leder land ea de Oorlog.
(P. 17523
"Vrijdag; 13 April.
A°. 1917»
geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Officieele Kennisgevingen.
FEUILLETON.
Boktor itillfried.
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DER ADVERTENTIES:
•1.05. Iedere regel meer f 0.20. - Kleine advertentie»
elk tiental vï
Bewijsnummer 6 Cents
Van 16 reeele
Tin 30 «oorden 40 Oente contant) elk tiental woorden meerW Oenti.
Incasso oolgen3 pootrecbfc,
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden 1.60; per week.f 0.13.
Buiten Leiden en waar agenton gevestigd aya per week. 0.12.
Franco per post 2
LEVENSMIDDELENBOEKJES.
De Directeur vin 't Distributiebur. brengt
langs dozen weg NOGMAALS IN HER
INNERING DAT DE DEZER DAGEN
UITGEREIKTE LEVENSMIDDELEN-
BOEKJES ZORGVULDIG MOETEN
WORDEN BEWAARD EVENALS DE
LEVENSMIDDELENKAART.
VERLOREN GERAAKTE BOEKJES
KUNNEN NIET WORDEN VER
NIEUWD.
HET VERDIENT AANBEVELING DAT
HOUDERS DER BOEKJES ONMIDDEL
LIJK NA ONTVANGST NAAM EN
ADRES OP DEN OMSLAG PLAATSEN.
De Directeur r/li Distribntiebureau,
J. J. VAN ECK.
UITGIFTE .BONS.
Do Burgemeester der gemeente Leiden
brengt ter algemeene kennis dnt gedurende
do week van Zaterdag I I April^tot en met
Vrijdag 20 April geldig zijn
BON 59 voor 3 K.G. AARDAPPELEN.
BON 00 1 K.O. AARDAPPELEN.
BON 01 1 K.G. AARDAPPELEN.
BON 02 1 K.O. AARDAPPELEN.
BON 60 3 ONS RIJST.
BON 61 1 ONS ZACHTE ZEEP.
De Burgemeester voornoemd,
N. C. DE GIJSELA AR.
Leiden, 13 April 1917.
GEMEENTE-EIEREN.
Do Burgemeester der gemeente Leiden
brengt ter kennis van belanghebbonden dat
voor winkeliers de gelegenheid is opongc-
6teld, door middel van het Distributie-
bureau Gemeente-eieren to botrekken tegen
den prijs van f 7,25 per 100 stuks. Bcstcnid
om te worden vorkocht gedurende do week
van 23 tot 28 April.
Winkeliers, die deze eieren wonsclicn te
verkoopen, mooten hiervan schriftelijk
kennis geven, met opgave van do vorlnngdo
hoeveelheid, MORGEN, ZATERDAG 14
APRIL VóóR 's MIDDAGS 3 UU11, AAN
HET DISmiBUTTEBUREAU VISOH-
MARKT 18.
BESTELLINGEN NA ZATERDAGMID
DAG 5 UUR INGEKOMEN, KUNNEN
NIET WORDEN UITGEVOERD.
Do Burgemeester voornoemd,
N C DÈ GIJSELAAR,
Lelden, 13 April 1917.
HINDERWET.
Burgomecster en Wethouders van Leiden;
Gezien art. 8, le alinea der Hinderwet;
Broogon bij dezen -ter algemeene kennis,
dat door ben op heden vergunning is vor-
b end aan de NV. NEDERLAN DSCHE
IJSCO van Vereenigdo Banketbakkers en
rechtverkrijgenden tot bet oprichten van
een inrichting tot het vervaardigen van
consumptie-ijs, bestemd voor bet banket
bakkersbedrijf in het perceel Hcerengracht
no. fi t' S rtio C no. 1802.
- - en Wethouder* voornoemd,
N. 0. DE GIJSELAAR,
Burgemeester.
VAN SÏRIJEN,
Secretaris.
