Pak me mee. No. 17322. LEIDSCH DAGBLAD Woensdag 16 Augustus. Tweede Blad. Anno 1916. Persoverzicht. Rechtzaken. Gemengd Nieuws, Vragen en Antwoorden. FEUILLETON. Hel al te goed© hart X Het morgen verschijnend nummer bevat lo.a. als voorplaat: De verwoesting van Göra, Nvelke stad door de Italianen van de Oos tenrijkers genomen is. Voorts: H. M. de Koningin inspecteert te Bennebroek de troepen van het instructie- bataljon uit Kampen. Het opbouwen Van het eiland Marken na de overstrooming. De plechtig ingewijde Markt te Bergen-op- Zoom. Haiddraverjj te Voorburg. Na tionale feestdag te Parijs. Het defileeren der troepen voor President Poincaré, met 9 foto's. Verwoesting van de Belgische badplaats Ostende, door bet EngelScli ge schut teweeggebracht, met 5 foto's. n m e n s c h e 1 ij k. De „STICHT- ÖCHE COURANT1' schrijft Op het gebied der sociale wetgeving ia nog heel wab te doen. T)at was de gedachte, die bij ons op kwam, toen we in „De Nieuwe Courant" een en ander lazen over de arbeidsvoorwaar den, waaronder gewerkt wordt bij do be kende melkinrichting „De Sierkan", in Den Haag, die pas een staking onder, haar per soneel zag uitbreken. De winkeljuffrouwen in de loca'liteiten dezer inrichtingen werken van 's morgons 7 tot 's avonds 10 uren onafgebroken. Onder het bedienen door moeten zij maar een oogenblikjo zien te vinden om een stukje brood te eten. Willen zij een middagmaal gebruiken, dan is daartoe geen gelegen heid dan als ze 's avonds om 10 uur thuis kbtnen. En niet alleen op de zes werkdagen maar ook den ganschen Zondag moeten deze winkeljuffrouwen aldus in de weer zijn. Verdient zoo'n bestaan nu den naam van menschclijk leven 1 Of is het niet veeleer een toestand van slavernij? Zoolang dergelijke toestanden bestaan, is uitbreidings der arbeidswetgeving nog zeer urgent. De Grondwetsherziening. „DE FAKKEL" besluit een artikel over de grondwetsherziening aldus: De beraadslaging over art. 192 der Grond wet kan vrij blijven van den invloed der verdere voorstellen van de Staatscommis sie voor het Onderwijs. Die voorstellen geven een, naar onze. meening, vrg slecht, schema van een nieuwe onderwijsregeling. Maar men kan <lit geheele schema verwérpen, en toch het voorgestelde art. 192 grootendeels aan vaarden. Omgekeerd zou men in het schema veel bruikbaars kunnen vinden, en niettemin art. 192 geheel anders willen doen'luiden. De Kamers staan dus alleen voor de vraag of voor een betere regeling van ons onder was, samenvallend met de tegenwoordige politieke inzichten daarover, wijziging van neb Grondwetsartikel noodzakelijk is, en welke bepalingen van dat artikel dan aan zulk een betere regeling in den weg staan. Bij niet-bevooroordeelde discussie zal het mogelijk blaken, dat het aantal dier be palingen uiterst kleiu is. Dat zou den be raadslagingen over de wijziging van art. -SO on wat daarmee samenhangt licht een veel zakelijker karakter geven, omdat het gevaar voor ruilhandel tusschen 80 en 192 er zéér door zou worden beperkt. En liet zou de kans vergrooten, dat de zaken, waarom het werkelijk bij deze Grondwets herziening gaat, zonder" overijling tot stand zouden worden gebracht, dat,, om een enkel punt als voorbeeld te noemen, wij niet uit tijdsgebrek een stelsel van evenredige ver tegenwoordiging zullen aanvaarden, waar sdoor voorgoed aan de besturen dor politieke partijen de alleenheerschappij over ons par lementaire leven wordt gegeven. In een volgend artikel beveelt het vrij- Iiberale -orgaan dan het in de, aan het iVoorloopig Verslag van do Tweede Kamer toegevoegde, nota-Drion verdedigde stelsel- Luppe van