No. 17406 "Woensdag S2 Tfovemtoer, Eerste E&ladL A0. 1916. Persoverzicht. Tweede Kamer. slot S&oeback. Dehoofdslag. Dt. Kuyper schrijft in een „STANDAARD''-driestar hoe, in zake do Revisie voor <le anti-revolutionnoi- ren do hoofdsla-g niet bij art. 80^ maar art. 192 moet worden geleverd. Reeds nu ziet men'dan ook," schrijft bij, „hoe de groote Grondwet-campagne van meet af, zich.niet dan kort bij Artikel 89- opliield, maar vrij snel overging op Art. 192. D'och bij dit artikel zullen er djfcn*ojk harde slagen vallen. 't Jammere is nu maar, "dat 't niet t'-is- sche'n rechts en links zal staan. Dan toch kon heb oen prachtig principieel duel worden. JVlaar zoo loopt 't niet. Half rechts trekt om artikel 80 zijn troe pen' achter do linie terug. Daarom gaat de fclb stoot veeleer van de gedupeerden links uit. Eigenlijk van lipks is bang, om zijn toekomst to verspelen. Del-links en mak-links treden daarom bitter gebeten tegen elkander op. .Vooral do openbare onderwijzers knar sen van spijt zich de tanden. Of er. daarom in dit geknars kracht uitkomt? Zo hebben geon leider l" DeDistributiewet. Het maand blad „WEG MET DEN WOEKER", or gaan der Nationale Vereeni'ging tot "Bestrij ding van den Woeker, schrijft o.a. Dat de uitvoering der Distributieweb in do practijk met vele moeilijkheden zou ge paard gaan, hebben we van den aanvang af voorzien. Waar zoo velerlei belangen bij de vaststelling van bepalingen in heb belang van do volksvoeding en van een doelmatige distributie van goederen zijn betrokken, daar kan liet niet anders of verschillende <!ior belangen moesten 'met elkander in bofc- sïüg'komoü, zoodra do wetgever ten clezo re gelend ging optreden, Niet vergoten moet daarbij worden, dab een ingrijpende regeling van den omvang cn de beteakenis, als do uitvoering der Dis- tnbuti'owcb met zich meclc brengt, licht aan leiding kan geren tob fouten, te meer. daar de uitvoerders dezer web nimmer voor iels dergelijks kwamen te staan en alles dus go- hecl nieuw is. Wanneer eerst do wet maar oenigo praktijk heeft medegemaakt en een overzicht kan verkregen van de moeilijkhe den, voorziene cn onvoorziene, welke moc- f.on worden overwonnen, zal alles golcidelijk beter gaan. In stede va.n geschreeuw aan tö heffen is het dus vrij wat beter af to wachten. Elk oordeel over de Distri bu tie wot in zoo kor ten tijd van haar werking noemen wij dan oelc minst genomen voorbarig cn wij zullen ons dan ook wel wachten reeds nu een oor- -deel te goyen. .Do vele overtredingen der Distributie wet, die nu reeds zijn geconsta teerd oa waartegen thans ten minste kan worden, opgetreden, moesten het publiek doen inzien, dab (deze wet noodig was, om j heb t-o beschermen tegen de gewctcnlooze I levensmiddelen- en oorlogswoekeraars. Do r c. h t e r z ij <1 o e n de b u Lten- T a n d s c h e p o 1 i t i o k. Thans bespreekt prof. Sfcruycken in ..VAN ONZEN TIJD" dè /raag of heb wantrouwen gewettigd is met .