Nederland er de Oorlog.
Ra. 17209
Zaterdag; 1 April,
Eerste 151 ad. a°. 1916.
Brieven van een Leidenaar.
FEUILLETON.
Violette of de Schoonzuster.
IDSCH
DLXV.
Als het waar is, wat onder de buitenwacht
verluidt, en ik durf nauwelps hopen, dat
men er verkeerd ingelicht is, dan zqn er
van Commissarissen der Stedelijke Lichtfa
brieken binnenkort weder voorstellen te
wachten tot verhooging van den gasprgs.
Men weet, dat met ingang van 1 Sep*.
1915 de gasprgs van 6 op 7 cents is ge
bracht, met uitzondering van het muntg3s,
dat op denzelfden prijs is gebleven. Voor-
loopïg gold die verhooging tot 31 Decem
ber van dit jaar. Zij is echter eerst voor de
maanden Januari, Februari en Maart besten
digd, en laatstelijk weer voor de maanden
April en Mei.
De hooge steenkolenprijzen waren aanlei
ding tot de voorstellen en daarin is nog
geen verandering ten goede gekomen; mis
schien zal het blijken, dat deze' weer hoo-
ger zijn geworden en dan bestaat er, de
'lijn volgend van Commissarissen, B. en W.
en de meerderheid van den Raad, aanlei
ding om een nieuwe verhooging in te voe
ren. Wordt het door de stad gaand gerucht
bevestigd, dan zullen de muntgasgebruikers
ook in de mogelijk nieuwe verhooging deelen.
Mocht er uit commercieel oogpunt iets
tegen zijn geweest, het muntgas, waarvan
de productiekosten toch eveneens waren ge
stegen, in prijs gelijk te laten, in sommiger
oog werd de verhooging daardoor iets aan
nemelijker, omdat het juist de muntgasge
bruikers waren, die, in het algemeen geno
men, geacht worden den druk der tijden het
zwaarst te gevoelen.
Ook daarin is nog geen verandering ten
goede gekomen. Voor den kleinen man zijn
de toestanden zeker niet minder moeilijk
dan in het najaar van 1915. De prijzen
I der eerste levensbehoeften zijn sedert dien
tijd nog gestegen en de op zichzelf prij
zenswaardige Regeeringsmaatregelen ter ver
schaffing van -goedkoop© levensbehoeften,
blijken hoe langer hoe meer niet bij machte
deze algemeene prijsstijging fee neutralisee
ren. Waar de hienschen, die van de,eene
week in de andere moeten leven, niet wor
den gesteund door een duurtetoeslag op het
loon, of anderszins, is hun toestand er zeker
- 'niet op vooruitgegaan, omdat het weerstands
vermogen, zelfs bij de meestbevoordeelden
onder de werklieden en daarmee gelijk
staanden, afneemt, -naarmate de crisis lan
ger duurt. Een nieuwe prijsstijging van het
gas, dat zoo langzamerhand ook een der
eerste levensbehoeften van den arbeiden
den stand in onze gemeente is geworden,
lal in die kringen al heel slecht van pas
komen. Trouwens, eveneens in de kringen
van den kleinen burger- en winkelstand.
Daar moge minder geklaagd worden, dan
Hider de werkmansklasse en daarmede ge
lijkstaande beambten, dc druk der tijaen
ivordt er niettemin ook zwaar gevoeld. Dit
behoeft, dunkt mij, geen nader betoog.
Waar de zaken zoo staan, daar mag, naar
mijn bescheiden meening, de gemeente niet
zonder hooge noodzaak de gasprijzen weer
- verhoogen. Waar de overheid, om in de be
hoefte aan brood, voor de bevolking te vol
doen, bijv. groote sommen toelegt, daar lijkt
het toch tegenstrijdig, dat de overheid, zjj
het dan ook een gemeentelijke, een andere
eerste levensbehoefte het gas in vrij
snel tempo gaat verhoogen, terwijl zij
er nog een behoorlijke winst mee maakt,
al zal die dan ook niet zoo groot rijn als
in voorafgaande jaren.
