Pak me mee. Tweede Blad. Anno 1918. No. 17430. LEiDSCH DAGBLAD, Woensdag 20 December. Jersov8rzie?it. Tweede Kamer. PROWNCSALE STATEN ¥AN ZUÏD-HOLLAND. Het nieuwe Engelsche kabinet. Ingebonden. FEUILLETON. C&218 slot Reebach. Het- morgen verscikijnend nummer bevat o.a. als voorplaatEen. tank iin werking ,aan bet front. Vooirta: B-rand in liet Telegraafkantoor te 's-Gravwrhage. Het besöcik van Z. K. H. den Prins aan de hoofdstad. Opleiding van dames voor fceiegiufisbe, om bij even tueel® mobilisatie dienst to doen. Sediormwedghnjd to Amsterdam om het ajnuaboiira-kairipioonsel'jaip van den Nod. Sohe-rmbond. Proeftoobt van het stoom- sdhip „Sitoebonclo". „Dijkenrit" van do motorclub „Noord-Holland". Een van de hoofdstraten van Boekarest; d«e hoofd stad van Roemenië. Generaal von Bcse- lor inspecteert t>o Warsohau de cavalerie der Poolsohe Legioenen. Do Poolsahe Le gioen on passe er eii een te hunner eere op gerichte oerepooit te Warsohau. Bezoek van den Fransohen staatsman Clén\onoeau aan het Westelijk front. - Ec-n vcrfris- sdhend bad voor d'e paarden aan liet Weste lijk front. Panorama van een gedeelte van hot front aan de Sommc. Li don Doop der wedk versöhijnb hert) Kerstnummer. In het Kerstnummer zal een begin ge maakt worditn met een hoogst*interessanten roman van de 'hand van de begaafde schrijf- sber van „De Wapens neder", Bertha von Süttner, getiteld „High Life." Deze hoogst boeiende roman geeft een eigenaardige kijk op do tonbanden in de hooge, aristocratische kringen. Do oplóiding van verplegend persorvool. In „DE TIJD" wiid/b dir. N. P. v Spanje belangwekkende beschouwingen^ nia.n do vraag„Is Staatsbemoeiing met do opleiding voor ziekenverpleging ge- wenscht Do schrijver geeft oen overzicht van do ohtwikkelingsgosabdedenis tot den tegen- voordigen toestand.- Hij schetst hoe men van den tijd clat aan verplegenden niet d'e minste ekxhen gesteld werden, is gekomen tot dien, dat do beschaafdio vrouw haar in trede in de aiekenhuizen deed als verpleeg ster, e»n dan wijst hij op do stemmen, die uit (b kringen dier verplegenden zelf opgaan, >m to komen tM- b' irl ijke opleiding en diploma's. Do maag Is Staat-1 .-iiag mot do op- feidéng on diplcmoering der verplegenden gewenacht, beanrtjwfoo-rdt dir. Van Span jo noodgedrongen bevestigend"„En daaruit /olgt, schrijft hij dat mem ook het Staaterboeakht op dlo ziekenhuizen als oen noodzakelijk gevolg zal moeten aanvaar den Dr. Yan Spanje bepleit voorts oen onder ling toezicht op de Katholieke ziekonihuiaen xls in ons lamel re-rd- t ivoor de Chris telijke w-i'i te t) zich met het amendement niet vereenigen, waarop de lieer De KANTER he.fc intrekt. Alsnu komt art. 35 weer in behandeling. Do MINISTER YAN FINANCIËN ver klaart niet aan de bezwaren van den hoer Gerreteon te gemoet be kunnen komen. Het art. wordt z. li. st. aangenomen. Het aroondiement-DE KANTER op art. 45 wordt in stemming gebracht on verworpen met 43 tegen 5 stommen. De tweede lezing van het w.-o. zal op een nader te bepalen dag plaats hebben. SUPPL. INDISCHE BEGROOTING. Eon suppl. Indischo begroeting „1915 wordt z. h. st. aangenomen. WIJZIGING SUCCESSIEWET. Aan db orde is het w.-o. wijziging der suc cessiewet. Do heer SCHEURER betoogt, dat hij te gen het ontwerp zal moeten .stemmen, als men de eedsformule handhaaft. De eed is te heilig om -er mee te sollen. De MINISTER YAN FINANCIEN zet uiteen, dat men dien eed, niet kan missen bij heb w.-o. Do algemoene beraadslagingen worden gesleten. Bij art-. 