De Wereldkrijg. DAGBLAD' Maandag 6 Augustas. Tweede Blad. Anno 1917. No. 17619. - LEIDSCH FEUILLETON. Het Trïjfd© wiel. Gemengd Nieuws. Sonnino en Lioyd George aan het woord. ïüoyd Georgo heeft Zaterdagmiddag een /l>e3angTijke redevoering gehouden op een groote meeting, welke in Quoenshall gehou- den werd onder auspiciën van het pas-opge- riolvtc nationale oorlogsdoel-comité, dat ge vormd is om het publiek in te lichten om trent de belangen, die bij den oorlog op het epel staan. Markies Crewe leidde de bijeenkomst. On- der de aanwezigen bevonden zich dc aarts- bissohop van Canterbury, vele leden van de regeering en beide huizen van het parlement, de Italiaansche minister van Buitcnlandsohe Zaken. Sonnino, dc Italiaansche gezant, de Servische premier Pasitsj en andere bekende persoonlijkheden. Vóór dc aankomst van den premier werden er patriottische liederen gespeeld. De vlag gen der geallieerden werden ontplooid, ter wijl de aanwezigen juichten cn de volkslie deren zongen. Lloyd George werd bij zijn binnentreden luide toegejuicht. Lord Crewe sprak de openingsrede. Hij zei-de Ovin.: Brittannië is niet terneergeslagen, noch over het verloden, liet lieden of de toekomst. (Luide toejuichingen.) Vandaag drie jaar ge leden kwamen wij in den oorlog ingevolge 'den inisdadigcn inval in België. Dit jaar, na de roemrijke overwinningen in Frankrijk en Mcsopotamië, na de verheu gende interventie van de Vereenigde Staten, konden wij opnieuw constateeren, dat er geen verandering is gekomen in ons alge meen doel,zooals dat in November 1914 door 'Asquith is vastgesteld. Dat dool is herstel en beveiliging. (Toejuichingen.) Wij gelooven in onze zaak. Ons doel is de vrijheid der we reld. (Toejuichingen.) Sonnino over Ttalïë's doeleinden. Baron Sonnino, wicn een groot.sohe ovatie .werd gebracht, nam het woord om te ver klaren, dat hij verliougd was zijn dank te kunnen betuigen voor de vriendelijke, har telijke ontvangst door hem en zijn. landslie den in Engeland genoten. Thans bedreigd door een gemeenschappe lijk gevaar hebben onze twee landen van harte een broederlijk convenant aangegaan met den vasten wil om ten spijt van alle moeilijkheden on hinderpalen, dezen oorlog tot het einde voort tc zetten. (Applaus.) Dat is de eenige wijze om een rechtvaardigen en duurzamen yrode tc vorzokeren. (Toejuichin gen) Wij geallieerden moeten elkaar wederkee- rig hulp en steun verleenen ten einde de grootste resultaten te verkrijgen met de ver scheidenheid van natuurlijke, politieke, eco- "nocmische en geographisohe positie en hulp- middolon van onze verschillende landen. (Toejuichingen.) Elk van ons moet terzelfder- 'tijd zijn kracht aanwenden voor de zoge van fle gemeenschappelijke zaak. Op dit oogen- blik voeren uw\ schitterende soldaten geza menlijk met de dappere Fransche kameraden pen vreesclijkcn strijd voor de bevrijding van het gemarteld België. (Toejuichingen.) De bijzondere doeleinden waarvoor we rtrijden kunnen eenvoudig worden aange geven. Zij zijn bevrijding van onze broeders en Vernietiging van dc oud. r.irukking waaron der zij lijden, benevens volledige veiligheid V-an onze onafhankelijkheid le land en ter Zee. (Toejuichingen). Het is mijn vurige wejuch dat deze oorlog 'de beschaafde wereld een stap vooruit Zal drongen tot het d<.ei: \njheiJ voor de menschhcid. (To- jiiiei.inj .i). Da r e v i a T o y d G e o r g e. Lloyd Goorge, -i.r- met lang aanhoudende ■toejuichingen Lcgivet, nam vervolgens het ^v oord. Hij zei