De Europeesche Oorlog. No. 17381. LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 24 October. Tweede Blad. Anno 1916. ingezonden. Vragen en Antwoorden. Algemeen Verslag van het verhandelde In de Secties van den Gemeenteraad. v ïïet heeft' de aandacht vaü B. eü W'. getrokken, dat ook dit jaar, blijkbaar in nai Yolgmg van vorige jaren, in het verslag Nagenoeg geen melding is gemaakt van het geen door oje Voorzitters der afdeelingen, die Jmmers evenzeer als de overige leden, lid van den Eaad zijn, tegen de gemaakte op merkingen in het midden is gebracht of >p gesteldo Vragen is geantwoord. Het komt na W. voor, dat het verslag een ïaeer. luist beeld Van het in de afdeelingen ge sprokene zou geven, indien ook_ïïie tegen- opmerkingen en die antwoorden daarin wer den aangetroffen. 1 Een lid maakte een opmerking over de inrichting TOn <je begrooting. Hjj zou gaar- te zien dat deze tevens een overzicht gaf (tegenover elkander pver de ontvangsten on (uitgaven voor dë verschillende, .takken van nieBBt. B. en W. antwoorden, dat ingevolge art. 1206 der Gemeentewet de begrooting der in komsten en uitgaven is ingericht naar voor schriften, door Gedeputeerde Staten, onder ïfcmokljjke goedkeuring, te geven. Door de gemeenten kan derhalve van de voorge schreven inrichting niet worden afgeweken, l Door eenige leden werd gevraagd' hoe het Staat met de grensuitbreiding der gemeente, f B. en W. zeggen, dat omtrent de geldelijke (Verrekening met de buitengemeenten, als gevolg van de voorgenomen grenswijziging, fiog geen overeenstemming is verkregen. De Snecnmg van B. en W. dienaangaande is laat stelijk big schrijven»van 20 Juni j.l. aan Gedeputeerde Staten medegedeeld. Binnen kort 22I een deputatie nit hun College met het College van B. en W. en de besturen öer betrokken buitengemeenten te dezer zake jnader overleg komen plegen. Door een lid werd de opmerking gemaakt, Jjat in <je laatste jaren een bedenkelijke Verandering wordt gezien in de verhouding itusschen inkomsten en uitgaven. Door -het voortdurend verhoogen der uitgaven en der belastingen staan wij er slecht voor, verge leken bij andere gemeenten, zooals b.v. Den Hang; de vrees is niet ongegrond, dat het jyermenigvuldigingscijfer der plaatselijke be lasting, dat nu de 6 reeds overschreden heeft, tot S zal stijgen. Dat de zuinig heid zooveel mogelijk betracht i3 bij het be- (grooten der uitgaven, erkende dit lid, doch »ij drong er tevens op aan, dat naar ver hooging der inkomsten gestreefd worde. 1 Ook een ander lid was met zorg vervuld SjYer den financieelen toestand der gemeen te. Wel is waar is door den ijver van den iontroleur der gemeente-belastingen, in ver hand niet de mogelijkheid om van do kohie ren der Rijks-inkomstenbelasting inzage to genree, en in verband met oorlogswinsten in 1915 gemaakt, in 191G bet belastbaar inkomen veel liooger dan in 1915, dit neemt 'échter niet weg dat in 1917 het percentage hoor de inkomstenbelasting zal moeten stij gen, daar Eurgemeester en Wethouders door Sta ia vooruitzicht gestelde verboogingen van clarissen van ambtenaren en werklieden, de test voor onvoorziene uitgaven aanmerke lijk honger hebben uitgetrokken dan andere jaren. Sommige bronnen van inkomsten, die (vroeger ruim vloeiden, hebben daarmede op gehouden, want niettegenstaande het gas en jmmtgas in prijs verhoogd is, wordt voor tien dat de gasfabriek in 1917 geen winst gal opleveren. 