Tweed© [Blad. A0. 1916.
r. 17158
Woensdag 2 Februari.
Persoverzicht.
Binnenland.
De Portv erhooging. „HET
rUISGEZEN", deze ontwerpen verhoo
gd besprekend, zegt
Qnze eiiKlindruk ia, dat hetgoen wordt
yoorgesteld voor particulieren wel te over
komen zal zijn.
Ernstig©1" is de druk voor zakenmen-
gcbc;! en voor dagbladbedrijven.
Do laatste zullen èn door de voorgestel-
reg( ling ten aanzien van de quitanties
door het hooger tarief voor telegram
men en telefoongesprekken tamelijk zwaar
worden getroffen.
De Minister van Waterstaat beroept zich,
ter rechtvaardiging van zijn ontwern. mede
op do buitengewone omstandigheden maar
hij houdt er geen rekening mede, dat die
omstandigheden juist voor de dagbladbe
drijven rr-eds een zeer aanzienlijke verhoo
ging der bedrijfsonkosten meebrengen.
En bij den handeldrijven den en nering
doenden middenstand in het algemeen al
de. uiouwe verzwaring van lasten, bij het
geen de beer Treub voor hém neg in petto
heeft, geen aangename gewaarwording ver-
weVlvf-n
Kerkgangers, die niet meezin
gen. Daarover klaagt d3. A. J. A. Ver
meer in het „NIEUW KERKELTJK-
WEEK 13LAD" van 's-Gravcnhage.
Wat mij dikwijls ontstemt, is het feit,
dat sommige kerkgangers het beneden hun
waardigheid schijnen te vinden om mee te
angen. Zingen laten zij aan de anderen
crer. Is de reden van dit met-mededingen
gelegen in 't feit, dat zij, door mee te zin
gen, het gehang w&nhopig zouden beder
ven, of dat zij do>r heeschheid of door het
cdeu 'i ebben var een kerkbr-ek niet in staat
«ouden zijn aan de uitnoodiging van den
voorganger om „laraen te ringen", te vol
doen. dan kan ik bun zwijgen billijken.
Maar v'rul en zij /a 'h le oor naam, meenen
zij, dat bet gedistingeerd staat om hun
mond te hooiden, dan moet ik hun doen op
merken, dat zij zich deerlijk vergissen. Er
zijn er in de kerk, veel voornamer en def
tiger, die dapper instemmen met bet ge
zang der gemeente en het is nooit gedis
tingeerdom riöh te onttrekken aan iets,
waartoe de geheele gemeente wordt uitge-
noodigd. Trouwens, hun zwijgen verraadt
onbekendheid met de beteekenis van het
pmesnsohappeliik gezang. Zooals ieder
tan weten, zangen wij in de kerk niet om
oen mooie zanguitvoering te geven, al is
hot natuurlijk gewenscht, dat het gehang
zoo goed mogelijk zij. Maar om ggpmeen-
eohappelijk te loyen, te danken, te belij
den, te bicBdlen. Ten einde nu dit .erevneen-
Bckappelijke" zoo welluidend mogdijk te
maken, ringen we. In eomnuige godsdiensti
ge samenkomsten wordt gepreveld, in an
dere ltidd'e gespreken. Wij, Hervormden,
rnngen. En aan dit ringen dient ieder mee
to cben, die rich tot de gemeenschappelijke
^odéclienstoefening vrijwiilildg heeft ge
schikt Evengoed als hij mede-opstaat, wan
neer de gemeente staande bidt of den zegen
ontvangt. En evengoed als hij zijn gave
voegt bij de gemeen schap pol ijke offers van
dankbaarheid. Wie rich zonder geldige re-
don aan de vriendelijke uitnoodisdrg, om
gemeenschappelijk te zingen, onttrekt,
toont en dit is het belachelijke en tege
lijk 'bedenkelijke van rijn houding on
kunde of gebrdk aan beschaving; dus juist
hot tegenovergestelde van wat hij meende
te toon en.
D c E o d s k w o s t i e. „DE STAND
AARD", die de voorkeur blijft geven aan
een principieel debat over het vraagstuk
*fin den eed, omdat het blad vreest, dat de
tijdelijke regeling dio thans wordt voorge
meld, in 1919 gemakkelijk in een definitieve
wordt omgezet, betoogt, dat zijn standpunt
geen zweem van twijfel toelaat.
