Brieven van eegt Leidenaar.
Nederland en de Oorlog
GEMFNGD NIEUWS.
Bij de keten-distributie.
DCXKXT.
Sinds Augustus 1914, toeu de groote oor
log, die Diet eindigen wil, uitbrak, verkeerea
we in a'.doar stijgende onrust en toenemende
moei'rjkhedeD. Uitspraken ais: „wij leven in
een belegerde vesting", „we zit.en Vusschen
hamer en 3ambeeid", geven in treffende
beeldspraak den ernstigen toestand weer. En
terwijl wij de beknelling van buitenaf in
steeds sterkere mate voe eft word.n do moei
lijkheden voor de voorziening in de levens-
behoefetn eiken dag grooter. De vraag naar
bet bescheiden deel van ons dageijjksch
brood, moge door de buiteniandsche moei
lijkheden in den allerlaatsten tijd een wei-
Dig op den achtergrond zjjn gedrongen, zij
komt gedurig weer op. Het moge Witar zjjn,
dat de mensck bij brood aileen met kan leven,
met, te weinig brood gaat het al evenmin. En
als de maag dwingt, staat het hoofd meestal
slecht,
Wij weten er bier in Leiden ook van mee
te praten. Meeting voor, en meeting na,
adres op adres aan den gemeenteraad, totdat
eindelijk aller aandacht werd gericht op de
Tweede Earner, waar bet voeding%- en dis-
tribnt ei raigs uk z u worden b'Lande d. Er
is veel gesproken. Felle aanvallen zjjn ge
richt tegeD minister Posthuma, grieven zjjn
gemaakt, fouten aangewezen. Negen en een
half uur beeft de Minister noodig gehad om
de aanvallen te jveerlqggen; toen is Minister
Treub gekomeu met een ander stelsel, als
tot dusverre werd gevolgd en nu zijn de
bestrijders weer aan hun replieken. Docli
laat ons dit maar aannemen er zal
weinig verandering in de distribueering ko
men, tenzjj er iets ongedachts gebeurt en
wjj van buiten af ruimer vaa levensmid
delen worden voorzien. Aan het stelsel-Pos-
thuma mogen fouten kleven, groote fouten
zelfs, het stelsel Treub zou, als het straks
in toepassing werd gebracht, evenmin smet
teloos zjjn. Elk systeem moet in practijk wor
den gebracht door menschen, zeker niet feiL-
loos, soms geen eens betrouwbaar. De ge
breken, in 't stelsel gelegen, worden op deze
wjjze verergerd en nieuwe fouten komen
er bij.
Als wjj dit bedenken, dan 2jjn- we met zoo
spoedig geDeigd tot criliek en werpen we
niet onmidde.'ljjk alle schuld op de overheid.
Doch zij die deze ontevredenheid en bet aan
houdend en luide klagen als onbillijk ver-
oordeelen, mogea bedenken, dat zij er zelf
eoms de schuld van zjjn.
Onze Min's'.er-president kerf: dezer dagen
in de Earner behartigenswaardige woorden ge
spreken. Er is bij ievensnildde.envoorziening
zoo zeide hjj -een groot moreel belang
betrokkeD, nl. het belang dat ons volk zich
één voelt De ontevredenheid vindt niet het
minst haar grond in de bestaande ontberin
gen, in vergelijkingen met den overvloed,
die nog overal heerscht Wanneer men goed
gehuisvest gekleed en gevoed is, kan men
mei gelatenheid aanzien, dat een ander het
beter heeft Maar als het tegendeel bet geval
is en men in het meest onontbeerlijke tekort
schiet, dan vraagt men zich af: „waarom wij
wel en anderen niet?"
Zoo gaat hei hier en zoo gnat bet elders
en ik ben het gebeel eens met den Minister,
dat het gevoe, van saamhoorigheid, dat in
het begin van den oorlog zoo krachtig op
leefde, doch la.er schrome.jjk is verwaar
loosd, moeten tack ten aan te kweeken en te
bewaren. Het mag niet langer meer zjjn:
ieder voor zich, het inoet meer en meer
worden: allen verantwoorde.ijk voor het ge-
beele volk.