Loiiiei. Ij April 1917,
LEIDEN, 13 APRIL.
Hefc afbreken van de perceel-en Dullc-
bakkerasteeg 3 en 4 en het verbouwen van
perceel Haarlemmerstraat 151, alhier on
der direotio van den heer W. Fontein,
architect, is gegund en opgedragen aan de
hoerenP. J. Gijsman, timmerwerkJ
van Leeuwen, metselwerk; W. L. cie Nie,
smidswerk; H. Gijsman, schilderwerk; G.
B. Bartelsman, Stucadoorswerk en J. v. d.
Heide lood- en ziukwerk.
In een schuitje, liggende aan do Ka-ag,
is gistermiddag gevonden het lijk van den
eenig opvarenden schipper. Uit gegevens
maakt men op, dat de man is genaamd J.
v. d. L. en woonachtig alhier. Vermoode-
lijlc ia de man in het roefje gestikt.
Bij beschikking van den Minister van
Staat, Minister van Binuenlandsche Zaken,
is voor het tijdvak van 16 April tot en
met 31 December 1917 benoemd tot assisten
te voor do verloskundige en gynaecologi
sche kliniek en polikliniek aan do universi
teit alhier, rncj L. O. Bolle, arts, alldci',
en is mot ingang van 16 April 1917 eervol
ontslag verleend aan mevrouw J. Door en-
bos—Do Groot, als assistent-vóór de ver
loskunde en gynaecologische kliniek en po-
likliniok aan (lie universiteit.
De uit Wost-Indië teruggekeerde lui
tenant ter zoo 2de kl. P. D. de Veer is we
der geplaatst bij .de Kweekschool voor
Zeevaart, alhier.
Ingekomen is voor Schoolkindervoe
ding" van do Workliedenvereeniging „On
dersteuning zij ons Doel" uit haar reserve
kas f 15 en onder motto B. B. f 2-5. Het te
kort* bedraagt nog f 2000.
LEIDSCHE SCHOUWBURG.
„De Vrouw in 't Spel.
„Da Vrouw in 't Spel1' komt min of meer
regelmatig op liet repertoire ran de N. V.
„Het Tooneel" terug, 't Was nu al weer
drie-en-een-halfjaar geleden, dat dit tooncvi-
epel van Clyde Fitch hier gegeven werd. Dit
werk heeft ons nooit bjjsfèr voldaan. We
bobben al eens uitvoerig onze bezwaren uit
gedeeld. Maar er z'uu een paar rollen in, die
gelegenheid geven to toonen, waartoe men in
staat is. Zoo zal het langst bjj hiyven Caro
line van Dommelen als Claire Forsler. Wie
deze rol te vervullen krijgt, heeft een moei
lijke taak. We hebben een viertal jaren ge
leden er ook nog Fie Carelsen in gezien. Ze
deed 't niet kwaad, maar wist de cananleuse
Claire toch niet geheel te geven. Mien Eiï-
mannSasbaeh sffiagde gisteravond beter,
maar was toch Ook geen Caro van Domme
len. Laat zij mr. Thomson zoo haar min
achting gevoelen bjj de ontmoeting .in do
gevangenis? Is zjj zoo zwaar melancholisch,
i bij buien zoo opgewonden tyden3 het drink-
1 gelach? Neen, zij was meer een dronken
schepsel, maar minder een wezen, dat zoo
geralfineerd is, als haar voorgangster dat
te zien gaf.
Bij een vorigen keer, dat we Sophie de
Vries als Margaret Kolff zagen, hebben wo
aanmerking op hoar stem gemaakt. We zou
den daar nn nog aan willen toevoegen, dat
zjj niet de eerstanngewezone is om dit jonga
vrouwtje te spelen. Jongere krachten komen
eerder in- aanmerking.
