Pak ma mme.
No. 177Ö2.
LEIDSCH DAGBLAD Woensdag 23 Januari
Tweede Blad Anno 1913.
PERSOVERZICHT.
TWEEDE KAMEi
FEUILLETON
Een man's werk.
Wï DE ÖS/SSTBEKEN
Hot eerstvolgend nummer bevat o.a. als
Voorplaat: Du'tsche krijgsgevangenen in
óns land.
Ver dei Uit Indië. Een spek-Chinees
in gesprek meUeen Moor. Het inënten
van IrJandscho vrouwen door een Inland-
echen arts. Panorama van de bruinkool-
ontginningen to Heerlerheide. Hevige
brand t© Sloterclijk, bij Amsterdam en Rot
terdam. Demonstraties vóór het stadhuis
te Amsterdam. Hevige sneeuwval te Am
sterdam, met 2 foto's. Algemcene verga
dering van verlofsoffieieren te Amsterdam.
Z. D. H. de Bisschop van Breda plechtig
geconsacreerd'.
Onder de Oorlogsfoto's trekken do aan
dacht Draadversperringen in 't Italiaan
echo Hooggebergte. De oorlogstoestand
in het Italiaanseho Hooggebergte. De
Franschen in Italië, met 3 foto's.
Een pagina Cnrrieaturen door Ton
van Tast.
Voor de o n d e rwijzer s der bij-
zondere scholen. Th. M.
K.(eteiaar) schrijft in „DE VRIJZINNIG
DEMOCRAAT'' van hot wetsontwerp-De Sa-
vornin Lohinan in zake de gelijkstel
ling van de salarissen bij het bijzonder
Onderwijs met die brj het openbaar onder
wijs,. ,,'dat het absoluut in strijd is met do
beraads'agingen in de bevrMigrngscommis-
sie, indien thans eenzijdig een gedeelte van
'de gelijkstelling zou worden, uitgevoerd.**
Éénzijdig; immers, wel wordt aan het bij
zonder onderwijs aanzienlijk meer geld ge
geven, doch los van alles, wat men nu een
maal gewoon is, do waarborgen voor goed
onderwijs te noemen.
Zou het commissielid dr. Nolens, die niet
het wetsontwerp mede indiende, dit ook zoo
inzien?
De Lager-Onderwijswet moet thans in
haar geheel herzien worden, niet opnieuw
rartieele wijzigingen, die de geheele herzie
ning slechts zullen tegenhouden.
Onder het opschrift „Do naïven" vvjjdt
de Haagsche correspondent van het
„HANDELSBLAD" een artikel aan het voor
stel van de heeren Lohmau, Van Veen, Van
der Voort, van Zijp, Van d e Molen en Van
Wijnbergen, om al vast maar van Rijks
wege de jaarwedden der onderwijzers bjj
het bgzonder onderwas geüjk to stellen met
die van het openbaar.
Do vijf heeren motiveeren de grondge
dachte van hun voorstel door te zeggen,
dat het „in hooge mate onbillijk zou zijn",
de bijzondere onderwqzers „nog langer finan
cieel achter te laten staan bij de openbare".
Want nu de nieuwe Grondwet is afge
kondigd, slaat vast, dat de openbare ea
bijzondere scholen, deze laatste voor zoover
zij thans uit de Rijkskas worden gesubsi
dieerd. voortaan uit de openbare kas gelijken
financieelen steun mo.t.n ontvangen'.
Men lette nauwkeurig op deze laatste
phrase. Wie zich do behandeling van art.
192 herinnert, weet. dat er hier aan een
juiste voorst ding van zaken iet' ontbreekt.
Och, een kleinigheid. maar: de gelijkwaardig
heid van het bijzonder en het openbaar
onderwijs, welke, dank zij de op,.-osltie onder
de vrijzinnigen, in datzelfde ar?. 192 als
conditio sine qua non is gestald voor de
finaucieele gelijkstelling van die twee takken
van onderwijs.
Maar daarover hebben de vijf heeren,
natuurlijk in hun onschuld, brengelezon. Zj
lichten als het waro uit art. 192 de zevende
zinsnede en willen die al vast in werking
brengen, zonder de twee onmrd lijk vooraf
gaande alinea's. Wait in die twee alinea's
wordt uitdrukkelijk vastgelegd, dit de e schen
van deugdelijkheid gelijkwaardigheid van de
beide onderwijstakken moeten waarborgen,
„en dat ze bjj de wet worden geregeld."
