INGEZONDEN PARUSOHE BRIEVEN. VARIA. VRAGENRUBRIEK, echter, gesteld op 10 uren 's voormiddags. In Leiden is dit 11 uren. De Voorzitter zeide. dat men ook daar dit tijdstip een uur zal vervroegen. Ook werd, op voorstel van den heer Rot- levee., 'bepaald, dat aüeen aan bakkers en troodverkoopers het vervoer van brood vóór 10 uren 's voorm. wordt verboden. Parti culieren vallen niei ond -r het verbod. Naar aanleiding van een circulaire van hcoger hand, in 1916 reeds verzonden, waar in de wenschelijkheid wordt betoogd om h(j Lestélijkhrden in verband me. bet sluiten van den wrede, de Jrankgeiegenbeden te doen eluiien. werd na eenige discussie, waaruit bleek, dat de meeste Raadsleden er niet veel voor. voelden, een desbetreffende ver ordening vastgesteld. De heer De Boer merkte hierbij op, dat het brj mogelijke toepassing, wenscheiijk is, dat de ambtenaren, met deze toepassing be last, zeil daartoe bekwaam zijn, wat, als hij wèl ingelicht is, bij een vroegere feestelijk heid niet het geval is geweest De Voorzit.,r zeide, dat ook hem dit ge val ter core!) kwam; echter zóó laat. dat een onderzoek niet .meer doenlijk was. pe gemeente-rekening 1917 werd'vastge steld. de gewone ontvangsten op 152,623,39; de buitengewone op f 13,027.41; totaal f 65,6-50.80. De gewone uitgaven op 145,195.66' de buitengewone uitgaven op 112,131.21; totaal 157,326.87' Namens de commissie voor het nazien dezer rekening werd aanmerking gemaakt op het verkoopen van eenige wagens grind aan een particulier. Verschillende Raads leden sloten zich bij deze aanmerking aan. Aan den gemeente-opeichter zal nn wor den medegedeeld, dat zoodanige verkoop niet meer zal mogen plaats hebben. Hierna werd de gemeenterekening van 1918 aangeboden in ontvangst f 66,218 en de uitgave op f58,314. Deze rekening werd in banden gesteld van een commissie, be staande uit de heeren Rotteveel, Van lU:u- wen en Varkevisser. Bij de rondvraag merkte de heer Van Leeuwen op, dat een der, wegwerkers bij tiiir. bad geklaagd, dat hij, hoewel zijn loon na de verhooging f 19 bedroeg, slechts f 15 ontvangt. De Voorzitter achtte dit niet mogelijk, waar de wedde maandelijks wordt uitbetaald, en wel een maand vooruit. De weihouder Kompier dacht, dat het zat in de verhooging, wat de heer Siraatnof bevestigde. Deze had echter gehoord, dat aan de politiebeambten de verhooging al was uitbetaald. De Voorzittc-r zeide een onderzoek toe. De beer Straathof was slecht te spreken over het werpen van vuil in de vaart, dicht bij zijn huis. Hij meende, dat daartegen to slap wordt opgetreden. De Voorzitter zeide. dat het bestuur van den polder een aanschrijving heeft ontvan ger,. Wordt daaraan geen gevolg gegeven, car: zal proces-verbaal volgen. Overigens is dit een politiezaak, die den burgemeester alleen aangaat. Ook vroeg de heer Straathof waardoor in de gemeente geen rjisfc aanwezig is en in andere gemeenten wel. De Voorzitter zeide, dat rijst niet meer in de distributie viel. Hij wil echter deze zaak nog wel onderzoeken. Hierna ging de Raad over in een zitting met gesloten deuren. ,,'s ZGmers Buiien"é Geachte Redactie! VergUD ons in het belang van de rust' en be on!spanning behoevende arbeidersgezinnen een weinig plaatsruimte van uw blad. Brj Voorbaat onze dank. 1 2ooals uw verslaggever uit Katwijk in Uw blad var. 26 Juli reeds mededeelde, kon onze .Vereeniging, opgericht in Maart van dit jaar, reeds met de exploitatie van haar vacartiewoningen aanvangen. I-ank zij de financieele 'nedewerkiug van hen, die