m m t Nederland en de Oorlog. ÉS iif IP «s fÜ IK louden veel zorgen en moeiten bespaard gorden; aan predikanten, die wel eens irisch in een nieuwe gemeente aan liet werk «ouden willen gaan, maar op wie de aan dacht van vacante gemeenten niet valt, sou een groote dienst worden bewezen, en aan veel onderhandsch -geknoei en gekon kel zon een einde worden gemaakt, als re glementair aan predikanten werd toege staan, aan vacante- gemeenten te schrijven: „liet zal mij aangenaam zijn, voor een ba- roep na-ar uw gemeente in aanmerking te komen". De sollicitaties zouden niet van „aan-* hovelingen" en dergelijke mogen vergezeld gaan. De predikanten „zouden volstaan met de Woote kennisgeving, dat zij verzoe ken, voor een beroep in aanmerking te ko men, en overigens alleen hun richting ver melden. Yerder zou dan bij het beroe- pingswerk alles op de gewone wijze kun nen plaats hebben". Het blad acht het van belang, dat niet alleen predikanten, maar ook gemeentele den zich. laten hooren; vooral personen, Hie op dit terrein geen vreemdelingen zijn, omdat zij wel aan het beroepingswerk heb- •pen medegewerkt. Een gedeelte van Amsterdam in staat van beleg verklaard. Naar uit een mededeeling, in de „Staats courant", opgenomen onder „Nederland en de Oorlog", blijkt, zijn ook gedeelten van Amsterdam in staat van beleg verklaard. Ben blik op de kaart- wettigt het vermoeden, flat het de bedoeling is geweest die gedeel ten van Amsterdam in staat van beleg te verklaren, gelegen in de nabijheid van mi litaire werkplaatsen. Zoo is dit het jreval ïnet het deel in 't Westen van Amsterdam, Jnet name den Amsterdammer polder, dat gelegen is nabij' de artillerie-inrichtingen Ban do Hembrug. (Het. aansluitende deel van Zaandam is eveneens in staat van beleg ver klaard.) Nog sterker komt dit uit bij het deel fn het Oosten der stad (op de Eilanden), dat in staat van beleg verklaard is. De zuide- T£ke oever van- de Dijkgracht, de west zijde van MarinierSpleia, Groote Kattenbur gerstraat en Kattenburgerplein, de noorde lijke oever van de IJgracht en de" ooste lijke oever van het Oosterdok vormen na- jneli,k juist de grenzen van het Rijks-mari- ledok met marinewerf en marinierskazeme. In verband hiermede wijzen wij er op, dat o.m. ook in staat van beleg verklaard is, het gedeelte van de gemeente Delft, waarop- de constructie-werkplaatsen gevestigd zijn. Beschikbaarstelling zeevisch. Men meldt uit IJmuiden: Van Maandag 15 November a.s. af, zullen deD Rjjksvischafs'ag alhier, voor uitslui tend gebruik in Nederland de volgende visch- Foorten xer beschikking worden gesteld van de vischhandelaren tegen de prijzen als ach ter elke vischsoort zijn aangegeven. Bakschelvisch f 9 per 100 pond (voor loop ig wordt één derde van den aanvoer beschikbaar gesteld); wijting f7.50 per 100 jond; Horsmakreel f6 per 100 pond; kleine gul f12 per 100 pond; kl. poon en pieter man f8 per 100 pond en kleine scholletjes 12 per 100 pond; al deze hoeveelheid is voorloopig ongelimiteerd. De eerste vijf vischsoorten gestript of «mgestript, de laatste soort gelubd of ion- gelubd. "Uitvoer naar het buitenland en con- Bignatiezendingen in Nederland van door de regeering toegewezen visch is heslist ver boden. De aanvraag voor regeeringsvisch moet, pnder overlegging van bestellingen, geschie den op eiken werkdag vóór 5 uur 's avonds ten kantore van den administrateur der vis- pchershaven of anders des morgens vóór 7 .uur ten kantore der controle in de visch- hal. De eerste aanvraag dient Zaterdag 13 November des avonds voor 5 uur te geschie den De beschikbaarstelling geschiedt in volg orde der aanvragen en zuilen zooveel moge lijk pondpondsgewijze worden toegewezen. Betzelfde geschiedt als de