LEIDSCH
Maart. Tweede Blad. Anno 1997.
,CTnBa
Tweede Kamer.
DAGBLAD Donderdag 1
Uit da Omstreken.
FEUILLETON.
<£ZZZ ZK
De Zeevalls..
No. 17488.
Vergadering van gisteren.
yOLKENREOHTELIJKE VERPLIOH-
TINGEN VAN DEN STAAT.
(Na de pauze behandelt de lieer LOEFF
Allereerst de kra-cht en beteekenis van het
Èigeeringsveorstel. Spreker bestrijdt het
toog va-n den heer Visser van IJzen-
'tioonn en verdedijgb het Regeeringsvoor-
tfcel.
De Regeering dient dergediiw kwesties
niet aan anJ^rS colleges op te dragen.
Ten slotte verklaart hij voor het ontwerp
te zullen stemmen.
De heer LIMBURG ia dankbaar, dat de
Regeering niet het Oostenrijksdie stelsel
heeft gekozen, zooala de heer Van Doorn
'aanbeval. Spreker vraagt* tem slotte of er
stappen zijn gedaan in heb belang van
den persoon, die in hef geval te Rotter
dam schade heeft geleden.
Do MINISTER VAf. JÜSTITIE, de
heer ORT, zet uiteen, dai het noodig was
Jn de wet een bepaling te doen opnemen,
(/waardoor het mogelijk vpordt gevallen
als zich voordeden te voorkomen.
Uitdrukkelijk moet deze kwestie bij de
V\vet worden geregeld.
De Minister bestrijdt verbolgens uifc-
f«roerig het betoog van den heor Van
Doorn. Spreker betoogt, dat mot het ont
werp het beoogde d"oel wordt bereikt
Ten slotte antwoordt de Minster den
heer Limburg op zijn vraag, -omtrent di-
iplomatieke stappen, in zake schadever
goeding aan den eischer, dat onderhande
lingen hieromtrent hangende zijn.
Gerepliceerd wordt door den heer VIS
SER VAN IJZENDOORN.
Na re- en dupliek van den Minister
.wordt het wetsontwerp r. h. s. aange
nomen.
HET 80-MILLIOEN-ONTWERP,
De algemeens beraadslagingen over het
/[wetsontwerp tofc aanvulling «n verhooging
van het Xde Hoofdstuk der Staata-
begrooting voor 1917 (Beschikbaarstelling
,van levensmiddelen), worden voortgezefb.
De heer DUYS begint met een korte
bespreking van de brochure-Nierstrasz.
Spreker zegt, dat de schrijver zioh het
zakelijk element in de Kamer acht en de
aaidere 99 te achten, dat zij geen zuivere
banden meer hebben en dat zij daarom
geen financieel© controle meer zouden
kunnen uitoefenen.
De VOORZITTER roept spreker tot de
#ide en verzoekt hem niet in een bespre
king te treden van de brochure.
De heer DUYS tot het ontwerp komen
de, noemt het systeem der distributie
goéd. MaaT de uitvoering kan slecht zijn
'W daartegen dient gewaakt. Vervolgens
komt spr. er tegen op, dat minister Pos-
fchimia steeds is afgehaald, terwijl men het
deed voorkomen, aflsoi minister Treub
bet hem zou verbeterd hebben. Dit noemt
Bpr. 'n verkeerde opvatting, wat hij nader
i uiteenzet,
Spr. critiseert het feit, dat zoovele com-
ries in 't leven worden geroepen. Zou
Minister deze organisatie niet beter
aeüf kunnen regelen dan heb overlaten
öan de heeren Schim van der Loeff, Kröl-
Jer of Reitsma.
In elke gemeente had de -Minister ver
plichtend moeten stellen de oprichting
,fran een levensmiddelenbedTijf
De organisatie is niet in orde. Spr.
biedt zich aan bij het in orde brengen
biervan te helpen.
Verder meenb spr., dat de beslissingen,
"door den Minister genomen, steeds veel
te laat komen.
Er komt een verbod tot zaaien als het
zaad al la<ng onder den grond zit. Het
^eik el verbod wordt uitgevaardigd als de
eikels reeds uitgevoerd zijn. Een typisch
staaltje vindt spr. het, dat eerst den 20en
Februari den industrieelen werd kennis
gegeven, dat zij over de maand Februari
85 pCt. moesten besparen.
