Pak me mee. No. 17740. LEIDSCH DAGBLAD Donderdag 27 December Tweede Blad Anno 1917. PERSOVERZICHT^ GE OORLOG RECHTZAKEN, BRIEYEN UIT PARIJS, VRAGENRUBRIEK. Hofc eerstvolgend oummor bevat o. a. als voorplaat: Vroolijk Kerstfeest-. Verder: De aanbidding der Herders. Eet Heilige Land. Bloemententoonstel ling in „ArtLs" te Amsterdam, met 3 foto's. Een kijkje in Jurgens* Marga rine-Fabrieken te Os9, mot 3 foto's. Opening der Tentoonstelling van Belgische Kantwerken in het Stedelijk Museum te Amsterdam. Met stijgend sueecs gaat de N. V. ,,Het TooneeP' door met vooretel lingen te geven van „Midzomernachts- vtroom". Het stoomschip „Koningin Regentes" te Vlissingen. De Amerikaan- sclie torpedojager „Jacob Johns" tot linken gebracht. Een groep Belgische geïnterneerden op een studiereis in Neder- 1 land. Officieelo overname van het Maandschrift ,,De Tijdspiegel". Com missie voor .do Graanbeporking in de Alcohol-Industrie. Het Prinsesje met haar Grootmoeder op de wandeling, met 2 foto's. Onder do Oorlogsfoto's trekken de aan dacht: Aan het front van de Aisne. De Franschen te Marokko. Stapelplaats van aluminium. Aan het Belgische front, met 2 foto's. De Doodsklok en het- Kerstklok] o luiden te gelijk door Ton van Tast. "Weelde uit verarming. „DE STANDAARD" driestart: Ook de Maandstaat van November i3 alleszins ge schikt om den Minister van Financiën een riem onder het hart te steken. Bij een vo rig jaar vergeleken, eon acres van de mid delen met niet minder dan bijna 4% niil- lioen. Op zichzelf zou dit een eenig verschijn sel zijn, indien de bepalingen, di? de op brengst regelen, dezelfde waren gebleven. Juist dit echter is niet het geval. Het zijn de tra-vorderingen dc-r Schatkist, die de abnormale verhooging van opbrengst ver oorzaken. Inkomstenbelasting en Vermogensbelas ting gingen zelfs achteruit, de eerste met bijna 31/> ton, do tweede met niet vsel min der dan drie fc>n. Het gaat bij de opbrengst der middelen zoo wispelturig toe- Y'eeze voor rantsoe neering van suiker heeft deze maand er- lokt, om allerwegc massa's suiker op te pi aan. Bijna drie millioen werd daardoor op do suiker ontvangen. De nieuwe rege ling in zake de -egel-registratierechten gaf een toeneming \V\ ruim 2% millioen. Zoo ook bracht de Successie, ten gevolge van dc wettelijke verhooging, ruim l'/i mil Hoen meer. Hot ruime slachten van vos gaf millioen boven de opbrergst van - het vorig jaar. En het gedistilleerd gaf wel aanmerkelijk minder dan in November 1910, maar hieruit is in het minst geen ge volg te trekken van minder gebruik, daar ook bij dit product zoo gedurig boven de manndbehoefte wordt inj >slagen, indien men beducht is voor nieuwe verhooging van de Rijkscontributie of, gelijk nu, voor afsnijding van grondstof. De hoogere opbrengst is feitelijk een vrucht- van vreezo, dat de naaste toekomst notr straffer Regecringsmaatregelen zal uitlokken en voorts logisch gevolg van de hoogere eischen, die reeds in wet bij wet zivn. Het- gezonde, norm?!? kwan tum van de volksveerkracht bleef daaren tegen ook ditmaal beneden het peil. Maar vleesch verbruik, omdat er geen \v>ldöend voeder voor het vee is, is eer om bij te hui len, dan om bij te jubelen. Loodsrecht en wat met don handel en scheepvaart samen hangt, zijn al dalende. Van een intreden v&n vernieuwd en verhoogd volksgeluk is dan ook ge-en sprake. En wat juist, waar vaststaat, dat het hoofdaerès uit de belastingen komt, sóci- ^al