evenredige vertegenwoordiging" aan. HAAGSCHE RECHTBANK. Beleediging van een ambtenaar te Leiden. Voor deze rechtbank diende het verzet,' aangeteekend door J. B., 36 jaar oud, te Bei den, die bjj verstek' is veroordeeld ter zake, 'dat k$ den )5olitie-agen6 Verver, 'heeft uit gescholden. B. had aangekondigd getuigen décba^e' te zullen doen verschijnen, maar z'rj waren niet aanwezig. Volgens B., zouden zij ver klaard hebben, dat niet hjj den agent^ maar de: agent hem uitschold. E. schijnt gebeten op den politieman fe geweest, omdat die hem een week' .te voren bekeurde. De Officier toonde zich bereid de getui gen h décharge alsnog te hoorea en daarom werd de zaak geschorst totrover veertien dagen, 's namiddags. Dooit door schuld. Voor, de Haagsehe rechtbank had zich' te verantwoorden I. F. E., huisknecht, 3d jaar, beklaagd, dat hij in den avond van 9 April onvoorzichtig en roekeloos in "de: woning Prinsessegracht 11, in Den Haag, een buks, waarin zich een patroon bevond, onvoorzichtig en roekeloos dieeft afgescho ten, waardoor Johanna Cornelia de Vlieger, evenals hij bij baronesse Clifford ja betrek king, in de borst werd gewond, aan welke wonde zij spoedig is overleden. Beklaagde verzekerde, dat er tusschen hem en het meisje geen verkeerde verhouding bestond en dat er nooit onaangenaamheden waren geweest tusschen hen. Het meisje had hem-even te voren laten schrikken en daarop wilde hjj haar eens laten schrikken. Hrji legde toen om den hoek van de' deur van de poetskamer de buks aan, zonder op Jiaar te richten en wist toen niet, dacht er althans niet aan, dat er nog een kogeltje in den loop zat, dat er eenige weken te voren bij bet ontladen in was blijven zitten. Wel wist hij, dat er een losse: patroon in de buks zat. Nadat het schot wa3 afgegaan, riep zij: „Ik beH getroffen!" De anderen dachten, dat zij maar geschrokken was en dientenge volge een flauwte had gekregen. De telefo nisch geroepen dokter constateerde den dood. Dr. Elders, die met Ar. Polak Daniels da sectio verrichtte, verklaarde, dat inwendige verbloeding de oorzaak van den dool. was. Eenige getuigen werden gehoord. Zoowel de president als de beide rechters gaven den bekl. hun afkeuring te kénnen over zijn handelingen en wezen hem op de! gevolgen daarvan. Bekl.: ,,Ik heb er- geen énkele gedachte bij gehad." Een der rechters: „Dat moest ér nog Op komen!" Sulstituut-officier van justitie mr. "Del Campo, genaamd Camp. wees er op, dat de 2aak volkomen klaar en duidelijk was. Wé kennen do feiten alle en kunnen met volko men kennis van zaken vaststellen de mate van schuld, dio op beklaagde drukt. In het algemeen heeft men al-schuld door liet aan leggen van een wapen, waardoor verkeerde gevolgen optreden. Men mag Verwachten, dat iemand, die den kinderschoenen ont wassen is, begrijpt, dat bij niet met vuur wapenen moet spelen. Toch heeft hij ge dreigd met een wapen, wetende welk een gevaar dit opleverde. Voor de strarbaral scnula moet het gepieegda iele m verband! giebracht worden met den persoon, die de handeling verrichtte .en de mate zijner ver antwoordelijkheid vaststellen. Een volwassen persoon in het bezit van het oordeel des onderscheids, moet zien met dergelijke Spie lerei niet ophouden. De jurisprudentie is zeer bezwarend voor menseken, die derge lijke "dingen doen. Spr. eischte tegen beklaagde wegens het veroorzaken van den dood door schuld, ver oordeeling tot één maand hechtenis. De president, mr. Van Rees: De eisch valt u zeker wel mee? Bek).: Over de straf heb' ik niet gedacht. Het feit is te érnstig. Het meest hindert het-mij, iets gedaan te hebben, wat