de o.a: Namens u mag ik zeker dank brengen Ikoor de woorden van Sonnino. (Toejuichin gen). Ik geloor dar ik aanspraak mag maken >p speciale verw-an teohap met Sonnino, om dat, naar ik meen. zijn moeder een Wolsohe 'dame was. (Toej.) Dat zegt veel. (Gelach) 'Sonnino is bohalve dc sterke man van Italië bok een der voorname figuren onder de Euro_ peesche staatslieden, iemand wiens wijze raaid, wiens vaste wil Italië veilig stuurt floor de stroomversnellingen van den oorlog naar een grooter bestemming, dan het ooit onder de natiën der wereld had. (Toej.) Mag ik eveneens mijn groet brengeu aan den vereerden, schr an deren leider van het Servische volk, die hier aanwezig is (Tooj.) van het volk, slachtoffer van Teutonische bar- baarschheid, geduldig wachtend, hardnekkig en dapper strijdend om hef uur van bevrij ding en herstel, dat zeker zal 3laan. (Toej.) Dit is de vierde verjaardag van den groot- sten oorlog, dien de wereld ooit zag. Waarom strijden wc? Om de nederlaag toe te brengen aan de gevaarlijkste samenzwering ooit tegen as vrijheid der natiën gesmeed. (Toej.) Zorg vuldig, handig, listig, heimelijk ontworpen in alle bijzonderheden met meedoogenlo'oze cynische vastberadenheid. Als er nog eenjg man of eenige vrouw is in dit land, die wenscht te weten waarom we ten oorlog zijn laat hij of zij zich zelf deze vraag stellen! Wat zou er met Europa ge schied zijn, indien wij niet ten oorlog waien gegaan? België, Servië, Roemenië, Montenegro, enkele van de schoonste provincies van Frankrijk en Rusland onder den voet geloo- pen, verwoest, vernederd, tot slavernij ge doemd. Bulgarije en Turkije ellendige valzal- staten. Dat is geschied terwijl dc lieele maoht van het Britsche Rijk in de schaal werd geworpen. Kunt ge u nu voorstellen, wat zou geschied zijn als onze groote vloot er niet was geweest om de zeeën te behecr9chen. (Toej.) Rusland is nu voor het oogenblik gede moraliseerd en verdeeld en die ontbinding heeft zijn dapper leger op zekere fronten onmachtig gemaakt. Dat zou vroeger ge schied zijn. Frankrijk zou met dc traditio- neele dapperheid van zijn ras hebben ge vochten. (Toej.) Maar met alle aanvoeren afgesneden cn ge ïsoleerd gel alen, zou zelfs zijn dapper leger zijn overweldigd. Wat zou'dt ge dan in Euro pa hebben gehad? Geen vrede, maar ver overing, onderwerping. Europa zou tot dienst baarheid zijn gebracht, overgeleverd aan do genade van een groote overhecrschende mo gendheid. En aan de genade van de slechte elementen van die macht. (Hoor! Hoor!) Wil len zij, die nog twijfelen of we wel aan dezen oorlog hadden moeten deelnomen, drie jaren geleden, eens overdenken welk soort Europa er thans zou zijn, indien wij niet ten oorlog waren gegaan. Er zouden vele natiën zijn, er zou een groote mogendheid zijn geweest. Er zou 'n groot leger zijn, er zouden tweo vloten zijn geweest, die van Duitseliland en Brit- tannië. Voor een tijd (Hoor! Hoor!) voor een tijd. (Gelach.) Want bij de vredesvoorwaar den die het zou hebben opgelegd zouden de schattingen, don vorm bobben kunnen krij gen van overgave van de vloten van Rusland en Frankrijk, en Griekenland, misschien van Italië. Europa zou overgeleverd zijn aan do genade van deze groote wreede mogendheid. Gij leunt zeggen dat is een nachtmerrie. Dat is het niet. Het is do beschrijving van don Pangcrmaansohen droom. (Toej.) Wat zou in Amerika zijn geschied. De jnonroelecr zou zijn behandeld als een ander 'vodje papier. De geallieerde mogendhoden hebben