker en jonger maakte. Haar vader was veertien dagen geleden gestorvenzij keek uit het venster yan het oude kasteel naar heb kleino dorps- kerkhof, achter de reusachtige olmen, waar zij hem begraven hadden. „Neen," zei zo een paar minuten daarna, 4?ik heb het niet gehoord. Ik weet niets y.an hem zooals u weet. Ik heb hem niet ge zien sedert hij te Eton school ging en hier ïru en dan in d'e vacantie kwam." „Ja, dat weet ik wel," zei juffrouw Wa ring, de trouwe juffrouw Waring, een mensch vol toewijding en liefde; eerst was zij de voedster geweest en nu de gezel schapsjuffrouw en de vriendin van bet een zame meisje. „Hij kan ieder oogonblik komen, dunkt snij.'i „Ja zeker," stemde Constance oversohil- üg toe. „Mr. Grayson hoeft hem gesobre- om hem vaders dood aan te kondi- Véh, genmaar mr. Crayson heeft nog niets van hem gehoord." „Zou u niet van het raam vandaan gaan en eon stoel nemen, freule Cottie?" zei juffrouw Waring vleiendi. „U hebt daar al zoo lang staan turen, uw oogen zullen u pijn doener is de laatste dagen zooveel van gevergd." „Ik mankeer niets," zei Constance, „ik sta naar buiten te kijken. Alles bier in de kamer zijn kamer is een herinnering voor mij. U hebt gelijkhet is zwak en bijna slecht- om zoo te peinzen en te treu ren. Ik kan hem toch niet terug krijgen eu er zijn zoo veel dingen, waar ik over denken moet. Weet u, ach ja, natuurlijk weet u het, dat ik 'fc kasteel waarschijn lijk moet verlaten? Mr. Crayson heeft geen andor testament gevonden en alles, ioowel het kasteel, de geheele bezitting en de titel, alles gaat waarschijnlijk over op Ralph." „Maar hij is een neef van u, freule Cot- tie," zei juffrouw Waring opgewonden. „Hij zal toch zoo wreed en zoo inhalig niet zijn alles zelf te nemen en u do wereld in te zonden zonder eenig fortuin Cottio schudde even het hoofd. „Ik weet het niet. Daarenboven als hij mij geld aanbood, om voor mij te zor gen, zou ik het natuurlijk niet aannemen ik zou hem dat niot kunnen toestaan. Waar om zou ik van liefdadighied leven, en clan nog wel de liefdadigheid van een man, van wien mijn vader niet hield?'-' „Er moeb een ander testament zijn, freule Gottie," zei juffrouw Waring ern stig en met verontwaardiging. „Ik kan niet gelooven, dat sir John zijn eenigo doohter, zijn eenig kind in zulk een toe stand zou achterlaten." „Neen, het lijkt ook onmogelijk. De heb er nog niet veel over nagedacht, w&nt, ver geleken bij mijn groot verlies, schijnt al het andere er zoo weinig op aan te komen. Va der heeffc zeker plan gehad het testament to vernietigen, dat hij gemaakt had, toen hij boos op mij was, en hij was altijd nonchalant met zulke dingengewoonlijk met al zijn zaken. Mijn arme vader De tranen sprongen haar in de oogeu, want zij had haar vader lief, ofschoonzij daar geen bijzondere reden voor gehad had aangezien de overleden betreurde sir John nooit om iemand gegeven had dan om zich zelf, zelfs niet om het mooie meisje, dat hem had liefgehad en zijn heftig en nukkig karakter had verdragen, zijn woeste drift buien, zijn onuitroeibare zelfzucht en dab hem nu betreurde alsof hij de beste vader geweest ware die ooit had bestaan. Men moet geen kwaad spreken van hoog geplaatste personen, vooral als zij dood zijnmaar waarlijk, men zou tevergeefs zoeken iets lofwaardigs te zeggen van den baron, die pas zijn aardsche omhulsel had afgelegd en het allen, die hem omringden, lastig maakte, terwijl hij nog leefde. Dit mag ten minsto gezegd wordende laatste persoon, die den historischen titel gedra gen