■etrekking tot flo van een ev-eatueele coali tie-meerderheid te verwachten buitenland- scho politiek. Na vooropgesteld te hebben, dat het zoo wel in het landsbelang als in dat der recht se he partijen aelf is, dat hier onomwonden gezegd W-OTdt, hoe het er mee staat, vraagt hij .of de vreetf ongegrond is. Biédt nu in dit opzicht dé rechterzijde meer gevaar dan do linkerzijde? vraagt hij. De oorlog deed een diepgaande verschei denheid zien in de geestesstemming van ons voile; krachtige sympathieën en antipathieën len opzichte van de volkengroepen, die te genover elkander staan in den wereldstryd, kwamen tot openbaring. ,Voor zooveel de .antipathieën op zichzelven aangaat, lag daar in zeker, al sichaadt ook hier overdrijving, weinig kwaad, een klein volk als het onze staat in de internationale politiek, zoowel in oorlogs-.als in vredestijd, het best keel, afwerend tegenover alle omliggende groole Staten, wier politieke adspiraties zeker niet voor ons dezelfde beteekenis hebben, daar om ook niet op gelijke wijze moeten-worden gewaardeerd, maar wier verleden, om van liet boden maar te zwijgen, ons toch een aanwijzing moet zijn, ons altijd voorbereid to houden op do mogelijkheid, dat zij te 'eeniger tijd de zorg voor het behoud en de versterking hunner machtspositie hooger zullen stellen dan den eerbied voor onze zelfstandigheid. Antipathie, gewekt door bezorgdheid, vrees voor wat ons van over de grenzen te wachten staat, is daarom geen euvel, maar eerder een natuurlijk element in het beslaand-instinct van een klein, zelf- standjg volk. Heb gevaar ligt in de sympathieën voor eendér omliggende Staten en de daaruit voortspruitende antipathieën tegenover de wederpartij. En in dat opzicht is en wordt in ons volk ernstig gezondigd in beide rich tingen, maar het ernstigst en door hot grootste getal aan de zijde van lien, die hun hart aan Duitschland hebben verpand. Dat zi, zich meer voelen aangetrokken tot het Duilsche karakter en de Duitsche bescha ving dan tob de Franschoof de Etigèlsche, is hun zaak, maar dat zij do Duitscho 'zaak hebben verdedigd als ware zij de onze, waarheidszin en rechtsgevoel daarvoor heb ben veil gehad, ieder, die niet in hun koor instemde, scheidend voor pro-Geallieerd", als ware geen andere tegenstelling dan „pro- Du itscu" en „pro-Geallieerd" mogelijk; dat zij zich door hun gevoel hebben laten mede- sloepen, cm het gevaar, .dat onze zelfstan digheid van liet jp&n-germanisme ca de Duit scho expansiezuclifc dreigt, niet te willen zien, of "licht daarover denken; dat zij het als hun rcoping hebben beschouwd, alles, wat Duitschland deed, te rechtvaardigen of te vergoelijken, ook wanneer het .belang van den kleinen Staat in 'fc algemeen, als eigen belang in T bijzonder, gebiedend het tegendeel vorderde, ja zelfs or niet voor zijn teruggeschrikt, zedelijke en rechtsbeschoii- w in eren lot de hunne te maken, die straks den nval van den vijand ia ons eigen land, de slachting onzer weerlooze burgers, de verwoesting oozar eigendommen, de roeko- looz» vernietiging onzer koopvaardijvloot met haai' bemanning, zouden kjinnen recht vaardigen, dat was een zonde, een grove zonde tegen heb eigen vaderland. Ei zagen zp. door hun gevoel mi3kid, misschien aan vankelijk, alleon denkende aan de oorlog voerende partijen, het kwaad niet in, dat zij .doende waren, tegen hun eigen volk te be drijven, cok toen hun geschrijf duidelijk in dat licht was gesteld, hebben zij in het booze volhard. Is er nu een reden aan te nemen, dat deze voor Viands vve'.sjjn verderfelijke men taliteit meer wordt gevonden onder do rechterzijde dan onder d? linkerzijde van ons volk, en in zoo hoogo mate, dat een coali tie me er dorheid als oen gevaar veer hst land' zou z'jn te vreezen? Zóó moet- de vraag wor den gestelek - kevon'g m iddel e n s c iïa, ar s cli t o on productie»? Over dit onderwerp lezen wij in een. artikel in