61a betoogen de hoeren DRION FOCK en VAN flAALTE, dat hefc artikel twijfel overlaat. - De MINISTER YAN FINANCIEN vindt heb art. duidelijk genoeg. De hoer VAN RAALTE geeft in overwe ging, als men cis ongevallen onder levens verzekering wildoen vallen, dat er nadruk kelijk bij te vermelden. De MINISTER YAN FINANCIEN wij zigt het art. aldus. D-e heer KOOLEN doelt namens zijn po litieke vrienden med'e, dat zij niet voor het ontwerp kunnen stemmen, nu aan hun hcofd bezwaren niet is tegemoet gokomen. De hoeren DE MONTE VERLOREN en DUYMAER VAN TWIST verklaren even eens tegen te moeten stemmen. Het wetsontwerp wordt vervolgens in stemming gebracht on aangenomen met 39 tegen 16 stemmen (Links tegen Rechts, be halve die he-eren Gerritsen, Bichon, Snoeck Honkemans, De Geer cn Anbermun). Do vergadering wordt verdaagd tot Woensdagmorgen half twaalf. Z tting ran ©uitere b. ZEGELWET. Voortgegaan wordt mot do arioikoisgowij- zo behandeling van het wetsontwerp. Do art. 46—49 wordt z. h. et. aangeno men, nadat ©en amen dement-De Kanter, om te bepalen, dat hofc aögolreohb ook moet voldaan, omclat stukken aan den verzeker den of ander® belanghebbenden worclcoi toe- <jüz©nd-en of uitgereikt, door don Minister is overgenomen. Zijn b«j art. 61 ingediend amendement trekt heer DE KANTER in, omdat do Minister aan zijn bezwaren is 'co gemoet go- kanvan Do MINISTER wijzigt, na een aanmer king van den hoer DE MEESTER, het arti kel in dien zin, clat hot reohb van buiten land-- ha effe '.en verlaagd wordt van f 1.20 op f 1 Het art. wordt. z. h. st. aangonomon. De arbt. tot 90 eveneens. Bij art. 90 (Strafbopalingon) licht de hoor VAN SASSE VAN USSELT 'n amendement joe, om to laten vervallen do strafbepaling ten aanrien van hem, ctie in het afschrift -en roet d© waarheid strijdig© vermelding do eb omtrenfhot bedrag van het -in reko- jing gebrachte zegelrecht, indien uit die vermelding ©enig nadoel kon ontstaan. Do MINISTER verdedigt de strafbepa ling, doch brengt een redactiewijziging aan, waarna do hoer VAN SASSE VAN IJS- SELT rijn amondemonb intreikt'. Bij art. 99 verdedigt do hoor DE KAN TER oen amendement om ontheffing op heb recht ook te doen gelden voor aanteekening op polissen. De MINISTER VAN FINANCIËN kan Zitting van gisteren. (Vervolg). Eenige discussie word vervolgens geveerd over heb voorstel van GoJep. Staten tot her ziening van de regaling betreffende do p r o- vinciale bijdrage voor arm las t i- ge krankzinnigon en het bes'uit be-, treffend© do beschikbaar stolling van kapita len, voor bouw en uitbreiding van gestichten. De meerderheid der voor dit voorstel be noemde commissio ui t de Staten gevoelt zich met Gedep. Staten aangetrokken het gronddenkbeeld van dr. Schuurman Stek hoven, inspecteur van heb St^atsteez cht op krankzinnigen, enz., do gestichten t© ont lasten van een aan kil patiënten, waarvoor het verblijf noch tot eigen welzijn, noch ter beveiliging der samenleving m •olziko.ijk of zelfs wensoh olijk is. Zij onde -schrijft de mee ning der commissie van deskundigen, dat daardoor ook de behandeling van hen, die psychiatrische verzorging begeven, s'echts Winnen kan, en steunt mitsdien het voor stel, de provinciale bijdrage te handhaven voor dio inrichtingen, welke volgons de ge wijzigde rogeüng daarvoor in aanmerking komen. Een deel dew commisste beschouwt voorts het voorstel, beoogonde beschikbaarstelling van kapitalen voor bouw en uitbreiding van gestichten als eon onafwijsbaar gevolg van het handhaven der bijdragen, ook voor de nieuwe inrichtingen, terwijl oan ander d©el dit ontkent en meent, dat, waar het hier maar een proefneming geldt, in afwachting van een voorgestane reorganisatie van het geheele krankzinnigenwez^n, die proefne ming niet dadelijk tot kosibaxo stichtingen moest leiden. Door het lid mr. VAN BAVER worden nog eenige bozwaren