Wanneer ik geen tbee meer drink, dan is
dit op zichzelf Diet zoo erg, doch als ik een
ender triomfante.jjk hoor zeggen: ik drink
mpn tbee nog lekker, want ik heb nog een
paar pondjes op den kop getikt en als ze op
is weet ik voor een tientje er nog wel een
paar pakjes loe te krijgen, dan voel ik dat
femis veel meer. En als iemand mij vertelt
at hjj door ééD genomen, bet voedsel van de
Centrale Keuken smakelijk vindt en er graag
geregeld van zou eten, maar dat hjj voor de
zes werkdagen alle beschikbare bons moet
inleveren, zoodat hjj bjj geregelde gebruik
making er van, des Zondags niet zou te eten
hebben en ik draag tege.ijk de wetenschap
in rnjj om, dat men in de restaurants lunchen
en dineereu kan zoo vaak men wil,
zonder verstrekking van levensmiddelenboas,
dan voel ik daarin een onrecht, dat niet be
stendigd mag b jjven.
TegeD zooie's moet de overheid maatrege
len nemen. Wanneer men zich op clande
stiene wjjze in overvloed van het nnodige
voorziet, tot het overdadige toe, dan treft
dat alleen den persoon zelf, maar als over
heidsmaatregelen de mogelijkheid er vantoe-
laten, dan draagt ook zjj er schuld aan.
En hoe meer het begint te njjpen, hoe grie-
vender zulke toestanden worden gevoeld.
Wjj zullen daarom moeten komen tot een af-
gemeene rantsoeneering. 2u!k eau rantsoe
neering' moet ra tuur lijk van de Regeering
uitgaan. De gemeent besuren hebben alleen
te zorgen voor een riebtige uitvoering.
Alles wijst er op dat eeu der resultaten
van het Jange levensmiddelendebat in de
Tweede Kamer deze a'gemeene rantsoenee
ring zal zijn. Daarmede zal dan een bron
van ontevredenheid weggenomen zjjn. Er zal
meer nog dan tot op dit oogenblik getracht
worden, de wettelijke bepalingen te ontdui
ken, d och hiertegen moet door de pla3tseljjke
overheid worden gewaakt. Als wjj letlen op
de dage jjkscne inues'agn.mi gen bjj kleine
en grootere partijen in onze gemeente, dan
kunnen we in dat opzicht tameljjk gerust
zjjn. Aan de burgemeesters is de uitvoering
der distrlbutiewet opgedragen en onze bur
gemeester houdt er streng de hand aan. In
dat opziebt kunnen wij althans tevreden zjjn,
temeer, omdat de in beslag genomen goede
ren, welke er zich voor leenen en voor zïo-
ver de wet het toelaat tegen taxatieprijs on
der de bevolltfng worden gebracht.
Iu deze moeiljjke tjjden, die vrji zeker nog
moel'jjker zullen worden, moeten wjj allen
met het noodzakelijke tevreden zjjn. Wat wjj
er meer van nemen, onttrekken wjj aan de
gemeenschap, die er nu of later behoefte
aan kan hebben. Daarvan moeten wij ons zelf
en anderen doordringen en wie bet voelen
en niet goedschiks in toepassing widen bren
gen. moet er kwaadschiks toe worden ge
dwongen,
Zomertijd.
Blijkens het afdeelingsonderzoek van hot
wetsontwerp tot tijdelijke afwijking van de
wet van 23 Juli 1908 tot invoering van een
wettxlijkon tijd in de Eerste Kamer betreur
den. verscheidene leden de aanneming van
het amendement Van Doorn in de Tweede
Kamer, strekkende om den oorspronkelijk
tijdelijke® maatregel tot een blijvende te ma
ken.
Eenige leden bleven van meening, dat aan
invoering van den zomertijd groote bezwaren
verbonden 'zijn voor de landelijke bevolking.
Andere leden waren van oordeel, dat de
bezwaren, die tegen invoering van den zo
mertijd werden aangevoerd, niet opwegen te
gen de voordeden.