Het gevolg as ©enerzijds gebrek voor de
consumenten, anderzijds reuzen-oorlogs
winsten.
Spr. critiseert dan de houding van den
Minister ten opzichte van de vraag van
spr. om een onderzoek in te stellen naar
do geste van het Rijks-Graanbureau.
De Minister weigerde een. ooimmissie van
onderzoek to benoemen. Hoewel spr. niot
aan de eerlijkheid wenschfc te tweifelen, loo
ped onder het volk geruchten, dat er mil-
lioenen gegapt0 worden.
Een onderzoek wa-s dan ook volkomen
op zijn plaats geweest.
Nu ten slotte een commissie is benoemd,
werd tot secretaris aangewezen mr. del
Gampo, die nota bene secretaris was van
het Rijks-Graanbureau.
Het "maalcontract door de Regeering af
geslote*!, met meelfabrieken hier. te lande,
dat funest ie geworden, werd afgesloten
door minister Treub, de man, die zoo hoog
geprezen werd.
En toen men poogde hierin verandering
te brengen stuitte men op het verzei; van
de meelfabrikanten. Dat rijn dan de man
nen, die prat gaan op hun vaderlandsliefde.
Den machinisten, enz., die weigeren te
varen, wordt gebrek aan vaderlandsliefde
verweten.
Met cijfers tracht spr. vervolgeos aan te
toonen, dat de meelfabrikanten enorme win
sten hebben behaald.
Speciaal vestigde h(j er de aandacht op,
dat de Mij. „De Korenschoof", te Utrecht,
van de familie van Van der Stolk, den man
van het Rijks-Graanbureau, geweldige win
sten heeft uitgekeerd.
Spr. vraagt voorts dringend inlichtingen
omtrent de afsluiting ,der vrachtcontracten
en de inkoopcontractep van tarwe en meel'.
Vastgesteld moet kunnen worden of op
het Rijks-Graanbureau fraude is gepleegd
geworden.
Opheldering is absoluut noodzakelijk.
Waar is nu de Jieer Nierstrasz, nu het
geldt nationale zaken te behandelen, vraagt
spr. Hij is er niet, en zeker weer bezig een
2de pamflet te schrijven tegen de 99 overige
Kamerleden.
De yOORZITTER roept spr. tot de orde.
De heer DUIJS betoogt verder, dat aan
de maandelyksche mededeelingen van heb
Rijks-Graanbureau absoluut geen waarde is
toe te kennen. Het is een prul.
Met den grootsten nadruk vraagt spr. ten
slotte inlichtingen over de graan- en me el-
politiek.
De heer TEENSTRA vraagt wat or tegen
is om meer inlichtingen te verstrekken over
het graanbureau. In dit opzicht ondersteunt
h'ï> het betoog van den heer Duys.
Het tegenwoordige Distributiestelsel «tan
nu niet meer losgelaten worden, zet spr.
verder uiteen.
Ook deze spr. is, evenals de heer Duys,
de meening toegedaan, dat de organisatie op
niets lijkt.
De commissies nemen thans geheel 't werk
uit de handen van den Minister, wat hij ten
zeerste afkeurt.
Vooral betreurde spr. de benoeming van
de commissie van bijstand, waarvan alle hee
ren, behalve de heeren Reitsma, ondeskun
dig z|jn. Do kennis kunnen zy niet meer
opdoen, zelfs niet aan de bureaux op den
Kneuterdijk.
Spr. geeft den Minister den raad: laat h|j
den drie heeren der commissie ander werk
geven. De Minister weet er zelfs meer van.
Laat h|j dus geen adviezen meer gaan in
winnen.
De onteigeningswet is onvoldoende, ook
na de herziening.
Spr. vreest er moeilijkheden van. Deze
moet worden herzien.
Voorts moet de productie in ons land
worden vergroot, o.a. door herziening der
jachtwet. De productie van consumptie- aard
appelen moet zoo groot mogelijk zijn. Tegen
de maximumprijzen voor landbouwgewassen
heeft spr. bezwaren. Hij vraagt den Minister
zich er van te ontdoen.
Tegen een uitvoerregeling tot dekking der
distrinutiekósten heeft spr. geen bezwaar.