Van ons eerst© optreden af beleden we
tonder zvvcom van aarzeling, dat de eed niet
door oenvoudige verklaring of belofte kon
Vervangen worden, en keurden het daarom
a'. dat-er ook van antirevolutionaire zijde
herhaaldelijk Staatslieden optraden, die,
telfs zonder redelijke weerlegging van ons
betoog, kortweg voor het toelaten van ver
klaring of belofte het pleit voerden
Hierom stelde het ons te meer teleur, dat
ook dc Christclijk-Historischen den eed
glippen lieten, en dat wel de Roomscli-Ka- i
Üiolieken vaster pp hun stuk stonden, maar
}n den uitweg van de eedhelpers minder
«ed ragen.
I Rbitt dri -oo. dan is te voorzien, dat men
or niet in alagen zal, hot stelsel van de eed
helpers in dc wet te brengen, en dan natuur-
bk gaat ten slotte de gelijkstelling van eed
©n verklaring toch door.
Dan echtèr kan het nog een zeer ernstig
v®rschil opleveren, op wat wijs en in wat
vornj deze gelijkstelling in de wet komt.
Hierop zou dan onzerzijds invloed zijn uit
oefenen. En onder dit gezichtspunt zou
ot dan onze roeping kunnen worden, om,
J onverzwakte maintineering van ons prin-
ipicel verzet, bijv. bij amendement, een
°rniindering van het kwaad te beproeven,
wat de redactie ■'aangaat.
- 't nu ware allerminst inconsequent.
r-t komt in alle parlementen en zoo ook
hel0113 V°0r' m6n slem weigert aan
ba artikel van een wet, en toch,
gen verzefc niob, in de verdere bepalin-
Valt^an ontwerp redt wat nog te redden
de au11' s'aagtnion hierin, eindigt met vóór
113 go wijzigde wet te stemmen.
In aansluiting hiervan schrijft het blad
nog:
Ons blijkt, dat inzake het eedsontwerp
door een enkele ons advies in dien zin is
opgevat, alsof we op het nu ingediende
ontwerp trachten moesten, enkele amende
menten t9 ontwerpen, om, gelukte het ons
deze in hoofdzaak aangenomen te krijgen,
dan bij eindstemming het ontwerp tot wet .te
helpen verheffen.
Hiervan is geen woord aan. Er is niet
door ons aan gedacht.
Dit ontwerp is nog veel fataler dan het
vorige, en geen anlirevolutionnair in de
Tweede of in de Eerste Kamer zou er, zou-
der verloochening van eigen beginsel, hoe
het ook werd geamendeerd, zijn stem aan
kunnen geven.
We riepen daarom, en blijven roepen, om
een noodwetteke voor nu, en daarna later
om een principieel ontwerp, waarover dan
een volledige en geheel vrije discussie zou
kunnen plaats hebben.
Bleek het dan later, bij dit principiecle en
geheel vrije debat, dat men zich van Rechts
niet veroenigen kon ia een voorstel als dezer
zijds aangegeven, dan, zoo verklaarden we,
zou het ten slotte er op kunnen neerkomen,
dat we door amendeering zochten te win
nen wat nog te winnen was, en gelukte dit,
ten slotte ons gewonnen gaven.
Thans echter, bij dit ontwerp, kan hiervan
geen sprake zijn.
Nationaal propagandawerk.
„ONS LAN EE' (onder redactie van mr. H.
van de Rivièro) noomb drie categorieën,
die brj ons volk den groei van het nationale
besef tegenhouden.
Er zijn in d9 eerste plaats de vaste zon
daren
lo. Zij, die door propaganda voor een
der oorlogvoerenden - verdeeldheid iu onze
rangen zaaien en ons de oogen doen sluiten
voor onze eigen belangen, ons opzettelijk
vorhinderpn op hot groote moment een objec
tief juiste beslissing to nemen tot heil van
ons land.
2o. De vredespropagandis'.en, dis al maar
open deuren blijven intrappen en verhinde
ren, dat ons volk de zaken ziet, zooals zij
werkelijk zijn.