Dit laatste nu is nog in het geheel niet
geschied.
Tcch willen zjj maar vast d? salarlsver-
Kooging invoeren op kosten van do schatkist.
Wel zeker, waarom niet? Waarom znu men
hierna de rest van het accoord niet ook bjj
stukjes en bietjes, eenzijdig, gaan invoeren.
totdat art. 192 ten gunste van rechts
geheel is uitgevoerd. Eu dan kan men eens
gaan praten over de uitwerking van het
aequivalent, de gelijkwaardigheid. En het ver
zekeren van het bestaan der openbare school.
Maar dat is dan natuurlijk van latere zorg.
„DE STANDAARD" zegt in een asterisk:
„Dan toch iets sekuurder":
Er is door de heeren De Savorniu Lobman
c.s. dan toch een wets-voorstel ingediend
orn de positie van de Bijzondere School in
de gemeenten iets beter te maken.
"Voorgesteld wordt, om het accres in het
traktement der onderwijzers niet aan pure
willekeur over te laten, maar tc bepalen,
dat, krijgt de openbare onderwijzer er meer
bij, zorg te dragen, dat het traktement van
de bijzondere onderwijzers van R&gcerings-
wege gelijke verhooging onderga.
We behoeven niet te zeggen, hoe we dit
toejuichen.
Niet natuurlijk alsof hierin de de wonde,
die het oorspronkelijk voorstel s'oeg, geheeld
ware. Dit van verre niet. De geachte voor
stellers stellen toch uitdrukkelijk voor, dat
hetgeen ze bedoelen geen terugwerkende
kracht zal hebben.
Van vereffening der bestaande ongelijk
heid is alzoo geen sprake. Die blrjIt niet 1
alleen, maar kan zclfs. ec-r het voors-el wet
wordt, nog aanmerkelijk vergroot worden.
Het kwaad, waartegen we stonden, bljjft.
Men is er niet toe overgegaan, om de
gemeenten de taak aan het Rijk te doen
overdragen, en zelfs doet liet teliu stcd'enl
aan, onder de voorstellers Staatslieden te
vinden, van wie men beter had mogen hopen.
Ook al ging dit voorstel door, toch blijft*
de ongerechtigheid stand houden, en zelfs j
mag men beducht zjjn, of dit voorstel er in
dezo Kamer door komt. Doch hierover later.
Voorshands is het ons genoeg, er onze
vreugde over uit te kunnen spreken, dat
thans zelfs de heer Lohman erkent, dat het
oorspronkelijke voorstel klinkklaar onrecht
aandeed aan de Bijzondere School, op 't
punt van gelijkstelling.
Nederlands uitverkoop.
Nu van verschillende zijden een ballotje
wordt -uitgeworpen voor een verkoop van
onze West-Indische koloniën aan de Yer-
eenigde Staten, zet mr. dr. C. F. Sehoch,
directeur der Surinaamsche Bank, te Am
sterdam, in ,,ONS LAND" uiteen, wat die
koloniën belichamen, speciaal voor het
moederland.
In do eerste plaats Curai^io, het eenig
vaste punt tusschen Nederland en Ned.-
Indlë, (hit, indien het van een behoorlijke j
draadlooze telegrafie was voorzien, ons vrij
had gemaakt van de Briteche willekeur
ten aanzien van onze telegrafische gemeen
schap. Dan denko men aan Curasao's
prachtige havengeen tweede haven zoo
mooi in dat deel van West-Incbc voor de
vaart via het Panama-kanaal. In de derde
plaats wordt. Curasao het centrale distri
butiepunt van alle petroleum en haar
nevenproducten, afkomstig uit West-Indië
en omliggende land cn. De „Bataafsehe"
heeft niet voor niets de Cara^aosche Petro-
leum-Mantschappij opgericht.
In de vierde plaats verge*© men niet,©
dat men op Curasao weer begonnen is niet
die phoeplmat-exploitatie, die door den wil
van den Engelechraan Goddon twintig jaar
heeft stil gelegen. En ten slotte wijst de
schrijver op de groofce -uitbreiding der
hoeden nijverheid in de laatste jaren.
En lioo staat het- met Suriname? Voor
dat land zijn de mogelijkheden onbeperkt,
de koloniale welvaartlijn is stijgende, de
cijfers der Kamer van Koophandel en van
Arbeid te Paramaribo bevestigen dit, en
dat land zal men willen van de hand
doen?
