No. 17800. LEIDSCH DAGBLAD Vrijdag 8 Maarf Tweede Blad Anno 1918. TWEEDE KAMER. DE OORLOG Zitting van gisteren. LEVENSMIDDELENVOORZIENING. I>e heer DUYS zegt verder, dat een mi- uister, onder wien dergelijke dingen kunnen «gebeuren, niet langer berekend is voor zijn taak. Verder zegt de accountant, dat er een leer ruime marge genomen is voor x.g. ohkcsten. welke uitgaven niet gespecificeerd Waren. Ook het binnenlandsch graST" was liiet verantwoord; terwijl verschillende prijs- irokeningen 'foutief berekend waren, terwijl dit iu zeer grootc bedragen liep. Datums van irikoopen waren nergens te vindgn en dan zegt de Minister: „Sporen van opzet telijke kwade trouw waren niet te vinden". Verder wijst spr. er op, dat bij de buiten- landsche graanaankoopen de heer Kröller verkooper van (lat graan was, maar tevens de adviseur, wiens adviezen omtrent den verkoop door den Minister werden ge vraagd. Die heele graannankoop is een bui- iongewoon vies zaakje en het orgaan van ,3eij heer Kroller, ,,Het Vaderland", was er Bleeds onmiddellijk bij elke kwestie van 3at g ■aanbureau goed te praten. Zoo greep alles in elkaar en waren de heeren reeds te voren voor elke verdachtmaking gevrijwaard bb>. dan komen diezelfde heeren nu met een 6hautain gebaar, dat zij voor 'die adviezen geen geld aangenomen hebben. Dat was ook niet noodig. Het mes sneed aan den cenen kant voldoende. Nog wijst spr. op de wijze, waarop de Minister den Amsfcordamschen graanhandel heeft behandeld. Bij het begin van den oorlog heeft mi nister Trcub een vergissing begaan en dringt éV op aan, dat. minister Posthuma de-zo alsnog herstelt. Uitvoerig bespreekt hij do Amsterdam^!© Commissie voor den 1 Graanhandel, welker léden onrechtmatig een bedrag \ht\ 300.000 in den zak heb ben gestoken. De Commissie van Onder- 70t-k komt tot de conclusie, dat dit geld ten goedo moet komen aan alle grifan- en meelhandelaren. Maar do heeren weige ren hot geld af te geven en mr. Miltze heeft hun geadviseerd, dat men hen juri disch mets kan maken. Spr. wil deze zaak niet quaiifioeeren, want ook in hot par- 1 lemènt mag men niet de waarheid zeggen. De VOORZITTER: Dat mag a wel, in dien ge u maar parlementair uitdrukt De heer DUYS Dan zal ik zeggen, dat düt geen civiél-rechter1 ijk maar een straf rechterlijke uitspraak ie. Die heeren moe ten zich schamen. Hiertegenover stelt hij de armoede en den nc.od vau het overgroot© deel van het Ned. volik Terwijl de arbeidcifs honger lijden, is er in hotels en restaurants alles te krijgen. De arbeiders moeten hun bons inleveren, waarvoor zij uit de centrale keuken eten; maar de.bourgeois behoeven dit in hun hotels niet te doen. De heer Treub zegtWaar moeten de mPlioenen vandaan komen Spreker zqu willen vra gen Waar gaan zij naar toe? Minister Treub begon reeds in 1914 mot den raffinaderijen öVj milhoen in den echoot te gooien en den leerling Posthuma hoeft den meester Treub overtroffen. Ook wijst hij op do enorme winsten, door de landfoéuwers gemaakt, en dan zijn er nog R.