Do heer VAN DOORN zegt, dat deze Mi
nister nog nooit iets gedaan heeft tot be
perking der consumptie.
Spr. zegt dan, dat de Minister met rantr
soeneering veel' te laat "is gekomen. Twee
jaar geleden had meu reeds moeten bezui
nigen. Dat dit niet geschied is, daarvoor
draagt deze Minister de schuld.
«j.j. J mi. •- I
De heer VAN BEST maakt enkele op
merkingen over de broodkaarten-levering,
welke voor arbeiders e.d. een onvoldoende
hoeveelheid levert. Hjj vraagt of 's Ministers
regeling bedoelde een beperking van bet
broodgebruik, zelfs tot beneden hot nor
male.
De 'vergadering wordt verdaagd tot Don
derdagochtend te halftwaalf.
NOORDWIJK.
Gemeenteraad.
Aanwezig 11 leden. Afwezig met kennis
geving de heor O. Aikemade, wethouder,
C. W. G. Alkemadc Voorzitter, jhr. W. C.
van Pauhuys, burgemeester.
Na opening doet deze mededeeling van
eenige inkomen stukken, waaronder mis
sives van Ged. Staten, houdende goedkeu
ring van verschillende Raadsbesluiten.
Een schrijven van de Studiecommissie
voor gezamenlijken. inkoop der afd. Noord-
wijk van don R.-K. Volksbond, om nog
maals cokes voor de ingezetenen beschik
baar te stellen.
Namens B. en W. werd voorgesteld om-
voor zoover deze niet voor de scholen noo
dig ia de nog aanwezige cokes voor gevraagd
doel to bestemmen. Aldus besloten.
Hierna werd voorgelezen een missive van
het Raadslid den heer N. M. Alkemade, -
waarin hij zich in do eerste plaats beklaagt,
dat in de vorige vergadering de Voorzitter
bot hem onmogelijk heeft gemaakt te zeg
gen wat hij wenschte op te uierken over de
distributioregeling. Hij heeft daarom de
vrijheid genomen dit thans op schrift te
stellen met het verzoek, dat het stuk in do
notulen zal worden opgenomen.
Het werd eerst door den secretaris voor
gelezen.
Do heer N. M. Alkemade heeft blijkens
heb stuk in de vergadering van November
1916 met overtuiging medegewerkt tot aan
neming van het voorstel tot verhooging van
hot salaris van den inspecteur van politie
den hoer Gooi. Hij deed dit omdat de Voor
zitter toen zeide, dat de inspecteur het zeer
druk had. En nu is deze ambtenaar ook
benoemd tot- directeur van het distributie-
bureau, waardoor zijn work natuurlijk zeer
is vermeerderd. Nu moet een dezer werk
zaamheden z. i. echter worden verwaar
loosd. Het is de overtuiging van den heer
Alkemade, dat het werk aan hot distribu
tiebureau niet behoorlijk kan worden ge
daan, tenzij hij als inspecteur niet veel
heeft te doen. Daarom trekt hij zijn stem,
indertijd voor het verh'oogingsvoorstel uit
gebracht, weder in.
Hij verzocht ten slotte opneming van dit
schrijven in de notulen.
De Voorzitter vraagt of iemand daar ook
iets tegen heeft.
Daar niemand zich er tegen verzot, wordt
daartoe besloten.
De hoer G. J. L. v. d. Meer zou willen
voorstellen, dat aan den lieer Gooi de func-
tio van directeur van het distributiebureau
wordt ontnomen.
De heer N. M. Alkemade zou gaarne we
ten hoe het Dag. Bestuur over zijn stuk
denkt. Eén van twee moet volgens hem ge
schieden bf het werk van den politie-in-
spcctcur moet worden verwaarloosd of deze
moet dit overlaten aan de agenten.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. gaarne
willen overwegen wat er op het stuk te zeg
gen is en dat in de eerste vergadering zullen
mededeelen.
De heer M. N. Alkemade houdt staande,
dat de inspecteur zijn taak niet bohoorlijk
vervult.
