Gemeenteraad van Leiden.
FEUILLETON.
FANNY's TWEEDE HUWELIJK
Tweede Kamer.
ITrag- ©sr-idbri sik
I'n I
X
(Vervolg).
De hear JAEGER is ten opzichte van de
resultaten van een verordening als deze
sceptisch gestemd. De minder goede ambte
naren zullen er alleen sterker door staan.
■Waar B. en W. onder den druk met dit
voorstel zijn gekomen, zal spr. eve.iwëï niet
tegen elk artikel stommen, maar meewerken
er iets zoo goed mogelijks van te maken.
De heer VAN DER POT bespreekt de
wenscheljjkheid van deze regeling, al is hij
nog niet zoo zeker, dat zij wordt aangeno
men.
Een regeling der rechtspositie wordt nog
niet zoo algemeen wenscheliyk geacht als
een salarisregeüng; maar spr. oordeelt, dat
de verhouding tusschen ambtenaar en over^
lieid niet aan een regeling kan ontsnappen.
Zoodra zaken, die vroeger als gunst wer
den beschouwd, rechten werden,' was het
©ogenblik gekomen om een verordening vast
te stellen.
Do tegenzin bij B. en W. tegen deze re
geling heeft gemaakt, dal zij hier en daar
wel wat al te los is.
De heer VAN DER LIP vreest niet met
den heer Van der Pot, dat de Raad de ver
ordening niet zal aannemen. We! zijn B. en
iW'. nog steeds van jneening, dat uit niets
thans gebleken is, hel wenschelijke van ^en
dergelrjko verordening. Aan het college is
nooit gebleken, dat de ambtenaren voor deze
verordening veel gevoelen. B. en W. geven
wel toe aan den lieer Jaeger, dat een der
gelijke verordening alleen den slechten amb
tenaren ten goede komt.
Dat B. en W. er toch mee komen, komt,
omdat dit punt meermalen is besproken en
dat dit niet zou eindigen voor de verorden
ning er is.
Spr. geeft toe, dat bet eenigszins vreemd
is, dat de brugwachters hierin opgenomen
zjjn, maar het is geschied om niet al te voel
afzonderlijke verordeningen te krjjgen.
-De meening van den heer Van der Eist
over het scheidsgerecht en ook die van den
heer Sijtsma doet spr. genoegen.
De heer BRIËT trekt een amendement in,
voorgesteld om op te nemen na art. 1.
De heer VAN DER POT stelt voor art. 2
te schrappen, dat in strijd is met den'geest
van de Gemeentewet. Hij vindt het verkeerd,
dat de Gemeenteraad vooruit aan B. en W.
de benoeming zal over.iragé 1 van verschillen
de functionarissen. Spr. wil niet veel be
noemingsrecht aan B. en W. overdragen,
maar wil dat de Raad zal beslissen, welke
dit zullen zjjn.
De heer VAN DER LIP deelt met de opi
nie van den heer Van der Pot, dat art. 2 in
strijd is met den geest van de Gemeentewet.
Spr. acht, dat rechten van den Raad niet
worden bekort, wat hjj nader aangeeft.
Spr. acht het kleine college van B. en W.
beter geschikt voor benoeiuinge«n.
De heer VAN DER POT bestrijdt deze
laatste meening van den heer Van der Lip,
can de hand van wat daaromtrent mr. Oppen-
heim zegt. Doch men moet dit punt beschou
wen in verband met art. 145. Men kan B. on
1W. allo benoemingen overlaten, maar de
Raad moet dit vaststellen. Als er een leem
te is in de verordening voor de ambtenaren
ter secretarie, dan moet die zoo spoedig mo
gelijk worden aangevuld.
De heer FOKKER bespreekt nog het recht
Van bevordering in verbind met art 2.
De heer VAN DER .LIP bestrijdt nog
maals den heer Van der Pot en o:k de opinie
van den heer Fokker over het recht van
bevordering.
De heer PERA beschouwt art. ,2 zooals
het hier is geformuleerd, niet zoo onschul
dig. Het benoemingsrecht van B. en W. is
het voornaamste en de Raad is aanhangsel.