het pijnlijkst aandoet, is, dat volstrekt niei alleen (1e lieden, die in de oorlogswin sten grabbelen, meer inbrengen, dit had zelfs veel eerder moeten beginnen maar dat ook do groots massa van de beperkte inkomens telkens hooger bedrag bij den ontvanger en in de prijsverhooging te be talen heeft. De Minister van Financiën moge zichzelf en het Rijk gelukwenschen, een zeer bree- de klasse- van het volk zucht er onder. K e r k c o 1 1 e c t o n voor pre dikanten. Naar „DE NEDER LANDER" berichtte heeft do kë-rkeraad der Ned.-Herv. Gcm. van Rotterdam be sloten, zesmaal por- jaar tijdens de gods dienstoefeningen ic allo ke:kcn cea collec te tó doen houden, ten eindo nit clc op brengst daarvan de prediUan traktemen ten 'te kunnen verlioogen. Dit besluit is zeer wel te verdedigen, meent het „WEEKBLAD V. L. VRIJZIN NIG-HERVORMDEN", op grond van de overweging, dat allen, die in de verkondi ging van liet evangelie belang toonen te> stellen, in do gelegenheid moeten worden gesteld, met hun gaven ec toe bij to dra gen, dat de predikanten een behoorlijk traktement ontvangen. Toch zou het blad niet gaarne tot liet ne men van.zulk een besluit medewerken. „Bij het honden van een collecte in de kerk worden de aanwezigen vrijwel tot ge ren verplicht, al is het- clan rnaa.* tot het geven um con kleinigheid. Weigeren gaat* moëiüjk en maakt een onaangenamen ia- druk. Wij voor ons voelen alleen vrijmoedig heid, -bijdragen voor het verlioogen van predikants-traktem juten te vragen van hen, die iets to missen hebben- De aangewezen weg schijnt ons eigenlijk dat kerkvoogden, als liun 'inkomsten een verhooging, <lio zij noodig achten, niet toelaten, een hoofdeiijken omslag invoe ren of dien verzweren. Maar a-ls nor, om de eon o? andere re- cten daartoe» r-vt kan of wil overgaan, cn meent, (lat het vereisen te bedrag vrijwillig moet ^yoodon bijoengebrachli, dan zouden wij aan het rondgaan met lijsten, in het bijzonder bij de meergc-goedcn, toch ver de voorkeur geven boven het houden van korkcolleclen"., Geboden voor de kerk- In „DE NEDERLANDER" geeft ds. G. H. van der Brugghen geboden toot de kerk. Verkort- luiden zij 1. Gij zult voortaan twee deuren van al le kerken overdag open laten. Dat die vole, dure, ruïne, schoone gebouwen slechts een paar uren per week worden gebruikt, is bespottelijk en een ergernis. 2. In alle kerken zullen voortaan alle plaatsen bij den dienst vrij zijn. 3. Overal zullen de eollectestokken wor den vorbrand. Op geschikte plaatsen wor den lrouten bakjes aangebracht met het opschrift „voor de kerk" of „voor do armen". 4. Allo voorlezers worden bedankt en van de voorzangers worden alleen de be kwame behouden, aan wie vooral in dor pen tevens de leiding wordt opgedragen van zanggezelschappen tot verbetering van het kerkgezang. 5- De kansels worden overal ontsloten voor de prediking door vrouwen, die daar voor een universitaire opleiding nebben ontvangen of van nature daartoe geeste lijk zijn aangelegd. 6. Christus moet bij de prediking meer cp den vooigiond treden en geregelde venr lezing van dc Wet moet worden buitenge sloten. 7 Het verstand moet worden opgehel derd aangaand? de Zondagsrust. I)e '■tem ming op Zondag moet niet anders zijn dan in de we^ek en men moet op olken werkdag in Zondagsstemming verkeeren. 