1 B. en W. zeggen, dat zij de aan den finan- fieelen toestand der gemeente gewjjdo be schouwingen, grootendeels kunnen onder schrijven. Ook hun Collega betreurt do op gesomde feiten en zou gaarne zien, dat in tien miuder gunstigen toestand der gemeente- Hnauciën verbetering werd gebracht door ferhooging der inkomsten. Ten zeerste be- Ijljjfelen zjj echter, of, zoolang het aantal jprsonen met groote inkomsten in deze ge steente niet toeneemt, verhooging van in komsten in dezo gemeente niet toeneemt, Ver- hooging van inkomsten van ec-nige beteekenis feel mogelijk is. i Een der leden beval eenige bezuinigingen ESn. Hij meende dat het corps gemeente werklieden dat in de laatste jaren steeds fiïtgebreid is, Wel in aantal verminderd zou kunnen worden. Doordat er te weinig con trole is, laat de arbeid, dien zjj prestoeren, Jjïkwjjls veel te wenschen over. Deze. klacht door een ander lid ondersteund, f B. en W. zeggen, dat het aantal gemeen- 'öWerklieden bezwaarlijk voor vermindering 'Jitbaar is en onderging trouwens in do „tatste jaren slechts geringe uitbreiding. In $906 bedroeg dit aantal, ongerekend dat Lsr reiniging, 59; in 1916: 70. De vermeer dering komt in hoofdzaak voor rekening der jltraatmakers, hetgeen met het oog op de ianzieniijke uitbreiding der gemeentelijke Straten, alleszins te motiveeren is. I In het algemeen wordt door de gemeen tewerklieden op behoorlijke eo doeltreffende Jfijzo gewerkt. Uit den aard der zaak' moeten de op lichters hun aa lacht verdeden over ver schillende verspreid werkende arbeidersgroe pen, zoodat voortdurende contröle uitgeslo ten is. Een meer intensieve controle zou jjSjn onnoodigo en ongewenschte uitbreiding .van het aantal opzichters vereischen. Inkrimping van het corps werklieden zou Éioker niet tot bezuiniging leiden, omdat door Üe; patroons belangrijk meer aan arbeidsloon in rekening pleegt te worden gebracht, dan han de gemeentewerklieden behoeft te (worden uitbetaald. (Vervolgens beval een lid als bezuiniging aan om behalve aan de scholen 2e klasse pan de Pieterskerkgracht en aan de Bree- ktiaat, de hoofden van scholen te belasten, piet het geven van onderwijs. Ook in een an dere sectie was dit donkbeeld verdedigd. Bij een ander lid ondervond de meening, «at afschaffing van het ambulantisme bezui niging zou geven, bestrijding, daar alsdan zou boodig zijn een stel reserve-onderwijzers, waarbij in het midden werd gelaten of dit it, 'le' k0' onderwijs zou zijn. V J%. ëa W. antwoorden; Nu dezejjaiyjele- genheid Wederom wordt ter sprake' gebracht, hebben w5jj gemeend nogmaals het advies van de Plaatselijk© Schoolcommissie t© mos ten inwinnen, die ons heeft toegezegd, dat zij- ons haar beschouwingen pver de gemaakte opmerkingen zoo spoedig mogeljjk zal mede- fleelen. - Een der leden bracht aan Burgemeestef ën Wethouders een woord van hulde voor de wjjze waarop £jj uitbesteed hebben het in orde brengen van de lokalen, waarin mili tairen gehuisvest waren, daarvoor is Werk geleverd, zooals in de laatste jaren niet ge leverd is. Het lid hier, aan het woord, gaf daarom in overweging, deze wijze van werk uitbesteden meer te volgen. B. en W. antwoorden, dat inderdaad de lokalen, die door de militairen schromelijk beschadigd waren, op uitnemend© wjjze zijn hersteld, waarvoor niet alleen den betrokken aannemers, doch ook den met het toezicht belasten gemeenteambtenaren een woord vftn Waardeoring toekomt. De gelijktijdigo uitvoering vaü een groot aantal omvangrijke en gelijksoortige wer ken noopte - tot het rechtstreeks opdragen dier werken, uitsluitend aan te. goeder paam bekend staande patroons, in do meeste ge vallen niet tegen een vooraf bedongen to taalsom, doch tegen vastgestelde eenheids prijzen van materialen en loonen.' Ongetwij feld moest deze wijze van Werken, wat de kwaliteit van het geleverde betreft, tot goede resultaten leiden, doch als-regel kan ze geen toepassing vinden, omdat de onderlinge con currentie aldus wordt uitgeschakeld en een openbare of ondershanJsche aanbesteding in den regel tot een goedkoopere oplog- sing zal leiden. Een lid betreurde, dat, waar reeds te voor zien was, dat de Gehoorzaal op 2 October 11 Og niet gereed zou zijn, deze ?&al togen dien datum verhuurd was. B.. en W. antwoorden, dat het lid, hier aa» het woord, blijkbaar niet volledig is inge licht. De zaal is reeds in Juni aan de Chris telijke Oranjevereeniglng verhuurd, onder het uitdrukkelijk voorbehoud, dat de her stelling van de Gehoorzaal dan zon zijn af- geloopen, en onder mededeeling, dat omtrent het tijdstip daarvan nog niets met zeker heid kon- worden gezegd. Op 1 Augustus en op 1 September heeft een bespreking plaats gehad met den (Voor zitter der Vereeniging; ook toen kon omtrent het gebruik op 2 October nog geen definitief antwoord worden gegeven. Toen ongeveer half September bleek, dat de zaal niet gereed zou zijn, is de Voorzitter der Vereeniging daarmede onmiddellijk in kennis gesteld. Een 'daarop gevolgde be spreking leidde tot het kiezen van een an deren datum. Ten overvloede kan nog worden medege deeld, dat zelfs aan -hen, die de mal in No vember wenschten te huren, is te kennen ge geven, dat geen zekerheid bestond omtrent den juisten datum, waarop de zaal weder ter verhuring geschikt zou zijn. Algemeen werd de groote werkkracht van den Burgemeester geroemd. Een lid stelde de vraag of de wethouders zich bepalen tot het admiuistreeren der ge meentezaken zonder meer, of dat zij ook wel studie maken van hetgeen in andere gemeen ten en landen pleegt te gebeuren op ver schillend gebied, ten einde daaruit voor onze gemeente nuttige lessen te trekken. B. en W. antwoorden, dat men het alles zins begrijpelijk zal vinden, dat met betrek king "tot do ten opzichte van ons College gedane vragen of gemaakte opmerkingen B. en W. volstaan met de mededeeling, dat het moeilijk is voor den Eaad in de huishou delijke aangelegenheden van het College voor Burgemeester en Wethouders te trede». Een lid vroeg naar het standpunt van Bur gemeester en Wethouders ten opzichte van de volkshuisvesting: of Burgemeester en Wethouders vasthouden aan 'net denk beeld dat woningen van f2 huurwaarde moe ten worden, gesticht. B. en W. antwoorden, dat woningen Van lage huurwaarde, b.v. van f2.25 per week, naar hun oordeel in Leiden niet kunnen werden gemist. Een lid wenschte inlichtingen omtrent' de bebouwing van het Kooiterrein en de bouw plannen in de Bouwelouwensteeg. Antwoord van B. en W.: Do plannen be treffende de bebouwing ran het Kooiterrein zijn nog bij de Regeering in behandeling. Het komt ons niet gewenscht voor, de bouw plannen in de Bouwelouwensteeg, waarmede afbraak van woningen zon gepaard gaan, nau den voor te bereiden, zoolang het Kooiplan nog niet tot uitvoering is gekomen. Door een ander lid werd opgemerkt, dat de gemeente niet voel doet om het den particulieren bouwers gemakkelijk te maken door, zooals bijv. in sommige andere ge meenten geschiedt, grond aan te koopen en tegen den