-K geestelijken, die de boeren aaozet- tgn tot sabotage tegen de regeeringsmaat- regefen. De heer TROELSTRAWat u daar zegt is geheel onjuist en versterkt uw betoog niet. De heer DUYS Ik beweer, dat het wel juist is ©n zou dit met feiten kunnen aantoonen. Hoe schandelijk het Regeermgsbeleïd is geweest, blijkt ook wel uit de enorme win sten, die d? heeren margarinefabrikanten Lebben gemaakt, door» de maatregelen van dezen Minister. En liet meest- schandelijke is, dnt die heeren, zooals do familie Jur- gens, voor de rechtbank terecht moesten staan, omdat zij het land, dat hun aan die winst geholpen had, hadden getracht te bestelen door belastingontduiking. Dat was de vaderlandsliefde dier farma, waar van elke firmant meer dan f 400.000 per jaar verdiende. Maar de groote scheepvaartmaatschap pijen hebben de meest tergende oorlogs winst gemaakt, dank de steun van dezen Minister. De contracten, welke de Regeering met deze maatschappijen heeft aangegaan, zijn eenvoudig schandelijk en veel erger dan hot contract te Gouda. Het contract, waar bij per week f 700.000 aan deze Maatschap pij wordt betaald, zoolang haar schepen in 'Amerika liggen, is va-n (Men aard, dat dit id© schepen vasthoudt. Er is nu reeds meer dan 25 millioen aan die Maatschappijen betaald en dat geld inoet van het bedrag af, hetwelk voor de levensmiddelen van het volk wordt uitge- trokken en waarvoor de gemeenten 10 pCt. moeten bedragen. Verder bccritiseert hij het beleid van den (Minister ten opzichte van de cacao en de i tabak en de bereiding van stikstof uit de lucht, waaruit blijkt, dat deze Minister in dezen tijd na alle ervaring nog letter lijk niets heeft geleerd. Ten slotte besprak hij nog de organisatie van dezen Minister, waarvoor maar één woord is, nl. janboel. Men metent buiten de Kamer, dat de Kamerleden" telkens maar badden moeten ingrijp.n, maar de Kamer is van niets op de hoogte; de Mi nister houdt) do Kamerleden overal bui ten en als de heeren der distributie el-, kander zelf nu en dan eens niet in de ha ren vlogen, wist men van niets. Stelt een dor leden den Minister een vraag, dan wordt hij mot een kluitje in het riet gestuurd. Do Regeering liegt den ge- meenten voor, de gemeenten de Piegeering, en zoo ontstaat er een chaos, daarin nie mand meer weg weet. Hetzelfde systeem past de Regeering ook op het buitenland toe. Eerlijke ambtenaren aan de distribu- tie-bureanx worden or urtgopest, zooals ge bleken is bij de Kaasvoreeaiging, Plmimve®-. rerconiging ..eces» Dat Kamerleden in commissie zitting hebben genomen, iaeen groot- fiasco ge weest. De Minister heeft getracht de ver antwoordelijkheid gedeeltelijk af te wente len op de Kamer, toen hij zag, dat allea misliep. Het ie jammer geweest, dat er Kamerleden zijn geweest die zioh hiervoor hebben laten leen en. De Minister meende hierdoor de critiek te kunnen smoren,zoo als hij ook trachtte- te doen bij het geval- K rus oman. Er wordt in ons land een groote strijd gespeeld op de ruggen der arbeiderseen strijd, welden gaat tusschen Rotterdam en Amsterdam. De economische hoofden zijn KrÖller en Van Aalst, de politieke leiders Treub en Pothuma. De heeren Kröller en Van Aalst sabo- teeren elkander op ergerlijke wijze ten koste van het volk. Er zit in ons land iet3x verrots, hetwelk zich hoe langer hoe meer wreekt. Een houding als prof. Kernkamp, aanneemt is ook allesbehalve vaderlands- lieveridvHij zegt te weten, dat er geknoeid wordt en ook door wicn, maar weigert- de namen en feiten te noemen. Toen cr sprake was van invoer van smeer olie uit- Hongarije, en ook hier werkten de heeren Kröller en Van Aalst elkander tegen. Do heer POSTHUMA „Wie verschaft u cke inlichtingen?" De heer DUYS Ik wil u dit wel zeggen dat is do heer La Gro, directeur der „N. U. M." Do heer POSTHUMAVan hem en nie mand anders kan ik zoo iets verwachten. De heer DUYSBovendien, er is nog een conflict, tusschen de ministers Posthuma en Loudonvan daar dat deze kort geleden een commissie beeft benoemd, om een onder