Ro. 17172
Vrijdag J.N Febrsiari.
Tweede lilud.
A0. 191G.
Tweede Kamer.
Uil de Qmsüeken.
FEUILLETON.
Violette of de Schoonzuster.
Vergadering vnn gisteren».
DE EEDSWET.
Bö arb. 2 verdedigt de heer GEi.HARD
een amendement, door hem mede namens
den heer Van Idsinga ingediend, strekkende
om dp artt. 2 en 3 te vervangen door
pen nieuw artikel, luidendeOp zrjn verzoek
wordt de to beëedigen persoon toegelaten
de belofte (verklaring) in plaats van den
ped af te leggen, indien hi} bij zijn verzoek
verklaart, öf te behooren tot een gods
dienstige gezindte, die hem het afleggen
van eoden verbied^ öf'gewichtige gemoeds
bezwaren togen het afleggen van eeden te
hebben. De bedoeling is, dat de eed niet
wordt verboden, en het aan dengeen, die
'godsdienstige gemoedsbezwaren heeft, niet
moeilijker wordt gemaakt dan aan de niet-
geloovigendaarom wordt vrijstelling ver
leend op verzoek van den betrokkene.
De heer VAN SASSE VAN YSSELT ver
dedigt zijn amendement, strekkende in art.
3 tusschen do woorden ,,per30on" en „ver
klaart" in te lasschen de woorden „met ép-
gaaf van beweegredenen'' en het woord „ge
wichtige" te vervangen door het woord „on
overkomelijke".
Zonder deze wijzigingen zou spr. bezwaar
hebben vóór het ontwerp te stemmen. Het
aantal socialisten neemt toe en dezen zul
len verkleren bezwaren tegen den eed te
hebben, zonder eerbiedwaardige redenen.
Spr. wil niet langs een omweg het toet-
8ingsrecht weder invoeren, doch hg. acht het
noodig, dat de betrokkene althans een ver
klaring aflegt.
De rechter kan dan den betrokkene nog
tot andere gedachten brengen.
Nog stelt spr. b$ amendement voor het
woord „bezwaren" te vervangen door „be
zwaar".
De heer DE GEER verdedigt zijn amen
dement, strekkende om te bepalen, dat voor
de vrijstelling wordt geëischt, dat het be
staan van de bezwaren aan de godsdienstige
opvattingen van den' betrokkene wórde ge
constateerd. Spreker- meent, dat bij Diet-
aanneming van het amendement de éed toch
feitelijk facultatief wordt. Bp aanneming zal
het althans iets moei lijkef worden. Blijven
de artt 2 en 3 onveranderd, dan wordt
eigenlijk de plicht, om den eed af te leggen,
in hét artikel genoemd, tot* eon bespotting.
De heer RUTGERS stelt eveneens een
amendement voor, waarbij eon akte wordt
gevorderd van den burgemeester of den
kant mreohter.
Deze verklaring moet bevattc-n, dat de
betrokkene öf niet aan God gelooft öf gods
dienstige bezwaren heeft Deze verklaring
zou dan mondeling ter terechtzitting moe
ten worden bevestigd.
De heer LIMBURG zal niet spreken over
het artikel, doch over de amendementen..
Dat van de heeren Gerhard en Van Idsinga
acht Spreker grootendeels van redactionee-
len aard. Het amendement van den heer
Rutgers vormt een uiterste spits der oppo
sitie, voor de linkerzijde is het vermoedelijk
onaannemelijk. Het zal niet leiden tot het
doel, dat de voorsteller zich daarvan voor
stelt. Mon denko aan de tallooze overtredin
gen, voor den kantonrechter behandeld. Voor
wordt de te beëedigen persoon toegelaten
heeft gereden aan zijn fiets of een hond al óf
niet gemuilkorfd was, moet men eerst aan
'den kantonrechter gaan vertellen, dat men
niet aan God gelooftl Men zal dat een
voudig niet doeii. Zal men dan den eed
moeten afleggen? Velen zullen niet daarop
willen worden aangekeken. Wil de voor
steller zijn voorstel1 toetsen aan de reali
teit, dan stelle hij ach de vraag of op die
wijze een beklaagde nog getuigen dé-
charg® zal kunnen krggen.
