DE PATHE PLATEN
BERN. VAN PELT
jslraal 26, Den Daag.
Brieven uit Katwijk.
Vragen en Antwoorden.
RECLAMES, JO cents per regel.
2354 60
Deze Weergever, speciaal ver-
vmirdljrd om op naald sprcckrna-
chines Pfllhéploten tc spelen,
wordl gratis aangeboden
1>Ö aankoop ineens van
5 PaiijéplaieD nnnr
keuze.
oL
Prachtig Kerstmis-Geschenk.
iingen zonder naald maar met een enverslijtbaren saffier.
Répertoire meer dan 25000 opaaiaon van de beroemd,
ste Hollandsche en buitenlandsche artiesten cn musici.
DE PATHÉFOONS strucile cn slerl([k
afgewerkt, zijn In racer dan 30 verschillende modellen en
prijzen onder het bcreLk van eea leder. Verkrijgbaar bij
al onze Agenten ln Nederland.
Platen-Catalogi en Prijscouranten gratis en franco.
Vraagt Inlichtingen, zonder verplichting tot koopen bij
frmimwg
Bezoekt ooze naar de clschon dos ttyds logorichte.
verkoopzalen.
Indien geene agenten ter plaatse, gelieve men zich direct
tot ons te wenden/
Eenheid van Leiding en Actie.
in, zijn commentaar over de benoeming
van generaal Joffre tot opperbevelhebber^
schrijft de Temps" o.m.
Dc regeering dor republiek heeft haar
besluit den Balkan niet los te laten, ken
baar gemaakt door een daad, welke alle
Franschen zullen toejuichen. Generaal Jof
fre draagt thans de verantwoordelijkheid
roor de militaire operatics op alle fronten,
ffaar ons legeL ageert tegen den vijand.
In zijn regcoringsverklaring van 3 Nov
»vecs Briand met prijzenswaardige beslist
heid op de noodzakelijkheid alle krachten
van de natie samen te trekken ter verzeke
ring van, de overwinning. Hij wenschto
dat iedereon op zijn post zou zijn om, ge
hoor gevende aan de opwekking vdn de
regcering, zijn taak te vervullen. De taak
nu van generaal Joffre is; te overwinnen.
En om hem de vervulling van' die taak to
vergemakkelijken en al de krachten van
Frankrijk te richten op het eenige doel, dat
het geheel© land voor oogen heeft, heeft
do regeering de eenheid in de leiding wil
len verzekeren.
Tot dusver had generaal Joffre alleen de
,egers op zijn bevelen, die opereeren op het
Fransche noord- en oostfront. Thans strekt
ijn gezag zich ook uit tot het expeditie-
leger in het oosten, dus aan de Dardanellen
in in den Balkan. De adviezen, welke Joffre
tot dusverre in den ministerraad gaï
over de geheele actie van alle Fransche
legera, worden door deze benoeming voort
aan beslissingen.
De Saloniki-exp editie heeft de noodzake
lijkheid bewezen van volledige overeenstem-
ning van inzicht en aan te wenden midde
len van actie tusschen alle geallieerden.
Tevens is bewezen, hoe dringend noodig het
js, dat nauwer samenhang bestaat tusschen
hetgeen wij verrichten op het front in
Frankrijk en op het Balkanfront. *y anneer
men ziet, dat dezelfde leider verantwoorde
lijk is voor do operaties van onze troepen,
overal waar deze tot den strijd tegen den
vijand kunnen geroepen worden, dan zal de
openbare meening de zekerheid krijgen, dat
de traagheid en aarzeling, welke men in
den Balkan heeft geconstateerd, niet meer
zullen voorkomen.
De strijd in den Balkan zal niet meer
hun verontrusten, die daarvan benadeeliug
vreesden van de actie op het eigen grond
gebied men zal niet meer, op grond van
het feit, dat de Duitschers nog steeds te
Noyon staan dc terugroeping kunnen vra
gen onder voorwendsel, dat generaal Joffre
ze noodig heeft om den vijand uit Frankrijk
te vedjagen.
De krachtige solidariteit tusschen de ge
allieerden heeft in den loop van deze zes
tien maanden niet altijd de resultaten be
reikt, welke men ervan in de praktijk had
kunnen ven\^:hten. Feitelijk heeft het de
diplomatieke en militaire actie der geal
lieerden te vaak ontbroken aan samenhang.