Het moet omgekeerd zjjn. Spr. beveelt het
amendement-Van der Pot aan.
De VOORZITTER zegt, dat men a'.s voor
stander van het amendement- tegen art. 2
kan stemmen.
Art. 2 wordt verworpen met' 20 tegen
10 stemmen.
Bij art. 8 nemen B. en W. een amend
ment-Van der Pot over.
Bij art. 11 nemen B. en W. een der twee
amendementen-Van der Eist over, brengen
een nieuwe alinea in dit artikel in, waarom
de heer VAN DER ELST zijn tweede amen
dement intrekt.
Bij art. 12 verdedigt de heer BRIËT
een amendement om de gratificatie ingeval
van overlijden niet te geven met aftrek van
pensioen, wijl. een dergelijke tijd veel kosten
met zich voert.
De hear YAN DER LIP bestrijdt deze
meening. Leiden is royaler dan eenige an
dere gemeente.
Over dit punt wisselen de he-eren BRIËT
en VAN DER LIP nóg even van gedachten.
Het amc-ndement-Briët wordt verworpen
met 17 tegen 13 stemmen.
Pij art. 14 trekt de heer SIJTSMA een
amendement in op grond van de invoeging
door B. en W. van art. 35bis.
Van ANNIE QUIDING
Uit het, Zweedsch vertaald cloor M. A. Z.
Eon oogenblik stonden-all e-n verrast. Ook
Koert verroerde zich niet. Dat was won
derlijk die vreemde, gehate man had hem
gered het was of die alleen hem begreep.
,,Nu ja, goed," zei Koert's marna, terwijl
tij even in den spiegel keek en haar hoed
en handschoenen en vecren-boa bijeenzocht
die verspreid lagen op het toonoel van don
strijd. Maar ik ben heel boos op Koert.
Koert moet mij en papa om vergeving vra
gen, eer we weer goede Vrienden worden."
Hij was alleen. Het was stil in zijn ka
mertje. Hij mocht nnar bed gaan en huilen
zooveel en zoolang hij wilde. Niemand gaf
er om beneden praatten en lachten ze.
Het schuren van do golven klonk zoo I
Bij art. 15bis nemen B. on W. een aniando-
ment-Briët over.
Bij art. 21 stelt de heer SIJTSMA voor
het aantal diensturen voor ambtenaren te be
palen op 9 uur per dag, voor brugwachters
op 77 uur per week, in aansluiting met een
voorstel van B. en W. om voor dezen een
wpkelijkschen werkduur vast te stellen. Spr.
is zich wel bewust, dat dit eenig geld zal
kosten.
De beer YAN DER LIP wil dit amende
ment in tweeën ih stemming brengen. Spr.
kan er niet in meegaan het maximum te ver
lagen, wat hij met een paar voorbeelden toe
licht. Geen enkele bond heeft aanmerking,
gemaakt op dezen maximum-werk lijd. De re
geling is voor vele soorten van ambtenaren,
voor elk afzonderlijk kan men geen ma-xi-
muni vaststellen.
Spr. is ook tegen de vermindering van
84 uur voor de brugwachters op 77, wat
hij in den breede aangeeft.
De heer PERA kan zich na de beschou
wing van de zijde van B. en W„ dat 10 uur
het maximum is, met het artikel veréeni-
gen, en geeft den heer S\jtsma den raad zijn
amendement in te trekken.
De heer FISCHER bestrijdt met een voor
beeld het eerste deel van het amendement-
Sijtsma.
De heer YAN DER LIP acht 't een goede
gelegenheid om voor de brugwachters een
bete.ro regeling te treffen, wanneer het nieu
we Rijn-Schiekanaal gereed is.
De heer SIJTSMA blijft bij zijn meening.
De VOORZITTER 'geeft te kennen, dat
dienstverband en werk nog niet hetzelfde is,
wat spr. nader aangeeft. Hier is geen sprake
van intensief achtereen werken.