Wij mogen ons dan ook vleien met de
verwachting, dat de Raad ditmaal niet tot
een nieuwe verhooging overgaat, vóór hij
een volledig overzicht van de exploitatie
over 1915 voor zich heeft. Het komt mij
voor, dat men zich niet blind mag staren
op de hooge prijzen der steenkolen en van
öe gasolie. Men moet althans ook het oog
richten naar den anderen kant, om te con-
stateeren, dat de prijzen der meeste bij
en afval-producten mede in gelijke mate
omhoog zijn gegaan. De opbrengst daarvan
moge de hooge uitgaven der noodige grond
stoffen niet geheel, zelfs niet op verre na
neutraliseeren, het is toch een factor, dien
men bij de beoordeeling van den gasprijs
niet mag verwaarloozen.
Het eenige juiste standpunt bg de ex
ploitatie van monopolistische bedrijven door
de gemeente is, naar mgn opvatting, dat
men den prijs zoo laag mogelijk stelt en er
niet op uit is, groote winsten te maken.
De gemeente behoort, na het noodige voor
rente en aflossing te hebben afgeschreven
en iets voor den kwaden dag te hebben ge
reserveerd, voor de moeite en zorg, aan het
beheer verbonden, slechts een bescheiden
bedrag in de gemeentekas te storten. Over
de hoegrootheid van zoo'n bedrag kar. men
eens praten; het streven mag niet zijn van
de winst als het ware een sluitpost op de
begrooting te maken en er den hoofde-
lijken omslag mee te drukken. Dat de prijs,
door welke omstandigheden dan' ook, toe
vallig laag is, lager dan elders, mag m.i.
nimmer een reden zijn om tot verhooging
en tot meer winst maken over te gaan.
Een voor ieder tastbare grond voor deze
opvatting ligt reeds in liet feit, dat in de
door de gaslevering verkregen winst niet
door alle burgers wordt bijgedragen, laat
staan evenredig bijgedragen. Vroeger gold
dit vooral doordat er veel menschen waren,
die niet aan de gasleiding waren aangeslo
ten, omdat zy petroleum brandden; thans
geldt dit nog omdat er weer talrijke in
gezetenen zijn, die elecfcriseh licht gebrui
ken, waarvoor weer andere tarieven gelden.
In theorie was men het daarover tot op
dezen tijd toe, in Leiden eens. In den laat-
sten tijd, komt er echter een strooming,
vooral vertegenwoordigd in het College van
B. en W. en in de Commissie van Beheer
der Stedelijke Lichtfabrieken, die er eerlijk
voor uitkomt, dat de Stedelijke bedrijven
heb recht hebben een behoorlijke -winst te
maken, mits zij maar zorgen, dat de prijzen
van het geleverde- niet hooger zijn dan die,
welke in particuliere bedrijven worden ge-
eischt of in andere gemeenten den verbrui
kers in rekening gebracht Zich op dit.stand
punt stellend, komt het trouwens dan ook
al haast z-oo ver, dat een verhooging moei
lijk te verdédigen valt Zeven cents per
kub. Meter is zelfs in vergelijking met den
prijs in andere gemeenten toen waarlijk niet
een bedrag, waarvan gezegd kan worden,
dat er nog wel wat bij kan.
Vóór 1885 was de prijs voor gewone mc-
tters. 8 iets. per kub. Meter, Heb gasgebruik
was toen dan ook lang niet algemeen en
voor andere doeleinden dan verlichting, werd
het zoo goed als niet gebruikt. De arbei
dersbevolking gebruikte toen zoo goed als
geen gas. De winst steeg toen nooit hoo
ger dan f65.000. In het jaar 1884 werd
er f58.000 winst gemaakt In die hooge
winst zagen Commissarissen toen een re
den om tot verlaging van den gasprijs over
te gaan.
Met ingang van 1 April '85 werd deze
gebracht op 6 ets. Kwaad deed het de ex
ploitatie niet, want 'in dat jaar steeg de
winst tot f 68.000. In 1S89 ging men nog
verder met de verlaging: de prjjs werd
op 5 ets. teruggebracht. Men deed dit
ondanks het feit, dat do winsten in dien
tijd aan het verminderen waren.