3o. De dichters en de menschen met „mys
tieke genietingena la mevrouw Roland
Holst en dr. Bahler. Ten onrechte houdt
men dezo menschen voor' ongevaarlijk* In-,
dien zij dingen preekten, die der menigte
onwelgevallig waren, zouden zij inderdaad
ongevaarlijk zijn. Doch op hun hooge ethi
sche en esthetische stelten zyn deze men
schen gevaarlijk, omdat zij uit domheid,
uib ijdelheid, soms wellicht ook uit gemis
van werkelijkheidszin ten slotte aan de
ergerlijkste demagogie doen.
Een mooi type van deze soort menschen,
bij wie wy gaarne alleen aan dichterlijke
vlucht, aan gemis van realistische ontwik
keling gelooven, is mevrouw Roland Holst.
Zij wil even een eind maken aan den oor
log. De krach b van het nationalisme is aan
deze vrouw, die een ziener heet, onbemerkt
voorbijgegaan. Zij wil ook maar vast d.mo-
biliseeren en dus alle Belgische en Servi
sche ellende over Nederland halen.
Heb is toch buitengewoon ergerlyk, dat
zooiets onweersproken gezegd km worden.
En dab natuurlijk met „daverend app'ans".
Een loelijk type van deze soort menschen
is dr. Bahler, do man, di9 telkens uit rijn
„mystieke genietingen" moot worden gehaald
en zooveel mogelijk de Bergrede navolgt
hij heeft .dit alles zelf gezegd. Hij heeft
nu een supra-nationaal, revolutionair-reli
gieus. vleeschloos verbond opgericht, dat
den Staat b;strijdt, het socialisme voorstaat,
het dogmatische bestrijdt en nog een stuk
of tien geweldige gedachten voorstaat of
geweldige ondeugden bes .rijdt.
„Laat hy op zijn villa blyven," heeft de
heor Schaper van dezen man gezegS.
Hy heeft het zelf in een interview in de
„NIEUWE ROTT. CT." ook gezegd. Hij
blijft liefst thuis, mystiek genieten. Maar
waarom blijft hij dan niet thuis? En welke
redenen heeft hij dan toch, om het toch
al slappe, anationale Nederlandsche volk nog
slapper en ana.ioraler to maken en zoo den
weg meer voor te bereiden voor werkelyk-
miiitaristiscke ovcrheersching van het bui
tenland, naar bloedbaden en allerlei schrik
kelijke ellende, als België en Servië geleden
hebban?
De man zelf is niet gevaarlijk. Doch dat
hij als demagoog optreedt, maakt het noodig
hem au sérieux te nemen en te bestryden.
En dan de Ford-expedMie en het hoog-
1 eeraren-manifest.
Ook hier g Idt het'weer twee manifesta
ties, die op zichzelf onschuldig zijn, doch die
in dezen tijd veel kwaad kunnen. Op zich
zelf heeft de Ford-expeditie niets gedaan
dan alle gemeenp'aats n. welke de radicale
en minder radicale vredesvrienclen hier ge
debiteerd hebben, nog eens met extra-kracht
herhalen.
In gewonen tyd zou dit geen ander kwaad
zyn, dan dat open deuren worden inge
trapt. Wy zijn vredelievend, ook omdat wij
belang bij den vrede hebben. Men behoeft
hier dus geen pacifisme te preeken.
Dit preeken in dezen tyd hoeft echter het
bezwaar, dat het ons verhindert de wer
kelijkheid te zien de noodzakelijkheid om
voor onszelf den vrede te böwaren, door met
inspanning van alle krachten den -buiten-
landschen vijand er uit te houden, den
steeds krachtiger wordenden national en
geest in de groote landen, de noodzakelijk
heid om ook voor de toekomst met reëele
naai i
factoren, niet met humanistisch toekomst-
gedroora, te rekenen.
Ten slotte de professoren, die een Euro-
peeschon Statenbond willen oprichten. Wat
zij willen, is zoker heel aar li g. Maar het is
zoover, zoo irreëel, zoo uit Woiken-profes-
soron-heim. Laat ons toch zorgen eerst uit
de tegenwoordige moeilijkheden te komen,
voordat wy aan utopieën gaan doen.
