SPORT.
BUITENLAND,
VOETBAL
l>e Competitie-indeeliiijf.
Is de indeeling der. competities steeds
een belangrijke kwestie' geweest, dit jaar
meer dan ooit vraagt zij de aandacht, door,
het geharrewar tusschen de IA vereeni-
gingen en den N. V*. LL Ieder, kent net
geschilpunt: de N. V. B. wil vermenging,
van West 1 A en 1 B en de A clubs wen-
schen daaraan niet mee te doen. In „de
Spert" geeft Wouterlcod v. Doesburg de
1 A'ers in overweging, zich op de alge
meens vergadering te beroepen. Wij geloo-
ven zeker, dat dit voor IA een succes
zou zijn, want het overgroote deel van voet
ballend Nederland wil zeker geen afschei
ding van 1A. Intusschen hokt de compe-
titie-indeeling in het Westen danig, is nog
niet i-ekend in welke afdeeling de Leid sens
ciuls spelen.
Wi) zijn dit seizoen in net gelukkige
bezit 'van zeker, één. misschien twee, zelfs
drio derde klassers. L. F. O. speeit natuur
lijk in de 3de klas van den N. V. B., ten
zij ja, tenzij L. F. O. geen terrein
kali vinden, want, naar wjj vernemen, zijn
de geel-zwarten terreinloos. A. S. C. is ge
doemd ook dit jaar, in de onderste lagen
van den N. V. B. te spelen. In het belang
van het Leidsche Voetbal zou het geweest
zijn, indien het bondsbestuur A. S. O. twee
deklasser had gelaten. De financieele zijde
van het voetbaivraagsiuk neemt echter te
veel de aandacht der heeren bondsbestuur-
deren in beslag. Intusschen is het nog lang
niet zeker, dat het eerste elftal van A, S. G.
dit seizoen zal spelen. Hier meer dan elders
is te constateeren de achternitgang van de
voetbalsport onder de meergegoeden. De
derde Leidsche derde klasser zon misschien
het heropgerichte L. V. V. zijn, ten minstei
indien zulks strookt, met de meeuir.g der,
alwijze tondsbestuurderen.
De L. V. B.-compeiities zijn nog niet in
gedeeld, de deelname is echter zeer groot.
Ingeschreven werd door D. L. V. I en II,
D. S. V. I en II, U. V. S. I. II en III
(het laatste elftal voorwaardelijk). Lugdn-
nuri I, II en III tl. e. voorw.), L F. v.
IT en HI (1. e. voorw.), A. S. O. II (voorw.),
Teylingen I en II, L. _V. V. II (voorw.),
Beresievn I, II en ID, Kweekschool I;
aldus 20 elftallen tegen 11 in het vorigs
seizoen.
Do wedstrijden van Zondag
31 Auguetus schrijven wij Zondag en
wij maken een begin aan het voetbalseizoen.
Wri zijn nog niet op adem1 gekomen van het
oude siezoen en reeds weer vraagt het sei
zoen 19191920 de aandacht. Zocals elk
jaar openen wij met de Zilveren Bal-wed
strijden op het Sparta-Ierrein in Spangen.
Hei programma is te uitgebreid, om ons aan
een bespreking te wagen, to meer nog
daar er al heel weinig van de verschillende
elftallen valt te zeggen.
Het bestuur van den Leidschen Voetbal-
Bond heeft juist gezien, de animo een beetje
vroeg gaande te maken.
Dommelde het Leidsche voetbal andere
jaren nog een beetje, tot eind Septembsr,
reeds voor Zondag heeft de L. V. B. nu de
Leidsche elftallen opgeroepen voor serie
wedstrijden, en de animo is er. Laten wij
hopen, dat het weer Zondag wil meewerken,
en dat wij een massa' toeschouwers op het
D. L. V.-terréin zullen zien. Om halféén be
ginnen wjj met een waarschijnlijk zeer span
nende ontmoeting tusschen D. S. V., de H.