Maar wat brengt. cH© kolonie dan toch
wol voort? zal een Nederlander misschien
vreven. De~elfc\e prod-ucten, welk© ook uit
Ned.-Indië komenSuiker, cacao, koffie, j
rijst, goud, balata, hout, mais, rum, rubber, j
Maar Suriname koet ons toch ieder jaar
zooveel aan subridSe? zal diezelfde Neder-
lander wagen. Dat is ten deele waar. De j
Surinaamsche begrooting van uitgaven
wordt uitermate zwaar gedrukt door de j
kosten van geleend geld, dat Nederland
had moeter afschrijven als verlies, omdat
het een Nederlandscho speculatie in. Suri-
naamschen land- en spoorbouw betrof. En
liet werkelijke tekort in de kolom a le huis
houding is een gevolg van groot© cultuur
ziekten, wa n van de kolonie thans aan het
genezen is.
Zou de mogelijke kapitaalontvangst voor
éénmaal, clie men misschien bij verkoop
zou kunnen verkrijgen, opwegen tegen de
te verwachten jaarlijkscho prevennen,
welke op hun tijd zeker komen zullen?
Do verstandige Nederlander, die niet
meer doet aan gevoelsargumenten, maar
koopwaar wil zien voor zijn geld en geld
voor wat hij tot koopwaar wil maken, be
denke zich goed vóór het tót woorden en
daden komt. Berouw kornt altijd achteraan.
Zitting van gisteren.
BINNENLANDSCHE ZAKEN.
De heer SCHAPER bespreekt ook de
werkzaamheden der Ned. Centrnle Yer-
ecniging. Volgens hom stelt men in ons
land do belangen van het veo hooger clan
voor de menschen. De centrale verconiging
is bezig zichzelf te hervormen en de rede
van den heer jRnodenburg ware beter ach
terwege gebleven. Spr. laakt do houding
van sommige medici, die uit vrees om ver
lies van patiënten den arbe»:d der N. C. V.
tegenwerken.
De heer OTTO Dat moest u bewijzen.
Do heer SCHAPER zegt niet all© dokters
over één kam te willen scheren, maar er
zijn er, zoo als hij ze schetste. De stijging
van cle tuberculose-sterfte gedurende den
oorlog is het. gevolg van den oorlog, daar
de sociale toestanden sinds 1914 aanzienlijk
zijn verslechterd'. Van liet instellen cenor
Staatscommissie verwachtte hij niets dan
alleen oponthoud.
De heer JANNINK sluit zich gaarne aan
bij den lieer Schaper, terwijl hij met ge
noegen heeft vernomen, dat de Minister
eerst het rapport der Ned. Centraio Ver
coniging wil afwachten.
De MINISTER VAN BINNENLAND
SCHE ZAKEN, de heer COP.T VAN DER
LINDEN, wijst er op, dat cis huidige,
sterftecijfers geen aanwijzing geven voor
den arbeid der tuberculosebestrijding. De
ongunstige omstandigheden, welko de alge-
meene sterftecijfers beïnvloeden, kunnen
zich ook bij de tube rcuïosesterftc cloen gel
den. De prophylanie-bestrijding moet ook
een grooten, gunstgen invloed hebben op do
ldndcrstcrfto en do Mnistcr is het dan ook
meer eens met de heeren Schaper en Jan-
nink don rnet den heer Roodenburg. Boven
dien, de Centraio Vereeniging is zich vol
komen bewust, dat niet alles normaal is en
in de cocnmissio van onderzoek heeft zij dan
ook aan do critici een plaats gegeven.
Do Minister zal intussehen ernstig over
wegen of het werkelijk noodzakelijk is een
Staatscommissie in. te stellen.
Na repliek wordt de pccA goedgekeurd.
Bij art. 72 bis spreekt de heer DE VIS
SER over de subsidie aan do Vereeniglng
maatschappelijk werk bij zenuwlijders en
krankzinnigheid, vragend waarom een in
richting, die zich op maatschappelijk ge-
bie^ beweegt, geen subsidie kriinri
Dc MINISTER zegt- overweging toe.
De post wordt goecfgekoard.