de „NIEUWE KOT TÉR DAMSCHE COURANT": Naar alle waarschijnlijkheid zal bij "de aanstaande beraadslaging over de begreo- ting het vraagstuk der voedselvoorziening, weer een groot gedeelte van de aandacht der Kamer voor zich op komen eischen. Het blijkt reeds uit het voorleopig verslag der Kamer, over Hoofdstuk I en .uit dut over de begroeting van Landbouw. Het is te hopen, dat de discussion dan niofc te zeer naar allerlei details zuilen worden afgeleid, noch tot achteraf-crifiek zullen afdalen. Beschouwingen over d; Vraag, hoe het kwam, dat gemeente A eenigo dagen krap in do suiker zat, 'dat in gemeente B 't meel sciiaarsch was, waarom eea zekere brief niet gauwer is beantwoord of waarom "n bepaalde circulaire weer binnen 'n week door een andere vervangen is, enz., zijn zeker be langrijk, Wij willen daarvan niets af dingen doch van nog' altijd voel en ved meer gewicht dan deze kwesties vart uit voering, is de algemeens vraag, of wrj met het gansche systeem van onze voedselvoor ziening, /en al, wat daarin is betrokken, op den goeden weg zïja. Bedriegen de. voorteekehen niet, dan z;d in do komende maanden het voorzienings- probleem een steeds ernstiger, misschien wel ijzingwekkend karakter verkrijgen. Do sciiaarsch to aan tal van voorwerpen*- van dagelyksche behoefte, ën de daaruit voort spruitende duurte, zijn niet anders don de onvermijdelijke gevolgen van de abnormale tijden, 'cfie Europa doormaakt. Het is nood zakelijk, dat men zich daarvan in de .eerste plaats rekenschap geeft. In het begip van den oorlog hoeft mu- uister Treub een trotseh woord gesproken: Er zal in Nederland'geen honger worden geleden.' .Wellicht zo u cfeze slants man, toen hij dit-mooie gezegde lanceerde, waarop men zich nu nog gaarne beroept, alsof daarmede da oplossing van het vraagstuk kan worden Yerlcregen,. niet zóó boud ge sproken hebben, indien-hij met den lang<n duur van den oorlog had rekening gehou den. Hoe dit zrj, de 'ka-nk is nu opliet o.ogen blik grooter, dat niet slechts in Neder/and, doch in alle Zanden van Europa honger zal worden-gèieden. Er 'dreigt oen tekort, dat zolfs de best uitgevoerde distributiewet niet kan 'verhelpen. Heb z:>w trouwens wel -een wonder zijn, als het anders Was. Ree-l3'"eeii tweetal jar on lang wordt, da productie van oen van de grootste voortimen góngslanden (Rusland) van do Euro-poescha markt ge houden; do oogst 'in Amerika is van hot jaar zeer tegengevallen. Daarbij komt, dat in gansch .West-Europa do prc-iuctie, door gemis aan Lemesfemgstoffen, is afgenomen. Tientallen miiliaenen mannen, die in normale tijden door 'hun arbeid in de behoeften hielpen voorzien, zijn aan bun natuurlijke bestemming onttrokken. Idocnt iemand, dat' dit alles straffeloos zou kunnen plaats hebben? Er dreigt teen tekort laten, wij hot; ons niet - ontvienzfen. lEr dreigt een tijd. to komen, dat niet langer voor voel gefd. wei nig, doch dat Cr- voor goud en goede woor den niets meer te krijgen zal zijn. Reads verluidt, dat men hier te lande, ter plaatse, waar men don toq^tand kam overzien, met name ten aanzien van. heb graan, verro van geru§& is. Intussehen. eten wij or maar op los RECLAMES, 40 cento per regel. A LA CORSETiERE RAMÖWDT. LEIDEN'. Breestraat 31. Tel. Int. 1425. Corsols naar maal. Ook volgens medisch advies. C670 1 i ||j. Zitting van gisteren. I i KEGELING VAN WERKZAAMHEDEN. De VOORZITTER deelt mede, dat Dins dag 2S November 's