B. S.-Ciub en Lugdunum. Wie of de ster
kere zal blijken, kunnen wij moeilijk zeggen;
wij zagen geen van beide elftallen dit jaar,
nog spelen. U. V. S.Teylingen zal de
prestaties van het vorige seizoen in aan
merking nemende, voor II. V. S. -zijn. Als
derde wedstrijd staat A. S. C.L. V. V.
op het program. Zijn voorspellingen altijd
n.iu of meer gewaagd, een voorspelling roer
dezen wedstrijd is onmogelijk. Immers èn
van A. S. O. èn van L. V. V. zijn de elf
tallen ons geheel onbekend. Tot slot L. F.
C.D. L. V., waarbij de N. V. B.-clnb wel
als overwinnaar uit den strj'd zal komen.
Programma voor de seriewedstrrjdsu
v. d. L. V. B.
12 30 uur: D. 8. V.Lugdunum,
1.30 uur: U. V. 3.Teylingen.
2.30 uur: A. S. O.D. L. V.
3.30 uur: h. F. C.—D. U V.
KORFBAL.
Wedstiijdprogramma voor Zendag.
Dordrecht. Seriewedstrijden om den
•ZJ.N.G.-kcrf. le Kende: O. S. C. E. II—
Rozenburg; Dectos HT, O. V.; Dectos I
Vit-sse (H.); Velos—A. L. O.; Fjuks0.
C. R.; H. S. V.—Spartaan.
Winnaars le ronde komen tegen elkaar in
'do 2de Ronde, terwijl de winnaars (tec 2e
Rende een halve competitie spelen.-
Amsterdam. Seriewedstrijden om den
Zilveren D. V. V.-vaas. Voorronde: D. T.
V.D. E. V.; Vitesse (L.)—D. E. D.; eind
strijd tusschen de winnaars der voorronde.
Overzicht.
Hoewel de zomersporten nog niet hebben
aigeda'an. wordt het bruine monster alweer
aan t rollen gebracht. Zoowel korfbal als
voetbal zullen de verjaardag onzer Koningin
\r, ren met wedstrijden.: Het korfbalseizoen
begint met een viertal seriewedstrrjden. Be
halve de hier boven genoemden geven E.K.
'C.A. en Voorwaarts nog hun medaille-wed-
strrj 1. n, maar waarover we niet zullen uitwij-
d O, da3r ze voor. de Leidenaars toch vau
geen b.elang zijn.
Fluks moet, als houdster van den korf,
dezen te Dordrecht verdedigen. Verleden
jaar verregenden deze wedstrijden, zoodat
Fluks' kans, de korf voor goed in haar bezit
te krijgen, verspeeld werd. Of ze nu den korf
wser mee terugneemt, valt te betwijfelen,
want het twaalftal van verleden jaar heeft
zij niet meer. De ploeg die toch al zoo ver
zwakt is, moet dcor vaeantieomstandigheden,
nog met 2 invallers(ster) uitkomen, waardoor
we helaas genoodzaakt zjjn haar geen succes
te kunnen voorspellen.
Tegen O.S.C.B. zou nog gewonnen kannen
woiden. maar in de tweede rende, zal zij het
tegen H, S. Vv dat naar ons ter oore is
gekomen zeer versterkt is, moeten aflegger,
Fluksers' laat de nederlaag zoo- eervol mo
gelijk worden.
Van het andere Leidsche team kunnen
we meer verwachten. Om echter de lange
DJE.D.ers te verslaan, is geen kleinigheid.
Wij zullen hopen, dat haar trouwe oefeningen
een succes teweeg zullen brengen. Zij maakt
dan zeker.een kans den zilveren vaas weer
mee naar huis te nemen. Deze wedstrijden
zijn hoofdzakelijk voor de No?. 1 en 2 dei-
eerste klasse. Daar echter Vitesse (L.) houd
ster was, moest O.S.C.R. afvallen, terwijl
Fluks, dat ook uitgenoodigd was, niet mee
kan doen om bovenvermelde reden, In haar
ïlaats is nu D, E. D. uitgenoodigd. Daar wjjj
de sterkte der Amsterdammers nog niet ken
nen, kunnen we niet gissen, wie van de
eerste twee schoolclubs in den eindstrijd
komen.
De A. N. W -E.