't Was niet Mina Buderman tv zooals op
't programma vermeld die mevrouw Hu
ghes speelde. Die jubeldo in Amsterdam en
als we ons niet vergissen, was 't F. Faas-
senHeyhlom, die haar vgrving. Bij de
vriendinnen va-u Margaret, was ook niet
Jeame Renée, eon ander vervulde .haar taak.
Co Balfoort was een goede Jutiën Rolff.
Wel zag hij er wat te stevig en gezond uit.
Henri Krondgeest heeft zioh in Thompson,
den advocaat, ingeleefd. C. van Hees als
Klauffsky was een geslaagd type van een
bon viveur, maar Jimmy O'Neihl van Pierre
Mole, had wel wat meer blijk kunnen geven
comedie te spelen.
George Verenet heeft van Meyer van Beam
de rol van den huisknecht overgenomen. Hij
deed 't lang niet onverdienstelijk.
Het bezoek was niet talrijk en vbora! op
de duurdere plaatsen was weinig belang
stelling.
Do voorstelling van „Wie is 'tdoor de
Kon. Ver. „Het Nederlandsch Tooneel", op
Maandagavond a.s., kan niet doorgaan we
gens ongesteldheid van Emma Morel. In
plaats daarvan wordt gegeven „Pomarius."
UIT ONZE STAD
Ecu Oorlogscorrespondent aan het woord.
Do heer H. J. B. van Roy en. die als oor
logscorrespondent voor de ,,N. R. C." ge-
ruimen tyd aan liet Oostenrijkscho front
doorbracht en daarover nu in verschillende
piaaisen lezingen houdt, verduidelijkt door
lichtbeelden, is gisteravond ook hier geweest.
De faam _was hem van elders reeds vooruit-'
gegaau en die was niet van 'dien aard, dat
men er door aangespoord werd er 11.50
voor to offeren. De kleine Stadszaal was
dan ook slechts voor een matig deel gevuld
en 't was er bar koud. Onder «je aanwezigen
was het militair gedeelta sterk vertegen
woordigd.
In hefc eerste gedeelte zijner lezing de
heer Van II. leest inderdaad, wat aan de le
vendigheid van het betoog afbreuk doet
kregen wij een en ander te liooreu over den
Oostenrjjksch-Eongaarschen krijgstocht in
Servië en de inneming van Belgrado. Hij
deed daarbij vooral uitkomen de moeilijkhe
den, verbonden aan liet overtrekken van
een breede rivier door d© Oostenrijkers,
waarbij bruggen geslagen werden ter geza
menlijke lengto van 7 K.M., en over het ont
vangen aan den anderen oever door de Ser
viërs. dio er, zooals bekend, na een bloedig
treffen, het onderspit moesten delven.
Een en ander werd door lichtbeelden op
gehelderd; dezo waren mooi, doch het was
al weer jammer, dat het gesproken woord
ook hierbij te kort schoot.
Na de pauze werd het tooneel verplaatst
naar het Oostenrijksch-Italiaansche front.
De spr. wees daarbij op het groote ver
schil tysschen den strijd in de vlakte, waar
de numerieke macht der troepen een hoofd
rol speelt, en dien in de bergen,' waar aan
het moreel der manschappen de hoogste
eischen gesteld worden. Hier deed spr. voorat
uitkomen de groote prestaties der Oosten
rijkers bij het aanleggen van kabelspoorwe
gen in de bergen.
Uit een en ander bleek wel dat do strijd
in de bergen nog veel moeilijker en gevaar
lijker is dan die in do vlakte.
Ook in dit gedeelte gingen de aanwezigen
een aantal werkelijk -mooie lichtbeelden voor
bij, waarvan de spr. niet veel meer vertelde
dan alleen wat zij voorstelden.
Het publiek zou er meer aan gehad hebben
wanneer de heer Van R*. inplaats van gede
tailleerde geografische bijzonderheden op te
sommen aan de hand der lichtbeelden op
meer levendigen toon van zijn persoonlijke
indrukken had medegedeeld.