aanvraag den aanvoer overtreft» Aan den halchef is de beslissing over de kwaliteit toevertrouwd. Alle genoemde vischsoorten zjjn uitslui tend beschikbaar voor den verkoop als ver- 6che visch en mogen dus niet aan rookerijen worden geleverd; echter wel aan hakkersen Er zal voldoende controle worden uitgeoe fend, dat regeeringsvisch niet voor andere doeleinden wordt gebruikt, dan waarvoor zo bestemd is. Overtredingen "worden met uitsluiting ge straft Voof onkosten van mand, matten, papier, ijs enz. en winst voor den groothandel is als maximum aangenomen f2 per mand van 100 pond. De minister van Landbouw, Nijverheid en Handel zal de maximum verkoopprijzen voor geheel Nederland vast stellen, waarbjj met winst en met de belangen der wederver koop ers rekening zal worden gehouden. Ter bestrijding der onkosten der Zeevischvereeni- gmg, door wie bovenstaande regelen zijn Betroffen in overleg met de regeering, pal e uitvoer van viscli naar het buitenland worden belast, zooals nader door de regee ring zal worden vastgesteld. Engelsche Officieren in de Wierickerschans. Een bijzondere correspondent van de „Times", die een bezoek aan liet kamp te Groningen heeft gebracht en daarna^ door de welwillendheid der Nederlandsche auto riteiten in de gelegenheid werd gesteld de 43 Engelsche officieren, die te Wiericker- schans, bij Bodegraven, verblijven, op te zoeken, schrijft hierover in zijn blad o.a. 't volgende Om te beginnen zou hij, als hij voor de keuze werd gesteld, liever soldaat zijn en te Groningen verblijven, dan officier te zijn en Wierickerschans als verblijfplaats hebben. Een troepenmacht van 1500 man onder disci plinair toezicht staand, doch een groote ma te'van vrijheid genietend, vormt een groote gemeente op zich zelf, waarin een krach tig sociaal leven met verschillende bezighe den kan worden georganiseerd en in stand worden gehouden. Timbertown ligt boven dien vlak bij Groningen met 75.000 inwoners, Bodegraven daarentegen is weinig meer dan een dorp en het fort "Wierickerschans ligt er bijna drie mijl van verwijderd en is slechts te bereiken langs een smallen land weg, weliswaar met boomen beplant, maar overigens eenzaam, welke weg den ouden Rijn volgt cn het land er om heen is een open vlakte met weiden, doorsneden met slooten, waarover, toen de correspondent er voorbij reed, de dichte Novembermist hing. De Schans zelf is 'n oud 18e eeuwsch fort van het vier puntige ster-model met hoogo wallen, aan de eene zijde begrensd door de rivier en aan den anderen kant door een breede gracht. In tegenstelling met de rui me parkachtige tuinen en goede voetbal velden te Timbertown, is er tusschen de wal len juist ruimte genoeg voor twee lawn-ten- nisbanen, waarnaast dan nog een klein stuk je grond overblijft, niet groot genoeg voor welke soort sport dan ook. De geheel© om trek der wallen is nog geen 480 M.- en een met kiezel bestrooid paadje, begrensd door ijzerdraad met op icderen hoek een schild wacht, is de eenige, zeer'gelimiteerde wan delplaats der officieren. Als men viermaal dit paadje heeft rondgewandeld, is er nog geen mijl afgelegd, het is 'dus niet veel lan ger dan een rondwandeling over een prome nadedek van een groote moderne passa giersstoomboot. Er zijn natuurlijk wandelingen te maken builen 't fort, maar er is weinig variatie in en een wandeling van een kleine 40 man met een gewapende macht voor en achter den troep over een mödderigen bodem in een land, dat half onder water staat, kan in de zen tijd van het jaar niet anders zijn dan een weinig vroolijke onderneming. In den zomer toen het warm was, werd toestemming ge geven, orn te zwemmen. Men moest dan zijn eerewoord geven niet te vluchten en bui ten de wallen was dan dicht aan den oever een soort cricket-pitch gémaakt, door net ten afgesloten. Sommigen hebben pogingen gedaan om te visschen, maar er werd zoo goed als niets gevangen. Er was eenig water-wild, maar geschoten^ mocht er natuurlijk niet worden, behalve dan door de schildwachten. Het eeni ge amusement was dus het voederen *van 't wild van de wallen af en het zoo tam moge lijk te maken. Dit is alles wat er buitenshuis Arm gaf, maakte zij een heerlijke wandeling. Zij was verrukt over St.