Rechtzaken. FEUILLETON. M® wiM© ©lijf. Vragen en Antwoorden. HAAGSCHE RECHTBANK. Opruiing te Leiden. ,1 Na de pauze werd gisteren voor de Haag- (fche Rechtbank opgeroepen Christians Joost A., oud 37 jaar, van beroep kleermaker, yoorzitter der .Vrije Socialistenvereeniging te Leiden, ter zake, dat hij te Leiden: lo. Op 11 Maart 1915 in een lokaal aan de Oude Heerengrackt in een openbare, in het bijzonder voor militairen vrijelijk toe gankelijke vergadering, waar een aantal mi litairen onder aen rang van officier aanwezig lworen, in een toespraak tot die militairen welke handelde over het onderwerp „Tucht", en de doorloopende strekking had het ge- jaag, bepaaldelijk het. militair gezag, te on dermijnen, die militairen heeft opgeruid tot het plegen van insubordinatie, hen opzet telijk aansporende niet te voldoen aan "de bevelen hunner meerderen in rang, zulks de' volgende, voor hen duidelijk verstaan- D&re bewoordingen, althans bewoordingen van gelijke strekking en inhoud: dat ingeval van opstand of staking, de militairen zich' inoesten scharen aan de zijde van de burgers, en de wapenen en munitie, welke, hun van Rijkswege waren verstrekt, moesten aanwen den tegen de militaire en andere autori- teiten, dat hij (beklaagde) eerbied had voor d,en persoonleken dienstweigeraar, maar, nog Ti eer eerbied voor die militairen, welke zich fa den dienst begaven met het vaste voor- hemen, om de hun verstrekte wapenen en munitie. te keer en tegen het kapitalisme of degenen, die de wapens 'hadden uitgereikt, jen zich te scharen aan de zijde van het Stakend volk"; 2o. op 17 Maart in het lokaal „Da Graan- beurs", in een openbare, voor 'ieder tegen betaling van 5" centen toegankelijke bijeen komst -van militairen en burgers, waar een groot aantal militairen, beneden den rang van officier aanwezig" waren, die militairen toe sprekende, hen heeft opgeruid tot het plegen yan insubordinatie, hen opzettelijk aanspo rende niet te géhoorzamen aan 'de bevelen jfen hun meerderen in rang, zulks in de vol gende, voor hen duidelijk verstaanbaire be woordingen, althans bewoordingen van ge lijken inhoud eu strekking: „Militairen, ik' raad jullie aan, nu kalm te blijven, maar helpt mede om het gezag te ondermijnen 'en de autoriteiten tegen te werken"; 3o. op 25 Maart in hetzelfde lokaal, even- 'ceics in een openbare vergadering, waar vele personen aanwezig waren, die personen heeft opgeruid tot het plegen van dat misdrijf, zulks in de volgende aan hen duidelijk ver staanbare bewoordiugen, althans bewoordin gen, van gelijken inhoud en strekking: „Ter verkrijging van een goede maatschappij, is een algemeene werkstaking een krachtig mid del, alle arbeid ligt clan stil en daardoor, wordt het gezag vernietigd, men zal dap,, vragen, (h'oe komt men aan levensmiddelen,,. maar dat is heed eenvoudig: Ge neemt alles wat ge noodig hebt van de kapitalisten, dezen ïlnmers, doen pu reeds hetzelfde van de hrbeiders, ziji werken ook niet, het is toch' 'diefstal." Beklaagde was persoonlijk verschenen en Word rechtskundig bijgestaan door mr. iWb? L. van Es, te GoudaL Er waren 12 getuigen charge en even zooveel k décharge gedag vaard. Beklaagde, gevraagd of hij zich aan het hem bij de dagvaarding ten laste gelegde, Schuldig achtte, ontkende beslist. In de eerste vergadering had hij in bet algemeen do massa-werkstaking als een middel tegen het militarisme aangeprezen, nraar clc woorden niet gebomgd' an