zijn reejds als schuilplaatsen voor de bevol
king aangewezen, indien vijandelijke vlie
gers zouden worden gesignaleerd. Voortdu
rend wordt do streek bewesten Aken door
Duitsclio vliegers verkend, terwijl tussch n
Aken en Keulen meermalen door een Zeppe
lin verkenningen werden gedaan.
Vijandelijke vliegtuigen zullen aangekon
digd worden door het gefluit van sirenes
en het luiden van de klokken. Op hooge
punten van dit stad zijn z.g. Abwehr-kanon-
nen opgesteld.
Do fabriek Rothe-Erdc, waar munitie
wordt vervaardigd, wordt streng bewaakt.
Niet minder streng is de bewaking van de^
spoorweg, met zijn belangrijke tunnels, in
de richting van Duren, een buitengewoon
voornamo verbindingslijn voor den aanvoel
en afvoer van troepen, munitie enz. Geen
wonder, dat scherpe voorzorgsmaatregelen
worden getroffen, dat de zoeklichten onop
houdelijk werken: waiit Aken is een hoogat-
belangrijk spoorwegknelpunt.
tegendeel aan gnu eren overlaat.
J)e „Lokal-Anz." zegt, dat Delcassé heen
gaat, omdat zijn positie onhoudbaar is ge
worden. Een aanstichter van den wereldoor
log is als offer van de Balkancriois gevallen.
De „Berl. Neueste Nackr." zegt: Del-
cassé's val is van ver strekkende bt teekenis.
Hoe langer de oorlog duurt, hoe duidelijker
dat zal blijken. Hoe ook Viviani het tracht
weg te redeneeren, nergens is er twijfel over
of Delcassé js als eerste zoenoffer voor de
mislukte Balkanpolitiek der Entente geval
len. In Engeland wordt er nog om gestre
den, in Frankrijk is het pleit al beslecht.
De „Börsenkurier" meent, dat Delcassé in
ziet, dat 't spel voor Frankrijk verloren is.
De „Voss. Ztg." schrijft, dat men aleeni-
ge dagen geleden uit Italiaanstehe bron wist,
dat Delcassé zich tegen de landing te Salo-
niki verzette, ,ook omdat Frankrijk daardoor
gevaar liep zijn naam als Griekenland's
vriend en beschermer van de vrijheid dei-
volkeren te verliezen.
Wegvoering van Belgische Burgers.
Te St.-Laurens, een dorp ten noorden
van Eecloo, hebben de Duitschers zes jonge
mannen, van bocroep timmerlui en metser
laars, wegge voord. Zij zijn naar Eecloo ge
bracht en moesten d'aar in een auto stap
pen. Waar zij tlhans zijn is onbekend. Hot
geldt hier geen straf. Men meent, dat zij
ergens aan het werk word/en gezet. Of dit
feit ook reeds in andore gemeenten is voor
gekomen ,is hier niet bekend.
De dienstplicht-quaestie in Engeland.
De „Daily News" verneemt, dat de kwes
tie van den dienstplicht gisteren in den
mmisterraaS-is besproken en dat de ministers
die voorstanders van dienstplicht zijn, van
plan zjjh, de discussie lieden te hervatten
jen op een beslissing aan te dringen. Zij
hopen eenstemmigheid ten gunste van den.
dienstplicht te kunnen verkrijgen, maar of,
indien dat niet mocht gelukken, enkelen
van hen zuilen aftreden, is niet bekend. De
heeren Churchiil en Curzon zijn thans de
meest vurige voorstanders.
Lloyd George heeft een meer gematigde
opvatting, hoewel hij' zijn sterke geneigdheid
ten gunste van den dienstplicht niet onder
zich houdt. Zij gelooven dat lord Kitchener
nu meer overhelt tot hun zienswijze dan
,eeni maand geleden. De ministers, die voor
standers zijn van dienstplicht, vragen niet
onmiddellijke invoering op grond van den
toestand in den Balkan, maar op grond hier
van, dat lord Kitchener niet er in zal slagen
de noodige mannen volgens 'jfjet vrijwillige'
stolsel te verkrijgen. Dit argument verbaast
de meerderheid van het kabinet omdat pas
onlangs do nieuw benoemde leider der re-
cruteering, lord Derby, de leiders der vak-
vereenigingen heeft gesproken over de rege
ling van een nieuwe verateeringscampagne.