Voor de practijk is het amendement on
bruikbaar. De voorsteller heeft ook niet
gedaeht aan de pantheïsten; de eenvoudige
Nederlandsche rechter zou moeten gaaa uit
maken of iemand aan God geloofr. Wellicht
is de heer Rutgers het eens met deu heer
Van Wijnbergen en deelt ook hg deze per
sonen in bjj het geestelijk uitvaagsel.
De heer VAN WIJNBERGEN interrum
peert en ontkend anthe'ïstc*i zoo te hebben
genoemd. Spr. tart den spreker, dat uit
zjj-n redo voor te lezen.
De heer LIMBURG houdt vol, dat- de
woorden van den heer Van Wijnbergen een
zoodaaigen indruk maakten. In de amen-
demea ten-De Geer en Van Sasse van Ysselt
moet voor degenen, die ernstig tot een op
lossing willen komen, het materiaal voor
een brug worden gevonden. Spr. meent, dat,
indien het amendement-Sasse be teeke nis
heeft, het toch een soort toetsingsrecht in
houdt. Tegen het amendemenfr-De Geer heeft
spr. het bezwaar, dat een sohrifte.rjke ver
klaring- wordt gevonden.
De heer LOHMAN steunt het amende
ment-De Geer. Art 2 behoort z. L niet
meer in de wet thuis. Spr. wenscht, dat
ieder verplicht is den eed af te leggen
en ook ieder op zedelijke gronden daarvoor
kan worden vrijgesteld. Spr. wil niet groe
pen vao atheïsten en andere groepen vrijr
stellen. Onze voorouders, die nog gematig
der waren dan het tegenwoordig gedacht,
lioten de Doopsgezinden vrij.
Do Hooge Raad is van opinie veran
derd, en wij zijn hier bezig ten gevolge
daarvan de zaak wettelijk te regelen. Ook
voor de Doopsgezinden, meent spr., behoeft
verder geen beroep op hun Kerkgenoot
schap meer noodig ie zijn.
De heer MEN DELS treedt in een be
strijding van den heer Rutgers. Het gaat
niet aan, zegt spr., aan de lieden fee wagen:
„Gelooft gi) in God?"-zooals men vraagt:
„Houdt gij van oesters?" Het kan voor
komen, dat een peQtheïst door een burge
meester wordt vrijgesteld, doch dat de rech
ter hem weder wèl geloovig vindt. Nog groo-
ter bezwaar vreest spr. van het amende
ment-Van Sasse van Ysselt. Indian het den
rechter gelukt, dengene, die aanvankelijk
een eed weigert, over te halen, geeft dat
geen indruk van-betrouwbaarheid van den
betrokkene. Tegenover den heer De Geer
merkt spr. op, dat het hier geen zaken
betreft, die men schriftelijk behandelt. Dat
vindt spr. klein en naar. Het wordt een
sleur en een pa-parassenwmkol. Men onder
zoekt thans toch ook niet als iemand voor
de rechtbank verklaart Doopsgezind té zijn,
of dit werkelijk zoo is.
De Voorzitter verdaagt de vergadering
tot Vrijdag te elf uren.
puilde, waaronder tal van gezochte en kost
bare werken, over wiskunde, geometrie,
waarschijnlijkheidsrekening, verzekanngs-
wetenshap, pkysica astronomie, enz. voor
komen. De laatste af deeling bevat ruim dOO
werken over zoölogie, botanie en geologie.
Ten slotte vermelden wij nog, dat op deze
verkooping een uitmuntende collectie me
dische en chirurgische instrumenten, voor
namelijk op het gebied der iaryngologie,
neus-, oor- en oogziekten geveild zul wor
den.
Do geheele verzameling, 2700 nummers, is
op 3 en 4 Maart te bezichtigen.
KUNST, LETTEREN, ENZ.
Boekvërkooping.
Bij de firma Burgersdijk en Niermans,
Templum Salomonis, te Leiden zal een
bookverkooping gehouden worden speciaal
op heb gebied der geneeskundige, scheikun
dige, exacte en natuurwetenschappen, af
komstig o.a. van dr. J. Nijland, geneesh. te
Zetten en prof. dr. P. Zeeman, hoogl. in de
wis- eD natuurkunde aan de Universiteit te
Leiden. De catalogus bevat een rijke vér-
zameling handboeken, tijdschriften, zeld
zame werken, enz. op het gebied der ana
tomie, bacteriologie, chrirurgie, obstetriek,
oog-, neus- en oorheelkunde, psychiatrie,
pathologie en therapie en aanverwante vak
ken, tezamen 1080 nummers. Scheikundige
hand- cn studieboeken, tijdschriften, enz.
