No. 17406
"Woensdag S2 Tfovemtoer,
Eerste E&ladL A0. 1916.
Persoverzicht.
Tweede Kamer.
slot S&oeback.
Dehoofdslag. Dt. Kuyper schrijft
in een „STANDAARD''-driestar hoe, in
zake do Revisie voor <le anti-revolutionnoi-
ren do hoofdsla-g niet bij art. 80^ maar art.
192 moet worden geleverd.
Reeds nu ziet men'dan ook," schrijft bij,
„hoe de groote Grondwet-campagne van
meet af, zich.niet dan kort bij Artikel 89-
opliield, maar vrij snel overging op Art. 192.
D'och bij dit artikel zullen er djfcn*ojk
harde slagen vallen.
't Jammere is nu maar, "dat 't niet t'-is-
sche'n rechts en links zal staan. Dan toch
kon heb oen prachtig principieel duel
worden.
JVlaar zoo loopt 't niet.
Half rechts trekt om artikel 80 zijn troe
pen' achter do linie terug.
Daarom gaat de fclb stoot veeleer van de
gedupeerden links uit.
Eigenlijk van lipks is bang, om zijn
toekomst to verspelen.
Del-links en mak-links treden daarom
bitter gebeten tegen elkander op.
.Vooral do openbare onderwijzers knar
sen van spijt zich de tanden. Of er. daarom
in dit geknars kracht uitkomt?
Zo hebben geon leider l"
DeDistributiewet. Het maand
blad „WEG MET DEN WOEKER", or
gaan der Nationale Vereeni'ging tot "Bestrij
ding van den Woeker, schrijft o.a.
Dat de uitvoering der Distributieweb in
do practijk met vele moeilijkheden zou ge
paard gaan, hebben we van den aanvang af
voorzien. Waar zoo velerlei belangen bij de
vaststelling van bepalingen in heb belang
van do volksvoeding en van een doelmatige
distributie van goederen zijn betrokken,
daar kan liet niet anders of verschillende
<!ior belangen moesten 'met elkander in bofc-
sïüg'komoü, zoodra do wetgever ten clezo re
gelend ging optreden,
Niet vergoten moet daarbij worden, dab
een ingrijpende regeling van den omvang
cn de beteakenis, als do uitvoering der Dis-
tnbuti'owcb met zich meclc brengt, licht aan
leiding kan geren tob fouten, te meer. daar
de uitvoerders dezer web nimmer voor iels
dergelijks kwamen te staan en alles dus go-
hecl nieuw is. Wanneer eerst do wet maar
oenigo praktijk heeft medegemaakt en een
overzicht kan verkregen van de moeilijkhe
den, voorziene cn onvoorziene, welke moc-
f.on worden overwonnen, zal alles golcidelijk
beter gaan.
In stede va.n geschreeuw aan tö heffen
is het dus vrij wat beter af to wachten. Elk
oordeel over de Distri bu tie wot in zoo kor
ten tijd van haar werking noemen wij dan
oelc minst genomen voorbarig cn wij zullen
ons dan ook wel wachten reeds nu een oor-
-deel te goyen. .Do vele overtredingen der
Distributie wet, die nu reeds zijn geconsta
teerd oa waartegen thans ten minste kan
worden, opgetreden, moesten het publiek
doen inzien, dab (deze wet noodig was, om j
heb t-o beschermen tegen de gewctcnlooze I
levensmiddelen- en oorlogswoekeraars.
Do r c. h t e r z ij <1 o e n de b u Lten-
T a n d s c h e p o 1 i t i o k. Thans bespreekt
prof. Sfcruycken in ..VAN ONZEN TIJD" dè
/raag of heb wantrouwen gewettigd is met
.■etrekking tot flo van een ev-eatueele coali
tie-meerderheid te verwachten buitenland-
scho politiek.
Na vooropgesteld te hebben, dat het zoo
wel in het landsbelang als in dat der recht
se he partijen aelf is, dat hier onomwonden
gezegd W-OTdt, hoe het er mee staat, vraagt
hij .of de vreetf ongegrond is.
Biédt nu in dit opzicht dé rechterzijde
meer gevaar dan do linkerzijde? vraagt hij.