Aan het jaarverslag, van de A. N. W.-B.
hedenmiddag in de alg. vergadering uitge
bracht. ontieenen we het volgende:
In het tijdvak van 1 November 1918 tot
1 Augustus 1919 traden 5657 nieuwe leden
toe zoodat het ledental thans ruim 47.200
heer aagt, waarvan 1223 voor het loven.
In het afgeloopen jaar werden 340 weg
wijzers vernieuwd en 50 bijgeplaatst. Tha.ns
zijn er in 't geheel ruim 2800, In ile jacht-
naren van Aalsmeer werd voor Ï1000 aan
deel genomen.
Uitgegeven werd een gewijzigde herdruk
van „De regels van den weg." Hiervan ziijn
reeds 45.000- exemplaren verspreid.
Eindelijk nog kwam in hc-t najaar 1918
Net, 57 der reeks kaarten op 't gebied van
watertoerisme gereed, n.l. een op schaal
1:50000 uitgevoerde kaart van de 'Zuid-Hol-
ibj-dsche meren en de Loosdreclitsohe plas
sen met omstreken.
De ontvangsten uit contributie bedroegen
voer 1919 £180.000, aanmerkelijk meel,
dan geraamd was,
De biologie van dén oorlog.
Prof. Nieolai, de Duitsche geleerde', die
zijn meaning als heftig tegenstander van den
oorlog niet onder stoelen of banken wenschte
ie steken en daarom1 door het „oude regiem''
in Duitschland op alle mogelijke manieren
tegengewerkt, gesard en 'vernederd w^rd,
ten slotte de grond in Duitschland zoo warnï
ender de voeten werd gemaakt, dat hij per
vliegmachine uit Berlijn naar Denemarken
vluchtte heeft b^j Orell Füssli te Züricn
een „Biologie des Krieges" in het licht ge
geven, waarin hij "den oorlog vaai natuur
wetenschappelijk standpunt beschouwt. De
oorlog is een factor in de ontwikkeling,
der menschheid, die" moet verdwijnen, even
als een eind is gemaakt aan kannibalisme
en slavernij. De tijd is gekomen, dat Europa!
als een eenheid moet optreden, ten eind'?
zijn grond, zijn bewoners en zijn cultuur, te
beschermen.
Dc zucht om' oorlog te voeren zit het volk
in 't bloed als een latent instinct: wamneer,
zijn tijd is aangebroken komt het voor den
dag. Juist de- universaliteit van het oorlogs-
enthousiasme bewijst, dat het een instinct is,
den mensch aangeboden en steeds bereid
om te voorschijn te treden. Doch een instinct
heeft slechts nut zoolang er, geen verande-i
ring komt in het milieu. En de menschen
hebben den plicht hun gewoonten bij dei
veranderde levensvoorwaarden aan le passan
en die instincten uit te roeien, die niet mesr
bij de nieuwe toestanden behooren. Kan een
dierenra? zich niet aanpassen, kan het dus
zijn instincten niet bedwingen, dan gaat fiet
ba gronde.
De vraag ligt voor, de hand of nu ook
de mensch, omdat hij zich niet wilde ver
anderen, te gronde moet gaan.
Elke oorlog heeft, in zoover hij een prac-
tisch gevolg kan hebben en niet geheel en
al overbodig is. noodzakelijk de slavernij
voör een deel der menschheid tot gevolg
gehad. Zoo was de oorlog ook slechts zóó
lang gerechtigd als men zich bevoegd achtte
cm van den overwonnene in den een of
anderen vorm1 slavendiensten te: eischen en
derhalve is de oorlog slechts doelmatig zoo
lang men in staat is deze slavendiensten af
te dwingen.