met onze plannen sympathiseerden fen daarvan blijk gaven d-oor aan de door 'cn ze Yereeniging uitgeschreven obl'gatie- leening deel te nemen ,konden wij 27 Juli (te woningen uit handen van onzen architect overnemen en door onze leden doen be wonen. Ea zoowel de gezinnen, die reeds een week in do duinen woonden, als 7Jrj, die een kijkje meest hij bekennen, dat zij bijzonder goed paste bij haar stoffelijke omgeving, de zwaar gebeeldhouwde meubelen en de be hangen muren. D'c beide mannen keken op hetzelfde oogenblik om en hun blikken ontmoesten elkander. Rosewarne's oogen dwaalden in het verleden, en hij zeide met gevoeligen eenvoud Haar moeder was de dochter van een zee man en Esther zegt dikwjjls, dat zij, als zij een man was, op zee zou gaan. Zij kent al de zeemansliedjes uit het hoofd en als 'er een schavuit van een weggeloopen scheepsjongen hier aan wal komt-, zoekt zij hom op -eü praat met hem." Zeer tegen den zin van den jongen man, drong Rosewarne er op aan, hem mee to nemen naar de bibliotheek. In 'tegenwoor digheid der boeken gevoelde Maydenstone zich onbehaaglijk, alsof hij gedwongen was, een man, van wien hij hield, in een schecve verhouding bij een menigte ontwikkeld menschen te zien. Het waren zeker goede boeken, en zij waren uitstekend gerang schikt, maar hij zou zich gelukiger gevoeld hebben, als zij blijkbaar gekocht waren om de kleur van hun banden. Terwijl Rose warne over zijn boeken en schilderijen sprak, en dit goed deed, begon Mayden- stone duidelijker te bemerken, wat eigen- lijk do zaak met hem was. Zooals Blan- ohard zeide-, was hij een wonderlijk man, 'inaar door den wonderlijken man was er een goedle kerel bedorven, en zijn dochter scheen dit in ieder geval te zien en de ver andering te betreuren. Blijkbaar op aandringen van den predi- .kant namen de Leventhorpe's gelijk af scheid met Maydenstone. Rosewarne eai Esther gingen tot de deur met hen mee, zij stonden allen een oogenblik op het kwamen nemen, waren vo! lof over wat hier geboden wordt. Vastgesteld kan xeeds wor th n, dab de oprichters goed hebben gezien, dat slechts op de wijze als nu in uitvoering 1 is gebracht, de vacantiedagen, gegeven om 1 in de behoefte aan rust en ontspanning te I voerzien. tot hun recht konden komen. En wat ook bij de oprichting onzer Ver- I eeniging voorzien .werd, dat, als de gele- genheid geboden werd, de behoefte pas goed zcu weiden gevoeld, wordt nu reeds bewaar- 1 he.d. L-ê verzoeken om to; het lidmaatschap Ce i moger. toetreden zrjn van dien aard, dat reeds plairen tot uitbreiding moeten worden be raamd. Er. blijkt nu reeds duidelijk, dat wat wij bereikten, pas een allereerste begin is. En het bestuur onzer Vereeniging acht het i een eeelukkig verschijnsel, dit te mogen ccnstateeren. Het moet toch worden toegejuicht door iSxlei, die in de menschen nog rets anders ziet als werkers voor de behoefte der sar menie ving, die heb gevoel van menschen- wa-ude bij de bevolking wil zien aange kweekt, dat de drang steeds sterker wordt, om ook iets van de natuur en van 'de zomer week'-:- te genieten. Ieder, die den geest dés trjds gewaar worden kan en met zijn tijd wil mede gaan, moet deze strooming toejuichen en dus ock naar zijn krachten daaraan mede werken. Onze Vereeniging is zich daarvan bewust ea gaat met naai' werk door, in net vertrou wen. dat zij, die daartoe financieel in staat zijn, haar daarbij hun steun niet zuilen onl- hrbden. Met de twee vacantiewoningen, die onze Vereeniging nu reeds in exploitatie