Do voorstanders van den dienstplicht in het
kabinet echter merken op, dat deze campag
ne wel een 35.000 ïecruten per week zal
kunnen leveren.
Hiertegen verklaren dan weer de tegen
standers, dat het tijdstip nadert, waarop de
industrieën van het land niet verder door re-
cruteering kunnen worden ontdaan van ar
beidskrachten, zal niet de productieve kracht
benadeeld worden. Dan zou het financieren
van de geallieerden in gevaar komen en
tevens zouden inlandscho moeilijkheden kun-
hen ontstaan.
Het Heengaan van Delcassé.
.Verscheidene Parijsche .binden bevestigen,
dat Delcassé in zijn brief als reden voor zijn
aftreden opgeeft, „verschil van inzicht in
.zake do expeditie naar Saloniki.
Clemenceau beweert in zijn „Homme. En-
ctainé", dat Delcassé in zijn brief de expe
ditie nadrukkelijk afkeurt.
De Duitsche pers wijdt natuurlijk meer
dan gewone aandacht aan dit geval.
De „Tagl. Rundschau"' schrijft: Zelfs on
der! zijn goede vrienden zal Delcassé wel
geen geloof vinden voor wat hij' in de
Kamer heeft gezegd, n.f. dat de eendracht
bij do enten to volkomen, ja, dat ze nooit
groot-er en .inniger is! geweest dan nu. De
treffendste weerlegging van die bewering is
het aftreden van Delcassé, die in de ure van
Frankrijk's triomf wel gaarne a's de leider
van Frankrijk's lot zou willen gelden, maar
die nu liever de verantwoordelijkheid vaivhet
Samenwerking tusschen de Entente.
Maurice Barrès geeft in de „Echo de Par
ris" niet onduidelijk te kennen, dat naar,
zijn meaning Italig voor de gemeenschappe
lijke zaak niet doet, wat het moest doen
een gevolg hiervan, dat de leiding en ver
deeling van arbeid niet in de handen van
een krachtigen oppersten entente-krijgsraad
berust. Italië nioest thans zijn legers be
schikbaar stellen voor een actie op den Bal
kan; dóór ligt voor het oogenblik het voor
naamste doel. Italië moest aan zijn legers
een ander object aanwijzen dan hét Igonzo-
front, waar zij slechts zwakke vijandelijke,
strijdkrachten vinden. Geen der geallieer
de mogendheden kan denken aan verwe
zenlijking van haar eigen plannen, vóórdat
de gemeenschappelijke vijand afdoende is
verslagen. Eerst na de volledige .nederlaag
van Duitschiand kan men den buit verdeer
'len. De voldoening van ieders particuliere
belangen is ondergeschikt aan het gezamen
lijk succes. En daarom kan Italië thans in
den Balkan de beste diensten bewijzen. Rus
land, Engeland noch Frankrijk kunnen daar
beter slagen dan Italië. Welke armzalige,
en onvoorzichtige wijsheid zjou den Italianen
raden den geheelen winter, te dommelen!
en met halfgesloten oogen naar Triest te
staren?
Het is hoogst verkeerd, daar er thans
geen orgaan bestaar, dat bepaald wéér en
wanneer de verschillende strijdkrachten moe
ten worden aangewend. We hebben een
prachtig bureau voor anti-DuitSche propa
ganda dat is waar. Maar het zou onein-
beter zijn, wanneer wij en onze bondge-
nooten ons op dezelfde wijze op de hoogte
hadden gesteld van hetgeen beslist noodig
is om onze verschillende nationale wenschen
te verwezenlijken, die, de een zoowel als de
ander, ondergeschikt zijn aan de gemeen
schappelijke overwinning*.