den zin zooala zij in de dagvaardiging zijn genoemd. In de bijeenkomst van 17 Maart heeft hij Jóa het gesprokene van ds. Scbermerborn aangespoord kalm to blijven, dé woorden van den spreker te overwegenzij kunnen oir neg nut van hebben. In de laatste vergadering heeft hij het Veder over Je algemeene werkstaking gehad en. in verband daanneda er op ge wezen, dat de kapitalisten mót werken en tooh eten de arbeiders kunnen daaruit lee- ron hoe ze zonder werken kunnen eten. Do president meende, dat wat het laat- eto betrof, dit vrijwel overeenkwam met kót ten laste gelegde wat beklaagde ont kende. /F! C Roman naar het Engelsch. (Nadruk Verbodon). 18) Het grootste genoegen, dat hij zichzelf gunde, was in een hoek te zitten en naar het gesprek van zijn niedemenschen te luis teren. Dat was somtijds amusant, doch veel al onbeduidend 't handelde meestal over eten met niet daarbij passende inlasschiugen over zaken. Het kwam nooit boven het gewone peil der onderwerpen, waarover Amerikaan- scho cf Canadeesche kocp'.u', beroep mannen, politici en hotelhouders, die gewoonlijk het gezelschap in de rookkamer van een Atlan tisch stoomschip uitmaken> kunnen spreken; jmaar nooit heeft een geloovige te Delphi geluisterd naar Apollo's orakel met meer ver rukking en toewjjding, dan Ford luisterde naar deze onderlinge gedachtenwisselingen. Op deze wijze hoorde hij op zekeren (lag toevallig iemand over' Argentinië spreken. De opmerkingen waren alledaags ruw, maar de spreker kende blijkbaar het land. Ford had hem reeds opgemerkt, daar hun dek- stoelen naast elkaar stonden een lange, bleeke Engelschman, van onbeteekenend type met afhangende schouders, neerhangenden knevel en schichtige oogen. Ford had nau welijks meer aan Argentinië gedacht Binds hét meisje in dc hut er over haa gesproken, tien. of twaalf dagen geleden; maar de nood zakelijkheid, om een bepaald doc-1 tc heb ben. dat op vdldoend grooten afstand ge legen was,' deed hem weer zjjn gedachten daarbij bspa'e&L Hierna: werd mot het getuigenverhoor aamgovangen, dat ruim twee eu een half uur duurde. Achtereenvolgens werden als getuigen it décharge gehoordP. G. Kruyt, milicien I. Zandvoort, sergeantK. A. M. S. Kruythof, korporaal; A. Prins, student; N. Lemmers, agent van politieH. Th. A. Janssen, korporaal; P. H. van Tkiel, adsp.- vaamdrigOh. W. Souffrie, milicienAnt. Waasdorp, milicien, en vanwege de Leid- sohe politie, L. Duyal, inspecteur, J. A. Verkuylen, agent van politie, en M. Kos ter, rechercheur. De verschillende militaire getuigen be vestigen het ten laste gelegde. Zij heb ben all on den indruk gekregen, dat het doel was de aanwezigen op te ruien. Do eerste getuige had zich met de Ont- wikkolingsclub en daardoor met beklaagde e in kennis gesteld op la/at van autoriteiten. De verdediger en ook beklaagde lieten de ze en andere getuigen door den president verschillende vragen stellen. Sergeant Zantdvoort, die mede in op dracht van den compagniecocmmandant naar de vergadering was gegaan, was niet zoo beslist meer in zijn verklaringen. Hij >had wel gehoord van lienstweigeren, maar alles niet zoo goed meer onthouden. Een enkele getuige had nog al bezwaar tegen den eed. Getuige Souffrie, milicien, uit Doesburg, grondde dit bezwaar op zijn ontkenning van het bestaan van een Hoo gore Macht, waarom de president hom oen ongelukkig mensch noemde. De inspec teur van politie Du val, die de vergadering van 25 Maart had