Deze inconveniënten, waaronder wij op het
J oogenblik in den Balkan zwaar lijden, zul
len dank zij dezen maatregel, vero.wijnen.
Be Invloed van den Oorlog op de Jcngd»
De regeneroerende kracht van den oorlog
blijkt zich ook bij de jeugd in de oorlogvoe
rende landen nog niet bijzonder sterk te
openbaren. Anders zou tenminste een ver
ordening* als die van den bevelhebber van
het lie Duitsche legercorps ,,aan do jonge
irenschen onder het corps" overbodig zijn.
In deze verordening wordt vermaand, dat
deze jonge menschen hun ij dele ver
strooiing en ruwe vermaken, alsmede on
gepaste lectuur en ongeoorloofde bezighei
den dienen op te gewen. De bevelhebber
verklaart zijn toevlucht te hebben moeten
nemen tot sfcrengo straffen, en 6preekt de
hoop urt, dat de goede elementen tezamen
een tegenwicht zullen willen gaan vormen
tegen de slechte.
Ook de generaal superintendent der pro
vincie Saksen heeft kortgeleden een voor
schrift uitgevaardigd, dat bepaalt hoe de
onder hem staande superintendenten en
geestelijken zich jegens de bandeloosheid
geworden jeugd heOoen te gedragen. Het
stuk gaat uit van het verschijnsel, dat ge
durende den oorlog de schoolplichtige
jeugd en meer nog de jeugd die dc school
heeft doorioopen, sterk verwilderd is. „De
crimineel© statistiek omtrent de jonge
menschen tusschen 12 en 18 jaar" aldus heet
Let in het stuk, „wijst tvat betreft een
groote stad in onze provincie sinds Kerst
mis 1914 plotseling 'een toeneming der mis
daden aan van ongev^pr 60 pet. en een
toeneming der overtredingen van ongeveer
7l pet".
Ook dit komt alweer niet op de credit
zijde van den oorlog.
De Socialistische Rijksdaggroep.
Da socialistische groep in den Rijksdag
heeft met groote meerderheid het voorstel
stei tan Ledeboer, om van den rijkskanse
lier uiteenzetting van voor Duitschland aan
nemelijke vredesvoorwaarden te verlangen,
er worpen. Het voorstel van Scheidemann
tot voortzetting van de huidige socialistische
oorlogspolitiek is aangenomen. Hc-t voorstel
der minderheid om hun afzonderlijk stand-
puut in een openbare zitting te mogen ver
dedigen, is daardoor verworpen.
De meening van de meerderheid der groep
is, dat Duitschland nog altijd een verde
digingsoorlog voert*
Een'Aanslag op een Mailstoomer.
r Te Ban Diego in CalifoTnië, is berioht
ontvangen, dat het Amerikaansohe stoom
schip „Minnesota", een schip van 20,718 ton,
eigendom van de „Great Northern Com
pany" te New-Yo-rk, ten gevolge van een
ontploffing in de machinekamer, vrijwel
hulpeloos 25 mijlen ten zuid-westen van de
Ooronada-eilanden, Calif ornisahe kust,
ten zuiden van Diego,- ligt. Het was ver
leden week met een lading levensmiddelen
naar Engeland vertrokken. In verband met
dezo ontploffing, 'zijn vier man in hechtenis
genomen. Een hunner 6ohijnt pochende ge
zegd te hebben dat heb schip nooit zijn be
stemming zou bereiken.
Gebrek en Willefconr te Warschau.
De „Rjetsj" verneemt uit Warschau: De
Duitsche gouverneur-generaal van War
schau heeft van het bevolknmgscomaté ge-
eischt de storting in de staatskan van
750,000 mark, die geacht worden te zijn ge
vorderd van do stad, en zulks als vergoe
ding van de kosten van approviandeeiing
van het Duitsche garnizoen sinds de bezet
ting van de stad door de Duitschers. De
gouverneurgen eraal verklaarde, dat de
verplichting om het garnizoen van pro
viand te voormen op de stad rustte en dat)
gebrek aan levensmiddelen in Warschau
den autoriteiten heeft belet, het garnizoen
van proviand to voormen uit de inten
dance. Het bevolkings-comiité bevindt zich
door deze onwettige en willekeurige ader
lating, in een moeilijken toestand. Zijn be-
Btemmüiig is tot nu toe steeds anders ge-
woest.
Een Nieuw Duitech Oorlogsorediet.