Noodig is1, dat de verscheidenheid van
onze diplomatieke belangen onze militaire
actie niet verzwakt en het gemeenschappe
lijk succes in gevaar brengt. Volgens een
w eloverwogen plan moet een vaste leiding
"onze strijdkrachten verdeelen en samenwer
king brengen in onze actie. Alléén op die
voorwaarde kunnen wtf rekenen op een goe
den afloop.
Grey over do Balkan-Politiek der Entente.
Grey heeft in het Lagerhuis den diplonia-
tieken toestand op den Balkan besproken.
Hij zeide het volgende:
Bjj het uitbreken van den oorlog wensch-
ten wij, dat hij zich niet zou uitbreiden en
gemeenschappelijk met onze bondgenooten
verzekerden wij Turkije, dat het Turksche
giondgebied, indien het neutraal bleef, niets
zou te lijden hebben. Toen Turkse zich in
den oorlog mengde, wijdden de geallieerden
hun volle aandacht aan de taak, een Balkan-
bond to stichten. Ongelukkigerwijs waren er,
op den Balkan geen gevoelens van eensge-
zinden aard, maar van een voortdurende
verdeeldheid.
Het was duidelijk, dat slechts het groote
\ccrdeel, dat de geallieerden zouden kunnen
verschaffen, den doodslag zou geven en de
Balkanstaten zou brengen tot sympathie met
de gedachte van een bond. Behalve -ten aan
zien van Thracië, boden de centrale mogend
heden Bulgarije meer aan ter Verzekering
v3n de neutraliteit van dit land, dan de ge-
alliterden konden doen, wilde het aanbod
redeljjk zijn. De beloften evenwel, die Bul
garije er toe brachten den oorlog te ver
klaren, werden door de centrale mogend
heden gegeven ten koste van haar buren,
zonder aan deze eenig gelijkwaardig voor
deel te verschaffen.
Wij waren voortdurend in vriendschappe
lijke betrekkingen gebleven met Roemenie,
dat de politiek van den Balkanband goed
gezind was.
Grey prees vervolgens den moed en de
dapperheid van de Serviërs, die do vijanden
uit het land hadden verdreven en noemde dit
een van de belangrijkste momenten uit den
oorlog. Servië maakt ook thans weer een
crisis door, maar het land weerstaat die met
denzelfden schitterenden moed.
De inmenging van Buigarjje bracht in den
toestand een groote verandering teweeg en
het was duidelijk, dat de belangen van Grie
kenland en Servië thans één waren, want op
den duur moeten zij samen staan of vallen.
In de stappen, die we hebben ondernomen,
handelden wij in nauwe samenwerking met
Frankrijk. De medewerking van de Russi-
soha troepen is beloofd en te verwachten,
zoodra men over hen zal kunnen beschikken.
De militaire maatregelen, die genomen zijn
om aan de éischen van den toestand tegemoet
te komen, worden voortdurend met zorg
overwogen door de militaire autoriteiten en
zullen gegrondvest zijn op de beginselen van
een gezonde strategie.
Servië vecht thans voor zijn nationaal be
staan en de strijd is er juist op dit oogen
blik buitengewoon hevig, maar de strijd en
de uitslag zijn er twee; dat geldt voor elk
coriogstooneel.
De Bulgaren in Canada.
De Canacicescho regeering wacht, volgens
een bericht uit Ottawa aan de~„Daily News"
mot eenige spanning op een oorlogsverkla
ring tusschen Bulgarije en de geallieerden,
daar er 20.000 Bulgaren in Canada wonen,
die groot endeels geïnterneerd moeten wor.
den, zoodra de oorlog uitbreekt. Reeds thans
heeft een groot aantal Bulgaren beproefd
om naar de Vereenigde Staten de wijk te
nemen. Verscheidene Bulgaren zijn in dc
Amerikaansche grenssteden gearresteerd,
daar zij deze ongewenschto elementen over
de grens trachten te helpen.
Met cle interneering kan men dus nu aan
vangen. Er komt uit Toronto echter een be
richt, dat een geheel anderen geest adorpt
over de stemming der Bulgaren in Oanada.