Het is absoluut onjuist en een gelief
koosde logische drogreden om strijd syno
niem te verklaren met oorlog. De strgd om
het bestaan mag geen strijd tegen het be
staan zijn, zooals de oorlog is. De mensch
strjjdt voor voedsel, voor betere levensvoor
waarden en omi zich wat levensgenot te
verschaffen. Evenals Faust wil de mensch
steeds Neuland" verwerven. Doch het is
in de eerste plaats een geestelijk, een eultu-
ieCx Neuland, waarnaar hij streeft.; Waar
Neuland veroverd wordt, is de strijd zinvol,
ltvenver wekkend en goed, waar, echter slechts
het) doel, is orn anderen iets te ontnemen
is hij leven-dood end, zinneloos en slecht. De
mensrhheid heeft thans tot taak den sche]>-
penden strijd in de plaats te stellen van
den ve rn i etigin gsst r ij d*
Dc lofredenaars van den oorlog hebben
dezen steeds beschouwd als de zeef,
die de flinken van de zwakkelingen scheidt»
Deze opvatting had ongetwijfeld reden van
bestaan in den tijd, toen de oorlog uit een
aantal tweegevechten bestond en de over
winnaar zijn overwinning enkel en alleen
dankte aan zijn persoonlijke dap'psrheid en
Üinkheid. Doch thans is de schifting nega-,
tief geworden en maken de regelen van den
modernen oorlog elk biologisch nut van den
krijg onmogelijk* Terwijl de jonge, dappere
en sterke mannen op het slagveld vernie
tigd worden, kan de zwakkeling, dö minder
waardige thuis blijven.;
Men kan aannemen, dat van de gezonde
helft der bevolking op zijn minst 25 pCt»
valt of voor het leven verminkt blijft. Daar
de laatsten van nu af tot de minderwaardigen
moeten worden gerekend, wordt het over-
wicht Yan dezen weer vergroot.; Misschien
nog erger is, dat de thuisgebleven zwakke
of minderwaardige liellt der bevolking door
den oorlog bijzonder groote en blijvende
\ocidoelen krijgt- Da niet-dieustplichtige ad
vocaat, arts of koopman behoeft niet a priori
minderwaardig te zijn. Doch ook wanneer hij
het wel is, komen de cliënten der sterken
en Hinken, die in het leger dienen, vanzelf
brj hem, Na den oorlog moet in het onder
houd van de oorlogsweezen en -weduwen
van de verminkten worden voorzien* Ook!
deze last wordt op de schouders van den
gezonden arbeider der toekomst gelegd. Maar
er zijn nog belangrijker factoren bij de ne^
gafcieve schifting: ook onder de soldaten
houdt de dood niet klakkeloos huis* In den
O' ikg worden natuurlijk de dappere en fliu-
ke menschen voor de moeilijkste en dus"
gevaarlijkste opdrachten aangewezen en daar
om ook in groobere mate gedecimeerd. Kort
om. wanneer de oorlog langt genoeg duurde,
zou hij geheel automatisch bewerken, dat
heb oorlogvoerende volk ten slotte alleen
uit minderwaardige elementen bestond. En
dan nog iets. Het thuisblijvende, zwakke
en ziekelijke deel der mannelijke bevolking
brengt de komende generatie voort en wel
bij elk volk, welks troepen in het vijande
lijke land staan, dat dus voorbestemd schijnt
to zijn om als overwinnaar uit den strijd te
treden, bijna zonder uitzondering, terwijl bij
het andere volk, in welks land de vijand
staair, althans een niet onaanzienlijk percen
tage der nieuwgeborenen door het flinke
en krachtige veld-ras verwekt wordt.-
De oorlog is derhalve geen versterkings
middel, doch een verzwakkingsmiddeL
Afgezien van deze zuiver physieke ver
zwakking der oorlogvoerende volken, heeft
de ocrlog ook een gbcoten moreelen in-
vici-d, dien men als ongunstig moet boeken*
Hg geeft aanleiding tot hoon en laster,
werkt haat en leugen in de hand* Hij ver
zwakt het verantwoordelijkheidsgevoel, hiji
versterkt alle elementen in den mensch,
die den voortgang der beschaving tegen
houden. En toppunt van alles, de oorlog veiv
andtrfc niets aan de iuniverseele wet van
riet recht* Innerlijke" volkskracht en onaan
tastbaar recht hebben altijd, alle wapen-
successen ten spijt, deu palm der overwin
ning weggedragen. Een dier, universeels wet
ten van het recht is. dat geen enkel land op
den duur grooter kan zgu dan zijn volk is*
En een andere; de krachtige en Hinke heeft
geen zwaard noodig', alleen do zwakke en
domme* Alle lnchtkasteelen van. wereldrij
ken zijn in elkaar gestort eenvoudig omdat
zij In elkaar moesten storten. Geen individu
of staat kan boven de maat van het moge
lijke uitgroeien. Nieolai beschouwt den oor-
loc als den vijand van het recht, van den
arbeid, van den vooruitgang en zc-en uitvos-
nc toont hij aan. dat de oorlog 0*3! elk ge-
bif a slechts kwaad sticht en dat al hc-t goede,
dat men aan hem prijst, slechts een logi
sche dwaling is.