Sommige leden meenden, dat de boeren
zich aan den zomertijd hielden, maar dat I
de -bezwaren komen van de stedelingen, die j'
te laat naar bed gaan en laat opstaan. De
boeren worden aldus de slachtoffers van de
slechte gewoonten der stedelingen.
Eenige leden verklaarden zich voorstan-
dei a van den „midzomertijd'\ Zij hoopten, dat
de minister nog eens zou overwegen, of in
voering van dien tijd niet mogelijk is.
Spiering-uitvoer.
Uit Kampen worden dag aan dag groote
massa's spiering naar Duitschland uitge
voerd. lederen dag staan de spoorweg-
wagons klaar om de visch, die hier zoo
noodt.g is, naai* Duitschland te voeren en
cte Kampenaars hebben het nakijken.
Bij onderzoek bleek, dat o.a. van 1 Febr.
tot heden 320,000 K.G. levende spiering
naar Duitschland is uitgevoerd. Er is een
viachliandelaay, (Se aan dezen 'uitvoer goud
verdiend.
De visch is toch geen ruil-object?
Twee loggers vermist.
Volgens ambtelijk bij de reederij-maat-
schappijen Spurn en Shamrock te, IJami
cten ingekomen berichten zijn de loggers
„Elisabeth*' en „Julia", die over tijd zijn,
noch naar Engeland, noch naar Duitsch
land, noch naar eenige andere vTeemde
haven opgebracht, zoo dat beide loggers als
vermist zijn te beschouwen.
Receeringsvïsch te Rotterdam.
Gisteren werd in de Korte Wijnstraat te
Rotterdam regeeringsvisch verkocht onder
toezicht van acht 'agenten te paard en
twintig te voet. De directie der vischmarkt
deelde omtrent deze eigenaardige manier
van handeldrijven het volgende mede
Heden werd aan distributie^-visch aange
voerd 118 manden. Deze visch werd ver
deeld over 105 winkels in de stad, over 60
plaatsen in de vischhal, terwijl er boven
dien 200 vensters en venters mede de stad
ingezonden worden om de visch naar de
buitenwijken te brengen. Deze bedoeling
werd echter nooit verwezenlijkt; de krui
wagens der ventere werden besprongen ©n
bestormd zoodra een wiel buiten het heh
der markt was. Van verkoop was geen
sprake meer. Daarom werd van de Kort©
Wijnstraat de stille zijde thans gereser
veerd als dépendance van de hal. De wa
gens, vinden daar een plaatsje en bij groe
pen worden de klanten er toegelaten.
Men voegde aan deze mededeeling toe,
dat Rotterdam nooit het quantum regeo-
ringsviseh krijgt, waarop het recht heeft!
Door den secretaris der rijkscommissie zijn
indertijd 600 mandien per week beloofd,
doch in doorsnede worden er maar een
kleine 300 gezonden.
Maximum rijstprijzen fn ïndlë.
Na ingewonnen advies van den heer
Lovink, zal volgens de „N. Ct." de resident
van Batavia waarschijnlijk maximumprijzen
voor rijst vaststellen..
Cement.
Gemeld wordt., dat, ten gevolg© van de
verhooging van de cemèntprijzen door de
Duitsche industrie, de Rijkscommissie
voor Bouwmaterialen bepaald beeft, dat
voortaan door haar geen vergunning tot
vervoer en aflevering gegeven zal worden
indien de prijs voor verbruikers hooger is
dan f 120 per 1000 K.G.
Smokkelarij,
Nabij Montferland namen de komm&ezen
in beslag een kist vet en een bus olie. Te
Beek werd uit een woonwagen 340 pond har
de zeep te voorschijn gehaald. De bewoner
werd gearresteerd. To Lathum legden twee
politiemannen beslag op voor meer dan f 500
waarde aan smokkelwaren. En zoo gaat hei
nog steeds te Zeven aar, Didam, Babberik,
PanneTden, Bergh, enz. enz.
Te Lobith is gedurende de laatstverloopeD
maand het record bereik\> van in beslag ge
nomen smokkelwaren. Sedert den aanvang
der mobilisatie werd er in geen enkele maand
zóóveel goed geconfisoeerd als in Februari 11.