Belangrijk is de afdeeling wis- en uatuur-
Jan Ligthart f.
Naar aanleiding van het overlijdensbe
richt van den bekenden pacdagoog Jan
Ligbhart, dde H. M. de Koningin van
adwies diende bij de opvoeding van Prinses
Juliana, lozen wc in het „Hbld."
Willem Kloos wees in een z0ncr literaire
kronieken in de „Nieuwe Gi-xs" Jan Ligt
hart aan ais „ongetwijfeld ec onzer vrucht
baarste auteurs". A-hier in den tweed.a
druk van zijn Jeugdherinneringen „vinch
men niet minder dan 44 titels vermeld van
boeken, die zijn kunde en zijn ijver, en wat
nog meer zegt, zijn goedo snaak en jist
inzicht, ja, soms zijn talent zelfs, hebben
voortgebracht". En hij doet opmerken, dat
Ligthart door zijn uitgave (do reeks: „Van
alle Tijden") van een iteatal oude, in 't
bijzonder Middeleeuwse ho. dichtwerken,
heoft bewezen, dat hij beier en juister dan
het meerendeel zijner tijdgenooten en voor
gangers in staat bleek to zijn, de geeste
lijke beteeken is do schoonheid en psychische
diepte te waa rdeeren van de boeken die hij
las. In tegenstelling tot de meesten onzer
voelde Ligthart „de natuurlijke kinderlijk
heid, hot ongedwongen-uitgeprate dier
overoude letterkundige probcse-len hoe
zou hij er anders toe gekomen zijn er be
lang in te stellen en er moeite voor te doen 1
on kwam hij er dus van zelf toe, enkele
er van begrijpelijk en bruikbaar te maken
voor het beschaafde publiek." Kloos stelde
zijn uitgave van den Esmoreit, uo Bcatrys
en andere oude dichtwerken dan oox op
beogen prijs. Maar ook voor den literator,
die sprak uit de Jeugdherinneringen, had
Kloos waardeering en oen bewijs dab dit
boek een menschel ijk, een levend boek iö,
achtte hij hierin gelogen „dat er haast geen
enkele bladzij in wordt gevonden, dat niet
prikkelt hetzij tcfc bijval, hetzij tot tegen
spraak."
Van Jan Ligthart's wer.k in de school,
tenslotte, eltond juist Itwee jaar geleden
een aardig geïllustreerd artikel in ..Eigen
Haard." De schrijver stelt zich daarin de
vraag wat weJ net geheim mag zijn van
Ligthart'a systeem, wol eens „het verband
houdend onderwijs" genoemd.
„De kinderen leeren wol ct< _,olijk op zijn
eohooL, grondig, en voldoende, maar den
kind oren zolf schijnt (het leerton dikwijle
spel te zijn."
Op het werk rooster staatduiven voe
ren. Is dat leereni
„Ja. wta-nt (terwijlheft krijgen van de
dulvenboonen in do opgehouden Bandjes en
net wegpikken daarvan door de duiven, (de
échte, levende duiven oprecht genoten
wordt, zoo kunnen Id'e kinderen ook" met
werkelijke belangstelling luisteren, als hun
daarna verteld wordt van het leven len
doon der vogels in het algemeen, van Ihun
voeren: de donsveeron, de dekveeren,
slagpennen en stuurpennen, hun poot-en:
klim voeten, waadpooten, gangpooten
hun voedsel, waaruit dat (behalve duiven-
boonen) zooal bestaan kan, waar dat van
daan .komt, enz.
„Er wordt iïi de les een steenoven ge
maakt; de ki 'eren zelf mogen dat doen.