van het eerste oogenblik af, instinctmatig gevoeld dat een groote bedreiging van de mensche- lijko vrijheid aan den horizon was versohenen cn zonder aarzeling namen allen de uitda ging aan. Amerika begrijpt volkomen, waar om we dat deden en daarom schaarde het zich aan onze zgde. (Toej.) Wie wilde een invasie van Duitschland? De keizer spreekt nu andere taal. (Gelach.) Gij hoort nu niet meer die klinkende phra- sen over de wereldmacht van Duitschland. Hij spreekt bescheiden (gelach) over de ver dediging van den Duitsohen grond. (Golach.) Wie echter wilde 'n invasie doen in Duitsch land? Wiklc Groot-Brittannië met zijn verachte lijk klein legertje Duit-sohland binnenvallen? Wilde Rusland dat, dat geen spoorwegstelsel had, voldoende om het leger in staat tc stel len de eigen grenzen tc verdedigen? Bereidde dit -zich op een inval voor? Was het Frank rijk, dat niet voorbereid was om zelfs de eigen, grenzen te beschermen? Of was het België? (Gelach.) Of wilde het Servische le ger naar Berlijn marcheeren? (Gelach.) Hij door BEATRICE HERON MAXWELL cn FLORENCE E. EASTWICK. Naar het Engelsch. ;M) Toen hij dit zeidc. word Felicia's voorgevoel intuïtie volkomen zekerheid. Zij herkende idon inspecteur, dien zij gezien had op „Door ben jacht," dien ollendigon dag, toen zij den ar men Laurie had thuis gebracht. Lawson's oogen waren, op Mussels gericht, ^idio hot dichtst bij hem stond; zoo had hij mis- jBohion de snelle beweging van Tuhby's hoofd, naar hem gericht, niet opgemerkt en evenmin 'do verandering van kleur op het verweerde ge dicht. 'I Mussels herhaalde dc woorden on werd ge volgd door Lancaster, een jongen man met jflikke wangen, die de woorden uitsprak met een Ifcooge faussotstem, blijkbaar zeer tot vermaak ,raii zijn metgezel. „Dit is een strenge zaak, mijnheer, en ik verzoek u ze ernstig te behandelen," sprak de lange man op strengen toon, en de maai naa»! (Tabby mompelde achter zijn hand: „Een detec tive of ik ben een Rus!" Nog twee jonge lieden herhaalden de voorge schreven woorden op verschillende tonen, ter- iwijl Tubby luisterde met saamgeknopon lippen v'pn een smadelijk optrekken van de wenkbrau- l wen. Toon kwam hij vooruit en sprak met een .overdrijving van zijn gewone temerige spraak": „"Schei uit, die maüe -comedio „Dat is de stem en 'dat is de mant- fiop een duidelijk» jongensstem, „Weot je het heel zeker, Foddic?" vroeg in specteur Lawson aan den blonden jongen. ,,Ja zeker, mijnheer, dat is do mijnheer, die bij Liz was. Juist zijn lengte en figuur cn glad haar, nogal lang achteraan bij zijn jas kraag. Ik heb zijn gezicht niet gezien maar hij sleepte er de woorden uit, net eender." Lawson zag Tubby streng aam „Mr. Maulc- veror, ik ben hier om u te arrestccren. De an dere heeren zijn vrij en kunnen gaan." Zij vertrokken allen achter elkaar en keken Tubby met groote verbazing aan. Enkelen schudden hein in 't voorbijgaan de hand en Mussels klopte hem op den schouder. „Moed gevat, ouwe jongen! Het is een kwes tie van geld, jc kunt op ons steunen, wo zullen trachten een makker bij te staan." Tubby, met opgericht hoofd en kalm, of schoon een weinig wit om zijn mond, trachtte hem toe te lachen en te bedanken. Mr. Hudson liet lion passeeren en deed de deur toen weer dicht en Felicia stond op. Zij was tot dat oogonblik toe stil en bevend blijven zitten. „Wat beteekont dat, Mr. Mauleverer?" „Het beteekont, dat ik con groote dwaas ge weest ben, Felicia." Hij wendde zich tot den inspecteur. „Het staal zeker in verband met den moord bij het kanaal?" „Ik moet u waarschuwen, mijnheer, dat van alles, wat u zegt, nota genomen zal worden." „Dank u, ik behoef niet voorzichtig te zijn. Ik weet volmaakt goed wat mij wacht. Maar deze jonge dame u hoeft haar niet langer op le houden. Zij kan zeker heengaan." „Miss Felicia Leach wordt ook gearresteorÜ.