Naar van welingelichte zijde to Berlijn
vernomen wordt, is bij den Rijksdag een
tweede voorstel binnengekomen, "betreffen
de een supplementair orediet van 10 mil
liard mark op rekening van heb begroo-
tinggjaar 1915.
Een „Corps des Dootfe".
„Politiken" meldt in een telegram uit Pa
rijs, dat Servische vrouwen, wier mannen,
zoons of broeder in den oorlog gesneuveld
zijn, zich tot een corps des doods vereenigd
hebben. Die vrouwen hebben gezworen, dat
zij «den dood der hunnen zullen wreken. Het
corps telt reeds 385 vrouwen. De aanvoer
ster is mevrouw Marinowita, wier man, een
luitenant, by Sjahats gesneuveld is. De vrou
wen zijn uitgerust met geweren, revolvers
en dolken. Haar uniform ljjkt op die van
de infanterie.
TJX
Mijn getrouwe lezers zul'len zich herinne
ren, dat ik in het tweede gedSeolte van mijn
vorigen brief andermaal een lans brak
voor een Tehuis, en trachtte aan te toonen,
dat ©en diergelijke inrichting vooral in de
wintermaanden dringend noodzakelijk
moest worden geacht.
Yian vele zijdien ontving ik ten deze blij
ken van sympathiehet bleek mij, dat mijn
schrijven over het algemeen zeer gunstig
werd beoordeeld. Zelfs buiten de gemeente
weTd mijn Brtef- blijkbaar met belangstel
ling gelezenalthans van iemand elders
werd mij naar aanleiding dezer aangele
genheid de vraag voorgelegd of het niet mo
gelijk zou. zijn om hier met succes een
„Nutsdeparbement" te stichten, van welk
Departement zouden kunnen uitgaan een
spaarkas, voorsdhotkas, avondjes tot ont
spanning en ontwikkeling van do jeugd en
van de ouderen, cursussen in huishouden en
koken, nuttige handwerken voot meisjes,
etnz., enz. Ik heb den in dezen bedoelden
schrijver een hoogstaand persoon, die
nog al eens met Kafowijfoers in aanraking
komt, ©n die zich mooiToalon heeft moeten
bedroeven over die Kabwijksoho jeugd, over
haar gebrek aan beschaving en levens
kunst kunnen antwoorden, dat in den
door hem bedoelden geest reeds voed werd
gedaandat inrichtingen, als door hem be
doeld, reedis jarenlang werkten e»n niet
zonder succes. Doch dat het alles samen
genomen niet voldoende ken worden ge
acht om gedurende den langen winter,
wanneer honderden en nog eens honderden
jonge mannen volstrekt geen bezigheid heb
ben, deze tweede schaar te behoeden voor
ledigheid, dae in deze werkelijk do wortel
van het kwaad kan worden genoemd. De
ijverige af deeling van d'e Ned. Vereeniging
tot afschaffing van alcoholische dmamken
heeft in deze met haar huisvlijt voor dezen
winter een zeer goed werk ondernomen,
maar ook dit is niet genoeg. Daar moet zijn
dn den rechten zin des woord, een pendant
van bderhuid of herberg, welke beide in cle-
zen tijd overvol zijn en waar het begrijpe
lijkerwijze» dan niet altijd even kalm van
langs gaat en waarvan het rumoer later bo
vendien naar den openbaren weg wordt
verplaatst.
Doch bij al de sympathie, die ilk dezer da
gen mocht ervaren, geloof ik evenwel, dat
een Tehuis nog long op zich za«l laten wach
ten. De personen, op wie in deze, het
spreekt als vanzelf, do blikken het eerst zijn
gericht, dat zijn de reeders, die een zoo bij
uitstek gezegend jaar hebben medege
maakt, worden in ons dorp in de laatste ja
ren ook thans weder op allerlei wijze be
stookt. Zou men geloof mogen slaan aan
al hetgeen hier week in week uit wordt ge
schreven, don moesten zij worden be
schouwd als de meest barbaarsohe en onbe
trouwbare wezens, die men zich slechte kan
denken. Eén voorbeeld sledhtg.