Op een Maandag in die atad gehouden mas
sa-meeting van Bulgaren en immigranten uit
Macedonië werd een motie aangenomen,
waarin de a^nwejzagen Siting gaven aan
hun loyaliteit tegenover de Canadefieche re-
geerihg en protesteerden tegen de aanslui
ting van Bulgarije bij de centrale mogend
heden.
Eensgezind legden zij do belofte af Enge
land te zullen steunen en door heb opstekea
der handen gaven bijna alle aanwezigen hun
bereidwilligheid te kennen om een bataljon
te vormen, dat aan don strijd tegen Duitscb-
lancl zou deelnemen.
„Boches".
Voor de rechtbank te Dessau heeft Woens-
'dag1 een 20-jarig Duilséh meisje, Gabrielle
Barthel uit Rombach bij Metz, terechtgestaan
omdat zij in een briefje dat voor een Fraai-
sohen krijgsgevangene bestemd was, de Duit-
schers met „boches" had betiteld.
Gabrieie heeft een vader, die bij den land
storm! dient, Hi'aar moeder is een geboren
Fransche. Zij en haar moeder hebben flink
meegeholpen bij de verpleging van de ge
wonden te Rombach. De bedenkelijköte zin
nen van het in het Fr arisch geschreven brief
je luidden „Leve Frankrijk I Wilt u mij uw
adres geven en mij zeggen, of een van uw
kameraden iets noodig Jjeeft wat hij niet
Van thuis kan krijgen... Weet u, dat de
boches onlangs een nederlaag bij Atrecht
geleden hebben?"
De beklaagde zeide, dat zft dit briefje voor
den Franschen gevangene had bestemd, om
hém liefdegaven' te kunnen zenden. Zij had
medelijden met hem1, omdat ook haar neefs
in het FranSche leger vochten. Zij had de
uitdrukking „boches" fn 3e'kloosterschool'
te Metz, waar zij onderwijs heeft gehad, ge
hoord en niet als beleediging opgevat.
Eeü juffrouw Va'.eska Partheil uit Zerbst,
bij wie beklaagde in heeft gewoond, zeide daj
Gabrieie bij de ontvangst van Duit3che over-
•winningsberichten neerslachtig was en dan
schreide.
Do beklaagde antwoordde hierop, dat zij
heimwee gehad had en aan haar Fransche
neefs had gedacht.
Een professor van het lyceum te Metz,
die als deskundige gehoord werd, zeide dat
de beteekenis van het woord „boche3" filo
logisch niet gemakkelijk na te sporen was.
In subjectieven zin was Tiet vermoedelijk een
scheldwoord, in objectieven zin niet. Het
kwam er op aan onder welke omstandig
heden men het gebruikte.
Een ander professor hield bocbe voor een
uitdrukking, die nu algemeen als scheld
woord in den ipond van het Fransche volk
wordt gebruikt.
De rechtbank veroordeelde Gabrieie we
gens beleediging van soldaten van het Prui
sische leger en verboden nadering van ge
vangenen toiü 5 maanden gevangenisstraf. Zijl
nam aan dat het woord boche subjectief en
objectief een beleediging was' geweest. Twee
maanden voonoop ïge üeentems werden in
aft rek gebracht.
Het meisje zeide, dat zij haar straf dade
lijk wilde ondergaan.
Dc Duitsche Verliezen.
De Pruisische verlieslijsten Nos. 340 t/ra.
349 (29 Sept.9 Oct.) vermelden de namen
van 47,506 gesneuvelden, gewonden en ver
misten. Het gezamenlijk aantal van de op
de Pruisische verlieslijsten vermelde ge
sneuvelden, gewonden en vtrmisten bedr .agt
thans 1,963,654.
Gelijk men weet, vermelden de lijsten niet
waar, noch wanneer de verliezen geleden
ztjn. De lijsten 330—339 bevatten 63,468
namen; de daarop volgende tien lijsten, ge
lijk gezegd 47,506, d. i. op één na het
laagste getal in een tiental lijsten vermeld
sedert half Juli. Hoewel de laatste lijsten zijn
uitgegeven van 29 September tot 9 October,
zal men dus moeten aannemen, dat zij nog
geen betrekking hebben op de in die dagen
geleden verliezen, toen immers de groote
gevechten in Champagne, enz. hebben plaats
gehad, waarbij de Franschen alléén reeds
25,000 gevangenen gemaakt hebben.
