Rechtzaken.
FEUILLETON.
M® wiM© ©lijf.
Vragen en Antwoorden.
HAAGSCHE RECHTBANK.
Opruiing te Leiden.
,1 Na de pauze werd gisteren voor de Haag-
(fche Rechtbank opgeroepen Christians Joost
A., oud 37 jaar, van beroep kleermaker,
yoorzitter der .Vrije Socialistenvereeniging
te Leiden, ter zake, dat hij te Leiden:
lo. Op 11 Maart 1915 in een lokaal aan
de Oude Heerengrackt in een openbare, in
het bijzonder voor militairen vrijelijk toe
gankelijke vergadering, waar een aantal mi
litairen onder aen rang van officier aanwezig
lworen, in een toespraak tot die militairen
welke handelde over het onderwerp „Tucht",
en de doorloopende strekking had het ge-
jaag, bepaaldelijk het. militair gezag, te on
dermijnen, die militairen heeft opgeruid tot
het plegen van insubordinatie, hen opzet
telijk aansporende niet te voldoen aan "de
bevelen hunner meerderen in rang, zulks
de' volgende, voor hen duidelijk verstaan-
D&re bewoordingen, althans bewoordingen van
gelijke strekking en inhoud: dat ingeval
van opstand of staking, de militairen zich'
inoesten scharen aan de zijde van de burgers,
en de wapenen en munitie, welke, hun van
Rijkswege waren verstrekt, moesten aanwen
den tegen de militaire en andere autori-
teiten, dat hij (beklaagde) eerbied had voor
d,en persoonleken dienstweigeraar, maar, nog
Ti eer eerbied voor die militairen, welke zich
fa den dienst begaven met het vaste voor-
hemen, om de hun verstrekte wapenen en
munitie. te keer en tegen het kapitalisme of
degenen, die de wapens 'hadden uitgereikt,
jen zich te scharen aan de zijde van het
Stakend volk";
2o. op 17 Maart in het lokaal „Da Graan-
beurs", in een openbare, voor 'ieder tegen
betaling van 5" centen toegankelijke bijeen
komst -van militairen en burgers, waar een
groot aantal militairen, beneden den rang van
officier aanwezig" waren, die militairen toe
sprekende, hen heeft opgeruid tot het plegen
yan insubordinatie, hen opzettelijk aanspo
rende niet te géhoorzamen aan 'de bevelen
jfen hun meerderen in rang, zulks in de vol
gende, voor hen duidelijk verstaanbaire be
woordingen, althans bewoordingen van ge
lijken inhoud eu strekking: „Militairen, ik'
raad jullie aan, nu kalm te blijven, maar
helpt mede om het gezag te ondermijnen
'en de autoriteiten tegen te werken";
3o. op 25 Maart in hetzelfde lokaal, even-
'ceics in een openbare vergadering, waar vele
personen aanwezig waren, die personen heeft
opgeruid tot het plegen van dat misdrijf,
zulks in de volgende aan hen duidelijk ver
staanbare bewoordiugen, althans bewoordin
gen, van gelijken inhoud en strekking: „Ter
verkrijging van een goede maatschappij, is
een algemeene werkstaking een krachtig mid
del, alle arbeid ligt clan stil en daardoor,
wordt het gezag vernietigd, men zal dap,,
vragen, (h'oe komt men aan levensmiddelen,,.
maar dat is heed eenvoudig: Ge neemt alles
wat ge noodig hebt van de kapitalisten, dezen
ïlnmers, doen pu reeds hetzelfde van de
hrbeiders, ziji werken ook niet, het is toch'
'diefstal."
Beklaagde was persoonlijk verschenen en
Word rechtskundig bijgestaan door mr. iWb?
L. van Es, te GoudaL Er waren 12 getuigen
charge en even zooveel k décharge gedag
vaard.
Beklaagde, gevraagd of hij zich aan het
hem bij de dagvaarding ten laste gelegde,
Schuldig achtte, ontkende beslist.
In de eerste vergadering had hij in bet
algemeen do massa-werkstaking als een
middel tegen het militarisme aangeprezen,
nraar clc woorden niet gebomgd' an den zin
zooala zij in de dagvaardiging zijn genoemd.