niet on gedaan gemaakt kan worden. Aan elke straf komt een einde, maar aan de gé- dachte^ iets gedaan té hebben, dat niet on gedaan gemaakt kan worden, komt geen einde. Moeder6(iag. D© oomman- dant van het Leger des Heils heeft beslo ten, om voor de verschillende afdcelingen van het Leger des Heils door geheel Nederland een jaarlijksehen dag vast te stellen, waarop de leden van het Leger aangemoedigd zullen worden om aan hun moeders een bijzonder blijk van achting te betoon en. Die dag, thans op 3 September, zal' „Moedersdag" genoemd worden. Op dien dag wenscht d'e commandant: 1. Dat ieder volwassen Heilssoldaat, voor zoover dit mogelijk is en de omstan digheden hiermee in overeenstemming zijn, zijn of haar moeder eon ruiker witte bloomen het zinnebeeld van reinheid zal brengen, en haar zal zeggen, dat ge dit doet als een toeken van dankbaarheid voor haar liefde jegens u, en van dank aan God, omdat Hij haar nog voor u gespaard heeft. 2. Dat ieder Jong Soldaat en elk kind, dat de J.L.-bijeenkomsten bezoekt, moeder, een witte bloem zal brengen. 3. Dat iedere volwassen en jonge Heils soldaat, wiens moeder reeds van hen heengegaan is, op jas of japon ccn kleine witte bloem zal dTagon ter herinnering aan haar, die gedurende haar leven hun zooveel goeds heeft bewezen. Wij zouden gaarne willen zegt de com mandant dat al onze vrienden zich mot ons vereenigden in dit eenvoudig blijk van genegenheid jegens haar, die de waar digste is van allen, die God ons heeft gegeven. Volledige bijzonderheden zullen aan de Officieren van elk korps gezonden worden omtrent de uitvoering van dit plan, en allen behoorden to bidden, dat dit een voudige liefdeblijk door God zal worden gezegend om in do harten van oud en j ong te wekkeneen diepere liefde voor moeder. De politié-inspecteur C oen- raad is wegens moord te Soerabaja tot 10 jaar gevangenisstraf veroordeeld. („Tel.") Azolla'. Ged. Staten van Noord- Holland hebben bij afzonderlijke circulaire de aandacht der waterschapsbesturen ge vestigd op de onrustbarende verspreiding der Azolla. In navolging van Zuid-Holland wordt aanbevolen op 21 en 22 'Augustus B.s. algemeen© reinigingsdagen te houden ter verwijdering dezer waterplant.. To Delft begint het aantal aan rijdingen door militaire auto's bedenkelijk te worden. Gedurende de afgeloopen week hadden niet minder dan 5 aanrijdingen plaatSj waardoor 5 personen en 1 gaard meer of minder ernstig gewond werden, waarbij nog komt de materieel© schade. In het krankzinnigengesticht Maasoord" te Poortugaal, komen 5 geval len voor van febris typhoidea. Er zijn twee patiënten en drie verplegers aangetast. In de vergadering van den Raad van Bleiswijk werd behandeld een schrijven van Ged. Staten betreffende de herziening van de normen der jaarwedden van burgemeesters, secretarissen, ontvan gers, 'enz. Dit schrijven werd toegelicht door den voorzitter, .doch 'dat de inhoud daarvan niet in den geest van den Raad is, mag wel afgeleid worden uit het antwoord van een der Edelachtbaren, die den voorzitter toevoegde: „dat, als hij hiér niet genoeg kreeg, hrj dan maar een anderen baas moest zoeken." Als een groot e bijzonderheid, kan gemeld worden, dat gisteren op de week markt te Culemborg een mandje, inhoudende 35 pond jutteperen, verkocht werd voor f 10. Scheepsbrand -in de haven van Tandjong-Priok. Uit Weltevreden wordt d.d. 14 Aug. aan „De Tel." geseind: Zaterdagnacht vloog in de haven van Tandr jong-Priok, de blauwpijper „Yangtse", gé- laden met rubber, coprah en suiker, plot seling in brand. Na zes uren was 'de brand gebluscht. Het schip was slechts weinig be schadigd. Men vermoedt,^at kwaadwilligheid in het spel was. De „Yangtse" meet G457 ton en behoort aan de China' Mutrual Steam Nav. Co. Ltd. (Holl Co.). Eenrecord zakkendrager. Zon dagmorgen ongeveer kwart over elven, werd een deel van Botterdam in rep en roer ge bracht door een man, met een reuzen zak' zand op zijn rug, die, omgeven door een enorme menschenmenigte, bij de zomersohe hitte, lauw met dit vrachtje op zgn rug .door de stad, den tunnel onder door, via den Walenburgerweg, de richting naar Over- schie insloeg. 