Achtergehouden graan.
Men sohrijft uit het Land van Axel aan de
«Tel.":
Voor wie op het platte land zijn ooren ©b
oogen den kost geeft, valt het op, dat de
landbouwende stand wel ©enigermate de
hand licht met de bepalingen betreffende
de invordering van graan. De woorden van
Minister Pos.hurna, dat de broodvoorziening
tot 1 Angustus zou verzekerd zijn, doch dat
Jlan elke korrel graan aan hem moet inge
leverd worden, Jiebben nog niet voor allen
voldoende kracht. En het is wel bekend, dal
zelfs een vooraanstaande zich wel eens uit
laat, dat hij niet den plicht gevoelt, ais
landbouwer in het landsbeslag te moeten
medewerken aan de volksvoeding. De goe
den niet te na-gesproken, zou men vermoe
delijk tal van ontduikingen kunnen eonsta-
teeren. Die geruchten schijnen der mare
chaussee te Axel aanleiding te hebben ge
geven eens een onderzoek in te stellen. Dit
had ten gevolge dat bij enkele landbouwers
oen aanzienlijke hoeveelheid graan, in beslag
genomen is, die, naar verluidt, niet aan den
betrokken regeerings-commissaris zijn opge
geven. Een der landbouwers is de voorzitter
van de af deeling Axel der Zeeuweehe Land-
bouwmaatsohappij, een dergenen dus die
meermalen van advies moet dienen en me
dewerken om zijn leden tot hun plicht ie
brengen.
Geen versnaperingen.
Door bet Hoofd-eomité van het Roode Kruis
i9 de beschikbaarstelling van versnaperingen
voor zieke militairen voorloopig stopgezet en
zulks met het oog op de gewijzigde omstandig
heden en de groote bezwaren verbonden aan
het aanschaffen en de verzending van allerlei
artikelen.
Door de stoomtram De$ Haag-
Delft werd Donderdag ter hoogte van de
Waldorpstraat een man aangereden. De mao
geraakte onder de locomotief en was onmid
dellijk dcod. De aanrijding zou aan onvoor
zichtigheid van den man te wjjten zjjn.
Te Loosduinen vaceert de be
trekking van gemeeute-on-fvanger, t venskas-
en boekhouder der gemeentebedrijven. De
bezoldiging bedraagt 11900 en de borgstel
ling is f16000. Daarvoor hebben zich reedfl
-107 liefhebbers aangemeld.
Neger» in de hoofdstad.
j Men sohrijft uit AmsterdamHet aan-
i tal nc'gera neemt hier belangrijk toe. Vroe-
ger veroorzaakte een kleuirling een op
loop van nieuw sgierigèo, thans interes
seert niemand zich er meer voorof liever
men gaat een neger beschouwen als een
gewoon mensch.
Behalve een "paar neger-zangers, die ge
regeld in de café-ooncerts optreden, zijn
er ook enkele kantoren, waar negers met
een gedeelte der oorrespondentie zijn be
last. Een agent in poetspommade enga
geerde een neger als reizigerhet idee was
wel een beetje grof, maar de neger schijnt
zijn kost op te halen.
Hotelportiers en schoenpoetsers van het
donkere ras treft mem hier nog maar spo
radisch aan. De negerstand schijnt werke
lijk in Amsterdam door zijn élite te zijn
vertegenwoordigd.
Een vertrouwelijke mededeeling: De
negers schijnen nog al in den smaak te
vallen van het zwakke geslacht. Het is
ons althans bekend, dat een der kleurlin
gen, oen zeer respectabela man wel is
waar, artistiek aangelegd, en niet onge
fortuneerd, met een hoog-aristocratische
dame, een lid uit een familie met eem
naam, die klinkt als een klok, en die voor
al in de politieke wereld een uitstekenden
klank heeft, in het huwelijksbootje is ge
stapt. lederen Zondag wandelen papa en
mama en de twee halfbruine kinderen,
waarmee de echt gezegend is, door de city
en dit geeft nog wel ©enig bekijk. Maar...
het is maar een kwestie van wennen. Wat
vandaag een exceptie is, is straks wel
licht iets algemeens. En waarom zou de
adel in dezen niet het voorbeeld geven?