Do Belgische Kring.
In do groote Stadszaal was hefc gister
avond ook wel koud, maar er heorschte
een warmer stemming dan in de kleine
zaal. Daar waren dé Belgische uitgeweke
nen, die in Leiden vertoeven, bijeen
naar ons werd medegedeeld, zijn er hier
nog ruim 300, waaronder eoktes slechts 115,
die door het Comité voor Belg. vluchtelin
gen nog worden ondersteund. Deze men-
sohen hebben zioh tot een Kring veree-
nigd, waarvan mr. Alf, de Groeve do
voorzitter on leider is.
Zij vierden nu den 42sten verjaardag van
hun populairen en geliefden verst, koning
Albert. Ook HollandSche vrienden waren
tot deze feestelijke herdenking uitgenóo-
digd en velen hadden er gebruik van ge
maakt, waaronder ook enkele hoogleeraren.
Do avond werd geopend met hefc zingen
van eenige vaderlandscho liederen door
een meisjes- en vrouwenkoor. „Hefc Bel
gische Volkslied" en vooral de „Vlaam-
scho Leeuw-'wekten al dadelijk groote
geestdrift bij onze warmvoelende zuide
lijke broeders en zusters.
Toch was ook hier ecu kleine teleurstel
ling te boeken. IJp voorzitter, mr. De
Groeve, moest bij de opening de mededee-
ling. doen, dab de bekende en gevierd
Vlaamsclic. redenaar, mr. dr. Frans van
Cauwelaert, die als feestredenaar zou op
treden, door ongesteldheid wae verbin
dend.
De taak van feestredenaar was nu hem
opgelegd en hij heeft zich op uitnemende
wijze ér van gekweten. Mr. - De Groeve
is een vurig ea levendig spreker en hij
sprak: geheel naar hot hart van zijn talrijk
gehoor, wanneer Lij het Belgonland
schetste als vanouds het land der kunsten
en- der helden. Meb gloeiend koloriet be
schreef hij de. Vlaamsche schilderschool,
riep Iiij in liet geheugen van de ballingen
torug de schoon© bouwwerken der Vlaam
sche steden en riep in geestdrift uifc da't
zulk eon volk niet kan ver
gaan.
Doch diln daalde zijn stem en sfcille
weeinoed-stonen klonken, als hij met ont
roering sprak van den geliafcen indringer,
die met de welvaart en het geluk der nij
vere en tevreden bevolking al deze kunst
schatten heeft .verwoest of weggevoerd en
het land tob eon ruïne gemaakt.
- Maar niet alles is verloren; niet de eer;
niet koning Albert, die nog Iieerscht over
een klein stukje v r ij België.
En België zal weer geheel vrij worden.
Toen hij dit triomfantelijk cn met stem
verheffing *uitrie.p, steeg er weer nieuwe
geestdrift, op in do zaal. De bravo's klon
ken luide.
Als eenmaal na jaren en jaren zoo
"besloot spr. een boer zijn ploegschaaf
drijvend door de vruchtbare landau wen
van Vlaanderenland, e&n oud, roestig stuk
ijzer vindt," een herinnering uit dezen
bangen;tijd, dan zal hij het meenemen naar
zijn huis en van deze donkere periode ver
tellend, zal hij wijzen op «en vorbleékt
beeld boven de schouw, de beeltenis van
koning Albert, die met het volk heeft ge
leden en gestreden, dooh na de overwin
ning in fcriumf door verwoeste steden en
dorpen is geleld, omdat hij getrouw is ge
bleven aan het woord, eenmaal door hem
in do Belgische Kamer gesproken. Wan
neer de Koning der Belgen iets belooft,
houdt hij woord.
Een luid en lang herhaald applaus volg
de op do feestrede.
Een kleurig tableau, door de kinderen
der Belgische kolonie uitgevoerd, besloot
den avond. Kleine kleuters, voorstellend
de verschillende Belgische provincies, ver
schenen in de vaderlandsche kleuren, dra
gende de wapens hunner gewesten, achter
eenvolgens op het tooneel.