Het is leerzaam de debatten bij de be
handeling der voorstellen tot gasprijsverla-
ging in die jaren nog eens na te gaan. De
redenen, toen door voorstanders van ver
laging aangevoerd, komen bijna geheel over
een met de argumenten, thans gebezigd
door de tegenstanders eener verhooging.
En dat zij een goeden knk op de zaken
hadden, blijkt wel hieruit, dat na de laatste
verlaging de gasfabriek steeds is vooruitge
gaan en de winsten hooger zijn geworden,
niettegenstaande de salarissen der ambte
naren en de loonen van het personeel her
haaldelijk verbeterd werden.
Bij het aanlichten der 20ste eeuw begint
er in het Collego van B. en W. en bij
Commissarissen een andere strooming weer
boven te komen. In 1900 gelukte het dien
prijs weer op 5Vs ets. te brengen. Toen
er het volgend jaar een winst gemaakt werd
van niet minder dan f 105.000. kon men den
verhoogden prijs niet handhaven; hij werd
weer op 5 ets. teruggebracht
In 1903 kwam weer een voorstel tot ver
hooging met een halven cent dat echter
werd verworpen. In 1907 kwam men als
tij del t ken maatregel met dit voorstel terug
en toen werd het aangenomen, en het is
opmerkelijk hoe sedert die verhooging de
winst regelmatig is gestegen eil in 1913
het hoogtepunt bereikte met een cijfer van
148.791. Toen heeft men een scheiding
gemaakt tusschen de retributie (d.i. huur
voor het leggen der buizen in gemeente
grond) en de eigenlijke winst. Men kwam
nog tot een gezamenlijk bedrag van
f135.000.
Het is wel eigenaardig, dat het streven
om den gasprijs te verhoogen, juist is opge
komen in den tgd, dat de hoofdelijke omslag
een sterke neiging vertoonde omhoog ie
gaan. Daaruit blijkt weer, hoe tusschen deze
twee verband bestaat, wat er bij een bil
lijke en rechtvaardige opvatting van ge
meentelijke exploitatie niet mag bestaan.
Na don oorlogstoestand volgen de ver
hoogingen elkaar met snel tempo op: 1 Jan.
1915 van 5Va opl 6 ets.; 1 Sept. van 6 op
7 ets.
Wat zal nu nog volgen, wanneer de
rechtvaardigheidszin van de Raads meer
derheid, Commissarissen en B. en _W. niet.
halt! toeroept?
1)® anibalauee-keiDeu.
Het Nationaal Comité tot Aanbieding van
Ambulance-treinen aan de regeering, zal
binnen enkele maanden in staat zijn twee
naar alle eischan ingerichte Ambulance-trei
nen, en één Ambulance-automobiel aan de
regeering aan te bieden.
Behalve bedragen in geld hebben ook gif
ten in natura niet wéinig bijgedragen tot
dit succes. Zoo heeft de Maatschappij tot
Exploitatie van Staatsspoorwegen geaeel be
langeloos 30 lokaal-spoorwagens afgestaan,
die in ambulance-wagons worden omge
bouwd; de firma Broeatus en Sth:emau te
Meppol schonk een volledig ingerichte apo
theek; de firma Salm, te Amsterdam, nam
de inrichting van een verbandwagon voor
haar rekening, met inbegrip van instrumen
tarium; de firma Zaalberg, te Leiden,
schonk alle benocdigde wollen dekens; de
Bgenkorf alle kachels met bijbehooicn. Dit
zgji nog slechts do belangrijkste giften in
natura.
Komt er geen onvoorzien oponthoud, dan
zullen de twee treinen, waarvan er één
bij Werkspoor te Amsterdam en een bij
Gebrs. Beynes te Haarlem gebouwd wordt,
over ongeveer twee maanden gereed zijn.
Zooveel mogelijk, dus slechts enkele uit
zonderingen daargelaten, .zullen alleen voort
brengselen van Nederlandsche nijverheid
aangewend worden.
Terwijl de treinen zullen dienen voor het
vervoer der gewonden van het aagveld naar
de pteden, waar de hospitalen voor het op
nemen der gewonden in gereedheid ge
bracht zullen zijn, zii de automobiel slechte
dienst doen voor het vervoer der gewonden,
na aankomst, van het station naar net hospi
taal.
