De Wereldkrijg. No. 17537. LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 30 April. Tweede Blad. Anno 19Ï7, Ingezonden. Rechtzaken. Vrageti cn Antwoorden. FEUILLETON. Sokter Stillfried. Rechtstoestand Gemeenteambtenaren Naar aanleiding van een motie, bijna tien jaren geleden door den Raad aangenomen, waarin B. en ,W. werden uitgenoodigd een concept-verordening, regelende den rechts toestand, bij den Raad aanhangig: te maken, werd juist vóór den oorlog zoodanige rege- ling door B. en W. bij den Raad ingediend. Be behandeling werd toen verschov en, tot dat wederom bijwijzo van motie uit den Raad den wensch kwam, de verordening aanhangig te maken. Besloten werd, dat voor de openbare behandeling de Raad het con cert in de afdeelingen zou onderzoekeu. Dit Onderzoek had in het begin van October plaats. Tot rapporteurs werden in de s?et:es be noemd de heéren K. Sijtsma, J. Mulder en J. P. Vergouwen, die tot eind-rapporteur den eerstgenoemde aanwezen. Thans is het uitvoerig verslag van het verhandelde in de secties met het antwoord van B. en W. verschenen. Hadden B. en W. reeds vroeger te kennen gegeven, dat zij voor zoodanige regeling wei nig gevoelden, een der redenen wellicht, waarom de concept-verordening zoolang op zich liet wachten, ook in de toelicht'ng deden B. en W. nogmaals uitkomen, dat zij het groote belang van zulk een regeling niet kunnen inzien.-Bij de algemeens beschou wingen zijn zjj daarover door verschillende leden hard gevallen. Een wel omschreven regeling van plichten en rechten (ook van plichten) geeft, zoo redeneerden deze leien, aan de ambtenaren een gevoel van zeker heid en dus van veiligheid. Het ontbreken van een rechtsregeling kan schadelijk wer ken op den dienst, doordat het leiden kan tot een algemeenen toestand van ontevreden heid en daardoor schadelijk worden voor den dienst. Er werden echter ook wel stemmen ver nomen, die het met B. en W. eens waren en deden uitkomen, dat de zwakke en onte vreden elementen onder de ambtenaren voor al geporteerd zijn voor een rechtspositie regeling. Superieure ambtenaren vragen er niet om. Ook kwam de vraag ter sprake: Scheidsgerecht of Commissie van Advies? In het concept-reglement is voorgesteld een Commissie van Advies. Met klem werd door eenige leden op een scheidsgerecht aange drongen en B. en W. werd pertinent ver docht zich daarover Tiït te spreken en mede hun gevoelen te zeggen over de al of niet iwettigo toelaatbaarheid ran een scheidsge recht. Sommige leden hadden gaarne ge pen, dat B. en W. vooraf het oordeel van Öe betrokken ambtenaarsvereenigingen had- pon ingewonnen; een enkele miste noode in eet concept een loonregeling, enkele anderen wilden een wekelijkschen rustdag voor alle jmbtenaren gewaarborgd zien. Na zich op de algemeene op- en aan merkingen te hebben verantwoord, behan delen B. en W. meer speciale onderwerpen, dl. het scheidsgerecht, de loonregeling, den faekelijkschen rustdag en. de regeling om trent borgtocht en pensioen. Tegen het scheidsgerecht hebben zij a.'ler- Erst wettelijke bezwaren, ontleend aan het paalde in art. 145 juncto art. 179 der imeentevvet. Behalve wettelijke bezwaren, bestaan er, volgens B. cn W„ echter ook practis:he be swaren tegen het scheidsgerecht. Er kunnen tteer ongewenschte verhoudingen door ont staan. Stel, dat B. en W. of de Raad een ambtenaar wilden ontslaan, dcch het sche ds- gerecht zou dat ontslag ongedaan maken. Op die wigze zouden Raad en B. en W. niet peer baas blijven in eigen huis en dat lijkt hun beslist *ioodig. Omtrent de loonregeling deelen B. £n W. mede, dat deze in een afzonderlijke ÏJrerordening geregeld zal worden en daarom komt het hun niet wenschclijk voor, in deze orordening bepalingen daaromtrent op te omen. Wanneer de algemeene