had, was, zoo niot beter, dan toch ook niet slechter dan de lange rij van zijn voor gangers. Het is waar, in zijn jeugd had hij een losbandig leven geleid, hij speelde en was een woeste kerelop middelbaren leeftijd had hij zich gevestigd op zijn landgoed, had zijn onderhoorigen onderdrukt en leefde in twist met zijn vrienden en in zijn laatste levensjaren was hij een sohrik geweest voor allen, die hem omringden; maar deze som bere beschrijving zou op alle Desbrooks toepasselijk zijn, en men mo©t toegeven, schaarscht©, dat velen de bons der nieuw© suikerkaarten niet eens kunnen realiseeren. D« enkele winkels, waar, gisteren nog suiker verkrijgbaar was, verheugden zich in een extra drukke nering, en bij enkele moest zslfs d© politie toezicht houden, dat de: orde niet werd verstoord. De' oorzaak van deze schaarschte ;igt, naar, wij vernemen, hierin, dat de grossiers in suiker, geen genoegen nemende met d© leveringsvoorwaarden en met de winst marge, door den Minister van Landbouw vastgesteld, er. het bijltje bij hebben neer gelegd en geen suiker meer bestelbn. Wel kannen de winkeliers zelfstandig suiker bestellen, doch de kleinste hoeveelheid, welke worjt afgeleverd door den groothandel, is tien balen, en vele winkeliers zijn niet kapi taalkrachtig genoeg, om' het bedrag, dat daarmede is gemoeid, en dat vooraf moet werden gestort, voor te schieten. Inmiddels heeft de Vereeniging van Win keliers suiker voor haar leden besteld, en is ook reeds door het Levensmiddelenbedrgf een aanzienlijke bestelling gedaan, zoodat het suikergebrek spoedig tot het verledene zal behooren. Tot dien trjd raden wrj ieder aan zich zoo goed mogelijk te behelpen en vcorai niet m'eer suiker te koopen dan voor de' onmiddellijke behoefte noodig is. Gisterochtend is het stoffelijk over schot /an den oud-hoogleeraar der Rijks universiteit alhier, dr. P. van Geer, in het familiegraf op de begraafplaats „'Jaffa", ie Deltt, bijgezet. Op verzoek van den over ledene waren er geen bloemen. Onder d© talrijke' aanwezigen waren prof. Ehrenfesfc, van hier, prof. Dekhuyzen, prof. J. J. A. Muller, uit Utrecht, prof. M. de Haas uit Delft. Prof. ,Van den Woude, van hier, die de plaats van den overledene inneemt, sprak namens het Leidsche Universiteitsfond3 en schetste het leven en het werk van den overledene, zoowel ten opzichte van de wis kundige wetenschappen, die hjj gedoceerd heeft als ten opzichte van de verzekerings- wetenschappen, waarmede hij zich tot zijn dood heeft bezig gehouden. Dr. .Vmkesteyn, inspecteur van de gyrc*- nasia, herdacht den overledene in zijn kwa liteit van gecomitfceerde bij de eindexamens der, gymnasia 8n als vriend en wrees op zjjn greote belangstelling voor het gymna siaal onderwijs. Pr. G. van Deventer sprak uit naam' van oud-leerlingen en bracht in herinnering de groot6 helderheid en duidelijkheid van het onderwijs van den overledene. Spr. wees op het feit, dat wele van zijn oud-leerlingen bij net onderwijs werkzaam zijn, bij wie htj groote liefde voor de wiskunde heeft bijgebracht. Een zoon van den overledene dankte voor de belangstelling. Volgens ingekomen berichten bij iiet secretariaat van het Comité uit de samen werkende moderne bond van overheidsper soneel is op het verzoek aan den Raad om' uilkeering van een bedrag van f200 in eens door. de navolgende organisaties ad- haesi? betuigd: het Comité uit de samen werkende Chr. en R.-K. Nationale organi saties van personeel in dienst der gemeente Leiden; de afd. Leiden van den 'Alg. Ned Straatmakersbond; de Ned. Bond van Gem.