De Wereldkrijg.
No. 17537.
LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 30 April.
Tweede Blad. Anno 19Ï7,
Ingezonden.
Rechtzaken.
Vrageti cn Antwoorden.
FEUILLETON.
Sokter Stillfried.
Rechtstoestand Gemeenteambtenaren
Naar aanleiding van een motie, bijna tien
jaren geleden door den Raad aangenomen,
waarin B. en ,W. werden uitgenoodigd een
concept-verordening, regelende den rechts
toestand, bij den Raad aanhangig: te maken,
werd juist vóór den oorlog zoodanige rege-
ling door B. en W. bij den Raad ingediend.
Be behandeling werd toen verschov en, tot
dat wederom bijwijzo van motie uit den
Raad den wensch kwam, de verordening
aanhangig te maken. Besloten werd, dat voor
de openbare behandeling de Raad het con
cert in de afdeelingen zou onderzoekeu. Dit
Onderzoek had in het begin van October
plaats.
Tot rapporteurs werden in de s?et:es be
noemd de heéren K. Sijtsma, J. Mulder
en J. P. Vergouwen, die tot eind-rapporteur
den eerstgenoemde aanwezen. Thans is het
uitvoerig verslag van het verhandelde in
de secties met het antwoord van B. en W.
verschenen.
Hadden B. en W. reeds vroeger te kennen
gegeven, dat zij voor zoodanige regeling wei
nig gevoelden, een der redenen wellicht,
waarom de concept-verordening zoolang op
zich liet wachten, ook in de toelicht'ng deden
B. en W. nogmaals uitkomen, dat zij het
groote belang van zulk een regeling niet
kunnen inzien.-Bij de algemeens beschou
wingen zijn zjj daarover door verschillende
leden hard gevallen. Een wel omschreven
regeling van plichten en rechten (ook van
plichten) geeft, zoo redeneerden deze leien,
aan de ambtenaren een gevoel van zeker
heid en dus van veiligheid. Het ontbreken
van een rechtsregeling kan schadelijk wer
ken op den dienst, doordat het leiden kan
tot een algemeenen toestand van ontevreden
heid en daardoor schadelijk worden voor
den dienst.
Er werden echter ook wel stemmen ver
nomen, die het met B. en W. eens waren
en deden uitkomen, dat de zwakke en onte
vreden elementen onder de ambtenaren voor
al geporteerd zijn voor een rechtspositie
regeling. Superieure ambtenaren vragen er
niet om. Ook kwam de vraag ter sprake:
Scheidsgerecht of Commissie van Advies?
In het concept-reglement is voorgesteld een
Commissie van Advies. Met klem werd door
eenige leden op een scheidsgerecht aange
drongen en B. en W. werd pertinent ver
docht zich daarover Tiït te spreken en mede
hun gevoelen te zeggen over de al of niet
iwettigo toelaatbaarheid ran een scheidsge
recht. Sommige leden hadden gaarne ge
pen, dat B. en W. vooraf het oordeel van
Öe betrokken ambtenaarsvereenigingen had-
pon ingewonnen; een enkele miste noode in
eet concept een loonregeling, enkele anderen
wilden een wekelijkschen rustdag voor alle
jmbtenaren gewaarborgd zien.
Na zich op de algemeene op- en aan
merkingen te hebben verantwoord, behan
delen B. en W. meer speciale onderwerpen,
dl. het scheidsgerecht, de loonregeling, den
faekelijkschen rustdag en. de regeling om
trent borgtocht en pensioen.
Tegen het scheidsgerecht hebben zij a.'ler-
Erst wettelijke bezwaren, ontleend aan het
paalde in art. 145 juncto art. 179 der
imeentevvet.
Behalve wettelijke bezwaren, bestaan er,
volgens B. cn W„ echter ook practis:he be
swaren tegen het scheidsgerecht. Er kunnen
tteer ongewenschte verhoudingen door ont
staan. Stel, dat B. en W. of de Raad een
ambtenaar wilden ontslaan, dcch het sche ds-
gerecht zou dat ontslag ongedaan maken.