D o is in korte trekken de inhoud van
ïTiC-olai's werk, volgens de „N* R. Ct." dat'
op wetenschappelijke wijze oorlog tracht te
voeren tegen den oorlog*
Gebruiken u»t donker Aziö,
Een buitengewoon correspondent van de
„Times" heeft ccn reis gemaakt door een
groot gedeelte van Centraal-Azic, en doet
daarvan een verhaal, wai.-uiui heb \oI-
gende is ontleend:
,,Ik had. een feilen, kleinen duivel bij mij,
een man van omstreeks 45 jaar, van wien ik
een der dialecten der streek wilde lceren.
Zijn onderwijs had niet plaats volgens te
kende methode der paedadogic, maar het
bestond en dus wel zoo belangwekkend
uit een aaneengeschakeld verhaal van
zijn eigen leven.
Hij had een broeder gehad, die hüm een
kleine nalatenschap met spitsvondige toe
passing der landswetten afhandig had weten
te maken. Eu zoo plaatste bij op een nacht
vTouw en kind op hun eonigen kameel, na.
het dier met dadels en een waterzak te
hebber, beladen, en verborg zich in een
null ah, niet ver van hun kamp. Daarop
kroop hij naar zijns broeders tent, vond
hem slapende, en sloeg hem met- een Memo
bijl en zijn kort zwaard het hcofd af. IJij
beschreef mij, tot in de kleinste bijzonder
heden, het geheel© voorval, boe bij in do
duisternis voortkroop op banden en voeten
hoe stil het in het kamp was, en hoe liet
bloed over zijn handen stroomde
Toen de daad begaan was, ijlde hij weg,
maakte den kameel los en vluchtte. Dag en
nacht voortrijdend, stak hij do Sulaman
Bergen over, totdat hij veilig Sind bereikt
had.
Daarop deed hij mij hot verhaal van oen
gebeurtenis, die na een huwelijksnacht
plaats vond. Twee broeders hadden naar de
hand van een meisje gedongen en de teleur
gestelde minnaar vermoordde zijn rivaal
des nachts. Daarop werd hij voor den JRaad
der Ouden en heit Stamhoofd gebracht. De
ze laatste, die op zijn manier een weinig
rechtsgeleerde schijnt te zijn geweest, oor
deelde, dat er geen openbaar nadeel was
aangericht', maar dbt de weduwe de ecnige
lijdende partij wa-s en dat zij doen kon wat
zij hot beat achtte.
Het meisje begaf zich onmiddellijk naar
den gevangene, verzocht hem, met bet
gelaat naar Mekka gekeerd, neer te knielen
trok een scherp mes, en sneed hem, ten
aanschouv/o van do vergadering, de
keel af.
Het gebeurde eens, dat een jonge man een
meisje huwde, dat hij vurig liefhad. Maar
hij was arm en liet haar achter in dc hocdo
ecner tante, om naar Seistan te gaan en te
trachten, daar als landarbeider geld to ver
ciienen. Maar, zoodra hij heen was gegaan,
verried do oudo vrouw hem en bracht een
trooster in de hut van het jonge vrouwtje.
Na haar val zocht de overspelige haar
ouden grootvader op cn verzocht hem, haar
naar de gebruiken van den stam. het- hoofd
af te snijden, daar zij de eer van haar echt
genoot bezoedeld bad. De oud© was blind,
maar de jonge vrouw bestuurde zelf zijn
hund met het- mes er. binnen enkele minu-
ten'lag zij onthoofd in zijn tent.
Daarna kroop de grijsaard, ziedend van
seniele woede, maar sluw als een jakhals,
uit zijn tent en tastte zijn weg naar de
hut van dc oude koppelaarster. Hij besloop
haar in dc duisternis, die voor hem geen
cluisterns was en hakt© baar hoofd af voofi
zij geluid kon geven, waarna bij de tent
van den verleider wist t© vinden eij^hem
hetzelfde lot deed ondergaan.