- Ambt., onderafd. Leiden en Omstreken. Vcor het examen voor apothekersassis tent werden gisteren opgeroepen vier candi- datën. Geslaagd zgn de dames F. J. Egelie en A, J. J. G. M. Fehmers, geb. te Rotterdam; L. Manui, geb. te HeinkensZand, en C. M Hcogendam, geb. te Zutphen. Met ingang van 12 dezer is benoemd fccfc reserve-eerste-Iaitenant de tweede luite nant P. M. Ader en met ingang van 30 dt-Zer do tweede luitenant G. J. Burgers, beden van het 2de reg« veld-artillerie. Benoemd zijn tot vaandrig bij het 4de veg. inf. de sergeanten J. Brumnielkamp en A. Vrolijk. Bij Kon. besluit is aan méj. M. 0. Locher, alhier, vergunning verleend tot hel geven van lager onderwijs, mits zij o veris ge'ns aan de daartoe bij de wet gevorderde' vereischten voldoet. Heden is het vijf en twifitdg iaar gö-t leden, dat onze stadgenoot J van doj? Linden als blikslager bij de firma Tieto< man en Dros werkzaam is. Het batig saldo van da commissi! voer, de versiering van de Nieuwe-Beesten- markt, ten bedrage van f 6, is bestemd vooïj de' Ver. „Schoolkindervoeding". ji Voor de slachtoffers van den brancj fcihier is na de vorige verantwoordiug van f94.05 neg ingekomen van H. B. f 1 en van,' N, N. f2. Wg leven thans weer in den tijd vatï studentenoptochten, welke uit den aard levendigheid op straat brengen, doch oak de' politie nogal wat werk geven. Gisternamiddag' te halfzes hield de stu^ denten-r.oeivereeniging „Njord" een optocht' van het clubgebouw aan den Morsehwegj langs Morschstraat, Prinsessekade, Korf* Rapenburg, Rapenburg, Steenschuur, Bree-i straat naar de sociëteit „Minerva", waafl de avond verder werd doorgebracht. De stoet leverde een aardigen aanblik op. De attributen der Vereeniging werden in den stoet meegevoerd. Een en ander had veel bekijks. Gisteravond te haJftwaaif trok de stuw denten-gymnastiekvereeniging „Arena Sttf- diosorum" in optocht en in vtoolrjke stemn iriing, van „De Graanbeurs" langs dS Burchtsteeg en de Breestraat naar ,,M{- nerva". I Vanmorgen vertrok van hier een wageri^ waarop een draaiorgel geplaatst was en ook eenige studenten hadden plaats genen men, naar Katwijk, waar heden schiet oefeningen van „Pro Patria" zullen worden' gehouden. Vrijdag heeft 'de ontgroening plaats, dia ook met een optocht zal eindigen. Het ig nog niet bepaald, waar deze plechtigheid zaf plaats hebben, daar zoowel de Schouw* barg als de groote Stadszaal dien avond bezet zijn. De: optocht zal, indien er geen nader© schikking wordt getroffen, reeds in dei vooravond geschieden. Dc vergoeding voor Kamerleden. Na'eu? wij vernemen, zal uit den boezem der Tweed© Kamer een voorstel naar voren worden ge bracht, cm de by de wet vastgestelde ver ge eding' van f 3000 per jad?, welke de leden thans ontvangen, te verhoogen met een be drag, dat hen mGet in staat stellen, beter dau( thans heb geval is, zich van hun moeilijke enj tijducovende taak te kwijten, zonder ten; gevolge van de te geringe tegemoetkoming gcnccdsaakt te zijn, ook nog op andere wjjz© in de behceften van zich en hun gezin t© vt ci zien.; Men heeft tot dezen maatregel besloteüj met het cc-g op het feit, dat thans een bedrag an f 3000 niet meer dezelfde waarde ver- tegenweerdigt als op het oogenblik, waaroipj het bij de Grcndwetswgziging wer<L vastge steld. De greote moeilijkheid was echter, eetf góechikten vc-rm te vinden, waaronder mem zender de Grondwetswijziging, welke eersÖ ever eenige jaren haar beslag zal krijgen, deze verheoging' direct zou kunnen verschaft fen. In het spcedig te verwachten voorstel h' fcft men deze mceilgkheid weten te ondeiv vangen dcor den leden zCg. vergoeding vooö „i'dministratiekcsten" te geven. 