No. 18262 LEIDSQH DAGBLAD, Vrijdag 12 September. Tweede Blad Anno 1919. BINNENLAND, TWEEDE KAM. De opening der Kamers. Hel programma voer de opening van de beide Kamers der Staten-Generaal op Dinsdag '16 dez?r, luidt: Des middags te twaalf uur zullen do leden der Staten-Generaal zich begeven naar de Ridderzaal op het Binnenhof, en in vereenig- 'do vergadering te zarnen komen, ender lei ding van den doer H. M. de Koningin be ne, rr. den voorzitter van de Eerste Kamer. De Ministers, hoofden van ministerieele 'departementen, en de leden van den Raad •van State zullen zich. des namiddags to één ■uur, mede in die zaal vereenigen. Ten kwart vóór éénen zullen in het ge bouw aanwezig zijn: de grootmeesters en de diénst-doende dame du paleis, de groot-offi- ciiT^n der Kroon, de kamerheer-ceremonie- mecster en acht kamerheeren, ten einde H. M. de Koningin bij het binnentreden der zaal vooraf te gaan of te volgen. H. M. de Koningin, de zitting der Sta ten-Generaal zullende openen, zal te één uur met den volgenden trein van het paleis af- rrjdcn: a. Een commando cavalerie tot ope ning van den trein; b. een rijknecht-majoor en twee rijknechts te paard; c. de opper-ce- remoniemeester, gezeten in een rijtuig met twev. paarden bespannen, 'gaande een lakei Haast elk portier; d. H. M. de Koningin, vergezeld van Z. K. H. den Prins der Ne derlanden. ge:eten in een staatsiekoets, met acht paarden bespannen, gaande een koet sier naast elk £iard, en vier lakeien naast elk portier; de chef van het militaire huis van H. M. de Koningin, te paard, rijdende' naast de staatsiekoets. e.n weinig achter hot portier ter rechterzijde, en de gouverneur der Kon. Residentie, te paard, rijdende een weinig achter het portier Oer linkerzijde; acrler de staatsiekoets de officieren van het militaire huis van H. M. de Koningin, te paard, rijdende twee aan twee, naar ouder dom van r&ng, de oudsten vóór; e. een com mando cavalerie, tct stuiting van den tretn. De trein zal rijden: door de Heulstraat, 'don het Lange Voorhout (Sche'ppad). over der Korten Vijverberg, naar het Binnen hof. De trein, gekomen zijnde aan het gebouw, waarin de zitting zal geopend worden, zal H. M. de Koningin aan den ingang ont vangen worden, door een commissie uit de" vergadering, die, voorafgegaan dóór den ka merheer-ceremoniemeester, de kamerheer én, de groct-oificieren en den opper-ceremcnie- meester, H. M. zal geleiden naar de zaal, waarin de vergadering' gehouden worn. J)e grootmeesteres en de dienstdoende 'dame du paleis, benevens de chef van het militaire huis van H. M. de Koningin, de gouverneur der Kon. Residentie e.a de ove rige officieren van het militaire huis van H. M. de Koningin volgen onmiddellijk. De grootmeesteres en de dienstdoende dame du paleis, plaatsen zich onmiddellijk Ier zijde achter H. M. De groot-officieren en de gouverneur der Kon. Residentie plaatsen zich achter den lco- p.iLklnkeD zetel. De kamerheeren plaatsen zicjt rechts, de officieren van "het militaire buis van H. M. de Koningin links van den .troon. De zitting geopend hebbende, gaat H. M. net denzelfden trein, waarmede Hoogstde- zelve gekomen is,'en in dezelfde orde, naar heb paleis terug: zullende de trein den vol genden weg nemen, van het Binnenhof, over (k-n. Korten Vijverberg, door het Lange Voor hout (Schelppad), door de