De oorlog deed een diepgaande verschei
denheid zien in de geestesstemming van ons
voile; krachtige sympathieën en antipathieën
len opzichte van de volkengroepen, die te
genover elkander staan in den wereldstryd,
kwamen tot openbaring. ,Voor zooveel de
.antipathieën op zichzelven aangaat, lag daar
in zeker, al sichaadt ook hier overdrijving,
weinig kwaad, een klein volk als het onze
staat in de internationale politiek, zoowel
in oorlogs-.als in vredestijd, het best keel,
afwerend tegenover alle omliggende groole
Staten, wier politieke adspiraties zeker niet
voor ons dezelfde beteekenis hebben, daar
om ook niet op gelijke wijze moeten-worden
gewaardeerd, maar wier verleden, om van
liet boden maar te zwijgen, ons toch een
aanwijzing moet zijn, ons altijd voorbereid
to houden op do mogelijkheid, dat zij te
'eeniger tijd de zorg voor het behoud en de
versterking hunner machtspositie hooger
zullen stellen dan den eerbied voor onze
zelfstandigheid. Antipathie, gewekt door
bezorgdheid, vrees voor wat ons van over
de grenzen te wachten staat, is daarom geen
euvel, maar eerder een natuurlijk element
in het beslaand-instinct van een klein, zelf-
standjg volk.
Heb gevaar ligt in de sympathieën voor
eendér omliggende Staten en de daaruit
voortspruitende antipathieën tegenover de
wederpartij. En in dat opzicht is en wordt
in ons volk ernstig gezondigd in beide rich
tingen, maar het ernstigst en door hot
grootste getal aan de zijde van lien, die hun
hart aan Duitschland hebben verpand. Dat
zi, zich meer voelen aangetrokken tot het
Duilsche karakter en de Duitsche bescha
ving dan tob de Franschoof de Etigèlsche,
is hun zaak, maar dat zij do Duitscho
'zaak hebben verdedigd als ware zij de onze,
waarheidszin en rechtsgevoel daarvoor heb
ben veil gehad, ieder, die niet in hun koor
instemde, scheidend voor pro-Geallieerd",
als ware geen andere tegenstelling dan „pro-
Du itscu" en „pro-Geallieerd" mogelijk; dat
zij zich door hun gevoel hebben laten mede-
sloepen, cm het gevaar, .dat onze zelfstan
digheid van liet jp&n-germanisme ca de Duit
scho expansiezuclifc dreigt, niet te willen
zien, of "licht daarover denken; dat zij het
als hun rcoping hebben beschouwd, alles,
wat Duitschland deed, te rechtvaardigen of
te vergoelijken, ook wanneer het .belang
van den kleinen Staat in 'fc algemeen, als
eigen belang in T bijzonder, gebiedend het
tegendeel vorderde, ja zelfs or niet voor zijn
teruggeschrikt, zedelijke en rechtsbeschoii-
w in eren lot de hunne te maken, die straks
den nval van den vijand ia ons eigen land,
de slachting onzer weerlooze burgers, de
verwoesting oozar eigendommen, de roeko-
looz» vernietiging onzer koopvaardijvloot
met haai' bemanning, zouden kjinnen recht
vaardigen, dat was een zonde, een grove
zonde tegen heb eigen vaderland. Ei zagen
zp. door hun gevoel mi3kid, misschien aan
vankelijk, alleon denkende aan de oorlog
voerende partijen, het kwaad niet in, dat zij
.doende waren, tegen hun eigen volk te be
drijven, cok toen hun geschrijf duidelijk
in dat licht was gesteld, hebben zij in het
booze volhard.
Is er nu een reden aan te nemen, dat
deze voor Viands vve'.sjjn verderfelijke men
taliteit meer wordt gevonden onder do
rechterzijde dan onder d? linkerzijde van ons
volk, en in zoo hoogo mate, dat een coali
tie me er dorheid als oen gevaar veer hst land'
zou z'jn te vreezen? Zóó moet- de vraag wor
den gestelek -
kevon'g m iddel e n s c iïa, ar s cli t o
on productie»? Over dit onderwerp
lezen wij in een. artikel in de „NIEUWE
KOT TÉR DAMSCHE COURANT":
Naar alle waarschijnlijkheid zal bij "de
aanstaande beraadslaging over de begreo-
ting het vraagstuk der voedselvoorziening,
weer een groot gedeelte van de aandacht
der Kamer voor zich op komen eischen.