Deze en dergelijke verhalen deed mij deze
half wilde man met de kinderlijke onschuld:
van een knaap, die. over het plunderen van,
een pereboom vertelt-, terwijl zijn felle,
zwart© oogjes vurig schitteren, en zonder,
liet geringst© schaamtegevoel. En clib wa<
ren verhalen uit het dagelijksch leven in
die verre, verre streken van Azië, die rei<
ken tot aan het Poolijs in het Noorden".
De Joodschc pogroms in de Oekraïne
De „Slowe Polskie" bevat het verhaal van een
ooggetuige over don massamoord, aangericht on
der de Joodsche bevolking tan Proskurow; wij
ontieenen er eenige treffende gedeelten "aan.
Den löden Februari omsingelden detaeliemen-i
ten van de Oekrainsche brigade tan den hetmau.
Petljoera de stad en openden een concentrisch
vuur van veldstukken, mitraillours en karabijnen.
Tegen den middag hield de beschieting op, zij
werd gevolgd door een onheilspellende stilte, de
stad scheen uitgestorven.
Do leden van het plaatselijk bolsjewistisch be*
stuur hadden heimelijk de stad verlaten, mee-
rendeefs naar Winnica, zinderen hadden hun heil
gezocht door de vlucht naar omliggende dorpen,
of velden. De opgerukte troepen makon zich ge-:
reed om wraak to nemen wegens do holsjewis-
lisoho stemming. In de pas door het regiment
van den Oekrainschen hetman Semessenko be-^
zette kazerne wordt een verschrikkelijke kastij
ding voorbereid, die echter niet gericht zal zijn
tegen de ware schuldigen, die gevlucht zijn, maar
op'de geheele Joodsche bevolking. Volgens het
gegeven bevel, moesten daarbij geen patronen
vermorst worden, n oest aan niemand gonado
gegeven worden, mocht niet geplunderd worden.-
Aan de soldaten word cocaine uitgedeeld om zo
ongevoeliger te maken bij bet volvoeren van do
beestachligo taak.
Om 2 uur n.m. gaat het detachement van 200
man, aangevoerd door officieren en tot de tan-!
deu gewapend naar 't midden der stad. ?t Was
voorafgegaan door Lerbden patrouilles, die aan
do zeldzame voorbijgangers opdroegen zich in
hun huizen op te sluileD, want er zou een ver
schrikkelijk gevecht volgen. De soldaten, in ge
lederen van vieren, zonger krijgsliederen. In de
hoofdstraten van do stad. gekomen drongen zij,
volgons do ontvangen bevelen, groepsgewijze in
de particuliere huizen.
Stil, zonder leven te maken, gingen zij binnen.
Maar weldra hoorde men doordringende kreten
en goween, gekerm en gereutel telkens spoedig
onderdrukt door 'de bekwame moordenaarshand.
Do met bloed bezoedelde beulen melden het aan
hun superieuren, waarbij dit gesprek werd opge
vangen:
„Wij zijn klaar, vadertje'.
„Allen?"
„Wel zeker!'*
„Uitstekend!"
Die afschuwelijke stoet ging1 stelselmatig van!
siroat tot straat, van huis tot huis, zonder druk-*
te, somber, al meer en meer bobloed.
Niet allo huizen in de Jodenwijk waren ccli-
ter uitsluitend door Israëlieten bewoond, tocE
werd in dit opzicht geen vergissing begaan. En
kele malen vertoonden zich verbijsterde bleek'e
gezichten van Chris ten-vrouwen, die stamelend
verzekerden, dat zich bij haar geen Joden be
vonden. Met een: „wij zoeken slechts Joden-
werd do deur dan dicht geslagen, en de vreemde
gestalten, moestal met geschoren hoofden, waar-:
op al'Ieon de lange pluk haar, of met de grooto'
mutsen, waarop do Oekrainsche cocarde, trokken
langzaam af om hun bloedig bedrijf verder to
vervolgen.
Joden, welke aan deze slachting ontkomen zijn,
doordien zo voor dood waren blijven liggen, hebw
ben mij later de toedracht van dezo vevsohrik-i
kolijke moordvoltrekking medegedeeld.