avonds 8 uren zal wor den begonnen met bet afdeelingsonderzoek van een aantal wetsontwerpen, waaronder do Indische begrooting. De beer VISSER VAN IJZENDOORN geelt in icverweging het aüdeelingsouderzoek over dag te houden en niet 's avonds. De VOORZITTER zegt, dat dit besluit door de centrale sectie met algemeene stem men is genomen. Wegens de Grondwetsher ziening isr het moeilijk thans "avondzittingen te houden. Het is de vraag, .of vóór de volgende week art. 192 zal zijn afgeloopen. Ook zijn er dringende ontwerpen, die op afdoening wachten. De heer VISSER VAN IJZENDOORN stelt nu voor, het alJeeangsonderzoek Woensdag 29-November, te houden, zoo noodig des avonds voort £e zetten. Dit voorstel wordt aangenomen met 36 togen 28 stemmen. Mccht het onderzoek des avonds niet ge reed komen, dan zal het Donderdagavond worden voortgezet. Op voorstel van den VOORZITTER wordt voorts besloten a.s. Donderdag na de pauze .over ta gaan tot het opmaken van een no minatie vcor den Hoog'en Raad. De heer EBKDMANS vraagt arn-de-orde- stelling van het ontwerp betreffende den Waterweg van Rotterdam naar Zee. De VOORZITTER zegt, dat dit thans on mogelijk is, maar dat dit zoo spoedig moge* lijk za! geschieden. H$ zegt voorts, dat het fc-it, dat schrif- telr„k gestelde vragen vaak in do dagbladen staan, voordat ze door den Voorzitter a-an de Regeering kunnen zijn doorgezonden, in booge mat? 's Voorzitters taak bemoeilijkt. De. beor DUÏS zegt, dat het vaak voor kwam, dat vragen deozelf ien dag in de cou rant kwamen. Spr. zegt dit, omdat nu de in druk kon gevestigd worden, dat dit pas met door spr. gestalde vragen is geschied. Nu daaraan veor den -Voorzitter bezwaren Kij ken te kleven, zal spr. zich daarvan ont houden, evenals spr. hoopt, dat de vele an deren, die hetr -lfde deden, zulks zullen do». De VOORZITTER zegt, dat li ij daarby niet speciaal op den beer Duys hjelt ge doeld, maar bet verzoek meer deed in ver band met opmerkingen, door den heer Duy- maer van Twist in den loop zajner rede ger rnaakt. AFDEELINGEN. De VOORZITTER deelt mede, dat tot nf- deelingsvoorzilter zijn benoemd de heeren Jansen (Den Haag), De Meester, Troelstra, Rnys de Beerenbrouclc en De Monty Ver Loren, en lot onder-voorzitters do hoeren. Helsdingen, Rink, Van Raalle, Van Vliet en v, d. Velde. INTERPELLATIE-JIARCHANT. Daarna wordt voortgegaan met de behan deling van de intrrpeliatie-Marchant. Do heer TER LAAN (Den Haag) bepleit oproeping van de militielichting 1917 en de jaarklasse 1917 van den landstorm vóór de jaarklasse 1909. Elk uitstel komt den ouderen mannen len goede. Een wetswijzi ging, daartoe strekkende, is spoedig ge noeg tot stand te brengen. En ook, staat in de wet, dat de landstorm de militie aflost, dan bcteekent dit neg niet, dat het vorbo llen is, dat do militie de militie aflest. Lli.it de Minister halsstarrig dergelijke klei ne wenschcn weigeren, dan krijgen we van zelf oen vcorsle!, dat oen groot demobilisa tie-debat brengt. Roman naar het Duitsch DOOR HERMINE YILLINGER. 