loonregeling b tot stand gekomen, bestaat er geen be waar tegen, om algemeene bepalingen, bijv. jetreffendo periodieke verhoogingen, alsnog n het ambtenaarsreglement op te nemen, inaar het nut hiervan kunnen zg niet inzien. Wat den w e k e 1 ij k s c h e i\ rustdag tetreft, achtten B. en W. beter daaromtrent bepalingen op te nemen in de instruction $er diverse ambtenaren. Komende tot de artikelsgewijze behan deling, ontraden B. en ,W. ö.a. sterk cle opneming van het verplegend personeel der gestichten „Endegeest", „Voorgeesb" en „Rhijngeest" in deze verordening. Te zijner' tijd kan worden overwogen of voor hen' een aparte regeling moet worden getroffen. Naar aanleiding van het uitspreken van den wensch den normalen werkdag van 10 op 9 uren por etmaal te brengen, zeggen B. en W., dat het normale aantal werk-uren niet op 10 per dag is bepaald, doch dat enkel is voorgeschreven, dat de maximum- werktijd 10 uren bedraagt. Zulk een alge meen voorschrift is noodig met het oog op do zeer uiteenloopende diensten, welke door de verschillende categorieën van amb tenaren worden verricht. Aan den aandrang, in een der secties, om aan de hoofden van dienst de verplich ting op te leggen op hun spreekuur zoo noo dig mede te ontvangen de besturen der or ganen, waarbg de ambtenaren, die onder hen ressorteeren, aangesloten zijn, is door B. en W. toegegeven en een desbetreffende alinea aan art. 25 toegevoegd. Hef adres der Duurt c-Coinmissie in den Raad Mijnheer de Redacteur! Naar aanleiding van het in de jongste Raadszitting behandelde adres der Duur'te- commissie verzoeken wij u beleefd plaatsing van het volgende. Bij voorbaat onzen dank. In het verslag lezen wij, naast de mededee- ling van den Voorzitter inzake een over eenkomst tusschen den Minister en .do Ge meentebesturen over den rijstprijs, waarnaar wij een liader onderzoek zullen instellen, het volgende: ,,De heer Fokker constateert, dat het adres wemelt van onjuistheden en wil het daarom niet ter visie leggen, doch het voor kennis geving aannemen." Wij willen het hier niet hebben over heb zeer eigenaardige standpunt van een Vrij- zinnig-D emocraat, om voor te stellen een adres over de levensmiddelen voorziening in de papiermand te deponeeren. Wij willen slechts wijzen op het, ons in ziens, zeer onbehoorlijke, om in een Raads vergadering, waarvan de heer Fokker vooraf weet, dat niemand hem naar de bewijzen van zijn beweringen zal vragen, onjuistheden te constateeren zonder deze te noemen. Geachte Heer Redacteur, sta ons toe, waar wij in de Raadszaal daartoe nog niet in de ge legenheid zijn, den heer Fokker in het open baar in uw blad naar de bewijzen tc vragen. Geachte Heer Fokker! Wees zoo goed in het openbaar de onjuistheden, waarvan het adres der Duurtecommis.ie w e m e 11, ie noemen. Een man staat voor zijn woorden. Beschadigingen in het openbaar uit spreken zonder in het openbaar daarvan de bewijzen te leveren, is laf. De Arbeidersbeweging vat haar taak ten opzich e der lövensmi'delen ;oor i - ning te ernstig op, om deze, zelfs dpor menschen, die zich démoeraat noemen, te laten bederven. Wij vertrouwen, dat gij in het open baar zult aantoonen, waaruit de onjuist heden, waarvan het adres wemelt, be staan. Geachte heer Fokker, we wachten af. yoor de Duurtecommissie uit de Leidsche Arbeidersbeweging. JAC. -BAART. Voor: it ter. P. J. BOMLI, Secretaris. Leiden. 