Laten wy eerst onzen Staat onzen Staat
houden dan kunnen wij naderhand pro-
beeren al die Staten tot- een bond te maken.
Het eerste is zóó moeilijk, wij doen daar
voor zoo onvoldoende, het gevaar is zoo
dreigend, dat het ons wat vresmd lijkt nu
al te gaan praten over wat wy doen zullen
als straks de oorlog over is en Nederland
nog zaï bestaan. En in elk geval is het
zeer ongewenscht, dat mon nog meer de
aandacht van ons vólk afleidt van wat nu
het eene noodige isVoor onszelf den vrede
bewaren, door onszelf zoo sterk mogelijk
te maken.
De Kamerverkiezing te Apeldoorn is
bepaald op 17 Februari; stemming en her
stemming op .29 Februari en 7 Maart.
Naar „Het Val" verneemt, is den heer
Weyerman, tot nog toe chef van exploilalie
der Haagsche Trammaatsohappy, den titel
van directeur toegekend.
Ds. J. van de Pol, eerst predikant brj
de Ned.-Herv. Gem., te Benthuizen, daarna
by de Geref. Kerk te Nederhorst-den-Berg,
vervolgens rustend predikant, wonende te
Breda, heeft thans, volgens „De Rott.", na
weer tot de Evangeliebediening in de Ned.-
Herv. Kerk te zijn toegelaten, een beroep
ontvangen als predikant brj de Ned.-Herv.
Gera. te Vaals (L.).
De gewone audiënties van den Minister
van Just'tie en van den Minister van Staat,
Minister van Binnenlandsche 2a'en, zullen
Zaterdag o.k. niet plaats hebben.
De Staatsraad, jhr. mr. Quarles van
Ufford, in Den Haag, is vrij ernstig onge
steld.
Aan den heer F. B. Löhnis, die zijn
zijn ambt van inspecteur van den Lan 'bouw
heeft nedergelegd, zal 22 dezer in H tel „De
Witte Brug in Den Haag», een d.ner worden
aangeboden, bij welke gel genheid teven3 de,
aanbieding zal plaats h .bben van een hukle-
biyk.
De redactie van „De Tunbouw", offiic.
orgaan van den Ned. Tuinbouwraad, is zeer
ingenomen met de benoeming van den heer
I. G. J. Kakebeeke als opvolger van den
heer Löhnis.
Mej. v. d. Grijp, to 's-Gravenhage
overleden, heeft, zoo meldt „De Nederl.", aan
de diaconie der Ned.-Herv. Gem. te Gouda
f4000 vermaakt
H. M. de Koningin en H. M. do Ko
ningin-Moeder hebben aan de vereeniging
„Hulp aan Zuigelingen" in Den Haag gif.en
doen tookomen.
H. M. de Koningin-Modder heeft f50 ge
schonken aan do Haagsche Vereeniging tot
verstrekking van melk en eieren, enz. aan
zieken.
„D© Telegraaf5'.
Een drukbezochte openbare vergadering,
Zondag te Tilburg gehouden door de mili
taire mobi isatieclub aldaar, heeft zoo
meldt men ons, eon motie aangenomen, waar
in de staf wordt gebroken over het „anti-
neutrale bedryf' van de „Tel." en den arbei
ders wordt verzocht zich van lezing van dit
blad en van den afdruk daarvan, „De Cou
rant", te onthouden.
Een derde huiszoeking had plaa s te Aer-
denhout in de villa „Clematis", bewoond door
den heer A. H. Holdert den vader van den
heer H. M. C. Holdert
Ete justitie bracht eveneens een bezoek
aan perceel Lomanstraat 44, waar een der
leiders van het anti-smokkelbureau, de Bn-
gelschman Lang, woont
Do heer Lang bleek evenwel reeds ver
trokken te zijn. Zyn woning was nagenoeg
geheel ontruimd.
Minister Treub
en de „Nieuwe Courant".