8) Mademoiselle stak Grootmama oen Iïa ral- vol lcanlon strookjes tce, die bij het vast grijpen in haar hand gebleven waren. „Gooi ao maar weg, Cassnlo, gooi -zo v/:g," zei mevrouw Grossi lachend, „waü zouon alle Btrooken mij heipon, als ilc daar. in do diepte had 'lcgOn?' Vroolgk ou welgemoed aanvaardden zij den terugtocht. Over de ouderlooze eendjea word riet weer gesproken. Grootmama's on geval had allo andere dingen op don ach ter grond gedrongen. Jn. do zici der kleine Onnut alleenofit- waakbe, na -don schrik over Grootmama, clo licrinncriag aan het lot van do moederlooze- ccndjee. In totaal afgetrokken, stemming at zij ha-ar avondmaaltijd cn weldra stroom den mollc on honig, tot con gemeenschappe lijke waudoiing besloten, eendrachtig over de tafel nuar Mademoiselle, dio volijverig haar lange wijde "haouwen door de kleverige stuus sloopte. AI9 haar geliefde Madame eens veronge lukt was! Aau iets anders kon do Francalle niet denken. Oolc de ouders aan dc overzijde van do gang waren door het-voorval op den burcht uit hun evenwicht geraakt. Alice greep haar naaiwerk, waaraan zij vóór do geboorte van haar eerste kind was begonnen, mot het voornemen, al haar kinderen to klcedcn in snoeperige jurkje#, die zij zelf gemaakt had. In dion tussentijd wai*en er yijf kinder!jes gekomen, maar het naaiwerk was nog altijd r-iet klaar. Telkens na o?u bezoek van j Grootmama werd dit werk weer voor dca. dag gehaald. Dezen keer met een zeer bij- zonder gevoel van bcfouw en schaamte. Alico ving het gesprek aan met den sirmr- I tol ijken uitroep „O, Hemel! als Grootmama eens veronge lukt was! Denk toch oen.-; aan, Ecümund zei li ij van uit dc rookwolk, die op steeg uit de mot zijn wapen versierd©-pijp, ,,het is nu mot- gebeurd." „Hoo onbeschrijflijk weinig bekwaam b?n 1 ik toch bij haar vergeleken,viel zijn vrouw hem in db rede. „Onzin 1" viel-hij uib. Zijn jachtverlcoudhoid, zooais hij de me nigvuldige kouvatterijen noemde, dio hij op de jacht opdeed, was erger geworden. Hij moest- iödor oogonblik niezen en was in oen tul le rs l eoliifl b humeur. Heb echtpaar zat aan een kloin zijtafeltje in da eetkamer. Een lamp stond tusschou hen in, er vlogen een paar vlinders om hoen. Do baron dampbo er woedsnd op los. Al-, tijd als Grootmama er was, nam zijn vrouw dat' akcligo werk in dc hand ©n in den regel volgde er dan oen treurige avond. Om dat to Verhinderen, begon hij'met de tijding: „Een prachtige jacht gehad vandaag zeven -reeën „Onze kinderen hebben geen schoenen, geen kousen aan hun voelen, die niet van haar; ""komen,viel zijn vrouw hom in de rede. „Best, daarvoor laat ik mij ook behande len als een kwajongen. Meer kun J'o niet van mij verlangen." „Ik zou ho'isch niet- weten wat we begin nen moesten," zoo zette Alice haar jere miade voort „ik zou hot waarlijk niet. we ten zonder Grootmama hadden do kin deren niets om aan to trekken. Belhamel merkt het ook al op. Natuurlijk," stoof hij op, „aks Groot mama mij in ieders tegenwoordigheid het mannetje in de maan noemt .en jou Jererada hoo zullen do kinderen dan respect voor ons hebben? Hetgeen to ah zoo hoort,'' voeg de hij er met nadruk bij. „Nu hóeft zij weer voor nieuw ondergoed gezorgd ik wist hot niet eens do groot© kinder en waren overal uitgegroeid. Zoo iets moest een moeder tóch weten, hemelIk wil best loop ik niet iederen morgen vóór het ontbijt door do kinderkamer om to kijken of or w/at to doen is? Het" is ioderen dag haast elf uur, voordat ilc aan het ontbijt kom. Nog nóóit heb ik een kop warme kof fie gehad." „Loop de kinderkamer dan nie& door," wierp haar echtgenoot haar tegen. „O, Edmund, alles overlaten aan di arme Mademoiselle jo weet niet wat die al 'niet uitvoert. Jij gaat op de jacht ori amuseert je en ik zit hier on heb tijd over alles 11a to denken. Ik zal {on minste