Alvorens tot het maken der ontwerpen
voor de treinen is overgegaan, heeft een
commissie, bestaande uit prof. Saltet, dr.
van Spanje en majoor Huygens, in Buitsch-
land de daar gebezigde ambulance-treinen
bezichtigd, terwgl prof. Hector Treub en
dr. A. Sturkop met hetzelfde doel een studie
reis naar Engeland maakten.
Elke trein zal bestaan uit 15 wagons van
7 verschillende types, en zal n.l. bevatten
twee ziekenwagens, een magazgnv.a;en, een
dokterswagen, een verband- en apotheek
wagen, een keuken-, en een perscneelwagen.
Er wordt naar gestreefd alle overbodige
weelde bij de inrichting te vermijden, en
deze alleen te laten voldoen aan de eischen
der praetijk. Zoo is er geen sprake van een
operatiekamer, omdat opereeren in een trein
toch, te groote bezwaren heeft; de verband-
kamer zal er alleen, maar dan ook zoo
goed mogelijk, op ingericht zijn, om heftige
bloedingen te stelpen, wonden te verzorgen,
enz. De apotheek zal slechts het hoog nood
zakelijke, maar 'dit in ruimschoots voldoende
mate, bevatten; vooral verbandmiddelen,
sera e. d.
De inrichting der keukenwagens is een
geschenk van den Ned. Hotelhoudersbond, en
zal in overleg met het bestuur van dit
lichaam, dat natuurlek alleszins deskundig
is, zeer doelmatig worden gemaakt.
Elke wagen voor gewondén zal 50 ge
wonden kunnen bevatten, -die twee aan twee
boven elkaar in uitneembare bedden liggen.
De wagens bevatten c.a. een turfmolmclo-
set, centrale verwarming en ook kachels,
om ten opzichte van de temperatuur niet
afhankelijk te zijn van een locomotief. Van
binnen worden de wagens in een vrooigke,
lichte kleur geschilderd; van buiten zal 'de
kleur „veldgrauw" zijn, met aan den eenen
kant het roode kruis, aan den anderen kant
de nationale kleuren, het dak zal wit be
schilderd worden met het roode kruis dui
delijk zichtbaar voor bestuurders van vlieg
machines.
Het plan der commissie is, om aan de
regeering in overweging te geven, de trei
nen in vredestijd in gedeelten op verschil
lende groote stations in het land te station-
neerén, zoodat b.v. ié geval van een spoor
wegongeluk of een epidemie in een kleine
plaats,-steeds onmiddellijk een trein daar
heen kan worden gedirigeerd, waar hij als
noodhospitaal goeden dienst zou kunnen
doen.
Te hopen is het, dat de beide ambulance-
treinen alleen aan dit vredes-doel zullen be
hoeden te beantwoorden.
Uitvoer van Peulvruchten.
Do minister van Landbouw, Nijverheid en
Handel heeft bepaald
lo, de uitvoer van paarden-, wier-, scha
pen-, tuin-, Hinrichs Riesen- en pronkboo-
nen op de daartoe vastgestelde voorwaarden
en zal tot 1 Mei 1916 onder do thans gelden
de voorwaarden zijn toegestaan. Gedurende
de maand Mei 1916 zal nog gelegenheid be-,
staan deze soorten boonen uit te voeren, in-
j dien voor 200 K.G uit te voeren boonen
worden gedeponeerd voor binnenlandsch ge-
bruik 100 K.G. bruine boonen en 100 K.G.
groene erwten. Consenten waarvan op 1
j Juni 1916 geen gebruik is gemaakt-, worden
als vervallen beschouwd
2o. do uitvoer van niet voor menschelijk
gebruik geschikte capucijncr-erwten zal zijn
toegestaan op dezelfde voorwaarden als ten
aanzien van don uitvoer van de sub lo. ge
noemde soorten boonen is bepaald. De be
slissing omtrent de vraag of partijen capu-
cijnors voor menschelijk gebruik geschikt
zijn, berust bij den secretaris der Peulvruch-
tenvereeniging, tegen welks beslissing be
roep openstaat bij de Rijkscommissie vaa
toezicht op genoemde vereeniging.