geopperd en inltchlin- gon gevraagd, naar aanleiding waarvan het lid van Geil. Staten, de heer DE WILDE, voorstelde, om zoo noodig bij do Regee ring stappen to doen tot het verkrijgen van verruiming van art» 7 der Krankzin nigenwet. Do "Voorzitter der oommtesie, do heer PLATE, lichtte daarna toe hot oordeel der commissie, daarbij verdedigend© het oorste en bes te ij-den do heb tweede voorstel, onder mededeeling, dat hij behoort tot dat deel der commissie, dat meent, dat do onder- werjtelijko proofnoming niet dadelijk tot kostbare stichtingen moest leidon. Het -tweede voorstel werd daarna nog met klem Verdedigd door liet lid .van Ge- dop. Staten, den lieor DE WILDE. Het eerste voorst-el werd ten slotte zon der hoofdelijke stemming, het tweede met 45 tegen 19 stemmen aangenomen. Het daarna aan de orde komende voorstel tot vaststelling van het door Gedep. Staten ingediend ontwerp-Provinoiaal Werk- liédenreglement met de door de des betreffende commissie uib de Staten voorge stelde wijzigingen, omtrent welk voorstel en omtrent welke wijzigingen volkomen overeenstemming werd verkregen tusschen Ged. Staten en de commissle^bu, in ver band met die overeenstemming, naar de voorzitter hoopte, tot geen uitvoerige be sprekingen meer aanleiding geven. Ingediend werd een motie van do h'eeren Zaayer, Rudelhöff, Spiekman en Van Aal ten, tot instelling van een scheidsgerecht, welke motie werd bestreden door den heer EDERSHEIM, als voorzitter der commis sie uit do Staten voor het W-erkliedenregle- ment en door heb lid van God. Staten den heer DE WILDE, welke beide hoeren be toogden, dat de werklieden evengoed gullen zijn gediend met de voorges.elde commissie van advies ads met een scheidsgerecht. De motie werd verworpen met 52 tegen 15 stemmen. Bij de daarna gêvolgde behandeling van do artikelen, bepleitte de heer WESSËLING, rapporteur over deze zaak, met betrekking tob het loon, waarvan dö behandeling door Ged. Staten wordt voorgesteld, te donn ge schieden eerst in de aanstaande zomer-zit- ting, nog eenige, zijn9 inziens, gewenschte verbeteringen, o.a. aanbevelende het z.g. „familieloon" (rekening houdend mot do grootte van het gezin), zooals in Noord-Bra bant is voorgesteld. Do heer SPIEKMAN diende een amende ment in op "de bepaling, waarbij het een werkman is verboden zonder vergunning van God. Staten-handel te drijven, of een ne ring, of boroep uit te oefenen. Hij wenschte dit verbod to zien vervallen. Het lid van Ged. Staten, de heer DE IWILDE, verdedigde het verbod. Nadat ook do heer PERA zich had ver klaard voor behoud van het verbod, werd het amendement verworpen met 58 tegen 10 stemmen. Een amendement van den heer SPIEK MAN, gericht tegen de Kepaling, dat voor het brug- en sl uitpersen eel de arbeidsduur ten hoogste 78 uren per week bedraagt-, schaftijden daaronder begroten, om in p'aats van „78" te stellen „66" uur, werd met 46 tegen 21 stemmen verworpen. Overgenomen werd door Ged. Staten een amendement, om de uitbetaling van zes Weken loon aan -rlo nabes'aanden van een overleden werkman niet in gedeelten, me ar ineens uit te betalen. Een amendement van den heer VAN DER LIP en an.de. jn, om onder de op te leggen straffen, in 't ontwerp genoemd, te schrap pen het verleen en van ontslag met bijvoe ging van „eervol", werd na bestrijding door den heer' Edersbeim, voorzitter der com missie, verworpen mot 41 tegen 27 stemm,n. Een amondement-SPIEKMAN, om onde>r do strafbepalingen niet op te nemen inhou- ding van één of meer verlofdagen, d ar die j verlofdagen ook in het bel ng van den dierst I wanten gegeven, welk amen lament ook door den heer Wesseling werd ond-rstound. 