N°. <*«23 lOiiiscïa,^ 31 December. ï>ercle ESlaxi. 1915. Oemsentszaken. Tweede Kamer. Verhooging Salaris tijdelijk Veearts. Met het oog op de groote drukte aan het Openbaar Slachthuis en do langdurige af wezigheid tèn gevolge van de mobilisatie van den keuringsveearts, tevens adjunct- directeur van het Slachthuis, den heer J. Goedhart, werd tot tijdelijk keuringsveearts, ter waarneming van de fnnctiën van den heer Goedhart, benoemd de heer J. Rinses, veearts te Monnikendam, tegen een ver goeding, berekend naar flOOO 's jaars. Naar de Commissie voor het Openbaar Slachthuis thans mededeelt, houdt de drukte op het Slachthuis, mode in verband met het mond- en klauwzeer, nog steeds aan en bestaat er zeer weinig kans, Üat de heer Goedhart spoedig in den gemeentedienst zal terugkeeren. Do kans, dat de heer Rinses naar een .eter bezoldigde betrekking elders zal uit zien, acht de Commissie intusschen niet gering, aangezien de vergoeding, welke hjj hier ontvangt, met het oog op de door hem gepresteerde diensten zeer laag moet worden genoemd en heb komt haar derhalve alleszins gowenscht voor, het salaris van den heer Rinses te herzien en hem een bezol diging too te kennen, meer in overeenstem ming met den aard zijner werkzaamheden. B. en W. kunnen zich mot het gevoelen der Commissie volkomen vereenigen, ter wijl ook de voorgestelde verhooging van f500 per jaar, in te gaan op 1 Januari a.s., hun geenszins te hoog voorkomt. Geheel ben laste van de gemeentekas komt het trak tement van den trjdelijken keuringsveearts feitelijk niet, aangezien de heer Goedhart, in verband met zijn Rijks traktement als of ficier,-• thans slechts f1200 in plaats van f2100 salaris van de gemeente ontvangt Op grond van een en ander geven zjj alsnu in overweging den tijdelijken keurings veearts, tevens adj.-dir. van 't Openb. Slacht huis, den heer J. Rinses, van af 1 Ja nuari 1916 een vergoeding uit te keeren, berekend naar f1500 's jaars. Vc'l'iinoting der Bouwkosten Paviljoen .Endcgecst". Oi.a,r overlegging van een schrijven van de Commissie van Beheer ojjr de gestichten „Endegeest", oorgeest" en „Rhijngeest" geven B. on W., overeenkomstig het daarin vervatte voorstel, in overwoging ten be- Lo ve van do op- en inrichting van het nieuwe paviljoen voor 48 krankzinnige pa tiënten der 3de klasse op de weide achtér heb kasteel „Endegeest'' alsnog oen bedrag van f 20,000, boven het bij Raadsbesluit van 16 October 1913 verleende crediet van f70,000, ter beschikking van de Commis sie van Beheer over die gestichten te stellen k storting in het Afschrijvings- en Ver nieuwingsfonds, onder bepaling, dat ook dit bedrag uit de exploitatie der gestichten in 40 jaren zal worden afgelost en dat jaar lijks 41/2 pCt rente door de-gestichten aan de gemeente zal worden vergoed. Deze verhooging is een gevolg van de prijsstijging der materialen ©enerzijds en de meerdere fundeeringskosten ten behoeve van den bouw anderdeels. Overneming van Straten. In een aan B. en W. gericht schrijven deelt de heer P. Kuiper Jr., te Heemstede, mede, dat de eigenaren van de gedeelten van de Bakker-Korff-slraat, de Lucas-van- Leydon-straat en den Haarlemmerweg be reid zijn die slraatgedeelten aan de ge meente in eigendom on onderhoud over te dragen en tevens een bedrag van f 1640 benoodigd voor heb in-orde-brengen der over te nemen straatgedeelten, in de gemeente kas te storten. Noch bij het College van B. en W. noch bij de Commissie van Fabricage bestaat, nu de eigenaren genegen zijn de dezerzijds geraamde kosten van het in-orde-maken der straten te betalen, bezwaar. Zij geven den Raad mitsdien in overwe ging te besluiten de gedeelten 'van de Bak ker-Kor ff-straat, de Lucas-van-Le, d ?n-:traat en den Haarlemmerweg, op de teekening, in bruine en gele kleur aangeduid, zonder ©enige kosten voor de gemeente in eigen dom en onderhoud bij de gemeente over te nemen, mits vooraf een bolrag van f 1640 voor het