Bij art. 92 bis betoogt de heer BEUMER
dat men betrekkelijk weinig weet over de
besteding der. gelden voor vluchtelingen en
vreemdelingen. Snr. wijst op do geld ver
spilling voor het vluchtoord te Gouda,
waaromtrent men nog niet alles weet. Ook
do kosten van het vluchtoord te Nunspeet
zijn abnormaal hoog het meest wensche-
lijke zou zijn, dat Gouda geheel werd op
gegeven en ondergebracht, t-e Nunspeet.
Verder bespreekt hij de kwestie der
woonwagen-bewoners to B c r gen-op -Zoom
en vraagt of al deze paarden deel en moe
ten van ons beetje veevoeder?
Ten slotte bespreekt hij do kosten van
verpleging van Russische en Poolschc
vluchtelingen, welke reeds meer dan 1 mil-
lioen bedragen, en zou gaavno zien, dafc de
regeering z:ch daaromtrent met de Russi
sche regeoring iu verbind* g stelde.
De heer RUIS 0% BEERENBROUCK
betreurt het, dat de toestand in Gouda nog
steeds bestaat, en zou gaarne zien, dat do
Regeering in deze. de meest krasse maat
regelen nam en steunt het betoog van den
Uoman tok SILVS K. HOCKING.
53)
Adela scheen nog mooier dan ooit to zijn.
geworden, Jiaar wangen waren gevulder,
haar oogeu helderder, haar gelaatskleur
was frisse her.
„Bij den hemel, Adola," riep hij einde
lijk uit,, ,,wat zi© j© er goed uit!"
„Ik ben ook heel goe:l," antwoordde zij
en wachtte.
„Ik moest komen en je zien," ging hij
voort. „Ik kon er niets aan d'oen kon ik
ctat, nu? Wat?"
Tocnr zij hierop geen antwoord gaf,
scheen hij een weinig verlegen. Haastig
„voegde hij er bij
„Je verwachtte mij zeker?"
„Neen, sir Jasper, d'at deed ik niet," zei
zij bedaard
„Niet? Wol, dat verbaast mo. In aan
merking nemend clat- ik in aanmerking
nemend', wat wij voor elkaar zijn geweest
in aanmerking nemend hoe na we tot
elkaar stonden, in aanmerking nemend
„Wij willen, als 't- je blieft niet over liet
verleden spreken," zei zij met kalme waar
digheid.
„O, maar dat moeten we," protesteerde
hij. „Ik ben daarvoor opzettelijk gekomen.
Ik beschouw, wat je bij ons laatste onder
houd hebt gezegd, niet als afdoende
„Dat spijt mo," viel zij hem in do rede.
„Ik bedoelde het als absoluut, afdoende."
„O, mogelijk heb jij dat gedaan, maar
«ooals je weet, er zijn bij ieder© overeen
komst twee partijen. Bovendien heb j© toe
vallig niet alle troefkaarten in handen en
hoowcl ik wel in veel wil toegeven, kan
men een vrouw toch niet toestaan, dat zij
in alles haar am krijgt. Wat?"
,Ik vrees, cïat ik je niet geheel kan vol
gen," antwoordde zij met verhoogd© kleur.
„Maai- dat doet er ook niet toe. Ik
„Dat doet er wel toe," viel hij haar in
de rate. „Je moet kooren wat ik je heb te
zeggen
,-,M o fc hooren," voer zij uit met vlam
mend© oogen, „u heeft zeker vergoten
waar u is
„Wcc3 nu niet hard, Adela," zei hij op
vrionttelijkor toon. „Jij en ik moeten elkaar
begrijpen en hoe eer wij daarmee beginnen
hoe beter."
„Ik weiger vorcler over de zaak te spre
ken", antwoordde zij, terwijl zij zich in
haar volle lengt© oprichtte en er boosheid
uit haar stem klonk, „Ik heb u bij 0113
laatsto onderhoud mijn antwoord gegeven
en dab was afdoend. Begrijp ééns voor al
tijd, dat niets ter wereld mij zal bewegen
het to herroepen."
„,0, maar
„Ik zal mijn zuster zeggen, dat u cr is",
wierp zij hem toe en ging meteen cfe kamer
uit.
Hij vloog haar achterna, maar het was te
laat. Ds deur viel met een smak tusschen
hen dicht.
Met open mond en glinsterende tanden
stond hij eenigo oogonblikkcn besluiteloos.
Daarop trok hij do deur open en keek de
leego hall rond. Toen Jane vijf minuten
later het sa^on binnentrad, vond zij dat
leeg.