zoek in te stellen naar de economische toe standen in het buitenland. De benoeming van deze commissie was een klap in uw aangezicht, Excellentie. De heer POSTHUMAHebt u die we tenschap soms ook van den heer La Gro? De heer DUYSJuist, van denzelfde. De MINISTER Laat ik u dan zeggen, dat deze commissie ihot mijn volle goed keuring is benoemd. De heer TROELSTRA WOp uw initiatief 1 De beer POSTHUMADat doét niet© ter zake. De heer TROELSTRA: Daar gaat- het juist om. De heer POSTHUMA: Maar al 3 jaar lang heb ik aangedrongen, dat de onder handelingen met het buitenland, door den Minister van Buitenlancfache Zaken ge voerd moesten worden. De heer DUYS: De heer v. d. Tempel heeft gezegd niet 'anger met deren Minister samen te kunnen werken, spr. zal daarover ook het zijne nog wel zeggen, maar wan neer wij Posthuma naar huis sturen, en die rompslomp om hem heen hg ft bestaan, dan blgven we in de misère zitten en dan kan Posthuma ook gerust blijven. Verder besprak hij nog den in- en uit voer, voor welke taak deze Minister absoluut niet berekend is, zooals ook de heer Gro hem met eenige feiten aantoonde. De „N. U. M." zal ook den import moeten hebben; anders zal zij haar taak niet naar behooren kunnen vervallen. De directeur der „N. U. M." verklaarde spr. nog, dat op dit ©ogenblik bij onze Re geering geen omlijnd plan bestaat ten aan zien van onze buitenlandsehe economische politiek. Is dat een vooruitziend Regeerings- boleid? vraagt spr.: cLi. eenvoudig onbe grijpelijk na bijna 4 jaar oorlog. Geen won der, dat bovengenoemde hoof lamb'.eraar het beleid van de Regeering verbijsterend noemt. Waarom gebruiken wij nog steeds niet onzen voorraad in Indië, als ruilmiddel om wat naar ons land te krijgen? Spr. wil een verdere uitbreiding van het distributiesysteem, maar zonder dezen Mi nister. Hij acht het aanbleven van dezen Minister voor ons land een groote ramp en schijnt de Minister zelf in te zien, want hj> zoekt zelf reeds naar een opvolger. Nu roept men hem toe: Als gij Posthuma wegstuurt, krijgt ge Treub! maar spreker laat zich niet drijven naar de antithese Treub-Posthuma: liever stuurt hg beide Ministers naar huis. Spr. vraagt minister Treub waarom bij zoo uitsluitend zijn critiek richt in de richting van de arbeidersbe langen, en waarom protesteert gij niet tegen de nüllïoenen-wegsmjjterij van uw collega Posthuma! Wat (lenkt gg daarvan als mi nister van Financiën? Ook vraagt hij, of liet Dep. ran Financiën do uitgaven van do distributie controleert? Spr. laat zch niet bang maken door het spook Treub, want ook tegen licrn zullen de arbeiders weten te strijden. y raagt men liem: •Weet ge ©en beteren minister dan Posthuma, dan 'kaatst hg die vraag terug met do opmerking: Weet ge een slechter minister dan Posthuma? Spr. neemt dan ook met dez? rede af scheid van den heer Pos'huma als minister, erkennend zijn groote werkkracht en het vele goede, dat hij ook heeft gedaan. Mnar er is een tijd van komen en van gaan en hij hoopt, dat deze Minister dit s] reekwooTd zal begrgpen. De heer YAN DOORN zegt, dat het niet pleizierig is als 14 sprekers zich in het debat mengen, en bestrgdt de re ie van den heer Duys, welke z.