kon rrengen, kunnen wij het volgend voorjaar onmogelijk aan de behoefte voldoen. Onze .Vereeniging zal dus moeten overgaan naast de bestaande, meerdere vacautiewoningen te stichten. Hetzij weder in Katwijks duinen, of in een boschrijke omgeving in den omtrek. Wij zullen daarvoor weder de hulp van voorstanders onzer denkbeelden moeten in- roepen en vertrouwen, dat zij, de eerste maal wat huiverig voor onze plannen ston den, in ons 'aanvankelijk succes een spoor slag mogen vinden ons hun hulp niet te on< heuden. En wjj meönen daarop te mogen vertrou- went Het feit, dat onder de eerste deelne mers aan onze obligatieleening er verschei dden waren, die het geld zelfs rentelocs widen verstrekken, één zelfs het geld aan de J/creeniging schonk, doet ons vermoeden, cao ei in onze stad nog velon zullen z£m. die vvr niet hebben kunnen bezoeken en die toch wel zooveel sympathie voor onze plannen zullen gevoelen, dat zij ons hun hulp niet zullen onthouden.- Wi? doen daarom langs dezen weg een ernstig beroep op allen, die met ons van met rang zijn, dat naast den steeds veld win- neuden drang naar een jaarlijksche vacan- tie, cok de gelegenheid dient te worden ge- s- Papen die vakantiedagen tot hun recht te doen komen. Óns hun hulp niet ie onfc- i korden en in onze obligatieleening deel te nameu. Ons bestuur' is desgeweoscht gaarne be reid aan hen, die daarop zenden mogen prijs 6tellen, de exploitatie nader toe te lichten en de plannen nader te ofctvouwen.- Laab ieder, die onze plannen {sympathiek gezind is en ons zijn of haar hulp wil geve», niet wachten tot zij door ons worden bezocht, Laten zij begrijpen, dat al hel' werk, door ons in onzen vrijen tijd moet gedaan wor den en dat aan de voorbereiding zeer veel tijd moet worden besteed.- Wij spreken daarom den wensen uit, dat zq, die ons met hun financieele medewerking willen steunen, aan ons secretariaat daar van willen doen blijken.; Voer heb bestuur van de Vereeniging s Zomers Buiten", P. J. BOMLI, Secretaris. (3-October-straat 64). (Van onz©n correspondent), (NadruK verboden,) paj.^ 3o Tali 1919, La vic de Bohème. Fen dtz©r dagen las ik in een Holland- sehe courant een kat schamper artikel over „ia vie de Bohème'' in een greote Holland- sch.' stad. Eigenlijk was 't geen artikel terras aan de voorzijde van het huis en keken Daar de lichten van de haringvloot, die den indruk gaven van een stad op bet water. Sommige lichten bewogen ^zieh snel in de richting van de haven, en^-ajidere gingen weer uit; een teek en, zooals me vrouw Leveuthorpe vroolijk opmerkte, dat de vangst goed was. Zoodra zij buiten het gehoor van het huis waren, zeide cïo heer Leventhorpe tot Maydenstone„Rosewarne is de laatste man ter wereld, die een geheim van zijn geschiedenis zou willen maken, daarom aarzel ik niet u te zeggen, dat het zijn va der' was, die die ongelukkige, kleine stoor nis tijdens het diner veroorzaakte. De oude Rosewarne is nu in een toestand vaD gees telijke aftakeling. Hij begon zijn leven als een gewoon visscher, spaarde geld genoeg op om twee booten to koopen, was geluk kig in mijnsp^ulaties, en had veel duizen den ponden verdiend, terwijl Michaël nog een kleine jongen was. Maar hij verhief zich nooit, hoven den stand, waartoe hij- door zijn geboorte behoort, en zooals u van avond gehoord heeft, is zijn ééne wensch, weer terug te keeren naar de mindere om geving van zijn vroeger leven. „Esther houdt, heel veel van hem," zeide mevrouw Leventhorpe zacht. „Ik weet niet zeker of het niet