Dc heer BRIËT oordeelt dat dit bezwaar
cp andere amen cmoi en re d; vo ru tko'pfc
Men moet ook reken'ng houden met hot ge
zinsleven en n et alleen mot den tijJ, dat ge
werkt wordt tijdens het dienstverband.
De heer SIJTSMA trekt voor den maxï-
mumtrjd van ambtenaren zijn amendement in,
doch handhaaft dit voor de brugwachters.
Dit amendement wordt verworpen met 18
tegen 12 stemmen.
Bij alinea 3 van art. 21 wordt een amen-
dement-Briët c s. overgenomen dior B. en W.
Dc heer'BRIËT verdedigt eon amondiment
over vrijstelling, van dienst van brugwach
ters, waarvan minstens 26 dagen op Zondag,
en over vrijstelling op christelijke feestdagen.
Als gpr. goed begrepen heeft, zfjn de bezwa
ren van B. en w. van financieel&n aard, er
zouden n.l. 8 man moer moe'.on komen. De
lieer Briët meent dat het er 6 zouden zfjn
en de kosten dus f4000 ft f5000 zouden
worden. Door combinatie met den provin
cialen dienst zou er misschien ook nog iets
te bereiken zijn. Een bezwaar van spr. is, dat
de ambtenaren niet go'.ioorJ zijn. Met de
brugwachters had dit goede resultaten kun
nen hebben.
De he:r Briët jreurt af, dat h:t voorkomt
dat brugwachters geen tien uren rusttijd
achtereen hebben. De brstrij ling van B. en
W. pcht spr. ongerijmd. In -cle voorgestelde
amendementen is niets overdreven
De heer JAEGER gelooft, dat men tegen
het amendement kan zijn na de toezegging
van B. en W. voor een regeling ma iu-ge-
bruik-name vnn het nieuwe kanaal.
De heer VAN DER LIP heeft overwegende
bezwaren tegen het amendemen'. Men mag
het debat bovendien niet bepalen tot de
brugwachters. De bezwaren licht spr. met
vele voorbeelden tee. De gemeente wil een
provinciale Zondags.li© ïst jnv eren en daar
over ziju al onderhandelingen geveerd. De
wethouder maakt ojk b.z vaar te .en e-en vrij
stelling van dienst .gedurende L-a achter
eenvolgende uren.
Spr. hoopt dat de Raad zal willen af
wachten de opening van i et nieuwe kanaal un
de invoering van de vrije Zondagen, we a. over
thaqs onderhandeld wordt.
De heer BKlËT geel', to kennc.i, dat h t
prae-advles geheel onjuist is. gelet op de
thans g.v erl'e v rledi ing. Norm a's ver
dedigt spr. zfjn standpuaf. De heer Briët
erkent, dat er groote bezwaren "zij i tegen
een wekeüjksclien rustdag, maar vindt 't
goed, dat hierop de aandacht gevestigd is.
De eisch is trouwens billijk, maar in ver
band met de bezwaren zal spr. thans de ver
plichte vrije dag per week uit zijn amende
ment lichten.
De heer VAN DER LIP komt op to'ea de
bestrijding van den heer Briët.
De VOORZITTER opp.rt ook nog bezwa
ren tegen de wenschen van den heer Briët.
Het gewijzigde amendement Brict over ie
vrije Zondagen Wordt aangenomen met 18
tegen 12 stemmen.
Een amendement-Sijtsma wordt Ingetrok
ken.
Het amendement-Brlët c.s. over het vor^
deren van dienst op christelijke feestdagen
wordt na een korte discussie met 20 tegen
8 stemmen aangenomen.
Het ameridement-Briët c.s. over een rust
tijd van tien achtereen volgende uren na
nachtdienst, wordt met 19 tegen 9 stem
men aangekomen.
saai, on Kpert was zoo verdrietig. Misschien
had hij geslapennu hoorde hij boneden
geen stemmen meer. Hij ging overeind zit
ten en tuurde in hot duister, Jwant*de blau
we rolgorcfijn was naergelafen en maakte
do kamer donker, ofschoon het. daarbuiten
nog half licht was. Hij zat np, te deuken
over clc groote moeilijkheid, die altijd las
tiger scheen op te lossenhoo hij den dag
zou ontloop en die onverbiddelijk nader
kwam: Mama-s trouwdag.