'viel, i na bestrijding door de hoeren Edersbeim, voorzitter der commissie, en De Wilde, lid van Ged. Staten, met 49 tegen-16 stemmen. Aan do orde kwamen de be/a'ingen om trent het einde van de d enstbetrekking, waaromtrent do heer ZAAYER een opm r- king maakte. Spr. achtte het een leemte, dat onder de rolonen voor ongevraagd eer vol ontslag anders dan afs straf niet is opgenomen hét geval, da-t men iemands diensten niét moor noodig hooft, dus als er is vermindering van werkzaamheden. Een amendement te dezer zake werd door do commissie en Ge-I. Ste.ton overgenomen, waarna het geheele reglement werd goedge keurd en, do vergadering verdaagd tot Woensdag, 11 uur. inrichting o.a. wordt gonoenxl(ik citeer) het terrein mag in geen geval, on ondier welk® omstandigheden oo(k, grenzen aan op slagplaatsen van vuil, mestvaalten, stallen aanlegplaatsen van vaartuigen bestemd voor of in gebruik bij gemeentelijk® of par ticulier® reinigingsdiensten, daar d® lucht die dergelijke opslagplaatsengebouwen en vaartuigen verspreiden verre van aange naam te noemen is en bovendien, en dit vooral mot het oog op den ontsmettings- cLenst, een groot aantrökkingspunt vor men voor allerlei insecten waaronder vlie gen en muggen, die men de lovende over- brengore van a-llcrloi besmettelijke ziekten noemt -en die dit- ook inderdaad rijn, niet te vergoten en deze zidh hst grootst in aantal zullen doen vertegenwoordigen Wanneer men dus zoo'n inrichting in de nabijheid van zoo'n terrein, enz. opricht, voldoet men in geen goval aan de jaarlijk- sribe circulaire van den Centraleen Gezond heidsraad, -die daarin steeds met klom do aandacht vestigt op cn waarschuwt tegen •heb vlieigengov-aar voor besmetting. Alvorens de beslissing zal vall-en, meende ik goed te doen mijn medeburgers in kennis te stellen met de beschouwingen van dezen deskundige. Met clank voor de plaatsing toeken ik, Hoogachtend, v. ROSSUM DU CHATTEL. Leaden, 19 Deo. 1916. Da Capo. Donderdag a.s. aal hot pleat beslecht wor den, of de molen „De Sbior" zal verdwijnen en plaats moet maken voor de geprojec teerde ontamettin^inriohting. Nadat ik reeds in mijn oerste ingezonden stuk aantoonde de zeer ongunstige plaats voor een dergelijke inrichting is mij sinds dien nog nader gebleken, dat: a». Het terreón in dezo omgeving een groot gevaar oplevert. ~b. Het terrein veel te klein is. Nog nader wordt al het door mij opge noemde toegelicht ©n geïllustreerd als 't war® in oen mij toegezonden artikel in het Technisch Wochblaid, waar onder do vier voornaamste eischen voor een ontemebtdngs- Üe rede van ÏLIoyd George. Er was gisteren in heb Engolsche Lager huis een buitengewone belangstelling. Gc-en plaatsjo was onbezet. Men wist, dat Lloyd Georgo zou spreken over do vredesvoor stellen en over de politiek der nieuwe re geering. Over jle vredesvoorstellen. De minister-president) die, to:n hij op stond, luido werd toegejuicht-, heeft ge zegd: Ik verschijn voor hot Huis met do vree- selijkste verantwoordelijkheid, die een mensch kan worden opgelegd, nl. als de eerste raadsman van de kroon in den reus- achtigsten oorlog, waarin het land ooit ge wikkeld is geweekt, een oorlog van welks uitslag zijn lot afhangt. Het is de grootste oorlog, die ooit is gevoerd, de zwaarste, die dit of eenig ander land ooit heeft moe ten doormaken en de zaken, die er bij op het spel staan, zijn do ernstigste, dio ooit eon strijd,- waarin de monschheld werd ge stort, hebben gekenmerkt. Do verantwoordelijkheid der nieuwe re geering is plotseling versoherpc door de verklaring van den Du'tscLen rijkskanselier, wiens rede in den Rijksdag is gevolgd door een nota, die ons door de Vereenigde Sta ten zonder