Het blijkt reeds uit het voorleopig verslag
der Kamer, over Hoofdstuk I en .uit dut
over de begroeting van Landbouw.
Het is te hopen, dat de discussion dan
niofc te zeer naar allerlei details zuilen
worden afgeleid, noch tot achteraf-crifiek
zullen afdalen. Beschouwingen over d; Vraag,
hoe het kwam, dat gemeente A eenigo dagen
krap in do suiker zat, 'dat in gemeente B
't meel sciiaarsch was, waarom eea zekere
brief niet gauwer is beantwoord of waarom "n
bepaalde circulaire weer binnen 'n week door
een andere vervangen is, enz., zijn zeker be
langrijk, Wij willen daarvan niets af
dingen doch van nog' altijd voel en ved
meer gewicht dan deze kwesties vart uit
voering, is de algemeens vraag, of wrj met
het gansche systeem van onze voedselvoor
ziening, /en al, wat daarin is betrokken,
op den goeden weg zïja.
Bedriegen de. voorteekehen niet, dan z;d
in do komende maanden het voorzienings-
probleem een steeds ernstiger, misschien
wel ijzingwekkend karakter verkrijgen. Do
sciiaarsch to aan tal van voorwerpen*- van
dagelyksche behoefte, ën de daaruit voort
spruitende duurte, zijn niet anders don de
onvermijdelijke gevolgen van de abnormale
tijden, 'cfie Europa doormaakt. Het is nood
zakelijk, dat men zich daarvan in de .eerste
plaats rekenschap geeft.
In het begip van den oorlog hoeft mu-
uister Treub een trotseh woord gesproken:
Er zal in Nederland'geen honger worden
geleden.' .Wellicht zo u cfeze slants man, toen
hij dit-mooie gezegde lanceerde, waarop
men zich nu nog gaarne beroept, alsof
daarmede da oplossing van het vraagstuk
kan worden Yerlcregen,. niet zóó boud ge
sproken hebben, indien-hij met den lang<n
duur van den oorlog had rekening gehou
den. Hoe dit zrj, de 'ka-nk is nu opliet o.ogen
blik grooter, dat niet slechts in Neder/and,
doch in alle Zanden van Europa honger zal
worden-gèieden. Er 'dreigt oen tekort, dat
zolfs de best uitgevoerde distributiewet niet
kan 'verhelpen. Heb z:>w trouwens wel -een
wonder zijn, als het anders Was. Ree-l3'"eeii
tweetal jar on lang wordt, da productie van
oen van de grootste voortimen góngslanden
(Rusland) van do Euro-poescha markt ge
houden; do oogst 'in Amerika is van hot
jaar zeer tegengevallen. Daarbij komt, dat
in gansch .West-Europa do prc-iuctie, door
gemis aan Lemesfemgstoffen, is afgenomen.
Tientallen miiliaenen mannen, die in normale
tijden door 'hun arbeid in de behoeften
hielpen voorzien, zijn aan bun natuurlijke
bestemming onttrokken. Idocnt iemand, dat'
dit alles straffeloos zou kunnen plaats
hebben?
Er dreigt teen tekort laten, wij hot;
ons niet - ontvienzfen. lEr dreigt een tijd. to
komen, dat niet langer voor voel gefd. wei
nig, doch dat Cr- voor goud en goede woor
den niets meer te krijgen zal zijn. Reads
verluidt, dat men hier te lande, ter plaatse,
waar men don toq^tand kam overzien, met
name ten aanzien van. heb graan, verro van
geru§& is. Intussehen. eten wij or maar op
los
RECLAMES, 40 cento per regel.
A LA CORSETiERE RAMÖWDT.
LEIDEN'. Breestraat 31. Tel. Int. 1425.
Corsols naar maal. Ook
volgens medisch advies.
C670 1 i
||j. Zitting van gisteren. I i
KEGELING VAN WERKZAAMHEDEN.
De VOORZITTER deelt mede, dat Dins
dag 2S November 's avonds 8 uren zal wor
den begonnen met bet afdeelingsonderzoek
van een aantal wetsontwerpen, waaronder do
Indische begrooting.
De beer VISSER VAN IJZENDOORN geelt
in icverweging het aüdeelingsouderzoek over
dag te houden en niet 's avonds.