Met klei worden kleine steentjes gevormd,
keurig Tietjes, en die worden in den minia
tuur-steenoven opgestapeld. Een heerlijk
werkje, en 'onder do -and of daarnd wordt
gesproken over de échte steenovens, over
de klei zelf, waar .die wel wordt gevonden,
of er ook verschillende soorten van zijn,
hoe de klei gewonnen wordt enz., enz,
„Dat is „verbandhoudend onderricht"
.WASSEN A A L
GLl-r-voad werd in het café „Den
Nieuwen 1* eau vergadering gehouden,
met het co:! te komen totr oprichting eeaer
Vereeniging v fr „het behouden en onder
houden van V. ^osenaars natuurschoon". De
vergadering z.'f was druk bezocht, maar
bovendien v..area een z:er groot -aar tal
schrifte!y';e me-Jedëelingen ingekomen van
hen, die z.'i mot deel co strekking, uitge
drukt in do ontvangen ci. cal-ire, gaarne
wenschtjr ic vereenigea.
Mr. dr. i:. C. Overocrue, din de ver
gadering li.idde, zette nogmaals het doel
der te stichten Vereniging uiteen en som
de tal van zaken op, die de Vereeniging
zou kunnen slichten of bevorderen.
Hot bleek, d?t de bedoal.'ng ook was het
„vreemdelingenvrkeer" te bevorderen.
Door applaus raven de aanwezigen te
kennen, dit z'j i n volle instemden mot de
woorden v;.n den leider der vergadering
en de Vereeniging „Wassenaar Vooruit*"' was
gesticht a"*!o de vergadering word een
commissie h.noemd, die zich belasten zal
mét het ontwerpen der statuten. In deze
commissie hebben zitting de heeren J.
Heldring, A. v. Hoboken van Hoedekens-
kerk e, inr. dr. J. C. 0vervoorde, J. Th.
Wouters, do burgemeester dezer gemeente,
dr. F. van Praag van de Putten.
De burgemeester en de heer Ruygrok
dankten de heeren, die het initiatief hebben
genomen om de Vereeniging fce stichten.
Over veertien dagen* zullen de statuten aan
de goedkeuring der leden worden onder
worpen. j u
NOORD WIJK.
Gemeenteraad.
Aanwezig: elf leden. Afwezig de heer C.
W. Alkemade. Een vacature.
Voorzitter: Jlir. W. C. van Panhuys, bur
gemeester.
De notulen der vorige vergadering wer
den onveranderd vastgesteld. De Voorzitter
deed mededeeliug vau een aantal ingeko
men stukken.
Berichten van aanneming hunner benoe
ming in de vorige vergadering: van dr. C.
Hermanides tot gemeentearts, van de heeren
Kloots -en Van der Lee, resp. als gasthuis-
en weesmeester, van den lieer Alkemade tot
lid der. schoolcommissie en van nog eemge
personen benoemd of herbenoemd bot leden
oer Commissie tot Wering van Schoolver
zuim.
Ben verzoek van P. Vink, om teruggave
van een gedeelte van de strand}:acht, wegens
wijziging der stranden.
Schreven van de PL Schoolcommissie,
waarin zg haar leedwezen betuigt, dat geen
gelden op de begrooting zijn uitgetrokken
voor een schoolfeest en de hoop uit spreekt,
dat daarvoor alsnog eenige subsidie beschik
baar wordt ffosteld. Beide stukken werden in
handen van B. en W. gesteld om praeadvies.
Adres van de firma H. de Jong, te Wor-
merveer, houdende 'aanbieding van 40 ex.
van een boekje over het gebruik van cacao.
Dit verzoek werd gesteld in handen van B.
en W. ter afdoening.
Verder was ingekdmeh het verslag der
Gezondheidscommissie Katwijk; eenige mis
sives van God. Staten, waaronder een be
richt, dat door hun College was toegewe
zen de reclame van A. Fabius en diens aan
slag van de 38sle tot de 36ste kl. is terug
gebracht; een mededceling van de gemeen
telijke Electriciteitsfabriek te Leiden, be
treffende wijziging der tarieven voor den
elcctrisrhen stroom.
Een adres van de aid. Noordwjjk van de
Ned. Vereen, ter bovord. der Bloemb.-cul-
tuur om een subsidie voor den Rrjkstuin-
bouwwintercursus en van het bestuur der
R.-K. Vereen, van Werkl. in het Bloémboll.-
bedrijf om van gemeentewege mede te wer
ken tot de Werkloözenverzekering.