8. De gemeente mo3t onderling meer omgang hebben. Daarom moet de dienst om halfelf eindigen en het overblijvende halve uur worden gebruikt voor onderlinge kennismaking onder een wandeling door het kerkgebouw of in do aangrenzende consistorie, catechiseerkamers, enz. Nog beter is 't, daan-oor een na middagsamen komst te houden, waarbij de leeraar, liefst als leek, aanwezig is, tusschcn 2 en 5 uren. 9. Ieder zal niet werken in de kerk wach ten, totdat hij de gave des Heiligen Gces- tes heeft ontvangen. 10. Gij zult. allen, en vooral hen, <lio zioh met u in hetzelfde kerkverband be vinden, verdragen. De ware liefde bedekt, hoopt, gelooft, verdraagt alle dingen- 11. De kerk moet zoeken naar nieuwe middelen cn wegen, want-het allerergste is, dat de groote stroom van Protestanten of gedoopten haar voorbijgaat of slechts komt bij bijzondere gelegenheden. En als do kerk een al te onbeweeglijk lichaam is, niet in staat zich te herzien, dan moge zij in haar tègenwoordigen vorm te gron de gaan, om plaats te maken voor iets be ters, dat niet zal uitblijven. Do uitbreiding van lu'l Britsclio leger Volgens do „Evening Standard1' zullen rle rogeeringsvoorsteilon betreffende de lcgcruit- broiding bepalingen bevatten, waardoor de inlijving mogelijk wordt van alle jonge man nen van 1924 jaar, die, tot nog toe om de een of andere reden waren vrijgesteld. Verder zullen ook de aehttienjarigen moeten opko men. De leeftijdsgrens voor den dienstplicht (41 jaar) zal niet worden uitgobreld. Henderson werkt samen met bet oorlogs- kabiuct in verband met de onderhandelingen met de vakvereenigingen over do inlijving van de lot nog toe vrijgestelden. De levcnsmiddelcnwoeker in Duitschland. De burgemeester van Neuköln, een voor stad van Berlijn, heeft een opzienbarend document gepubliceerd over den smokkelhan del, welke in Duitschland een omvang heeft bereikt, die elk vermoeden overtreft. Welk, kaas, graan, boter, vet, alles is te krijgen, doch niet tegen de door de regeering vastgestelde maximumprijzen, doch tegen de woekerprijzen, welke worden gevraagd door den smokkelhandel, <Mie zich nteesler maakt van do voorraden, welke aan de inbeslagne ming worden onttrokken. En zóó brutaal treedt die smokkelhandel op, dat ze'fs aan het gemeentebestuur van Neuköln haver werd aangeboden tegen 100 mark, terwijl de maxi mumprijs slechte 20 mark bedraagt. Raas is nepgens voor den maximumprijs te kcop-, doch in de restaurants, waar men aan geen maxi mumprijs is gebonden, kan men naar belie ven kaas eten tegen het dubbele van den prijs De burgemeester besluit ziju gedetailleerd overzicht met de volgende bedreiging: „Wij verwachteu, dat het levensmiddelen- departement met het oog op den onhoudba- ren toestand, welke onvermijdelijk tot een catastrophe moet voeren, zoo spoedig mo gelijk met doeltreffende maatregelen zal in grijpen, om de oorzaak der ontevredenheid weg te nemen. Het eitedelijk bestuur heeft eenstemmig het besluit genomen, het als zij.i voornaamste taak te beschouwen de bevol king to voorzien van de beschikbare levens middelen, en dat wil het bereiken langs den tot lieden gevolgden wetielijken weg, wan neer het levensmiddelen-departement niet on middellijk hulp verschaft en ook dan, waa neer de stad economisch zal worden geruï neerd door het betalen van de woekerprijzen, welke niet van de onbemiddelde bevolking kunnen worden verlangd." De „Yorwarts" neemt het geheele rapport van den burgemeester in haar kolomman op en voegt er een scherp artikel aan toe. Wij lezen daarin o.m. dat de levensmiddelen-dic tator, von