liet kleintje 's nachts bij me nemen, heb is voel tc veel voor Mademoiselle ach, wat zou •ik graag alles willen doen. Belhamel wordt zoo bazig, cn donk eons aan. Onnut jokt dc langste verhalen vertelt zij, waai niets van aan is men moet- dus tiisseiien-' I beido-komen. Ik zal het kind van den mov- I gin tot den avond nagaan. Ja, ik wil mij alle moeite geven ,,-To komt vandaag woer eens niet tot rust;" viel .haar echtgenoot haar ongeduldig in do redo, „ik wou je vertellen, dat ik ze ven pairijzen geschoten heb en denk eens aan," voegde hij er zegevierend bij, „Stein, do pochhans, ge,-n één. Hij heeft eindelijk toegegeven „lleoba:h, j© overtreft ons al len," maar ik moet nu werkelijk een grogja voor mij zelf klaar maken," voegde hij er bij met lmaschc. stem/Hij riep Ernestine. Zij kwam niofc. Niet voordat de baron de deur had open gerukt en con vloek cis plaats opzond, kwam zij, ha-f aangeklccM, aangcloopcn. „Warm water!" riep d? baron op beve len-den toon. „Nu nóg, om Iialftien," zoo speelde zij op, „dab is dieren plagerij." Eerstdaags vlieg je het huis nog uit „Ik kan loope Do baron was buit?n zichzelf van drift cn green do leuning va-n ecu stoel. Nu kwam. en* leren in zijn vrouw. Zij vloog van haar stoel op, zond de meid naar bed en deed de' deur achter haar dicht. „Mademoiselle, zal wel water voor je war men," bl-ddo zij haar echtgenoot gerust „:1c zal.het aan Mademoiselle vragen." Ook 3n do kinderkamer was nog geen rustBelhamel was tc opgewonden, om tc kunnen slapen, eri wilde ook de G-eorgien- 1 jes uit den slaap houden. Toen zij zich voorover boog naar de zusjes, deed zij een ontdekking. In twee sprongen viel zij op hel. trommeltje aan, waarin Grootmama gc- woonlijk^ een zekeren voorraad chocolade achterliet. Do trommel was leeg. „Dat ben jullie," riep Belhamel, op do zusjes toesnellende, dat kan niemand an ders zijn dan jullie jo hebt je mond nog Spreker betoogt yervojgens, dat het niet! noodzakelijk is, dat na demobilisatie een vob tallige lichting in de kazierne blijft. Spreker bepleit aanneming van de motie-: Marchnnt. Mocht die motie niet worden aan-; genomen, dan moet de opleiding in de woon,-: plaatsen geschieden. De heer DUYMAER .VAN TWIST: Daar 'zijn geen schietbanen I I De heer TER LAAN: Dat' meet de Minisf-f ter weten. - Spreker dringt voorts aan op een betere' verlcfsregeling. De heer ARTS (Tilburg) klaagt over den.' mobilisatiedruk. Velen ziea hun zaken ach'-.- leruit gaan. Ook spreker zou liever de jonb* gere lichting zien opgeroepen. Een zoo lang'-» durige diensttijd buiten oorlogstoestand moet het gehalte van het leger demoraliseeren'., Spreker zal daarom elke poging, om daar^ in verbetering te brengen, in deze Kameïl gedaan, steunen. De Minister van Oorlog, de heer BOSh BOOM, deelt de resultaten mede van do wet} van 31 Juli 1916 en welke zijn plannen zijn; tot verdere uitvoering van die wet. De Ka^ mer kan 'dan gemakkelijk haar houding tef-> genóver do motie bepalen. Van de 16 lich tingen, die op 1 Augustus 1914 onder de wapenen waien, zijn er behalve de oudste, landweerlichting, 10 lichtingen afgelost. Dii door spreker voorspelde toestand is du be^ reikt: de mannen van db militielichting, dier nu aan de beurt van aftreding is, zijn van' clenzelfden leeftijd als de landstormmannen1, die nu aan de beurt zijn. Deze kunnen nie8 zeggen, dat zg niet wisten, wat hun tar wacntèn staat. Duidelijker dan spreker hoti gezegd heelt, is niet mogelijk. Voorts wijsï spreker er op, dat reeds bij Kon. Besl. vaa' 18 Augustus j.I. de landstormlichting 1909, was aangewezen, dat 22 Augustus d.a.v* aan de burgemeesters bij publicatie in db „Sts.