De Voorzitter vraagt daarvoor bewijs. Do
man werkt 12 uur. Wie doet dat van de ge
meente-ambtenaren 1
De heer M. N. Alkemade wraakt het nog
maals, dat de burgemeester dezen ambte
naar tot directeur van het distributiebu
reau heeft benoemd
De VoorzitterIk heb hem niet benoemd,
dat hebben B. cn W. gedaan. Gij hebt het
do vorige maal toch gezegd, aldus de heer
A. Pardon, herneemt de Voorzitter, ,,ik
zeide toen, dat aan mij de algcmeene lei
ding was opgedragen.".
De Voorzitter vraagt, nogmaals den lieer
Alkemado te bewijzen, dat de heer Gooi zijn
taak als inspecteur niet behoorlijk ver
vult, wat volgens dozen vanzelf spreekt.
De Voorzitter constateert, dat de heer A.
in gebreke is gebleven zijn beschuldigingen
te bewijzen.
De heer Van der Meer beweert, dat het
indertijd goed ging. Men had er een man-
notje voor, aan dien is het werk klakkeloos
ontnomen.
Hij noemt het verregaand, te moer, waai*
ook .deadjurict-ins^pecteur in Noordwijk-
aan-Zee met hete' mie verkr ts beitst. Hij
acht nu do veiligheid iz gevaar en vindt do-
ze wijze van doefn onverantwoordelijk. Hij
zal niet rusten voor deze twoo
betrokkingen weer gescheiden
z ij n.
De Voorzitter zegt nogoens, dat
do voiligheid der gemeente
nietson.dor deze regel inghoeft
geleden en er ook niet onder
1 ij d e n zal. .Trouwens, daarvoor is hij
als burgemeester verantwoordelijk. Verder
verzekert hij, dat het onder Hiep niet goed
ging. De benoeming is noodzakelijk ge
weest. Er was geen andere man to vinden.
Do heer Van der Meer zou dit eens wil
len zien, wanneer er een oproeping werd ge
daan.
De Voorzitter herinnert er nog aan, dat
aan den lieer Gooi reeds geldsommen zijn
aangeboden. Ieder gemeontcnaar, die op
den voorgrond stelt het belang der ge
meente, zal met deze regeling zeer tevreden
zijn.
De hoer Van dér MeerVreerad dat die
hier alleen zoo moet zijn
Do Voorzitter Dan hebt u slecht gelezen.
Hiermede, sluit de Voorzitter de dis
cussies over dit punt.
Hierna kwam nog aan de orde een ver
zoek van de R.-K. Middenstands-Vereeni-
ging tot invoering van oen algemeen slui
tingsuur der winkels in deze gemeente en
dit te bepalen op 8 uur in den winter en 9
uur gedurende dei* zomermaanden.
B. en W. stollen voor afwijzend op het
verzoek t-o beschikken.
De heer M. N. Alkeraade- wil wel op het
verzoek ingaan en verdedigt het nader.
De heer Van der Meer bestrijdt den vori-
gen spreker op verschillende gronden.
Het praeadvies wordt in stemming ge
bracht en aangenomen met 7 togen 3 stem
men. Tegen stemmen do heeren N. M. Al
kemade, Th. J. van Went, Van Beelen en
Wassenaar.
Door den Voorzitter werden nu verschil
lende verslagen overlegd. Uit dat van de
Gasfabriek bleek o.ni., dat in de laatste
maand, vergeleken mot het overeenkomstig
tijdvak in het vorig jaar, do gasbesparing.
30 pCt. heeft bedragen. Hoewel dit een
aanzienlijke besparing mag genoemd wor
den, is zij toch nog niet voldoende.
Naar aanleiding van de mededeelingen
omtrent dc in aanlog zijnd: werken voor
do waterleiding merkt, de heer Van dor
Meer op, dat de watertoren op een minder
geschikt terrein komt to staan.
Do Voorzitter merkt op, dat men hier
vaart op hot veilig kompas van den inge-
niour Van Royen waaraan de hoer Van
Beelen nog toevoegt, dat een bekend archi
tect ook heeft verklaard, dat de grond er
stevig genoeg is.
Verschillende sprekers voeren hierover
nog het woord. De heer Kruiswijk noemde
het zand er diop-zacht.
Op voorstel van don Voorzitter werd ein
delijk besloten deze zaak nog in comité te
bespreken.
Aan den onderwijzer G. Prins werd on
gevraagd eervol ontslag verleend, omdat
het aantal leerlingen gedaald is beneden
het. veroischto minimum.