Waldow, alles heeft gedaan om de publicatie van dit document te verhin deren en zelfs heeft gedreigd met discipli naire maatregelen. Het blad prijst den burgemeester om zijn moed cn is van oordeel, dat alleen zulk op treden nog iels kan helpen. Dc waarheid* Zegt hot .blad, de de smokkelhandel onrust barende afmetingen heeft aangenomen, moet wereldkundig worden. En het besluit het arti kel als volgt: „Vroeger was tuc-n van oordeel, dat wat door den smokkelhandel aan het algemeen onttrokken werd, zóó gering was, dat het nog geen oogje vet op de soep van ieder zou brengen als het werd verdeeld. In werke lijkheid is het echter anders. Het staat thans buiten twijfel, dat de verschrikkelijke ievens- middelennood, waaronder wij loven, voor een goed deel het gevolg is van misdadige prak tijken. De buitenlandsche Engelschen h -bben ons heb leven moeilijk gemaakt on de binnen- iandsche Engelschen hebben de rest gedaan. Doch is die vergelijking wel juist? De Engelschen voeren openlijk oorlog tegen ons, doch diegenen, die wij den naam vaa ,.bin- nenlandsche Engelschen" gaven, zijn onze landgenooten. Het zijn voor 't grootste deel ongetwijfeld groote „patriotten" en noemen ons slappe „vaderlandsloozen". Zij willenden oorlog voortzetten tot Polen, Lithauen, Koer land, België, Longwy en Briey veroverd zijn. Zij beschermen ook de ware „grondslagen van den Pruisisehen staat" en weten zeer goed waarom zo dat doen, want de toestan den, welke zij hebben geschapen en waar van zij profitzeren, kunnen alleen bestaan, waar het kiesrecht niet aan de mensahen, doch aan de geldzakken is toegekend. Zjj hebben overwonnen, waarom zullen zij niet verder zegevieren? Men kan gerust be weren, dat de levensmiddelenwoeker en de smokkelhandel veel heter georganiseerd zijn dan de volksverzorging. De eerste heeft den laatste volkomen in den hoek gedrongen en de levensmiddelencontroleur spee't tegen woordig een rol, die vrijwel overeenkomt met die van den gendarme in een rooverharberg en die van de zedenpolitie in een bordeel." De conservatieve bladen, die de belangen der agrariërs inzonderheid verdedigen, zijn natuurlijk woedend op den Neukölner ma gistraat De „Deutsche Tageszeitung" poogt de aandacht af te leiden, door op te merken, dat het stuk wel „socialistisch maakwerk" zal zijn. Het is echter wel jammer voor dat bravo feodale persproduet, dat de samen steller de stadsraad Wien is, die in 1913 door de conservatieven c.ondidaat is gesteld voor het Pruisisch Huis van Afgevaardigden. De „Kreuz-Zeitung" meent zelfs, dat er tegen den burgemeester van Neuköln een strafvervolging behoort te worden inges'e'd. Het „Berliner ïageblatt" daar n'egea tapt uit een ander vaatje. „Terwijl het hand- taschjo van de reizende dames nauwkeurig wordt onderzocht", schrijf: hel blad, „of liet ook smokkelwaar bevat, heeft men n el de lieele wagonladingen goederen gezien, die groote industrieinvichii gen en g'adsbesturen zich langs verboden wegen hebben doen toe komen. Ja, sterker nog, zelfs rijksambtè. a- ren hebben zich aan dit wa-.b drijf schuldig gemaakt De tijd van von Waldow is vervuld. Voor zijn aanblijven is geen enkele reden, want dit schandaal schreit ten hemel:" In denceifden geest schrijven meer liberale bladen en allen dringen ann op een verkla ring ven het levensmidde'en-depnrtcment. Dat zoo'n verklar ng inderdaad niet over bodig is, blijkt b.v. hieruit, dat de gemeente Neuköln 200.000 