Heulstraat, naar het p.leis. Mipuutschoten uit het !geschub zullen het afrijden van H. M. van het paleis op het ocgenblik, waarop Hoogstdezelve het ge- btuw verlaat, aankondigen. Militaire bezoldigingen. Naar men ver neemt, zal voor de officieren ea onder officieren, die door het dezer dagen aan hangig gemaakte wetsontwerp van 1 Juni 1919 af een hoogere bezoldiging zullen ontvangen, de gelegenheid geopend worden om reeds thans een voorschot aan te vragen op hetgeen zij van 1 Juni j.l. af te goed zullen hebben. Visch voor Duitschland. Het „Hoil. Nb." meldt uit Berlijn d.d. 11 September: Nu de onderhandelingen met de Nederland- sche stoomtreilers wegens het gebrek aan steen kolen mislukt zijn, is, naar het Rcicbswirt- scliafsmmisterum meedeelt, de handel in Nc- derlandschc visch onder zekere voorwaarden vrijgegeven. Ieder Duitsck visch handelaar mag thans met Noderlandsche uitvoerfirma's in ver binding- treden en versche visch uit Nederland betrekken. De Nederlandsche uil voor firm'aos zijn echter op grond van vroegere contracten verplicht de rekeningen voor deze visch on do prijzen daarvan door do Rciclisfisehversor- gungs G. m. h. H. bij de vertegenwoordiging van deze Maatschappij te lJmuiden to laten controlceren. Dc betaling geschiedt onder con trole van de Reichsfischversorgnngs G. m. b. H. Slecht brood. „Hot Vaderland" spreekt over slecht brood, bruin- en wittebrood, waarin de long is vastgesteld. Het noemt als hoofd schuldige den Minister van Landbouw. „Niet de hakker", zoo schrijft liet blad, „en dikwijls ook niet de leverancier van «het meel* dragen de schuld. Zoo goed als altijd ontvangt de bakker hot meel in slechten toestand. De le veranciers gaan niet altijd even vrij uit. Daar het hun belang is, zooveel mogelijk mooi uit den korrel to halen, vermalen zij liefst het meel zoo vuil mogelijk. Zorgvuldige reiniging .en op lettende schifting van do korrels boteekenon voor bon minder opbrengst en menigeen ver zaakt zijn plicht, omdat de Regeeringsconlrole voel to slap is. Hetzelfde geldt van de bijpro ducten, die in het meel worden gemengd, als aardappelmeel, enz. Z.E. bleef daarvan niet onkundig. Herhaal delijk hebben' de directeuren van de gemeente lijke laboratoria en distributiekantoren daarop gewezen. Telkens zijn groote partijen meel in beslag genomen en als veevoeder verkocht. Menig meelleverancier is met proces-vorbaal gedreigd, maar de lieeren storen er zich weinig aan, omdat zij de schuld en niet altijd ten onrechte werpen op den staat, waarin zij het koren ontvangen, Op klachten van do keurende lichamen, dat de volksgezondheid door slecht brood, een hoofdvoedsel, dikwijls ernstig wordt bedreigd, antwoordde Z. E. niet óf met een schouder-op halen van: Wat kan ik er aan doen? Het na jaar is nat geweest en het graan is slecht ge oogst. Soms schoot het op den akker al uit. Op grond van deskundige inlichtingen ver klaren wij dit argument voor een drogreden. Het ontbreekt aan strenge controle, vóór het product bij den maalder is. Wanneer zoo'n controle wel bestond, zou het ondeugdelijk en voor de gezondheid gevaarlijk graan niet eens onder den molensteen kunnen komen; dan zou er ook beter voor gezorgd worden, dat het graan goed gereinigd wordt voor het malen. De controle op de mengproducten is mode zeer onvoldoende." Verbod van uitvoer van