Beide adressen werden ill hinden yan
B. en W. gesteld om praeadvies.
Een schrg'ven der Comm. tot Wering van
Schoolverzuim, waarin zij het betreurt, dat
het lid Van Rooyen niet als lid werd her
benoemd.
Hierna werden de geloofsbrieven van het
nieuwbenoemde Raadslid, den heer N. SL
Aikemade, onderzocht, en tot diens toelating
besloten.
Aan de orde kwamen nu ingekomen adres
sen met betrekking tot het in de spoed
vergadering van 28 Januari-genomen besluit,
tot oprichting eener gemeenlekke drink
waterleiding.
Allereerst dat van P. Warmendam en een
groot aantel andere personen, voornamelijk
ingelanden van den Noord-Zuidpolder, hou
dende het verzoek dit besluit weder in te
trekken, omdat zij daarvan vreezen ont
trekking van water aan den bodem, tenr
gevolge waarvan de waarde van den grond
in genoemden polder zeer zal verminderen.
Voorts adressen van de Vereen, tot Be
vordering van het Vreemdelingenverkeer en
de Vereen. Zeebad te Noordwgk-aan-Zee,
waarin het besluit, als zijnde zeer in heb
belang der gemeente, wordt toegejuicht.
De Voorzitter ging nog even de voorge
schiedenis van het besluit na. Het onderzoek
loopt .reeds óver jaren. Afgezien werd van
eeD gemeenschappelijke leiding met andere
gemeenten. Aansluiting bij de Leidsche D.-
W.-M. stuitte af op de hooge kosten. Ad
vies werd ingewonnen bg het Rijksbureau
van Watervoorziening, dat aansluiting prefe
reerde bjj een centrale waterleiding voor
Zina-Öolland, Zeeland en Utrecht Hoeveel
tjjd zou er dan echter verloopen zgn vóór
liet watervoorzieningsvraagstuk voor de ge
meente zou zijn opgelost? En de tgd drong.
♦B. en W. sloten zich dan ook volkomen aan
bij het advies van den ingenieur Van
Rooyen, te '6-Gravenhage, om, waar Noord-
wijk zoo gunstig is gelegen voor een eigen
leiding, zelf de zaak ter hhnd te nemen.
Het bezwaar, in het eerst genoemd adres
aangevoerd, acht de Voorzitter geheel denk
beeldig, nu het water door diepboring van
40 tot 80 M., zal worden verkregen.
De heer C. Wassenaar verdedigde Het
adres. Reeds de Amsièrdamsche leiding ont
trekt veel water aan den "bodem; hoeveel te
meer zal dit geschieden als Noordwgk er
nog bij komL Men had de prise d'eau op
een andere plaats moeten maken. Hg kan
aan het besluit geen medewerking verleu
nen.
Graaf Van Limburg Stirum trachtte op!
technische 'gronden aan te tooneu, dat het
gevaar, dat men vreest, niet beslaat, doch
kon den heer Wassenaar niet overtuigen,
die zich op den landbouw!eeraa-r Neeb be
riep ej den toestand te Bloemendaal als
waarschuwend voorbeeld s eide. Dezen s^ijt
het nog, dat de Raad zoo'n haast met 'dit
besluit heeft gemaakt.
Wethouder Aikemade zeide, dat d9 toe
stand te Bloemendaal geheel is verbeterd,
nu men niet meer op 6 M., doch veel dieper,
uit den bodem, het water betrekt.
Uit het Engelsch van Miss Y0NGE.
(Nadruk Verboden).
92)
Misschien dwaalden haar gedachten, wel
een weinig af van hetgeen zij losten min
ste zij had nauwelijks geëinigd, of zij zag
oip cn zeide: Dio woorden: „haar sieraad
was een aaoht en stil gemoed1", doen mij al
tijd aan de vrouw van Arthur denkenook
zij bezit dat sieraad, dat meer waard ia don
al haar sohoonheiid."
„Dat hoor ikik verlang zoor haar to
loeren kennen," sprak Mr. Hugo.
„O als zij maar hier waa 1" zucbfcto Theo
dora.
Wenscht gij dat cm ccn bijzondcro ro
den?"
„Ja, ik heb haar hulp nooclig om mij tót
kalmte te brengen cn mij in het goedo to
ondereteunen.