centenaars groent? bij het centrale gtoenteabureau. had besteld, doch nog geen 10.000 centenaar daarvan ontv'ng. Maar in den zoogunaamden vrijen handel is genoeg te koop", als je maar grof geld wil betalen. Do volkshumor, die b'tjkbaar nooit ver saagt, openbaart zich ook'hier weer. De lei der der groentencentrale heet Th li en nu zegt men schert end: Er bes aan tweeT lii's in do geschiedenis; de oene heeft Maagden burg plat gebrand en de andere is bezig Berlijn uit te hongeren. En, zooa'.s gewoonlijk, is ook deze humor ontleend aan de futen. Het rapport van den burgemeester van Neuköln vermeldt b.v, dit m een tijdperk van 10' weken minstens 425 wagons g o n'eg tot woekerprijzen in die gemeen e zijn verhandeld, do'cli het een Ir al bureau was niet in staat te leveren. „Wat gebeurt er?" vraagt de „Vorwarts." „Een dëbdcle slaat voor de deur. De rant soenen worden in dezelfde male verminden, als de winst der woekeraars toeneemt. Dat j moet naar een catastrophe voeon. Waar is i de man, die met een krachligen greep den j wagen voor den afgrond tot slaan brengt?" HOOG MILITAIR GERECHTSHOF. Heb Hoog Militair Gerechtshof dtecd in hooger beroep in de navolgende zaak uit spraak Ernstige dienstweigering. In clczo zaak legen de drie en dertig dienstplichtige soldaten der infanterie, die in eersten aanleg door den Krijgsraad te 's-Hertogenbosch waren veroordeeld ieder tot twee maanden gevangenisstraf ter zake, dat zij op September 1916 in de buurt van de gemeente St-.-Kruis, toen een sergeant, na de rust, hun gelastte om hun plaats in den troep in to nemen en den ma-rsch verder mee te maken, uitdrukkelijk hebben goweigerd daaraan to voldoen. Ten aanzien van dertig beklaagden werd het vonnis bevestigd, terwijl twee der be klaagden werden veroordeeld ieder tot zes weken gevangenisstraf en één be klaagde tot 1 maand militaire gevangenis straf. HAAGSCHE RECHTBANK. Diefstal te Voorschoten. O. P. Schr., koopman, 28 jaar, en J. v. H., rijwielhersteller, 21 jaar, beiden gede tineerd, hadden in den nacht van 8 op 9 November een drietal rijwielen weggenomen uil de loods van de kostschool „Beresteyn" te Voorschoten. Beklaagden gaven een derde, een onbe kend gebleven persoon, de schuld. Deze zou do drie rijwielen gestolen hebben. Kader ondervraagd, gaven zij toe, dat zij wisten, dat de rijwielen gestolen waren. De opbrengst hadden ze t? zamen verdeeld. De veldwachter, als getuige gehoord, had des nachts drie personen op de rijwielen gezien en herkende de beide beklaagden. Een vijftal getuigen werd nog gehoord. Do Officier van Justitie, mr. del Campo, meent, dat hier wel degelijk diefstal in vereeniging is gepleegd. Er zijn drie rij wielen gestolen door drie personen, het ligt dus voor de hand, dat ieder een rijwiel gestolen heeft. Spr. requireert voor beiden, die recidivisten zijn, 1 jaar en 6 maanden gevange n isstra f Mr. Rood verdedigde beklaagden. Het O. M. vroeg voor J. B., broodbakker te V e u r, dia brood verkocht tegen inwisseling van een nog niet geldige boodkaart (te Vour had men twee broodloozc dagen) vrijspraak, omdat de gcluige het ten laste gelegde niet kon bevestigen. Mej. v. M-, gcb. K„ te V e u r, stond ook wegens eenzelfde overtreding terecht-, maar ook hier kon dc veldwachter geen afdoende verklaring afleggen, zocdafc voor haar ook vrijspraak werd 'gevraagd. Verder is geëisch tegen; W. S., te L e i d e n, die t-e Katwijk uit do* smidse van H. een ijzersnijder heeft weggenomen, 1 maand gevangenisstraf. (Van onzen Parijschen briefschrijver). (Nadruk verboden). 