-Cross en zag tnet genoegen den vierhoek der eeuwenheu gende gebouwen, welker muren met klimop bedekt waren, het effen grasperk en de heer lijke bloemen, begeering c#h alles te verne men, wat Mr. Martidale van de bouworde en de geschiedenis uier plaats wist, en ver toefde er zoo lang als het geduld van haar echtgenoot strekte. Zij kon zich bijna niet losrukken van het gezicht op den klaren Jtroom en de groene velden. „Indien Caroline maar hier ware, om er een schets van te maken, zop er niets aan mijn geluk ontbreken, dan dat die berg-de 'Helvellijn niet is." „Gij moest de kloosters op de bergen van Albanië eens zien," zeide John. en zij was weldra bekoord door het verhaal zijner reis avonturen met den heer Eotheringhamzij beschouvede hem reeds als een onuitputte lijke bron van kennis als iemand, die de geheele wereld gezien en alles gelezen heeft. „Het was maar jammer," zei zij, „dat Mathilde er niet bij was, om hem behoorlijk Antwoord te geven." Den volgenden dag ontvingen zij brieven, waarin Arthur uitgenoodigd werd om met zijn jonge vrouw een veertien dagen in het ouderlijk huis te komen doorbrengen, als hij ten minste zoolang verlof kon krijgen. HOOFDSTUK Hl. „Daar zijn wij er!" riep Arthur Martin- Hale. „Dat is dc portierswoning." Daarop zijn vrouw aanziende, vervolgde hij-Wat is dat? Gij ziet zoo wit als een doek. Kom aan, wees toch niet zoo kinderachtig. Zij zul len u jiict opeten." „Ik ben blijde, dat ik "Mr. John Martin- dal e al kenzuchtte zij. „Zoo moet gij hem hier niet noemen. Wacht, ik heb u nog vergeten te zeggen, dat gij niet Mr. Martindale tegen m ij zeggen moet. John is hier Mr. Martindale." „En hoe moet ik u dan noemen?" „Wel, bij mijn naam, dat spreekt van zelf." „Arthur 1 Och, ik weet niet hoe dat gaan zal." ..Dat zult gij wel leeren. En als gij er iets tegen doen kunt, stel u dan met be vreesd aan, als mijn tante u omhelst, want dat zou ons veel schade kunnen doen. Ha daar is Theodora." „O, waar?" „Zij is weg, ontvloden door de beneden deur. Ik wcnschte, dat ik haar had kuDnen tegenhouden." Violette, kon nauwelijks ademhalen. De grooto bloementuin, welks keurig aangeleg1 de bedden ieder met een afzonderlijke soort van bloemen prijkten; vlammend roode fuch sias, schitterende verbenas, blauwe nemo- philas of stemmige heliotropes, enz.; de breede wandelpaden, het hooge gebouw, de ontelbare ramen, het hooge steenen bordes, bovenaan met een balustrade en twee mar mere sphinxen versierd de hooge deur, waarbij twee groote gepoederde lakeien de wacht hielden, dat alles gaf haar een ge voel, alsof zij een koninklijk paleis binnen trad. Zij beefde en klemde zich aan Arthurs arm, toen zij een hooge vestibule intraden, waar marmeren kolommen, oranjeboom en cn standbeelden haar oog troffendoch tot haar troost kwam John hun daar te gemoet en riep hun een hartelijk en broederlijk wel kom toe. „Zij is buiten zichzelve van vrees," zei Arthur. Johns antwoord was eon bemoedigend kon gebeuren. Binnenshuis was een biljart kamer, werd er gekaart, geschaakt en gele zen. Er werd veel gedaan aan talen leeren, b.v. Russisch en Spaansch, maar daar nie mand die talen kende, was het eenigszins moeilijk om de kennis uit de boeken te ver garen. De .mannen hadden afleiding noodig en het moot worden gezegd, dat de autoritei ten zeer meegaand zijn en zoo inschikkelijk als maar eenigszins mogelijk en voor zoover dit is overeen te brengen met de veiligheid van de aan hun hoede toevertrouwden. De geinterneerden meenen echter, dat de auto riteiten grooter vertrouwen moesten schen ken aan het ©erewoord van een Engelsch officier. Twee Duitsche officieren, het is een be kend feit, hebben hun woord in Nederland gebroken en zijn gevlucht en het is een bit tere en rechlvaardige grief, dat nadat deze twee personen door hun regeering waren te ruggezonden, zij weer zoo slecht werden be waakt, dat zij nogmaals konden ontvluchten. Welke verklaring de Noderlandsche regee ring van een zoo laakbaar incident heeft ge geven, is niet bekend. Dit is evenwel slechts een betrekkelijke kleinigheid. Wat ernstiger is, is de depri- meerende invloed, die een opsluiting in een zoo verlaten verlaten plaats op de geïnter neerden moet uitoefenen. De autoriteiten houden vol, dat het fort niet ongezond is, heu is in Nederland juist in dergelijke voch tige en met water doortrokken streken zeer gezond. Het kan zijn, maar of het zoo voor de Engelsche officieren zal blijken te zijn, moet worden afgewacht. Deze mannen, op uitzondering na 'van de paar aviateurs, die sedert dien zijn aangekomen, vertoeven daar reeds sedert Januari, toen zij van Gronin gen werden overgebracht. Zij kwamen goed door hèt einde van den winter heen en zijn gezond en opgewekt, maar zij gaan nu een tweeden winter tegemoet na bijna een jaar te zijn opgesloten en een buitenstaander kan de toekomst niet dan met eenige deel neming tegemoet zien. Er is sprake van een algemeen eerewoord waartoe de Engelsche admiraliteit geneigd zou zijn te besluiten, maar het ministerie van Oorlog weifelt. Indien hiertoe werd be sloten, zou er geen sprake kunnen zijn van keuze bij de personen of zij hun woorden zouden willen geven of niet. Het kamp zou kunnen worden opgebroken en alle zouden kunnen wonen waar zij wilden en alleen zich moeten onderwerpen aan de formaliteit van aanmelden op gezette tijden. Zij zouden werk kunnen vinden of de een of andere universiteit kunnen bezoeken. Op het oogenblik krijgen ze drie dagen verlof in de maand. Eerts werd dit verlof verleend om den tandarts te bezoeken. Maar noch dit noch ieder andere bevrediging kan van Wie rickerschans iets anders maken dan van de meest onaangename verblijfplaatsen. On danks alle vriendelijkheid van de autori teiten moet een verblijf daar in den winter een hardere straf zijn, dan de officieren in hun ongeluk hebben verdiend. Het zijn jon ge mannen vol hoop en ambitie. Men twijfelt of de autoriteiten die blijkbaar het goede willen, volkomen inzien hoe hard het voor zulke mannen moet zijn, die steeds zitten na te denken over hun hulpeloosheid in een tijd, dat hun land hen gebruiken kan, om gedwongen te worden in zulk een omgeving een langen winter door te brengen. Door de douanen te Winterswijk is beslag gelegd op een paar kisten met een den, die dubbele bodems bleken te heb ben, waartussclien de afzender 18 K.G. spek had verborg ~i. De zenddmg was af komstig uit Purine rend, doch daar voor eenden gee<n consent noodag is, Ead de afzender zijn naam niet opgegeven. De opperbevelhebber van land- en zee macht heeft de volgende aanschrijving ge richt aan de militaire autoriteiten: Ui,t verschillende rapporten blijkt, dat militairen gebruik ma-ken van de geringe snelheid, waarmede over de spoorwegbrug gen wordt gereden, om nabij die bruggen uit den trein te springen, ten eindo snel ler de plaats van bestemming te berei ken of om zich aan de controle bij het sta tion van aankomst te onttrekken. Deze