'Als altijd was de jeugd het best vertegenwoordigd. De menschen langs den weg bleven staan, pn dachten bij zich zelf; „Een, die niet goed snik is." Wat was echter het geval? Een kastelein 'had met 'H. Maprik, een pootigen sjouwer, een weddenschap aange gaan, dat hy geen twee uren met een zak zand, wegende 101 kilo, een wandeling zou maken. Maurik, die niet bang is voor een beetje, ging de weddenschap aan, en zoo zagen we hem gistermorgen kalm1 wandelen. Hij is naar Overschie geweest en'terug. "Onder den tunnel moest hij den zak neer zetten, daar hjj niet verder kon vanwege het volk. ^,Ik zou hem anders vast niet neergezet hebben," zei Maurik gemoedelijk tegen"ons. Hij heeft den zak '2 uur en 15 minuten gedragen. i^Msb.") Het gebouw van het Landbouw- departement verkocht. Naar de „Haag- scne Ct." verneemt, is het gebouw van het Departement van Landbouw aan de Prin sessegracht, naast Ide R.-K. [kerk in Den Haag dat, naar men weet, naar het Bezuideu- hout wordt verplaatst, verkocht aan de stich ting van de eerwaarde broeders St.-Joan de Deo, voor ziekenverpleging, die thans in het gebouw aan de Plaats gehuisvest zijn. Het departementsgebouw zal 'ten gebruike door de eerwaarde broeders inwendig worden ver bouwd. Het pand aan de Plaats is aangekocht door een firma' uit het Westeinde, die haar perceel moet verlaten in verband met het maken van den nieuwen verkeersweg Prin- segracht—Elandstraat. De firma laat het huidige perceel aan de Plaats geheel sloo- pen en er een nieuw voor in de plaats zet ten, met een achteruitgang op 't Buitenhof. Do Friesohe meren. Men schrijft uit Sneek aan het „ïïbld." In geon jaren herbergt onze stad zoo veel vreemdelingen als in d'e laatste we ken. Do Friesche meren doen opgeldvooral Hollandera gaan eiken morgen op hun pleizdorvaartuigen <3e watersport hier be oefenen, om 's avonds weer in hun hotol te- Tug te keeren. Geen kamer in alle loge menten is onbezet, ook bij particulieren hzija tall ooze gasten gehuisvest. Zelfs werd ©en hotelhouder genoodzaakt, zijn stal tob logeervertrek in te richten. Nekkramp. Te Rh enen heeft zdch ©en geval van nekkramp met doode- lijken afloop voorgedaan, bij een 12-jarig jongetje. Te Yinkoveon is gisteren ©en jongetje van 2 jaar aan nekkramp overleden. Te Zwijndreobt zijn iu oen arbeidersge zin twee gevallen van nekkramp geconsta teerd de lijders zijn 2 kinderen van 3 en 6 jaar. Een automobiel van do firma De J., te Zeist, is nabij Voort-huizen, tij dens bijvulling van benzine, in brand ge raakt. en geheel in vlammen opgegaan. De uitgebrande auto, die de berijders onbe heerd aan den weg hadden laten staan, is 's nachts door kwaadwilligen op den kop in een sloot gereden. Bovendien was een der banden totaal stukgesneden. Maandagnacht is tusschen Ede en Bennekom een soldaat uit Ede overreden door een motorrijwiel, waarop gezeten waren do luitenante C. en B. Al len kwamen te vallen. De soldaat werd ernstig gekwetst en bewusteloos naar heb hospitaal gebracht, waar hij 'Maandag nog niet was bijgekomen. Luit. C. werd vrij ern stig aan het hoofd verwond en bewusteloos naar zijn tijdelijk garnizoen te Bennekom gebracht de kwetsuren van luie. B. waren minder ernstig. Vraag: Daar mijn plaa is «aar IndSë te gaan, wenschte ik te weten, of daarvoor vrijstelling van den dienst wordt verleend (niet in Rijksbetrekking)? Antwoord: Indien ge kunt anntooncn, dat uw toekomstige woonplaats voortaan O.