Zie hier het overzicht sedert half Juli:
280 t/m. 289 45,304 namen.
290 299 49,565
300 309 49,705
310 319 53,396
320 329 58,445
330 339 63,468
340 349 47,506
Buitendien zijn nog van Duitsche zgde
uitgegeven 204 Saksische, 281 Wurtemberg-
scke, 225 Beiersche verlieslijsten, 14 lijsten
van de koloniale troepen, 51 van de marine
en 4 van in TurkscJien dienst zijnde Prui
sische officieren en onderofficieren.
Begini het weer?
Onder dit opschrift lezen we in de „Tel."'
hot volgende
„Aerseele is een groot dorp bij Thielt, bij
't groote hoofdkwartier van den hertog van
Wurtemburg dus, en zeker daarom had het
steeds een tamelijk talrijke bezetting.
Maar veel troepen zijn uit Midden- en
Noord-Vlaanderen vertrokken, 't zii naar
de groote steden, ;t zij naar het front. En
Aerseele heeft nu maar een goed dozijn sol
daten meer.
Verleden jaar October, toen de Duitschers
ook Aerseele bezetten. Vonden zij 't huis van
dokter Van der Borght, midden in 't dorp
onbewoond. Feitelijk onbewoond niet; de
eigenaar wais met zijn gezin wel heen, maar
de dienstmeid en haar moeder verbleven in
het huis. Zij moesten echter vertrekken en
't gebouw werd pasbureau.
Dr. Van der Borght, die de verhalen uit
Oostelijk België wel kende, had zijn brandy
kast in den t»uin hegraven. Hij vergistte
zich zeer, als hij meende, dat zo daar veilig
was. Do Duitschers gijoeven ze vlug op,
wisten ze open te krijgen, namen er 't zil
verwerk uit, brachten do papieren der ver
zekeringsmaatschap p „Germania", de boe-
k enz. bij den veldwachter, en wat er van
't meubel zelf is geworden weet ik niet.
Ook al do heelkundige instrumenten en
geneesmiddelen verdwenen.
't Heerenhuis veranderde eenigen tijd la
I ter van bestemming en werd het „Casino -
der militairen. Meisjes, die nu juist niet al-
I gemeen geacht werden, speelden er baas,
kleedden zich met de toiletten van mevrouw
en mochten wanen nu ook grooto dames te
zijn.
Maanden bleef deze woning 't Casino.
Maar, zooals we zeiden, gingen de Duit-
schers nu van Aerseele heen, en zoo werd
ook 't doktershuis ontruimd.
Ontruimd is wel 't juiste woord, want op
wagens laadden de soldaten alle meubels,
de piano, canapé, fauteuils, tafels, beddeu.
waschtafele, en ze lieten slechts wat por
tretten en andere voor hen minder bruik
bare dingen achter. De wagens vertrokken
in de richting van De Pinte.
En daarom vragen wc „Begint 't weer
In October en November 1911 werden veel
woningen en kasteelen leeggehaald. Krij
gen Ave nu, in Vlaanderen, dezelfde vertoo-
ningen
Do Duitschers hebben veel soldaten noo
dig en laten dus in 't bozette land slechts 't
hoog noodigste. In talrijke gemeenten zien
de bewoners tot hun vreugde in weken geen
Duitscli militair."
Moe 't goede nieuws in België
bekend wordC.
De correspondent van de „Tel." aan de
Bc'gische greng schrijft d.d. 3 dezer
Te Gent maken de Duitschers bekend, dat
ze om stratogAck© redenen op eenige punten
van 't front andere stellingen hebben inge
nomen"Ten einde den vijand in toom te*
houden, moesten ze tot hun spijt 20.000 man
achterlaten, die later gevangengenomen
werden.
En meent de overheid aldus de waarheid
to verbergen?