gedistilleerd. Bij Kon. besluit van 10 dezer is bepaald, dat tij delijk weer van kracht is het verbod van uit voer van alle verdere gedistilleerd. Nederland en Belgic. Het Belgisch minis terie van Buitenlandsche Zaken heeft onzen minister-resident, jlir. Yan Vollen hoven, een antwoord doen toekomen op de protest-nota der Noderlandsche regeering in zake die geheime dienstorder. De tekst van dit antwcoTd luidt vertaald als volgt: Ministerie van 11 Sept. 1919. Buitenlandsche Zaken. Mijnheer de Gezant. In uw schrijven van 19 Augustus, licht gij mij inlichtingen gevraagd betreffende de vertrouwelijke nota, die ik volgens zekere Nederlandsche dagbladen den 3den Juli 11. gericht zou hebben aan hefc Bel gische Algemeen Hoofdkwartier. Den 20sten Augustus heb ik de eer gebad, u openhartige en volledige uitleggingen te geven betreffende den dienstbrief, die be doeld was in uw mededeeling van den vori- gen dag. Ik heb de meening kenbaar gemaakt, dat het bekend worden van den juisten datuin van dezen dienstbrief voldoende zou zijn, om den slechten indruk weg te nemen, dien de kwaadwillige en tendencicuze publica- tio van dit document door het Vlaarasch Persbureau in een verminkten on onvolle- digen vorm bij de Nederlandsche regce.ring gemaakt had. Mijn meening werd door don inhoud van uw schrijven van 19 Aug. ge rechtvaardigd gij decldet er n.l. in mede, dat de Belgische regeering, indien de nota, die do dagbladen gepubliceerd hadden, authentiek bleek, na haar goedkeuring van do beslissing van de Conferentie van 4 Juni, maatregelen op het oog zou hebben gehad, en instructies zou hebben gegeven, die een doel beoogden, dat lijnrecht in strijd was, zoowel met d'en geest als met de letter, van het bedoelde besluit. Yolgens uw nieuwe mededeeling, geda teerd 5 September, zijn Hr. Ms. regcering en het Nederlandsche volk pijnlijk getrof fen, door den inhoud van de dienstorder, afgescheiden van het feit, dat deze nota vóór den 4dcn Juni verzonden was. De op merkingen, welko Hr. Ms. regeering u heeft opgedragen aan mij over te brengen, en do protesten, die gij in opdracht van haar hebt geformuleerd, kunnen niet anders worden uitgelegd dan door een fundamenteel ver schil van inzicht in de situatie. Zr' Ms. regeering liceft, zonder ooit een formeclcn eisch tot teruggave van welk deel ook van het Nederlandsche grondgebied te hebben geuit, niet uit het oog verloren, dat de Opperste Intcrgeallieerde P.aad, toen hij 8 Maart jl. de conclusies van het rapport der commissie voor Belgische aangelegen heden goedkeurde, heeft vastgesteld lo. dat de tractatcn van 1839 zooveel van hun waarde hebben ingeboet, dat bun herziening noodzakelijk is in het belang van den wereldvrede; 2o. dat al hun clausules één geheel vor men 3o. dat vooral de clausule van het brac- taat betreffende grondgebied en rivieren België ernstige schade hebben berokkend. Ten gevolge van deze beslissing was Zr. Ms. regeering gerechtigd, te gelooven, dat de oplossing der vraagstukken, zooals zij daar gesteld waren, o.a. wijzigingen kon inhouden van de verdeeling, in 1839 tot stand gekomen tusschen België en Neder land, ten aanzien van de gebieden, welko in 1815 vereenigd waren ter vorming van liét Koninkrijk der Nederlanden. Indien zij daarna er in heeft t-oegestemd, bij een Internationale commissie een op lossing to zoeken, welke