Op voorstel van B. en W. werd besloten
tot ondorshandsche verhuring van gemecn-
te-landerijen tegen oen pachtsom van 30
cents per Rijnl. roede en voor den tijd van
vijf jaren. Openbare verpachting had tot
geen resultaat geleid.
Een voorstel van den heer G. -J. L. van
der Meer, om het reglemonfc van orde voor
don Raad wedor ie wijzigen in dien zin,
dat de rondvraag aan het einde der verga
dering weder in cere zal worden hersteld,
werd met op één na algemeene stemmen
(die van den heer Van Beelen) aangeno
men.
Bij de regeling van uitgaven over 1916 en
1917 kwam ook ter sprake een beschikking
van Ged. Statou, waarbij niet goedgekeurd
werd teruggezonden het bosluit der ge
meente, om aan het Steuncomité een sub
sidie van f 4000 toe te kennen, als zijnde ia
strijd met de armenwet.
Graaf Van Limburg Stirum vraagt ho©
dit dan wel gaat in andere gemeenten.
D© Voorzitter antwoordt, dat daar alloen
steun wordt verleend aan noodlijdenden ia
verband met den oorl igstoestand.
Als de heer Van Stirum yraagfc wat
dan gebeuren PlCot möü ao andoren, roept
do heor Van der Niet: Daarvoor moet de
diaconie zorgen!
De heer \an der Meer betoogt de wen-
schelijkheid van oen Burgerlijk Armbe
stuur.
De heer Van Stirum, die zegt dat hot
Steuncomité nu wordt opgeheven, wil wel
eens vernemen do toelichting, die B. en W.
bij het besluit aan Ged. Staten hebben ga»
geven.
Nadat de secretaris dien brief heeft ge
haald, wordt deze voorgelezen on or blijkt
uity dat B. en W. op verschillende gronden
bobben geadviseerd ten gunste van hot
Steuncomité.
De heer Van Stirum gelooft toch, dat da
Voorzitter het Steuncomité geen goed hart
toedroeg. Waarom bedankte hij anders als
cere-voorziWer 1
De Voorzitter antwoordt, dat hij dit
niet voreenigbaar achtte mot zijn ambt als
burvnaoestor.
Ten slotte werd bij acclamatio besloten
zich neer to leggen bij de beschikking van
Ged. Staten.
Daarna word benoemd tot lid dor Com
missie tot Wering van Schoolverzuim de
heer H. C. de Boer, hoofd der R.-K. Jon
gensschool, met 7 stommen. Op den hoer
Verwey, onderwijzer aan deze school, wor
den 4 stemmen uitgebracht.
Hierua ging de Raad over in een zitting
met gesloten deuren.
Opgave van Personen, die zich te
Leiden hebhen gevestigd.
Mej. M. Optendrees, Langegrachfc 115.
A. van Bergen Henegouwen, huisschilder,
Aloëlaan 25. A. Hofstra, kinderjuffrouw,
Garenmarkt 5. W. J. Priester, L.-Mare 6.
N.B. J. Goddijn, banketbaker, Middel
weg 18. A. W.. Ammorlaan, winkelbe*
diende, Haarl.straat £00a. Mej. E. G. Ei
bers, Haarl.weg 68. W. F. Kanbier, met
selaar, Moriaansteeg 4. Mej. A. G. E-
Jansen, Bilderdijkstraat 1. L. Stijger,
dienstbode Volmolengracht 12a. H. H
Meulenbelt, zuivelboreider, Haarlemmer
straat la. Mej. G. M. Hagraeyer, Aal
markt 26-28. J. P. J. W, Kustcrs, kan<
toorbedionde, Vreewijkstr. 16a. H. St£,
on gezin, bloemist-knecht, Janvossenst: 20tv
Th. van Stralen, los-werkman, Prinsen*
straat 82a. Mej. O. H. M. Kreutz, Pie
terskerkgracht 5. Mej. M. A. van Kooi,
Pieterskerkhof 36. J. Oh. Verkerk, Paul-
Krugerstraat 29a. Mej. A. M. P. do Maas,
Hooigracht 51. O. M. van Benimelen, dienst
bode, L.-Mare 66. A. Hartevelt, sigaren
maker, Langegracht 40. A van Leeuwen,
Breestraat 2-3. Mej. A. M. Simons, 3-Oc-
toberstraat 6a. P. Marks, huisschilder.