Een ander tooneeltje dan
Kwaad gezind stappen Duitsche schild
wachten langs de grens
Ach, dieses langweiligo KriegEn de
onrustige gejaagdheid der officieren
Burgers, die de versperring willen nade
ren, worden barsch weggestuurd.
Nein
Nu geen gesprekken en geen pakjes oyer-*
geveno
Neen, neen, nein
't Klinkt als nijdig geblaf.
Maar de wachters moeten wisselen. Even
zijn do punten minder bewaakt. En van ach
ter de heesters of om ccn graanmijt ver
schijnt een hoofdEn lieden op Neder-
landsch gebied hooren een gesmoorde stem....
Hoeveel gevangenen? Hóéveel kanon
nen? Vertelt 't eena rap
Twintigduizend?.,.. Waar? Krijgen ze er
nog van
En van de grens gaat 'fc nieuws naar "t
gehucht A en X en IJ, en van daar naar Mal-
degem, Laptscheure, St. Laurens, Moerker-
ke, Solzaete, Steken©, en verder en verder,
tot 't in Brugge en Gent, St. Nicolaas, Ant
werpen en overal bekend wordt. En nu be
grijpt men al die agitatie, die bedrijvigheid
en dio gejaagdheid en onrust. En men ver
heugt zich en hoopt weeren in stilte
drinkt men op koning Albertus en koningin
Elisabeth en op do „jongens" aan dé Yscr...
en de betere tijden.
En men glimlacht, als men de Duitsche
communiqué's op de muren leest.....
Enkelo reizigers komen uit 't buitenland.
Ook zij vertellen de waarheid en 't nieuws
vliegt van huis tot huis en van dorp tot
dorp, en gelooft vrij, dat. men in 't hartje
van Wallonië nu weet, dat de Duitschers
op 'fc westelijk front een nederlaag hebben
geleden.
Minister Samuel heeft in het Engelsche
Lagerhuis de handhaving van het halvestui-
versporfc, welks afschaffing aanvankelijk
was voorgesteld, gemotiveerd met de opmer
king, dat verhooging van het porto toch
geen duurzame verhooging van inkomsten
zou brengen, daay, zoodra de vrede hersteld
was, stellig algemeen op herstel van het
halvestuiversport zou worden aangedrongen.
Daarom wilde men dien last aan den han
del dan maar besparen. Echter heeft Sa
muel voorgesteld nieuwsbladen boven zeker
gewicht alle gewone nieuwsbladen pro-
fiteeren van het halvestuiverort eemf
hooger porto op te leggen. Voorts zullen de
tarieven der perstelegrammen "in overleg
met do vertegenwoordigers der dagbladpers
worden herzien.
flansten wij nu een ander plan samen, dan
zou toch altijd nog blijven bestaan, wat je
een minuut geleden beweerde: de oprecht
heid die ieder mensch ieder ander is ver
schuldigd.
„Maar ik dacht, dat jij daar niet mee in-
Btemde."
„Dat heb ik wel gezegd, maar hier bin
nen hij sloeg met de hand op zijn hart
„deed ik hot wel en doe het nog. Je hebt
er mij toe gebracht het in te zien."
,J)at ia heel edel; maar je hebt bet zelf
gezien."-
„Door een nevel duister; nu kan ik het
bij helder daglicht beschouwen, en zien wat
mij te doen staat-."
Li] zonk weer in haar stoel en keek naar
Rem op. Hij stond met zijn rug naar het
vuur, het hoofd hoog opgerichteen stand
vastige, misschien gedwongen kalmte sprak
uit zijn houding.
„Maar wat kun jc doen V' vroeg zij, na zijn
woorden overwogen te hebben. „Je bent zoo
aan banden gelegd. Al die zaken en de
mcnschcn in Zuid-Amerika
„O, daarvoor zijn middelen en wegen. Ik
heb nog geen plannen gemaakt, maar heb er
af en toe wel eens aan gedacht, wat ik zou
doen als het ooit zoo ver kwam. In de eerste
plaats zou ik het paar menschcn, die er
het meest bij betrokken zijn, in vertrouwen
meedeelen. Dan zou ik naar Zuid-Amerika te
ruggaan en daar orde op de zaken stellen.