Men meldt uit Arnhem: Op de'
Kweekschool voor Onderwijzer essen alhier
is, nadat voor enkete weken een geval van
diphtberitis was voorgekomen en toen een
jaar l^dstera aan keelaandoeningen onder
zocht waren, thans vanwege de Gezondheids
commissie een onderzoek Ingeste'd naar aan
leiding van de kwestie van eventueele bacil-
Ïendraagsrter8. Daarbij is gebleken, dat van
de 80 reeds onderzochte personen er 22
bacijlendraagsters zijn. Later rijn nog 45
personen onderzocht-. De schol is gesloten.
Ineen venduhuis te Utrecht werd
dezer dagen een Amsteleetservies verkocht
voor.... 1126.000.
Rijwieldiefstallen op groote
sohaal? Wjj lezen in het „Utrechtsch
Dagblad" het volgende verhaal:
Vanda^b zijn 84 rijwielen gestolen!
Een getal, dat alles overtreft, wat tot
dusver op dit gebied is te zien gegeven.
Maar, lezer, stel u gerust (of liever
stel uoiet gerust): alle 84 rijwie'ea zijn
netjes aan (het Hoofdbureau van Politie
gedeponeerd cc koen dien daar in den l^-p
van d".n at g door de talrijke eigenaars
er, eigenaren en worden afgehaald.
Do oiovcu waren ramelijk allen: ug»nt
van politie
L*o hcoMcommissaris, de h>T Von ,t
Sant. beeft c»ns\een proef willen rie»n-n
en dit experiment is buiten verwachting
geslaagd.
Hy heeft namelijk aan tien agenten in
burgerkJeeding de order gegevenalle
fietsen, die onbeheerd langs de straat
stonden, als gevonden voorwerpen te bo-
sohouwen en in te pikken. Tien agenten.
Zij werden vanmorgen vroeg te 7 uren
uitgestuurd, hebben alle deele® van de
stad doorkruist en moesten om 3 uren
hnn strooptocht staken.
En in die 8 uren hebben de tien 84 fiet-
8©n weten te stelen. Het eerste uur waren
er al 37 buitgemaakt en om lialfdrie was
het getal tot 77 gestegen, dat ten slotte
tot 84 is opgeklommen. Acht fietsen in een
uur. En dat getal werd nog gedrukt door
de ongunstige omstandigheid, dat het is
beginnen te regenen, zoodat het fietsrij-
■den in den loop van den middag aanmer
kelijk verminderde.
Desalniettemin een respectabel cij
fer l Waarmee zonneklaar het bewijs is
geleverd, dat het groote aantal fietsen
diefstallen, die den laatsten tijd te Utrecht
zijn gepleegd, niet is toe te schrijven aan
de groote brutaliteit van de rijwieldieven,
maar aan" de verregaande nonchalance va-u
het fiets rijdend 'publiek
Het zijn fietsen van allo mogelijke soort,
van alle mogelijke wielrijders welke nu
het lot hebben ondergaan van te worden
opgebracht. Fietsen van besteljongens,
beladen met pakken, manden, tasschen
rijwielen van de post; van de militairen
van particulieren, zoowel heeren als da*
mes (maar de?© loateten blijven zeer sterfe
in de minderheid). Op één fiets zat eea*
pak met goederen ingepikt; op een an?
der een officierssabel met horloge, ens. 1
ingepikt. Eén fiets behoorde aan een
dagblad.
En bij do meeste rijwieldiefstallen Iie®>
de zaak vanzelf. De pseudo-dieven hebbed
niet eens een groote mate van sluwheid f
brutaliteit of handigheid aan den dag moe-'
ten leggenhet ging gesmeerd. Bjj haas*
alle rijwielen, die onbeheerd stonde®, heb»
ben de agenten eerst eens een poosje
rustig uitgêkeken en afgewacht of de eigen
naar soms ook spoedig kwam opdagen dazt
wel op eenige wijze een oogje op hielde
Soms hebben zij een minuut of tien-in da
omgeving van het rijwiel verkeerd, ao-ndeïj
dat de bezitter zich aan den horizon ver
toonde. Had het wachten Jang genoeg ge*
duurd, dan sprong de agent er op en feed
er doodbedaard mee weg. Naar Let hoofd
bureau. Op sommige Tietsen zat een slot»
Pas de quoi de agent nam het karretje
op zijn schouders en sjouwde het zoo wegfc
zonder dat er een haan naar kraaide.