Sir Jasper keerde ziedend van kwaad
heid naar de stad terug, en zijn woede was
des te feGviger, wijl hij zich zoo hulpeloos
j heer Rutgers, om eens een onderzoek in te
I stellen naar cl© besteding der gelden voor
I de luchtelingen gevoteerd.
Do MINISTER gcc-it toe, dat de toestand
I met de Russen en Polen ongewcnschfc is;
I men moet echter voor ckzo menschen evtn-
goed zorgen als voor de Belgen. Een com
missie, welko een onderzoek zal instellen
I naar het besteden van do voor de vlucht-
oorden gevoteerde gelden acht hij niet
noodzakelijk, hij is echter voornemens een
de kundig© to benoemen, dio liet beheer
j der vluchtoorden zal nagaan, zoodat een
algemeen overzicht zal worden verkregen.
Uitvoerig bespreekt de Minister het
vluchtoord te Gouda. Toen in 191-1 die dui
zenden over de grens kwamen, was er ëen
algemeen© verwarring om die menschen
onder te brengen. Het aanbod te Gouda
is toen dankbaar aanvaard hij geeft toe,
dat :t gcol, contract niet zonder fouten is,
maar niemand had kunnen voorzien, dat
do oorlog 1 jaren zou duren.-Overbrenging
naar Nunspeet zou moeilijk gaan, daar dit
kamp geheel vol is en 't contract to Gouda
daardoor toch niet. ontbonden kan worden.
Tc Vc-ghcl bestaat geen kamp en wat de
woonwagenbewoners betreft te Bcrgen-op-
Zonm. deze menschen kan men, in verband
met hun gehalte, niet in Nunspeet onder
brengen.
D© heer SCHAPER bespreekt nog eens
het berucht© kamp t© Gouda. Do heer
IJssel de Schepper, die het contract voor
de Regecring heeft gesloten, blijkt achter
af, commissaris, zelfs president-commissaris
to zijn van de Snijgroen-Maatschappij. Het
gaat toch niet aan d'at-, de Regeeringscom-
missaris, die voor de Regeering optreedt,
een conyact sluit met een vennootschap,
waarvan hij zelf aandeelhouder is Zoo iets
ia eenvoudig schandelijk.
Dé heer BEUMER repliceert cn wijst er
op, dat wanneer juist is wat ctc heer Scha
per zegt, dit contract eenvoudig een ver
lakkerij is geweest-, waarvan de Regeering
de chip o is geworden en zou gaarne officieel
vernemen, of het medegedeelde werkelijk
waar was.
De heer RUIS DE BEERENBROUCK
zou gaarne zien, dat de door den Minister
te benoemen deskundig© een onderzoek in
stelt naar de toestanden van het vlucht-
karnp te Gouda.
De MINISTER zegt, dat het Zuiden,
het welk gratis gebouwen afstond, gunstig
afstak bij het Noorden, waar zooals in
Gouda schandelijk misbruik is gemaakt van
do noodtoestanden, welke in 1914 ontston
den, en hij ook eehter alles zal doen om
zooveel mogelijk licht in cfez© z2ak te ver
schaffen.
De heer SCHAPER vraagt of de heer
IJssel de Schepper niet zooveel fatsoen,
heeft, dat hij niet langer zal doen als Shy-
lock. Laat hij de Regeering los maken van
het contract en een eerlijk en fatsoenlijk
man worden.
Do heer DE SAVORNIN LOHMAN
meent ook, dat. de Regeering ©Ikon maat-
rogel moet nemen orn van dit schandelijk
contract verlost te worden.
De MINISTER wil gaarne alle maat
regelen- nemen, maar vreest of het hein
gelukken zal van dit contract af te komen.
Het artikel wordt hierna z.h.s. aangeno
men.
Bij do IVdo af deeling (Hooger eri Mid
delbaar Onderwijs) bespreekt de heer
DE SAVORNTN LOHMAN een speciaal
onder wijs- departement, hetwelk hij niet
noodïg acht. Hij zou do voorkeur geven
aan een Onderwijsraad, waarin allo poli
tieke partijen vertegenwoordigd moeten,
zijn.
De heer VAN HAMEL wenscht een docto
raat. voor de studie in de Fransehe, Duitscho
en Engelsche talen het zou een aanmaning
zijn voor diegenen, die niet alleen opper-
vlakkig, maar ook de literatuur van het
land grondig wiRen bestudeeren.