bijgewoond, heeft zelf de notities gemaakt en was dus pertinent in zijn verklaringen. Getuige Yerkuylen had in dien geest iets gehoord1, doch niet pre cies dezelfde woorden, en getuige Koster had op de vergadering niet den indruk ge kregen, dat beklaagde had opgeruid in den zin van de wet want ook de twee voorgaan de getuigen hadden dit aanvankelijk ge meend. Toen eindelijk al de getuigen k charge de revue hadden gepasseerd, volgde een nieu we file, door den verdediger opgeroepen. Heb warén er weer twaalf, n.l.: K. Sytsma, journalist, die alleen de vergadering van 25 Maart als verslaggever had bijgewoond, ds. Schermerhorn, predikant te Nieuwe Nie- dorp, die in de vergadering van 17 Maart het woord had gevoerd, waar alleen beklaag de een slotwoord had gesproken; J. Last, theologisch student; J. Mader, J. J. de Wolff, A- Draayer, S. Spierenburg, viöchhandclaar; J. v. d. Maas, Joh. v. d. Linden, A. Yos en D. Halmrijk, de vier laatsten, militairen, die allen op de respectieve vergaderingen niet den indruk hadden gekregen, dat beklaagde meb opzet wilde opruien. Sommigen ontken den pertinent; dat beklaagde de hem ten laste gelegde woorden, heeft gesproken. Nog werd een getuige opgeroepen uit Den Haag, die echter weigerde zijn naam te noe men en den eed af te leggen, zoodat hij. niet' kon worden gehoord. De subst.-officier, mr. Dél Cpmpo, ge naamd Kamp, meende, dat het niet noodig is, in den breede te betoogen of de woor den .gebezigd zijn, zooals Zij in de dagvaar ding genoemd worden. Er zijn vele ge tuigen gehoord In de eerste plaats zij; die door de autoriteiten naar de verschillende vergaderingen zijn gezonden, om na' te gaan, of er ook woorden gesproken zouden wor den, die strafbaar waren. rin aeze zrjn bijna allen pertinent in hun' verklaringen. JBr kan dus geen sprake zfjn van vergissen. Men heeft alzoo te kiezen tusschen deze twee: de woorden zjjn inder daad gesproken, of de getuigen k chargé zijn meineedigen. Wanneer de ten laste gelegde woorden in gingen tegen de beginselen van den spr., dan zou het nog kunnen zijn, dat zij zich' hadden vergist, maar de woorden komen geheel overeen mot hétgeen de anarchisten 'gelooven én waarvan zij getuigen. Den Officier spijt het, dat ook deze be klaagde de consequentie van zjjn beginsel niet aandurft, door thans te ontkennen'. Voor den Officier beteekenen de verkla ringen van do getuigen k décharge heel weinig. Zij hebben toevallig een en ander opgevangen, doch hébben niet met opzet geluisterd. De feiten nagaande, concludeerde de Of ficier, dat zij inderdaad een opruiing in houden. Vooral de in de twee eerste ver gaderingen gesproken woorden houden een „Heb ik u 'gisteren niet over Buenos- Ayree hooren spreken?" waagde hij bij TTe eerste gelegenheid te vragen, dat hij naast zijn buurman op het dek zat. De Engelschman nam de vortelkoutenpijp uit zijn mond, keek zijdelings van het tijd schrift-, waarin hij zat te lezen, en knikte toestemmend met zijn hoofd. „Wat voor soort plaats leek het u?" „Een armzalige bpel." Over dit antwoord nadenkend zou Ford misschien niet den moed gehad hebben weer iets te zeggen, als hij niet den blik van de vrouw van den Engelschman had opgevan gen, toen zij zich vooroverboog en over de wortel hou ten pijp van haar man naar hem gluurde. Er was iets in haar schitterenden blik, een uitnoodiging of een aansporing dat hem bewoog voort te gaan. „Men heeft mij verteld, dat 't het land is