geen overdracht van souvereiniteit in zich sluit, is dit ge schied in do vaste hoop, dat de wijze van 'behandeling, waartoe 4 Juni besloten werd, niet zou beletten, dat België bevredigende cn aannemelijko waarborgen zouden wor den verzekerd ten aanzien van zijn veilig heid en zijn vrije economische ontwikke- ling. In ieder geval was op 20 Mei geen enkele grens gesteld aan do richting, waarin do nieuwe formules moesten worden gezocht, die bestemd zijn om de artikelen van dio verdragen van 1839, waarvan dc herziening noodzakelijk is, te vervangen. Ten onrechte meent dus Hr. Ms. regee ring, dat do overwegingen, die de Belgische regecring bezighouden, en waarvan de dienstbrief van 20 Mei getuigt, onYerccnig- baar waren met. do gevoelens van vriend schap en met de goede verstandhouding, die tusschen beide landen bestaan. De inhoud van dezo nota toont boven dien aan, dat do eerbied voor bet geves tigde gezag het leidende beginsel was van de instructies, die zij inhield. Het betrof dus geenszins een geheimen aanslag op die rechten van Nederland, die in Limburg voortvloeien uit het aan herziening bnder worp en tractaat; het betrof met name een reactie (binnen do geoorloofde grenzen) tegen de resultaten van een Duitsche pro paganda, die met de Belgische belangen in strijd was, en waarvan men ons do ontwik keling had gesignaleerd. Ik acht mij gelukkig, in uw nota te zien, dat de Nederlandtsche regeering de theorie huldigt, dat de betrekkingen tusschen de mogendheden dienen beheerscht te worden door verheven beginselen, waarvan het ont zag voor bet recht en het wederzijdsch ver trouwen de basis vormen. Niet alleen, dab België zich altijd door deze beginselen beeft laten leiden in haar verhouding tot andere Staten, maar het is zelfs zoo ver gegaan, dat het er in 1914 alles voor opofferde om zo in praktijk te brengen. Ik grijp deze gelegenheid aan, mijnheer de gezant, om u op mijn beurt te verzoe ken, aan de Nederlandsche regeering den pijnlijken indruk kenbaar te maken, dien heb op mij maakt, dat zij in antwoord op een vraag van een lid der Staten-Generaal, den brief dien gij den 5en van deze maand aan mij hebt gericht, heeft gepubliceerd, alvorens ik gelegenheid had haar te beant woorden. Ik teeken nadrukkelijk verzet aan tegen deze wijze van handelen, die weinig over eenstemt met do diplomatieke gebruiken en die, daar zij aan de publieke meening slechts één zijde van het vraagstuk toont, haar niet veroorlooft, zich eon helder en onpartijdig oordeel te vormen. Aanvaard, Excellentie, do verzekering van mijn volmaakte hoogachting. GeteekendHYMANS. .Vergadering van gisteren. Wijziging Invaliditeitswet. Voortgegaan wordt met het wetsontwerp tot wijziging der Invaliditeitswet. Het amendement-DUYS (om aan echtge- ncoten tweemaal de rente van één persoon te geven) waarover gisteren de stemmen )staakten, wordt met 46 tegen 18 stemmen verworpen. Artikel IV wordt z. h. st aangenomen. Aan de orde is dan art. XVIII, dat eerst werd aangehouden. Hierbij is aan de orde een amendement-DUYS tot verruiming van den lorm\jn, waarbinnen een weduwe de rente kan aanvragen, indien het oordeel der doktoren over haar invaliditeit niet een parig luidt. De MINISTER VAN ARBEID heeft .be zwaren tegen het araendement. Spr. is be reid bedeelden termijn van twee dagen op een week te brengen. De