Eindelijk ook de Koning en de Koningin
zelf.
Daarop versohenen grootere meisjes,
voorstellende de volkeren der geallieerden,
een bange rij, die thans aan de zijdo van
België strijdt. Telkens werden bij haar ver
schijning het volkslied van haar land ge
zongen.
Overweldigend was vooral de geestdrift
toen Frankrijk, Engeland cn Amerika zich
vertoonden en het enthusiasm© steeg ten
top, toen achter op het tooneel een Engel
verscheen met de vredesduif in d'e rechtor
en den palmtak in de linkerhand.
Langzaam en stroef, alsof het dundoek
zelf aarzelde, ontrolde zich achter deze fi
guur do Nederlandsch© vlag.
Moge het een profetie zijn voor een toe
komst, dio spoedig zal aanrichten
Kleine Belgisch© knaapjes, schamel ge
kleed, droegen ten slotte een breed lint
naar voren waarop in groot© letters hefc
woord „dankbaarheid", wat deed ontroe
ren.
Besloten werd mofc heb zingen van do
„Vlaamsche Leeuw", gevolgd door hot
„Wien Neerlandscli Bloed".
Toen zakte het gordijn.
De Belgische kolonie heeft den verjaar
dag van koning Alberb mooi gevierd.
Thans is door den Belgischen Kring in
<Ie Stadszaal (Foyer) een tentoonstelling
ingericht van Belgische Huisvlijt en Kunst
nijverheid, werk voornamelijk van Belgi
sdie uitgewekenen, in Leiden en omstre
ken verblijvend. Vorder een prachtige ver
zameling Brugsöhe, Mechelsche, Liersehe
kant, etsen, teekeningen, aardewerk cn
koperwerk.
Eindelijk ziet meu er een kleine zending
teekeningen van soldaten aan het front
ontvangen.
De tentoonstelling blijft geopend tot .Za
terdag 21 April.
De Gemeenschappelijke Keuken.
Do Gemeenschappelijke Keuken blijft
voortdurend de aandacht trekken. Het ge
bruik, dat van dezo nuttige inrichting ge
maakt wordt, is echter nog niet zóó, als men
wel zou wenschen. Trouwens, ook uit andere
Roman naar het Duiisch van
BORA DUNCKER.
12)
„Als jc dc uitnoodigingon vanavond nog wil-
det klaar maken, dan zou ik jc dankbaar zijn."
Het meisje greep haastig de papieren cn ver
liet, beide hoeren slechts vluchtig toeknikkend,
de kamer.
Stillfricd'zag do kleine stijfkop glimlachend
na. Toen hij zich weer omkeerde, bemerkte hij,
dal Radtke het gla9 in dc hand hield, waaruit
zijn nicht had gedronken en het tooder be
schouwde
„Aha," dacht hij, „het jongo menscli moet wel
gelukkig zijn."
Hij trad op Radtko too on sloeg hem vriend
schappelijk op den schouder:
„Wat doet go daar, menschonkind?"
Verlegen stotterde Radtko: „Och niets, dok
tor het glas juffrouw Marietje
Stillfricd zette een bedenkelijk gezicht.
„Is het jou dus ook al opgevalion?"
„Wat, dokter?"
„Bat mijn nicht massa's water consumeert.
Een bedenkelijk, een zeer bedenkelijk teêkcn."
Radtko sperde verwonderd mond en oogen
Opou. „Hoe bedoelt u dat?"
Stillfricd nam zijn meest zakelijk bcrocpa-
Voorkomen aan
T,Ik zal je del dadelijk verklaren. Inlcrcsscor
je J-j voor mjjn. broer?"
zeer, dok-tor," riep 'Radtke met zooveel
all, dat hot Stillfried goraden scheen
y*n daw go«da gelegonheid om den vurigen
vrijer to bekoelen, oen zoo goed mogelijk gebruik
te maken.