1 Centrale Einkauls^eaelliehatt eil
kaashandelaren.
In de sociëteit „Ons Genoegen", te
Gouda, heeft gister een vergadering plaats
gehad van de Nederlandsche Vereeniging
van Kaashandelaren. Aia voornaamste
punt stond op diö agenda de nieuwe rege
ling van export van volvette kaas naar
Duïtschland. Door het bestuur van de
vereeniging was n.l. aan de N.V. „Kaas
handel-Maatschappij Gouda", aldaar, een
schrijven gericht, waarin verzocht werd,
nadere uitlegging te willen geven van de
nieuwe regeling van den export van kaas
naar Duftsohland in. het algemeen en do
verhouding der maatschappij „Gouda",
.directeur de heer C. van Eyck tot de an
dere exporteurs in het bijzonder.
Uit gesprekken met .verschillende kaas
handelaars, bleek mij, dat men over het
algemeen nogal gekant is tegen de Zentra-
Ie Eiukaufsgesellschaft. Er schijnen door
Duitsche firma's inkoopen te worden ge
daan buiten het verband der Zentrale en
de meening heerschfc, dat het bedrijf der
Zentralo op den duur geen stand zal hou
den. Althans niet, wanneer de handelaren
dSe aanvankelijk door do Zentrale over
rompeld waren, zich in hun handelingen,
met overeenstemming gedragen en oe re
geering bijvoorbeeld zou ingrijpen, door
de grens een tijdje gesloten te houden.
Do vergadering stond onder voorzitter
schap van den heer J. W. F. S. Middel
beek.
De heer C. van Eyck wa-e voor de Goud
scha Zentrale aanwezig.
In zijn openingswoord gewaagde de voor
zitter van vel© nacbeelen, door den kaas
handel geleden, al meende de buitenwe
reld dan ook, dat er in den handel goud
verdiend wordt.
Spreker wees op de ongemotiveerde
grenssluifcing, op do prijzen, die sinds
December niet gestegen zajn, terwij- de
kaas indroogt en er dus een evenredige
verhooging zou moeten bestaan, alsmede
op vele andere nadeden.
Sproker hoopte echter, dat de vereeni
ging een hoog standpunt zal blijven imne
me, dat anderzijds de minister toegan
kelijk zal worden voor billijke wenschen
der kaashandelaren en dat hij zich herin
neren zal niet alleen minister van Land
bouw te zijn, maar ook minister vail Han
del.
De besprekingen hadden een verre van
rustig karakter. Eensdeels was men bang
dat de firma's liun relaties in Duitschla-nd
moesten verliezen, na alleen de firma Van
Eyk met Duitschland mag handelen. Wat
"^uitsohland in eigen land wil doen, moet
iiefc weten, maar hier dient liet de vrijheid
to eerbiedigen.
Een exporteur uit 's-Hertogenbosch valt
sterk minister Posbhuma aan, die het lands
belang te weinig in het oog houdt en te veel
zijn blikken naar Duitschland richt.
Een commissie van controle op den kaas
liand&l der firma Van Eyk wordt benoemd.
In Noord-Holland1 he-ersc-ht ook ontstem
ming over Duiteoliland's maatregel. Een
vijftal kleine handelaren te Hoorn, wier
omzet gering is, heeft alles in handen. De
grootste exporteurs te Alkmaar en Purine
rend zijn gepasseerd. Zo zijn als 't ware on
dergeschikt aan de kleine Hoornsche ex
porteurs.
Uit het Engolsch van Miss YONGE.
(Nadruk Verboden).
131)
Hg beantwoordde 't met 'n handdruk en 'n
harte lij ken blok. Nimmer had hij in do da
gen, toeu zij meende, dat zijn hart -liaar
onverdeeld toebehoorde, haar zulk een blik
geschonken. En thans ontving rij veel meer,
dan zijn hart toen had aan te biedenrijn
beste gewaarwordingen in dien. tijd waren
niet- half zoo innig, zoo tee der en onbaat
zuchtig als de liefde, welke hij haar nu be
toonde
Zij had den strijd met haar eigen wil op
gegeven, en bij het geluk, dat zij sedert
gesmaakt had, werd haar thans weder die
nieuwe weldaad geschonken.