met 'nieuwe bronnen van bestaan." De Engelschman bromde zonder op te kijken. „Ik heb er niet veel van gezien." „Mag' ik u vragen of u er enkele gezien heeft?" „Niets geschikts voor een blanke." „Mijn man bedoelt, dat er niets geschikts is voor een gentleman. Ik hield van de plaats." Uit den stroeven glimlach van de vrouw en haar bitterzoeten toon, kreeg Ford eenig verbloeden van mannelijke onbeduidendheid en vrouwelijke minachting, waarmee hij zich niet wenschte in te laten. Hij wist nit brok stukken van gesprekken, die hij in de rook kamer had afgeluisterd, dat zij te Mexico; Calilornië, Saskatchewan en in Zuid-Ame rika hun geluk hadden beproefd. Uit het on geduldig bewegen 'van haar voet» die van directe aansporing tot dienstweigeren en ver zet tegen de autoriteiten in. Het op de laatste vergadering gesprokene vindt hij slechts van secundair belang. Hij acht de feiten op zichzelf zeer ernstig. Het gewicht van de straf zal dan ook zwaar mee ten drukken, vooral In dezen ernstigen tijd nu ons leger klaar moet zijn, om zoó noodig het vaderland ;te verdedigen. Hij éischte daarom vijf maanden gevan genisstraf. De verdediger had met verbazing dezen zwaron eisch gehoord. Hij keht beklaagde niet, heeft zich niet in de zaak kunnen inwerken, de getuige niet eens gehoord, veel minder geïnstrueerd. Een geestverwant van beklaagde, mr. Ted in g van Berkhout, had hem naar pleiter verwezenomdat hij dezen keilde als iemand, die warm voelt voor grondwettelijke vrijheden. Had hij ge merkt. dat hij door beklaagde werd bedro gen, dah zou hij zich teruggetrokken heb ben. Maar dat behoefde hij gelukkig hiet. Deze beklaagde is een man van overtuiging. Hij ziet in de anarchistische beginselen voor de menschheid he:l en komt hij er voor op, wat zijn recht is en zijn plicht. Daarom alleen is hij niet schu'dig. Dit zou hij zijn, wanneer hij inderdaad de Woorden zou heb ben gesproken, hem ten laste gelegd. Maar dat gelooft pl. niet. De getuigen k charge zijn voor hem volstrekt niet overtuigend. Deze staan vijandig tegenover beklaagdes beginselen on kunnen zich in dien-* gedach.- tengang met indenken. Als zij de klinkende woorden hooren, denken zij reeds aan ver schrikkelijke dingen. Daarbij zijn zij op be klaagde afgezonden. Zij hebben diens woor den dus toegespitst. Niet opzettelijk, maar onbewust hebben zij de woorden veel ernsti ger gevonden dan ze in werkelijkheid zijn geweest. Daar tegenover en daarboven stelt hij de woorden der getuigen k décharge. Behalve den verslaggever, die beklaagdes rede voeringen niet ernstig neemt en hem niet m staat acht op zoo logische wijze de dingen te zeggen, als het hem in de dagvaarding ten laste is gelegd, zijn het allen geestverwan ten van hem, die zich wel kunnen indenken in zijn gedachten en in de gebruikte termi nologie. Geen van allen hebben een oogen- blik gedacht, dat hij strafbare feiten pleegde. Daarmede rekening houdende, dring plei ter vrijmoedig op vrijspraak aan. Beklaagde, zelf ten slotte het woord ne- mond, acht zich beleedigd door de woorden van den officier, die vooropzette, dat dij thans de consequenties van zijn leer niet zou aandurven. Als mensch voelt hij zich ver plicht waarheid te spreken en dat doet nij hier ook als hij volhoudt, dat hij de hem ten laste gelegde woorden niet heefb gezegd. Do uitspraak wordt bepaald op Maandag 27 Sept. STOOM SCnEPEN. STOOMVAART-MIJ. NEDERLAND. ..Koningin Emma" (thuisreis) passeerde 19 Sept. Ouo68ant; ..Prinses Jnliana" (uitreis) pas seerde 19 Sept. Perim: ..Vondel" (thuisreis) ver trok 18 Sept. van Perim. ROTTERDAWISCHE Lt.CYD ..Madioen" vertrok 18 Sept. van Durban naar Buenos-Ayies„Tambora" (uitreis) vertrok 18 Sopt. van Colomba; Arakan" (uitreis) passeerde 19 Sept. Ouossant; „Paiembang" (thuisreis) pas- Böerde 19 Sopt. Sagrcs; „Goentoer" (uitreis) ar riveerde 19 Sept. to Gravesend. HOLLAND-AM ER IK A LIJN. „Loch Tay" arriv. 