- „Goaireisteerd! U meent toch niet, dat zij ook als medeplichtige beschouwd wordt?" „Het spijt mij te moeten zeggen, dat het mijn pijnlijke plicht i6." Hij ging voort met spreken, maar Twee woorden slechts hieven gegrift in Felicia's hoofd: „Gearresteerd me dep lie h - tigeT- weet, hij moet weten, dat het niet waar is, dat hij daarom tcu oorlog ging. Noch hij, noch zijn nieuwe kanselier zeggen dat ze te vreden zullen zijn met Duitsohen grond. (Ge lach) Zij spreken gladweg van vrede, allebei, maar ze gaan stotteren en stamelen als ze ko men aan het woord herstel. Dat is in zijn ge heel nog niet over hun lippen gekomen. Dat is echter niet alles. Oorlog is een afgrijselijk bedrijf. Maar hij is niet zoo erg als een sjechte vrede. Er komt een eind aan den vreeselrjksten oorlog, maar een slechte vrede houdt aan en leidt van den eenen oorlog tot den anderen. Dat meenen zij met vrede als ze er over spreken. Dat is de waarheid on ik heb nauwgezet a'les wat ze zeiden gevolgd en hun bladen nagegaan. De Pruisische „War Lords" 'hebben hun eerzuchtige bedoelingen nog niet opgegeven. Zg spreken niet over vrede, maar over de verdaging van do verwezenlijking hunner bedoelingen. Zij gevoelen, gevoelen oprecht, geloof me, dat ditmaal hun samenspanning h mislukt. (Toejuichingen). Zij zijn hieromtrent volko men eerlijk en zij werpen de schuld op dit arme land, met zijn vloot en zijn fabrieken en zij zeggen, dat zonder Groot-Brittannië a' les goed zou. zijn geweest. Een volgende maal zullen ze beter doen, maar er moet geen volgende maal zijn. Geen nieuwe oorlog. Luide toejuichingen). Wij weten, dat op gezag van een man van machtige positie in Duitschland, die zeide: Er zal spoedig vre de zijn. Maar de oorlog zal binnen tién jaren wor den hervak Dat is hun opvatting. Pat is de wijze, waarop zrj spreken. Zij zeggen, we hadden meer moeten voorzien. Wij had den voldoende levensm'ddelen in Duitschland moeten opstapelen. Een volgende maal zul len we daaraan denken. (Gelach). Ruim schoots koper en katoen. (Gelach). Dan maakten we een vergissing met de duikboo- ten. In plaats van 200 a 200, bohooren we op zrjn minst er 2000 a 3000 te hebben een volgende maal. (Gelach.) Er moet geen vol gende maal zijn. (Toejuichingen). Het re véél beter er nu, ondaiiks allo kosten, alle smart en droefenis een einde aan te maken. Laat ons dien gruwel niötehsrhalen. Laat ons de generatie zijn, die manmoedig en vastbe raden den oorlog wegneemt uit de trage diën van het menschelïjk leven. (Toejui chingen). Ongetwijfeld vormt de Russische ineenstor ting een vrij groote diepte, maar wij zullen er doorheen komen. Ik ben er niet zeker van, dat wij de donkerste vlakte reeds door zijn, maar over het dal heen, zie ik dien weg weder de hoogte ingaan en ik zal u zeggen waarom. Rusland zelf heeft door die in storting een zeer noodige les gekregen. Er zijn personen, die ontbindende me thodes in het Britsche leger zouden willen invoeren en commissies in het leven roepen om den oorlog te leiden. De natie heeft haar eigen Comité- van arbeiders en solda ten ingesteld, d. i. het Lagerhuis. Wij kunnen niet toelaten, dat