Hij was al geen goede vrienden met haar,
van het oogenblik af, dat zij hem verteld
had, dat zij verloofd was. Hij zou dit jaar
liever niet meegegaan zijn naar grootva-
dor's villa-; hij wi9t wat daar zou gebeuren.
Allerlei vage plannen had hij gemaakt,
maar hoe hot ook was, nooit kon zoo'n
plau verwezenlijkt worden, en dus was hij
toch mee hierheen gekomen. Plannen maak
te hij nog altijd, maar werkelijkheid wer
den zo niet, als het op de uitvoering aan
kwam. En nu zou over acht dagen de
trouwdag zijn, en h ij was hier.
Allemaal vonden zij Koert ondeugend. En
toch had hij in zijn hart gelijk, dat wist hij.
Geen echte mama trouwde nog eens weer,
De vergadering wordt hierop geschorst
tot hedenavond halfacht.
AYOndzitting.
Gisteravond halfacht werd de geschorsch-
te zitting hervat.
Voorzitter de burgemeester, jhr. mr. dr.
N. C. de Gijselaar.
Aanwezig 2-9 ledenafwezig de heeren
Timp, Huurman en Roem.
Bij art. 22 stelt de heer YAN DER POT
voor het aantal vacantiedagcn te brengen
op 11. Bij spr. de overtuiging gevestigd,
dat bij een ambtenaar niets van zoo groot
belang is dan een niet te korte, niet onder
broken vacantie, wat voor hoogere ambte
naren wel wordt erkend bij de gemeente.
Een vacantie van 14 dagen komt spr. over
het algemeen als wenschelijk voor. Uit
practischo overwegingen heeft spr. elf ge
nomen.
De heer VAN DER LIP is 't met het
pleidooi voor vacantie in 't algemeen eens.
Spr. wijst er op, dat hier gesproken is van
zes als minimum. B. en W. hebben zes ge
nomen, wijl dit ook voor werklieden geno
men is en er zijn inferieure ambtenaren die
aan deze categorie nauw grenzen. Boven
dien hoeveel vacantie moeten de hoofd
ambtenaren hebben, wanneer het minimum
veertien is.
De heer VAN DER POT acht geen op
klimming van vacantiedagen noodig in aan
sluiting op het salaris. Het werklieden
reglement dateert reeds van eenige jaren
geleden en daarom mag men wel een rui
mere opvatting hebben.
Dc heer VAN DER LIP komt nogmaals
op dc verhouding terug.
De VOORZITTER oordeelt dat een va
cantie ook moest worden besteed en daar
om moet die wel degelijk in verhouding
staan tot de uitkomsten.
Eon ambt-ena-ar verliest te veel uit het
oog, dat zij in dienst zijn van de gemeen
schap en dat dit plichten meebrengt.
De heer VAN DER POT bestrijdt die
meening.
Het amendement wordt verworpen met
22 tegen G stemmen.
Bij art. £4 stelt- de heer VAN DER ELST
evenals de heer Van der Pot voor
dat B. en W. liet- vervullen van een niet-
bezoldigde furctie niet kunnen verbieden,
zooals in de laatste alinea is bepaald. Spr.
verwacht niet, dat hiervan misbruik zal
worden gemaakt, maar wil toch een der
gelijke bepaling doen vervallen.
De heer VAN DER LIP verdedigt on
grond van wat ook elders is bepaald, dat
B. en W. het vervullen van andere functies
kunnen verbieden, omdat- een ambtenaar
te veel bijbaantjes kan hebben. Spr. is
hiervoor zelf niet geposteerd, want, hij zelf
gevoelt meer met hen, die vrijheid willen
voor niet-bezoldigde betrekkingen.