En als ik dat gedaan had, zou ik naar New-
York terugkeeren en het de politie vertel
len."
„Dat zou ik jetniet kunnen toestaan. Ik
zou het niet kunnen verdragen. Het zou
mijn dood zijn."
Hij keek met een ietwat wreeden glimlach
op haar neer.
„O, neen, dat zou het niet. Jo bent in
dien tijd met Conquest getrouwd en raakt
evenals ik met mijn lot verzoend."
Zij liet clion steek ongemerkt voorbijgaan
en zei angstig
„En wat zou dan je lot zijn?"
„Dat weet ik nog niet. Ik ben niet sterk
op het punt van de wet. Ik denk, dat aij het
oude vonnis zouden uitvoeren, zonder meer,
of misschien zouden zo mij opnieuw verhoo-
ren."
„En als ze je opnieuw verhooren wat
dan
„Dan hoop ik, dat ik vrijgesproken word."
„En als dat niet gebeurt?"
„En als dat niet gebeurt, dan geloof ïkj
dat ik de de
„Je moet ïfet niet doen." Zij sprak met
overtuiging en sprong weer op. „Je moet
het niet doen; je moet je aan dat gevaar
niet blootstellen."
Zonder zTch ook maar even te verroeren,
keek hij haar van ter zijde aaneen glim-
laeh, niet-al te bitter, trilde om zijn lippen.
„Je stelt je dat gevaar erger voor dan ik,
omdat je mij voor schuldig houdt."
„Ik houd jc niet voor schuldig. Ale je
zegt, dat je 'tnieit hebt gedaan, ben ik be
reid jo te gelooven. Ik zie niet in, dat het
er veel toe doet als hij je er toe
bracht
„Voor mij doet het er wel toe". Hij glinv
lachte weer, nu hij zag, daifc de Wilde Olijf
tot dusver nog niet was geënt.,
„Als zij je eens schuldig bevonden", be
weerde zij, „kunnen ze het weer doen",
„Juist; maar ik zou een kans hebben".
„Beloof me, dat je het niet zult wagen 1"
riep zij wanhopig. „Ik zal alles doen, alles,
wat je mij vraagt. Ik za-1 toegeven zondejf
voorwaarden. Je zult met Evie tr'odwen en
ik zal nooit, nooit een woord zeggen".
„Het ia te laat", redeneerde hij., „Zie je
daGt niet in Nadat je mij al dezo maanden
den rechten weg hebt) gewezen, kun je me
Diet weer op den verkeerden terugduwen".
„Ik had niet kunnen efcreomen, dat je
ooit dezen weg zoudt nemen".
„Ik ook niet. Maar je hebt het in prin
cipe aangegeven en nu moet ik hot uitweb
ken. Je hebt mij den voorsmaak gegeven
van het genot van eerlijk te jjjn, ronduit
to kunnen spreken, mijzelf te wezen, do
waarheid te zeggen, vrij te rija van aH©
bedriegerij, van al het go wring en gedraai,
vrij te zijn van den dagelijksohen angst voor
ontdekking. Ik verlang de man to zdjn, dien
God schiep, en geen wezen, uit een nach.tr-
nierrie opgeroepenWat ban mij het sche
len hoe het afloopt, als ik maar e©D4_ vrij
op mijn eigen boenen tegenover dq wereld
kan staan en zeggen: „Ja, ik ben Norrie
Ford".
Kan het je ook niet scheten hoe het voor
Evio afloopt?"
„Natuurlijk wel; en ik-gelpof, dat zij op
deze wijze gelukkiger zal cun op den
duur. Ik heb te lange jaren de verbenen
tegen de prikkelslagen en op allerlei
wijze getracht ze te vermijden, om dat niet
te weten. Zij zal minder lijden door mij
trouw te blijven, terwijl ijt mij een weg
baan, dan wanneer ik haar den rug toe
keer en uit haar ibestaan wegsluip. Zij zal
mij trouw zijn; dat zul jo zien. Ik zal ten
slotte winnen en zij zal een man trouwen
en geen schaduw".