heer bUYS (S. D. A. P.) acht dit geen verbetering. Zijn bezwaar is, dat de weduwe de aanvrage moet doen, indien da geueesheeren niet eenparig vaa oord el zijn, dat de aanvraagster invalide is. Men zal de weduwe bovendien hiervan moeten kennis geven. Na nog een'ge gedaohtenwisseling trekt de heer DUYS zijn amendement in Het gewijzigde Regeeringsartikel wordt z. h. st aangenomen. De eindstemming over het wetsontwerp zal op een nader te bepalen dag plaats hebben. Vrijwillige Qudcrdomsverzekering. Aan de orde is hierna het wetsontwerp betreffende die vrijwillige ouctardorasver- zeköring. Bij art. 10 licht dc heer NI E MEIJER (V. L.) oen amendement toe, om hen, die na de in-weiking treding der wet finan cieel achteruit gaan. alsnog in staat te stollen van de vrijwillige verzekering ge bruik to maken Spr. merkte voorts op, dat dc amende menten, door hem en den heer Drcssclhuys ingediend, een opbouwende strekking heb ben en geen financiocle offers vragen. De heer TEENSTRA (V. D.) verdedigt een amendement, oiu mogelijk te maken, dat kinderen op jeugdigen leeftijd worden verzekerd, waardoor de premie lager wordt en om ook aan hen. die meer dan f 2900 inkomen genieten, dc gelegenheid te ge ven zich te verzekeren. De populariteit der wet zal daardoor bevorderd worden. Een tweede amendement van spr. houdt in to bepalen, dat, wanneer de gehuwde vrouw in gemeenschap getrouwd is, ook haar man gebonden is door de haar ge sloten verzekering De heer KOOLEN (11.-K verdedigt een amendement, om te bepalen, dat alleen de Nederlanders die in Nederland wonen zich kunnen verzekeren en niet zij, die in het buitenland hun woonplaats hebben. De heer DRESSELHUYS (V.L.) wijst er op, dat het eerste lid van art. 10 een publiekrechtelijke regeling inhoudt; dat is ook de aard van de geheelé wet Door het tweede lid konit de regeling echter op losse schroeven. Èr is nu wel nadrukkelijk bepaald, dat de vrouw «dc verzekering mag sluiten; doch mag zij ook - de «rente- ontvangen? Dat is niet geregeld. Nog tak van andere vragen kannen ter epcako ge-, bracht worden. Do lieer VAN DE LAAR (Chr. Soc. P.) acht het gewenscht de betrokkenen ambts halve in te. schrijven en vraagt of dé Minis- er hiervoor iets voelt. De MINISTER moont, dal het. denk beeld niet past in het stelsel van vrijwilli ge verzekering. Bovendien zouden er vele ambtenaren voor nooclig zijn Tegen de bedoeling van liet amendement NIEMEIJÉg heeft spr. geen bezwaar. Practisek zal het van weinig boteckenis zijn om de moeilijkheden door de betrokkenen de hoogere premies te betalen. Spreker laat de beslissiug aan de Kamer. Wat het eerste ameudement-TEENSTRA betreft, spr. heeft er geen Dezwaar tegen de leeftijdsgrens van 10' jaar, vaar beneden men geen verzekering-zon kunnen sluiten, t© laten vervallen. Spr wijzigt in dien zin het artikel. Echter heef spr, bezwaar om de inkomengrens van f 2009 te laten ver vallen. Aldus zou bet karakter der ouder- domsverzekering veranderen en kreeg men ©en Rijkslevens/ïjrzcdioringbank. Naar aanleiding van het tweede amen dement-! EENSTRA en het tweede lid /an het Regeeringsartikel zegt spr., dat het ontwerp een publiekrechtelijk karakter, draagt. Hij acht het niet gewenscht het tweede lid te schrappen, alleen reeds niet, omdat raeii eenzelfde bepaling in de Invali diteitswet vindt De toevoeging