voorna melijk is, om haan stiefmoeder te ergeren," zeide de predikant op drogen toon. „In ieder geval hebben zij heel weinig aan den ouden Rosewarne te danken. Voor zoover ik weet, deed hij niets voor zijn zoon, be- halvo hem op zeer kleinen voet in zaken zetten. In sommige opzichten is hij inder daad altijd een hinderpaal voor hem ge weest. Als jongo man dronk hij, mishan delde zijn vrouw en had in 't algemeen een over la vie de Bohème, het artisten-leven, moor meer wat losse opmerkingen van een j ü/kr,staander naar aanleiding ran een uiterliiken indruk, dien hij had opgedaan in een eethuis en waarnaar !ijj hef leven der Hohandsohe jonge kunstenaars beoordeeld^ Nu wil ik, die toevallig niet 200 een bui- tenstaander ben en die in die groots Hol- i landseho stad vee! lieve, eenvoudige mak- kers onder de Bohémiens achterliet, ook wat parten over wat ik weet van dat zelfde leven dei jonge kunstenaars. Wij krijgen immers zoo licht een verkeerden kijk op de dingen, als wij ze oppervlakkig oordeelen naar ze- kers uiterlijkheden van een deei eener men- schengroep, en ik venvjjt mij wel eens van miiu kant een zekere groep jongere leden 1 der Hollandscho koopmansstand voor een I tioep materialistische bengels aangezien te I hebben, nadat ik ze had waargenomen in 1 „-en bepaalden vorm in de nieuwe luxeuse drink- en eetgelegenheden in Rotterdam, 1 Den Haag en Amsterdam, en ik heb groot i gevaar geloopen, bij deze observatie uit het i oog te verliezen het groote, ruime, daden- j rijke, oer-Hollandsche van de nog steeds j klassieke Nederlandsche koopmanswereld. Echter „la vie de Bohème",., ik ken het I van nabij. En voor mij is het niet: het schijnbestaan van die groep halfslachtige wezens, die door buitenissig optreden den kunstenaar trach ten te „marqueeren", de wereld der leeg hoofden on parasieten, slappelingen en aan- stellers met 10 pCt. talent en 90 pCt. la- wasiigheidvoor mij is het de intieme a£- J gesloten wereld van die werkers, energieke ge\ooiskerels, die qn in een zekere schuw- huid èn in een zekere geestelijke voornaarn- held een eigen jeugdleven door vechten, I nat verre blijft van uiterlijke manifestaties «1 pose en dat alleen geleid wordt door liefde I voer het groote, moeilijke, dierbare werk, dat I alleen tot bloei kan komen door groote toa- I wijding eiï in een zuiver gehouden sfeer, 1 Omdat ik deze waarachtige wereld dei; Bo- I hémiens ken in Holland èn in Parijs, heb ik meer dan één recht er over te schrijven, I Ik wil niet schrijven over wat ik weet van armoede en zorgen, gebrek aan het noodig- j ste, ware nooddruft, ik wil niet schrijven I ever het leed van veel sensitieve naturen, die voor hun kunst het hoog noodige niet bekostigen kunnen, die verkeeren in ijskoude 2 cid\i kamers, met enerveerendè zorgen over huishuur, die niet betaald is, orandstof die ontbreekt, werkmateriaal, dat niet bekostigd kan worden, eeuwig gebrek, dat martelt en hopeloos stemt. Ik heb te veel herinneringen uit mijn heel 'nabije omgeving van makkers, te triest, te intiem om aan te roeren. Mijn kitrchheid en de trots van de kaste die de mijne is, doet mij hierover zwijgen. Echter ée'n ding, rijk Holland, land van koopman schap, land dat steeds trotsch was op zrjn grootn daden en dus ook op zijn kunst. Moge eenmaal de tijd komen, dat ge uw kunste naars weet te beschermen voor pvsrgroot gebrek in hun jeugd en in hu-a ouderdom, Rpk Holland, moge eenmaal de tijd komen, dat uw regeering en uw volk begrijpt, dat i het een aanmatiging