Op die wigze zouden Raad en B. en W. niet
peer baas blijven in eigen huis en dat lijkt
hun beslist *ioodig.
Omtrent de loonregeling deelen B.
£n W. mede, dat deze in een afzonderlijke
ÏJrerordening geregeld zal worden en daarom
komt het hun niet wenschclijk voor, in deze
orordening bepalingen daaromtrent op te
omen. Wanneer de algemeene loonregeling
b tot stand gekomen, bestaat er geen be
waar tegen, om algemeene bepalingen, bijv.
jetreffendo periodieke verhoogingen, alsnog
n het ambtenaarsreglement op te nemen,
inaar het nut hiervan kunnen zg niet inzien.
Wat den w e k e 1 ij k s c h e i\ rustdag
tetreft, achtten B. en W. beter daaromtrent
bepalingen op te nemen in de instruction
$er diverse ambtenaren.
Komende tot de artikelsgewijze behan
deling, ontraden B. en ,W. ö.a. sterk cle
opneming van het verplegend personeel der
gestichten „Endegeest", „Voorgeesb" en
„Rhijngeest" in deze verordening. Te zijner'
tijd kan worden overwogen of voor hen'
een aparte regeling moet worden getroffen.
Naar aanleiding van het uitspreken van
den wensch den normalen werkdag van 10
op 9 uren por etmaal te brengen, zeggen
B. en W., dat het normale aantal werk-uren
niet op 10 per dag is bepaald, doch dat enkel
is voorgeschreven, dat de maximum-
werktijd 10 uren bedraagt. Zulk een alge
meen voorschrift is noodig met het oog op
do zeer uiteenloopende diensten, welke
door de verschillende categorieën van amb
tenaren worden verricht.
Aan den aandrang, in een der secties,
om aan de hoofden van dienst de verplich
ting op te leggen op hun spreekuur zoo noo
dig mede te ontvangen de besturen der or
ganen, waarbg de ambtenaren, die onder
hen ressorteeren, aangesloten zijn, is door
B. en W. toegegeven en een desbetreffende
alinea aan art. 25 toegevoegd.
Hef adres der Duurt c-Coinmissie in den Raad
Mijnheer de Redacteur!
Naar aanleiding van het in de jongste
Raadszitting behandelde adres der Duur'te-
commissie verzoeken wij u beleefd plaatsing
van het volgende. Bij voorbaat onzen dank.
In het verslag lezen wij, naast de mededee-
ling van den Voorzitter inzake een over
eenkomst tusschen den Minister en .do Ge
meentebesturen over den rijstprijs, waarnaar
wij een liader onderzoek zullen instellen, het
volgende:
,,De heer Fokker constateert, dat het adres
wemelt van onjuistheden en wil het daarom
niet ter visie leggen, doch het voor kennis
geving aannemen."
Wij willen het hier niet hebben over heb
zeer eigenaardige standpunt van een Vrij-
zinnig-D emocraat, om voor te stellen een
adres over de levensmiddelen voorziening in
de papiermand te deponeeren.
Wij willen slechts wijzen op het, ons in
ziens, zeer onbehoorlijke, om in een Raads
vergadering, waarvan de heer Fokker vooraf
weet, dat niemand hem naar de bewijzen van
zijn beweringen zal vragen, onjuistheden te
constateeren zonder deze te noemen.
Geachte Heer Redacteur, sta ons toe, waar
wij in de Raadszaal daartoe nog niet in de ge
legenheid zijn, den heer Fokker in het open
baar in uw blad naar de bewijzen tc vragen.
Geachte Heer Fokker!
Wees zoo goed in het openbaar de
onjuistheden, waarvan het adres der
Duurtecommis.ie w e m e 11, ie noemen.
Een man staat voor zijn woorden.
Beschadigingen in het openbaar uit
spreken zonder in het openbaar daarvan
de bewijzen te leveren, is laf.