van den heer. Teenstra is overbodig en gevaarlijk. Het amerfdement-Koolen neemt spr. over door in het ontwerp van „Rijksingezetenen" te spreken. Hij verklaart ook tegen andere amendementen van dien afgevaardigde geen bezwaar te hebben. Bij de repliek trekt de heer TEENSTRA het tweede gedeelte van zrjn eerste amen dement in. De MINISTER neemt het amendement- Niemerjer over. Spr. zegt voorts toe ver- hooging van de inkomengrens te over wegen, in verband met verhooging der grens in de Invaliditeitswet. Het gewijzigde artikel wordt z. h. st. aangenomen. Bij art. 19 licht de heer VAN DE LAAR (Chr. Soc. P.) een amendement toe om ontheffing van premiebetaling le geven voor hen, die niet in de Ryksinkomstenbelasting zijn aangeslagen. De MINISTER zegt, dat het amendement in beginsel zuiver een stuk Staatspensioen is. Daarom is het voor spr. onaannemelijk. Het amendement-V AN DE LAAR wordt jret 48 tegen 18 stemmen verworpen. Het artikel wordt z. h. st. aangenomen. Bij art. 20 verdedigt de heer NIEMEIJER (V -L.) een amendement, om iemand, die onmachtig wordt premie te betalen, niet de uitkeering bij overlijden te onthouden, doch deze naar evenredigheid te vermin deren. De MINISTER betoogt, dat van onrecht brj de regeling van het artikel geen sprake is. Erj staking der premiebetaling komen de gestorte premiën alleen ten goede aan bet pensioen op 65-jarigen leeftijd- Spr. laat echter de beslissing aan de Kamer. De heer LELY (U.-L.) vraagt nadere in lichtingen over de renteberekening, spe ciaal vcor hen. die onder de overgangsbe palingen vallen. Dc heer RUTGERS (A.-R.) maakt naar aanleiding daarvan eenige opmerkingen; daarna ook de heer VAN RIJCKEYOR- SEL (R.-K.). De heer NIEMEIJER (V.-L.) wijst er nog op, dat uit de wet niets blijkt van hi-tgeen de Minister nu doen wil; n.l. een bijdrage, voor uitkeering brj overlijden gestort, te bestemmen voor ouderdomsver ze kering. De heer NOLENS (R.-K.) meent, dat de "zaak in deD algemeenen maatregel van be stuur kan worden uitgewerkt. De MINISTER sluit zich voor de beant woording van den heer Lely aan bij den lieer Van Rijckevorsel. Berekend zal wor den de rente volgens de betaalde premies plus den dienovereenkomstigen toeslag van den Staat. Ifet amendement-NIEMEI-JER wordt met 38 tegen 26 stemmen verworpen. Het .artikel wordt z. k. st. aangenomen. Bij art. 23 licht de heer KOOLEN (R.-K.) een amendement toe, om het aantal be slissingen van het bestuur der Rijksverze keringsbank, dat onder rechtelijke controle staat, uit te breiden. De MINISTER neemt het amendement over. De heer KOOLEN maakt daarna nog een opmerking over het artikel. Het artikel wordt z. h. st. -aangenomen. Aan de orde komt hierna art. 26. De heer LELY (U.-L.) verdedigt een amendement tot betere regeling van de overgangsbepaling. Hij, d:e bij h?t in-wer- king-treden der wet 55 jaar is of ouder, zal, wanneer hij den 65-jarigen leeftijd bereikt heeft of overschreden, behoudens in enkele uitzonderingsgevallen, fo rente ontvangen. Het Regeeringsartikel stelt hiervoor niet den leeftijd van 55, maar van 65 jaar. In het stelsel van den Minister, aldus betoogt spr., krijgt iemand, die slechts één dag jonger is dan 65 jaar, -absoluut niets, terwijl anderen, ra.n. ook zij, die tusschen 55 en 65 jaar zijn, alleen dan eenige rente, wanneer zij zich tegen een hooge premie