„Maar als je voortging'-', smeekt^ zij,
„juist' zoqals je van plan Was en ik zei
eenp niete".
,/e zou mq verachten. Je heb(i mij 10
al getoond. Je zón mé veraonten en jé zou
gelijk hebben. Act zou voor het oogenblik
heel goed zijn. Het zou een gemakkelijke
manier wezen, om uit een lastig dilemma te
geraken. Maar later, als ik zoo had gehan
deld, zou je me nooit weer eenigo achting
schenken, zelfa niet het beetje, dat je mij
tot dusver hebt geschonken en de Hemel
weet, dat dat nooit veel kan geweest zijn.
Ik zou alles in de wereld kunnen verdragen
alles liever dan dat je uaartoe zou
komen".
„Maar dat. zou ik niet, als ik het je zelf
had afgeraden".
„Neen neen, doe geen moeiteJe zou
verkeerd handelen. Je bent zoo hoog en
heilig voor mij geweest, dat ik liever niet
zien zou, dat je niet de kracht bedt tot het'
einde vol te houden. Ik heb die gekregen,
omdat je mij die he-o gegeven. Neem niet
van je eigen geschenk iets terug door mij te
weerhouden er gebruik van te maken. Je
hebt mij als een gevangene gevonden of
als een ontsnapte gevangen© en ik ben al
jaren een gevangene geweest, gekluisterd in
iest, dat erger is dan boeien. Nu wart! ik
vrij. Kijk 1" riep hij met e©n plotselinge in
geving. „Ik zal ie toonen hoe het gebeu
ren moet en je zult zien hoe gemakkelijk het
is".
Hij stapte dwars door d© kamer..
„Wat ga je cloen?"
Zij sprong op als om hem tegen te hou
den, maar zijn hand was reeds aan de bel.
„Je vindt het toch goed, hoop ik?" vroeg
hij, maar hij had gebeld voordat zij kon
antwoorden. De meid verscheen in de deur.
„Vraag mr. Wayn© of hij zoo goed wil
zijn hier pen oogenblik te komen. Zeg hem,
dat mr. Strange hem bijzonder graag roti
Spreken".
Hij ging terug naa> zijn plaats bij het
mpir, waar hij oogenschijnlijk kalm stond
en geen gejaagdheid toonde dan door een
verhoogde kleur en de roerloosheid van ze
nuwachtig© spanning. Miriam zonk weer in
haar steel.
Doe niet© overhaast", smeekte zij.
„Wacht tot morgen. Er is altijd nog ge
noeg tijd. Om 's Hemels wil".
Als hij haar hoorde, sloeg hij <?r geen
acht op en nu verscheen Wayne. Hij draal
de een minuut op den drempel en in dat
oogenblik kon Ford zien, dat zijn gelaat
aschgrauw was en ouder leek dan anders,
alsof hij plotseling door iets was verouderd.
Zijn hand beefde» ook, toen hij tastend zijn
weg naar binnen zocht.
„Goeden avond", zei hij, in de lucht spre
kend zooals blinden doen. ,;Ik meende uw
stem te hooren".
Toen hij zijn weg doo-r de kamer had ge
vonden en bij de tafel kwam, die tusschen
dc leuningstoelen stond, waarin Miriam en
Ford hadden gezeten, bleef hij staan en
trommelde geluidloos op heb gepolijste
hout, in afwachtn.g, dat iemand zou spre
ken.
Ondanks liet zelfvertrouwen, waarmee hij
had gebeld, vond Ford het nu ioch moeilijk
i© beginnen. Slechts na een paar onver
staanbare pogingen gelukte het hem iets te.
zeggen.
„Ik heb' u gevraagd hier te komen, sir",
begon hij haperend, „om u iets bijzonders
te vertellen. Miss Strango weet het al
Als ik verkeerd heb gedaan het u niet eer
»te vertellenik ben bereid mijn straf te
ondergaan. Mijn naam is niet Strange
is niet Herbert".
„ïfc weet bet".
p w i r v (Woïdt vervolgdjk.