in-orde-makon der straten door de' eigenaren in do gemeentekas worde gestort. Mathmuu aantal Vergunningen. Met eenige verwondering namen B. en W. kennis van den inhoud van oen aan den Raad gericht adres met toelichting van een zestal geheelonthouders-vereenigingen, om gebruik te maken van de bevoegdheid, in artikel 4, 2e lid, lo der Drankwet uitge drukt, en derhalve het maximum aantal ver gunningen, dat in deze gemeente bestaan mag, to doen verlagen. In de vergadering van 15 Juli 1915 toch werd bereids, overeenkomstig hun praead- vies van 30 Juni t» v., opgenomen onder de Ingekomen Stukken, besloten niet in te gaar op een verzoek van dezelfde vereeni- gingen, om „aan H. M. de Koningin het voorstel te.doen het maximum' der vergun ningen te verlagen", derhalve een verzoek van volkomen dezelfde strekking. B. en W. stellen daarom den Raad voo.r thans dit verzoek voor kennisgeving aan te nemen. Geen Schadevergoeding voor Beschadiging Panden Catharinastriat. Volgens een adres van N. Bink, Utrechtsch Jaagpad, zijn door de werkzaamheden van wege de gemeente, in de Catharina-straat uitgevoerd, de aldaar staande huizen in die mate beschadigd, dat tot reparatie en ver ven moest worden overgegaan. Alleen aan schilderen betaalde adressant een bedrag van f210, zoodat hij gaarne daarvan een bedrag van f 100 door de gemeente zag gerestitueerd. B. en W: achten dit op verschillende gronden niet noodig. Zij meenea zelfs, dat ten gevolge van het doortrekken der Ca- tharinastraat de panden van adressant aan merkelijk in waarde zijn gestegen. Zij advi- seeren derhalve den Raad afwijzend op het verzoek te beschikken. Schenking van Grond aan „Goede Wöning" en „Ons Belang". Bij de kadastrale opmeting van de gron den, bestemd voor bovengenoemde bouw- vereenigingen, is gebleken, dat het aan de vereeniging „Do Goede Woning' te ver- koopen gedeelte niet een oppervlakte heeft van 4318 vierk. M., zooals was berekend, doch wan 4522 vierk. M., d. i. dus 204 vierk. M. meer dan bjj den opzet der plan nen werd aangenomen, terwijl ook het aan de vereeniging „Ons Belang' over te dragen terrein 4 vierk. M. grooter blijkt te zijn, dan aanvankelijk werd verondersteld. Het' gevolg hiervan zou nu zijn, dat door de vereeniging „De Goede Woning" 204 X 1 5.25 f1071 en door de ver eeniging ,,0ns Belang" 4 X f5.25 f21 meer als koopsom zou moeten worden be^ taald, dan waarop bij het opmaken der plan nen werd gerekend. Een en ander heeft aan do vereeniging „De Goede Woning" aanleiding gegeven te verzoeken den koopprijs voor kaar te" be palen op het oorspronkelijk geraamde be drag van f22,669.50, niettegenstaande het terrein, dat aan haar verkocht zal worden niet 4318 vierk. M., doch 4522 vierk. M. groot blijkt te zijn. Anders toch zou ver- liooging van het haar voor de uitvoering van haar plannen toegekende voorschot, en, ten einde de exploitatie-rekening sluitend te maken, verhooging van de huurprijzen der woningen noodzakelijk zijn; iets, wat der Vereeniging niet gewenscht voorkomt. Ook naai" heb oordeel van B. en W. is er veel voor to zeggen den koopprijs op het oorspronkelijk aangenomen bedrag te blijven bepalen. De gemeente heeft er steeds op gerekend slechts een bedrag van f 22,669.50 voor het aan „De Goede Wo ning" over te dragen gedeelte te ontvangen. Dat dit gedeelte nu bij kadastrale opmeting toevallig grooter blijkt te zijn, dan volgens de voorloopige opmeting, behoeft h. 1. geen reden te zijn, nu ook een koogeren koopprijs van de Vereeniging te eischen. Aan de ge meente* zou dan wel een onverwacht voor deel van ruim f1000 ten deel vallen, doch dit zou tevens verhooging der huurprijzen medebrengen, welke verhooging B. en W. met de vereeniging niet gewenscht achten. Indien echter ten opzichte van de ver eeniging „De Goede Woning" aan den oor spronkelijk geraamden koopprijs wordt vast gehouden, dan zal dib eveneens het geval moeten zijn bij de vereeniging „Ons Be lang". Ook