partijorga nisaties den oorlog leiden of den vrede voor schrijven. De natie als geheel voert den oor- iog en do offers zijn vrij wel gelijkelijk ver deeld over allo klassen der natie. Als geheel voert de natie den oorlog, als geheel moet z\j vrede maken. (Toej.) Dat is de weg niet tot een bevredigenden vrede en ik ben er zeker van, dat degenen in Rusland, die vroeger er zoo over gedacht hebben, thans niet langer van die meening zijn. Als zij terugtrekken naar het Oeral-ge- bergte, terwijl de Duitscher3 hèh vervolgd-1, zouden zij dan nader bij een vrede zonder annexaties en vergoedingen zijn? Het zou eenvoudig beteekeoen, dat de Dmtechers het beste deel van het land in bezit zouden hebben en schadeloosstellingen opleggen aan de naties, die deze het best zouden kunnen betalen. Als wij dat voorbeeld in het wes ten moesten volgen, zouden wij niet meer dan 100 mijl kunnen wegloopen en dan zouden wij in de zee zijn. Ons groot leger, aan welks vorming twee jaren zijn besteed, met zijn prachtige uitruitiog, waaraan onze nijverheid twee jaren beeft gewerkt., zouden dan verloren zijn. Welk nut zou het dan hebben tot den keizer te gaan en hem te zeggen: „Groote War Lord (gelach) wrj allen weten dat Met oen snik waggelde zij en viel voorover buiten kennis Zij legden haar zacht op een bank neer. Fed- dio kwam naderbij, om haar in 't gezicht tc zien. „Wel, dat is do gezelschapsjuffrouw en vrien din van rniss Pridham! Ik heb ze samen bij-ons in huis gezien. U hebt zeker geen bevel gekre gen liaar tc arreslceren. Zij heeft er niets mee te makon gehad." Niemand gaf antwoord, maar Tubby verloor zijn gewone kalmte en uitte een vloek van toorn, terwijl de anderen bijna een gevoel hadden van schaamte. HOOFDSTUK XXII. In een ommezien, in minder dan geen tijd, kan men de wereld omgeven met een electrischen stroom, een revolutie tot stand brengen in een keizerrijk of een groot schip doen zinken. Hot was FoHcia of de wereld op het punt was, te-vergaan, toen inspecteur Lawson haar mede deelde, dat zij met hem naar Engeland moest terugkeeren en zich in arrest beschouwen. Zij had ©en gevoel of zij bedwelmd was, verlamd door dezen plotselingon ommekeer van gebeur tenissen. Want de laatste drie weken had zij steeds zichzelve geoefend, haar hart gedwongen om den last van verdriet, die het bezwaarde, te boven te komen. Zij had al haar geestkracht en vastberadenheid ingespannen voor het nieuwe leven, dat voor haar openlag. Het verleden word opgerold en ter zijde gelegd; toch" bleef het steeds in haar geheugen, on de eenige hoop, die boar staande hield, was, dat eenmaal de waar heid bekend zou worden en een gouden toe komst haar 'dan misschien wachtte. Onder arrest gesteld! Teruggevoerd naar En geland, onder 'de grimmige schaduw der wet. Wat befoakan.de dat? Ba .-waarom jvae Theodoc wat ge wenscht, de bescherming van 'den Duitschen bodem is. Wij hebben ons best gedaan dien te beschermen door over zee te gaan. Geef ons nu vrede. Wij vertrou- weu u. Ik denk, men zou de dwaling spoedig in zien. (Hoor! Hoor!) Dat is niet de weg om vrede te verzekeren; zelfs geen vrede zonder annexatie en schatting. Ik zie. dat do Duitschers zeer tevreden zijn over den laatsten slag. (Gelach). Na ail es wat ik kan zeggen is, dat de uitnemende opperbevelhebber van ons leger aan het westelijk front al zijn doeleinden in dien slag bereikte. (Toejuichingen). Ik spreek niet van iets, dat hij me na den slag vertelde. Hij was goed genoeg, me van te voren