De Arbeidersbeweging vat haar taak
ten opzich e der lövensmi'delen ;oor i -
ning te ernstig op, om deze, zelfs dpor
menschen, die zich démoeraat noemen,
te laten bederven.
Wij vertrouwen, dat gij in het open
baar zult aantoonen, waaruit de onjuist
heden, waarvan het adres wemelt, be
staan.
Geachte heer Fokker, we wachten af.
yoor de Duurtecommissie uit de
Leidsche Arbeidersbeweging.
JAC. -BAART. Voor: it ter.
P. J. BOMLI, Secretaris.
Leiden. 2S April.
KANTONGERECHT TE LEIDEN.
Van de vele heden aan de orde zijnde zaken
zijn alleen vermeldenswaard de volgende:
L. A. K. is niet verschenen. In overeen
stemming met zijn initialen had hij er mis
schien „lak" aan.
Er zouden eenige jongens, zes in getal,
naar Katwijk gaan op Tweeden Paaschdag,
en zij zouden wat „citroen" roeehemen. Zij
kochten dit bij K. aan de Haarlemmerstraat,
en wél zes fleschjes. Onderweg hadden zij
er van gedronken en zij raakten „boven hun
citroen". Zij werden dronken op straat te
Katwijk gevonden. Eén was gansch bewuste
loos en roerloos. Drie van de Leidsche jon
gens waren aanwezig; jongens van vijftien
en veertien jaar, volstrekt geen reuzen voor
hun leeftijd. Zij hadden elk iets uit hun
halye flcsch gebruikt en de flesschen daarna
weggeworpen.
Het O.M. vorderde 25 gulden boete of tien
dagen hechtenis,
G. H., van Katwijk, die terecht moest
staan wegens overtreding der Arbeidswet,
was ook niet verschenen.
Een 16-jarigen jongen had hij al3 timmer
man te lang doen werken en er kon geen ar-
beidsregister getoond worden.
Eisck tien geldboeten van drie gulden en
een van vier gulden.
J. v. d. G., hoofd cener inmakery- te Kat
wijk, ook niet verschenen, had verboden ar
beid doen verrichten.
Eisclr: f 10 of 10 dagen.
Dc wed. B., geb. v. d. B., had op 9 April in
haar café aan het Levendaal te laat bezoe
kers geduld.
Eisch: f 2 of drie dagen.
G. E. N., directeur van de Leidsche melk
inrichting „Do Landbouw", niet aanwezig,
.had zich tc verantwoorden, ter zake, dat hij
op 27 Februari door den melkrijder Menken
had doen vervoeren naar het filiaal aan de
Hoogewoerd een bus met volle melk, welke
na onderzoek bleek niet op den naam volle
melk te mogen aanspraak maken.
De chef, de heer Lainens, vertelde hoe het
vervoerbedrijf is geregeld en wat er geschiedt
vóór de melk het huis verlaat.
Do l£-jarige melkrijder in kwestie, drie
kwartjaar daar in dienst, wist wat hem el-
ken morgen te doen stond. Bij het gereed
maken der zending is hij 'nooit tegenwoordig
Vroeger werden de bussen niet gezegeld, na
het gebeurde echter wel.
De wagon met de bussen, voor de filialen
bestemd, stond .wel eens eenige oogenblikken
onbeheerd.
liet monster is genomen in het filiaal
Hoogewoerd.
De filiaalhoudster deed verslag van de ont
vangst der- melk.
Dr. Van Eek werd- als getuigc-deskundige
gehoord.
Het O.M. vraagt f 5 boete of twee dagen
hechtenis.
Mr. A. J. Fokker, als gemachtigde voor
bekl. optredende, vraagt vrijspraak. O.m. om
dat gebleken is, dat de melk eenïgen tijd
onbeheerd heeft- gestaan en het monster niet
voldoende weergeeft wat er in de gehcelo
bus was.
De filiaallioudslcr stond terecht wegens
liet op 27 Februari ten verkoop aanwezig
bobben vaii volle melk, welke niet aan de ge
stelde èischen' voldeed.
Bekl. beweerde, dat de datum niet was 27
Februari.