aan haar zal dan slechts het het aanvankelijk geraamde bearag van f 15,487.50 en niet f 15,508.50 in rekening mogen worden gebracht. Onder mededeeling, dat bij het College van Bijstand, bedoeld bij art. 35 der Wo ningwet, tegen een dergelijke wijze van han delen geen bezwaar bestaat, geven B. en W. alsnu in overweging, het besluit van 17 December 1914 in dien zin te wijzigen, dat nader besloten wordt do Op de bij dat be sluit beboerende teekeningen aangegeven terreingedeelte to verkoopen, voor zooveel do vereeniging „Ons Belang" betreft voor f 15,487.50 en voor zooveel de vereeniging „De Goede Woning" betreft voor f22,669.50. (Zitting van gisternanüddag). BINNENLANDSCHE ZAKEN. De heer TER LAAN (Den Haag) betoogt, dat de Regeering toch eigenlijk wel ver plicht is iets te doen ter zake verbetering der onderwijzers-salarissen in verband met do ten gunsle daarvan in 1914 door de Ka mer aangenomen motie. Voorts meent hjj, dat niet genoeg aandacht wordt gewijd aan het onderwijs. Ter verbetering hiervan arclit spr. een eigen Departement van Onderwijs noodig. Nog dringt spr. aan op een bepaling, dat ook voor overcomplete onderwijzers aan bij. zonder© scholen het salaris niet minder m%g zijn dan het wettelijk minimum; op ontrui ming der schoolgebouwen door vde militai ren; op maatregelen ter uitbreiding van het geheel onvoldoende herhalingsonderwijs. - Spr. klaagt over gebrek aan zorg voor het openbaar onderwijs bij sommige in meerder heid Rechtsche gemeentebesturen, waarvan spr. eenige voorbeelden noemt. Voorts wensckt h\j meer kostelooze toe lating van leerlingen tot de openbare school en even goede behandeling van de koste looze leerlingen als van de betalende; bene vens verbetering der Leerplichtwet. De heer SMEENGE wenseht eveneens ont ruiming der scholen door de militairen. Hij dringt voorts aan op> maatregelen ten gun ste van het openbaar Onderwijs te Hat- tem, dat door het Gemeentebestuur wordt verwaarloosd, en op< pensionneering van leeraren en leeraressen aan scholen voor zwakzinnigen. De heer DE GEER wenseht een wetsbe_ paling, waarbij den gemeentebesturen be voegdheid wordt verleend om bij verordening bepaalde gevallen vast to stelleu, waarin aan onderwijzers ontslag kan worden ver leend, ten einde een abnormaal onverbreek baren band tusschen een gemeente en een anpbtenaar te verbreken. De gemeente moet het recht hebben 'op de onderwijzers de zelfde regelen toe te passen, als op haar. andere ambtenaren. Natuurlijk zou voor zulke verordening hoogere goedkeuring moeten worden geeischt. Behalve het bereiken van een bepaalde leeftijdsgrens zou spr. ook het aangaan van een huwelijk door een Onder wijzeres als zulke bepaalde gevallen willen beschouwd zien. De heer RUTGERS sluit zich aan bij het betoog van den heer De Geer, vooral ten aanzien van het ontslag aan gehuwde onderwijzeressen. Hij meent, dat het besluit des Ministers ten aanzien van het ontslag besluit. van den Raad te Haarlem een al- gemeenen regel voor zulke gevallen stelt, doch dat te dezen aanzien, geen a'.gemeene regelen zijn te stellen, en dat iedere ge meente vrij moet zijn hierin zelfstandig te oordeelen. De heer VAN DER MOLEN dringt even eens aan op"< pensionneering der onderwij zers aan scholen voor zwakzinnigen; op sub sidie voor de psychopatenschoo'. te Rotter dam en op pensionneering van de onderwij zers aan deze school. De heer "fcAN WIJNBERGEN klaagt; dat de-Minister wel voldoet aan wenschen, len aanzien van het opfcnbaar onderwijs, doch aan verlangens ten opzichte van het bijzon der onderwijs geen gehoor geeft. Dit maakt in kringen van de voorstanders van het bij zonder onderwijs ontstemming. Wel komt het euvel vooral uit ten aanzien van het mid delbaar onderwijs, doch ook bij het lager onderwijs bestaat het. Aan de kweekelingen der Rijkskweekscholen wordt een tijdelijke verhooging der toelage van f300 met f60 verleend, aan de kweekelingen der bijzon dere