„Als je hem maar eens kendet!" zei hij mei
eon diepen zucht.
„Ik ken hem niet; ik weet alleen, dat hij een
groot kunstenaar is.
„Geweest, geweest, mijn waarde.,' En hij boog
zich naar Radtko too en fluisterde geheimzin
nig: „Hij is niet alleen in zijn kunst achteruit
gegaan, hij is ook zedelijk gezonken."
Radtke ontstcldo. ,,0. o, dat zou dan toch.
Stillfricd legde zijn vinger op den mond.
„Pst, pst, dat wco't ik. beter. Hij drinkt! En
daarom zeg ik bedenkelijk, hoogst bedenkelijk
erfelijkheid. Merk je niets?-'
Radtke zette zijn domste gezicht.
„Neon," zei hij eerlijk.
Stillfried legde beide handen op zijn schou
ders: Q
„Mijn waarde Paul, hot is pijnlijk, dat juist
tegenover jou te mooten uitsprekenmijn broe
der Richard zijn gebrek, is van hom overge
ërfd
Radtke sprong op nis door een veer omhoog
gedreven.
„U wilt toch misschien niet zeggen, dat .Ma-
rietje, uw nicht
Stillfried zotte een zeer bezorgd gezicht.
„Er zijn kiemen, zonder twijfel. Je hebt hol
immers zooeven zelf gezien. Arme Paul, je weet
niet, hoe het iuji spijt, juist om uwentwil, maar
als vriend ben ik je do waarheid verschuldigd."
Hij hief do waterkaraf in de hoogte. „Kijk,
loog," hij keerde haar onderstboven, „geheel
leeg, er komt geen druppel moer op ruijn nn-
gc-1; in nauwelijks tien minuten. Het is niet
anders. liet eerste symptoom van overgooifdon
'drankzucht."
Be ongelukkige Radtke stond daar als aan
'den grond genageld.
„Maar water, water kan toch onmogelijk
Stillfried viel hem haastig in do redo., Zijn
gezond verstand zei hem, dat hij Radtke niet
eerst tot bezinning mocht laten komen, als hij
hem den onzin wilde doen geloov.cn.
„Noem me niet kwalijk," viel hij hem op ren
ioon van gezag in de rede, die hem anders vol
komen vréémd was, „dat moet ik als doktor
toch wel beter weten. Van erfelijke ziekten
maak ik een speciale studie."
Hij bedacht zich een oogèhblik, hoe hij het
bedrog zoo geloofwaardig mogelijk zou volhou
den en sprak toen vloeiend, alsof hij een van
buiten geleerde les opzei
„Ba eerste symptomen van ovorgecrfde/i
drankzucht zijn dorst en nog eeus dorst en de-
zucht- om dien le lessclien, mot welke drinkba
re vloeistof ook. Je hebt mij niet met jc ver
trouwen vereerd, ik vraag jo daar ook niet om
cn wil mij niet -in je privaat aangelegenheden
mengen, maar toch vind ik het mijn plicht als
dokter jc op deze omstandigheid opmerkzaam,
te maken. De zonden der vaderen gaan op de
kinderen over." voegde hij er met oen grafstem
bij. „Zoo en nu, wat lieb je op liet hart ten
opzichte van do „Frcie "Warte"?"
Radtke had die laatste vraag in het geheel
niet gehoord. Hij stond maar te staren naar de
leege karaf en verwarde, wanhopige gedach
tes woelden door zijn bj;eïn.
Ook hij had er zieli meermalen- over verwon
derd, dat Marietje zoo dikwijls dorst had; maar
zijn argeloos hart" had daarachter niets beden
kelijks vermoed. Doch nu, na Stillfried's woor
den, (loken vrceseUjke visioenen voor hom op.