2S April. KANTONGERECHT TE LEIDEN. Van de vele heden aan de orde zijnde zaken zijn alleen vermeldenswaard de volgende: L. A. K. is niet verschenen. In overeen stemming met zijn initialen had hij er mis schien „lak" aan. Er zouden eenige jongens, zes in getal, naar Katwijk gaan op Tweeden Paaschdag, en zij zouden wat „citroen" roeehemen. Zij kochten dit bij K. aan de Haarlemmerstraat, en wél zes fleschjes. Onderweg hadden zij er van gedronken en zij raakten „boven hun citroen". Zij werden dronken op straat te Katwijk gevonden. Eén was gansch bewuste loos en roerloos. Drie van de Leidsche jon gens waren aanwezig; jongens van vijftien en veertien jaar, volstrekt geen reuzen voor hun leeftijd. Zij hadden elk iets uit hun halye flcsch gebruikt en de flesschen daarna weggeworpen. Het O.M. vorderde 25 gulden boete of tien dagen hechtenis, G. H., van Katwijk, die terecht moest staan wegens overtreding der Arbeidswet, was ook niet verschenen. Een 16-jarigen jongen had hij al3 timmer man te lang doen werken en er kon geen ar- beidsregister getoond worden. Eisck tien geldboeten van drie gulden en een van vier gulden. J. v. d. G., hoofd cener inmakery- te Kat wijk, ook niet verschenen, had verboden ar beid doen verrichten. Eisclr: f 10 of 10 dagen. Dc wed. B., geb. v. d. B., had op 9 April in haar café aan het Levendaal te laat bezoe kers geduld. Eisch: f 2 of drie dagen. G. E. N., directeur van de Leidsche melk inrichting „Do Landbouw", niet aanwezig, .had zich tc verantwoorden, ter zake, dat hij op 27 Februari door den melkrijder Menken had doen vervoeren naar het filiaal aan de Hoogewoerd een bus met volle melk, welke na onderzoek bleek niet op den naam volle melk te mogen aanspraak maken. De chef, de heer Lainens, vertelde hoe het vervoerbedrijf is geregeld en wat er geschiedt vóór de melk het huis verlaat. Do l£-jarige melkrijder in kwestie, drie kwartjaar daar in dienst, wist wat hem el- ken morgen te doen stond. Bij het gereed maken der zending is hij 'nooit tegenwoordig Vroeger werden de bussen niet gezegeld, na het gebeurde echter wel. De wagon met de bussen, voor de filialen bestemd, stond .wel eens eenige oogenblikken onbeheerd. liet monster is genomen in het filiaal Hoogewoerd. De filiaalhoudster deed verslag van de ont vangst der- melk. Dr. Van Eek werd- als getuigc-deskundige gehoord. Het O.M. vraagt f 5 boete of twee dagen hechtenis. Mr. A. J. Fokker, als gemachtigde voor bekl. optredende, vraagt vrijspraak. O.m. om dat gebleken is, dat de melk eenïgen tijd onbeheerd heeft- gestaan en het monster niet voldoende weergeeft wat er in de gehcelo bus was. De filiaallioudslcr stond terecht wegens liet op 27 Februari ten verkoop aanwezig bobben vaii volle melk, welke niet aan de ge stelde èischen' voldeed. Bekl. beweerde, dat de datum niet was 27 Februari. Het O.M. vraagt f 4 boete of twee dagen hechtenis. Mr. Fokker vroeg liet hooren van nog een deskundige. Daarom wordt deze zaak cn de vorige veer tien dagen aangehouden. De aïgemceno toestand. Er wordt in Noord-Frankrijk, vooral op het Engelsche front hevig gevochten. Er wordt een. geweldig bloedbad aange richt. Dat is op grond van de verschillende bel ichten, als vaststaand aan te nemen. Hin denburg zou al zijn reserves hebben doen aanrukken om te trachten op die wijze den strijd in het voordeel der Duitschers te doen afloopen. Krachtige tegenaanvallen worden ondernomen, zoowel op het Fransche als op het Engelsche front Zoo golft de strijd op en neer on 't is nog niet precies uit te maken, wie de grootste voordeelen bevecht, die eigent elke partij zichzelf toe. Ten zui den van Óppy hebben de Engelsclien een slag geslagen, waarbij ze een kleine duizend gevangenen maakten. Het Duitsche legerbericht van gisteren meldt, dat do Engelsclien btf hun aanval Arleu.