kweekscholen niet. Spr. brengt onder de aandacht des Mi nisters, dat, wanneer openbare 'scholen wor den omgezet in bijzondere, soms wordt uit gemaakt, dat de school niet aan de eischen voldoet, terwijl zij dat wel deed, toen zij openbare school was. Ten aanzien van het ontslag-besluit der gemeente Haarlem betreffende een gehuwde onderwijzeres is spr. het eens met den heer Rutgers. De heer KETELAAR merkt op, dat aan do kweekelingen van bijzondere kweekscho len geen beurzen worden gegeven, zoodat van verhooging daarvan geen sprake kan zijn. en dat de heer Van Wijnbergen geen ander dan dit dus onjuiste bewijs aanvoerde voor zijn bewering omtrent de' gezindheid des Ministers, ten aanzien van het bijzon der onderwijs. Bet Haarlemsche ontslagbesluit moest wor den vernietigd, daar het gegrond was op een ta'-lgemeenen regel, terwijl do wet eén motiveering van ieder ontslagbesluit afzon derlijk eischt. Het denkbeeld van den heer De Geer acht spr. bedenkelijk. De rechtspositie der onder wijzers is op geheel andere wijze geregeld dan die van andere ambtenaren. Zoo zou het stellen van een leeftijdsgrens voor ontslag bezwaren kunnen meebrengen ten aanzien van het pensioen, dat door hét Rijk wordt verleend. MINISTER C0RT VAN DER LINDEN is het ten aanzien van het Haarlemsche ont slag eens met den heer Ketelaar. Ook Z.Exc. voelt niet veel voor het denk beeld van den heer De Geer. Het ontslag van onderwijzers op grond van leeftijd en huwelijk is een zaak van algemeen, sociaal- ethisch en politiek belang, die niet aan de Gemeentebesturen mag worden overgelaten. Ieder geval moet op zichzelf worden beoor deeld. Heb verwyt van den heer Vati Wijn bergen wijst spr. af. De afgevaardigde heeft noch de woorden noch de daden van Z.Exc. aangewezen, die met elkander in tegenspraak zouden zijn. Dat do regeling van M. U. L. O. nog niet is tot stand gekomen, is niet de schuld van den Minister. Het ontwerp is lang ge noeg bij do Kamer. Ten aanzien van de scholen van zwakzin nigen en voor de psyohopatenschool zal de Minister overleggen met zijn ambtgenoot van Financiën. Salarisverbetering is niet mogelijk zonder dat het geld daarvoor is aangewezen. Het is thans niet de tijd, om tot de instel ling van een afzonderlijk Departement van Onderwijs over te gaan. Op- ontruiming der schoollokalen dringt spr. zooveel mogelijk aan. In de gevallen van concurreniïe tusschen Openbaar en Bijzonder Onderwijs had de Mi nister niet voorzien. In dezen toestand zal verbetering komen als do Bevredigingscom- missie tot een resultaat komt De Bevredigingsoommissie zal niet den schoolstrijd beëindigen, doch wel een einde maken aan den concurrentiestrijd, daar van financieel© achteruitstelling geen sprake meer zal zijn. Do heer VAN WIJNBERGEN komt op te gen een interruptie van den heer Roodhuy- zen, die had uitgeroepen, dat spr. zevenmaal een vergadering der Commissie ran Rappor teurs heeft afgeschreven. Hij meent, dat de afgevaardigde van Brielle zulke mededeelin- gen niet had mogen doen. Verschillende an- deie rapporteurs konden niet komen. De heer ROODHUYZEN heeft niets per soonlijks bedoeld aan het adres van den heer Van Wijnbergen. De heer TER LAAN (Den Haag), be spreekt het geval van een onderwijzer te Hardinxveld. De MINISTER zal onderzoeken. De heer JUTEN dringt aan op salaris- verbetering van do onderwijzers aan de dag- normaallessen. Do heer TYDEMAN waarschuwt tegen de nadeelen van omzetting van avond- ia dag-normaallessen, waarbij meer avondles sen vervangen worden door een dagschool, terwijl dan de opgeheven lessen worden vervangen door bijzondere normaallessen, die geen waarborg bieden, omdat behoorlijke eischen voor subsidie ontbreken. Spr. dringt aan op wijziging van het betreffende besluit. 