De VOORZITTER zegt, dat dit besluit
door de centrale sectie met algemeene stem
men is genomen. Wegens de Grondwetsher
ziening isr het moeilijk thans "avondzittingen
te houden.
Het is de vraag, .of vóór de volgende
week art. 192 zal zijn afgeloopen. Ook zijn
er dringende ontwerpen, die op afdoening
wachten.
De heer VISSER VAN IJZENDOORN stelt
nu voor, het alJeeangsonderzoek Woensdag
29-November, te houden, zoo noodig des
avonds voort £e zetten.
Dit voorstel wordt aangenomen met 36
togen 28 stemmen.
Mccht het onderzoek des avonds niet ge
reed komen, dan zal het Donderdagavond
worden voortgezet.
Op voorstel van den VOORZITTER wordt
voorts besloten a.s. Donderdag na de pauze
.over ta gaan tot het opmaken van een no
minatie vcor den Hoog'en Raad.
De heer EBKDMANS vraagt arn-de-orde-
stelling van het ontwerp betreffende den
Waterweg van Rotterdam naar Zee.
De VOORZITTER zegt, dat dit thans on
mogelijk is, maar dat dit zoo spoedig moge*
lijk za! geschieden.
H$ zegt voorts, dat het fc-it, dat schrif-
telr„k gestelde vragen vaak in do dagbladen
staan, voordat ze door den Voorzitter a-an
de Regeering kunnen zijn doorgezonden, in
booge mat? 's Voorzitters taak bemoeilijkt.
De. beor DUÏS zegt, dat het vaak voor
kwam, dat vragen deozelf ien dag in de cou
rant kwamen. Spr. zegt dit, omdat nu de in
druk kon gevestigd worden, dat dit pas met
door spr. gestalde vragen is geschied. Nu
daaraan veor den -Voorzitter bezwaren Kij
ken te kleven, zal spr. zich daarvan ont
houden, evenals spr. hoopt, dat de vele an
deren, die hetr -lfde deden, zulks zullen do».
De VOORZITTER zegt, dat li ij daarby
niet speciaal op den beer Duys hjelt ge
doeld, maar bet verzoek meer deed in ver
band met opmerkingen, door den heer Duy-
maer van Twist in den loop zajner rede ger
rnaakt.
AFDEELINGEN.
De VOORZITTER deelt mede, dat tot nf-
deelingsvoorzilter zijn benoemd de heeren
Jansen (Den Haag), De Meester, Troelstra,
Rnys de Beerenbrouclc en De Monty Ver
Loren, en lot onder-voorzitters do hoeren.
Helsdingen, Rink, Van Raalle, Van Vliet en
v, d. Velde.
INTERPELLATIE-JIARCHANT.
Daarna wordt voortgegaan met de behan
deling van de intrrpeliatie-Marchant.
Do heer TER LAAN (Den Haag) bepleit
oproeping van de militielichting 1917 en
de jaarklasse 1917 van den landstorm vóór
de jaarklasse 1909. Elk uitstel komt den
ouderen mannen len goede. Een wetswijzi
ging, daartoe strekkende, is spoedig ge
noeg tot stand te brengen. En ook, staat
in de wet, dat de landstorm de militie aflost,
dan bcteekent dit neg niet, dat het vorbo
llen is, dat do militie de militie aflest.
Lli.it de Minister halsstarrig dergelijke klei
ne wenschcn weigeren, dan krijgen we van
zelf oen vcorsle!, dat oen groot demobilisa
tie-debat brengt.
Roman naar het Duitsch
DOOR
HERMINE YILLINGER.
8)
Mademoiselle stak Grootmama oen Iïa ral-
vol lcanlon strookjes tce, die bij het vast
grijpen in haar hand gebleven waren.
„Gooi ao maar weg, Cassnlo, gooi -zo
v/:g," zei mevrouw Grossi lachend, „waü
zouon alle Btrooken mij heipon, als ilc daar.
in do diepte had 'lcgOn?'
Vroolgk ou welgemoed aanvaardden zij
den terugtocht. Over de ouderlooze eendjea
word riet weer gesproken. Grootmama's on
geval had allo andere dingen op don ach ter
grond gedrongen.