ver- ia kf-ru hebben. Dat is een ongewenschte toestand. Nader zet spr. uiteen, dat de financeele gevolgen van het amendement voor den Staat onbeduidend zullen zijn. Wanneer Tie leeftijd van '55 jaar op 60 werd gebracht, zou liet voor den Staat zelfs financieel voor deliger zijn om de. betrokkenen een koste- loo rente te geven, dan ze op te nemen in de verzekering. De heer SANNES (S. D. A. P.) licht een amei dement toe, om het recht op een rente van f3 toe te kennen aan hen, die bij het in werking-treden van deze wet 50 jaar is of weidt De heer SNOECK HENKEMANS (C.-H.) zegt, dat de amendementen, naar de heer Sannos erkende, neerkomen op het Staatspen sioen. Bovend en brengen zij nog een uitkee ring van f 109 bij overlijden. Logisch vloeit er uit voort, dat de - betrokkenen een gratis invaliditeitsrente ontvangen, en 'dan verwacht spr. ook een beweging, cm voor deze geval len ook de werkgevers van premiebetaling vrij te stellen. Dat zou fnuikend zijn vcor de gcieele sociale verzekering. De MINISTER bestrijdt eveneens de amen- inenten. Zij zijn niet zoo onschuldig, a/s me ze wil doen voorstellen. Het ééne argu ment, waardoor spr. er onmogelijk mede kan meegaan, is, dat bij'aanueming morgen alle bladen zouden schryven, dat dit nu het Staats p^iif ioen is. De kosten van het amendement- Iely zouden zijn 2 millioen en die van het aihen'defnent-Sannes 4 millioen per jaar. De heer LELY betreurt het, dat de Mi- nip bef tyi .zijij bestrijding het zakelijke van sorekers amendement onbesproken liet. Spr. trèkt zijn amendement in, nu de Minister dit onaannemelijk heeft verklaard. o heer. SANNES handhaaft ziin amende» ment. Het amendement-SANNES wordt met 50 tcpen 16 stemmen verworpen. Het artikel wordt z, k, st. aangenomen. bij art. 24 licht de heer NIEMEIJER (V. L.) een amendement toe, om de welstands- grens voor hen, die tusschen 35 en 65 jaar zich verzekeren kunnen, niet' op f2000, maai? op f 1200 te brengen. De MINISTER verwijst naar 'de Invalidi-i teitswet. Er is geen voldoende reden erti Tu.r een andere grens te stellen. Spr. wijzigt het artikel in dien zin, dat dö •bedoelde personen de eerst© vier jaar na hefc' in-werking-treden der wet gelegenheid heb ben ïich te verzekeren. Dc heer NIEMEIJER (V. L.) trekt zrjn' amendement in. Het artikel wordt z. h. st. aangenomen. By art. 25 verdedigt de heer SANNES. (S, D. A. P.) een amendement, om te bepa len, dat personen beneden 35 en 65 jaar, die/ zich verzekeren, slecfits één derde gedeelte betalen van de premie, die voor personen van 34 jaar is vastgesteld. Verder stelt spr. voer te bepalen, dat .de betrokken personen recht hebben op nit-c keering van de volle flOO b'j overlijden. Do MINISTER betoogt, dat- de amende menten in dezo regeling niet'passen. D© kosten zouden 8 millioen per jaar bedra gen. Tiet amendement-S ANN ES wordt met 43' tegen 15 stemmen verworpen Het artikel wordt z 'h st. aangenomen,: Tn behandeling komt'dan art. 4, «dat z, h. st. wordt aangenomen. Bij art. 39 licht «le heer NIEMEIJER (V. L.) een amendement tee, om te voor komen, dat iemand, als zijn finaneieelo om standigheden veel beter zijn geworden, op 's Rijks kosten eer. rente ::ou blijven trek ken De MINISTER acht het amendement niet ncodig voor ^en dergelijk zeldzaam voorkomend geval. De heer NIEMEIJER (V. I..) vrekt zijn amendement