De heer RINK bepleit een hoogerc bezol
diging voor de hoogleeraren.
De heer VAN V.'TINBERGEN bespreekt
de reorganisatie* der gymnasia en wenscht,
dat de daarvoor noodige maatregelen spoe
dig worden genomen. Natuur- en scheikunde
moeten worden uitgebreid. Deze reorgani-
sat:e zal eclitcr aanzienlijke bedragen kosten_
De heer VAN LEEUWEN" wil een afzon
derlijk dopartement van onderwijs en ook
reorganisatie der gymnasia. Verder bep'eit
hij aansluiting van het vakonderwijs bij het-
Lager Onderwijs, terwijl ook het herhaling3*
onderwijs verbeterd moet worden.
De sp.reker breekt hierna zijn rede af
Hierna gaat de Kamer over tot In t trekker*
der afdeelingen. waarna dc vergadering
wordt verdaagd tot Woensdag halfeen
BURGERLIJKE STAND.
ALK KMA DE B/c< vallen: M J. Dokkcr qcb.
.Sfii>il.->Rk, (I. P. at.n Doorort tfeb. Krutreis <1.
Aan Asselt gcb. Van XieuwXoojK r A. Janj-rri
eeb. Haeomau. z. J. Koek «eb. Loor. z. C. K.
Hootcenbcom geb. Van der i'e<T 7. J. Jf. Iïod;-
Avijk gcb. rioogcbocm d. Stra.-ithof jreb. Ko-
blenzAvrij d.
J. dc Graaf ce'u. Donker, d
Overleden: Johanna a. Ut cl;. van O.
v. Kliek 73 j. II van Wicringen avciI. J. 'Ie Wit
49 j. - J. G. a'.«n dc-r Meer z. m.
Maria C. Termeolen. 3 m.~
Ondertrouwd: J. Plasmeijcr jui 22 J. en A.
v. d. Wereld, jd. 2fi j. A. J v. d. Zwct jni. 26 J.
ca G. Huiffsloot jd. 25 j. G Koek jm ?5 J. cn Tb
a'. d. Zwel jd 22 j. J. IV. Jansen jni. 11 J. en IC
Deters Jd. 27 j. J. F. Pouav Jin 2"> J cn J. EIsl-
u'cest Jd. 23 J. Tir. L. van drr Hoom jm. 25 j. cn
1'. J. Aan der Meer ld. 22. j. Tli. van Kliuk jm. ?3
J. on P. v. Gerven jd. 27 j. A. 1'ouw jm. 28 J. en
■T. C. van Zeijl jd. 21 j. If. van dc-r Voet. \vcd. v.
M. den Hollander 33 J. en W. van der Voort jd. 31J.
II ILL KG OM. Ondcrlrauwil- P. D. van Mourik
cn C. M Schollen N. P Weijers on M. C. Prins.
G e 1 r o u av d: J. M. Janssen en II. M. Pors.
C. M. I-'aasse en M. Vermeer.
B r a 1 1 c n: G- Q. Lcbn :n j»nb. Mc-Ijboom. d.
M. I". de Groot gtb. Oud. d. M. A. Verbeek geb.
Van Kuiten. 2 7.
O o r 1 e d e n: L. Warmer larv-l mr.rl. at. A.
van Mannen. 59 J. cchtg. Aar. .t. Mus.
KATWIJK. Geboren: Jan Hugo z. van J. v.
d. Perk en A, de Wit. Anna. d. van J Ba ril ber
gen en a. a. d Perk. Vrir. 7. van FT. O verduin
en L. van der Ecde. Jnmbn. d. van J. Hork en
G. van der Pent. Coroelis van 7. Ouwe-hand
on A. van Rijn —.Cornelia, d. van J Sij> en F.
Kuijl. Correiis. 7.. van J. Meijvogel en A. Aan
Leeuwen. Teunisjc. d. van M. de Jong en .T.
Kuijt. Teunis, z. van W. van Duijn ea J. den
Ueijer.
O a-o ried en: H. Messcmaker. 5 m. d. van J.
en K. van Dijk. A. van der Perk, 22 j. cclilg.
van J. Boalbcrgcn.
Ondertrouwd: J. Keur'jm er. A. Guyl id.