militairen maken zich 'schuldig aan een verboden handeling, bovendien .stellen zij zich aan levensgevaar bloot. drukje van haar hand, die hij vasthield; hij geleidde haar aldus, terwijl zij nog op den arm van haar echtgenoot leunde, in een ver trek, waar een bejaard heer hen te gemoet kwam. De beide geleiders der jonge vróuw legden ieder een harer handen in die van den ouden heer, die haar een kus ^gaf en op plechtigen toon zeide„Wees welkom, mijn waarde." Daarop stelde hij haar aan een lange dame voor, die haar statig omhelsde. Nu hoorde zij Arthur zeggen „Zoo Theodo ra, zijt gij daar? Kom eens hier, Violette," en wederom nam hij haar hand en legde die in een andere, welke die eventjes en als met tegenzin driikte, terwijl de kus, waarvan die handdruk vergezeld ging, even weinig har telijkheid aanduidde. Door den vricndelijken toon van lord Mar tindale eenigszins tot zichzelve gekomen, waagde Violette het thans even op te zien. Zij zat op dezelfde sofa als Lady Martin dale, doch zij gevoelde zich evenwel, alsof zij oneindig ver verwijderd was van die sta tige dame, wier majesteuzc houding, git zwart haar, donkere oogen en prachtige kleeding, haar geheel het voorkomen eener Oostersche vorstin gaven, en wier waardige schoonheid eer verhoogd dan verminderd werd door haar vijftigjarigen ouderdom. Zij sprak op rninzamen toon tot de schoon© vreemdelinge, doch deed het met een neder- buigende vriendelijkheid, welk© de wijde klove, die haar scheidde, des te duidelijker in het oog deed vallen, zoodat Violette haar oogen naar haar nieuwe zuster wendde, in de stille hoop aldaar meer sympathie to vinden. Maar ofschoon jonger en zeer eenvou dig gekleed, scheen deze nog minder ge naakbaar. Haar gelaat W33 niet zoo schoon als dat ^arer moeder, en minder vrien- Ik noodig u uit het vorenstaande ter ken nis van uw onderhebbende te brengen. Overtreding briioort streng te worden gestraft Aan de commandanten der op de brug gen geplaatste dekking detachementen draag ik, in het bijzonder, op, overtreders te doen aanhouden, en hen per extra gele genheid naar hun afdeeling terug te zen den. Te Wel-Bergon, in Limburg, zijn weer twee' Fransche uic Friedrichsfeld ontvluch te krijgsgevangenen over de grens geko men. Te Winterswijk zijn ..oensdag twee ont vluchte Fransche krijgsgevangenen aange komen, een kurasier en een korporaal van de cavahrie. Ze waren vorig jaar Septem ber bij de Aisne gevangengenomen en naar Dordtmund gevoerd Ze hebben 4 dagen ge- loopen, uitsluitend 's nachts, yóór ze op Nederlandsch grondgebied kwamen. Een Rus, die bij Borgharen over de Maas van België naar Nederland zwom, werd naar Maastricht overgebracht en vervol gens naar Rotterdam getransporteerd. De minister van oorlog heeft ter ken nis der betrokken autoriteiten gebracht, dat wanneer de militaire overheid wijziging brengt in voor inkwartiering verschuldig de bedragen, zooals die met toepassing van het Kon. besluit van 10 November 1892 zijn vastgesteld, dit door hem, minister, wordt goedgekeurd, wanne :r die autori teiten kunnen aantoonen, dat óf wijzigin gen zich hebben voorgedaan, die een verandering van het bedrag voldoende mo- tiveeren, óf de duur der inlegering aan merkelijk langer is dan ten tijde der beslis sing verwacht werd, in verband waarmede de te betalen vergoeding minder kon zijn, dan bij een verblijf van korteren duur bil lijk moet worden geacht. In elk geval, waarin echter een op de aangegeven wijze vastgestelde vergoeding door de militaire overheid wordt vermin derd, komt het Hen minister wenschelijk voor, dat de betrokkenen cr uitdrukkelijk op worden gewezen, dat zij hij den minis ter van oorlog een nieuwe beslissing kun nen uitlokken. Uit Harderwijk