ï. een demagogisch ka rakter had. Het rantsoen aarlappricn o. a. voor de arbeiders was tot nu to? z?or vol doende. Bovendien is het onjni t, dat er onder de bourgeoisie over liet algemeen welvaart en weelde heerrcht. De ko ten be sprekende der levens pii ddelen v oorzeni n g, wijst hij er op, dat dez? niet betaald kunnen worden. Minister Treub stolt nu voor 150 opcenten te heffen; maar dat is maar voor- loopig en daar komen wij niet m©& toe. Dan moeten de belastingen weer verhoogd worden. Hierbij komt nog, dat wg ra "den oorlog niet onmiddellijk e?n periode krijgen van welvaart, maar daarentegen van druk. Een dergelijke wijze van financiering, z-mals de Regeering thans voorstelt, leidt tot een on dermijning van het volkskapitaal. Bovendien een dergelijk onbepaald crJD mag en knn mon niet geven aan dezen Minister van Landbouw, die maar steeds gel efd heeft alsof er geen windje aan de lucht was. In het buitenland beeft men reeds jaren ge leden thee- en vleeschlooze dagen inge steld en nu. drinkt- men 'daar nog thee en eet men daar nog vleesch. Maar hier hebben wij maar gegeten zoolang de boom vruchten droeg en zitten nu niet met één dag, maar met vleeschlooze en thoriooze tijdperken. Het optimism© van dezen Minister is de oorzaak, dat hij hem niet. langer zijn vertrouwen kan schenken. Wat kwam dit optimisme naar voren bij ztjm passus over den (duur der brood kaarten, toen hij zonder eenigen grond het volk wijsmaakt©, dat de du^r der broodkaar ten in April 1918 zou worden ingekort Het distributiestelsel, dat zich houden wil aan de prijzen van 1914, acht hg geheel verkeerd, want de loonstandaard is sinds. 1914 aanmerkelijk gestegen. Verder klaagt hij over de hooge jaarwedden en de geld verspilling, waaraan de verschillende com missies zich schuldig maken, terwijl de Minister dergelijken amb'enaren de handen boven het hoofd houdt. Spr. kan dezen Mi nister niet langer crediet geven om de zaken voort te zetten. Aan de motie van den heer De Kanter zal hij zgn stem wellicht geven, al Verwacht hg daarvan niets, want de Minister legt alles naast zich neer. Indien de Minister wan Finan ciën komt met zijn in uitzicht gesteld systeem, en de heer Posthuma verklaart dit stelsel te velgen, dan zal hij zijn stem aan dit ontwerp geven, maar anders zal hg togen stemmen. Zitting van Donderdagavond. Verhooging vergoeding kostwinnerschap. Aan de orde is het wetsontwerp tot tijde- lgke verhooging van het maximum der ver goeding wegers krsiwlniurec! ap van dien-t- pachtigen. Bij de algemeene beschouwingen komt te vens in bespreking het amendement-Ter Laan (Deo Haag) c s., om het maximum niet op fl.50, maar op f3 te breogen. Aan de beraadslagingen namen deel de heeren TER LAAN. DUYMAER VAN TWIST KOLKMAN, KOOLEN en de MINISTER VAN OORLOG. Brj art. 1 verklaart de heer VAN yEEN, dat de leden der Commissie van Rappor teurs, voor zoover aanwezig, bet amende ment aanbevelen, op grond van de buiten gewone omstandigheden. CLk moet gien de beteekenis er van niet overschatten. Het amendement wordt z. h. st aangeno men: daarna de artikelen. Het wetsontwerp wordt z. h. st. aangeno men. Kleinere wetsontwerpen. Hierna worden z. h. st. aangenomen wijziging van de wet van 30 December 1916 tot verlenging van do te^ngnen voor do afsluiting der Staatobogrooting 1915 en de inzencüug dor rekeningenvaststelling de begroeting van inkomsten en uitgaven van het Eeeningfonds 1914 voor het dienstjaar 1918; wijziging Registratiewet 1917- Afsluiting cn droogmaking der Zuiderzee. Alsnu komt, in behandeling het wetsont werp tot afeluiting en droogmaking van cle Zuiderzee- De heer DE MURALT verklaart zich met de groote lijnen va-n het grootsche plan, dat in het wetsontwerp is neergelegd te kunnen vereenigen. Hij acht de drooglegging van de Zui derzee een nationaal plan en noemt een aantal