is, zich te berosnvrn op mannen als Vincent van Gogh, Dupont en Jongkind, vele anderen die slechts in Parijs gewaardeerd en hegrepen .werden gedurende hun leven en die het vaderland gebrek liet lijden, zooals 't eenmaal zijn Rembrandt en Hals en Vermeer en vele, vele anderen ge- b<tk liet lijden. En alle deze waren kinderen var. „Ia vie de Bohème," Wie eenmaal het ware', het smartelijke stempel van de Bohème draagt", die krijgt zijn kring van kameraden lief, die tracht te helpen met wat hij kan in zijn kring, die leert te zwijgen met de eigenaardige, zachte, die pe trots van wie leerden zwijgen over hun me. iten, die leert te spotten, te 'nlaguesren in een schijnbaar zorgelooze 1 -.venshouding' Tf.n cranerie, waar zooveel melancholie en ellende onder schrijnt. Bohémiens! Echte, trouwe ke 'eles, gevoe- 1 ge. trotsche, behulpzame, liefderijke vrien den van mij, ik houd van jullie, mijn meest ware, eenvoudigste en beste mikkers en ik kan mét verdragen, dat jullie kaste bespot wordt en verguisd. Laat ze "ons met rust laten, wij 2iillen ons leven ten slotte teza- m-o en alleen, zélf nog wel maken, kerels! Nn leef ik in Parijs, waar men den Bohé mien lief heeft, omdat elk waarachtig oud Parfjzenaar een sprankel van dien geest, «n atoom van di© melancholie; een brok van deze trots, een druppel van deze slechten naar». Wat Michael Rosewarne is, dat is hij door eigen kracht geworden, en een van de mooiste trekken in zijn karak ter is zijn kinderlijke toewijding aan Óen vader, dien men niet waardig kan noemen, 't Is bijna bijbelseh. Ik verraad geen ge heim, als ik zeg, dat. do oud!e Rosewarne een ware doorn in het vlcesch van onzen gastheer is en de oorzaak van eenige on aangenaamheid tussohen hem en zijn vrouw. Mevrouw Rosewarne vindt natuur lijk, dat cïe oude man naar een of andere inrichting moest gezonden worden, waar hij behoorlijk verzorgd werd maar Rose warne wil er niet van hooren. Hij heeft, een soort van oppasser, om voor zijn vader te zorgen, maar u weet, wat bedienden zijn. Vandaar het- tooneel van hedenavond." „Mevrouw Rosewarne wil niet, dat bij verwaarloosd wordt, dat weet ik zeker," zeide mevrouw Leventhorpe. „O, natuurlijk niet," zeide haar echtge noot tamelijk boos„maar het is wat ver velend voor haar, hem in huis te hebben. Zijn gewoonten zijn niet van de aange naamste. Voordat Rosewarne hertrouwde, was het natuurlijk wat anders. Zijn eerste vrouw, Esther's moeder, behoorde tot een zeer fatsoenlijke familie er wonen nog bloedverwanten van haar- in de stad, en Rosewarne gaat hen dikwijls bezoekenhij is volstrekt niet trotsch maar zij was niet de soort- van vrouw, om hem de hoogte in te brengen. Zijn tweede huwelijk, zes jaar geleden, was in de ware en beste beteeke- nis van het woord een marriage en con- venance, hoewel zij, zooals rnen kan zien, een gelukkig paar zijn. Do Trevelyans zijn nu ja, do Trevelyans. Heel arm echter, en tusschen ons gezegd, zij reclden hun be zitting slechte door dit huwelijk. Ie noe- 1 haagt verklaarde zorgeloosheid in zich heeft en ookiets van de ziel zelf, der Bohé- I miens .Parijs, de oude stad van menschgljjke ont roeringen, kan niet anders daa zrjn kinderen, j de Bohémiens, liefhebbeo. Wie uwer nog eenmaal in Inrrjs zal ko- men .lezers, hij trachte door te dringen in 1 die wereld, die nog altijd bestaat, trachte I écu avond to leven in een klein kunstenaars- cabaict. Niet de „Chat-noir', niet „la Pie qui chanbe", maar een klein intiem ca baret van de „Bufcte", waar een bock