Het O.M. vraagt f 4 boete of twee dagen
hechtenis.
Mr. Fokker vroeg liet hooren van nog een
deskundige.
Daarom wordt deze zaak cn de vorige veer
tien dagen aangehouden.
De aïgemceno toestand.
Er wordt in Noord-Frankrijk, vooral op
het Engelsche front hevig gevochten. Er
wordt een. geweldig bloedbad aange
richt. Dat is op grond van de verschillende
bel ichten, als vaststaand aan te nemen. Hin
denburg zou al zijn reserves hebben doen
aanrukken om te trachten op die wijze den
strijd in het voordeel der Duitschers te doen
afloopen. Krachtige tegenaanvallen worden
ondernomen, zoowel op het Fransche als op
het Engelsche front Zoo golft de strijd op
en neer on 't is nog niet precies uit te
maken, wie de grootste voordeelen bevecht,
die eigent elke partij zichzelf toe. Ten zui
den van Óppy hebben de Engelsclien een
slag geslagen, waarbij ze een kleine duizend
gevangenen maakten.
Het Duitsche legerbericht van gisteren
meldt, dat do Engelsclien btf hun aanval
Arleu.^ Oppy, Gavrelle en Roeux namen,
maar door een tegenaanval werden terugge
worpen. De doorbraakpoging is onder zware
verliezen voor den vgand mislukt, conclu
deert het Duitsche legerbericht.
De Franschen hebben op hun front Duit-
sche aanvallen afgeslagen en nog eenig ter
rein gewonnen. Sedert 16 April hebben de
Franschen 175 zware en veldkanonnen ver
overd, 412 machinegeweren en 119 loop
graafmortieren, terwijl 20.780 gevangenen
zgn gemaakt. Dit dan tot het tijdstip, waar
op het middagcommuniqué van 28 April
werd saaingesteld.
Wat men in Entente-kringen het voor
naamste vindt, is dat Hindenburg thans door
moet vechten en niet meer vrijwillig kan
terugtrekken.
Zeebrugge heeft gistermiddag weer bezoek
van vijandelijke vliegers gehad. Over de re
sultaten vernemen tfe nog niets.
De stemming in Spanje zal er wel niet
beter op worden voor de Duitschers. In Por-
tugeesche territoriale wateren is het Spaan-
sche stoomschip „Triana" in den grond ge
boord. Nadat het eerste kanonschot gelost
was, dat den kok doodde en een raatroos
zwaar lewetste „kwam de Duitsche duikboot-
commandant aan boord van de „Triana" om
de gevolgen van den aanval te constateeren.
Hij zeide, ondor aanbieding van verontschul
digingen, dat de duikboot eerst een waar
schuwingsschot had afgegeven en toen een
schot met scherp, dat h et schip op het eerste
sein niet stopte. De kapitein van de „Triana"
heeft een verklaring afgelegd voor de mari
tieme overheid van Cadix, behelzende, dat
noch hij, noch een zgner matrozen iets zou
hebben bemerkt van een signaal en dat geen
kanonschot gehoord was, dan dat, waardoor
het schip werd getroffen. De president van
den Spaanschen ministerraad verklaarde, of
ficieel de bevestiging van den aanval te heb
ben ontvangen en voegde hier aan toe, dat
de regeering aan Duitschland een krachtig
protest zal zenden.
In Griekenland schijnt 't weer veel
roeriger te wrorden en 't zou niet verwon
deren, wanneer men binnenkort weer van
ongeregeldheden zou hooren. De koning
spreekt alleen -nog inet de Duitsche officie
ren in zijn paleis. De Yenizelisten durven
zich meer te uiten, en veel officieren zijn
weer naar Saloniki gegaan. Het te Athene
verschijnende blad „Patois" neemt 't krachtig
voor de nationale regeering te Saloniki op.