kostenden prijs beschikbaar, te stellen. Daarop antwoorden B. en W.: Met het oog op het geringe beschikbare bouwterrein in Leiden's naasten omtrek, is het duidelijk, dat bouwmaatschappijen en bouwonderne mers vroegtijdig op gunstig gelegen bouw grond beslag leggen, zoodat de Gemeente Zelden in do gelegenheid is, bouwterrein aan te koopen. Zij Zal zich in den regel moeten bepalen tot het verwerven van uit gestrekte complexen grond, op grooteren af stand van de bebouwde kom, waarvan de be stemming eerst in de toekomst yordt aange* duid. - Als zoodanig wijzen wij o.a. op den aan koop van terreinen bewesten en beoosten 'dën Rjjnsburgerweg. Ook het terrein in den Stad9polder benoorden den Heerensingel, dat onlangs werd aangekocht, heeft nog geen vaste bestemming; geenszins is het uitge sloten, 'dat bjj 'de bestaande behoefte af® arbeiderswoningen in dezè gemeente, dit ter rein, na van gemeentewege te zijn bestrant 'en gerioleerd, aan gegadigden ter bebouwing Zal worden aangeboden. Overigens hangt dit vraagstuk ten' 'nSiiW- Bte samen met 'de vraag, ©f ju dan niet tot' de oprichting van een z.g. grondbedrijf moet (Worden overgegaan. Met belangstelling det ons .College aan ook het rapport van uojte^ dezter zake uit Uwen Raad benoemde jpogr- missie te gemoet. Een lid vroeg hoever Burgemeestef en .Wethouders zijn gevorderd met de voorbe reiding van de behandeling van adressen, waarbp wordt aangedrongen op een kinderaf trek voor een ongelimiteerd aantal kinderen ten verbooging van bet bedrag voor nood zakelijk levensonderhoud, ln de verordening ojp den Hoofdeljjken Omslag. Hij aohtto dit een groot arbeidersbelang. Hiertegenover werd opgemerkt^ dat waar. het peil aer loo nen vim de werklieden aanmerkelijk is ver hoogd, daardoor ook hun draagkracht groc ter is geworden. Antwoord van B. en W.: Bij de behande ling van het voorstel tot wijziging van de verordening, regelende de heffing van een plaatselijke directe belasting te Leiden, het welk wjj binnenkort hopen in te dienen, kun nen de hief ter pprake gebrachte punten nader onder oogen worden gezien. In meer dan een sectio wera gevraagd hoe •het staat met een belastihg op publieke ver makelijkheden, of er kans bestaat, dat dezie in dit jaar in behandeling zal komen? Antw oord van B. en W.: Omtrent een ge maakt voor-ontwerp betreffende een belas ting op publieke vermakelijkheden is in ons College nog geen overeenstemming verkre gen. Bovendien is óns College ten gevolge van de buitengewone tijdsomstandigheden, met andere, meer urgente werkzaamheden overladen, zoodat op het oogenblik de tijd ontbreekt, om deze voor Leiden vrij "Inge wikkelde zaak verder in studie te hemen. Zoodra het on3 College evenwel mogelijk is, haar weder ter band te nemen, zal worden beslist, of een voorstel tot invoering eener belasting op publieke vermakelijkheden door ons al dan met zal worden ingediend. In meer dan een sectie werd gevraagd of door Burgemeester en Wethouders bij de Regeering een poging wordt gedaan om voor •Leiden een bedrag te erlangen uit de op brengst ran de oorlogswinstebslasting. Antwoord van B. en W.: Inderdaad wordt door ons College bij de Regeering een po ging 'gedaan, om ook voor Leiden een be drag te erlangen uit de opbrengst ran de oorlogswinstbelasting. Ben lid drong aan op een verordening op de pensionneering van Wethouders en vroeg hieromtrent het gevoelen van het col lege. B. en W. antwoorden: Over het in het leven roepen eener