mannen, "die zioli in het-bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt voor de voorbereiding van het- plan, o. a. die van dr. A. Beekman, dr. Lely, mr. Vissering e. a. Spr. zal den Minister in giooto lij non volgen, maar zal in verschillende be langrijke onderdéelen eonige critiek moe ten oer on en. Hij verwacht daarbij van de zijde der Regeering een tegemoetkomende houding tegenover de ingediende amende menten. Spr. is van meening, dat- de Friesche en Groninger dijken na de ttrooglegging van de Zuiderzee in veel slechter conditie zul len komen. De te verwachten veihooging van de gtormvl'oedstandenzijn eigenlijk meer do laatste tijdon in studie genomen. Alvorens do^fsluiting te maken zal een voorziening noodig zijn, gelijk het amen dement door spr. met den heer Teenstra voorgesteld, wil bereiken. Spr. .spoort de best'n^n van de provinciën Friesland. Groningen en N.-Hd'anl voor al ora de eilanden aan er op te staan, dat het Rijk vooraf de dijken verhoogt, ai- vorens met de afsluiting der Zuiderzee wer- kelrk wordt aangevangen. Vervolgeus behandelt .spr. uitvoerig de kruinhoogte, welke de afsluitdijken en de meerwijken zullen verkrijgen. Met den heer Boogacrts stelt spr. de volgende mop? voor: ,,D? Kamer, van oor deek dat bij eventuee'e dreogleggi g.'n van een of meer gedeelten van de Zuiderzee dé drjken van alle inpolderingen zoodanige af metingen. zullen moeten verkrijgen, dat zg in staat zullen rooel?n zij'n den hoogst be kenden stormvlöed t? keer en, gaat over tot de orde van den dag." élsnu komt- spr. tot een uitvoerige be schouwing over het p'ao. voorgesteld door den heer Bc-ngaerls. In 'het algemeen is dat plan aantrekke1 ijker dan dat van het wets ontwerp, vooral omdat het Ilse'meer iu het plan-Be nga er is slechts mot -één peil heeft te ma keu, ti.l. een voldoend hoog. peil om behoorlijk voor de watrverve 'sching van de omliggende landen te kunnen zorgen. In het plan van het wetsontwerp dient het IJsel- meer niet alleen naast de functie van reservoir voor vervorsching, maar dient hot ook als uitslagboezem, waarop de om liggende polders'moeten loo:wn. In het pb.n- Bengaerts heeft de loozi.ig der p delers niets te maken irret het IJsalmeer. Zi: In -zen di rect op de' Noordzee. Het peil. behoeft dus daarom Lu dat meéf ui ?t zoo laag te \yorden gehouden. Er behoef: a iha.is gcn rekening mot die loozing te worden gohor-Jen. - Togh kan spr. met het p.'au-Bonga.rls niet medegaan. De financieel©' bezwaren zijn voor bern onoverkomelijk, en het nl en-Lel. y is goed bestudeerd en is voor uitvoering vat baar. Ook kan spr. zich niet vereenigen met het onverbrekelijk verband, dat gelegd is tus schen den aanvang van de uitvoering der werken en de te treffen maatregelen ten behoeve der defensie. Hij vraagt den minister van Oorlog de Kamer in dezen te vertrou wen. Ook al was er .geen soldaat meer over om de nieuwe polders te verdedigen en geen geld meer om forten te bouwen, dan toch zou spr. voor dit wetsontwerp stem men. Zeker, de belangen der defensie moe- teu in het oog worden gehouden, maar men make de drooglegging van de Zuiderzee niet ondergeschikt aan hat.miDair b:'ang. Spr. onderteekende ook het amendement- IJzerman, dat het verband tusschen den aan vang van de uitvoering der werken en de défensie losser wil maken. Hg beveelt dit amendement zeer a^n. Eveneens het amen-, dement betreffende de tegemoetkomingen, die zullen worden gegeven aan de visschersbe- volking. Hg wenscht d'e tegem&tkomïng ook gegeven te zien aan