De „Times"-correspondent meldt, dat het pu
bliek over het algemeen beseft, dat de Duit
sche invloeden uit Athene verdreven moeten
worden, maar men aarzelt nog, hetgeen geen
verbazing behoeft te wekken, daar het pa
leis het centrum van alle Duitsche propagan
da en spióunage is. Te Atiiene ontvangt
men nog steeds de Duitsche draadlooze be
richten, waarvan een deel, het ofücieele
communiqué, door het departement van Ma
rine aan de bladen wordt verstrekt. Door een
abuis heeft een beambte van een blad on
langs een ander gedeelte ontvangen, dat in
code gesteld was.
Het „Journal de Genève" vertelt, dat in
Griekenland een oplossing der kwesties zal
wordengevonden, doordat koning Con
stant ij n 6 Mei a.s. zou aftreden.' Hg
zal zijn troon afstaan aan zijn zoon prins
George. Deze prins wordt 19. Juli a.s. 27
]aar.
in de Vereenigde Staten is het
ontwerp op de dienstplicht aange
nomen. Het Huis van Afgevaardigden deed
dit met 397 tegen 24 stemmen, dc Senaat
met 81 tegen 8.
Zaterdag meldden onze telegrammen, dat
het Huis van Afgevaardigden een amende
ment om Roosevelt met een legercorps naar
Frankrijk te laten gaan had verworpen. De
Senaat heeft met 56 tegen 31 stemmen een
amendement aangenomen, waarbij de oud
president wordt gemachtigd vier divisies voor
den dienst in Frankrijk op de been te bren
gen.
Een ander nieuwsbericht uit Amerika is,
dat Guatemala de diplomatieke be
trekkingen met Duitschland heeft
afgebroken. Na J ere bijzonderheden hier
omtrent ontbreken nog.
De conferentie te Stockholm schijnt niet
in den smaak der Fransche socialis
ten te vallen.
De permanente besturende commissie der
Fransche socialistische partij antwoordt op
den oproep t$ eon internationale confereiu-
tie op den 15®n Mei, door de Nederkand-
sche delegatie gelanceerd, met de ver
klaring, dat ze niet het recht h.eei?fi
de Internationale te beheer en of
uit haar naam te spreken.
De voorgenomen conferentie pchijnt geen
ander doel te hebben, aangezien de werkelijke
agenda er voor onbekend is en er geen mnr-
daat voor is uitgegaan, daar gei-a enkele
partij er voor geraadpleegd werd. De com
missi e leest vervolgens de les aan de Duit
sche en Oostenrgksche sociaal-democraten,
die het socialisme tot medeplichtige, maak
ten van hun imperialistische regeeringen. Pas
na beslissende daden kan over een weder-
aanknoopen van de internationale betrekkin
gen onder de sociaal-democraten worden ge
dacht. Een conferentie, als die te Stockholm,
zou bovendien het gevaar kunnen opleveren
pogingen tot een afzonderlijken vrede in d<3
hand te werken. De Fransche socialistische
partij kan op dit oogenblik tot zulke doel
einden niet medewerken. Geen enkel lid
van de partij zal een mandaat voor
Stockholm ontvangen.
SÖITENLANDSGHE BERICHTEN.
Het Engelsche Hoogerhuls heeft het)
wetsontwerp tot verlenging wan den levens
duur van het parlement goedgekeurd.
Naar „De Tijd" meldt, heeft de Paim
besloten eenzelfde catechismus voor de ge-
heele wereld te laten samenstellen. Aan een
commissie van theologen is het werk op
gedragen. Om den nieuwen catechismus voor
te bereiden, heeft Z. II. zich tot alle bis
schoppen der wereld gewend, met het ver
zoek hem drie van de in hun bisdommen,
gebruikte leerboeken toe te zeridm.
De 1 Mei-dag te Christian!a.
Mot 11 tegen 10 stemmen heeft, de go-
mcenteraad van Chrïstiania besloten, den
1 Meidag als wettelijken feestdag to erken
nen. Alle takken van 't gemeentebedrijf
en alle openbare gebouwen zullen derhalve
geslóten zijn. De sociaal-democratische ar
beidersbond wil dit jaar een buitengewoon
groote betooging houden, welke zich voor
al zal richten tegen do duurte en het acti
visme, welke laatste in sommige Xoorsch©
bladen veld wint.