pensioenregeling voor de wethouders, meenen wjj ons uit den aard der zaak van antwoord te moeten onthou den. Indien eohter door den Raad de wensch mocht worden kenbaar gemaakt, om tot een dergelijke regeling over .te gaan, dan is de (Voorzitter van ons Collego bereid voor de voorbereiding van deze aangelegenheid een commissie ad hoe te benoemen. Door een der leden" werden dof volgendei vragen gedaan: Hoe staat het met de werkzaamheden van dé commissie van het grondbedrijf? Is spoedig een rapport te verwachten van de' commissie van advies in zake de herzie ning der salarissen? Hoever zijn do plannen gevorderd voor de reorganisatie van den gemeentelijken ge zondheidsdienst? B. en W. antwoorden: Naar de Commissie voor het Grondbe drijf ons mededeelt, kan haar rapport nog vóór het einde van dit jaar worden ver wacht. Niettegenstaande den zeer grooten omvang van de haar opgedragen teak, hoopt de com missie ad hoc in zake de herziening der sa larissen, nog in den loop van het jaar 1916 haar rapport gereed te hebben. Een reorganisatie va» „den gemeentelijken gezondheidsdienst" ligt niet in het voorne men van ons College. Indien het echter de bedoeling van den vrager is te vernemen, in welk stadium de plannen betreffende een wijziging in de bestrijding van besmettelijke ziekten verkeeren, dan kan worden medege deeld, dat, op grond van een door een com missie ter zake ingediend rapport, den Raad eerlang voorstellen zullen bereiken, om tot den bouw van een gemeentelijke ontsmet- tingsinriohting c.a. over te gaan. Zijn er nog geen aanvragen ingekomen tot bebouwing van het Raamland? B. en W. antwoorden: Wel werd een en kele maal naar de verkoopvoorwaarden geïn formeerd, doch een ernstige aanvrage tot aankoop bereikte ons College nog niet. Een lid betoogde, dat de- Kamer van Koop handel en Fabrieken in een onlangs aan don Raad gericht adres wenken gegeven moge hebben hoe Leiden vooruit te brengen is, de K. V. K. als haan werd opgedragen <JeZe plannen uit te voeren, daarvoor geen kans zou zien. Hiertegenover verdedigde een der leden bet adres van de K. v. K. Dit" lichaam is toch aangewezen tot het geven van adviezen. Do algemccnc toestand. Minister Grey heeft gister een lange rede gehouden tijdens de lunch van de buiterdandsche per8vereeniging. En Grey heeft daar den toon doen hooren door do autoriteiten in de geallieerde landen van tijd tot tijd aangeslagen. Hij heeft nog eens gesproken over het begin van den oor log. Alle sohuld van de geallieerden "wierp hij van rich. Van die zijde is in 1914 alles gedaan, om den vrede te bewaren. Doch an dors was dit met keizer WilheJm's regee ring, die weigerde een conferentie te hou den. Een nieuwe toon is niet gehoord. Evenmin is nieuw, dat de geallieerden "Waarborgen wenschen, dat een nieuwe oorlog niet weer kan uitbreken. Als in 1870 heeft Duitsohland het oogen blik waargenomen, waarop het zich bewust was in elk opzioht beter te zijn voorbereid. Een herhaling wil mei; voorkomen Grey herinnert nog eens aan het aanbod dat Deutsobland deed, zoo Engeland moaï neutraal wilde blijven. Aan 't slot van rijn rede zedde Grey o.m.