C. v. d. Plas Jm. cn A. v. d. Plas Jd.
SASSENIIEIM. Geboren: Maria Johanna, d. v.
O. Vcrdegaal en C. v. d. l'lngl. Johanna Maria,
d. van L v d. Voort en F. Heemskerk. Johanna,
d. A'an A. v. d. Burg cn H. P. Brama. Agatha
Pc tronëlla, d. van Th. C. 'Hortvcld cn H. W. Coe-
nen.
Ondertrouwd: V. J. Rulgrok 25 J. etl F.. A'. d.
Ploeg 26 J.
Qvcrlcdon: Johannes, z v.ui Joh. Molenaar
cn G. TI. Welling. G. v. d. Ifcide-Snijders 44 J.
A. Stapborst-v. Schip 59 J.
VOORSCHOTEL Overleden: Pleuntje SpIJ
kcr. wed. J. Verhoog, 66 J.
WARMOND. Ondertrouwd: J. Plasmeyer 22
J. en A. van der Wereld TtJ J.
Geboren: Johannes Thcodorus 7. van W. van
Winson en J. v. d. Konland. Adri.mus Hnber-
tus, z. van A. Verhaar en A. C. v. d. Hoi-st.
AdrianUs Jacobus, z. van J. v. Tongeren en A.
Sehakenbos.
Overleden: Arnoldus Sikklng, 63 J. gch. met
M. van SehooteD.
Mevr. B., te Leiden. Y'oor het prepa
reeren van fazantenvlerken en -koppen be
gint men met- (lc huidzijde zorgvuldig van
vleesch en bloeddeeltjes te ontdoen. Daarna
legt men er een dikke laag poeder op, be
staande uit twee loodsalmoniak, een lood ge
brande aluin, een lood tabakasch en. een
drachme aloë, te zamen vermengd en fijnge
wreven. Na een dag verwijderen. Hierna de
veeren opstrijken met eerzuchten borstel.
Huismoeder. Het vleesch is tegen
woordig te duur en te kostbaar om er niet
zeer voorzichtig mee om te gaan. Het ver
dient daarom aanbeveling om voor het in
zouten een deskundig man in den arm to
nemen. Eenige weken kunt u het vleesch wei
in rauvren toestand bewaren door het in een
steenen pot te lergen, overdekt, met
doek, welken men met een dikke laag bedekt
Daarover heen legt men nog een papier,
waarover een laasrje houtskoolpoeder.
Moet het vleesch langer mee, dan gaat
men het pekelen. Voor het inzouten ge-
bruike men iets meer dan dfe dubbele hoe
veelheid als bij versch gebruik genomen
wordt. Dit aldus gepekelde vleesch wordt in
kleine vaatjes gelegd. Na vulling wordt licfc
vaatje gesloten en. dichtgesmeerd (met pek
bijv.) Men zet het daarna onderstboven in
den kelder of op een andere koele plaats.
Men neemt voor in?outon bij voorkeur
vleesch van jonge koeien, daar door deze be
werking het vleesch altijd minder mal ch
wordt. Vleesch ven ondc kr-ïen wordt dan
allicht taai.
N. N., te Leiderdorp, Een definitieve
datum is nog niet bekendvermoedelijk
komt het tweede gedeelte vesting-artillerie
eerst in October onclei» do wapenen.
voelde. Hij had gotrachfc zijn laatste schot
af to vuren cn dat was hom mislukt. Hij
besefte, niet voor de eerste maal dat
Adcla even wcerspannïg kon zijn als haar
vader. Heb was beat mogelijk, dat Bardell
haar alles had verteld, in welk geval zijn
spel uit was, voor zoover het Adela betrof.
Hij zou haar kunnen straffen door haar
vader te sfraffea. Ja} clat zon hij kunnen
doen. Die laatste voldoening bleef hem
over. Alleen
Jasper was in den grond een lafaard. Hij
wenscht e Bardell t© treffen en terzelfder
tijd zou liij gaarne Adela getroffen hebben
maar het denkbeeld lokte hem niet aan op
zijn beurt getroffen, te worden.
Hij had do wet op de-n laster er op na
gekeken had verschillende informatie® om
trent cle working daarvan ingewonnen en
Bardell's kans was glad verkeken. Maar als
hij het geval voor een gerechtehof bracht,
zouden vele zaken aan hot licht komen, die
hij liever geheim wilde houden. Zijn eigen
loven was niet zoo vlekkeloos, dat hij het
kon wagen de risico te loopen, dat een.
aantal ihurk&ehtig© advocaten daarin
roerden. Iemand, die zijn buurman van
verkeerclo handelingen beschuldigt, moot
~7elf auivcr zijn.