andere personen, die door de drooglegging der Zuiderzee in hun bedrijf geschaad worden. Hij verlangt een wettelijke regeling hiervan bij afzon derlijke wet en beveelt hiervoor aan het amendement, door hem met den heer Duy- maer van Twist hiervoor ingediend. Ten slotte zegt spTeker, dat ook de^ volg orde van uitvoering der werken niet in het wetsontwerp moet worden geregeld. Daar om heeft spr. met den heer Bongaerts een amendement ingediend, om dit uit het ont werp te lichten.. Spr. eindigt met 'de hoop uit te spieken d^t volle o\ ere nst.'inning wor e v rkregen tusschen Regeering en Kamer. De be. aadslaging,wordt verdaagd t. t Dins dagavond a.s. Hel vredesverdrag tusschen Duilschland en Finland. Gistermiddag zijn het vredesverdrag tus- soihen Duitschland on ^inland,- de handels- en scheepvaartovercenkomst, alsmede het aanvullend protokol voor beide verdragen onderteekend. In art. I wordt verklaard dat er tus schen Duitschland en Finland geen oor logstoestand bestaat en dat de contracteer rende part-ije»n in vrede en vriendschap met- elkaar zullen leven. Duitschland zal er voor opkomen, dat de zelfstandigheid en onafhankelijkheid van Finland door al le mogendheden wordt erkend. Daarente gen zal Finland geen enkel deel van zijn bezit aan oen vreemde mogendheid af staan, noch in e>en servituut op zijn ge bied aan zulk ©en mogendheid toestem men, zonder daaromtrent eerst met Duitscli land tot overeenstemming te zijn geraakt. De volgende artikelen hebben betrekking op het hervatten der diplomatieke en con sulaire betrekkingen, op het wederzijdsch afzien, onmiddellijk na de bekrachtiging van het vredesverdrag, van vergoeding van oorlogskosten en oorlogsschade, op hot hei-stol dv.T staats- en privaatrechtelijke verdragen, op de uitwisseling van krijgsge vangenen en burger-geïnterneerden en op de vergoeding van aan burgers toegebrach te schade. Y/at de staatsverdragen betreft, 200 zul len de buiten kracht getreden vei dragen tusschen Duitschland en Rusland door nieuwe» verdragen worden vervangen, wel ke met de gewijzigde opvattingen en om sta iw'igilie-den in overeenstemming zijn. In het- bijzond-er zal binnenkort over do han dels- en scheepi aartovcreenkomst worden onderhandeld. Intusschen wordt het ver keer tusschen beide landeu door een han dels- esn schccpvaaTtovereenkomst gere geld. Met betrekking tot- hot privaatrecht tre den alle oorlogswet-ten bij de bekrachti ging van dit verdrag buiten werking. De wederzijdsehe schuldenlasten worden her steld. de betaling der verbintenissen, in het bijzonder wat betreft de openbare schuld, hervat. Voor het ^vaststellen van de schade aan burgers toegebracht-, zal in Berlijn een comissie bijeenkomen, die respectievelijk voor een derde uit vertogonwoordigers der beide partijen en neutrale leden zal wor den gevormd. Onder dc neutrale deelne mers, waaruit de voorzitter zal worden benoemd, zal de -president >an den Zv. it- serscken bondsraad worden aangezocht. De krijgsgevangen Finnen in Duitschland on de krijgsgevangen Duitschers in Fin land zullen 7,00 spoedig mogelijk worden uitgewisseld. De aan beide zijden wegge voerde of geïnterneerde burgers worden teruggezonden. Daarna volgen bepalingen over a:..pes- tie, over he-fc teruggeven of het vervangen van koopvaardij:hepen, enz. Voor het n /Zen van de Alandkwestie is bepaald, .dat de op cle eilanden aanga- legde versterkingen zoo spoedig mogelijk verwijderd moeien worden en de voortdu rende niet-versterking dezvr eilanden d<"»or een bijzondere