ï De oorlogvoerenden hebben nu geen tijd om er over na te denken, wat er nadat wij de overwinning behaald hebben, gebeuren moet. Doch de neutralen kunnen dit wel. Ik denk niet alleen aan president Wilson, maar ook aan Hughes, die do oprichting van een bond voorstelden, welke zioh niet interventio in den huidigen oorlog tot doel stelt, maar het tot stand brengen van een internationale overeenkomst na den oorlog, ten einde vrede te waarborgen. Een der gelijke poging zullen wij allen met welge vallen gadeslaan. Maar wanneer de naties na den oorlog een verbintenis willen aan gaan, ten einde den vrede to bewaren, moe- ten zij er zorg voor dragen, niets op zich te nemen, wat boven haar krachten gaat, zoodat zij een eventueele crisis kunnen be dwingen. Do vraag, clio wij hun moeten stellen, zoodra de tijd daar is, luidt: wat wilt gij doen, wanneer de tijd gekomen is? Het doel van dit verbond moet zijn voor handhaving der verdragen te waken en te bewerken, dat men eerst een andere oplossing voor elk geschil tracht t6 vinden, alvorens tot oor logsverklaring over te gaan. In 1914 bestond een dergelijk verbond niet. Wanneer wij ons eens voorstellen, dat de toestand van 1914 terugkeerde en er zulk een verbond bestond, zou alles er van af hangen, of de naties uit dezen oorlog vol doende geleerd hebben, dat vrede voor de bdangen van ieder volk in elk geval boven oorlog te verkiezen is. Yoor dien oorlog hebben wij in den sombe ren schaduw van het Pruisische militarisme geleefd, daarom mogen wij geen vrede slui ten, zoo wij geen voldoende waarborgen hebben, dat de volkeren van Europa voortaan, van die schaduw bevrijd, in de open lucht licht en vrijheid kunnen ge nieten. Aan het minder gunstige weer zijn de troepen ook al gewend. Ze vechten met een hardnekkigheid of dit zoo gunstig mo gelijk is. Aan het westelijk Jront herhaalde hevige gevechten met als totaal resultaat, dat de Franschen ,en Engelschen iets vooruit komen en eenige honderden gevangenen ma ken. De Duitschers ondernamen wel ver woede tegenaanvallen, doch het levert hun geen resultaat op. Een bijzondere correspondent van Reuter, concludeert nu maar direct, dab men niet kan ontkomen aan de gevolgtrekking, dat Duitschland zoowel aan artillerie-materiaal als aan manschappen gebrek krijgt; vooral omdat er flooveel wenken omtrent zuinig heid, enz. worden "Uitgedeeld. Er zouden ook veel kanonnen ider Duitschers ontploffen. Van veldkanonnen en lichte houwitsers scheuren de loopen. Dit oordeel lijkt ons iets voorbatig. Laat men eens kijken naar do Roemeensoh'e ge vechtsterreinen, zouden daar niet troepen c-n materieel zijn saamgetrokkeu? Neen, heusch, er moet nog heel -wat meer ge beuren, voor dit gevoelen met recht kan worden geuit. De toestand is voor de Oen- tralen niet zoo donker als een paar maan den geleden, dat staat vast. Wel hebben ze geweldige slagen gehad. Een Fransch bericht deelt mee, dat er in de groote veldslagen gezamenlijk 110,000 Duitschers zijn gevangen genomen, dit beteekent het verlies van 12 divisies van 3 regimenten elk. Aan de Duitsche berichten ontleenen we nog de mededeeling, dat er nu in totaal negen „tanks" buiten gevecht zijn gesteld. Van de verovering van oen dezer oorlogs werktuigen wordt niet gesproken. Een officieel Fransch bericht meldt nog luohtaanvallen dcor eskaders op hoogovens en stations op verschillende plaatsen. Over Oostenryksch-Italiaansch ©n oostelijk gevechtsterrein kun nen we vrijwel het stilzwijgen bewaren. ,We zullen volstaan met de mededeeling, dat inr de streek van Dorna-Watza' de; Centralen voortdurend pogen het Russische en het Roe- meensche front te scheiden. Er wordt de verzekering gegeven, dat men over de krijgsverrichtingen op het Roemeense he front niet ongerust be- hoef] te zgn Tusschen Roemenië en Rus land wordt