-I. zal wezen, dan hebt ge wel kans of op vrij stelling, of op vergunning, om u aldaar fë mogen ophouden. Hiertoe is noodig een. request, op ongezegeld papier, aan den Mi nister van Oorlog, onder overlegging ran do noodige bewijsstukken. Vraag: Zou u mij' kunnen inlichten of door den Minister ontslag uit den diensfy m. a. w. groot verlof, verleend wordt aan' hen, die voor eea „particuliere" Maatschap pij, zonder eenig onderscheid, voor kantoor- werkzaamheden, naar Ned.-Indie uitgezonden zouden kunnen worden? Wordt het vcor ove rige landen toegestaan? Antwoord: Voor wat Oostludië betreft, verwezen wij u naar bovenstaand antwoord Groot verlof wordt in dezen fcjjd naar an dere landen niet verleend. Wel, als dit strikt noodig is, verlof tot een beperkten tijdduur. Vr aag: Wat is de naaste weg naar Woer den, per Bete, en hoe Iaat yertrekt de boot' van Woerden naar Leiden? Antwoord: Leiden, Koudekerk, Alphen, Bodegraven, Zwammerdaml, Weerden, 34 K.M., 2', o uur fietsen. Carsjensboot vertrekt 's namiddags 3 uur naar Leiden. Vrijdag en Zaterdag een halfuur later. Vraag: lk ben van pan half September te vertrekken uit mijn dienst en heb nu met Augustus opgezegd. Nu heeft mevr. gezegd, dat ik wel de laatste helft der drie maanden, op mag zeggen, doch niet de eerste. Zou ,u mij daar s.v.p. op willen antwoordeu, aan gezien ik daaromtrent graag zekerheid had? Antwoord: Daarmede is uw mevrouw abuis. Als u den daarvoor gesteldeu termijn in acht hebt genomen, komt het er niet op aan, ,of u het in de eerste of in de laatste, helft van het kwartaal «toet. Vraag: Mag een mevrouw van een dienstbode f5.£0 afhouden van haar huur? Er is, toen zij zich verhuurde, niets afge sproken. Wij hebben met ons beiden dienst boden ruzie gehad en toen is er een door de ruit gegaan met haar hand, dus het is een( ongeluk geen moedwil, en één dienstbode heeft het moeten betalen, omdat zij toch weg ging met Augustus. 'AntwoordA'S er niet een afspraak bij de verhuring is gemaakt, dat 'de dienst bode hetgeen door haar wordt gebroken, zal vergoeden, en er is geen moedwil te const»- toeren, heeft mevrouw niet het recht dit geld van uw Joon af te Iiouden. Als zij het doet, kunt u by den kanton rechter u beklagen. Vraag: lk ben dienstplichtige van dé. lichting 1917. Zou u mij ook kunnen zeg gen, wanneer deze op moet komen? Antwoord: Vermoedelijk komt het eei> ste gedeelte van 1917 half December op. Zekerheid bestelt hieromtrent nog niet. i Vraag: Mag een juffrouw van een mei©; je, dat hij haar 1 jaar in betrekking is ge weest, goed is weggegaan en getuigen heeft gekregen, dat .zij eerlijk ?s, cu zij Weg p.s gaan zeggen tegen de mc-r.schen, die bij haar in den winkel koraev, t-'j. buiten de deur, dat zij gestolen heeft? Antwoord: Indien u overtuigd bent, niets van de juffrouw te hebben ontvreemd, dan zult u den meDschen aan wie de juffrouw het vertelde, moeten vragen of zij voor de' rechtbank onder eede willen verklaren, dat het door hen is aangehoord. Willen zij dat, dan zult u een aanklacht kunnen indienen' tegen de juffrouw. Maar, o wee, als de juffrouw toch nog eens bewijzen kan, dat U zich iets toeeigende. Dan loopt u er zelf nog in. Roman naar het Duitsch van MARIE DIERS. (Nadruk „Verboden). 