^ Oppy, Gavrelle en Roeux namen, maar door een tegenaanval werden terugge worpen. De doorbraakpoging is onder zware verliezen voor den vgand mislukt, conclu deert het Duitsche legerbericht. De Franschen hebben op hun front Duit- sche aanvallen afgeslagen en nog eenig ter rein gewonnen. Sedert 16 April hebben de Franschen 175 zware en veldkanonnen ver overd, 412 machinegeweren en 119 loop graafmortieren, terwijl 20.780 gevangenen zgn gemaakt. Dit dan tot het tijdstip, waar op het middagcommuniqué van 28 April werd saaingesteld. Wat men in Entente-kringen het voor naamste vindt, is dat Hindenburg thans door moet vechten en niet meer vrijwillig kan terugtrekken. Zeebrugge heeft gistermiddag weer bezoek van vijandelijke vliegers gehad. Over de re sultaten vernemen tfe nog niets. De stemming in Spanje zal er wel niet beter op worden voor de Duitschers. In Por- tugeesche territoriale wateren is het Spaan- sche stoomschip „Triana" in den grond ge boord. Nadat het eerste kanonschot gelost was, dat den kok doodde en een raatroos zwaar lewetste „kwam de Duitsche duikboot- commandant aan boord van de „Triana" om de gevolgen van den aanval te constateeren. Hij zeide, ondor aanbieding van verontschul digingen, dat de duikboot eerst een waar schuwingsschot had afgegeven en toen een schot met scherp, dat h et schip op het eerste sein niet stopte. De kapitein van de „Triana" heeft een verklaring afgelegd voor de mari tieme overheid van Cadix, behelzende, dat noch hij, noch een zgner matrozen iets zou hebben bemerkt van een signaal en dat geen kanonschot gehoord was, dan dat, waardoor het schip werd getroffen. De president van den Spaanschen ministerraad verklaarde, of ficieel de bevestiging van den aanval te heb ben ontvangen en voegde hier aan toe, dat de regeering aan Duitschland een krachtig protest zal zenden. In Griekenland schijnt 't weer veel roeriger te wrorden en 't zou niet verwon deren, wanneer men binnenkort weer van ongeregeldheden zou hooren. De koning spreekt alleen -nog inet de Duitsche officie ren in zijn paleis. De Yenizelisten durven zich meer te uiten, en veel officieren zijn weer naar Saloniki gegaan. Het te Athene verschijnende blad „Patois" neemt 't krachtig voor de nationale regeering te Saloniki op. De „Times"-correspondent meldt, dat het pu bliek over het algemeen beseft, dat de Duit sche invloeden uit Athene verdreven moeten worden, maar men aarzelt nog, hetgeen geen verbazing behoeft te wekken, daar het pa leis het centrum van alle Duitsche propagan da en spióunage is. Te Atiiene ontvangt men nog steeds de Duitsche draadlooze be richten, waarvan een deel, het ofücieele communiqué, door het departement van Ma rine aan de bladen wordt verstrekt. Door een abuis heeft een beambte van een blad on langs een ander gedeelte ontvangen, dat in code gesteld was. Het „Journal de Genève" vertelt, dat in Griekenland een oplossing der kwesties zal wordengevonden, doordat koning Con stant ij n 6 Mei a.s. zou aftreden.' Hg zal zijn troon afstaan aan zijn zoon prins George. Deze prins wordt 19. Juli a.s. 27 ]aar. in de Vereenigde Staten is het ontwerp op de dienstplicht aange nomen. Het Huis van Afgevaardigden deed dit met 397 tegen 24 stemmen, dc Senaat met 81 tegen 8. Zaterdag meldden onze telegrammen, dat het Huis van Afgevaardigden een amende ment om Roosevelt met een legercorps naar Frankrijk te laten gaan had verworpen. De Senaat heeft met 56 tegen 31 stemmen een amendement aangenomen, waarbij de oud president wordt gemachtigd vier divisies voor den dienst in Frankrijk op de been te bren gen. Een ander nieuwsbericht uit Amerika is, dat Guatemala de diplomatieke be trekkingen met Duitschland heeft afgebroken. Na J ere bijzonderheden hier omtrent ontbreken nog. De conferentie te Stockholm schijnt niet in den smaak der Fransche socialis ten te vallen. De permanente besturende commissie der Fransche socialistische partij antwoordt op den oproep t$ eon internationale confereiu- tie op den 15®n Mei, door de Nederkand- sche delegatie gelanceerd, met de ver klaring, dat ze niet het recht h.eei?fi de Internationale te beheer