oen halve franc kost en waar, de jonge dichter zijn verzon zegt van uit zrjn hoekje in den schemer achter zijn tafeltje, waar bij zacht gaitaargefcokkel do liederen gezongen en ge ïmproviseerd worden, die eea Pisuisso u met haast bovenmenschelqk mterpretatïevermo- g^n ia uw keurige Hollandsche avondzaal toezingt.... Pisuisse, de Noordelijke char mante „copain' met zijn warm gemoedtTracht één avond wat to praten met zoo'n groepl stil ie gevoelige kerels hier, gq zult u ge lukkig voelen en ge zult een heel bijzondere eigen herinnering behouden aan deze wereld, waaruit een Rodiu, een Debussy, een Franck, Corc-t, Daubigny, Steinlen, Kantin, Latour, Gaston la Touche en vele, vele anderen voortkwamen, de wereld waarin Richepin en Yvette Guilbert, 'b eerst zongen) die eenvou- dice argelooze wereld.: Tracht één a.vond iels tc begrijpen van deze pretentieloc ze groep, jonge hard werkende menschen, die „fcs Bohémiens" heeten en geloof mij, als ik u .verzeker^ dat in uw eigen land deze me.rschen ook bestaan, jonge mannen en jonge vrouwen die minder te eten hebben dan een werkman en langer werken dan acht uren en die allen moeizaam trachten iet-s schoons, iets ontroerends tot stand te brengen op hun wijze, een streven waarin de edelsten slagen* L-vzer, welvarende, charmante lezer, die eiken dag uw tafel gedekt en pw huis verzorgd weef, $ie zrjt goed gekleed, goed gevoed en goed getrouwd, die 't wel machtig aardig vindt 'n schilderij te bezitten van <Ci.ii bekend schilder en ook wel een goede iöman cf een gevoelige schets te waardeeren weet', die 'n goed concert of 'n goede caba- iet-avond, al naar uw smaak, of een goed tooneelstuk machtig wel apprecieertle zer, gij die zelf werkt' en eerbied hebt voor den aibeid, bedenk dat ook de kunstenaar werkt, arbeidt, moeizaam en veelal onver zorgd, bedenk dat die gevoelige mensch, die uw gemoed zoo rechtstreeks en eenvou dig weet te ontroeren met zijn kunstuiting, eenmaal een gevoelige, eenvoudige, hard werkende Bohémien is geweest# &TÉFAN, De Japanner als „meid-alleen". I11 „the far We^' van Amerika is, of liever w a s, de dienstbodennood nog veel erger dan bij ons. Maar de Amerika nen, praktisch in alles,, hebbes het vraag stuk: Hoe komen we aan een geschikt, dienstmeisje-'? op verstandige wijze opge lost-. Toen de noocl het hoogst gestegen was, besloten zij de proef tc nemen met zo nen van hot Hemelsche Rijk of kinderen der Zon, alias Chineezen of Japanners, die reh gaarne voor huiselijke diensten be schikbaar stelden Beiden zijn duur t loon, dat zij eischen,- ;s dubbel zoo hoog als dat van een dienst meisje; maar daar staat tegenover, dat zij ook minstens tweemaal zoo hard werken, over het algemeen hun werk uitstekend ver richten en aan voeding bitter weinig kos ten. Zoo weinig eisehend als de Japanner op dat punt is, zoo lastig is hij op het punt van huisvesting. Met een klein hokje is h:j niet. tevredenhij moet een behoorlijke kamer hebben, goed verlicht en geventi leerd en liefst eenigszins comfortabel in gericht. Dikwijls komt het voor, dat een japanner van een overigens goeden dienst afziet, omdat de slaapgelegenheid hem niet aanstaat. Nu, ongelijk kan men hen', niet geven, en zijn kieschkeurigheid op dat punt getuigt, ongetwijfeld van een hoogen trap van beschaving. Ook onder zijn overige voorwaarden is er veel, dat sympathie wekt. Zoo verlangt vrouw Rosewarne geen mooió vrouw? On gelukkig heeft zij Rosewarne geen erfge naam geschonken haar eenige kind is een meisje, nu vijf jaar