in to lichten, wat zijn bedoelingen waren. En die werden bereikt. Maar liet Duitsche legerbericht zegt, dat alles wat we deden was, eenige kraters" te vermeesteren. En te Berlijn hangen de vlaggen. (Gelaciï). De qlgemeene toestand. Op de slagvelden levendige gevechten met in het oosten nog steeds groot succes voor de Centralen. Van het w e s te 1 ij k front vernemen we, dab de Fransche troepen opnieuw vor deringen hebben gemaakt ten noord-westen van Bixschoote. Een Duitsche afdceing, die een raid ten zuiden van Aleux endernam, werd teruggeslagen. De Fransche troepen voerden met goed gevolg een raid ten oosten van Verraelle uit. Een aanval van den vijand op een Fortugeesohe post werd onder ver liezen voor den vijand afges'agen. Ten noorden van de Aisne kenmerkte de nacht zich door aanvalspogingen der Duit schers op verschillende puuten van het front Twee aanvallen, die met een zwak effectief tegen de Fransche stellingen op het Kazemat ten-plateau ondernomen werdeo, werden met gemak afgeslagen. Meer oostelijk deden de Duitschers tegen halfeen 's nachts een krachtigen aanval ten zuiden van Juv^encourt Na een zeer hevi- gen strijd wierp de Fransche soldaten de aan vallers uit een stuk loopgraaf, waar zij vasten voet hadden kunnen krijgen. De linie der Franschen is in haar geheel hersteld. De artilleriestrijd nam een vrij hevig ka rakter aan op de beide Maas-oevers, vooral in de streek van den Mort Homme en het bosch van Courières. Overal elders was de nacht kalm. De Italianen hebben Zaterdagnacht een luchtaanval op de Oostenrijksche ves ting en ooiiogshaven P o 1 a gedaan. Daar over wordt uit Rome geseind: „De raid op (le militaire etablissementen van Pola werd door 36 aviateurs uitgevoerd. Niet al onze vliegers wierpen bommen, om de burgerlijke bevolking niet te treffen. Dat is niet de methode der Oostenrijkers, die Venetië, de Po- eu Isonzo-monden zonder consideratie gebombardeerd hebben. Wij trof fen het arsenaal cn de p'aatsen van militaire beteekenis van Opivi, waar zich de duikboo- ten-basis en de vloot bevinden. De vliegers wierpen daar 6V2 ten ontplofbare stollen uit en uit de branden, die er ontstonden, kon worden opgemaakt, dat het beoogde doel bereikt was. Ondanks het hevige a£- weergeschutvuur keerden 3I onze vliegtuigen ongedeerd terug." Het Oost n gksche offi.ieee belicht hier omtrent luidt: „Gisternacht lubben 16 tot 20 vijandelijke vliegtuigen op de stal Pola en de haven on geveer 80 bommen geworpen, waaronder vele brandbommen. In de stad is aanmerkelijke schade aan particu iere wo ringen aaaigeri.hb Van de burgerlijke bevolking zijn 2 gedood en 12 gekwetst, hoofdzakelijk vrouwen en kinderen. Aan mili'.aire inrichtingen is ge n noemenswaarde schade aangericht. Er zijn ook bommen gevallen op het hospi'aal en h.t kc-rkhof van de marine. Er zijn 2 militairen licht gekwetst." In Rusland nog hetzelfde. Kerenski heeft als mi nis te r-p resident ont slag gevraagd, maar de voorlcopige re geering heeft het onts'ag geweigerd. De reden tot dit verzoek was, dat de politieke elementen niet samenwerken en een déél Mauleverer haar tot deelgenoot gegeven in schande cn vernedering? Een vermoeden, dat altijd in de diepte van haar hart had geloerd, rees opnieuw op in haar ziel. Tubby was in al lerijl van hi*!s gegaan; hij had Londen en zelfs Engeland verlaten met een verwonderlijke on stuimigheid; hij had zich geworpen 'te midden van oen gezelschap acteurs, waarvan hij weinig of niets afwist, cn dat