In de bijeenkomst van 17 Maart heeft hij
Jóa het gesprokene van ds. Scbermerborn
aangespoord kalm to blijven, dé woorden
van den spreker te overwegenzij kunnen
oir neg nut van hebben.
In de laatste vergadering heeft hij het
Veder over Je algemeene werkstaking
gehad en. in verband daanneda er op ge
wezen, dat de kapitalisten mót werken en
tooh eten de arbeiders kunnen daaruit lee-
ron hoe ze zonder werken kunnen eten.
Do president meende, dat wat het laat-
eto betrof, dit vrijwel overeenkwam met
kót ten laste gelegde wat beklaagde ont
kende.
/F! C Roman naar het Engelsch.
(Nadruk Verbodon).
18)
Het grootste genoegen, dat hij zichzelf
gunde, was in een hoek te zitten en naar
het gesprek van zijn niedemenschen te luis
teren. Dat was somtijds amusant, doch veel
al onbeduidend 't handelde meestal over eten
met niet daarbij passende inlasschiugen over
zaken. Het kwam nooit boven het gewone
peil der onderwerpen, waarover Amerikaan-
scho cf Canadeesche kocp'.u', beroep mannen,
politici en hotelhouders, die gewoonlijk het
gezelschap in de rookkamer van een Atlan
tisch stoomschip uitmaken> kunnen spreken;
jmaar nooit heeft een geloovige te Delphi
geluisterd naar Apollo's orakel met meer ver
rukking en toewjjding, dan Ford luisterde
naar deze onderlinge gedachtenwisselingen.
Op deze wijze hoorde hij op zekeren (lag
toevallig iemand over' Argentinië spreken.
De opmerkingen waren alledaags ruw, maar
de spreker kende blijkbaar het land. Ford
had hem reeds opgemerkt, daar hun dek-
stoelen naast elkaar stonden een lange,
bleeke Engelschman, van onbeteekenend type
met afhangende schouders, neerhangenden
knevel en schichtige oogen. Ford had nau
welijks meer aan Argentinië gedacht Binds
hét meisje in dc hut er over haa gesproken,
tien. of twaalf dagen geleden; maar de nood
zakelijkheid, om een bepaald doc-1 tc heb
ben. dat op vdldoend grooten afstand ge
legen was,' deed hem weer zjjn gedachten
daarbij bspa'e&L
Hierna: werd mot het getuigenverhoor
aamgovangen, dat ruim twee eu een half
uur duurde. Achtereenvolgens werden als
getuigen it décharge gehoordP. G. Kruyt,
milicien I. Zandvoort, sergeantK. A. M.
S. Kruythof, korporaal; A. Prins, student;
N. Lemmers, agent van politieH. Th. A.
Janssen, korporaal; P. H. van Tkiel, adsp.-
vaamdrigOh. W. Souffrie, milicienAnt.
Waasdorp, milicien, en vanwege de Leid-
sohe politie, L. Duyal, inspecteur, J. A.
Verkuylen, agent van politie, en M. Kos
ter, rechercheur.
De verschillende militaire getuigen be
vestigen het ten laste gelegde. Zij heb
ben all on den indruk gekregen, dat het
doel was de aanwezigen op te ruien.
Do eerste getuige had zich met de Ont-
wikkolingsclub en daardoor met beklaagde e
in kennis gesteld op la/at van autoriteiten.
De verdediger en ook beklaagde lieten de
ze en andere getuigen door den president
verschillende vragen stellen.
Sergeant Zantdvoort, die mede in op
dracht van den compagniecocmmandant
naar de vergadering was gegaan, was niet
zoo beslist meer in zijn verklaringen. Hij
>had wel gehoord van lienstweigeren, maar
alles niet zoo goed meer onthouden.