'Zpn wij gced ingelicht, dan zal men voor stellen, dit bedrag te bepalen cp twee dui dend gulden, waardoor clus de vergoedingv welke de leden in 't vervolg zullen ontvan gen. vijf duizend gulden zal bedragen.- Hét voorstel heeft te meer waarde, omdab' het naar voren is gebracht door 'den heer: dat het kwaad soort was. Over de eigen aardigheden van de familie nadenkende, beefde miss Ootfcie dikwijls voor zichzelf en vroeg zich af of zij ook zoo slecht zou we zen als de restiüaar dan vergat zij haar lieve moeder, wier bloed door haar aderen stroomdede vrouw, die sir John naar het kerkhof had gedreven, toen haar dochter nog slechts een kind was. Het eenigo testament, dat men van sir John gevonden had, was gemaakt in een aanval van drift;' een testament, waarbij bij al, wat bij bezat, naliet aan sir Ralph, den erfgenaam van zijn baronnen titel, en hem aanwees als voogd van Constance. Maar die gedachte hinderdto haar niet zoo heel ergals men jong is en gebogen door smart, is de geldkwestie er een van het minste belang. Daarenboven, zij had in ieder geval de opgewektheid en den moed geërfd, waarvoor de Desbrooks bekend stondenzij was volkomen gezond en had de geestkracht, die de armoede licht maakte te dragen. Dat zij heb oude kasteel, de Hall, zou moeten verlaten, waarvan zij de kolossale boomen, de verweerde steenen liefhad met onuitspekelijke liefde, was zeer waarschijn lijk, ja bijna zeker; maar hoe bezwarend dat vraagstuk ook was, zij voelde dab zij wel ergens naar toe kon gaan, dat er wel een manier zou wezen, om voor het onder houd te zorgen van zichzelve en do trouwe juffrouw Waring, die haar zeker nimmer zou verlaten. Zij lag achterover in een grooten stool en sloot de oogen; juffrouw Waring liep stilletjes naar haar toe en trok een sjaal om haar heen. „Als je maar even slapen kon, freule Oottie," fluisterde zij vriendelijk, maar ter wijl zij dit zei, werd er aan de deur geklopt en do butler, in rouwlivrei zei op onder* danigen toon, sedert de harde, scherpe toon van sir John's stem voor altijd zweeg „Mr. Crayson vraagt of u hem -ou kun nen ontvangen, freule?" Juffrouw Waring keek een weinig ver stoord. „Ja." Mr. Crayson trad binnen. Het was een jong mensch, zeer blond, zóó blond zelfs, dat bij een zekere soort licht zijn haar wié leek en men hem bijna voor een Albino kon aanzienmaar zijn oogen waren niet rood doch heel lichtblauw. Misschien hield hij zelf niet van die lcleur, want de vrij zware oogleden waren bijna altijd neergeslagen. Hij droeg een knevel of baard, want zijn mond was niet kwaad, dat wil zeggen, het was een kleine, welgevormde mond, en be paald een heel aardige mond, als hij hem maar stil hield en niet glimlachte. Als hjj lachte, was de mond lang zoo aardig niet, want d&n liing do onderlip naar beneden en trok hij de bovenlip een beetje op en vertoonde zijn lange oogtanden, wat lang niet mooi was. Waarschijnlijk wist hij dit, want hij glimlachte niet vaak. Lycebt Crayson was de eenige vertegen woordiger van hot notariskantoor, dat ge slachten lang de zaken der Desbrooks be handeld had. Zijn vader grootvader, over grootvader, waren cte rechtsgeleerden ge weest der familie. Zij hadden behoord tot' de kalme, bedaarde orde van plattelands- notarissen. Lycett Orayson behoorde tot een heel anderen stand. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1919 | | pagina 1