Wjj ontvangen, aldus de „Nieuwe Cou
rant", het volgende schrijven:
Den Heer hoofdredacteur van
De Nieuwe Courant
WelEdelGestrenge Heer,
l)e- tusschen ons gevoerde, niet voor het
publiek b stemde correspondentie heeft my
de overtuiging geschonken, dat het meer
persoonlijke deel van de beschouwing in
uw blad, vóór de vergadering van de Kamer,
verleden week gegeven, niet werd ingegeven
door wrok. Ik heb niet het minste bezwaar
tot het afleggen dezer openlijke verklaring.
Gy zftt geen Uebermensch, en van u mocht
dus piet -worden verwacht dat gy tegen
over den heer Treub bijzonder vriendelijk
gestemd zoudt zyn. Wrok tegenover den
Minister van Financiën heeft echter uw pen
niet bestuurd.
Indien deze verklaring er boe kan bij
dragen het tusschen ons in 1908 gerezen
conflict in de archieven Aran uw blad bij
te zetten, aal het nijj bjjzonder aangenaam
rijn. -■=.
Ik maak van deze gelegenheid gebruik
u te verzoeken in uw kolommen een enkel
woord te mogen zeggen, dat rechtstreeks
verband houdt met het Vrijdag j.l. door de
Kamer uitgesproken votum.
Enkele bladen uw blad behoort daar
onder niet hebben ondanks myn ondub
belzinnige verklaring, dat ik het onder de
gegeven omstandigheden onve an woordelijk
zou hebben geacht om persoonlijke redenen
een conflict met de Kamer te zoeken en
mijn portefeuille weg te werpen, de voor
stelling volgehouden, dat ik in deze zelf
moord zou hebben gepleegd. De „Nieuwe
Rotterdamse he Couranti' is daarmede voor
gegaan. Enkele bladen zyn het blad daarin
gevolgd. Zelfmoord nu be teekent: het zich
met voorbedachten rade berooven van het
eigen leven (hier van het eigen ministe-
rieele leven).
Het spreekt van zelf, dat ik niet treed in
een polemiek naar aanleiding van de ver
schillende beschouwingen over hegeen Vrij
dag in de Kanier voorviel; beschouwingen
waarover ik trouwens over het algemeen
allerminst reden heb tot beklag. Ik mag
echter niet toelaten, dat gepoogd wordt,
vlak tegen myn pertinente verzekering in,
de verantwoordelijkheid van het my als mi
nister den levensdraad afsnijden, tcoh van
de Kamer op my af te wentelen.
Niet alleen heb ik verklaard mynerzyds
geen conflict te zoeken en de groote ver
antwoordelijkheid te beseffen, die op my
zou hebben gerust, indien ik onder de ge
geven omstandigheden lichtvaardig met mijn
portefeuille had omgesprongen. Maar ik heb
de daad brj het woord gevoegd en het
overgroots deel van hetgeen de (linkerzijde"
der) Kamer en mij verdeeld hield, terug 'ge
nomen. Nu kan men van oordeel verschillen
over de vraag of ik niet nog verder had
moeten gaan. Ik voor mij was er van over
tuigd, dat ik in het belang van 's Rijks
financiën niet verder gaan mocht, dan [k
ging en dat ik bovendien een verband leg
de, dat men.reeds den 23en October in de
Memorie van Toelichting bij het ontwerp
van wet tot „heffing eener belasting als
bijdrage in de kosten van de toekenning
van ouderdomsrenten" had kunnen lezen.
Ook zy, die mijn', overtuiging in deze niet
deelen en die van oordeel blijven, dat het
door mij gelegde verband voor de Kamer
wél iets nieuws en iets onverwachts was,
hebben echter niet het recht te twijfelen aan
de oprechtheid mijner verklaring ten aan
zien van 'myn bereidwilligheid de verant
woordelijkheid van de zorg voor 's Rijks
financiën onder de huidige hoogst ernstige
omstandigheden ook in de toekomst (je blij
ven dragen.
Do Kamer had, ook ha die verklaring,
het volste recht harerzjjds te kennen te
geven, dat zij samenwerking met mij niet
langer gewenscht achtte. Nu zij dit zoo
ondubbelzinnig deed, blijve de volle ver
antwoordelijkheid daarvoor ook voor haar.