Hooigracht 94. J. P. C. van Zijp klee»
dermaker, Haarl.straat 267a. J. A. Am
morlaan, dionstbode, Mare 70a. Mej. J.
W. Ouwerkerk, Paradijssteeg 4. Mej. G.
I. Bakker, Haarl.st.raat 295a. JStevan,
koopman in galant-eriën, Ceciliastraat 55.
E. Schietzel, strijkster, Witte-Rozenstraat*
34a. A. Lucas, leeraar-meubolmaker,
Pieterskerkhof 18. Mej. M. P. .Plu, Wal-
deck-Pyrmondstraat 40. W. H. van
Wierst en gezin, korporaal-marinier, Rijns-
burgersingol 16. P. J. van Dijk, maga
zijnbediende-, Diefsfceeg 6a. Mej. A. E. S.
Osterkamp, Oegstgeesi erlaan £9. L. van
dor Staag, kapper, Utr.-Jaagpod 21. O.
Toet on gezin, vischhandelaar, Pietera-
kerkchoo'rsteeg 21.
Klachten over de bezorging
moet men nooit uitstellen, maar onmid
dellijk aan ons Bureau, looraeindsplein*
opgeven.
Men werkt daardoor de goede bezorging
in de hand!
J Roman uit het laatst üer 16de eeuw,
Baar het Engelsch van Rafaël Sabatini.
'49)
/I „Evengoed," gaf zij too.
„Zeg liever, beter, Fonzileli," vervolgde hij.
i' „Ik zei, dat ge niet slim zijt. Bij den Koran, ik
'loog. Gij zijt zoo sluw als do slang. Toch zie ik,
waarhoen gij kruipt. Zoo ik mij door uw raad
liet leiden, zou een tweeledig doel bereikt wor-
!den. Ten eerste zou ik haar buiten het bereik
van Asad plaatsen, en ten tweede zou ik met
hem overhoop liggen, omdat ik dat gedaan had.
jWat zou beter aan uw wenschen kunnen vol
doen?"
„Gij doet mij onrecht," beweerde zij. „Ik ben
«Uijd uw vriondin geweest. Ik wilde dat..."
Zij plotseling af, om to luisteren Do
stilte van den nacht worf yerbroken door kro
ten uit de richting van den Bab-el-Ouob. Zij lil-P
snel naar de borstwering, van waar de poort te
zien was, en leunde er ver over.
„Kijk, kijk," riep zij, on er trilde vrees in haar
stem. „Hij is het Asad-ed-Din."
Sakr-el-Bahr ging naast haar staan, en in een
'gloed van fakkels zag hij een troep mannen uit
1 de donkere opening vaa da poort komen.
„Het echijnt bijna aïsdl ge, urge* uw gewoonte
In, de waarheid hebt gesproken, Fenzileh."
Zij keek hem aan on hij vermoedde den boos-
aardigen blik, dion zij hem door haar sluior toe
wierp. Toch klonk haar stem koel. „In eon
cogenblik zult ge er niet moer aan twijfelen.
Maar wat moet ik doen?" De vraag werd er snol
5an toegevoegd. „Hij moet mij niet hier vindon.
R'j zou mij dooden, denk ik."
„Dat zal hij zeker," gal Sukr-ël-Balir too.
jgjg zou u zoo horkonnon? .Wog dus, vóór
hij komt! Blijf verdekt slaan in den voorhof, tot
hij voorbij ia. Zijt ge alleen gekomen?"
„Zou ik dan iemand laten weten, dat ik u be
zocht had?" vroeg zij, cn hij bewonderde haar
sterken Sicïliaanschen geest, dien al de jaren in
den harem van den Doy niet hadden kunnen
dooven.
Zij ging snel naar do dour, maar bleef op den
drempel weer staan.
„Ge zult haar dus niet afstaan? Ge wilt niet..."
„Wees gerust," antwoordde hij haar, op zulk
een vasten toon, dat ze voldaan heenging.
HOOFDSTUK XIII.
In het gezicht van Allah.