en of uit haar naam te spreken. De voorgenomen conferentie pchijnt geen ander doel te hebben, aangezien de werkelijke agenda er voor onbekend is en er geen mnr- daat voor is uitgegaan, daar gei-a enkele partij er voor geraadpleegd werd. De com missi e leest vervolgens de les aan de Duit sche en Oostenrgksche sociaal-democraten, die het socialisme tot medeplichtige, maak ten van hun imperialistische regeeringen. Pas na beslissende daden kan over een weder- aanknoopen van de internationale betrekkin gen onder de sociaal-democraten worden ge dacht. Een conferentie, als die te Stockholm, zou bovendien het gevaar kunnen opleveren pogingen tot een afzonderlijken vrede in d<3 hand te werken. De Fransche socialistische partij kan op dit oogenblik tot zulke doel einden niet medewerken. Geen enkel lid van de partij zal een mandaat voor Stockholm ontvangen. SÖITENLANDSGHE BERICHTEN. Het Engelsche Hoogerhuls heeft het) wetsontwerp tot verlenging wan den levens duur van het parlement goedgekeurd. Naar „De Tijd" meldt, heeft de Paim besloten eenzelfde catechismus voor de ge- heele wereld te laten samenstellen. Aan een commissie van theologen is het werk op gedragen. Om den nieuwen catechismus voor te bereiden, heeft Z. II. zich tot alle bis schoppen der wereld gewend, met het ver zoek hem drie van de in hun bisdommen, gebruikte leerboeken toe te zeridm. De 1 Mei-dag te Christian!a. Mot 11 tegen 10 stemmen heeft, de go- mcenteraad van Chrïstiania besloten, den 1 Meidag als wettelijken feestdag to erken nen. Alle takken van 't gemeentebedrijf en alle openbare gebouwen zullen derhalve geslóten zijn. De sociaal-democratische ar beidersbond wil dit jaar een buitengewoon groote betooging houden, welke zich voor al zal richten tegen do duurte en het acti visme, welke laatste in sommige Xoorsch© bladen veld wint. Vraag: Van het kaden eener compagnie; mag 25 pCt. met inbegrip van incom pleet met bijz. verlof. a. Zijn daaronder begrepen: 8. M. A., S. M. I. en fourier? b. Als het zoo uitkomt mogen dan die 25 "pCt. b.y. alleen door sergeantsworden uitgemaakt, of wil het zeggen: 3 sergeants en 3 korporaals? Antwoord a. Bijzonder ver-lof wordt alleen verleend aan verlofskader, dus niet aan S. M. A„ S. M. I. of fourier, dat in den regel vrijwilligers zijn. Zijn deze geen vrijwilligers, dan rekenen zij onder de 25 pCt. mede. b. Dit hangt af van het aantal sergeants en korporaals, dat er werkelijk is en hoe veel daarvan noodig is-voor den dienst. Vraag: Mijn zoon heeft dienst geno men bij het Oost-Indische leger voor 6 jaar. Gaat zijn tijd nu in. toen hij teekende of als hg aan boord gaat? Antwoord: De verbintenis gaat in- o|> het oogenblik zijner aankomst in Oost-Indïë.- Vraag: a. Paar ik in het „Leidsch' Dagblad" van 23 dezer geleden heb, dat do lichtingen 1907'13 onder de wapenen moe ten komen, zoo is mijn vraag of diegenen, die tijdelijk ongeschikt zijn verklaard, daar ook onder begrepen zijn? b. ik ben van de lichting 1918. Als die lichting onder de wapenen moet komen, hebben mijn ouders dan nog recht op ver goeding? An two or d: a. Dat moet ge maar eensi aan uw commandant vragen. b. Dat ligt er aan; als ge kostwinner zgt en de vergoeding strikt noodig is, dan zul len uw ouders ze wol krijgen. Roman naar het Duitseh van DORA DUNCKER. 