de band steeds nauwer. Een erg bemoedigende verklaring, maar waaraan niet veel gewicht moet worden gehecht, want 't loopt leeliik mis. De telegrammen van gisteren hebben dit doen zien. Vooral in de Dobroedsja gaat het heel slecht en dit moet toch ©en onaangename gewaarwording zijn voor, de Roemenen. Ook aan de andere zijde is hun grens op sommige punten overschre den. Nu strijden daar de Roemenen wel met ©enig succes op andere punten, maar de Roemeniërs moeten toch onder den indruk komen van den slechten gang van zaken in 't algemeen. Constanza is gevallen. Straks misschien Oernawoda en dan is die geheele linie, die zoo sterk heette te zijn, gevallen. Dat is een zeer slecht resultaat van de ge vechten. Heeft Von Mackensen zoo'n groot leger? Waardoor toch kunnen de geallieer den niet beter weerstand bieden? De deel neming van Roemenië heeft den Entente- mogendheden nog geen Voordeel' opgeleverd. Eer het tegendeel. iWeeb men van de kleine medestanders niet te profiteeren? Hoeveel beter de Centralen, waar de kleinere macht der Bulgaren al heel wat heeft uitgericht. De Bulgaren toch hebben nog geen gewel dige slagen gehad. Daarom was 't ook on begrijpelijk, dat er, bij sommige staatslieden dor geallieerden de gedachte kan opkomen, dat Bulgarije zijn vrienden in den steek zou laten. Die mogelijkheid had alleen be staan, wanneer ze een paar groote neder lagen hadden geboekt Door het krachtig optreden 'der Bulgaren ia een opmarsch' naar Konstantinopel' weinig waarschijnlijk! geworden. Het goede terrein yoor den aanvfd hebben de geallieerden ver loren. De moerassige' Donau-mond biedt wei nig gelegenheid, om over Oen flink front op t® rukken. Aan het Macédonieoh ïront yor- 'dert dei opmarsch' slechts langzaam. Naar de Secoio" uit Saloniki Verneemt, heeft de voorloopigei (Venlzefistische) regee-_ ring een ultimatum aan Bulgarije gericht, met den èisch tot onverwpfe' jOsnfc ruiming van Grieksoh Macedonië. Het oordeel van onzen Burgemeester ovor de Leidsoke Bakkersgezellen. Mijnteer, de Redacteur In de Gemeenteraadszitting ran j.l. Don-, derdag werden bjj de rondvraag door de? keer Briët aan den (Koora. eenige vragen ge steld, inzake ec-n artikel Van mij in „Da Bode" en „De Sociaal-Democraat." Het ia" naar aanleiding hiervan, dat ik eenige plaats ruimte vraag in uw blad, ter beantwoording daarvan. Bij voorbaat mijn dank. De Sloorzitter geeft te kennen in rijn ani>> Woord, dat dit stuk door mij geTieel uit den duim gezogen is, waarna de neer Briët d< uitlating deed, dat liet hoogst onverantwoord delrjk is van mijj zoo iets maar peer te schrijven. (Wij zullen deze zaak nu breedvoeK riger behandelen. Door de hoeren Stable en De •Jonge, te .Amsterdam, (Voorzitter enf Secretaris der Nederiandscha (Vereeniging Van (Werkgevers in het Bakkersbedrp, werd in een conferentie met de heeren Hille- bregt en Roeg, hoofdbestuurders van den Alg. Ned. Bond van Arbeiders(sters) in het Bakkers-, Chocolade- en Suikerbewerkings- bedrijf, medegedeeld, dat de patroons ta. Lelden op hun verzoek om de maximum prijzen op het brood verhoogd te krijgen, van den Burgemeester een weigerend antwoord hadden ontvangen. De werkgevers hadden te kennen gegeven, dat een nieuwe loonregeling voor de gezel len verhooging van de productiekosten mede zou brengen en de bedrjjfsnitkomsten on gunstig waren. De burgemeester heeft toen, volgens Jez-i Amsterdamsche heeren, ten huize van de. Leidsche Bakkersgezellen onderzocht of, en in