18 Sept. van Botterdam te Baltimore„Noorderdijk". van Bordeaux via Cardiff naar New-York, passeerde 17 Sept. Ouos sant; „Slotordijk", van Botterdam naar Havana en Now-Orleans. vertrok 19 Sept. van Havanna „Sommclsdijk", van La Plata naar Scandinavië, vertrok 18 Sept. van Buenos-Ayres„Zijldijk", van Amsterdam naar Tampa en Savannah, pas seerde 17 Sept. Fayal. ..Botterdam" arriv. 20 Sept. van B-otterdam to New-York. KON. HOLL. LLOYD. „Gelria" (nitreis) vertrok 18 Sopt. van Fal mouth; „Salland" arriv 20 Sept. van Buenos- Ayres to Amsordam; „Tnbantia" (thuisreis) ver trok 18 Sopt. van Montevideo. t „Zeelanditl" (uitreis) vertrok 18 Sept. van Bahia. GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS. AANVRAAC VAN WERKZOEKENDEN. 1 Eeiziger, 1 Kantoorbediende, 20 Timmerlieden, 3 Opperlieden, 4 Metselaars, 4 Steenhouwers. 15 Stucadoors. 1 Yoeger. 6 Schilders. 2 Meubel makers, 1 Behanger, 2 Stokers, 1 Maohinist-Bank- werker, 2 Smeden, 1 Koperslager. 1 Loodgieter, 12 Typografen. 1 Bankttbakkorsjongcu. Motor- sohippers. 1 Warmoezier. 3 Bloemisten. 10 Grond werkers, 8 Loopknechten 2 Loopjongens, 10 losse Werklieden, 3 Werksters. 2 Naaisters, 3 Breisters, 1 Waschvrouw, 1 Jongste Kantoorbediende (meisje). onder de 'reisdeken uitkwam, terwijl haar geheele overige houding rust veinsde, ried hjj haar vernedering zonder fortuin naar het land terug te keeren, dat zij had verlaten met den 'Angel-Saksischen wensch een baan- breekster te 'zijn aan de zijde van een echt genoot, wien het was tegéngeloopen. Om over, do pijnlijke situatie heen te komen, zei hjj haastig: „Ik heb gehoord van een goede firma daar Stephens en Jarrott. Weet u moge lijk iets van hen a'f?" „Wol," bromde de Engelschman weer. „Wol en tarwe. Lompe vlegels." „Zij zijn vreeselijk impertinent tegen mijn man geweest," zei de vrouw met een zekeren koortsachtigen ijver; om' aan het woord te komen. „Zcrj vroegen hem wérkelijk of er iets was wat hij kon doen. Verbeeld u!" „O, ik 'weet-, dat menschen van dat slag iemand een menigte overbodige vragen doen," Zei Ford. Doch' de dame praatte maar door. „Wat dat betreft, vragen worden er in Argentinië minder gedaan dan ergens an ders m ae wereld. Dat is een van de vaste aardigheden van de plaats, zoowefm Buenos- Ayres als buiten in het kamp. De oude Spaansché families zijn natuurlijk heel goed; {maar wat de vreemdelingen pan gaat; meu kan van hén niets te weten komen. Dat is een vön de redenen, waarom de plaats ons niet aanstond. Wjj Wenschten, dat do menschen zouden weten wie we waren voordat wij daar kwamen; maar die lak van kennis wordt 'daar niet beoefend." „Er zijn in Argentinië m)eer poenen, die een anderen naam dragen dan hun eigen," zei de man, eindelijk tot spreken gebracht, „dan in de heele rest van de wereld. Ik Vraag: Wat beteekenen de letters N. L. achter aan een auto? Wijst dit niet het land aan, waar hjj vandaan komt? Er staat ook nog wel eens een letter bij. Wat duidt deze aan? Antwoord: N. L. beteekent Neder^ land. De letter duidt de provincie aan, waar Üe auto thuis behoort. H. is Zuid-Holland, G. is Noord-Holland. Y raag: Weet u soms, of het besbaat en zoo ja, is u den de titel bekend van een leerboekj e op administratief gebied, dat als leidraad te gebruiken is voor penning meesters van voreenigingen 1 Antwoord: Zulk een werkje is ons niet bekend en we achten het ook nieb noodig. Met een beetje elementaire kennis van boekhouden speelt een penningmeester van een gewone vereenigimg het wel Maar. Als hij maar zorgt, dat heb geld der ver- eeniging geheel afzonderlijk wordt be heerd en niet voor andere doeleinden wordt gebezigd en accuraat is, zal men tevreden over hem zijn. Vraag: Is een brief afgezonden door een budtenlandsoh milibaitT van af een dier fronten aan familie hier te lande, ook in ons land vrij van p>ort Antwoord': Neen, alleen brieven in Nederland ver-zonden zijn vrij van pwrt. Er is evenwel een beperking in dezen aange bracht zooals u uit de nieuwsberichten hebt kunnen vernemen. Vraag: Kunt u mg ook opgeven, welken trein ik moet hebben van. Leiden naar Olde- broek, die de beste aansluiting heeft (voor middag), waar ik moét overstappen, hoe laat vertrek uit Deiden en wat de kosten zgn 3de klasse? Hoe laat heb ik weer een goede aansluiting uit Oldebroek? Antwoord: Per Staatsspoor van Leiden 6 uur. Utrecht 7.15, daar overstappen; ver trek 8.50, Oldebroek 10.24. Van Oldebroek 7.05, aankomst Utrecht S.54, overstappen; vertrek 9.12, aankomst 10.29. 3de klasse enkele reis fl.95. Vraag: Ik zal vermoedelijk met De cember in dienst moeten bij den landstorm en ben van plan om met Februari te trou wen. Krijg mijn aanstaande vrouw dan ver goeding? Zoo ja, hoeveel bedraagt dat on geveer Antwoord: Als u vergoeding noodig heeft om in haar onderhoud te voorzien, dan alleen wordt deze verleend. Het maximum bedrag der vergoeding is f 1.50 per dag. Vra a g: Mijn broeder, oud 23 jaar, is met Januari naar Duitschland gegaan om daar te werken en is er nu nog. Als hij daar blqft, moet hij dan nog opkomen voor den landstorm? Antwoord: Neen, als hij daar zqn vaste woonplaats heeft, niet. Vraag: a. Wanneer en waar wordt het examen voor commies afgenomen? b. Waar moet men zich laten inschrijven voor dit examen? c. Kunnen hier ook gemobiliseer- den aan .deelnemen? A n t w o o r d: a. In de eerste maanden van elk jaar, in een nader aan te geven plaats, b. Bij request aan den Minister van Finan ciën. c. Ja, doch een plaats als commies zult ge wel niet dan na de mobilisatie kunnen verwerven. Verdere bijzonderheden zoudt ge kunnen vragen op het kantoor van 's Rijks belastingen, invoerrechten en accijnzen, al hier. Vraag: Als ik gedurende vier weken in het hospitaal ben opgenomen, en daar uit ontslagen word, heb ik dan recht op viermaal drie dagen verlof, daar mij" van den Minister van Oorlog drie dagen verlof per week is toegekend, dus dientengevolge bovengenoemd verlof ten achter ben? Antwoord: Neen, ge hebt 3 dagen per week verlof. Als 'dit er niet bij! is be paald, dan krijgt ge natuurlijk de z.g. ach terstallige dagen niet Vraag: Behoorende tob de lichting 1916, zou ik gaarne om studieredenen een uit stel van minstens twee. jaar willen hebbeu. Zou Ik dit volgens uw mee-ning kunnen krijgen? en zoo ja, wanneer en bij wien, en op welke wijze (mondeling of schriftelijk) moet ik dit aanvragen? Antwoord: Ja, ge behoort daartoe een request te zenden aan den