overeenkomst moet vg^.'en goregrld. De bekrachtigingsoorkonden zullen ton spoedigste te Berlijn worden uitgewisseld. Voor de aanvulling van het verdrag zullen vertegenwoordigers der contractoercndé partijen bunnen vier maanden na de be- kraclitigiölg te Berlijn samenkomen. Iri cle tegelijk met het vredesverdrag,tus schen Duitschland en^ Finland gesloten handels- en soheepva-artovcr eenkomst wordt bepaald, dat- degenen, die tot c-Q «Ier verdragsluitende partijen behooren, in het gebied an de andere met. betrekking tot den handel en andere be roe oen d.-..elf de rct htca en begunstigingen van oilcr- hand.m aard genieten, die den dmr w< ;n- aehtL.-en toekomen'of zullen töekmni-n. Voortbrengselen van bodem en nijverheid zullen naar het beginsel van meest begun stigde natie wórden behandeld. Opk nopens do spoorwegen en de scheep vaart ter zeo wordt tot de behandeling van meest begunstigde besloten. Ten aan zien van den industrieélen eigendom en het- auteursrecht, gelden de bepalingen der herziene Parijsche overeenkomst van 2 Ju ni 1911 en de herziene overeenkomst van Bern vari 15 November 1908. Het post- en telegraufverkeer zal volgens de bepaiingert" van het wereld-postverdrag en de toe voegsels daarvan in werking treden. Een aanvullende verklaring behelst, da* het verdrag voorshands .geen wijziging in de voorschriften zal bewerken, die met be trekking tob verecnicingen van zekere soort het behooren tot den Finschen staat tot voorwaarde stellen. Echter zullen ook in dit opzicht mensehen van Duitsc-hen landaard zoo spoedig mogelijk met Finnen gelijk worden gesteld. In aansluiting, bij de ondcateekeniug van hebA-rodcsverdrag tusschen Duitsch land en Finland, heeft bij den rijkskanse lier een noenmaal plaats gehad, waaraan behalve de leden der Finsche afvaardiging, staatsraad dr. Hjelt en prof. Erich, e. a., ook de onderstaatssecretarissen Von Ra,- dowit-z en vrijheer Von Sbumm deelnamen. Het vredesverdrag met Ruslpnd. Volgens artt. 11 en 12 van het Duitsch-Rus- sisclie Vredesverdrag zou de regeling van dc ©economische- en rechtsbetrekkingen geschieden, bij bijzondere, tegelijkertijd in krachtIrc-dende, verdragen. 1 Omtrent deze verdragen, die binnenkort gepu bliceerd zullen worden, verneemt Wolff het vol gende: Volgens de be. reking van dc oeconomi- schc-politiekc •bijlage treedt over het algemeen het Duitsch-Ru.-sische handelsverdrag van 1901 weder in kracht, ióikele wijzigingen zijn het gevolg van clen wereldoorlog, en vindon hun aanleiding in de zorg voor de Duitsclïe belangen ten deele houden zij rekening met ongunstige omstandigheden, die in den loop an don lijd in het Dtut-cH-Russbclie handelsleven kan ont staan zijn. Speciaal heeft Duilschl••.i\d door vrijen doorvoor in hett verdrag op te nemen di recte verbinding in het handelsverkeer over Rus land naar Perzië en Afghanistan, die tot dus verre voor Duitschland gesloten waren, verkre gen. Van belang is verder, dat althans tot hot jaar 1925, tot welk tijdstip hcL overeengekomen voorloopige handelsverdrag in alle gevallen van kracht blijft, hel RussRch toltarief, ook voor zoo ver het tol dusverre niet vast was. voor bindend verklaard, en Duitschland tot dit tijdstip ver zekerd is tegen toherhoogingen door Rusland. Het rechtspolitieke, jaanvullingsverdrag ver plicht Rusland in de eerste plaats do scha do te vergoeden, die aan de Duitsche diplomatieke vertegenwoordigers en dienstgebouwen bij het uitbreken van den oorlog is toog ei racht Verder worden alle tot dusverre