Sakr-el-Bahr stond in gedachten verdiept, na
dat zij heengegaan was. Opnieuw overwoog hij
elk barer woorden cn bedacht hij, hoo hij Asad
zou te gemoot treden en hem weigeren zou, ais
do Dey werkelijk met het doel kwam, dat Fenzi
leh voorspeld had. Zoo bleef hij zwijgend wach
ten, totdat ALi of een ander hem in dc tegen
woordigheid van den Dey zou roepen. In plaats
daarvan evonwol werdf Ali, die Asad-ed-Din
kwam aankondigen, onmiddellijk door dezeu ge
volgd; in zijn ongeduld had hij er op gestaan,
dadelijk bij Sakr-el-Bahr gebracht te worden.
„Do vrede vart-dtfi Prpfcet zij met u, mijn
zoon," was de begroeting VÊlïi (Igii jDey.
,.En met u, heer!" Sakr-el-Bahr gróGliö diep,
„Mijn huis wordt geëerd." Met een handgebaar
zond bij Ali heen.
„Ik kom tot u als smcekeling," zei Asad, na
der tredende.
„Een smeekeling, gij? Dat is niet noodig, lieer.
Ik heb geen wil, dio niet de echo van den uwo
is
Do zookendo oogen van den Dey dwaalden
rond en schitterden, toen zij op Rosamundo blo-
VGii rusten. „Ik kom haaslic," zei hij, „gelijk
iedor gewoon minnaar, geleid door mijn instinct,
naar de tegenwoordigheid van haar, die ik zoek
deze Frankische parel, deze gevangene met
Jiri_gclaat van een engel, die gij van uw la als ten
tocht hebt medegebracht. Ik was niet in de Kas
ba h, toen Tsamanni van dc markt terugkeerde;
niaar toen ik cindolijk vernam, dat hij er niet in
geslaagd was, haar to koopen, zooals ik bevolen
had, had ik kunnen huilen van verdriet. Ik
vreesde eerst, dat een of ander koopman van den
Sultan haar gekocht had en met haar vertrok
ken was; maar toon ik hoorde, gezegend zij
Allah! dat gij do kooper waart, was ik ge
rustgesteld Want gij zult haar aan mij afstaan,
mijn zoon."
Hij sprak met zóóveel vertrouwen, dat Olivier
moeite had do woorden to vinden, dio hem zou
den teleurstellen Daarom aarzelde hij een oogeu-
Llik.
„Ik zal uw verlies vergoeden." ging Asad.
vcort. „Gij zult de zestienhonderd philips hebben
en nog vijfhonderd bovendien om u to troosten.
Zeg, dat goTlat goed vindt, want ik brand van
ongeduld.
Sakr-el-Bahr glimlachte bitter. „Het is een
ongeduld, dat mij, waar het haar betreft, \yel
bekend is, heer," antwoordde hij langzaam.
..Ik brandde er zelf vijf eindolooze jaren van-
Om er een eind aan te makeu, deed ik een ver-:
re, gevaarlijke reis naar Engeland in een vor-
overd Frankisch schip. Gij wist 'het niet. O Asad,
anders zoudt gij
„Ba!" viel de Dey in. „Gij zijt oen geboren
handelaar. Er is niemand zoo slim als gij, Sakr-
el-Bahr. Nu, goed, noem zelf uw prijs, sla Noor,
on Ififtt liet dan afgedaan ziju."
„Heer,': zet hij „van wiust is geen sprake.
Zij is niet te koop."-
Asad staarde hem sprakeloos ami en een lich
te blos kleurdo langzaam zijn bleëkc wffTlgO'S".
„Nietniet to koop?" herhaalde hij, sta
melend van verbazing.
„Niet, al boodt gij mij uw gcheclc Rijk al3
prijs aan," was liet plechtige antwoord. Daarop
vervolgde hij warmer, met eon stem. waarin te
gemoetkoming klonk: „Vraag mij alles, wat het
mijne is," ging hij voort, „on met vreugde zal ik
het aan uw voeten leggen, als een tceken van
mijn trouw cn liefde voor u."
„Maar ik wil niets anders," Asad's toon was
ongeduldig, knorrig bijna. „Ik wil deze slawin
hebben."
„Dan," hernam Olivier, „roep ik uw genade
in, en smeek u. uw oogen ergons anders heen te
lichten."