27) „Vergeef mij, dat ik u stoor. Maar ik wist anders niemand, tot wien ik mij hier kon wen den. Bit vroegere brie\en van mijn dochter wi-t ik. dat u haar vriendelijk ter zijde slaat. Zou u zoo goed willen zijn, haar hier te brengen, na- dal u haar een weinig heeft voorbereid? Ik hoor overigens, di l ik. liet slecht trof; mijn broeder hoeft een schitterend feest georganiseerd, daar om wil ik mij nu liever -aiet veiloonen. Radtke was verlegen «cjd sloxrd besluiteloos. „Dat u hier zoo c.i.Lteiaf v<t blijven staan, kan 'ik in geen geval gedoogen. U h] op de doorreisV" De tooneelspeler stemde dat toe. „Naar Bra men, ja „U zal vermoeid zijü u behoort tot het huis, tot de familie Stillfried maakte een beslist afwerend gebaar. ',,U zou mij zeer verplichten, als u mij hier stil letjes een k waaiert jo liet uitrusten. Het zit lucr goed in de heerlijke, zuivere nachtlucht. De bank 'is gemakkelijk wat wil ik racer! Als u er yoor kon zorgen, dat mijn Marictjc zich niet al te zenuwachtig maakt cn niet al te lang op rich laat wachten ik zou gaarno den trein ▼au Berlijn willen nemen, die morgen vroeg om vijf uur door Gotha komt zou mij werkelijk niets te wcnschen overblijven." 1 In het onzekere licht, dat van het feestter rein naar dc donkere dennegroep viel, zag de jonge man in het blecke, door zorgen vervallen golaat van den ouden tooneelspeler, op zijn ge bogen, magere gestalte. Bij de gedachte aan het geen Marietje bij bet zien van haar vader zou moeten gevoelen, kreeg hij een steek in "t hart Hij draalde, voordat hij besloot heen te gaan Pas toen de oude. man beleefd zei. „Hel .spijt me, dat ik u moeite moet geven," snelde Radtke weer over hot grasveld terug. Mariêtjo had de tent reeds weer verlaten. Radtke vond haar in de buurt van hel danster- rein met het afruimen van een tafel bezig. Zoo- dra zij hem gewaar werd, goot zij het dichtst bijstaande niet water gevulde glas in één teug naar binnen. Toen zij Radtke's blik vol innige deelneming op zich zag rusten, schoof zij hot glas be schaamd op zij. „Ik dacht, dat u zich zou ergeren," zei 2ij schuchter op een toon, die het midden hield tus schen teleurstelling en voldoening. Hij schudde zijn hoofd. „Neen, juffrouw Marietje. De zaak van dat drinken was niets dan een malle vergissing, niet de moeite waard om over te praten. Ik zal u dat een anderen keer wel eens uitleggen. Wij moeten nu weer goede, heel goede vrienden wor den wil ïi mij dit beloven?" „Hoe kan ik dat, als u zoo afschuwelijk togen mij is?" Zij slikte mét moeite haar tranen in „Dat is nu voorbij voorgoc-d. Kom mes, Marietje geef mij je hand! Ik smeek er jo hartelijk om." Het nieisjo sloeg schroomvallig toe en keek hem met haar blauwe kinderoogen aandoenlijk vragend aan. Radtke drukto haar band warm en tecder in dc zijne. ;,Zoo, en verzamel nu al wat je aan goeden, ernstigon wil bezit bijeen en loon, dat je een jong meisje rijt met een ferm karakter. Je vader is hier. Hij verwacht je beneden bij dc dennengrot." Het meisje was krijtwit geworden, doch het volgende oogenblik steeg hot bloed haar wee. wangen. Zij greep Radtke's hand sto- I ;rok hcni met zich nice. „Kom, kom, ga naar de vig cn trok spoedig mee! Hc-b je hem al gezien hoe ziet hij er uit? Wat zei hij? Hij zal toch niet naar Amerika willen?" Zij^prak alsof zij do koorts had, haar knieën knikten. Radtke moest haar steunen om haar voor vallen te behoeden. Deneden viel zij snik kend in de armen van baar vader. „Papa, iieve papa! Lieve, goede, arme papa!" Toen zij naar Radtke omkeek, was hij ver dwenen. Haar vader had hel kind op zijn knie getrok ken en sprak het vriendelijk toe. „Je moet jo verstand gebruiken, kleintje. Je moet toch zelf inzien, dat het zoo niet langer gaat. Niet genoeg om tc leven tc veel om tc sterven de grond brandt mij onder de voe ten ik wou je nog eens zien en dan zoo gauw mogelijk weg." Marietje snikte luid: „Noem mij mee, papa., toe, neem mij mee!" „Neen, mijn goed kind, dat zal ik niet doen, evenmin als jo broers en zusters, die een goed tehuis hebben." „Wilt u dus heel alleen weg over dc zee Papal Doe mij dat niet aan!" „Ik ben alleen, ja, en dat is maar goed ook. Schrei niet meer, mijn kind, laten we liever een paar goede, verstafulige woorden met