Ik heb eerlijk gepoogd de dreigende crisis
te ontwijken. Zij heeft my, nadat ik tot twee
maal toe zoo duidelijk mogelijk liad gezegd,
dat de motie van den heer Schaper voor
mij do beteekenis had van een motie van
afkeuring, te kennen gegeven, dat ik had
heen- fc9 gaam
Of de Kamer daarmede 'b Lands belang
al dan niet heeft gediend, beoordeel ik hier
niet Ik wil aannemen, dat de Kamer den
toestand en hetgeen thans door het lands
belang geëischt wordt, juist heeft ingezien,
hoewel myni meening een andere is. Maar
joist of niet juist de verantwoordelykheid
van de Kamer wil ik niet op mijn schouders
afgewenteld zien.
Zelfmoord heb ik niet willen plegen en
zelfmoord heb ik niet gepleegd.
U dankende voor de mij verleende plaats
ruimte, heb ik de eer te zyn,
Hoogachtend,
Uw dw.
TREUB.
Den Haag, 31 Januari 1916.
Naar aanleiding van dit schryven van
mr. Treub, zegt de redactie het volgende:
„Aan het hoofd van dit blad vindt men
een brief van mr. Treub.
Aan de toazending van dat schryven is
voorafge-, aan een korte b.iefwisse'ing, door
den minister begonnen en gedeeltelijk be
trekking hebbende op den aanval, door hem
als Kamerlid in 1908 tegen ons blad in de
Kamer gedaan, ter zake van het toen tus
schen onze onderneming en de Vereeniging
van Nederlandsche Werkgevers bestaande
verband.
Het geschil werd in het openbaar be
ëindigd door ©en uitspraak van een eere-
raad (bestaande uit prof. Van der Vlugt,
dr. Byvanck en wijlen dr. Vermeulen), waar
in de journalistieke onafhankelijkheid van
onze hoofdredactie boven eiken twijfel werd
gesteld.
Mr. Treub heeft thans het woord ge
sproken, dat aan zijn aanval van destijds
het zoo pynlyke persoonlyke karakter ont
neemt en geeft openlyk den wenscli te ken
nen het bijna acht jaar oude geschil te
beschouwen als tot een afgesloten verleden
te be hoor en.
Wy deelen dien wensch thans ten volle en
erkentelyk voor de toegestoken hand, aan
vaarden wy haar gaarne."
De redactie van de „N. R. Ct" ric-ht zich,
aangaande den aanval op haar gedaan, tot
mr. Treub met eenige vragen, om hem;
gelegenheid te geven, zich ten aanzien van
oifc blad nader te verklaren. JEJet blad schryfb:
„Nu stellen wy mr. Treub deze vraag:
waar in ons blad is geschreven, dat gij om
persoonlyke redenen een conflict met ds
Kamer gezocht hebt? Waar/ zelfs, vondt
gij in ons blad op persoonlyke redenen eer
toespeling gemaakt? Waar is in ons blad
de voorstelling, dat persoonlijke redenen u
geleid hebben, ondanks uw\ ondubbelzinnige
verklaringen volgehouden?"
DE WATERSNOOD IN NEDERLAND.
De laatste berichten luiden, dat het wa
ter begint te zakken en de menschen gerus
ter worden. De firma Blankenvoort, die de
dijkbreuken herstellen moet, heeft van he\
kalm© weer der laatste dagen goed geprofi
teerd en heeft zelfs hoop Waterland in
April droog te zullen hebben.
Alle werken mee en Prov. Staten van
Noord-Holland hebben gisteren nog bewe
zen den ernst van den toestand in te zien
door een half millioen gulden voor het her
stel der waterkeeringen toe te staan.
De gezamenlijke burgemeesters der ge
meenten benoorden het LJ, welke door den
watersnood zijn geteisterd, hebben thans be
paald, dat de doorlatingsbewijzen, die sindr
eemgen tijd verplicht waren gesteld, kun
nen worden ingetrokken.
Hiermede komen alle verkeersbelomme-
ringen van Amsterdam uit te vervallen.
De wenschelijkheid blijft echter bestaan,
teneinde de herstellingswerken en andere
voorzieningen aan waterkeeringen zoo min
mogelijk te belemmeren, dat de toeloop var»
nieuwsgierigen in het overstroomd gebied
zoo beperkt mogelijk blijft.