Jn. do zici der kleine Onnut alleenofit-
waakbe, na -don schrik over Grootmama, clo
licrinncriag aan het lot van do moederlooze-
ccndjee. In totaal afgetrokken, stemming
at zij ha-ar avondmaaltijd cn weldra stroom
den mollc on honig, tot con gemeenschappe
lijke waudoiing besloten, eendrachtig over
de tafel nuar Mademoiselle, dio volijverig
haar lange wijde "haouwen door de kleverige
stuus sloopte.
AI9 haar geliefde Madame eens veronge
lukt was! Aau iets anders kon do Francalle
niet denken.
Oolc de ouders aan dc overzijde van do
gang waren door het-voorval op den burcht
uit hun evenwicht geraakt. Alice greep haar
naaiwerk, waaraan zij vóór do geboorte van
haar eerste kind was begonnen, mot het
voornemen, al haar kinderen to klcedcn in
snoeperige jurkje#, die zij zelf gemaakt had.
In dion tussentijd wai*en er yijf kinder!jes
gekomen, maar het naaiwerk was nog altijd
r-iet klaar. Telkens na o?u bezoek van
j Grootmama werd dit werk weer voor dca.
dag gehaald. Dezen keer met een zeer bij-
zonder gevoel van bcfouw en schaamte.
Alico ving het gesprek aan met den sirmr-
I tol ijken uitroep
„O, Hemel! als Grootmama eens veronge
lukt was! Denk toch oen.-; aan, Ecümund
zei li ij van uit dc rookwolk, die op
steeg uit de mot zijn wapen versierd©-pijp,
,,het is nu mot- gebeurd."
„Hoo onbeschrijflijk weinig bekwaam b?n
1 ik toch bij haar vergeleken,viel zijn vrouw
hem in db rede.
„Onzin 1" viel-hij uib.
Zijn jachtverlcoudhoid, zooais hij de me
nigvuldige kouvatterijen noemde, dio hij op
de jacht opdeed, was erger geworden. Hij
moest- iödor oogonblik niezen en was in oen
tul le rs l eoliifl b humeur.
Heb echtpaar zat aan een kloin zijtafeltje
in da eetkamer. Een lamp stond tusschou
hen in, er vlogen een paar vlinders om hoen.
Do baron dampbo er woedsnd op los. Al-,
tijd als Grootmama er was, nam zijn vrouw
dat' akcligo werk in dc hand ©n in den regel
volgde er dan oen treurige avond.
Om dat to Verhinderen, begon hij'met de
tijding:
„Een prachtige jacht gehad vandaag
zeven -reeën
„Onze kinderen hebben geen schoenen,
geen kousen aan hun voelen, die niet van
haar; ""komen,viel zijn vrouw hom in
de rede.
„Best, daarvoor laat ik mij ook behande
len als een kwajongen. Meer kun J'o niet van
mij verlangen."
„Ik zou ho'isch niet- weten wat we begin
nen moesten," zoo zette Alice haar jere
miade voort „ik zou hot waarlijk niet. we
ten zonder Grootmama hadden do kin
deren niets om aan to trekken. Belhamel
merkt het ook al op.
Natuurlijk," stoof hij op, „aks Groot
mama mij in ieders tegenwoordigheid het
mannetje in de maan noemt .en jou Jererada
hoo zullen do kinderen dan respect voor
ons hebben? Hetgeen to ah zoo hoort,'' voeg
de hij er met nadruk bij.
„Nu hóeft zij weer voor nieuw ondergoed
gezorgd ik wist hot niet eens do groot©
kinder en waren overal uitgegroeid. Zoo iets
moest een moeder tóch weten, hemelIk wil
best loop ik niet iederen morgen vóór het
ontbijt door do kinderkamer om to kijken
of or w/at to doen is? Het" is ioderen dag
haast elf uur, voordat ilc aan het ontbijt
kom. Nog nóóit heb ik een kop warme kof
fie gehad."
„Loop de kinderkamer dan nie& door,"
wierp haar echtgenoot haar tegen.