Bardell wachtte, weck na weck op het
vallen van den slag en was benieuwd wat
Jaspers hand tegenhield1. Dat hij door een
gevoel van medelijden of barmhartigheid
werd weerhouden, geloofde hij geen oogen-
blik. Waarom sloeg hij dus niet too?
Toen er verschokten weken waren ver
streken, begon hij de waarheid t-e bevroe
den. Hij trachtte zichzelf in Jasper's plaats
to stellen trachtte de zaait uit Jasper's
oocnunfc te beschouwen
Hij rees op een avond uit zijn stoel op
en legde zijn pijp neer. Een droeve glim
lach zweefde om zijn mondhoeken en een
rhepo zucht ontsnapt© aan zijn lippen.
Barmhartigheid hield Jaspers hand niet
tegenmaar vrees. Hij kon wel blaffen,
maar was bang to© te bijten.
Aldus maakt het geweten ons allen tot
'aards.
Daarop ging hij wekenlang in een zeer
reine gemoedsstemming naar en van zijn
kantoor. Hij was niet langer bang voor
Jasper, maar hij kon toch niet geheel aan
het verleden ontkomen. Hij kon berouw
hebben hij had dan ook oprecht en nede
rig berouw gehad, maar berouw kon geen
knoop losmaken, of een woord, dat hij had
neergeschreven, uitwisschen.
Het heden behoorde hem echter toe en
dat moest hij zoo goed mogelijk besteden.
Hij had, ofschoon laat, zijn les in zijn
loven, geleerd en had een zware boet© be
taald hoe zwaar, dat wist niemand dan
hij zelf cn God, maar hij zou tot het oind
van zijn leven met dat betalen doorgaan.
Maar dat kwam er niet op aan. Een
beter© dag brak aan. De toekomst was vol
beloften. Hij zag uitgestrekte velden,
waarop hij zich nuttig zou kunnen maken.
Hij kon zijn mede menschen van dienst we
zen. Zijn stille avonden boden gelegenheid
tot lange gesprekken met Adela. Zij voel
de, dat zij hem nu pas begon t© begrijpen.
Zij was vroeger een beetje bang voor hem
geweesthij had 7.00 hardvochtig geschenen
en onsympathiek. Zij was er niet zoker van.
of zij veranderd was dan wel hij. Misschien
waven zij heiden veranderd. Hoe het zii. de
wereld scheen helderder. Uit het verdriet-,
het lijden en de verwarring de? laatst©
paar jaren was een duidelijker begrip van
leven ©n plicht ontstaan.
Zij had een groot verlies geleden en het.
besef van clat verlies nam eer mettertijd
toe dan dat het verminderde, maar zij had
zich voorgenomen haar blijmoedig leven
daardoor niet t© laten verduisteren. Al
was het beste haar ontzegd, zoo was er toch
nog wei zooveel, overgebleven, dat het on
dankbaar zou wezen, aLs zij het niet vol
erkentelijkheid aannam.
Zij had haar minnaar verloren, maar zij
had haar vader gevonden, cn wat nog op
merkelijker was, haar vader had zichzelf
govoRcten. Deze waarheid drong zich steeds
meer aan haar .op naar gelang de weken
voorbijgingen. En op het eind van het jaar
wist niet alléén zij, maar ieder ander, met
wicn Bardell in aanraking kwam, dat hij
veranderd was. Saunders zijn boekhouder,
was wellicht do eerste, die het opmerkte.
Bardell was er veel meer op gesteld, dat,
zijn handelingen eerlijk waren dan dat zijn
winst groot was.
Lat-cr bemerkten de buren de verande
ring op. Zijn predikant merkte die op. Het
bestuur van het plaatselijk ziekenhuis on
dervond het, verschillende maatschappe
lijke cn philanthropische ondernemingen
ondervonden het. Zijn dienstpersoneel
ondervond het-. Jan© was do laatste, d':o
het opmerkte, en toen zij niet langer haar
oogen voor het feit kon sluiten, trok zij
minachtend haar neus op en verklaarde
Adela, dat hun vader op zijn ouden dag
zachtmoedig werd.
OVordt vervolgd.)