Asad keek hem norsch aan. „Weigert go mij?"
vroeg hij, zijn hoofd achterover werpend.
„Helaas!" zei Sakr-el-Bahr
Er ontstond oen stilte, Het aangezicht van
Asad werd-steeds donkerder; de oog^n, dio hij
op zijn onderbevelhebber wierp, gloeiden toorni-
gor. „Ik zie het," zei hij eindelijk, met een kalm
te, die zóó in tegenspraak met zijn blikken was,
dat zij onheilspellend was. „Ik zie het. Het
schijnt, dat er meer waarheid in Fenzileh schuilt,
dan ik vermoedde. Zoo!"
Hij keek den ander een oogenblik met zijn in
gezonken. brandende oogen aan.
Toen sprak hij op een toon, trillend van inge
houden toorn: „Bedenk, Sakr-el-Bahr, wat gij
zijt, wat ik u gemaakt heb. Bedenk al de goed
heid, waarmede dezo handen u overladen heb
ben. Gij zijt mijn onderbevelhebber, on eens kunt
ge meer zijn. In Algiers staat niemand boven u
dan ik. Zijt go nu zoo ondankbaar, dat go mij
het eerste, wat ik u vraag, weigert? Het is waar,
wat geschreven staat: „Do monsch is ondank
baar."
„Zoo gij wist, begon Sakr-el-Bahr, „wat- dit
alles voor mij boteekent.
„Ik weet het niot en het kan mij niet sche
len," viel Asad in. „Wat het ook zijn moge, hot
is niets tegenover mijn wil." Toen stelde hij
vleierij in plaats van toorn. Hij legde zijn hand
op Sakr-el-Bahr's stovigon schouder. „Kom,
miju zaQtt, Uil liefde lot u zal ik edelmoedig zijn
en uw weigering vergeten."
„Wees zoo edelmo.edig, hoor, dat gij vorgeot,
dat gij haar aan mij gevraagd hebt."
„Weigert ge nog?" Do slem, dio een oogenblik
te voren honigzoet klonk, was weer ruw.
„Pas op, mijn geduld niet te bergen. Zooals ik
u uit het sliiic lieb opgericht, kan ik u weder no-
derwerpen. Zooals ik do boeien verbrak, die
aan do roeiersbank ketendon, ovonzoo kan ild
ze u opnieuw doen aanklinken."
„Dit alles kunt ge doen," stemde Sakf-e!-Bakr
toe. „En daar ik, dit wetende, toch behouden wil
wat dubbel van mij is, door hot recht van,1
gevangenneming en van koop kunt ge bot
grijpen, hoe gewichtig mijn redenen zijn. Weei
barmhartig, Asad."
„Moet ik haar met geweld nemen?" brulde de»
Dey.
Sakr-el-Bahr richtte zich strak op. Hij wierp,
hot hoofd in den nek en keek den Dey recht Ia'
do oogen
„Zoolang ik leef, zult ge ook dat niet doen/-'
antwoordde hij.
„Ontrouwe, oproerige hondl Wilt ge mij weea*
staau, mij?"
„Ik bid, dat ge niet zoo onedelmoedig c-tï
onrechtvaardig zult zijn om uw dienaar ttf dwia«
gen tot zulk een pijnlijke handeling."
Asad grijnsde. „Is dit uw laatste woord?.^
vroeg hij-
„Behalve, dat ik in allo andere oprichten uw,
slaaf ben, Asad."
Een oogenblik bleef do Dey hom aanzien mof
droevige,n blik. Toen ging hij naar do deur, als
iemand, die con besluit genomen heeft. Op deo
drempel stond hij stil en keerde zich nog een$
om. „Wacht!" zei hij, en met dat dreigend*
woord ging hij heen.
Sakr-el-Bahr bleef een oogenblik staan, waaï
hij tijdens het onderhoud gestaan had; tooaf
keerde hij zich, schouderophalend, om. Hij ont«
mcetto Rosamunde's blik, strak op hem gevest
tigd, met een uitdrukking er in, dio hij niet yew
klaren kon Hij kon dien niot verdragen, out
k6orde zich af. Op zulk een oogenblik moest
weer hot gevoel van wroeging in hem wakkef^
worden.
(WowK vtrfolgd)