De heer PERA is voor het voorstel van
B. en IV. omdat hij niet vreest dat B. en
W. misbruik van hun. bevoegdheid zullen
maken, maar 't kan voorkomen, dat een
ambtenaar te veel functies krijgt.
De heer VAN DER ELST zegt dat zijn
hoofdbezwaar tegen hot verbod gaat. Met
kennisgeving blijven B. en W. voldoende
op de hoogte.
De heer VAN DER LIP oordeelt, dat
kennisgeving fn zich sluit het recht van
verbod
De heer VAN DER POT vindt, dat hetT
nut dat men zoekt in deze bepaling niet
zit, want ook op andere wijze kan een
ambtenaar zich veel op den'hals halen.
Do VOORZITTER ziet niet in, dat men
niet mag cischen. dat een ambtenaar niet
al zijn tijd bestemt aan bijbaantjes.
De heer EERDMANS komt het voor, dat
dit zeer sterk ingrijpt in de vrijheid van liet
individu,Juist zij die functies aanvaarden
zijn personen met- ambitie, die ook voor den
arbeid in hun betrekking c'c besten zijn.
De heer PERA meent dat wat de heeren
zich derken nooit gebeuren zal. B en W.
rullen slechts in hoogst enkele gevallen
tüssohcnbe-ide komen.
Ook de heer ZWTERS bestrijdt de schrap
ping. Mochten B. en W. een ambtenaar
onrecht doen, dan Jhecffc deze aL veiligheids
klep den Raad achter zich.
Nadat de heeren EERDMANS en VAN
DER POT repliceerden, waarbij de laatste
zich gogriefd toonde over des wijze, waarop
de voorzitter het streven van enkele
Raadsleden, die 't- niet- met B. en W. eens
zijn qualificeerde en de VOORZITTER nog
deed uitkomen, dat hij niets persoonlijks
liad bedoeld, werd het amendement ver
worpen met- 18 tegen 5 stemmen.
Het geheole artikel, waarover prof.
EERDMANS stemming vroeg, werd aan
genomen met 23 tegen 5 stemmen, die van
do heeren Fokker, Eerdmans, Fabius, .Van
Tol en Van der Eist.
Hot eerste amendement VAN DER ELST
op art 28 werd na uitvoerige toelichting
van den voorsteller en bestrijding van don
heer VAN DER LIF verworpen met 24
tegen 4 stemmen.
daar was hij zeker vanmaar hij alleen
had dio overtuiging. Hij geloofde, clat
"God liet ook niet goed vond* nu wou hij
.zijn avondgebed doen, dat had hij vergoten.
Lieve Heer, zeg mijn echten papa van
mij goeden nacht. En" volgde er haas
tig, ,,als hij hot niet weet, zeg hem dan
niet, dat zij ziju groote portret heeft weg
gegeven aan do doofstommenschool."
Het bidden ging over in snikken.
Vlugge, lichte schreden voorbij zijn deur
zij hielden stil en keerden om. De deur
werd opengedaan wie kon dio zóó zacht
opendoen? Anders kraakte de deur altijd,
als er iemand binnenkwam.
„Koert, ben je wakker?"
„Ja l"
NHij wa6 niet van plan geweest te ant
woorden. Maar do vraag werd half fluiste
rend gedaan, alsof het een prettig ge
heimpje gold. „Mag ik binnenkomen, om
wat met je praten? Je wou me niet zien;
nu zie je me niet, dua zóó is het in orde.
Koert gaf geen antwoord. Hij staarde roet
wijdgeopende oogen de duisternis in, trach
tend de gedaante te« onderscheiden, diè als
een- schim door de kamer gleed.
Hot tweede amendement schrapping van
de laatste zinsnede, die bedoelt ontslag van
de vrouwelijk© ambtenaar bij huwelijk,
werd na toelichting van d#n voorsteller
nog verdedigd door den heer SIJTSMA on
bestreden door de heeren VAN DER LIP
en PERA. Daarna verworpen met 18 tegen
10 stemmen.