elkaar spreken. Hoor je wat ik zeg?" Mariêtjo knikte zwijgend. Do oude man keek ecnig3 oogenblikken als in gedachten verzonken voor zich uit. „Kijk eens, kindlief," begon hij daarna weer met moeite en langzaam, „do nieuwe god, dien zo nu aanbidden, dezelfde, die -onze oude kunst in puin heeft geslagen, heeft ergens gezegd: „Dc sterkste man is hij, die alleen staat, en ofschoon ik niet van hem houd. van dien nieuwen god. moet ik toch zeggen, dat het een goed en waar woord is. Opdat ik het beetjo kracht, dat mij nog overgebleven is, niet zal verliezen, moet je het hier volhouden, lief kind. Op die manier be wijs jc mij bet best je liefde." Marietje had haar tranen gedroogd en keek verwonderd naar licm op. „Als u het zoo be schouwt, papa 1" „Dat moet ik, Marietje. Ik heb lang genoeg verkeerd jegens jullie gehandeld. Met dit ver wijt van hem heeft oom Frits gelijk al is overigens ook nu, dat gaat ons niets aan" Hij werd zeer bitter. „Wie een familie heeft, die van hem afhankelijk is. heeft het recht ver beurd er kunstenaarsprincipes op na te houden. Dio moet zich voegen cn zich beijveren, dat te levereD, wat geviaagd wordt, zooals do kleer maker met de kleerc-n en de schoenmaker met zijn schoenen." Marietje slaakte een zucht on streelde ziju nog altijd mooie hand. „Armo papal Arme, goede papal" Zij zwegen beiden en hielden elkaar innig om vat. Eindelijk merkte Richard Stillfried op. „Er valt niets meer te zeggen. Al het andcie zal ik je wel schrijven. God behoedo je dus, mijn kind, on Hij wou nog iets zeggen, verdor spreken, teen zich stemmen in liun nabijheid lieten hoo ren. Zij schrikten beiden hevig. „Leidt hier een weg langs?" vroeg Richard ongerust. „Een rechtstrecksch binnenpad naar het dorp. Nioraand kent het bijna," fluisterde Marietje. Maar nu onderscheidde het meisje duidelijk de slém van den rector van Untersbcrg. „Nu kan ik best alleen den weg vinden, lieve vrienden," zei de oude heer; „ik dank u beiden wei zoor." En heel dichtbij Marictjc meende, dat haar hart moest blijven stilstaan ue slem van oom Frits, dio op opgeruimden toon zoi: *Neén, daar komt aiet* van ia. Juffrouw Custava en ik hebben ons nu eenmaal in het' hoofd gezet, u tot aan den straatweg beneden te vergezellen." Gustava vond geen tijd, Stilifrieds woord&ï te bevestigen. Plotseling was hij blijven staan. „Hola, wat ia dat daar?" Hij hield opeens op en deinsde acfr teruit. „Jij, Richard, jijl" De oude tooneelspeler kwam eert geinig: j het halfdonker to voorschijn. Doodsbleek, met dc lippen stijf op elkaar gQ£.:' klemd, bleef'Marietje vlak achter hem staan hield zijn linkerhand vast omklemd. „Ja, ik ben het, Frits. Maar je behoeft bang te zijn, dat ik hier stoornis zal brengotij Ik hen alleen gekomen om afscheid van mi|n ^kind te nemen." Hij had zeer koel en zeer beslist gesproken. „Zoo, zoo, en waar wil je heen? Ik dacht, dat jo eerst een tijdje in "Wolkensteln zoudt komen! tegen het eind van de maand eigenlijk mef October ik heb Marietje gezegd, je dat te schrijven ik heb dan moer tijd In tegenstelling met de elegante en slagvaar dige zekerheid, die Frits Stillfried anders nooit verliet, sprak hij haperend, onzeker, zocht naar woorden. Toen do tooneelspeler niet dadelijk antwoord de, trad Gustava, die tot dusver zacht met don rector had gesproken, naar voren. Zij stak Ri chard haar hand too en zei vriendelijk: .Vergun mij, mijnheer Stillfried, dat xk u be groet. U is geen vreemde voor mij. Ik heb veel, heel vcol van u gehoord. Mijn vader was een groot bewonderaar van uw kunst. Ook ik heb u een paar maal mogen zien, wel is waar als een onmondigo bakvisch, maar uw „Lear" eü uw „Richard do Derde" heb ik nooit kunne* vergeten. - j i t (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1917 | | pagina 5