-Ct." daarvan kennis werd gegeven. Wat zijn spr.'s verdere plannen ter af-, lossing van de 5 andere lichtingen, die li Augustus 1914 onder de wapenen waren? Spr. meet het voorbehoud maken, dat 7-icü! geen buitengewone moeilijkheden v"oordeent maar overigens zal hij maken, dat vóór 1 Augustus 1917 alle lichtingen, dia Ij Augustus 1914 onder de wapenen wareaij zullen zijn af gelest. Spreker hoopt van db landstormjaarklasscn 1907 en 1906 gee*l gebruik behoeven te maken. Totdat de noodzakelijkheid blijkt, hoopt hij van die marge geen gebruik te maken. Dd jaarklassen 1908 en 1917 zullen nog ondeï de wapenen werden geroepen. Uitstel zal kunnen worden verlesnd, maac van afstel zal geen sprake zijir^ Dit wil spr. zoggen, als dit het dessous mocht zijn van de^ beweging in de Kameq ontstaan. Spr. stelt zich op den bodem der wek De landstorm moet de militie allosseu. Spr. is echter zelfs zóó ver gegaan, dat er meert menschen met verlof gegaan zijn, dan ei>. onder de .wapens zijn. Dc genoemde viei' lichtingen z;jn maar krap voor de aflossing,, eigenlijk komt spr. er niet mee toe. Het uitp stel zal niet meer dan. 2. a 3 maanden kun nen zijn. Waarom spr. niet de lichting 1917 lielf voorgaan? Spr. vond bij- znn standpunt steun bij den infcerpellant, toen de heer Ter I^aam aandrong op oproeping van de mfliti3-Iïch> ting 1916 vóór de toen op te roepen landp st-armjaarklassc. .De Minister leest vo.or, waiö de heer Merchant destijds heeft gezegd. Spn- vindt ook bondgenooten in de Kamer blij;-» kens het afdelingsverslag over de Oorlog^ begroeting 1916, waarin eveneens vervroeg de oproeping van de lichting 1916 werd bestreden met hetzelfde argument, dat de; vol ik heb het geroken" riep rij ontr st-cid, „dat is een diefatsil Kon der -Gecrgïentjca beweerde: „Onnut heeft het geclaan. wij niet 'a Belhamel liep naar het bed. van hot zusje* Het bsd v/as leeg. „Zij heeft rich verstopt, rij heeft zich ver stopt", riepen de G corgi entjes triomfecrond - De meisjes zochten de kramer door, zij lichtten bij op de donkere gang geen On nut te bespeuren. Bedliamel liep in haar nachtjapon met blooto voet-/n de plaats op, den tuin- La. Zif maakte zich ongerust, zoodat zij maar steeds riep: „Onnut, kom toah wo zullen j'e niets doen Icom toch binnen Mademoiselle zat bij do wieg van hot» kleintje cn hield nog steeds cb flesch in d© hand, die het. kind leeggedronken hal. Heb lawaai in de kamer daarnaast hinderde haat niet. Do gave, onder de bozwarcndsfce om standigheden te droomen, was al lang haar deel geworden. Nadat zij zich don heelen dag verheugd had over hot be/jt van. do broche, bczu*aar< do htiar nu tegen den avond de gedachte, dat Madame 'de broche, waaraan zij zoo lang gewoon was geweest, zou mhscn. Vroe ger was zij vaak na zulk een overdreven milde bui den volgenden morgen bij Made- moisellc op cta kamer, gekomen met do woor den „Zog, Casseletje, zou ik die pels niof» terug kunne kriegc ik heb het zoo koud." Oaar stond Belhamel op don drempel. Da haren stonden woest om haar gezicht cn haar stem beefde, toen rij vroeg S)ls Onnut» bij u, Li,.1 'Jemokcllc (VVoïdï Vervolgd)^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1916 | | pagina 5