„Ik had niet verwacht, dat ik u, d&c nog
800 jong zijt, zoo zou hoor ca aprokon, en
vooral niet met da toekom*die u wacht."
„Die toekomst ia r veranderd",
sprak zij. „Ik heb hem gezegd, dat ik nooit
^ju vrouw kon worden, en ik ben zeer te
vreden, dat ik het gedaan heb nu behoef
jï althans niet langer don schijn op mij to
cn, alsof ik u wilde misleiden. Hoeft
Papa u verteld, hoe die geheolo gescbicde-
311,3 Tr"k hooft tcc-godragen V'
J beeft mij ten minste van uw vroe-
verbmtenis gesproken."
..Ik ben nieuwsgierig te weten hoe hij
Erover denkt."
„Hij deukt er mot leedweiem aan, dat
kan ik u zoggenhij zogt, dat gij beiden
niot voor elkander geschikt waart."
Zij begon te lachen en 'zedde„Papa
houdt mij voor een ongemakkelijk wezen
nietwaar V' -
„Ik vreea, dat gij zijn vaderlijke teeder-
beid en deelneming voor u geen rcoht Iaat
wedervaren."
„Noen, hij laat mij goon recht weder
varen."
„V/aar lijk, ik kan mij niet verboaldan,
dat uw zuster u geleerd zou kobben, zoo
over hem te spreken."
„Ja, wao zij maar hier!" zeido Theodora
weder. „Maar dhar gij papa hebt aange
hoord, moet gij naar mijn lezing ook luiste
ren, cn daarop begon zij met tamelijk veel
oprechtihedd te vertellen, hetgeen er in do
laat,to maanden was voorgevallen, terwijl
de predikant, v. ien dab fioro gemoed oen
grooto belangstelling inboezemde, met die-
po aandacht en zachte treurigheid haar
verhaal ten einde toe aanhoorde.
Hot waa een troost voor haar, aldus haar
hart te kunnen uitstorten, ea naarmate zij
sprak, kreeg het goede, dat in haar was,
reeds in zooverro de overhand, dat zjj tel
kens meer de schuld op zich nam en die
niet meer geheel op anderen wierp.
Weldra verliet hij haar. Hij begreep, dat
zij aan zichzeuve moest worden overgelaten
en haar eigen nadenken haar beter zou
leiden, dan 3e dringendste vc-rmaningen; en
de uitkomst bevcstigdo dit
Stil, treurig en in ziehzelve gekeerd bracht
srj het overige van den dag door, daar nie
mand der familie haar door eenige toespe
ling hinderlijk waszjj sleet den nacht in
rustelooze zelfkwelling, terwijl zrj duizenden
nnlen den wensch uitte, dat Violette bjj haar
ware om haar te troosten.
Toen het morgenlicht aanbrak, kwam het
dankbeeld in haar op, dat Violette zich ver
heugen zou over hetgeen zij gedaan had.
Zjj zou die beken tonis ook een schrede noe
men op het rechte padzjj had haar immers
verzekerd, dat het haar niot aan een inner
lijke, goadelijko hulp zou ontbreken, wan
neer zó slechts geduld had om den rechten
wog ie zoeken, al ware het ook, dat duis
ternis haar nog omringde.
Vermoeid en afgemat besloot zij tot den
vriendelijken geestelijke, die met zooveel
geduld naar haar bekentenis geluisterd had,
toevlucht ts nemen. Misschien zou hij do
leidsman zijn, dia haar zou helpen om de
booze hartstochten te overwinnen, welke
haar reeda zooveel hadden doen lijden; en
het kwam haar voor, dat zjj eerst rust zou
3maken, wanneer zjj, na zoo laag haar eigen
wil gevolgd te hebben, zich eindelijk oene
aan de leiding van een ander overgaf.
Zjj zocht hem op ea vergezelde hem op
zijn vroege morgenwandeling.
„Help mjj," zeide zjj; „thans gevoel ik
eerst berouw. Leer mjj rnjjn leven opnieuw
beginnen en te worden wat ik had moeten
zjjn. Ik ben tot alles bereid."
„Alles, wat niet van u geëischt wordt
of alles, wat men van u viaagt, Theodora?"
„Alles, wat gjj of Violette verlangt, 2al
ik gaarne en gewillig deen, wat het mjj
ook moge kosten," gaf zjj ten antwoord.