Bowust van het onheid, dat hun wachtte, wan
ren do gezinnen veelal samengedrongen om een!
tafel in hun sabathkleeding; kaarsen waren aan
gestoken, gebeden werden opgezegd. Geen tranen'
geon zuchten verrieden de hevige ontroering,
die bedwongen werd door een fatalistische gela-;
lenheid, gestoord door de kolfslagen, waarmedd
dc beulen do deur insloegen. „Bereidt u tot'
heengaan" werd hun toegevoegd en een halve
minuut daarna begon 't afschuwelijke werk',
kort en in stilte.
FAILLISSEMENTEN.
F. cn C. Notei'mans, kooplieden. Noorj
beek.
G. J. Schraven, schilder, 's-Gravenhago.i
W. Lummerts, refcervc-lui&enant, Rot
terdam.
P. Stoppelenburg, koopman, te Berken-<
woud©
scbicn uren lang en eindelijk dit laatste.
Doch neenne.n was ten slotte niets we
dervaren had h.j «al dat spookachtige dan
gedroomd Was hij misschienNeen,
n-icn, hij werd niet krankzinnig, al pijnigde
hem zijn hoofd ook nog zoo gruwelijk. Hij*
was, cchra aar waarom was hij dan nu
hier Lydia! Opeens wist hij »weer alles.
Opeens kwam zijn dochter hem weer voor
den geest, zijn aangebeden kind, dat zwaar
ziek lag. Om Lydia racete hij immers zoo
snel door de lar.denMaar nu mocht hij
ook geen lijd verliezen. Had Kj nu maar
zijn chauffeurHij had er toch een gehad..*
hoe was ook weer zijn naam
..Johnschreeuwde Sille-rton voor den
darden keer, cïoch hij zag slechts een stuk
je weg voor zich, d'at eloor dc lantaarns
verlicht was. Verder was alles donker.
Achter hem weerklonk echter een ant
woord
„Hier is hij, moncer".
Een diepe stem, to gelijk hoonend, en on
derdanig, had gesproken.
Sillerton gaf een Jcrcet, keek om zich.
frujar niets was er to zien.
„Fier is John, meneer", weerklonk het
nogmaals van het vóórstuk van den wa
gen.
Daar mg Sillerton John staan en naast
hem een andere man, eveneens in een don
kere jas gehuld. Zag bij good, had die* an
dere een zwart- gezicht? Een neger.?
„Hallo 1 Waar kom jij vandaan?"
„Meneer, ik was er bij, toen u de oude
vrouw hebt overreden; ik lag in de grep
pel te slapen, toen ik dien vreeselijken gil
hoordeik ben toen achter u aangeloopen
„En wat is er gebeurd Hebben wij in
derdaad een vrouw overreden? Is zij
doocl V'
„Neen, meneer. Zij zal niet dood zijn,
want ik vond niemand op' die plek en zag
geen bloed".
,,En toen?'-
„Uw wagen raasde verder en vloog te
gen ©en boom op en stond stil".
„Is clat waar? Johnwat heb je?
John zeg toch eens wat".
De chauffeur stond stil, onbeweeglijk.
De neger grinnikte.
„John kan niet spreken, sir; hij heeft
ziph bij den val uit den wagen wat ge
kneusd".
„Dus is alles dan tochHeb ik dus
niet alles gedroomd? Vertel mo alles 1"
„John is niet zwaar gekneusd. Hij heeft
alleen maar zijn spraak verloren. Dat zal
de schrik hem hebben gedaan. De wagen is
weer in orde, dat hebben John en ik samen
opgeknapt, terwijl u sliep",.
,„Tk sliep? Maar daar begrijp ik niets
vanV Sillerton greep zich naar heb
hoofd. „Ben ik gek?" kreet hij. „Vertel
me, hoe laat i3 heb eigenlijk?"
„Hert was prcuea mxkW nacht, toen
dio oude vrouw hebt overreden, en nu is
het halféén".
„Kent ge den weg?"
„Zeer goedbinnen een halfuur kimt ge
ter plaatse zijn. Ik ken den allerkortsten
weg. Mag ik u er heen brengen?"