HOOFDSTUK XIV.
Geduld ec gebed brachten vruchten
voort.
„Violette, gij zult zeker niet in staat zijn
op Kerstdag naar de kerk te gaan."
„Neen. ik gevoel mij nog niet &terk ge-
uoeg, zelfs-a<l kondt gij mij missen."
„Zoudt gij denken, dat Mr. Rivers hier
^11 huis zou willen komen?"
P ,X). zeker, Arthur!"
at was alles, wat rij zeide, maar do
os, wc-like^ Arthur's gelaat overfcoog, toon-
(-e moeite aan, die deze weinige woor
den hem gekost hadden.
Zij schreef eoa briefje aan den predi
kant. Ac dit nog denoelfden namiddag
door een bezoek beantwoordde. Dit ver
raste Arthur ©enigszins, cloah hij had rich
voorgenomen bean te spreken, en met een
hoogrood© kleur verzocht hij, dat men Mr.
Rivera zou verzoeken boven te komen. Vio
lette liet hen alleen, terwijl haar hart
van hoop en dankbaarheid klopte.
Arthur's openhartige, hoewel stamelend©
bekentenis: „Ik heb nooit genoeg over de
ze dingen gedacht", bevatte zijn geheel e
geschiedenis.
Hij had meer van de eenvoudige gods
vrucht van zijn zoontje geleerd, dan al de
jaren zijns levens hadden kunnen teweeg
brengen.
Toen rijn geweten ontwaakt was, luister-
do hij met angstige oplettendheid naar
ieder woord van rijn on schuldigen kleinen
leermeester, om daaruit een klaarder be
grip van barmhartigheid en schuldvergiffe
nis te putton
Do lange, stille uren gaven hem tijd tot
nadenken, en dikwijls, wanneer rij, die bij
hem waakten, meenden, dat. zijn gesmoor-
do zuchten of rustelooze bewegingen uit
pijn of benauwdheid voortkwamen, waren
zij het gevolg van den schier on draaglij
ken last, die zijn gemoed bezwaarde.
Zoo was zijn inwendig leven voortge
gaan, terwijl een gemengd gevóel van
schaamte, verlegenheid en tegenzin om
zich in een ander licht to vertoonen, zijn
lippen gesloten hield en dagen en weken
gingen voorbij voordat hij het van rich
kon verkrijgen om er zelfs met rijn vtouw
een woord over te spreken. Toen hij het
eindelijk deed, was haar stille innige blijd
schap tegelijkertijd een belooning ©n een
bestraffing. Hoewel rij bijna- niets zeide,
kende hij haar genoeg, om op haar gelaat
©en nog zaliger vreugde te lezen, dan op
den dag, waarop zij hom voor het oersrt
hun eerstgeborene had zien fiefkoozen.
Hij sloeg zijn oogen naar haar op, om
dien blik nog eens te ontmoeten, toen zij
na zijn onderhoud met den predikant te
rugkwam, ten einde te zamen het uur te
bepalen, waarop Mr. Rivers hun het avond
maal zou toedienen. Ootmoed, schaamte,
vrees en berouw werden verzacht en te
vens dieper gevoeld toen hij die oogen
ontmoette, waaruit zuivere blijdschap en
dankbaarheid straalden.
Dien avond zat Johnnie bij rijn bed in den
prentenbijbel te bladeren.
„Daar is de goede berderp papa. Ziet
gij dat arme schaap wel, dat uit de
schaapskooi geloopen is ver weg in de
woestijn tusschen rotsen, en wildernissen?
Dat is het schaap, dat kwaad gedaan heeft,
weet u, papa. En het is verdwaald en de
wolf loert er op om het te verslanden,
maar de Goede Herder" en het kind
boog eerbiedig het hoofd „gaat hem op-
Johnnie had de gewoonte om half in rioh-
zel ven pratend© zijn beschouwingon en op
merkingen te maken, zonder evenwel een
antwoord te wachtendoch dien avond ver
schrikt© hij, toen hij zag dat zijn vader
het gelaat verborg achter de uitgeteerde
handen, welke rijn voorhoofd ondersteun
den.