commentaar is aangeboden. Natuurlijk is reeds van gedachten ge wisseld, niet over de nota, omdat die nog maar pas is ontvangen, maar over de rede van den Duitschen rijkskanselier, en daar de nota daarvan feitelijk ©en reproductie 1 is, eigenlijk ook over de nota. Het doet mij; veel gencegen te kunnen verklaren, dit wij afzonderlijk en onafhankelijk van elkaar tot dezelfde conclusies zijn gekomen en ook, dat Frankrijk cn Rus'and het eerst hebben geantwoord, omdat zij ongetwijfeld het re ht hebben het eerste antwoord te geven op zulk een uitnoodiging. De vijand st at nog op hun gebied èn hun opofferingen z:jn groo- ter geweest dan do onze. Dat antwoord is reeds openbaar gemaakt en uit naam der regeering verbaar ik het volkomen en krach tig te steunen. Iedereen of elke groep mensohen, dio lichtzinnig of zonder voldoenden grond een schrikkelijk bloedbad a's d't zou voortzet ten, zou zjjn geweien bevlekken met een misdaad, dio de oceanen niet kunnen af- wasschen. Aan den amdc-tren leant is het even waar, dat iedereen of elke groeo mens-hen, dio uit een gevoel van vermoeidheid of wan hoop den strijd opgaf, zmder het hoogste doel verwezenlijkt te-hebban, waarvoor wij ons daarin mengden, zich aan de ernst'gste lafheid zou schuldig maken, die ooit eenig staatsman heeft volvoerd. Zijn wij vervolgde spr. in staat dat doel te bereiken, als w ij de uitnoodiging van den Duitschen kanselier aanvaartleu? Wat zijn do voorstellen? Er zijn er geen. Als wij met Duitschland, dat zichzelf als overwin naar uitroept, in onderhandeling traden zon der iets te \yeten omtrent de voorsteden, die het voornemens is te doen, zouden wij ons hoofd in een strop steken, waarvan het touw in Duitschland's hand was. Dit land is niet geheel zonder ervaring in deze dingen. Niet voor d}e teerste maal be vechten wij een groot militair despotisme, dat Europa bedreigt en niet voor de eerste maal zu'len wij een milit ir despotisme heb ben gefnuikt. Het was de geliefkoosd© ge- Roman naar het DuitscL DOOfi HERMINE* yiLLINGER. 32) Onnut was <le kamer uitgegaan. Nu kwa-m zij terug mot het kistje, dat zij zoo bang was geweest open te maken. Zij zette het op tafel, zeggen-de „Nu zijn wij allemaal zoo gelukkigik dachtnu is het oogonbiik gekomen. Belhapiol deelde do bijzondorheden van dat kistje a^n Renk mede en zij lazen met elkaar heb adres, met ccn oudcrwctscho hand geschreven „Weledelgeboren Vrouw© Mevrouw Grossi, Toone-elspoelstfii' asui don Hofschouw- burg to Froiburg. Pfanen!^ Hesperus haalde de nijptang er bij en zptto zich aan het werk, om do spijkertjes er uit te h.oMn 7,\ j zaton er als 't ware 'voor altijd ingeslagen. Krab k. n i. es met het hakmes en schoof het onder hot deksel van het last je. Daar vloog het opon. Zo stonden er allen omheen, vlak bij ellcaar. Onnut zag doodsbleek. Bovenop lag een klein, ovaal lijstje. Het was ee>n daguerroo-type. „Onze overgrootmoeder met Grootmama" zei Onnut. H?t was doodstil in do kamer. Do dokter hield het portretje in de hand „De vrouw, zoo rechtop, zoo resoluut, zoo Bink fluisterde hij, „een degelijk karakter het kind echter daaraan is alks natuur, leven, overmoedigheid Het portretje ging van hand tot hand. „Zoo was Onnut als kind preoies als Grootmama", zei Belhamel. „En jij bent hot evenbeeld van j'o over grootmoeder" verklaarde Renk. „Ja, ja", gaf Belhamel toe, met de oogen pp liet portretje'gevestigd, „nu begrijp ik het, nu is alles mij duidelijk." „En ik ik ik?" vroeg Krab ten derden maleu Een oogonbiik stilte; toen riep Onnut: „O, Krab, Krab, jij hebt het beste, j© hebt Grootmama's zorgendo hand." Nu vertoonde zich iets vroolijks in de oogen der jonge vrouw: „Ik ga