wordt aan de „O. H. Ct." gemeld: De bouw van de houten woningen voor de gezinnen van de Belgische geïnterneer den is plotseling ten gevolve van een aan schrijving Her regeering, stop gezet. De burgemeester dezer gemeente; regee- ringscommissaris, belast met dien bouw, ontving reeds ontslag als zoodanig, en te vens ook hèt geheele personeel voor het toezicht, ongeveer.35 man. Het werk aan de Belgische school, die door dezelfde werklieden, allen geïnter neerden, wordt gebouwd en die haar vol tooiing nadert, is eveneens gestaakt. Door den regeeringscommissaris werden voor den woningbouw reeds verschillende pereeelen gemeentegrond op vasten ter mijn gehuurd en ook werd een kamer op 't gemeentehuis verbouwd en inggericht als bureau voor den thans afgetreden regee- r igscommi s s ari s Wij vernemen, dat de voortgang van het werk, echter op geheel andere schaal, zal plaats hebben onder leiding van de heeren baron Van Tuyll van Serooskerken en ge neraal Onnen, beiden n het departement van oorlog. Een zekere Detvotebin, diamanthande laar, vervoegde zich de vorige maanden óp het Duitsch consulaat te Roosendaal, met het verzoek een pas naar Antwerpen te verkrijgen, ten einde aldaar diamanten te koopen. Na op dit consulaat op zéér onheusChe wijze de deur te zijn gewezen, riep Devotskin de 'hulp in van dien militai ren commandant. Zijn verzoek werd beant woord met een bedreiging van uitzetting uit het bezette gebied, in een brief, godla- teord 11 October, geteekeod door den chef van do diVisdegroop Brabant, den heer Forbos Wels. Op voornoemden datum was de heer Van Terwisga, comm. officier van het veldleger, dU9 hij zou den inhoud van genoemden brief geautoriseerd hebben. Te Bcrgen-op-Zooin zijn op 10 Novem ber twee groepjes soldaten van het 6cle re giment. resp. vier en drie, gearresteerd, onder beschuldiging van zich te hebben la- delijk; «en haar oog was koud en strak, ja, bijna gestreng. Nu en dan waren al de spieren van haar gezicht in een zekere be weging en haar blik als aan Arthur ge boeid, doch zoodra hij haar aanzag, keek zij dadelijk uit het raam; zij sprak niet en zat onbeweeglijk. Violette meende, dat zij haar met geen enkelen blik verwaardigd had, doch daarin bedroog zij zich. Theodora had haar goed opgenomen en haar oordeel reeds geveld. Dat was dan dó vrouw, voor wie Arthur zooveel op het spel gezet had en om wier wil hij haar zulk een innig verdriet had veroorzaakt! Wat waren haar verdiensten? Een tint van. leliën en rozen, een lief kopje, precies een staalgravure in een almanak; een gelaat, dat niets dan kinderachtige ver legenheid toekende, een fatsoenlijke, maar gedwongen houding en een kleeding van een bestudeerde eenvoudigheid, nog hatelijker dan opschik! Lady Martindale sprak iets van zich te kleeden voor het diner, en geleidde haar stille en beschroomde gast een breede trap op, en door een lange galerij tot in een ruime slaapkamer, waarin de ondergaande zon een stroom van verblindend licht uit gooi. Het "ccrsto gebruik, dat Violette van haar eenzaamheid maakte, was vol verbazing rond to zien in die groote en rijk gemeubelde kamer, benieuwd of zij zich daar^ ooit op haar gemak zou gevoelen, terwijl die groote spiegels haar met haar eigen, onbeduidende figuur vervolgden. Zij keerde zich van den spiegel af, trachtte haar gloeiend gezichtje voer het open raam wat te verkoelen en staarde nu vol bewondering op den tuin, klie haar aan sommige* platen van Ver ten onikoopen door smokkelaars. Deze zo- ven soldaten zijn onder politietoezicht af gemarcheerd. Bij don groot en smokkelhandel in lijn olie, waarin ook een adj imct-oommaes ge moeid was, is eveneens iemand betrok ken, die e enigen tijd in België door de Duitsche overheid als verdacht van over treding van haar voorschriften onder be- n airing is gesteld geweest, doch toen is vrij gelaten.