in. Het artikel wordt z li st. aangenomen. Bij art. 32 licht de heer SANNES (S. D. A P.) een anion-lome it toe, cm aan d© uitbetaling der rente voor hen die reeds G5 jaar of ouder zijn terugwerkende kracht te geven tot Januari 1919. Dé MINISTER bestrijdt het amende ment, dat 33 millioen zcu kosten op de begroot-ing van dit jaar. De heer MARCH AN T ;Y. D.) bespreekt con redactiewijziging, door den Minster in. het artikel nog aangebracht De MINISTER wijzigt dan nog nader het artike:. waardoor de termijn voor het aangaan dor verzekering openstaande van twee maanden op twee jaar gesteld wordt. Do heer NOLENS (R.-K.) vraagt het artikel aan te houden aldus wordt beslo ten. Bij de considerans licht cle lieer DRES SELHUYS (V. L.) een amendement toe, om daarin naast de vrijwillige vorz'éke- ring te vermelden de kostelooze ouderdoms rente van art-. 28. Deze laatste mag niet verzwegen worden, om l.et belang er van. Dq heer NOLENS (R K.) heeft bezwa ren tegen het amendement. B-eter -ia liet den considerans te laten zooals hij is. Ook in de Invaliditeitswet komt oen dergehjko aanwijzing in de considerans niet voor. Mm kan bedoelde ouderdomsrente ook niet gelijk stellen met een rent© van het z. g. Staatspensioen dat zou ook nog moe- ton uitkomen in de considerans. De MINISTER teroept zich evere:nis op den t oaddornas der In.a'iditc.tswet, die van dit ontwerp is daaraan paral!«d. Het amendement is ook nut overeenkom stig de waarheid, omdat do gcheele opztt en uitwer/vjng der wet de vrijwillige ouder diimsverzekering is. liet koste!oozé pensioen is een ondereen l der regeling. Spr. zou aanneming van 't amendement ten zeerste betreuren De VOORZITTER houdt do stemming over hot amendement tob Vrijdag aan. De vergadering \vor«it verdaagd tot Vrij dag te één uren. Schriftelijk beantwoorde vragen. Vragen van den heer Helsdingen betref- fendo het houden van een bespreking met de besturen dor voornaamste ambtenaar-»- organisaties, heeft do Minister van Binnen landscke Zaken, tijdelijk voorzitter van den Raad van Ministers, geantwoord: De wensclien der ambtenaarsorganisaties zijn ter kennis van de Regeering gekomen Besprekingen met afgevaardigden van dn organisaties hebben meer dan eens plaats gehad en de Regeering heeft aan do wen sclien der organisaties haar volle aandacht geschonken. Bovendien zijn er in do salci- riscommisvie -erscbillendc leden, dio be stuursleden zijn der organisaties. Er zul len eerlang voorstellen de Staten-Generaal bereiken. In dit stadium dor zaak is er geen aanleiding tot e-m. nadere h°spreking met de organisaties. SCHEEPSTIJDINGEN. KON. NED. STOOMB. MIJ IRTS, 8 Sept. van Amsterdam tc Hamburg. MARS, pass. 7. Sept. Bevozier. NEPTUNUS pass. 7 Sopt. Oucssant. OBERON 6 Sept. van Savona to Malta, TELLUS 6 Sopt. van Piraeus te Malta. STV. MIJ. NEDERLAND. GR0TIUS 7 Sept. van Amsterdam to Balavifiv JAVA pass. 7 Aug. Fernando Noronha. H0LL-AMERIKA LIJN. 'ANDIJK, pass. 10 Sept. Dover. ZUIDERDIJK 6 Sopt. van Baltimore naaff Rotterdam. ROTTERD. LLOYD- DELI, thuisr., 9 Sept van Port Said. DJEBRES, thuisr., 9 Sept. van Port Said. MED.AN, ujlr., 9 Sept. van Port SaM. TAMBORA, thuisr, 8 Sopt. van Pa Jang. FAILLISSEMENTEN. Chr. Woriea, winkelier. Grc-ning^n. S. van Goldur, worstf&brikant, Gronlng^a.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1919 | | pagina 5