1 I 1 Do heer GERHARD dringt aan op maat regelen, ten eindo aan de normaallessen de best© onderwijskrachten te verkrijgen. De Minister zal nagaan, welke de resul taten zijn van den nieuwen maatregel der oprichting van dag-normaallessen. Ten aanzien van heb Kon. Besluit moet het resultaat van de Bevrc-digingsconmrisrie worden afgewacht of sa avisverhooging mo gelijk is. Voor de leeraren zal Z.Ecx. het overwegen. Te halfzes wordt de vergadering ver daagd tot 8 uren 's-avonds. Avondzitting van Maandag. Bcgrooting van Posterijen, Telegrafie cu Telefonie. De lieer DL MURALT vraagt inlichtin gen over de positie van het personeel, dat door de overneming dqr Bell Telefoon- Mpij. in 's.Rijksdienst overgaat. Hij klaagt" vooivi over heb gebrek aan tech nische ervaring der directeuren van post en telegraafkantoren en wenseht de aan stelling van administratief ontwikkelde technici als hoofd der telefoonkantoren. Hij vraagt voorts de toezegging, dat ook de opzichters der telefonie tegelijk met de andere ambtenaren salaris-verhooging zul len krijgen en dat het lager postpersoneel een flinken toeslag zal ontvangen. De heer SMEENGE sluit zich aan bij den laatsten wensch van den heer De Mu- ralt en dringt aan op positie-verbetering der telefonisten. Nog wenseht hij langere openstelling van het telegraaf- en telefoon kantoor aan de Oranjesluizen, in het be lang van de scheepvaart. De heer DE JONG komt op voor de direc teuren, die door vermindering van het debiet van hun kantoor achteruitgingen in bezoldiging, voor de commiezen, die geen 50 pCk der uitgestelde salaris-vcrhooging krijgen en voor wie hij hoopt, dat het be to^g van den heer De Muralt geen achter uitstelling zal bsteekenen. Ten aanzien der telefonisten sluit hij zich aan bij den heer Smeenge. Hij bestrijdt den aandrang na-a- portverhooging, doch dringt zijner zijds aan op verhooging van den prijs der postboxen en op een extra Zondagsport. De heer VAN NISPEN TOT SEVENAER betoogt, dat de twaalf surnumerairs, die slaagden voor het commies-examen, doch wegens te laag rangnummer niet konden worden geplaatst, recht hebben op verde re deelneming aan dien cursus. Hij dringt aan op meer telefoonkantoren op kleine plaatsen en klaagt over den slechten toe stand van vele intercommunale lijnt.u De heer VAN VLIET vraagt eveneens een flinken duurte-toeslag en dringt aan op beperking van den Zondagsdienst, op het toekennen van een hoogeren titel aan de klerken met twee radicalen en 'p po sitie-verbetering voor de bureelambtenaren. De heer BICHON vraagt vroeger slui ting der kantoren op Zon- en feestdagen, beperking van den Zondagsdienst en meer zuinigheid i den dienst. De heer Ketelaar sluit zich aan bij het betoog van den heer Smeenge ten gunste der telefonisten en beveelt de belangen der hoofdambtenaren van de overgenomen Bell Telefoon, die dreigen achteruit te gaan in salaris, in de aandacht des ministers aan. De heer TYDEMAN dringt aan op <-oort- r ng met de overname van locale tel ifoon- notten en op gelijkstelling der telefonisten met de telegrafisten. De heer BOGAARDT wenseht ook voor het hoogere personeel een deel der iitare- stelde weddenverhooging. Spr. vraagt inlichtingen omtrent de positie van post bode en wenseht positieverbetering voor de brievengaarders en klaagt over overbe lasting van sommige telefoonnetten. De heer HEERES klaagt over te weinig postbestellingen in sommige deelen van Friesland. De heer JUTEN vraagt ruimer verloven voor het personeel en positieverbetering voor de brievengaarders. De heer DUYMAER VAN TWIST wensoht uitbreiding van den portvrijdom voor gemobiliseerden door een bepaald aantal zegels beschikbaar te stellen en voorts beperking van den Zondagsarbeid. Hij sluit zich aan bij hem, die opkwam voor de positieverbetering van het post personeel. De heer HELSDINGEN dringt aan op positieverbetering van verschillende cate gorieën van ambtenaren en beambten. MINISTER LELY wenseht van de ge legenheid gebruik te makeri, om officieel het gerucht tegen te spreken, dat de Ne- derlandsche postadministratie brieven, af komstig uit het niet-bezette gedeelte van België