„Neen, neen," riep Sillerton angstig uit
De zwarte kerel wekte bij hem achterdocht
„John!" riep hij, John, hoe gaat het er
mee? Kun je weer verder?"
De chauffeur knikte vreemd-grijnzend.
Zonder een woord te zeggen, stapte hij op
de auto, waarin hij zijn plaats hernam met
plechtig, langzaam gebaar. De neger vroeg
opnieuw den weg te mogen wijzen, waarin
Sillerton weerloos toestemde. 'Met-een
vloog de auto in dolle vaart verder, ge
stuurd met zekere hand.
Sillerton voelde zich van al de emoties
doodelijk vermoeid. Alles werd hem onver
schillig, hij kon niet meerloodzwaar voel
de zijn lichaam. Met wezenlooze oogen
koek hij voor zich uit.
In het brutale licht der lantaarns suis
de de wagen voort-. John stuurde gelaten
en bewoog zich nauwelijks, de neger daar
entegen legde een wonderbaarlijke be
weeglijkheid aan den dag. Hij blies onop
houdelijk op den hoorn, terwijl spookach
tige vlammen van alle kanten rondom den
wageD uitschoten. Steeds hadden er ont
ploffingen plaats, de een na do andere, ter
wijl de donder, losbrak. Steeds sneller ook
rolden de wielen, aldoor maar sneller. Dab
was op bat laatst geen rijden meer; het
werd vliegen gelijk. En ook werd ae land
weg, voorheen verlaten, langzamerhand
met menchen gevuld. Doordringend en
SDijdend weerklonk zonder ophouden het
hoornsign^ial, hoewel John zich niet be
woog. En telkens stegen kreten omhoog.
Een schuwgeworden paard rende de auto
te gemoeb en werd vermorzeld, karren
met huiswaarts keerende boeren werden
aangereden, kantelden en werden verplet
terd. Gruwelijk gilde de hoorn, gruwelij
ker nog gilden de slachtoffers. En al maar
door joeg de wagen vooruit, over nieuwe
offers heen. Van uit de greppels ter zijde,
stegen vreemde menschelijke gestalten om
hoog; zij lachten en weenden, sprongen cn
weken, liepen terug naar den wagen en
rustten niet, voordat de raderen liaar ge
grepen hadden En aldoor gilde de hoovn
luid en snerpend.
Sillerton aanschouwde dit alles. doch
bleef onbeweeglijk zitten. Wel voelde hij,
hoe heb zweet hem bij stroomen langs de
leden droop, hoe zijn haren overeind ston
den, leijn oogen uit de kassen puilden;
maar zijn keel was toegeknepen, zijn han
den en voeten waren als verlamd. In zijü
hersenen hield hij één gedachte vast: jullie
maakt me toch niet krankzinnig, jullie
spook gebroed! En meteen trok er over zijn
vertrokken gelaat de schaduw van een'
hoonend lachje.
Nu raasde de auto door een dorp; dat-
hel verlicht was. Vlammen, die om hcfb
rijtuig ronddansten, ijlden vooruit-, sloegen
omhoog tot nun do daken, een brandende
zee kleurde den hemel: kreten klonken op
en muren stortten inéén. In den kerkto
ren kringelde een vlammetje bloedrood om
hoog, een kraken ontstond en meteen don
derde de toren omlaag. Dc klok sloeg dreu
nend écn slag. Toen sprong met gillenden
lach dc neger van den wagen af cn ver
dween in de gloedzee. Ook stond de chauf
feur op. Hij trok "zich*de ldeeren van het
lijf#en Sillerton aanschouwde een knokkeL
hoop, een grijnzend gezicht met lecge oog
holten.
Opeens gaf de ontzetting hem kracht.
Met een verschrikkelijkêh schreeuw sprong
ook hij overeind -en wierp zich op het
spook doch -dit viel in stof en SUherton
zonk zinneloos op zijn bank terug
Precies om één uur 's nachts stond d©
automobiel voor het ^landhuis van Siller
ton in Cavbane. Binnen, in huis, lag een
jong meisje en blies den laatston adem uit,
terwijl voor de poort de vader met den
starren blik van den waanzin voor zich uit
staarde
0