13) Die sprong moest hem flink verfrischt hebben. Hij grijnsde, zoodat zij al zyn witte tanden zag. „Loop nu maar mooi achter mij aan," riep hg haar luidruchtig toe, want ik' ga nu naar de schuur en hang mij op." Meteen was hij weg. Onmiddellijk daarop hoorde zij hem tegen de dienstboden in zijn mooisten kazernetoon uitvaren. Geheel beduusd ging zij naar boven. Deed hij 't nu of deed hij 't niet? Toen zij bij de trap kwam, stond daar de knecht met den rooden neus. Eerst trok hij weer een zeer breeden mond. „Wel, juf frouw?" Maar toen kwam hij dicht op haar toe en zei: ,,U liadt lijem -maar moeten laten begaan, juffrouw, 't Is afschuwelijk voor een frirnen luitenant, geen geld meer te zullen krygen. 't Js hier nu heelemaal_ uit. En de jonge heer is hier anders niet weinig ver- Wend geworden dat is niet te gelooven!" Renate greep "hem in haar angst met beide handen bij den arm. „Geloof je, dat hij ;t nog zal doen?" De man glimlachte. „Neen, dat geloof ik friet Eenmaal maakt men zich wel van kant, ïnaar geen tweemaal, als men zoo'n luclit- hart is als onze Max". Opeens luisterde hij ontsteld. „Hoor eens aan, juffrouw, hoe uw zieke gilt. Daar heeft u wat moois aange richt. Loopt u er nu maar gauw heen. Ach ter luitenants aanrennen, die met een ge weer spelen, dat geeft toch niets." De zieke was reeds met de voeten uit haar bed en schreeuwde als bezeten. Zij verkeer de in doodsangst-, dat men haar wilde' grij pen en (ombrengen. Renate had ongetwij feld iets „moois aangericht." Intusschen spande de koetsier beneden pan. De nicht van den heer Pagel, mevrouw von Quistorp, en haar zoon Max moesten den trein van tien uur nog halen. Het-was hier „uit!" Zij waren eergisteren gekomen, om, zoo als Max von Quistorp nog toornig lachend tot zjjn regiments kameraden had gezegd, ja'ju oom'dat dwaze idee, om met zijn huisdame te trouwren uit het hoofd te praten. Zij' had den er de r eis van de garnizoensplaats naar hier voor over had, maar zij hadden dan ook nauwelijks aan het succes getwijfeld. Zij waren de eenige werkelijke bloedver wanten en hadden elkaar altijd veel gezien. De oude Zacharias, die van geen mensch' hield, was op den jongen Max verzot ge weest. Die was dan ook werkelijk door hem niet weinig verwend geworden. Toen hij nog niet kon lezen, had liy in de stad Xeeds zijn eigen pony gehad. En toon hij later cadet was cn graag met de kleine meisjes danste, had hij' zooveel zakgeld voor snoeperijen, ge kregen, dat hij 't niet op kon.- ,Voor den jon gen vaandrig werden reeds andere benoé- digdheden betaald en 't was maar goed, dat zyn vader, die als eenvoudig kapitein bij de linie was gestorven, niet kon zien, hoe woest zyn jongen als garde-dragonder leefde. Zijn moeder was daar echter onverstandig trotech' op. Mot nieuwjaar werd oom v vreemd" I-Tij' zonrl nog wel steeds de groote toelagen, maar bromde daarbij af en toe, vermaande, maakte opmerkingen, dat men te veel van hem verlangde, enz., enz. „Hij wordt oud", klaagde zyn nicht. Toen bleven de brieven uit, die hij, ondanks zijn onbeholpen vin gers, dikwijls zond, ter wille van den jongen, van wien hij wenschte te hooren. En ten slotte kwamen de eerste verdachte teeke nen omtrent „juffrouw Biermann." Het was geheel verkeerd uitgeloopen met deze bekeeringsreis, geheel verke.rd, tota ti verkeerd. Mevrouw von Quistorp en haar zoon gingen niet diplomatisch met oom om, daar zij dat tot dusver nooit hadden behoeven te doen. Zij verbloemden hun meening niet omtrent juffrouw Biermann. Zij noemden haar slechts „de persoon." Do persoon was roeds verkouden geweest, toen zij kwamen. Nu werd dat uit ergernis