Door -de reederij van den in het begin
van het haringseizoen door een Engelsoken
oorlogsbodem overstoomden logger is dezer
dagen aan de nagelaten betrekkingen van
de voor het grootste deel omgekomen be
manning een bedrag uitgekeerd van bijna
f 4000. Voor deze som was de equipage door
den reeder verzekerd, gelijk, ben ik wèl
ingelicht, sedert geruimen tijd bijna alle
reederijen te dezer plaatse haar volk heb
ben verzekerd. En wat is nu het gevoflg
Van deze uitkeering Allerlei insinuaties
worden dezen reeder, die bovendien be
kend staat als zeer goed voor zijn vissoherB
te zijn, naar het hoofd geslingerd en niet
alleen hem, maar met hem dier geheele Ka/t-
wijksche reederij.
Gelooft men dan niet, dat op dezo wijzè
de reeders als werkgevers worden verbit
terd, deJb tij zich ten gevolge hiervan hoe
langer hoe meer slechts zullen gaan bepa
len tot, hetgeen tij verplicht zijn en tot niets
méér
Ik denk hierbij eveneens aan het vis-
scihersfioads. Wat is daarover al niet ge
schreven, zelfs over de verplichte storting
ten deae. Ben. dier voorwaarde, waarop
wordt gemousterdj toch, is deze, dat de
equipage verplicht is tot het storten van
1 pOt. van het verdiende loon in dit fonds.
Het fonds zelf is tal van jaren geleden op
gericht door de reeders, in den tijd, -boen
de Katwijksche vloot alleen uit bommen
bestond. De visecherij duurde toen slechts
enkele maanden en werd, zooals ik reecte
reide, alleen door bommen uitgeoefend.
Ieder weet, dat een dergelijk vaartuig,
nu niet was ee nsnelaedlend vaartuig, het
was niet zeevaardig, doch zeewaardig daar
entegen bij uitstek. Welnu, de reederijen
brachten het grondkapitaal van het fonds
bijeen en de bemanning behoefde er niet
aan bij te dragen, althans zoo luiden de
mij verstrekte in'lichtingen. Toen de bom
moest plaats maken voor den logger, 't go-
bied der visscherij tich uitbreidde en reeds
kort na Pinksteren hoog in heb Noorden de
haring werd opgezocht, toen dus de risioo
grooter werd, kwam die straks door mij
genoemde voorwaarde, n.l. de verplichte
storting van 1 pöt., in den monsterrol. En
nu vraag ikIs dat nu zoo onbillijk gaat
't met 't Rijkspensioenfonds, waarin tal van
ambtenaren, en niet alleen cfie van het
Rijk, deelgereohtigd zijn, anders? Ieder,
dEe in den tegenwoordfigen tijd een betrek
king aanvaardt, waaraan het recht van
pensioen verbonden is, wordt verplicht deel
te nemen in dat fonds en daarvoor te
storten.
Nu het fonds bij uitbreiding dför vloot oak
grooter in omvang is geworden, zou het
echter wel wenschelijk zijn, dat in die Com
missi© van beheer, of wil men liever in het
bestuur, ook krachtens die statuten een of
meer viischers zitting hadden Dot de ree
ders zelf in dien tin willen, blijkt wel uit
het feit, dlat sedert eenige jaren, als zeg
gen de statuten hiervan niets reeds een
vertegenwoordiger van den visscherastond
door de reederij in het Bestuur is opgeno
men. "Volgens door mij bekomen inlichtin
gen.. moet het tevens in d© bedoeling lig
gen bij herziening der statuten, waartoe
weldra zal moeten worden overgegaan, de
ze aangelegenheid nader te regelen en
wat thans reeds plaats heeft, sta/tituoir
reglementair vast te leggen. Het eemge,
dat zoo oogenschijnlijk anders moest zijn,
is de wijze, waarop de stortingen en de
rekening jaarlijks worden verantwoord.
Daar staat „gestort door de reeders",
wat naar werkelijkheid zou inbeten zijn
„door t u6aohen komi t der reederijen"*
Maar ik vraag, is dat nu zoo iete ergs, om
daarvoor een stormloop tegen de reeders
te ondernemen en dat te doen op een wijze
als thans geschiedt?