„O, Edmund, alles overlaten aan di
arme Mademoiselle jo weet niet wat die
al 'niet uitvoert. Jij gaat op de jacht ori
amuseert je en ik zit hier on heb tijd over
alles 11a to denken. Ik zal {on minste liet
kleintje 's nachts bij me nemen, heb is voel
tc veel voor Mademoiselle ach, wat zou
•ik graag alles willen doen. Belhamel
wordt zoo bazig, cn donk eons aan. Onnut
jokt dc langste verhalen vertelt zij, waai
niets van aan is men moet- dus tiisseiien-'
I beido-komen. Ik zal het kind van den mov-
I gin tot den avond nagaan. Ja, ik wil mij
alle moeite geven
,,-To komt vandaag woer eens niet tot
rust;" viel .haar echtgenoot haar ongeduldig
in do redo, „ik wou je vertellen, dat ik ze
ven pairijzen geschoten heb en denk eens
aan," voegde hij er zegevierend bij, „Stein,
do pochhans, ge,-n één. Hij heeft eindelijk
toegegeven „lleoba:h, j© overtreft ons al
len," maar ik moet nu werkelijk een grogja
voor mij zelf klaar maken," voegde hij er
bij met lmaschc. stem/Hij riep Ernestine.
Zij kwam niofc.
Niet voordat de baron de deur had open
gerukt en con vloek cis plaats opzond, kwam
zij, ha-f aangeklccM, aangcloopcn.
„Warm water!" riep d? baron op beve
len-den toon.
„Nu nóg, om Iialftien," zoo speelde zij
op, „dab is dieren plagerij."
Eerstdaags vlieg je het huis nog uit
„Ik kan loope
Do baron was buit?n zichzelf van drift cn
green do leuning va-n ecu stoel.
Nu kwam. en* leren in zijn vrouw.
Zij vloog van haar stoel op, zond de meid
naar bed en deed de' deur achter haar dicht.
„Mademoiselle, zal wel water voor je war
men," bl-ddo zij haar echtgenoot gerust
„:1c zal.het aan Mademoiselle vragen."
Ook 3n do kinderkamer was nog geen
rustBelhamel was tc opgewonden, om tc
kunnen slapen, eri wilde ook de G-eorgien-
1 jes uit den slaap houden. Toen zij zich
voorover boog naar de zusjes, deed zij een
ontdekking. In twee sprongen viel zij op
hel. trommeltje aan, waarin Grootmama gc-
woonlijk^ een zekeren voorraad chocolade
achterliet. Do trommel was leeg.
„Dat ben jullie," riep Belhamel, op do
zusjes toesnellende, dat kan niemand an
ders zijn dan jullie jo hebt je mond nog
Spreker betoogt yervojgens, dat het niet!
noodzakelijk is, dat na demobilisatie een vob
tallige lichting in de kazierne blijft.
Spreker bepleit aanneming van de motie-:
Marchnnt. Mocht die motie niet worden aan-;
genomen, dan moet de opleiding in de woon,-:
plaatsen geschieden.
De heer DUYMAER .VAN TWIST: Daar
'zijn geen schietbanen I I
De heer TER LAAN: Dat' meet de Minisf-f
ter weten. -
Spreker dringt voorts aan op een betere'
verlcfsregeling.
De heer ARTS (Tilburg) klaagt over den.'
mobilisatiedruk. Velen ziea hun zaken ach'-.-
leruit gaan. Ook spreker zou liever de jonb*
gere lichting zien opgeroepen. Een zoo lang'-»
durige diensttijd buiten oorlogstoestand moet
het gehalte van het leger demoraliseeren'.,
Spreker zal daarom elke poging, om daar^
in verbetering te brengen, in deze Kameïl
gedaan, steunen.
De Minister van Oorlog, de heer BOSh
BOOM, deelt de resultaten mede van do wet}
van 31 Juli 1916 en welke zijn plannen zijn;
tot verdere uitvoering van die wet. De Ka^
mer kan 'dan gemakkelijk haar houding tef->
genóver do motie bepalen. Van de 16 lich
tingen, die op 1 Augustus 1914 onder de
wapenen waien, zijn er behalve de oudste,
landweerlichting, 10 lichtingen afgelost. Dii
door spreker voorspelde toestand is du be^
reikt: de mannen van db militielichting, dier
nu aan de beurt van aftreding is, zijn van'
clenzelfden leeftijd als de landstormmannen1,
die nu aan de beurt zijn. Deze kunnen nie8
zeggen, dat zg niet wisten, wat hun tar
wacntèn staat. Duidelijker dan spreker hoti
gezegd heelt, is niet mogelijk. Voorts wijsï
spreker er op, dat reeds bij Kon. Besl. vaa'
18 Augustus j.I. de landstormlichting 1909,
was aangewezen, dat 22 Augustus d.a.v*
aan de burgemeesters bij publicatie in db
„Sts.-Ct." daarvan kennis werd gegeven.