schijnbaar om de eenige reden, dat hun leven van Bohémiens in zijn smaak viel. Hij gaf toe, dat hij zelf totaal nie'.s van acteerên afwist, en de onbeduidende som, die hem als salaris werd geboden, zou zeker geen gewicht in de «chaal loggen. Dertig shil ling in de week moest voor Lord Brismain's zoon een kleinigheid wezen voor sigaretten, niets meer, ofschoon hij haar had meegedeeld, dat liij heel slecht in zijn goliï zat. Maar een jongmensch in zijn positie kon altijd toch op de een of andere manier aan zijn geld komen, in iodcr geval klein geld had hij altijd genoeg om handen. Hot was meer en meer geheimzinnig en on begrijpelijk. Zij had Tubby op hel oogenblik van ziju arrestatie hooren zeggen: „Staat dit in ver band met de misdaad bij het kanaal?" en de inspecteur had bevestigend geantwoord ei) hem gewaarschuwd, dat ieder woord, dat hij zei. als getuige kon widen boschouwd. „En miss Lcach wordt die ook beschouwd als mede plichtige?" Do inspecteur had geantwoord, dat bijzonder-* heden van de beschuldiging zouden woeden be kend gemaakt, als zij in Engeland waren aan gekomen. Daarop scheen er niets meer gezegd behoeven te worden. Zij werden van de „Spar- ton" overgebracht op de „Lausaune", die »p weg naar thuis was. Een zekere mate van vrij heid werd hun beiden gegund, behalve dat Law son 'altijd in de buurt van Tubby bleef en Fe licia hot gedwongen gezelschap van een bof- piees tor es moest verduren. Maar geen bescha- der Russen zioh wil onttrekken aan do re-, geering. De Russisch© troepen zijn er ook nog niet in geslaagd de vijanden te keeren. Terugtrek-, ken blijft met een enkele uitzondering, def boodschap. Het Russisch legerbericht meldtl' het volgende: „Ten noorden van Husiatyn trok een deel van onze verkenners onder dekking van de>' artillerie tot aan de Zbroeez en omsingeld©', Öe vijandelijke stelling op den oosfcelijkon oever. Na de Duitschers mot handgranaten' t© hebben bestookt, deden onze troepen eên! bajonet-aanva'. De Duitsche. s vlu h ten naar de Zbroeez onder het s'akon van den kreet: „Daar zijn 'de kozakken!" Ten s'otfe ?:jrdre-; ven wij den vijand geheel van den Oostelijken' oever van de Zbroeez, waarbij wij 43 gevan genen maakten en zeven machinegeweren; veroevrden. Aan de Zbroeez, tan zuiden van; Skala, verdreef onze infanterie dan vijand' uit de dorpen Sjoestowka en Tsjernako- zintzy. Tusschen den Dnjestar en de Pruth' bleven onze troepen in c-ostelijke richting terugtrekken. In den nacht van 3 Augustus ontruimden zij Tsernowitz, waar zij da brug lieten springen. De vijand bezette de dorp an Rasjkof, Poliana, Barantsje en de stad Tser- nowitz. In de Karpathen trekken onze troe pen in oostelijke richting terug. De vijand achtervolgt ze hier en daar, zonder dat onze afdeelingen hem den noodigen weersau 1-bie den. Aan het Roemeonsche fronk tea noord oosten van Kimpolung, leveren onze troe pen slag met den vijand, die hon op de hie len zit De vijand bezette Vatra-Moldvitza. Aan het verdere front klonk geweervuur." Het communiqué uit Berlijn luidt: „Aan het noordelijk deel van het front van prins Leopold nam het vuur op ver scheidene punten toe. Bij- Brody en aau de Zbroeez kwam het van tijd tot tijd tot he vige aitilbrieg©Techkn. ïn de richting van C'notin "£ijn onze troepen aan heb voortrukken door het woudgebied ten zui den van den Dnjester. Ten oosten van Tsernowitz namen de Duit sche en Oostenrijksch-IIongaarsche divisies Rarancze en het westelijk deel van Bojan aan de Proeth. Aan