Mon meeno niet, dat ik den Yisscber hee-
lemaa! als niet bestaande zou willen voor
stellen dat tij verre (ik zou kunnen zeg
gen, dat is op straat wel waar te nemen),
maar vergeten moet niet worden, dat ree
ders en visschers elkaar van beide tijde rdet
kunnen missen dat de vissohers zonder de
reederijen niet kunnen bestaan, en even
min, dab de reeders, vooral in dit jaar, zich
het goud in den echoot kunnen zie a stroo
men, zonder den vnsschers. Werkgever zoo
wel als werknemer kunnen elkaar ook hierl
niet derven, al heeft dan ook laatstge
noemde even goed zijn rechten als d)o
eerste, maar dan ook van beide tijden de,'
plichten niet vergeten
Doch om tot mijn punt terug te komen,
door het ogeeren tegen die reederijen, en
dat op een wijze als thans plaate hoeft en
nog wel hoofdzakelijk door personen, die
geheel buiten de visscherij staan, be>Teikü
men niet, dat dae aangevochten reeders zoo
gereed)©! ijk hun beurs zullen openstellen
voor een inrichting als een Tehuis, boven
al voor de visschers zoo dringend nood
zakelijk.
Ik wenschte wel, dat ik den Steen der
Wijzen kon vinden, om aan dezen toestand
een einde te maken, niet twijfelende of uit
ware dankbaarheid zoolden de reeders de
handen in eenslaan en vóór het jaar 1916
ten einde was, kon een naar de eiscöen des
tijde ingericht gebouw worden geopend.
Allen, dfie het wèl met Kahwijk-aotHZe© en
haar bevolking meenetn, roep ik ten deafc
tot medewerking op.
.Vraag: Hoe kan men een afgebroken
stop uit een flesch, gevuld met eau de col
logne, verwijderen?
Antwoord: Verwarm de ba's van
flesch boven een spiritusvlam, tracht
de stop met een passer bijvoorbeeld, te
pakken te krijgen.
Vraag: Als een bediende slechts 10
dagen in een nieuwe betrekking ia en we
gens besmettelijke keelziekte naar een zie
kenhuis gebracht moet worden, is de pa
troon dan verplicht de onkosten te dragen,
voor hoe lang, en gaat het salaris door?
Antwoord: Dat hangt geheel en aï van
de welwillendheid van den patroon af, wam
neer daaromtrent niets afgesproken ia.
Vraag: Ik wilde met Kerstmis een faè
milielid in België bezoeken. Kan ik hiervoor,
een pas bekomen om de grenzen te over
schrijden? Zoo ja, waar kan ik dien krijgen?
Antwoord: U moet een pas balen 03
het Stadhuis, uw portret er op plakken, naar!
den Belgischen consul gaan enz. Wanneer,
u er alleen heen gaat om familie te bezoe
ken, zouden wij u raden er stilletjes v&P
daan te blijven. Het is nog geen tijd voe$
pleizierreisjes.
Men schrijft ons over de vraag omtrent
zweetvoeten:
Niet, zooals men geneigd zon tijn de
voeten veel wasschen, maar iederen avond
de nitgetrokken kousen in het raamkorijb
leggen of hangen te- luchten en voor 't near!
bed gaan de voeten goed inwrijven met kam1-
ferspiritus.
Na deze behandeling geruimen tijd te
hebben voortgezet, zal men mlet het reöultapjt
tevreden zjjn.
Van andere zrjde schrijft men ons:
Tegen „zweetvoeten", geeft de firmbl
Apotheek Van Schaik, Groote Markt, Grow
ningen, een middel uit, „Transpiring dat mij
bft veelvuldige ondervinding gebleken is, uit
stekend te helpen en radicale genezing te
verschaffen. De prigs is, geloof ik, slechts
f 1.25. Zonder eenige schadelijke uitwerking,
wat ^rouwens ook nog nooit wetenschappen
lyk is aangetoond kunnen worden van elke
andere methode.
hem kwam om de courant tc brengen, zei
h:j„Ik ben juist bezig aan Arthur te schrij
ven om hem te melden dat ik mij niet in staat
gevoel, aanstaanden Zondag te Londen te
kon»on wilt gij ook een briefje insluiten?"
„Neen, dank u."
„He'\ gij niets te zeggen
„Ook niet."
Hij hield stil en zag haar strak aan. „Het
zou mij genoegen doen, als gij wildet schrij
den", zei hij. „Arthur heeft met smartelijk
verlangen naar een brief van gelukwem-
Tching van u uitgezien."
„Hij moedigt mij niet sterk aan door zijn
voorbeeld", sprak tij, naar de deur gaande.
„Ik wenschte ook, dat hij eens schreef
Nadat ik zoolang bij hen geweest ben, is
het mij ver van aangenaam, volstrekt niets
van hen te hooren doch in het eerst was
zijn tijd zoo bezet dat hij waarlijk geen gele
genheid tob s?hrijven had. Ik geloof, dat
hij verwacht had, dat gij hem eerst zoudt
geschreven hebben."