Het amendement van den heer BR-TET
bij art. 30 te doen vervallen de bepaling,
waarbij brugwachters met onthouding van
vrije dagen en oplegging van straf dienst
kuunen worden gestraft, werd na vordedi-
ging van den voorsteller, die meende dat
men voor deze ambtenaren geen bijzondere
straffen mag re&erveeren en verdediging
door den heer VAN DER LIP, dat dit ver
band hield met den eigenaardigen dienst,
verworpen werd me>t 20 tegen 6 stemmen.
Ten slotte kwam nog een amendement
van don heer SIJTSMA op art-. 30 aan de
orde, beoogende invoering van heb insti
tuut voorwaardelijke straffen. Het werd
door den voorsteller het meest idealistische
amendement genoemd dat nog was behan
deld. Zoo goed als in het strafrecht moet
deze wijze van strafoplegging ook hier
sympathiek zijn. Dat wij daardoor een
nieuw systeem scheppen behoeft geen
bezwaa-r te zijn. Het speet spr. dat B. en
W. het afwijzen en den Raad er blijkbaar
weinig voor gevoelt.
De VOORZITTER meende, dat bij toe
passing van tuchtrecht, dit instituut niet
paste. Men straft dan in gevallen als rn
het amendement in liet-geheel niet.
Het amendement werd ingetrokken. De
heer SYTSMA greep aan het slot de gele
genheid 'aan den lieer Van der Lip dank
te zeggen voor de uitnemende verdediging
van het ontwerp. Do Raad zal moeten er
kennen, dat hij de stof volkomen beheerseh
te en er zich op uitnemende wijze had in
gewerkt. Geen enkel amendement was er,
waarvan hij niet geheel de portee van in-
ztig. Spr. hoopt namens den geheelen R.njfd
te spreken wanneer hij hem daarvoor hulde
brengt. (Luide teekenen van. instemming).
Voor de eindstemming wensokt de heer
VAN HAMEL de verklaring af te leggen,
dat-hij na de aaunemipg van het amende-
ment-Briët tegen zal moeten stemmen.
De heer HOOGENBOOM durft de conse
quenties van dit amendement ook niet te
aanvaarden. Hij raadt aan, de eindstem
ming uit te stellen, totdat B. en W, de
bezwaren, met- het oog op den dienst in
verschillende takken hebben meegedeeld.
De heer FOKKER is ook bezwaard met
het oog op den dienst in de Lichtfabrieken.
De heer AALBERSE voelt iets van deze
bezwaren, doch waar de invoeringster-iijn
op een jaar is gesteld, blijft er tijd genoeg
over om de bezwaren die de heeren vrce-
zen, na te gaan. Blijken die overwegend,
dan kan men er nog op terug komen. Men
weet reeds, dat er toch nog wijzigingen aan
gebracht, zullen moeten worden. Bij aanne
ming zal men onmiddellijk met het maken
der instructies kunnen aanvangen.
De heer EERDMANS schaart zich nan
den kant. van den heer Hoogenboom. Hij
zou eenst ook gaarne de gevolgen geheel
kunnen overzien.
.De VOORZITTER ontraadt uitstel.
B. en W, zullen de gevolgen van het
atnendement-Briët nader onder de oogen
zien en mochten d-ezo groote bezwaren
meebrengen, dan zullen zij met een nieu
we wijziging konfen.
Na repliek- van den heer EERDMANS
heeft de eindstemming plaats en wordt
het ontwerp aangenomen met 23 tegen 5
stemmen, die van cle heeren Hoogcnboom,
Reimefinger, Van Hamel, Eerdmans en
Jaeger.
De VOORZITTER vond het aangenaam,
dat hulde is gebracht aan den heer Van
der Lip, die inderdaad veel werk aan deze
verordening heeft gehad, doch brengt op
zijn beurt hulde aan de voorstellers der
verschillende amendementen,, die daarmede
van liun interesse blijk hebben gegeven.
De heer VAN DER LIP bedankt in het
bijzonder den heer SYTSMA voor zijn vrien
delijke woorden en spreekt zijn erkentelijk
beid uit voor het applaus daarop gevolgd.
RONDVRAAG.