beslaand heb bende staatsverdragen .lusschon Duitschland en Rusland,, met uitzondering van de politieke col lectieve verdragen, waarbij ook andere vijanden betrokken zijn, principieel hersteld. Ook worden, alle Duitsche particuliere rechten in Rusland, die door de oorlogswctlen of door gewelddadig heden geschonden zijn, hersteld of wordt daar voor een schadeloosstelling in geld toegekend. Speciaal valt tc vermelden, dat de Russische sckuldcndienst ten opzichte van Duitsche schuld eischers, onmiddellijk na de ratificatie van het verdrag hervat moet worden c-n dat de reeds vervallen schulden op korten termijn afbetaald moeten worden Over de veig..-eding van Du:t-che eigendom men, aan welke niet tengevolge van de krijgs wetten, maar door revolutionnaire onteigenings wetten schade is toegebracht, zal, onder prin- cipïéele erkenning van den plicht tot schadeloos stelling, een nadere overeenkomst worrlcn ge troffen. Speciale bepalingen zijn gemaakt betreffende beiderzijdsche beslagnemingen, lu] ui da ties en hypotheken. Hier worden de eerlijk verworven rechten van derden gehandhaafd. De uitwisseling va'ii krijgsgevangenen wordt in aansluiting aan het verdrag van Petiograd geregeld. D beperking van den tijd van teiugr zending blijft overgelaten aan gemengde com missies, terwijl de zuiver Duitsche commissies op Russisch gebied ter bescherming van Duit sche gevangenen," burgerlijge' geïnterneerden, teruggekeerden en ondersteuningen voor krijgs gevangenen worden vervanger- Het onderhoud van vie gr&ven van gosiieit- \eldê militairen en overleden gevangenen wordt gewaarborgd. Een* speciaal hoofdst.Lk is gewijd au.11 de be scherming van Duitsche kolonisten, aan welke Rusland' ojitslag uit het staatsverband, terug keer naar het vaderland, bescherming van den eigendom en vergoeding voor oujlerg.'. a: slechto behandeling verzekert. In.een ander hoofdstuk wordt de amnestic- quaestie geregeld. Iedere partij verleent kwijt schelding van straf aan dc krijgsgevangenen, burgerlijke geïnterneerden en me lege voerden \au de andere partij en aan de vijandelijke on- derdanen, die haar krijgswetten hebben overtre den Aan de eigen onderdanen word', de straf kv iiigescholden, voc cover zij onder dwang van de vrijheid dc wetten des lands hebben overge treden. Ten slotte krijgen vrijstelling van straf de personen, thuis behoorende in de door Rusland entvuimdo gcbicdeiv voor bepaalde militaire en. politieke misdrijven. Daarbij woeden de militai- Te belangen van DuLtschland door een bijzon der voorbehoud beschermd. Over de behandeling der door belde partijen in beslag genomen beliepen en hun la-Eng wor den leidende beginselen vastg1:1. De bijzon derheden worden 0 gel.* ten o.-n een cemengdo commissi, met een neutralen vc r. die te Stelt in bijeen za! komen. Ten slotte verton Dn zich beid»:- 1.1, tijen de door den oorlog onderbroken organisatie van Spitsbergen in cV-n geest der Duilsei'.e \aorsteL- len ten uitvoer te leggen. De Joodsche sociale■-.•■■u-bond in Amerika heeft een oproep tot alle socialisten in do Yv ree nijd© Staten gericht om bet ,,Kai- serivme" i© verslaan. In clen oproep wordt gezegd de meerderheid der -;.e n in Duitschland en Oostenrijk hefyben de vrij heid en bet socialisme verraden. Zij hebben een afschuweliik verbond gesloten 'met. hun keizers en jonkers om allo d aviocra-tischo volken to overwinnen. Het. RuggAYehe pro letariaat is misleid en gruwelijk n ge rand.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1918 | | pagina 5