2G Nov. 1917. Le Tig re est déchainé. Er is iets zeldzaam-treffends, iets buiten- gewoon-groots in het aan-de-regeering-ko- men van Georges Clemenceau in dit vierde jaar van den oorlog. Welk een les voor jonge menschen, die het dikwijls beter meenen te weten dan de ouden! Hier is een grijsaard, een man van 76 jaar, maar jonger en krachtiger en strijd vaardiger en onverschrokkens dan zóóveel, die vóór hem kwamen! Hij was altijd een oppositie-man quand-même, omdat een vecht- natuur als Clemenceau niet anders kan dan i oppositie-voeren. Hij was zelfs om eerlijk j te oordeelen, zonder hielenlikker ij niet altijd sympathiek in z'n soms te-ver-gedre- j I ven oppositie, en de oude Tijger werd even- j I zeer aangeduid door z'n anderen, minder- i vleienden bijnaam van den „afbreker", „le Démolisseur." Er zijn heel wat Fransehe mi- nisteries gestruikeld over de voetangels en I klemmen, uitgezet door Georges Clemenceau. Maar, met dezelfde eerlijkheid gezegd: als we, de gebeurtenissen over heel wat j maauden terug, in het licht vaa de resultaten i bekijken, dan had de Tijger niet altijd on- gelijk. Het was werkelijk de hoogste tijd, dat een meer-dan-gewoon krachtige hand het roer vatte. En dit is niet een van de minst tref- fende ?.ijden van wat we beleven: dat de heer Poincaré Clemenceau heeft geroepen, om het 1 bestuur van Frankrijk op zich te nemen, en dat de beer Clemenceau die opdracht heeft aanvaard. Want wat al halve en heele hatelijkheden heeft Clemenceau, in z'n niets-ontziende critiek, te slikken ge- geven aan verschillende van de laatste mi- nisteries, en aanden president van de republiek. De heer Clemenceau was nooit een vriend van Poincaré, en heeft indertijd diens verkiezing tot hoofd van den-staat zoo hard tegengewerkt als hij kon. Het is des ta mooier, het schouwspel is des te trèf- fender. van een Poincaré, die, met terzjj- destelling van persoonlijke gevoelens, tot <len hoogsteu regeerlngspost roept een onver- moeiden tegenstander, omdat Frankrijk een man noodig heeften omdat Clemenceau die man is, èn van dien tegenstander, die, even-uitsluitend omdat- zijn land hem roept-, de samenwerking accepteert met hem die vroeg»?, want nu niet meer, z'n antagonist was! Sedert den oorlog had de heer Clemen ceau in den Senaat zoo goed als nooit het woord genomen. Totdat hij, in den afgeloo- pen zpmer, oven vóór de vacantie, het- on verantwoordelijk achtte, langer te zwijgen, en in de meest schitlerende redevoering, die ik ooit las van een parlementair, den heer Malvy, toen minister van binnenlandsche za ken. „levend vilde", zooals 'n geestigjour nalist het genoemd heeft. Het- heele ministe rie Ribot heeft trouwens den geval len collega niet lang overleefd. Het laatste slachtoffer,-dat in zijn tijger klauwen het leven liet, is het ministerie^ Painlevé. En ik geloof niet, dat velen hier er •om rouwen. Want met halve maatregelen is Frankrijk niet gediend, op een oogenblik dat het verraad, betaald met Duitsche millioenen, schrikbarende proporties had aangenomen. Do heer Painlevé, aan de volksvertegenwoor diging het licht, het volle licht, belovende, had gesproken van „vite et tout." Bij wijze van „snei en alles" kregen we... langza merhand niets. De censuur woekerde met groots plekken wit in de bladen, zoodra over de verraad-kwesties een woord