Dicht bij een kro^g waren twee agentes
te zamen. Een bezoeker ging het café ia
en liet zijn rijwiel buiten staan. Vijf mi
nuten, tien miputen. Eén van de agente©'
ontfermde zich over het stalen ros.
Toon de cafébezoeker naar buiten kwam
was de fiets verdwenen. „Wel
vloekte de ma®. toeD hij dên fcweedeaj
agent zag: „nou ben ik net 'n hal va:
minuut binmen en daar gappen ze m'n
fiets."
„Nou", antwoordde de agent lako»j
niek „ik ben hier andere al 'n h«et
poosje in de buurt." - i
Het is slechte in twee gevallen tot eea
botsing gekomen.
Het eerst vanmorgen te kwart over e!-t
ven op delude Gracht. Een agent sprong;,
op een fiets, die vóór een sigarenwinkel f
stond. Doch juist op hetgolfde ""momenfc
kwamen de bezoekers van den winkel, o*j
w. de rijwiel eigenaar, naar buiten. Zij had-'
den het snoode bedrijf van den peeudo»/
dief in de gaten en bom de agent reed
precies in te mans armen. De laatste dactó'
natuurlijk een prachtvangst te hebb-ea*
gedaan, en pakte den agent in zijn kraagPl
die zich overeenkomstig zijn orders t
zonder verzet naar het hoofdbureau li©$
transporteeren. Daar do ontknoopmg en-
het tableau 1
Een andere agent wend dior eea
eigenaar gesnapt, toen hij aan de Viscb
markt op een rijwiel wegreed. „Houdt
houdt 'ml" Een voorbijganger, die blijk*
baeCr niet voor 'n kleintje vervaard was*
gaf een schop tegen het rijwiel, zoodat de.
pseudo-dief omver viel. „M'n arreotac"'1
en de agent werd naar het hoofdbureau
„gesleept", waar de zaak eventjes wera
opgehelderd. Zoo zijn er op straat ook
oploopen voorgekomen.
Alleen stonden er vanmiddag voor t
politie-bureau aan de Ganz .markfr'
eenige groepjes belangstolh -eken, cti®/
stonden te wachten op nieuw slachtof-j
fers. Omstreeks een uur of drie war ee
40 eigenaars geweest, die de vern.-^otngi,
van hu® rijwiel kwamen opgeven, en die
tot /hun groote verbazing het karretje
gaaf-en-wel op het bureau vonden» waas*
het aan den dankbare® bestolene werdlj
teruggegeven. Zoodro er een ,sLachtx?f-
fer" met zijn fiets uit het bureau kwo»
ging er uit den kring van fietsjo^geos
een hoeraatje op. Sommigen keken naar|
hun rijwiel met een verliefden blik, waa£*'
in te lezen was„Blij, dat ik je weer terug
heb, en nu zal ik je niet meer zoo ver^
waarloozen.,,
Als dit werkelijk van alle 84 de
clusie is, da® kan de hoofdcommissaris,
van politie tevreden zij®. Dan is de pae*
dagogische les, die het wielrijdend publiek
te slikken heeft gegeven, niet tevergeefs
geweest. Late® i®tusschen de anderen, die
niet tot de slachtoffers behoorden, er evea»
eens hun voordeel mee doen. F r kondea
wel weer eens fietsendiefstallen op groooei
schaal op touw worden gezet. Ep het kooi
den dan wel eens echte in plaats vaa
pseudo-dieveu zijn.