Bij de rondvraag herinnert de heer FOK
KER er aan, dat blijkens de Staatsbegroo-
ting, het in het voornemen ligt- do Rijks
werkinrichting voor vrouwen uit deze ge
meente te verplaatsen en het gebouw tot
Rijksopvoedingsgesticht in te richten. Daar
dit gebouw aan de gemeente behoort,
vraagt hij, of hierover overleg is gepleegd
met B cn W.
De VOORZITTER antwoordt, dat dit'
niet is geschied en dat van dit voornemen
hun niets bekend was. Hij hoopt in een
volgende vergadering de gevraagde inlich
tingen te kunnen geven.
Hierna wordt de vergadering gesloten.
„Nu?"
„Kom maar," zei Koert. Zijn nieuwsgie
righeid kreeg de overhand.
De onbekende kwam tastend nader en
nam plaats op den stoel bij het bed.
„Ik heb geroeid," zei hij. Zijn stem was
mooi en zoo kalm, iets koels en frisch lag
er in, dacht. Koertiets, dat aan de zee deed
denken.
„Geroeid?!" Verbazing deed hem dit ant
woord geven op een ietwat- barschen, af
keurenden toon. „'t Is twaalf uur op zijn
minst
„Eén uur. Niemand weet het. Ik ging
stilletjes de deur uit. Zeg, weet- jij wat het
voor een zandbank is, waar al dio zeevogels
broeden
„Was je daarMaar men mag de eieren
niet wegnemen."
„Neen, dnt deed ik ook niet. Als ik gewe
ten had. dat je wakker was, w;1s ik je ko
men heden om mee te gaan. Hactt je dat
gewild V'
„Hm!"
Dat niet heel duidelijk gebrom verried
toch meer dan Koert dacht.
„O, neen, dat waar, je wilt me i&iefc
Zitting van gisteren.
Aan de orde is de benoeming van twee
leden eter Huishoudelijke Commissie. Do
aftredende leden, de heeren Kolkman cn
Visser van ÏJzcndoorn worden li-rkozen.
Hierna had de verkiezing plaats van drie
leden voor de Gemengde Commissie voor
de Stenografie. De aftredende lwercn De
Savornin Lehman, Van Vlijmen cn Rink,
werden herkozen. Besloten werd om den
tijd tob liet doen van vragen op Vrijdag
middag kwart voor drieën te stePen.
De VOORZITTER verzocht den leden
nog eens met klem, om met dc publiciteit
Van gestelde vragen niet zoo overhaast te
werk te gaan. Het is zelfs gebeurd, dat de
vragen reeds in de bladen vermeld ston
den, alvorens zij bij den Voorzitter waren
ingekomen.
De lieer RUTGERS zou gaarde Hen, dat
de leden der Iva-mer zoo spoedig mogelijk
met den inhoud der vragen op cle hoogde
werden gestold.
De hoer HUGENHOLTZ vond het wen
schel ijk, dat het publiek zoo spoedig mo
gelijk weet, dat in .de een of andere zaak
de aandacht der Re ge?ring er op gevestigd
is. Wanneer het publiek moet wachten tot
dat het anwoord van den Minister versche
nen is, ontstaat er dikwijls ongerustheid,
welke spr. niet wcu: chelijk voorkomt.
De VOORZITTER incr'.-'te den heer Hit-
genhoitz op,, dat- vulks in -Lijd is met het
regiem int van o VA. het verzoek van
den heer Rutgers Miert, zal hij zien in
hoe ver het mogelijk D h'. •••aan te ge-moet-
te komen.
Voider daalt ca VOORZITTER nog mede
dat li ij van plan is *1 a aanv uig der verga
dering c!a - Din; 'sg.» te bepalen op één uur
n.ui, en dan cloor te gaau zond-er pauze.
D r- nde re da-gen z1d e vergadering rn
10 uur 4o min. beginnen.
"Spr. h.:ft verder do medewerking ge
vraagd van den Minister van Waterstaat,
om clo Kamerleden buiten. Den Haag in
cle gelegenheid te stellen, zooveel moge
lijk de vergaderingen te kunnen bijwonen.