oud Volgens mij," ging hij op meer zakelijken toon voort, „heeft Rosewarne's huwelijk bijna de be- teekènie van een huwelijk om staatkundige redenen. Ik ben er niet zeker van, of dit niet de ware oplossing van het maatschap pelijk vraagstuk isdo vereeniging van rijkdom en kracht met de zachte deugden, de meer verhoven overleveringen ,die men verbindt aan een lange Teeks van voor ouders. Voor mij is dit een schoone ge dachte. „Daar," zei hij, naar de zich be wegende lichten op het water wijzende, „hebt ge arbeid. ïn Trevase hebben wij den kapitalist verlaten den natuurlijken lei der van menschen, door zijn eigen kracht opgekomen, in staat de nooden en beproe vingen to begrijpen van do klasse, waaruit hij is voortgekomen, aangemoedigd en be schaafd door het gezelschap van een mooie vrouw uit een oude familie, den ar beid, langzaam, -o zoo langzaam „naai' het. licht voerende" zooals de dichter zegt, en er met wijze milddadigheid de vruoht-en van zijn hoofd en vlijt op neder doende dalen. Het is een gedachte, die Carlyle zou hebben aangetrokken. Een vereeniging van alles, wat in het oude stelsel het beste was, met d!o voordcelen van den nieuwen voor uitgang. Persoonlijk ben ik 'een verstokt- behoudsman met een vast geloof in de waarde der traditie, en wantrouwen tegen de nieuwe rijk gewordenenmaar als ik een man als Michael Rosewarne zie, die aan den eenen kant onze vervallen aristo cratie aan haar verwaarloosde plichten her innert, en aan den anderen kant een voord beeld geeft aan do groote mannen der in- hij des middags twee uur vrij, van half- vier tot hnlfzes, welken tijd hij meestal be steedt aan hot leer en van een beroep of ambacht, en eiken avond, prompt om acht uren, begeeft hij zich naar de avondschool, waar aan eiken vreemdeling kosteloos on derwijs in de Engelscho taal wordt gege ven. Van die voorwaarden wijkt de Ja panner r.ieiti afde gelegenheid om zich' verder te bekwamen en zich daardoor weer, baarder te maken in den maatschappelijken strijd, laat hij 2ich tot geen prijs ontnemen' Over de wijze, waarop hij zijn plichten nakomt en zijn werk doet, is maar één roep. Nooit zal hij zijn plichten verzuimen^ om den tijd ten eigen bate- aan to wenden'. Als men zijn diensten niet meer noodig heeft', gaat hij vroeg naar bed. Heel vroeg is hij weer uit de veeren en nadat bij zijn bad genomen heeft ook een van de din gen, waarvan hij niet afwijkt gaat bij uit eigen beweging aan het werk. Tegen het ontbijt zijn dan de kamers aangeveegd en opgeruimd, de gangen gedweild en is alles gedaan, *wat men van een model- dienstbode zou kunnen verwachten. De voorkeur verdienen diogenen, düo nog niet te veel onder Amerikaanschen in vloed zijn gekomenanders gaan zij in hun sterk gevoel van onafhankelijkheid wej eens al te ver. Zij doen hun uiterste beat, maar zij willen niet op de vingers gekeken worden, en evenmin kunnen zij velen, dat men hen kapittelt. Uiterst licht geraakt, beschouwen zij 't dadelijk als een blijk van wantrouwen en als een poging orn hen op hun rechten te beknibbelen, als de vrouw des huizes het waagt, aanmerking op hun werk te maken. Men moet hen stil hun gang laten gaan De vrouw des huizes -daalt onmiddellijk ïn hun achting, als zij zich met alles zelf wil bemoeien; zij vinden dat iret ladylike. Bb «Ie jaarliiksche groote schoonmaak zorgt de „Jap" voor de noodige hulp. Hij kiest dan één of twee helpers uit tegen ec.n vooraf bedongen loon wel te verslaan Amerikanen, nqoit landgenooten, En het is aardig te zien, hoc* krachtig hij het heft in handen houdt, wat hem des te ge makkelijker valt, omdat zijn arboiclspraes- tatie zoo oneindig grooter is dan die .