Minister van Oor- hoorde een verhaal in de Jockey-Club een troep opliakkerige inboorlingen in de Jockey- Club van een Iersch kereltje, dat valsch speelde. Drie andere ezels schopten hem er uit. De vent keerde zich bij de deur om en nam zijn portie wraak. „Zeg, jongens, weet je waarom zij mij hier Michey Flanagan noemen? Omdat het m£n eigen naam is. De kerel had ze rracli- tig te pakken." Ford vermande, zich en lachte, maar op staande maakte hij excuses, dat hij weg moest. „O, er zijn ook een massa knappe men schen onder," merkte de damo op voordat hij t£d haa om weg te komen. „Werkelijk, dat is een vap de moeiljkheden in dat land V/oor, menschen als wij. Er zijn te veel flinke lui, die iets zoeken. Mijn man slaat den spij ker fopi ld en kop, als hij zegt, dat er geen kans is voor zoo'n armen Ier, tenzij hij gezond verstand heeft, en v-oor ons was dat buiten kwestie." Ford sprak niet weer met hen, maar hij dacht over hun woorden na en na verloop van vier en twintig uur was er voor hem een nieuw7 licht opgegaan. „Al wat mij te doen staat is: mijn gezond verstand to ge bruiken.'* Die woorden schenen hem den leiddraad voor zijn leven in de hand te ge ven. Het was het antwoord op de vraag: „Wat moet ik daar doen?" die zich telkens aan hem opdrong, als hij er over dacht om in een of ander land een schuilplaats te zoeken. Het was als een openbaring, dat hij het zelf in de macht had, om zooveel van een land te maken, als hij kon, en het land van hem. Hij zou moeilijk hebben kunnen verklaren, hoe zijn besluit, om in Argentinië zijn ge- log, op ongezegeld papier, waarin ge, bé- behalve uw adres, lotinganummer enz., de reden opgeeft, waarvoor het .uitstel noo dig is. Vraag: Een vriend van mij is van dei lichting 1915 en had in Januari pp moetend komen. Nu. heeft hij' zich voor de mobili^tie vrpwillig verbonden, hoe zal het nu na de! mobilisatie met hem gaan? Moeten zij nu! weer gewoon als milicien gaan dienen of dient hij nu als .milicien? Antwoord: De militiediensttQd gaal door, tegelijk giet den diensttijd als yrift-! "williger. j j j Kraag: Wat moet ik doen, om mijn zooni vrij te krijgen van Üen militairen dienst? Hf| is de kostwinner van zijn ouders, die nietê kunnen verdienen, "ffij is van de Jichtin^ 1916. Antwoord: Bjj den burgetmeeEter aan-; vraag doen. Vervoeg ,u daartoe op het bu reau Militaire Zaken, dan helpt men daaij wel verder. Vraag: Wanneer men Landstormplich!-> tig is, en een breuk heeft, Wordt men! daarvoor afgekeurd, of beeft fnen het rechtl om t» laten opereeren? Antwoord: Niet altijd- wordt gien af-, gekeurd. Veelal wordt deze met operatie weggenomen. Een breukoperat'ie is niet aD tijd zoo heel erg. Zeker heeft men recht .om wanneer, ge geschikt voor den diensti kunt worden, tot operatie over. t?e gaan. Vraa'g: Ik ben gemobiliseerd, en mijn' vrouw had een gulden vergoeding per dag. Maar nu heb ik een bewijs van mijn patroon overgelegd, dat ik nu fl.40 per dag heb. Heb ik nu recht op dat geld, wat ik minder, heb ontvangen? Zoo ja, waar moet ik mij dan vervoegen? Antwoord: Hierover moet u maar eens! gaan spreken bij' het bureau voor Militaire Zaken op het Raadhuis; daar zal men u wel' inlichten. Vraag: Wat is de kortste weg van hier naar Groningen per fiets hoeveel K.M, is het en welke plaatsen paaieer ik? Antwoord Leiden, Utrecht, Amers foort, Nijkerk, Putten, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Elburg, Oldebroek, Wezep, Kater veen, Zwolle, Berkummerbrug, Staphorst, Meppel, Kavelte, Dieverbrug, Smilde, As sen, Vries, De Punt, Helpman, Groningen. 