Daarom schreven wij in den aanvang,
stel u n i o t gerust.-Want gerustgesteld
zijn is in casu een fout. ?leu zij juist uit v
dan ooit op zijn qui vive. Wie zijn
liefheeft, houde haai- bij zich. Evenal-
wandelstok of oen paar overschoen
Die zet men ook niet aan de vobrdeu^
_x
Wij zjjn met veien in het winkeltje op
den Nieuwe-Rijn, Jat ingericht is om het pu
bliek te ontvangeD, hetwelk in goede Staats
burgerschap den toeslag bomt brengen op
de dure kolen; eigenlijk zijn wjj raet te veel
menschen in het winke tje. Het is propvol,
ja, om de rechte waarheid te zeggen, wjj
staan er zooals Sardines liggen in een blikje,
haring in een tonnetje. Gelukkig ontbreekt
het vette of vochtige; dat deze gezellige
dieren rond zich hebben. Wa3 het zomer!....
EnfiD, 's zomers maakt men zich niet zóó
druk om eenheden huisbrand!
Rechts raast mij, innig tegen rnjj aange
drukt, een dikke juffrouw met een tasch aan
den arm; vóór rnjj, tegen mjjn maag aan
gedrukt, een jongen van een jaar of veer
tien, die. als hjj één hand los kan krijgen
uit den druk, griezelig op zijn hoofd krab
belt. Achter tegen mjj aangedrukt een net
©nd heer; vóór den jongen weer een juf
frouw, met een leeljjke punt aan haar Deus;
daarnaast een bakker, een stoere vijftiger,
met een plat mandje onder den arm; weer
wat verder een deftig heer met een peis-
kraag en een bril op; vlak daar achter een i
kleine loopjongen met gltzwar.e oogen. schite
terend van ondeugd en pret; daar naast
maar er zjjn er te veel, om allen te noemen. I
links verademing. Daar sla ik tegen een oa-
lustrade aangedrukt een gange.je vormend I
vóór de bade, waarachter de rechter troon^_ j
die de kaarten beglnurt en ons kolengeld
in ontvangst neemt.
„Het is een schande, mijnheer," protes
teert de heer met den pelskraag, zonder bril;
„een groote schande zooals wij bjj die kolen-
distributie worden bekande d, uren wachten
en komt men niet, geen idee van kolen en
kan men in de kou zitten. Ons publiek is
trel lankmoedig, mjjnheer! Ben je klaar,
bengel, met dat dringen en draaien?" Dit
tegen den zwartoog, „anders gooi ik je er uit"
„Man, ga je gang maar; kou je maar, hè.?"
„0, dat zjjn zoo'n paar apen, die jongens;
die stano mijn ook zoo te douwen en te
drukken." De dikke juffer met de tasch is
aan het woord.
„Mensch, maakie niet dikker; je hebt toch
al zoo veul plaats noodig; ze douwen mjjn
toch ook."
„Ja, 't is schande zooals zulke kinderen te
keer gaan", kleineert een andere juffrouw
met kalme stem de jongens.
„O, daar hep ie er nog een, mot je nog
ver Da de distrebussié?"
„Ja," verheft een m3gazjjnlooper in een
lange cape gehuld, deD firmanaam op een
zilveren rand rond de pet, zjjn stem: ,,'t Zjjn
me presentjes tegenwoordig, die jongens,
brutale rakkers zijn het!"
„Zeg, ouwe doodstodden, met je lange jas,
krjjg ie 't benauwd?" giebelt de zwartoog
weer, terwjj! de andere jongen het op eens
luid uitproest van lachon.
„Zeg, lachen jullie je ouwe moeder rat,
maar mjjn niet," de cape-man nijdig.
„Foei, neen," corrigeert een stemmige
juffrouw; „dat mag hjj ook niet doen."
De jongen praat de juffrouw met geaffec
teerde stem na: „Heeft uwe nog iete te zeg
gen, juffrouw'.
„Nou maar, ik waarschuw je nouw maar
hoor!" de cape-man weer.
„Zeg! maar jjj hoor daar anders ni»t jöF
mengt nu de bakker zich in het gesprek;
„jjj hoorde achter mjjn te staan; jj) dringt
maar stiekum voor een andermans beurt"
„Man, ik heb daar a'door gestaan, maar
je kon me niet zien door die dikke juf
frouw".