en zenuwachtigheid van ernstiger aard. Zij was ook oytzettend bang, dat de heer Par gel weekhartig zou worden, want er werd algemeen beweerd, dat hij heel veel van deze bloedverwanten hield. En misschien, wanneer zij niet ziek was geworden do lieer Pagel was geen held maar nu ge droegen beiden zich onverstandig en niet zeer politiek. Zij lieten merken, dafc zij den angst en de zorg van den Beer Pagel be lachelijk vonden, en hij vermoedde zelfs, dat zij wenschten Nu was alles voorbij. Den vorigen avond was het tot een uitbarsting gekomen. Er was in het blauwe hoeksalon, dat me vrouw von Quistrop geregeld bij haar ver blijf daar bewoonde, een heftige scène voor gevallen. De dienstboden hadden ingespan nen aan de deuren naar don steeds luider wordenden woordenstrijd daar binnen ge luisterd. Plotseling had de heer Pagel ge bruld, zoodat de hoofden bij do deuren onte steld waren achteruit geweken „Nu is het uit. Morgen om tien uur vertrekt jullie trein. En er zal nooit iets meer tusschen ons bestaan. Gij beiden zijt dood voor mij, dood en driemaal dood Hiermee was hij de kamer uitgestormd, zoodat de luisteraars zich nauwelijks bijtijds wisten te bergen. Max had de hoop nog niet verloren. Hij bedacht 's nachts een lange toespraak, die hij heel in de vroegte geheel alleen tegen zijn oom wilde houden. Hij versliep echter den tijd, werd pas om zeven uren wakker en moest zijn oom in den paardenstal zoeken. Toen die hem zag aankomen, weerde hij hem met oen ijskouden blik af, die bij zijn rond gezicht een komisch effect maakte, maar toch een schokkende uitwerking had. Daarop keerde hij hem zijn breeden, ronden rug^ toe. Het kwam den verwenden jongen voor alsof nu de geheele wereld ineenstortte. Nu was er geon redding meer. Maar hij voelde toch nog zooveel energie in zich, dat bij er niet eerst lang om heen draaide, doch ter stond dacht: ,,Nu maar gauw een eind er aan. Niet eerst lang nadenken. Wat helpt dat ook?" En hij liep naar boven, waarbij hem voortdurend een oud, dwaas liedje door 'b hoofd speelde Het pistool, heb pistool, Dat doefc den armen knol zoo goed. Maar toon kwam die vreemde, kleine juf in den weg, dat kleine ding. Zoo wild als een kat, dat hom niet liet begaan zooals hij f wilde, cn dab hem zoovele onaangenaamno- den berokkende. Nu hij den tuin uit was, stond hij daar plotseling als verwezen. Alles zag er op eens anders Uit. Da radicale stemming, die hem blindelings tot heb uiterste had aangespoord was als weggeblazen. Hij vond zichzelf dwaas en belachelijk. Do domme, opgewonden ge zichten der dienstboden stonden 'iem nog voor oogen. Nu'was 't halve huis bepaald in opschudding gebracht Hij rilde alsoi h.j een fÜi'ken kaler. rad. De wilde opwinding van daar straks, die letterlijk in den dood juichte, was volko men verdwenen. Hij slenterde voortij do schuur, waarin hij zich had willen ophangen. Een wee, ellendig gevoel zat hem 'tot in de keel. Op een steen aan den kant van den weg ging liij nu zitten en tuurde met eeu suf,, leeg hoofd over den in de zon blakenden weg. Het was hem bijster slecht te moede. Het leven had voor hem alle aantrekkelijkheid verloren en sterven ging toch ook niet. Een koolwitje fladderde voor hem uit en zette zich een halve seconde op de punt van zijn schoen. Een zachte wind, die over het veld kwam, streek langs zijn wangen. Op eens kreeg hij eon zeer eigenaardige gewaai- wording, bij do gedachte: ,.Ik moest eigen lijk dood zijn en zit hier toch nog. 'k Zal Berlijn terugzien en mijn regiment en alles 'i (Wordt vervolgd)*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1916 | | pagina 5