Aan den civiel-ingenieur Paul te Den
Haag is opgedragen de bestaande pomp-
machines van Waterland zoo in orde te ma
ken, dat, zoodra er met het leegmalen van
de overstroomde gebieden kan worden be
gonnen, cèeze de grootste capaciteit zullen
kunnen ontwikkelen. Waarschijnlijk zuller
daarnaast andere machines in het werk wor
den gesteld-.
Zooals vanzelf spreekt, schrijft ons een on
zer Amsterdamsche berichtgevers, zal de
doorbraak wel ©enigen invloed op 't klimaa
hebben, speciaal op dafc van Amsterdam, nu
die stad feitelijk weer in de onmiddellijke
nabijheid van de open zee ligt. Om te begin
nen zal de- nieuwe binnenzee het vochtig1-
heidsgehalte van de lucht in Noord-Hollauó
nog wat hooger maken dan het reeds was
op heb groote schiereiland. Wel.icht zuller
we in de eerste maanden wat meer mist
of nevel waarnemen, maar van veel betee
kenis zaJ dit niet zijn.
Belangrijker wordt echter de invloed var
de nieuwe binnenzee in Mei en Juni a.s.,
wanneer de ondiepe poel, die de b'nnenzee
dan geworden zal zijn, zeer hard verhit
wordt en met groute snelheid verd mpk Het
zou ons niets verwonderen, wcimeir veel
vuldige onweersvorming hiervan het gevolg
zal zijn, en wanneer 1916 in Amsterdam
zeer onweerrijk zal wezen, behoeven wij
de oorzaak niet ver te zoeken.
Do minister van Landbouw, gelet op zijn
beschikking van 20 Jan. 1916, heeft goedge
vonden te bepalendat van 1 tot 7 Febr.
1916 door de rijkscommissie van toezicht op
do Eiervereeniging consenten kunnen wor
den verstrekt voor den uitvoer van pluim
vee, zoowel levend als geslacht, mits ter be
oordeeling van de rijkscommissie van toe
zicht op de Eiervereeniging afdoende kan
worden aangetoond, dat de dieren afkom
stig zijn uit de door overstrooming geteis
terde streken.
Nadat Maandag in veïband met de weke-
lijksche veemarkt aan het abattoir te Am*
sterdam de aanvoer van koeien uit het over
stroomde gebied stopgezet was zijn de boe
ren hedenochtend opnieuw met hun beesten
komen opdagen. Een duizendtal werden in
den loop van den dag aangevoerd. Gister
avond gingen zij op transport naar Duitsch-
land. Heden werd ongeveer hetzelfde aan
tal beesten verwacht.
Naar van bevoegde zijde werd medege
deeld is het te voorzien dat in de eerstvol
gende dagen nog zeer belangrijke hoeveel
heden vee naar Duitschland gezonden zul
len worden. Hoewel aangaande de prijzen
niets definitiefs kon worden medegedeeld,
werd uit goede bron verzekerd, dat de boe
ren met de ontvangsten méér dan tevreden
kunnen zijn.
in den Zaandamschen gemeenteraad is
ter sprake gebracht het optreden van het
raadslid Brinkman, dio als taxateur van 't
vee optrad. Hij betaalde de boeren het be
drag uit, waarop hij getaxeerd had en be
hield, wat er in het buitenland meer onfcs
vaDgen werd. voor zichzelf Een der raads
leden hield een interpellatie over de hard
nekkige geruchten, die hieromtrent gingen.
De voorzitter zegde deze zaak liever nog
even te laten wachten, daar ook hij er reeds
veel van heeft gehoord, doch met het uit
spreken van een oordeel gaarne wacht *oc
de heer Brinkman zich omtrent deze zaak
heeft kunnen verdedigen.
De schoolopzieners in Nederland hebben
het personeel van alle lagere scholen op
gewekt om bij de schoolkinderen een col
lecte te houden ten bate van de Algemeene
Watersnood-Commissie. Alle bijdragen zul
len worden bijeen gevoegd als één gave van
het Nederlandsche schoolkind.
Pestgevallc op Java,
By het Departement van Koloniën is teil
vervolge op het bericht, opgenomen ia de
„Staatscourant" van 20 Januari 1916, het
volgende telegram van den .Gouverneur-Gen©-