De Minister heeft hem medegedeeld, alles
iiRdozo te- doen, wat mogelijk is.
Hierna werd, na het trekken der afdeo-
lingen, de vergadering tot 2 uur 45 min.
geschorst, tot het kiezen der voorzitters.
Na heropening deelde de Voorzitter me
de, dat tot voorzitters der p,fdoelingei^ zijn
gekozen de heeren Hubrec-ht, Nolens, Vis
ser van IJzendoorn, Limburg en Van
Kaalte en tot vice-voorzitters dc hoeren
Smeenge, Van cle Veide, Marchant, Do
Beaufort en Rink.
De VOORZITTER deelde mede, clat hij
plan heeft, de Kamer tdgan Dinsdag 25
September nam. één uur bijeen te roepen
tot behandeling der Grondwetsherziening
cn verder om op l'in.Yua October nam.
één uur het ontwerp tan liihave van per
sonen, aan wier aanvrage om ouderdoms
pensioen verzuim is geploegd, verder ont
werpen betreffende het lm per landbouw
onderwijs, Billiton M-uit cliappij. Land
arbeiders, enz.
De heer SCHAPER beg. ij >t er niets v an,
waarom nu bij «vor baat-# rerrls weer de
Kamer af t-e jakkeren ma1- allerlei wetsont
werpen, waardoor K uier weer tob
Januari in bès'a-g gen omen wordt. Boven
dien meent spr., cDt d:r? K'ir.er niet com
petent is om een w-trc.nf'ory» ta behande
len, dat- van z ~i vc.-dv-'-kenden aard is,
als dat van d? D~Dit moeten
wij overlatc- r~ T' - - K-mer, welke
door het a' -•*— k: D. t<»t stand
gab-men
De fccrr NL waarom
deze Kr- baalt, der
gelijke wc'"-- a an '.a I.V abc', co. Dan
is het bes. C. j I". r weer
sluiten ca ivr hub gi - i l..t Met rvolgend
jaar.
De VOORZITTER K m.dat van
afjakkeren geen sprake is; de Kamer zal
voldoende tijd gegeven worden om de be
langrijke ontwerpen te behandelen. Dezo
zijn bovendien reed, verscheidene malen
van de agenda afgevoerd
Het voorstel vaii.cDn Voorzitter wordt
hierna aangenomen.
De hoer RUTGER-S vraagt- toe.-lemming
©ra eenige vragen tot <ic Hogecnng te mo
gen richten omtrent "Tcoleuvoorzioning.
Dit verzoek zal nader in overweging ge
nomen worden.
.T. H. Katwijk/Leiden, Lo'derdorp,
"Woubrugge. .Lang-raa", Nionwvcon, uit
hoorn. Vinkeveen, Loen&rsioot, Vreel-aud,
's-Gravenlaud, Bussuni. 75.2 K.M.
zien. Maar we konden ónze gezichten zwart
gemaakt hebben."
Zwart gemaakt!" Koert verstikte een
lachbui in ziju kassen.
„Ja, met roet en dan hadden we zc-croo-
ver kunnen spelen.
„Zeeroover 'Koert ging rechtop zitten-
„Ja, waarom niet?"
„Wat hadden we .dan gekaapt, zog?"
„O, dat weet ik niet. Er lag een schuit
voor anker, ik ging er even aan boord. Die
schuit hadden wo kunnen kapen."
„In ernst?"
„Neen, clat nu niet. Dan zou bet 's mor
gens gemerkt zijn."
Stilte. Koert streed met zijn lust lot pra
ten en zijn voornemen te zwijgen Eindelijk
zei hii aarzelend
..Ik heb juist een boek over zeeroovers go-
lezen dezen winter. Dat was zoo leuk!"
„Vertel me daar wat van.
„Neon. ik kan niet good vertellen. Hot
zou niets grappigs zijn. Weet jij een ver
haal 1"
„Ja, een verhaal, dat je nooit hebt
hoewd."
(WovrH vervolgd).