„Krijgt u hoofdpijn van mijn praten, pa
pa? Zal ik uitscheiden
„Zeg nog eens wat gij daar zooeven ge
zegd hebt, Johnnie."
„Ik kan het niet heel goed zeggen",
antwoordde de knaap. „Ik weet alleen
maar, dat de engelen rich verheugen en
blijde rijn als een zondaar berouw heeft,
ik heb er verleden op een nacht aan ge
dacht, toen ik den vorigen dag zoo stout
was geweest."
„Gij, Johnnie?" Arthur kon bijna niet
gelooven, dat- het kind in staat was om
stout te zijn.
„Ja" zeide Johnnie, terwijl zijn lipje
beefde,,ik was boos, omdat ik mijn les
bij tante Theodora moest opzeggen, in
plaats van bij mama, en ik had er nader
hand groote spijt van. Maar 's nachts kreeg
ik ineens dat vers in do gedachten, en ik
dacht, dat do engelen er vast net zoo uit
zien als mama."
Ongetwijfeld was zijn vader het geheel
met hem eens.
Theodora werd op den eersten Kerstdag
verblijd door een brief van Percy, die haar
gelukkiger maakte dan zelfs zijn bijzijn
bad kunnen doen, daar hij haar meldde
dien dag bij Arthur en Violette te zullen
doorbrengen, om met hen het Avondmaal
he vieren.
D© dag word zeer stil te Öadogan-P laco
gevierd. Arthur gevoelde voor de eerste
maal in al haar kracht dóe voor hem nieu
we aandoeningen, en ofschoon hij bijna geen
woord sprak, nooli eenige beweging maak
te, bleek het duidelijk, dat de plechtigheid
hem sterk had aangegrepen, uit de ver
moeidheid, die or op volgde, welke mis
schien ook wel voor oen deel was toe te
schrijven aan de ongewone inspanning, om
rijn gedachten bij één punt te bepalen.
Gedurende 't overige van den dag lag hij
stil en half sluimerend op de sofategen
den avond, toen hij alleen met Johnnie
was, richtte hij rich op en vroeg hem om
een bijbel en al zoekende naar de gelijke
nis van het afgedwaalde schaap, bladerde
en las hij goruirnen tijd.
„Arme kinderen, gij hebt een treurig©
Kerstmis gehad", zeide Arthur, toen rij
hem goeden nacht kwamen zeggen.
„Neen, iieen, papa, de man van den uil
heeft allerlei spelletjes met ons gedaan in
de eetkamer!" riep Helena.
„Ja," voegde Johnnie er bij, „en weet u,
papa, ik had nog nooit mijn Kerstgezang
voor u opgezegd nog op geen eene Kerstmis,
en vandaag weldaarom vind ik dit de
beste Kerstmis van alle, die ik mij herin
ner."
Den volgenden dag was-Arthur zeer blij
de te hooron, dat Johnnie ten slotte nog
eenig deel zou hebben aan de vermaken van
d'ic feestelijke dagen, daar kolonel Harring
ton een bezoek kwam geven en zijn kleinen
cïoopzoon uitnooddgde om op Nieuwjaars-
cag een kinderpartij aan zijn huis te komen
bijwonen.
Die uitnooddging bracht Violette gewel
dig in het nauwzij kon den kleinen, bo-
doe-sden knaap niet alleen laten gaan, eu
wilde ook niet gaarne aan rijn vader laten
merken, dat hij verkeerd gedaan had, met
die invitatie aan te nemen. Gelukkig kwam
Percy haar te hulp „Ik vind niets zoo pret
tig als een kinderpartij", zeide hij. „Ziet
gij geen kans om mij daar in té smokke
len, als Johnnie's kindermeid bijvoor
beeld?"
„Gij kent mevrouw Harrington immers
wol?" zeido Arthur; „gij kent toch iedor-
c J."
„Ja, ik ken haar wel. Wat zegt gij, Vio
lette, wilt gij- mij in Johnnie's gevolg la
ten medegaan? Als gij hem aan mij toever
trouwt, zal ik goed op hem passen, en zor
gen, dat hij een goed stuk van den nieuw
jaarskoek krijgt, en hem warm inmoffelea
bij het naar-huis-gaan."
Dat aanbod was te vriendelijk om af te