naar de koukon om gebftkjes voor die koffie t© maken", zei ze. „Zio je wel, zie j® wel", knikte Hesperus haar toe, „als zij er niet was, zouden wij er allemaal slecht aan toe zijn." Juichend liepen de professortjes moeder naar d® keuken na. Er lagen twee brieven boven op het kistje, een van de hand van Overgrootmoeder en een van Grootmama. D® verdere inhoud bestond uit geheel verbrokkeld gebak, zoo hard gewordon als steen. Belhamel vergeleek de datums der brieven. „Je moosb dien van Grootmama* eerst lezen", zei ze tot» Onnut, „ja jij, dan is het of wij Grootmama hoorden sproken." Onnut las. „Lieve Moeder! Geloof mij, Moeder, hot spijt iedereen, dat ik al getrouwd ben. Twee prinsen heb ben mij al een huwelijk met de linkerhand aangeboden. „Hopsa!" heb ik gezegd, „ik bedank u wel, ik bon or een van nummer rechts."' Toon ik hier tot den^ntendant zoi: „Weet u, wij moeten onze huwelijksreis or hiér uitspelen", heeft hij zich half dood gelachen. Toen zoi hij: „Hoe oud is u?" „Achttien tot den twintigste van deze maand." „ïlobt ge uw man lief?" vroeg hij. „Hope loos." „O. wee!" roept hij. „Toon heb ik hem uitgotechen. „Waarlijk, moeder, ik bid u. wees maar volkomen gerust over mijn zedelijkheid. Uw ..rechtschapen, rechtschapen" klinkt mij den heelen dag in de ooren. Als ik zoowel in de drama's als in het. leven de felle hartstoch ten zie,* dan weet- ik zeker, zóó eentje ben ik niet. Maar ik kijk iedereen graag vrien delijk aan en dat is de strijd in ons huwelijk. Zoodra er een man in de buurt is, moet ik een somber geficht zotten. Ik kan nu een- woonte van een der grootsten onder deze» despoten om zich als hoeder van den vre^ desengel voor te doen, wanneer hg rijn af schuwelijke plannen daardoor hoopte t© kun nen dienen. Hij placht te verschijnen, wanneer hij tijd behoefd© om rijn veroveringen met el kaar in overeenstemming te brengten of rij» troepen te reorganiseer en voor ni©uwe> ver overingen of in de tweede plaats, als zijn onderdanen van vermoeidheid deden blijken en den oorlog beu bleken. De oproep ge schiedde steeds in naam der menschelijkheid; Hij eischte, dat ©en einde zou komen aan d© bloedstorting, waarvan hij volgens eigen ge tuigenis gruwde, maar waarvoor hij zelf iö d© eerste plaats verantwoordelijk was. Hij viel onze vaderen ineens op het lijf en zij en geheel Europa betreurden het bi.ter, als do lijd werd besteed aan de herindeeling van zijn strijdmacht voor een verpletterender slag, dan ooit den vrijheden van Europa werd toegebracht. Dergelijke voorbeelden bren gen ons er toe, deze nota met heel wat opj herinneringen steunende onrust t-e beschou wen. Wij beseffen, dat wij, alvorens zulk een: uitnoodiging in gunstig© ^overweging te kun nen nemen, moeten weten of Dui-schland bereid is toe te stemmen ih de eenige voor waarden, waarop het mogelijk is in Europa vrede te krijgen en te handhaven. Deze voorwaarden zrjn herhaaldelijk door alle lei" dend© staatslieden der geallieerden verkon digd. Asquith heeft ze herhaaldelijk mee gedeeld. Eet is van groot belang, dat er geen mis verstand heerschein een zaak van Teven en dood voor millioenen. Daarom zou hij, do spreker, ze nog eens herhalen: algeheel© schadeloosstelling, volledig herstel, doeltref fend© waarborgen. Heeft de Duït£ch© kanse lier een enkele zinsnede gebezigd, waaruit blijkb, dat hij geneigd is, zoo'n vredö t© aanvaarden? De'te volgen politiek. D© misslagen in Roemenië zijn to be-" jammeren, maar zij kunnen ton hoogst© den' oorlog verlengen. De min's.er-presid^nö schreef dit toe aan d© gebrokkigo orga nisatie der samenwerking der geallieerden. Ora t© voorkomen, dab do toestand iozak© Roemenië verergert, hebben