Vraag: Van het kaden eener compagnie;
mag 25 pCt. met inbegrip van incom
pleet met bijz. verlof.
a. Zijn daaronder begrepen: 8. M. A.,
S. M. I. en fourier?
b. Als het zoo uitkomt mogen dan die
25 "pCt. b.y. alleen door sergeantsworden
uitgemaakt, of wil het zeggen: 3 sergeants
en 3 korporaals?
Antwoord a. Bijzonder ver-lof wordt
alleen verleend aan verlofskader, dus niet
aan S. M. A„ S. M. I. of fourier, dat in
den regel vrijwilligers zijn. Zijn deze geen
vrijwilligers, dan rekenen zij onder de 25 pCt.
mede.
b. Dit hangt af van het aantal sergeants
en korporaals, dat er werkelijk is en hoe
veel daarvan noodig is-voor den dienst.
Vraag: Mijn zoon heeft dienst geno
men bij het Oost-Indische leger voor 6 jaar.
Gaat zijn tijd nu in. toen hij teekende of
als hg aan boord gaat?
Antwoord: De verbintenis gaat in- o|>
het oogenblik zijner aankomst in Oost-Indïë.-
Vraag: a. Paar ik in het „Leidsch'
Dagblad" van 23 dezer geleden heb, dat do
lichtingen 1907'13 onder de wapenen moe
ten komen, zoo is mijn vraag of diegenen,
die tijdelijk ongeschikt zijn verklaard, daar
ook onder begrepen zijn?
b. ik ben van de lichting 1918. Als die
lichting onder de wapenen moet komen,
hebben mijn ouders dan nog recht op ver
goeding?
An two or d: a. Dat moet ge maar eensi
aan uw commandant vragen.
b. Dat ligt er aan; als ge kostwinner zgt
en de vergoeding strikt noodig is, dan zul
len uw ouders ze wol krijgen.
Roman naar het Duitseh van
DORA DUNCKER.
27)
„Vergeef mij, dat ik u stoor. Maar ik wist
anders niemand, tot wien ik mij hier kon wen
den. Bit vroegere brie\en van mijn dochter wi-t
ik. dat u haar vriendelijk ter zijde slaat. Zou u
zoo goed willen zijn, haar hier te brengen, na-
dal u haar een weinig heeft voorbereid? Ik hoor
overigens, di l ik. liet slecht trof; mijn broeder
hoeft een schitterend feest georganiseerd, daar
om wil ik mij nu liever -aiet veiloonen.
Radtke was verlegen «cjd sloxrd besluiteloos.
„Dat u hier zoo c.i.Lteiaf v<t blijven staan, kan
'ik in geen geval gedoogen. U h] op de doorreisV"
De tooneelspeler stemde dat toe. „Naar Bra
men, ja
„U zal vermoeid zijü u behoort tot het
huis, tot de familie
Stillfried maakte een beslist afwerend gebaar.
',,U zou mij zeer verplichten, als u mij hier stil
letjes een k waaiert jo liet uitrusten. Het zit lucr
goed in de heerlijke, zuivere nachtlucht. De bank
'is gemakkelijk wat wil ik racer! Als u er
yoor kon zorgen, dat mijn Marictjc zich niet al
te zenuwachtig maakt cn niet al te lang op
rich laat wachten ik zou gaarno den trein
▼au Berlijn willen nemen, die morgen vroeg om
vijf uur door Gotha komt zou mij werkelijk
niets te wcnschen overblijven."
1 In het onzekere licht, dat van het feestter
rein naar dc donkere dennegroep viel, zag de
jonge man in het blecke, door zorgen vervallen
golaat van den ouden tooneelspeler, op zijn ge
bogen, magere gestalte. Bij de gedachte aan het
geen Marietje bij bet zien van haar vader zou
moeten gevoelen, kreeg hij een steek in "t hart
Hij draalde, voordat hij besloot heen te gaan
Pas toen de oude. man beleefd zei. „Hel .spijt
me, dat ik u moeite moet geven," snelde Radtke
weer over hot grasveld terug.