of uit Frankrijk en bestemd voor bezette gedeelten van die landen, zou mer ken, om de Duitsche censuur te waar schuwen. Een uitnooddging daartoe"is niet gedaan en zulk een handeling is niet ge pleegd. Het gerucht vindt vermoedelijk zijn grond in het feit, dat de postadmini stratie in verband met het tegengaan van' een poging tot portontduiking door geïn terneerden, sommige brieven ten eigen be hoeve merkt. De post heeft te lijden ge had van de mobilisatie. Ten gevolge daar van moesten verschillende zaken worden opgegeven, ook de positieverbetering voor het personeel en daarmede verband hou dende maatregelen. Spr. kan hiermee dan ook niet verder gaan dan wordt voorge steld Verdere beperking van den Zondags dienst zal spr. zooveel, mogelijk bevorde ren. Z. Exc. zal zien, wat hij voor do twaalf niet geplaatste surnumerairs nog doen kan. Meer portvrijdom voor militai ren kan niet worden verleend. Naar uit breiding van het aantal telefoonkantoren wordt gestreefd, eveneens naar overname van locaio netten. De bcgrooting wordt zonder stemming aangenomen, even-ris eenige kleine wetsont werpen. Goedkoop© Brandstof. Mijnheer de Redacteur. Beleefd verzoek ik U oen klein plaatsje in Uw veelgelezen blad. Bij voorbaat mijn dank. Begin dezer maand ontving ik de brand- stofkaart ter verkrijging van goedkoope brandstof, wat voor mij zoowel als voor ando ren een groote verlichting zoude zijn. De kaart is in 4 bons geperforeerd, elk goed voor 1 H.L. geklopte cokes, ft, 71 ets. thuis gebracht. De datums toonden aan, dat net meer dan 1 H.L. per week verstrekt werd, wat zeer billijk is. 1 H.L. had ik reeds be trokken, en voor den eerst vervallenden da tum den 2den H.Li besteld, doch nog met ontvangen, daar de bezorging niet al te vlug gaat. Doch tot mijn verbazing las ik in Uw blad de annonce, van het Steuncomité, dat de verbruikers met zegge 4 H.L. tot half Januari moesten toekomen, wat mijns in ziens onmogelijk is. Ik, zoowel als de andere bevoorrechten, zijn nu weer genoodzaakt de hooge, abnormale prijzen te bet-alen bij de kolenhandelaars, wat zeer zeker geen mee" vallertje is. Het ligt niet in mijn bedoeling, ontevre denheid te uitenintegendeel. Doch zou het Steuncomité de tweede serie niet. zoodaiig kunnen wijzigen, dat de brandstof bij alle kolenhandelaars tc verkrijgen is tegen den prijs en afgifte van den bon, zooals thans geschiedt met de Gasfabriek en het Comité met de kolenhandelaars afrekende evenals de Regeering-met do bakkers doet? Dit zou het bevoorrechte publiek zeer vergemakke lijken en kon dan de brandstof bij den dichts- bijzijnden handelaar betrekken. U, M. de R., nogmaals dankend voor de verleende plaats ruimte Een Verbruiker. Leiden, 17 Dcc. 19i5. Het Raiidscoiif'ict v: 1 Slachtmaand 1015. In de Raadszitting van 25 Nov. is met 17 vóór en 11 tegen een motie aangeno men, waarin B. en V. verzocht werd een voordracht terug te nemen. Naar het in zicht der 17 werd met de indiening dier voordracht onrecht gepleegd. Van de 11 verklaarden zelfs nog 2 stemmen, het on recht erkennende, alleen om de gevolgen zich niet te willen aansluiten bij het ver zoek der 17. Kennelijk zagen zij tweeën huiverend toe, dat een handschoen zou worden toegeworpen aan B. en W. en den arrondissements-schoolopziener. Ondanks hen is de handschoen toch toegeworpen cn m t de indiening der oude 001 Iracht is hij zelfs van den grond -opgenomen. Door wien Een oogenblikje s.v.p. 1 Het conflict van Slachtmaand gaat zijn oplossing waarschijnlijk a.s. Donderdag te gemoet. Zooals uit de agenda voor de volgende Raadszitting blijkt, handhaven B. en W. de oude voordracht en voldoen dus niet aan het verzoek der RaadsmeerderLeid. Is deze voordracht nu gelijk aan de eer ste 1 Het verschil is aanzienlijk. Bij deze tweede voordracht vervalt, hoe vreemd dit moge schijnen, de invloed van den arrondissements-schoolopziener en t

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 5