meer gezegd werd-dan den hoogen heeren goeadacht aan do onmondige kinderen van Fransehe kran ten-lezers toe te dienen. Toen het eindelijk de spuigaten is uit-ge- loopen is het ministerïe-Painlevé, zonder dat Clemenceau zich er anders dan in zijn „Hom- me Enchaïne" mee heeft gehad te bemoeien, een roemloozen dood gestorven. En het was zóó duidelijk, dat alléén Clemenceau de kfaehtige hand had, noodig om de Duitsche filialen van de Aaigias-stallen te reinigen, dat het werkelijk gezegd kan worden, dat de publieke opinie hem aan de regeering heeft geroepen. Het is gelukkig, dat de heer Poin caré de stem van de openbare meening heeft gehoord! Do lezer weet natuurlijk al, dat het mi- nisterie-Clemenc-eaii, zich aan de Kamer voor stellende op Dinsdag 20 November, de schit terende meerderheid van 418 tegen 65 stem men kreeg. En ook de regeeringsverklaring heeft hij toentcr-tijd gelezen. Ik wil niet in herhalingen treden. Maar in de debatten d;o volgden, had de heer Clemenceau (le gele genheid, zijn opinie ie zéggen over de utopie van do „Vereenigdc Staten van de Wereld", een toekomstbeeld dat indeed ad prachtig zou z\jn, wanneer niet... maar hier geef ik het woord aan -den premier: „Wanneer u mij morgen zoudt vragen, Duitschland toe te laten in dien Statenbond, dan zou ik er niet in toestemmen. Welke garantie zouden we hebben? Zjjn handtee- ke-ning! Ga; eens aan de Belgen vragen, wat ze daarvan denken!" Ik haal deze woorden aan zonder commen taar, ten gebruike van de vredes- en too* komst-idealisten in Holland. Iiitusschen hebben we, in de weinige dagen sinds zijn „bevestiging" door de Kamer, deu Tijger al op niet-onverdienstelijke wijze aan het werk gezien. Om te beginnen heeft hij de censuur, die hem zijn „Homme Libre" indertijd (in 1914) aan den ketting legde, en met wie hg deze kleine rekening had te ver effenen, kort en bondig uit- den weg geruimd. Het is voortaan in Frankrijk weer geoor loofd, met uitzondering van het vermelden van militaire of diplomatieke geheimen, die den vijand van dienst kunnen zijn, te schrij ven, wat de journalist, altijd onder zijn per soonlijke verantwoordelijkheid, van nut acht voor zijn land. En om den dood van de cen suur naar behooren te vieren, verscheen „L'Homme Enchaïne''. op 17 November nog aldus geheeten, den 18en November voor he^ eerst weer als „L'Homme Libre". De tjjger is losgelaten: le tigre est déchaine! Dat is ongetwijfeld ook de meening van den beer Hudelo, Pref et de Police, en den heer Bouju, directeur van de recherche, die door anderen vervangen zöjn, en van den heer Lelanney, prefect van het Seine-departement, dio „z'n ontslag genomen hoeft-." Waarom dit alles, weten we niet precies. Maar de Tijger houdt niet van halve maatregelen. En de heeren Bolo, Turmel, Duval Co. hebben sedert een week ongetwijfeld slapc- loozo nachten. Want het „vite ct tout" van den heer Painlevé heeft veel kans, uu ernst te gaan worden. De heer Clemenceau. in een van z'n laalsto hoofdartikelen („L'Homme Enchaïne" van 8 November) had krachtig aangedrongen op een rechtspraak voor den krijgsraad ten aanzien van alle verraders, in casu voor Turmel, die voor een civielen rechter van instructieweigerde te spre ken. Zijn'daden als minister zijn in overeen stemming met z'n woorden als journalist Op bevel van den militairen gouverneur van Paigjs heeft de burgerlijke rechter zijn dos sier-Tunnel overgedaan aan den militairen collega. Ik