Mariêtjo had de tent reeds weer verlaten.
Radtke vond haar in de buurt van hel danster-
rein met het afruimen van een tafel bezig. Zoo-
dra zij hem gewaar werd, goot zij het dichtst
bijstaande niet water gevulde glas in één teug
naar binnen.
Toen zij Radtke's blik vol innige deelneming
op zich zag rusten, schoof zij hot glas be
schaamd op zij.
„Ik dacht, dat u zich zou ergeren," zei 2ij
schuchter op een toon, die het midden hield tus
schen teleurstelling en voldoening.
Hij schudde zijn hoofd.
„Neen, juffrouw Marietje. De zaak van dat
drinken was niets dan een malle vergissing, niet
de moeite waard om over te praten. Ik zal u
dat een anderen keer wel eens uitleggen. Wij
moeten nu weer goede, heel goede vrienden wor
den wil ïi mij dit beloven?"
„Hoe kan ik dat, als u zoo afschuwelijk togen
mij is?" Zij slikte mét moeite haar tranen in
„Dat is nu voorbij voorgoc-d. Kom mes,
Marietje geef mij je hand! Ik smeek er jo
hartelijk om."
Het nieisjo sloeg schroomvallig toe en keek
hem met haar blauwe kinderoogen aandoenlijk
vragend aan.
Radtke drukto haar band warm en tecder in
dc zijne. ;,Zoo, en verzamel nu al wat je aan
goeden, ernstigon wil bezit bijeen en loon, dat je
een jong meisje rijt met een ferm karakter. Je
vader is hier. Hij verwacht je beneden bij dc
dennengrot."
Het meisje was krijtwit geworden, doch het
volgende oogenblik steeg hot bloed haar wee.
wangen. Zij greep Radtke's hand sto- I
;rok hcni met zich nice. „Kom, kom, ga
naar de
vig cn trok
spoedig mee! Hc-b je hem al gezien hoe ziet
hij er uit? Wat zei hij? Hij zal toch niet naar
Amerika willen?"
Zij^prak alsof zij do koorts had, haar knieën
knikten. Radtke moest haar steunen om haar
voor vallen te behoeden. Deneden viel zij snik
kend in de armen van baar vader.
„Papa, iieve papa! Lieve, goede, arme papa!"
Toen zij naar Radtke omkeek, was hij ver
dwenen.
Haar vader had hel kind op zijn knie getrok
ken en sprak het vriendelijk toe.
„Je moet jo verstand gebruiken, kleintje. Je
moet toch zelf inzien, dat het zoo niet langer
gaat. Niet genoeg om tc leven tc veel om tc
sterven de grond brandt mij onder de voe
ten ik wou je nog eens zien en dan zoo gauw
mogelijk weg."
Marietje snikte luid: „Noem mij mee, papa.,
toe, neem mij mee!"
„Neen, mijn goed kind, dat zal ik niet doen,
evenmin als jo broers en zusters, die een goed
tehuis hebben."
„Wilt u dus heel alleen weg over dc zee
Papal Doe mij dat niet aan!"
„Ik ben alleen, ja, en dat is maar goed ook.
Schrei niet meer, mijn kind, laten we liever een
paar goede, verstafulige woorden met elkaar
spreken. Hoor je wat ik zeg?"
Mariêtjo knikte zwijgend.
Do oude man keek ecnig3 oogenblikken als
in gedachten verzonken voor zich uit.
„Kijk eens, kindlief," begon hij daarna weer
met moeite en langzaam, „do nieuwe god, dien
zo nu aanbidden, dezelfde, die -onze oude kunst
in puin heeft geslagen, heeft ergens gezegd: „Dc
sterkste man is hij, die alleen staat, en ofschoon
ik niet van hem houd. van dien nieuwen god.
moet ik toch zeggen, dat het een goed en waar
woord is. Opdat ik het beetjo kracht, dat mij
nog overgebleven is, niet zal verliezen, moet je
het hier volhouden, lief kind. Op die manier be
wijs jc mij bet best je liefde."