Algemeen gelach, woedende blikken va-
de juffrouw in kwestie.
„Neen, jongen, jij dringt vooruit," aldus
een bleeke man met een hoed op.
„Ja, maar- jjj hoort daar ook niet," de
bakker weer. „Jjj hoort ook achter mjjn en
dien mjjnheer, al hep io nou een hoed op."
„Wel, man, wat zeg je?"
„Ja, wat zeggie, man, ik zeg dat jjj achter
mjjn hoor; mooie meheer met je uitge
streken gezicht"
Er komt wat ruimte, door dat bod paar
menschen, die klaar zjjn, zich door. de deur
dringen, die zeer practisch voor in- en uit
gang dient.
Nu grijpt de bakker, de mand onder den
arm drukkend, de juffronw met die punt aan
haar neus bjj den schouder en duwt haar
met kracht door de opening in. de barrière-
„Hè man, je kraakt me haast!"
„Dat is niks, jjj mot vóór; niet.die vent
met dat laDge •witte gezicht; rich tot den
heer mot deD pelskraag en den bril wendend;
„die heit bet laatste gezicht gekregen, dat
in huis was."
„Wat maakt n zich drakF' zegt de be
wuste kalm.
„Druk! Als ik,,daar bjj je stondt kwam ie
er niet in; ik sloeg je met mjjn mand op je
Iee'.pe bakkes."
„Kis! kis! raakt em", roept do jongen
niet de zwarte oogen; hjj komt ook kolen
halen, „denkie, dat je ze mee krjjg in je
mandje?"
De beer mot den pelskraag en den bril
oreert nu deftig: „Ons publiek, zelfs het
pnbliek, heeft geen idee van queue-maken; j
in Berlijn, voor de groote Opera, staat men
halve dagen, maar ieder wacht er op zjjn
toer."
„Ga jj) dan kolen in Berljjn halen," grapt
de jongen; in zjjn guitige piet trapt hjj ach
teruit, juist op de teen van den heer met den
pelskraag zonder bril. „Zeg, -trap jjj op
je eigen toonen; wat een schandaal i3 het
hier, Mjjnheer Kramer moest hier zelf eens
komen staan, en net als ik een paar nur hier
geduwd en gedrongen worden."
Een luid kijvende vrouwenstem voor de
balie neemt de aandacht in beslag.
De man achter de balie, betoogend: „Juf
frouw, leest u nu eens goed, er staat
„'t Kan me niet schele wat er staat; ik
mot turf hebbe enne
„Leest u nu eens goed, juffrouw; tr
staat
„Ja, dat kan me allemaal niks schele; 'J
mot turf hebbe."
„Ja, maar leest u nu eens kalm en goetiy
er staat
De heer met den pelskraag zonder brij-
hoofdschuddend: „Ja, die dingen worden Wu
onduideljjk gesteld; maar dan moest men
ver advies vragen, dan hier te komen staaïi
dringenjde meeste menschen lezen niet goc"
zjj kunnen niet goed lezen; ik meen, ze b»
grjjpeD niet wat ze lezen."
Een groot gedrang ontstaat doordat eaj
loodgieter met werkzak op den rug zich doca
het dichte kluwen menschen wring1;; daardooi^
wordt de heer met den pelskraag zonder bril
in zjjn betoog gestoord en wordt op hard<
wjjze door de barrière-opening geduwd, zoa
dat hjj opeens vóór den man achter de balift
komt te staan.
„En u, mijnheer?" vraagt deze hem,
„Vier hectoliter anthraciet; hoeveel is dftjr
mjjnheer l"
De man achter de balie leest zjjn kaarï,
kjjkt daarna lachend den heer aan.
„U heeft niet goed gelezen, mjjnheer. Ui
moet niet hier zjjn, n hoort, te Oegstgeest
Ziet u, hier staat het duideljjk; Sub-commW
sie ten Uwentl" i
Tableau. i
Heer met pe'skraag af. 1
Hilariteit onder het pnbliek.
De jongen niet de zwarte oogen:
beit ie noo twea az* voor staaa dringeaty
zeit ia.*