245.G K.M. Vraag: Gaat er vanaf Vreeswijk (bij Utrecht) een passagiersboot naar Arnhem. Zoo ja, welke zijn de uren van vertrek, welke dagen on hoeveel kost een enkele re;s? Hoe lang is ongeveer de duur der reis? Antwoord: Er vertrekt van Vreeswijk een vracht- en passagiersboot genaamd „Con cordia", van Rotterdam uit varende naar Arnhem. Des morgens halffcien vertrekt hij van Vreeswijk maar is in den regel ander half uur te laat. De prijs per enkele reis is 60 ct. en dp duur der reis is 3 k 4h uur. alles berekend van uit Vreeswijk. V r a a g Wat is de kortst© weg per- fiets van Leiden naar Schiedam. Welke plaatsen passeer ik, en hoe ^ng is het on geveer rijden? Antwoord: Leiden, Zoetcrwoude, Stomp wijk, Leidschendam, Nootdorp, Delft, Ketliel, Schiedam. 35 K.M. Vr.aa,g: Kunt u mij een adres opgeven van iemand t9 Leiden, die bekend is met ras-eigenschappen van collie's? Antwoord: Een keurmeester voor jean collie is hier in Leiden niet; doch een collie moet hebben 'n spitsen snoet (niet zoo spits als een hazewindhond) met -ooren liggend in den hals. Als de collie in actie is mogen de ooren opstaan, doch de punten der ooren moeten hangen, flink ontwikkeld lichaam, rijk behaard en flink-en halskraag, staart goed ontwikkeld en flink recht van pooten. Zoo u er meer van wil weten, vraagt u het dan' den keurmeester, den heer Zeegers, wo nende te Bussum. Vraag: Ik heb van een officier van gezondheid (kapitein) heel wat geld te vor deren. Hij is veranderd van woonplaats mot de belofte 2 Sept. te betalen. Nu is die wissel teruggekomen met de tijding: geen geld. Hoe moet ik het aanleggen om aan het geld te komen? Antwoord: U moet met dien officier handelen, zooals U met e-en particulier (bur ger) persoon handelt, die aan U iets schul dig is. luk te beproeven, tot rijpheid was gekomen. Voordat hij wist of lip al dan niet ongehin derd in Liverpool aan land zou komen, ont stond er een soort van stilstand in zijn ge spannen denken; maar, eenmaal in den trein naar'Londen, kwam hem een volledig plan voor den geest. Het land, waar weinig werd nagevraagd en het op het verleden niet aan kwam, was de aangewezen plaats voor hem. Binnen den tijd van veertien dagen was hjj een tweede-klasse-passagier aan boord van de Koninklijke Mail Stoom Packet „Parana" met bestemming naar Buenos-Ayres. Aldus werd het denkbeeld, dat het meisje in.de Adirondack-hut had geopperd, bijna onver wacht v.oor hemzelf, verwezenlijkt. Haar ge sternte. moest, zooals hij begon te gelooven, zijn lot regelen. Hij dacht af en toe aan haar, maar altijd met hetzelfde eigenaardige gevoel, waarmee men aan iets ver venvijderds denkt, aan iets onwerkelijks, als aan een gedaante, gezien in een droom. Als hij ^een tastbare bewij zen van haar werkelijk bestaan had bezeten, zou zij hém als de heldin van een tooneelstuk hebben geschreven. Hij zou zich van ontrouw beschuldigd hebben, als de hevige span ning, (waarin hij van minuut tot minuut ver keerde, geen excuus voor hem ware ge weest. De tijd zou komen, dat de drang van het oogenblik minder groot zou zijn, en hij weer het gevoel zou terugkrijgen, waarmede hij haar had verlaten. Misschien, als zij zijn „type van meisje" ware geweest, zou haar beeld niet zoo snel ^rjn verflauwd. j (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 7