de g:a)l.eer den krachtig© maatregelen togen Grieken land genomen, dio spr. als geslaagd be schouwde. Zij hebben besloten do agenten van Venizelos te erkennen. Lloy-d Georgo verklaard© zich overtuigd van d© eindoverwinning, indien het volk blijk gaf van denzelfden geest als do legers aan bet front. Lloyd Georgo is van meening, dit de ko loniën op ruimer schaal behooren to worden geraadpleegd ove-r do ontwikkeling en den loop van den oorlog. Hij is voornemens bin nenkort een conferentie van vertegenwoor digers uit verschillende dooien des rijks te beleggen, om de overzeesche gewesten daar over te liooren. Nopens do verhoudingen tussohen do ge allieerden zogt hij: or moot moor onderling worden overgelegd en minder do indruk worden gewekt, dat elk land al'o:n vooi zijn eigen front te zorgen heoft. Er behoort een politiek van hot „gemosnsch-ppelijke front" t'e zijn. - Lloyd George is overtuigd, dab do wijze, waarop» het kabinet is gereorganiseard, h:b meest in de lijn van do oorlogsoogmerken ligt. De toestand maakte het nood'g, (lab snel .een beslissing werd gevold. De geal lieerden hebben ton gevoljo vin' t^aa .heid bij het nomen van bes'.ui.en, bij herhaling ernsfcigen tegenslag gel oden. Hij loochent, dat de nieuwe regeling hot parleru-n air© toezicht zal verzwakken. Tijdens den oor log is de scheepvaart, di© oon levensbe lang voor ons is, in d©n waren zin des woards genationaliseerd". Deregeiring hoopt^ zeer spoedig in staat te zijn, niet alleen plannen to ontvouwen voor eon do?lwef' fender gebruik van in de vaart zjnd© salie-1 pen, maar ook voor jden aanbouw van sche pen, om de oorlogsslijtage to horste'lam Over het voedinigsvraigstuk deed Lloyd Georgo een beroep op het volk, om de re geering te steunen bij oen zoodanige ver deeling, dat niemand "honger beho:ft te lijden, omdat anderen te ved krijpen. l aat het volk zeid© spr. tijdens den oor log een nationale v sten lij 1 ar ond gen. Tn- zrj het geheele volk oon doei van dsn last der ovenvinning op zioli neomt, zal heb, al behalen wij ook do zege, daarvan geer voordeal trekken. Do regeering stelfc voor, onverwijld een directeur van nationalen dienst te benoe men, belast zoowel met de regeling van den militairen als met den burgerlijken dienst, die overigens streng gescheilen zu'lsn zijn. Ten aanzien van den burgerlijken dienst stelt de regeering voor te. beginnen met een schif ting van alle industrieën en diensten, naar gelang zij onontbeerlijk zijn of niet. Het ia twijfelachtig of zich voldoende arbeidskrach ten -zullen aanmelden, maar indien dit niet y maal niets, wat somber is, uitstaan. Als hij dan zoo woedend is, zet hij net een gezicht als destijds op de bewaarschool. En ik kan niet anders, ik moet dan vaae' o: dje teg?n hom zeggen, waar hij volmaakt woe >rd over wordt. ïn clion toestard hebben wij gis teravond do „Minna von Barnhelm'.' ge speeld. Hij was Tollheim en ik Franziska. De schouwburg vol. Geen enkel kaartje meer te krijgen. Een atmosfeer om te stikken. Maar wij hebben gespeeld! Eerst wiedend tc-gen elkaar steeds met oen schuinen blik over Minna hoen. En toen, ik weet zelf ntefc hoe het gekomen is, plotseling was alia boosheid over on wij bövielen elkaar onbe schrijfelijk goed en het publiek ook. E-n toen, wat dunkt u daar wol van, moede", h bb?n wij op wog naar huis een flosch champag ne meegenomen en een miniate lekkers uit den banketbakkerswinkel, hoofdaalt lijk moo renkoppen. Ik zal dien avord nooit verge'cn, zoolang ik leef. Ht op rijn schoot en wo 'neb ben geklonken en gezongen en we vonden het loven zoo zalig. (Slot volgt.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1916 | | pagina 5