„Ik weet niet wat ik schrijven zal. Al de
anderen bobben reeds alles gezegd, wat bij
dergelijke gelegenheden gebruikelijk is."
„Gij zoudt zoo niet spreken, gij, die
zooveel van Arthur placht te houden
als gij u maar een flauw denkbeeld kondt
maken van vrat hij geleden heeft."
Theodora was diep getroffen, doch wil
de het niet toonen. „Hij hoeft mij nu niet
noodig", zei tij, en verliet het vertrek; cn
toen eerst opende zij haar samengeperste
lippen, en liet een zworen zucht hooren.
John zuHii'.o even diep; het smartte
hem, dat zij elkander 7,00 weinig verston
den nu eerst gevoelde hij, dat zijn veria-
tonheid ©cn gevolg was ven eigen schuld,
dat li»j slechte voor rijn eigen liefde en
■mart geleefd had, zonder er ooit aan te
denken, zijn hart voor zijrn zuster te ope
nen, oef haar vertrouw en uit te lokkon.
Door zijn deel neming in do huiselijke
zongen- zijns broeders had hij voor het ©eist
weder belang loeren steller» 111 het Jot .an
anderen, en eenmaal opgewekt uit do ver-
do'ving, waarin het verlies zijner geliefde
hem gestort had begon hij in te tien, dat
hij menige gelegenheid, ora andere nuttig
te zijn, of een goeden invloed op hen uit te
oefenen, verzuimd had De stilte van zijn
eigen kamer was hem thdns niet aang^-
ru um; de vrees en dc hoop, waarin hij nog
7no kort te voren gedeeld had, stonden hem
te levendig voor don geest, cn met onge
duld cn verlangen wachtte hij het antwoord
op zijn brief.
Dio brief verscheen dan ook ten laatste,
doch niet van Arthurs hand, maar in het
keurig nette fijne echritt van Violette
mcQ kon er aan zien. dat Mathilda s wijze
héson haar voor den geest- hadden ge
zweefd de brief was ter- minste zoo stijf,
zoo gedwongen en deftig, dat hot ln*ar do
grootste moeite moest gekost hebben dien
zoo te schrijven. Het deed John zeer veel
leed ot uit te vernemen, dat haar herstel
nog weinig gevorderd was. Zij was nog
slechts eenmaal van haar kamer geweest
ondanks do tecdere verpleging van Lady
Elisabeth en Emma Brandon, was noch tij,
noch het kind genoegzaam in beterschap
gevorderd om weldra uit te mogen gaan.
Violette's brief eindigde met vele veront
schuldigingen over de boodschap, die zij
hem had opgedragen, want dat tij er niet
in de verte aan gedacht had, dat Mr. Mar
tin dale zulk een omweg zou maken om die
zelf over te brengen
Zooals John heimelijk hoopte, had zijn
bericht van don zwakken toestand van Vio
lette, die niemand dan Arthur tot haar op
passing had, deze hartelijke vriendinnen
zooweel medelijden ingeboezemd, dat tij
haar vertrek naar Lenden zooveel mogelijk
bespoedigd haddenzij woonden zeer dicht
in haar buurt, en brachten bijna den gehee-
len dag bij haar door. Emma maakte een
afgod vaai het kleine kind, en was verrukt
over Arthur's vriendelijk verzoek, of zij
mede doopgetuige willdle tijm", en Violette
was zoo gelukkig in lioar gezelschap, als
haar ongedurigheid van geest haar maar
©enigszins tooliet.
Veertien dagen daarna meldde John
hun, dat hij eigenlijk te vroeg in het jaar
getijde naar huia gekomen was, en er niets
beter op wist dan tich naar Wight te be;
geven, om het koude weder te ontïoopen.
Op zijn doorreis dccc Londen wilde hij
Cardogan-Placo een bezoek brengen en
word bepaald, dat hij Woensdag zou ko
men om den doop van het kind bij te wonen
en den volgenden dag zijn reis voort te
zetten.
Hij kwam juist aan, toen Violette de trap
afkwam, om de doopgetuigen van haar zoon
to gaan ontvangen. Niemand had er ooit
zoo lief -uitgezien, als zij, toen haar echt
genoot haar in de kamer leidde.