„Ik heb niets van u te eischen," zeido
Mr. Martindale. „Ik kan u slechts den raad
geven, de oprechtheid van uw berouw op
de proef te stellen, door u zoover to veroot
moedigen, van uw vader vergiffenis te
vragen."
Hó zag haar mot zekeren Bngst aan, want
zjjn hoop op baar verbetering hing voor
hem van haar antwoord af. Zjj bedacht zich
een poosje en zeide met schijnbare kalmte:
„Gjj en Violette vorderen hetzelfde. Ik zal
bet doen."
„Het verhougt mij zeer, dat gij dat zegt
Ik zou ook niet op uw goede voornemens
kunnen bouwen, zoolang gjj hem niet oen
volledige verklaring geeft van uw gedrag."
„Gjj wilt toch niet, dat ik hem alles zeg?"
riep zjj uit
„Dat zou hem ten minste veel rust geven.
Weinige vaders zouden u zooveel vrijheid
van handelen gelaten hebben als hjj; wei
nigen zouden uw vroeger engagement heb
ben toegestaan en dan weder zoo vriendelijk
en bedachtzaam gehandeld hebben, van u
dit huwelijk, dat hij thans zoc vurig ver
langde, niet op te dringen. Gjj hebt hem
een groot verdriet gedaan, en gij zijt het
hem verschuldigd, te toonea, dat gij niet
alleen uit grilligheid zoo gehandeld hebt."
„Ik beloof hel u."
„Dat is al weder een stap," sprak de pre
dikant
Zó waren dicht bij een hotel, waarvoor
een reiskoets stond, welke men bezig
was op te laden. Theodora keerde zich om;
hjj begreep haar en wandelde met haar
terug; dooh voordatzjj een zjjpad hadden
kunnen inslaan, rolde de koets hun voorbij
en Lord Et-Erme maakte een buiging voor
hen. Theodora zag. niet op, doch toen zjj
voorbj; waren, vroeg zij, of er nog iemand
m de koets zat
„Ja, zjjn zuster."
„Dat verheugt mij," Z3i Theodora; „zjj is
een la'llerliefst schepseltje,, juist hot tegen-
beold van mjj."
Zonder in haar voornomen te wankelen,
begaf zjj zich aan hot ontbijt
Zjj nam zich voor, om, wat haar vader
cok mocht zeggen, zelfs al mocht hjj haar
iets beleedigenas toevoegen, zich niet dorr
drift te laten vervoeren, om hem een bits
antwoord te geven, en trachtte zich daartoe
gedurig voor t^ stellen, dat Violette haar po
gingen gadesloeg. In zulk een stemming
bleef zij in de ontbijtkamer dralen, totdat
haar moeder en haar neef die verlaten bal
den.
„Papa," zeide zy, toen ook hjj de kamen
wilde verlaten, „wilt gjj mij een oogenbiikjo'
te woord staan?"
„Wat is er nu weer, Theodora?" sprak de
arme Lord Martindale, voor een nieuwe
moeilijkheid vreezende.
Het begin was niet aanmoedigend, doch
zij wist wat zij voorgenomen had, en zeide:
„Ik heb mij zeer slecht in dat gansohe geval
gedragen, papa, en kom u vragen of gij
het mij vergeven wilt"
Hjj kwam dicht bij haar, om haar in do
oogen te zien, vreezende, dat er op dien
aanhef iets zou volgen wat minder goed wao.
„Ik ben altijd gereed u te vergeven," zei
do' h\j.
Zij bemerkte, dat Zj hom: inderdaad ver
driet veroorzaakt had, en dit maakte haar
hart week; zij verlangde dus vurig hem ta
troosten, door hem te doen zien, dat zjj be
rouw gevoelde en althans niet uit jjdelheid
cn onhartelijkheid zoo gehandeld had.
„Het was zeer verkeerd vaa mij, u gis
teren zulk een antwoord te geven," vervolg
de zij. „Ik beken thans, dat het mijn schuld
was, dat Lord St.-Erme er too kwam ons
fee volgen."
„En waarom deedt gij dat dan?"
„Dat weet Ik niet; ja toch, ik weet het
wel; maar hot maakt de zaak slechts erger.
Het was om aan mjjn booze luiiu te vol
doen, daar ik verstoord was, dat gij mij