hoeverre, de omstandigheden waaronder de gezellen leven, verbetering dienen to on- dergaan. Het resultaat van dit onderzoek moet Z. E. tot de conclusie hebbea gebracht, dat d^ Leidsche bakkersgezellen, vergeleken met dë overige arbeiders ter plaatse, een bevoor rechte positie innemen. Zg zjjn over het algemeen goed gehuis vest, hebben nette meubeltjes, zien er met vrouw en kinderen vrn goed uit eu b'ehooren tol den goeden arbeidersstand'. Toon de heeren Hillebregt e# R o e g t w ij f e 1 d e n aan deze uitlating, g a- vende heeren Stahle en De Jonge uitdrukkelijk te kennen, 'dat het beslist waar was, en (lat deze gege vens verstrekt waren op een ver< gaderingderNed. Vereeniging Van Werk* gevers inDenHaag, tijdens do bespreking der loontarieven. Gjj ziet dus, mijnheer Briët, dat ik maai, niet raak geschreven heb, maar dat gjj met uw uitlating even hadt moeten wachten en u iniet 'eenzijdig hadt moeten laten voorlichten. En tot Z. E. wil ik dit zeggen: Gij ziet, dat ik het niet uit mijn duim gezogen heb. Als wij in verband hiermede de loonre geling, welke de Bakkerspatroons den ge zellen heeft aangeboden, zien, waarin van een minimum-loon wordt gesproken van f 13, en waar magazijn- en looperspersoneel, dat nog niet eens f13 verdient, niet eens in zijn opgenomen, kortom, een regeling, waar do Alg. Ned. Bond, dé Christelijke en de Katholieke Bond geen genoegen mede! kunnen nemen. Als ik mij herinner hoe in een kwestie omtrent het afhouden der belastinggelden: van Rjjksvergoedingon voor gemobiliseerdeu onze burgemeester in den Gemeenteraad onto kende, dat deza belastinggelden werden af- gehouden, trots dat wij van 'den betrokken, persoon, die sigarenmaker was van beroepj en naar Arnhem was vertrokken, ©en ver klaring hadden, dat deze gelden wel waren afgetrokken, daarbij de postwisselstrook mei datum en bedrag er bjj en dan nog een ver klaring van den gemeente-ontvanger, den heer Koxboorn, dat het geld is afgehouden, dan vragen wij ons zelf af: Waar wringt de; schoen? En dan veroorloof ik mij het recht, om te zeggen, dat het hoogst onverantwoordelijk is van Z. E. en den heer Briët, om derge lijke uitlatingen te doen vóór zjj de zaak' goed onderzocht hebben. J. G. V. d. ZEEUW. Secr. Afd. Leiden v. d. "Alg. Ned Bond ran Arbeiders(sters) in hot Bakkers-, Chocolade- en Suiker* bewerkingsbedrjjf. Leiden, 22 Oct. 1916. Vraag: Zou u mjj raad kunnen geven; voor het verwjjderen van zomersproeten! Ik heb Sprutolzalf gebruikt en dat helpt niet. Antwoord: Daar helpen geen zalfjes en watertjes tegen. In den winter zullen zi wel verdwijnen, vooral als het eens goed gaat vriezen en a.s. voorjaar gnuw een hoed met breeden rand dragen, want de Zoï toovgrt ze weer te voorschijn. Vraag: Gaarne wilde ik weten, of melf van een dienstbode, die tegen 1 Novembei, haar dienst heeft opgezegd, dë yoorjaars- fooi mag afhouden? 'Antwoord: Ja. Vraag: Onze poes krijgt twee kale plek jes op haar kopje boven de oogen. Kan dit een begin van huidziekte zjjn, en wat et, tegen te doen om het te genezen? Antwoord:U moet de plekjes een paar maal per dag wrijven met bloem van ZwaVeL Als het dier niet te oud is, zat liet wel beteren. I Vraag: Zou u mjj ook kunnen meedeè- len of het 21 October 1914 wassende of afnemende maan was en op welken dag 22 Maart viel in het jaar 1868? Antwoord: 22 Maart 1868 viel op pen; Zondag. Op 21 October 1914, gassende maan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1916 | | pagina 5