Marietje had haar tranen gedroogd en keek
verwonderd naar licm op. „Als u het zoo be
schouwt, papa 1"
„Dat moet ik, Marietje. Ik heb lang genoeg
verkeerd jegens jullie gehandeld. Met dit ver
wijt van hem heeft oom Frits gelijk al is
overigens ook nu, dat gaat ons niets aan"
Hij werd zeer bitter. „Wie een familie heeft, die
van hem afhankelijk is. heeft het recht ver
beurd er kunstenaarsprincipes op na te houden.
Dio moet zich voegen cn zich beijveren, dat te
levereD, wat geviaagd wordt, zooals do kleer
maker met de kleerc-n en de schoenmaker met
zijn schoenen."
Marietje slaakte een zucht on streelde ziju nog
altijd mooie hand. „Armo papal Arme, goede
papal"
Zij zwegen beiden en hielden elkaar innig om
vat. Eindelijk merkte Richard Stillfried op. „Er
valt niets meer te zeggen. Al het andcie zal ik
je wel schrijven. God behoedo je dus, mijn kind,
on Hij wou nog iets zeggen, verdor spreken,
teen zich stemmen in liun nabijheid lieten hoo
ren. Zij schrikten beiden hevig.
„Leidt hier een weg langs?" vroeg Richard
ongerust.
„Een rechtstrecksch binnenpad naar het dorp.
Nioraand kent het bijna," fluisterde Marietje.
Maar nu onderscheidde het meisje duidelijk
de slém van den rector van Untersbcrg.
„Nu kan ik best alleen den weg vinden, lieve
vrienden," zei de oude heer; „ik dank u beiden
wei zoor."
En heel dichtbij Marictjc meende, dat haar
hart moest blijven stilstaan ue slem van oom
Frits, dio op opgeruimden toon zoi:
*Neén, daar komt aiet* van ia. Juffrouw
Custava en ik hebben ons nu eenmaal in het'
hoofd gezet, u tot aan den straatweg beneden te
vergezellen."
Gustava vond geen tijd, Stilifrieds woord&ï
te bevestigen.
Plotseling was hij blijven staan. „Hola, wat ia
dat daar?" Hij hield opeens op en deinsde acfr
teruit. „Jij, Richard, jijl"
De oude tooneelspeler kwam eert geinig: j
het halfdonker to voorschijn.
Doodsbleek, met dc lippen stijf op elkaar gQ£.:'
klemd, bleef'Marietje vlak achter hem staan
hield zijn linkerhand vast omklemd.
„Ja, ik ben het, Frits. Maar je behoeft
bang te zijn, dat ik hier stoornis zal brengotij
Ik hen alleen gekomen om afscheid van mi|n
^kind te nemen."
Hij had zeer koel en zeer beslist gesproken.
„Zoo, zoo, en waar wil je heen? Ik dacht, dat
jo eerst een tijdje in "Wolkensteln zoudt komen!
tegen het eind van de maand eigenlijk mef
October ik heb Marietje gezegd, je dat te
schrijven ik heb dan moer tijd
In tegenstelling met de elegante en slagvaar
dige zekerheid, die Frits Stillfried anders nooit
verliet, sprak hij haperend, onzeker, zocht naar
woorden.
Toen do tooneelspeler niet dadelijk antwoord
de, trad Gustava, die tot dusver zacht met don
rector had gesproken, naar voren. Zij stak Ri
chard haar hand too en zei vriendelijk:
.Vergun mij, mijnheer Stillfried, dat xk u be
groet. U is geen vreemde voor mij. Ik heb veel,
heel vcol van u gehoord. Mijn vader was een
groot bewonderaar van uw kunst. Ook ik heb
u een paar maal mogen zien, wel is waar als
een onmondigo bakvisch, maar uw „Lear" eü
uw „Richard do Derde" heb ik nooit kunne*
vergeten. - j
i t (Wordt vervolgd).