Wat zijn spr.'s verdere plannen ter af-,
lossing van de 5 andere lichtingen, die li
Augustus 1914 onder de wapenen waren?
Spr. meet het voorbehoud maken, dat 7-icü!
geen buitengewone moeilijkheden v"oordeent
maar overigens zal hij maken, dat vóór
1 Augustus 1917 alle lichtingen, dia Ij
Augustus 1914 onder de wapenen wareaij
zullen zijn af gelest. Spreker hoopt van db
landstormjaarklasscn 1907 en 1906 gee*l
gebruik behoeven te maken.
Totdat de noodzakelijkheid blijkt, hoopt
hij van die marge geen gebruik te maken. Dd
jaarklassen 1908 en 1917 zullen nog ondeï
de wapenen werden geroepen.
Uitstel zal kunnen worden verlesnd, maac
van afstel zal geen sprake zijir^
Dit wil spr. zoggen, als dit het dessous
mocht zijn van de^ beweging in de Kameq
ontstaan.
Spr. stelt zich op den bodem der wek
De landstorm moet de militie allosseu. Spr.
is echter zelfs zóó ver gegaan, dat er meert
menschen met verlof gegaan zijn, dan ei>.
onder de .wapens zijn. Dc genoemde viei'
lichtingen z;jn maar krap voor de aflossing,,
eigenlijk komt spr. er niet mee toe. Het uitp
stel zal niet meer dan. 2. a 3 maanden kun
nen zijn.
Waarom spr. niet de lichting 1917 lielf
voorgaan? Spr. vond bij- znn standpunt steun
bij den infcerpellant, toen de heer Ter I^aam
aandrong op oproeping van de mfliti3-Iïch>
ting 1916 vóór de toen op te roepen landp
st-armjaarklassc. .De Minister leest vo.or, waiö
de heer Merchant destijds heeft gezegd. Spn-
vindt ook bondgenooten in de Kamer blij;-»
kens het afdelingsverslag over de Oorlog^
begroeting 1916, waarin eveneens vervroeg
de oproeping van de lichting 1916 werd
bestreden met hetzelfde argument, dat de;
vol ik heb het geroken" riep rij ontr
st-cid, „dat is een diefatsil
Kon der -Gecrgïentjca beweerde:
„Onnut heeft het geclaan. wij niet 'a
Belhamel liep naar het bed. van hot zusje*
Het bsd v/as leeg.
„Zij heeft rich verstopt, rij heeft zich ver
stopt", riepen de G corgi entjes triomfecrond
- De meisjes zochten de kramer door, zij
lichtten bij op de donkere gang geen On
nut te bespeuren.
Bedliamel liep in haar nachtjapon met
blooto voet-/n de plaats op, den tuin- La. Zif
maakte zich ongerust, zoodat zij maar
steeds riep: „Onnut, kom toah wo zullen
j'e niets doen Icom toch binnen
Mademoiselle zat bij do wieg van hot»
kleintje cn hield nog steeds cb flesch in d©
hand, die het. kind leeggedronken hal. Heb
lawaai in de kamer daarnaast hinderde haat
niet. Do gave, onder de bozwarcndsfce om
standigheden te droomen, was al lang haar
deel geworden.
Nadat zij zich don heelen dag verheugd
had over hot be/jt van. do broche, bczu*aar<
do htiar nu tegen den avond de gedachte,
dat Madame 'de broche, waaraan zij zoo
lang gewoon was geweest, zou mhscn. Vroe
ger was zij vaak na zulk een overdreven
milde bui den volgenden morgen bij Made-
moisellc op cta kamer, gekomen met do woor
den „Zog, Casseletje, zou ik die pels niof»
terug kunne kriegc ik heb het zoo koud."
Oaar stond Belhamel op don drempel. Da
haren stonden woest om haar gezicht cn
haar stem beefde, toen rij vroeg S)ls Onnut»
bij u, Li,.1 'Jemokcllc
(VVoïdï Vervolgd)^