de Roeineensclie grens ten zuidors'.en van Tsernowitz neemt- do g> vechtsbedTrjvigheid toe. In het Suczawa-dal drongen wij de Russen na een gevecht in de vlakte van Radautz .terug. Wama aan de Mol- dau is genomen. De Bistrytza js tusschoü Limga en Brostini overschreden. Aan de Casinului bleven ook gisteren de aanvallen der Roemeniërs zonder resultaat." Nieuwe Hollandsche haring. De eerste nieuwe Hollandsche haring is door de firma De Zseuw Van Raalte, te Vlaar- dingen, aan H. M. de Koningin aangeboden* Hare Majesteit heeft aan (le bemanning van den zeillogger „Noord-Brabant", welke deze haring hoeft gevangen, een bodrag in geld ter verdeeling geschonken. Dezer dagen werd do pastoor van Zes Gehuchten bg Eindhoven bezocht door een „broeder van don stationschef van Geldrop". Genoemd© chef zou de controle op zijn kas krijgen en had een vrij groot deficit, zoo verteld© de zorgvolle „broer." Met 100 gulden zou hij gerei zijn. Rijwiel en horloge wilde de man gaarne als onder pand achterlaten. Pastoor was geneigd te helpen, maar f 100 was te veel. Met f 27 zou het ten slotte ook nog te redden zijn. De pastoor greep in z'n beurs en telde f 27 voor. Dc dankbare „broer" verdween na honderd dankbetuigingen. Teen *s anleidaags de pastoor den chef van Geldrop bezocht, vernam hij, dat er misbruik was gemaakt van d© portemonnaio van den pastoor en wan den naam van de« stationschef. Bij een facteur van de militaire veldpost te Woensel is huiszoeking gedaan. De facteur, die goeden zwier maakte, werd gearresteerd. Er moei gebleken zgn, dat |(j 148 couverts, die geld inhielden, achterge houden heeft. De kapitein der marechausse volgde den geair steerde met een valies mot bewijshou- dende bescheiden. Nadat een koopman uit Sittard aangifte had gedaan, dat hij op 30 Juni jl. in mende handboeien herinnerden hen voortdurend aan hun naderend gericht. Den eersten nacht in volle, zee lag Felicia wakker in haar hut, met wijd open oogen, zich afvragende, denkende, zich pijnigend totdat haar hart tot berstens toe vol was. De mon- schen spreken van een gebroken hart met' een zekeren spot en zeggen, dat zoo iets niet denk baar is; maar niettemin sluipt de dood in hart en ziel, wanneer de hoop is vernietigd, en wan hoop verderen weerstand nutteloos maakt. Haar verdriet was te echt, om er tranen bij le storten.*Zij was tot het punt gekomen, wan neer er niets schijnt overgebleven te zijn dan het aangezicht naar den muur te keereu cn het leven laten ontglippen aan zijn broos omhul sel Zij was jong nauwelijks twintig jaar, en reeds was zij bereid van'hot leven afstand te doen. Er is geen droefheid zoo vrceselijk als het verdriet van jonge menschen; do ouderdom mag ernstig wezen, maar hij is zelden droevig, want dc jaren hebben zooveel beproevingen meege bracht, dat de ziol verhard is geworden door de ondervinding "en do geschiktheid tot uiter mate groot lijden heeft verloren. Felicia lag daar neder en dacht: „Kon ik maar sterven en aan alles een einde maken! O Laurie! Ik had gedacht je te helpen, lieveling, cn hot schijnt, dat ik er verkeerd aan godaa;r licb. Maar zij kunnen mij nooit dwingen iets te zeggen om jou te bonadeelen. Zij mogen mi{ zooveel vragen als ze maar willen, ik antwoord toch niet Jij en ik alleen waren dien avond laat in de hall en niemand behalve jij en ik kan zeg gen wat er gebeurd is. Jij hoeft niet te spreken en ik zal het nooit doen!" (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1917 | | pagina 5