heb zoo'n idee, dat de heer Tur mel goed zal doen, z'n laatste beschikkingoa te maken. De notaris kan „en passant" even aanloopen bij Bolo en de anderen En ik weet niet of de heer Caillaux sedert 14 dagen veel eetlust heeft. Herhaaldelijk aangevallen door Clemenceau toen nog eenvoudig journalist en ITervé, inzake zijn verdacht gekonkel met leden van de ver raders- en défaïti; ten-kliek, heeft hij de on- voorzichtigheid begaan, den heer He vé een verweer te schrijven, opgenomen ia „La Vic- toirc" van 23 Nov. Den volgenden d3g ver scheen, van de hand van Hervé, een hoofd artikel: „J'accuse M. Caillaux", waarin de auteur den ex-premier ronduit beschuldigd het middelpunt te zijn van de heele „campag ne défaitiste', de vriend en beschermer van Bolo, de oprichter van het blad „Le Pays", via aen „scrooman" Duöarry. De lezer kan over dit alles in mijn vorige brieven hebben gelezen. En Hervé eindigt aldus: „meneer Joseph Caillaux ik sommeer u, mij te vervol gen 'voor het hof van gezworenen." (cour d'assises.) Volgens de laatste beriohten zal do heer Caillaux dat doen. En we wachten op het vervolg van de geschiedenis. CABOCHON. W. G., te Leiden. Daar gij geboren zijt in 1699, zijt gij' van de ichting 1919. Als in den toestand, zooals deze thans is, geen verandering ten goede komt, komt dezo lichting ermoedelijk in het laatst van 1918 reeds in dienst. J. W., te Leiden. De wetenschap cn de kunst vermogen in onzen tijd veel, maar een misdeeld© door de natuur wenkbrau wen te geven, vermogen beide tot nu toe niet. Mej. B. te Leiden en anderen. Voor het bereiden van huiden, (konijnenvellen, enz.), bedient men zich van een mengsel van 65 gr. aluin, GO gr. zout en 1 Liter kokend water. Na afkoeling wordt een wei nig zwavelzuur daaraan toegevoegd. De huid wordt er 24 uur in geweckt, daarna met dc haarzijde op een plank gespannen, alle vleesch- en vetdeelen worden zorgvul dig afgeschrapt en de huid wordt in de lucht gedroogd. Bij verharding wordt heb vel door wrijven en kneeden met de han den (aan de binnenzijde), weer soepel ge maakt-. Daartoe smeert, men do handen in met ongezouten boter. Om de haren rein en glanzend te krijgen, strooit men er war me zemelen in en borstelt die daarna weer uit met een stijven borstel, tegen heb ha-zér in. Het bont goed uitkloppen en kammen met. een wijden kam. (Deze vraag komt elk najaar weer terug Laat men liet antwoord uitkniippen en be waren). Mevrouw W. T. IV.B. Om met krijgs gevangenen en uit anderen hoofde in vreemde landen toevende militairen be trekkingen aan te houden of pakjes te doen verzenden, doet 'u het- best, de bemidde ling in te roepen van mej. T. A. van Eek, villa „Pomona," Oegstgeest. P. de L., 'te Katwijk- Om een vet ge worden kraag van een jas schoon te maken doe men een lepel (45 gr.) salmiak in 4 le pels goed warm water cn wrijft zoolang over Jen plat gelegen kraag, tot liet water helder blijft. J. V., te Rijnzaterwonde. Militielich ting 1918 vesting-art. 2de bat. 1ste reg- 2de geel. Utrecht, moet vermoedelijk in heb tijdvak v an 4—8 Maart a.s. opkomen. G. B., Ter-Aar. Uw vraag begrijpen v\ ij niet. Wed. de M., Wassenaar- Fluweel is teer in behandeling. Probeer eens de vlek voorzichtig uit t-e wasschen met sunlight- zeep en lauw water, waarin een weinig spi ritus is opgelost. A. V., te Zoeterwoude. In het tijdvak van 2 tot 5 Januari a-8.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1917 | | pagina 5