- De Ha3gsche correspondent van „Hot; Volk weet te melden, dat met don laat- aangeduiden persoon bedoeld wordt heer Wirtz, ■eri.gonaar van de bekende „Prin cess Room", aan den Kneuterdijk te s'-Gra/- vonhage. SCHAAKRUBRIEK van het SCHAAKGEZELSCHAP •iPALA» EDES", Opsrerio 1846,' Speelavond: lederen Maandag !n de Bovenzaal van Café „Central", Breestraat< Aanvang: 8 uren. Redactie: L. BIERMASZ en R. J, y. d. KROOT* Probleem No. 80. Pr F. BLAKE. Zwart. (10) 8 7 9' '■-A HP 6 5 ■70, lp/ 4 i S - 3 i 2 IÉU W 1 abcdefgh Wit. (6) .Wit: K. a2; D. ©7; T. «j4; P. d7; L. e2 en e5. Zwart: K. do; D. a6; T. 13 en h4; P. a 7 en ©3; L. f4 p>; a 4, b5 en g 5. Wit speelt en- geeft in 2 zetten mat. Oplossing Probleem No. 78: d 4 enz. Goede oplossingen ontvangen van: Mej. Japikse en van de heeren: H. J. Bouwman, B. S. van Kloeten, D. Kruissink, G. J. van Leeuwen, C. Sierag, J. C. Sjardyn, L. Schilthuizen, J. W. Schüss, J. E. Stolte, I. Teling, L. M. Valkenburgh, W. J. ,Woesten- burg en J. C. de W., allen te Leiden; H. J. Broekveldt te Oegstgeest, A. Baljeu, .G. Vooijs Gzn. te Katwijk aan den Rijn, J. van Os, te Voorschoten en P. G. v. 'd. Tang te Oudewetering. Correspondentie: J. D. te U: D. c6 foutief wegens: D. c5. J. A. N. cL T. te L.: D. d4, foutief we gens D. f 6. N. N. te X.: D. (14 foutief wegens D. f6. .Verzuim in het vervolg niet, de .oplossingen te onderteekenen! B. J. S. en J. G. te L.: Dame of Koningin c6 foutief wegens D. c5. D. K. te L.: K. a 4, foutief daar p. d2 den T. op c 1 niet denkt en dezen dus doofl K. dl genomen kan worden. H. J. B. te L.: Diagram en notatie rijn goed. Oplossingen worden ingewacht tot uiterlijk Dinsdag 26 November a.s. 's namiddags 5 uien, aan het Bureel van dit Blad. Italiaansche Opening. lste zet: wit e 4, zwart e 5; 2de zet Pf3, Pc 6; 3de zet: Lc4, Lc5. V oortzettingen: Wit. Zwart. Wit. Zwart. 4. d3 d 6 4. c3 P f 6 5. L e 3 L X e 3 5. d4 e x d4 6. f V o 3 P h 6 6. c X d 4 L b 4 f 7. 0—0 P a 5 7. L d 2 P X e4 8. Pb—d2 P x c4 8. L X b 4 P X b 4 9. P x c 4 0—0 9. LX f7 f Kx f7 10. d 4 b 5 10. D b 3 f d 5 Ongeveer gelijk spel. Wit staat iets beter. sailles deed denken. In het midden van een kleine hoogte, met de fijnste graszoden belegd, verhief zich een fontein, wier schit terende en fantastische stralen in een mar meren bekken neervielen; het geheel waa omgeven door een terras en een steenen' trap van eenige treden, waarop groote bloem vazen prijkten. Op de balustrade stond een pauw met zijn blauwen hals te draaien en meb zijn prachtigen staart te pronken, met zulk een trotsche houding, alsof hij zich de beheerscher, waande van al hetgeen zijn oogen zagen. De arme Violette was te moede,alsof alleen pauwen het recht hadden hier te wonen, en nu zich voor den geest brengende, dat het nog geen twaalf weken geleden het toppunt harer wenschen geweest was het bal' te Wra.ngerton te bezoeken, kwam alles, wat er gebeurd was, haar als een droom voor; zij sloot de oogen en verwachtte bijna, als zij ze weer open zou doen. Annette's ge zichtje te zien en het kleine zolderkamertje van thuis; maar zou dan een zeker iemand ook niets anders dan zinsbegoocheling ge weest zjjn? Zij deed dadelijk haar oogen open, en haar hart klopte van vreugde op de gedachte, dat hij voor .al die heerlijk heid geboren was! Zij sprong op vaii blijd schap. toen zij hem hoorde naderen en hij de kamer binnentrad*. „Laat ik u nu eens bekijken," sprak hij. „Hebt gij uw kleur weerom? Wel ja, zelfe meer dan noodig is. Zijt gij nu wat tammer, verschrikt duifje?" (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 6