In de kerk werd Violette's ge^jchtje met
een vurig blos overgoten, toen het kind uit
al rijn macht begon tc schreeuwen. De moe
der zag den vader aan, en las zooveel
gramstorigheid op zijn galaat, dat zij zich
dood-ongciukkig gevoelde.
Haar zenuwen waren geheel in de war, en
Lady Elizabeth werd zeer verontrust over
bsar hartstochtelijk schreien. Zij was even
wel nu in goede handenLady Elizabeth
vergezelde haar naar huis, liet niemand
toe om bij haar te komen, verzorgde haar
met de haar eigen teederheid, en bracht
haar weldra weder tot bedaren.
Een poosje daarna kwam Arthur naar
haar tien; dit steldo haar gerust. Daarop
liet men haar alleen. Zij ging gezangen le
zen, en trachtte zich in 'een stemming te
brengen, als op dezen doopdag paste.
Gélukkig voor haar was het doopmaal uit
gesteld tob de familie in de stad gekomen
zou zijn, zoodat tij geen gasten had dan
John.
Toen de beide broeders na den maaltijd
hi het salon kwamen, vonden tij haar op
de sofa rusten. „Doodelijk vermoeid 1" zei
Arthur. „Gij hadt naar bed moeten gaan."
„Na de thee zal ik wel weer bijkomen,"
sprak zij.
„Lig wat stil," hernam Arthur, haar
kussens terecht leggende. „Meent gij, dat
niemand dan gij thee kan zetten?"
„Ik hoop, Violette," zei John, „dat gij
niet gedacht hebt, dat de roode republi
keinen uw laden en doosjes overhoop heb
ben gehaald 1 Ik vrees, dat Arthur den af
wezigen de schuld h. oft gegeven van het
geen hij zelf heeft uitgericht en ik kan U
verzekeren, dat ik. al mijn best gedaan hebt
om uw eigendom te beschermen."
„Neen, waarlijk, hij heeft 11 volkomen
recht gedaan," zei Violette.
„Wat. de lade- aangaat," zei Arthur, „het
spijb mij nog, dat ik die maar niet meteen
op het vuur gegooid heb! Dat opschrijven
is een monomanie. Zij is weer veel achter
uit gegaan sedert den dag, dat zij het huis
houdboek weder in handen heeft gekregen,
ou het zotste is, dat zij al die rekeningen
Zélvo betaalt."
„O, na is alles in orde", sprak zij. „Het
gaat nu alles veol beter. De baker heeft mij
een aardig -dienstmeisje bezorgd, dat niet
hailf zooveel gebruikt in veertien cöageo,
als die akelige keukenmeid in een weel^;
waarlijk mijn huishoudboek geeft mij rta
veel voldoening."
„En toch geeft hij het de schuld, da/t gij
weer achteruit rijt gegaan."
„Al wat tij doet, benadeelt haar krach
ten", gaf Arthur ten antwoord.
„ArthurArthurWat doet gij toch aam
de thee?" riep Violette, varn de soóa op
rijzende. En schertsend dreef tij hem weg.
„Dat is wiaar ook", sprak Arthur, „gij
gebruikt geen suiker; nu gij rijt een rare
snaakwie heeft ooit gehoord, dat een
eigenaar van plantages in de West geen
suiker gebruikt cm geen sigaren rookt?"
„Als het zoo voortgaat m»et die plantages,
zal er, vrees ik, weldra niets meer te ge
bruiken zijn. Papa heeft oenigen tijd gele
den zulke slechte tijdingen aangaande de
bezitting op Barbados ontvangen, dat hij
er ernstig over denkt, er zelf been te gaan,
ten eando de zaken to regelen."
„Dat zou geen kwaad plannetje voor u
zijn, om er den volgenden winter door te»
brengen," merkte Arthur aan. „Kom aam,
Violette, nu naar uw sofa! Gij hebt nu uw
vrouwelijken drank op vi*ouwenmanaer go-
brouwen laat het nu aan uw heer on
meester over om in te schenken."
„Neen, waarlijk niet! Ik sba mijn post
niet af".
„Goed zoo, Violette", sprak John, „laat
mij niet aan zijn genade over. Verleden'
heeft hij, in plaats van thee, niets dan ko
kend water geschonken, en sedert dien tijd
heb ik mij de zaak aangetrokken ton onó bei
der welzijn. Zeg mij toch eens, wat is etr
wel van hem geworden, toen ik vertrokken
was?"
(Wordt vervolgd).