'Als zij eens niet alleen water dronk, als zij mo
gelijk reeds op de gevaarlijke helling was?
Stillfried het hein aan zijn sombere overpein
zingen óver en amuseerde zich er kostelijk
raoev dat de brave pedant, zich. zoo had laten
beetnemen.
Eindelijk stond Radtke op Cn stak den doktor
zijn hand toe,
„Ik dank u voor uw vriendschappclijken
raad, dokter," zei hij treurig, „en als do zaak
ïuet Korb mogelijk tot morgen zou kunnen uit
gesteld worden
„Je voelt jc niet wel, dal is bcgiijpelijk, mijn
beslo Paul. Laat dio geschiedenis uuxar gerust
tot morgen ruston."
Radtke had zich naar dc deur toegekeerd.
„En, nietwaar, goede vriend, ik kan mij op
uw discretie verlaten? Geen woord erover te
gen mijn nicht liet zou onkiesch wezen
misschien is er toch wel een middel voor te
vinden is er redding."
„Als u zou kunnen helpen, dokter."
„Ik zal doen wat in mijn vermogen staat. Jij
moet mij echter beloven, dat je jc vooreerst on
oen zoo groot mogcl ijken afstand van mijn
nicht zult houden," rneikto Stillfriod zeer ern
stig op.
„Alles wat u wenscht. Als u haar maar redt.
Mijn daiik reeds bij voorbaat, mijn iniiigea
dank."
Stillfried maakte oen afwerend gebaar en
meesmuilde vergenoegd, toen do deur zich ach
ter den gelieol verslagen Radtke had gesloten.
Het ging niet anders, al had hij ook met den
armen kevel to doen. Goed beschouwd betrof
het slechts een armzalige zes weken. Wolken-
stein was dan toch te veel waard, om het tei*
wille van een minnend paartje in gevaar Le
brengen.
Stillfried ging voor zijn rooktafel staan en
overwoog of hij in dit uur van voorloopige zo
g-maal aan een „Bloem Pascha" dan wél aan
een kleine, bruine geïmporteerde de voorkeur
xou geven. Eindelijk besloot bij de sigaret te
nemen. Juist had hij zich in een fijne, aroma
tische wolk van rook gehuld, toen er tegen do
deur werd geklopt.
Op de-s dokters juist niet aanmoedigend „bin
nen", kwam Pappenheim aangesloft. Hij zeito
zijn meest grimmig gezicht cn kondigde bet be
zoek'van oen darno aan.
„Zij heeft geen kaartje bij zich en liecl veel
bijzonders lijkt zij ook niet bepaald. Maar zij
wil den dokter spreken, partout; nooaig vind
ik dat nu jntst niet."
Stillfriod stond langzaam op. Bij do ..Bloem
Pascha" zou hij zoo heerlijk hebben kunneu
droomen van toekomstige dingen!
„Laat maar aantreden." Met een zucht legdo
hij do sigaret neer.
Pappenhelm schoon eich niet bepaald ge
haast- te hebben. Er verstrckc-n eenige minuten
vóór de deur weer werd geopend en Pappen
heim brommend do kamer inriep: „Hier is de
dame."
„Ja, hiér is ze," herhaalde een stem, die Still-
fried, als door een veer in beweging gebracht,
zich deed omkeeren.
Met uitgestoken handen snelde hij op do
slanko vrouwengestalte in de opening der deur
toe.
„O, juffrouw Gustava, j'uffrouw HiU ein
delijk, eindelijk!"
De jonge damo. in liet eenvoudig grijs, nauw
sluitend reistoilet, wist oogenscliijnlijk niet
goed, wat zij van deze onstuimige ontvangst
moest donken. Zij gaf Stillfricd de hand, waar
bij zij de tweede, die haar al te ijverig werd
aangeboden, mot opzet voorbij zag5 en vroeg
verbaasd:
..Heeft u mij dan verwacht, mijnheer dok
ter?"
(Wordt vervolgd).