„van zijn helpers. Ook bij huiselijke feesten, diners enz. kan men veilig alles aan hein overlaten. Als men hem zegt, hoe men het wil hebben cn hoeveel gasten er worden, verwacht, zorgt hij er voor, dat alles op tijd in orde is. Zonder drukte te maken, gaat hij zijn gar.g* en dc gastvrouw behoeft geen oogenblik in angst te zitten, dat er het een of ander aan zal ontbreken. Zij kan zich volkomen op hem verlaten. Het tafeldienen gaat den Japanners bui tengewoon goed af. Lompheden of onhan digheden heeft men van hen niet te duch ten. Zij Ioopen geluidloos af en aan e» serve eren met zooveel waardigheid, dat een volleerde Europeesche huisknecht het hun niet zou verbeteren. Bij dergelijke ge legenheden zijn zijn in nationaal kostuum, geheel in het wit of in full dros ét cl. \v. z. in een onberispelijk jacquet en met een hagelwitte das. Waarom laten de verhuurkantoren van dienstboden niet een partijtje Japanners overkomen 1 P. v. Dtc L'. Volgens ons verstrekte lichtinngen is dc uitvoer van het door u be doeld artikel naar Duitsrihilancl geoorloofd, J. van Z., te L. Op het ininimuinranlsoeft brandstof, zooals het op uw brandstoffonkaart voorkomt, kunt u blijven rekenen, ook al be stelt u niet dadelijk. Op meer mogen wij, ge zien de berichten van kolennood over dc g'e- hccle wereld, niet hopen T rf is echter vrij. Daarmede kunt n dus, als u het geld er voor over hebt, uw rantsoen aanvullen. R. K., te L. Zuringzout is wol een dor meesl radicale middelen, om vlokken te ver wijderen, wat men echter bij gekleurde stof fen niet kan gebruiken, omdat bet ook do kloüT wegbijt. Als de vlekken met zhringfcout niet ver dwijnen, zouden wij geen ander middel kunuên geven. dustrie in het juiste gebruik van do ver antwoordelijkheid van den rijkdom, da zie ik mij genoodzaakt hem mijn beste steun te geven." HOOFDSTUK V. Dat hij geen lust- had onmiddellijk aan het werk te gaan, verontrustte Maydcil- ston© minder dan de vrees, dat hij na een week of eon mahnd er ook geen lust in heb ben zou. Met de verandering in zijn om geving scheen hij niet alleen de macht, maar ook het verlangen verloren te heli- ben, zijn gedachten op schrift te brongen. Voor het oogenblik kon hij zijn luibei1 ver ontschuldigen met het feit, dat dfe planken voor zijn bibliotheek, hoewel besteld, nog niet gekomen waren, en hij deed zijn best niet te gelooven, dat het hem spijten zou, als die verontschuldiging weggenomen was. In d'e liocl^L cfat beweging hem zou bezie len, verliet hijgden tweeden morgen na het. diner bij Rosewh-spo Porlh Enys om het omringende land te bezichtigen. Toen hij spoedig na negen uren wegging, was de ochtend helder en mooi, mot een koeltje uit het Noordwerten. Nu en dan wer-d do zon verborgen achter een voorbij- gaanden nevel, to vormloos om een wolk genoemd te worden, waardoor de zonne schijf bleek en duidelijk scheen, en iemand-, meer doorkneed in weerkunde dan May denstone, zou een beteekenis gezien heb ben hierin en in de onzichtbaarheid vafi den Westelijken horizon. Toen hij juffrou\fc Rowe gezgd had, dat hij eon wandeling ging doen en niet op do koffie thuis zoü zijn, had zij gezogd i „Het zal mistig in de heuvels zijn," maar Maydenstone, diw juist bezig was zijn laarzen dicht te rijgeh, had de opmerking nauwelijks gehoord, (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1919 | | pagina 6