Een enkele getuige had nog al bezwaar
tegen den eed. Getuige Souffrie, milicien,
uit Doesburg, grondde dit bezwaar op zijn
ontkenning van het bestaan van een Hoo
gore Macht, waarom de president hom oen
ongelukkig mensch noemde. De inspec
teur van politie Du val, die de vergadering
van 25 Maart had bijgewoond, heeft zelf de
notities gemaakt en was dus pertinent in
zijn verklaringen. Getuige Yerkuylen had
in dien geest iets gehoord1, doch niet pre
cies dezelfde woorden, en getuige Koster
had op de vergadering niet den indruk ge
kregen, dat beklaagde had opgeruid in den
zin van de wet want ook de twee voorgaan
de getuigen hadden dit aanvankelijk ge
meend.
Toen eindelijk al de getuigen k charge
de revue hadden gepasseerd, volgde een nieu
we file, door den verdediger opgeroepen.
Heb warén er weer twaalf, n.l.: K. Sytsma,
journalist, die alleen de vergadering van
25 Maart als verslaggever had bijgewoond,
ds. Schermerhorn, predikant te Nieuwe Nie-
dorp, die in de vergadering van 17 Maart
het woord had gevoerd, waar alleen beklaag
de een slotwoord had gesproken; J. Last,
theologisch student; J. Mader, J. J. de Wolff,
A- Draayer, S. Spierenburg, viöchhandclaar;
J. v. d. Maas, Joh. v. d. Linden, A. Yos en
D. Halmrijk, de vier laatsten, militairen, die
allen op de respectieve vergaderingen niet
den indruk hadden gekregen, dat beklaagde
meb opzet wilde opruien. Sommigen ontken
den pertinent; dat beklaagde de hem ten
laste gelegde woorden, heeft gesproken.
Nog werd een getuige opgeroepen uit Den
Haag, die echter weigerde zijn naam te noe
men en den eed af te leggen, zoodat hij. niet'
kon worden gehoord.
De subst.-officier, mr. Dél Cpmpo, ge
naamd Kamp, meende, dat het niet noodig
is, in den breede te betoogen of de woor
den .gebezigd zijn, zooals Zij in de dagvaar
ding genoemd worden. Er zijn vele ge
tuigen gehoord In de eerste plaats zij; die
door de autoriteiten naar de verschillende
vergaderingen zijn gezonden, om na' te gaan,
of er ook woorden gesproken zouden wor
den, die strafbaar waren.
rin aeze zrjn bijna allen pertinent in hun'
verklaringen. JBr kan dus geen sprake zfjn
van vergissen. Men heeft alzoo te kiezen
tusschen deze twee: de woorden zjjn inder
daad gesproken, of de getuigen k chargé
zijn meineedigen.
Wanneer de ten laste gelegde woorden in
gingen tegen de beginselen van den spr.,
dan zou het nog kunnen zijn, dat zij zich'
hadden vergist, maar de woorden komen
geheel overeen mot hétgeen de anarchisten
'gelooven én waarvan zij getuigen.
Den Officier spijt het, dat ook deze be
klaagde de consequentie van zjjn beginsel
niet aandurft, door thans te ontkennen'.
Voor den Officier beteekenen de verkla
ringen van do getuigen k décharge heel
weinig. Zij hebben toevallig een en ander
opgevangen, doch hébben niet met opzet
geluisterd.
De feiten nagaande, concludeerde de Of
ficier, dat zij inderdaad een opruiing in
houden. Vooral de in de twee eerste ver
gaderingen gesproken woorden houden een
„Heb ik u 'gisteren niet over Buenos-
Ayree hooren spreken?" waagde hij bij TTe
eerste gelegenheid te vragen, dat hij naast
zijn buurman op het dek zat.
De Engelschman nam de vortelkoutenpijp
uit zijn mond, keek zijdelings van het tijd
schrift-, waarin hij zat te lezen, en knikte
toestemmend met zijn hoofd.
„Wat voor soort plaats leek het u?"
„Een armzalige bpel."
Over dit antwoord nadenkend zou Ford
misschien niet den moed gehad hebben weer
iets te zeggen, als hij niet den blik van de
vrouw van den Engelschman had opgevan
gen, toen zij zich vooroverboog en over de
wortel hou ten pijp van haar man naar hem
gluurde. Er was iets in haar schitterenden
blik, een uitnoodiging of een aansporing
dat hem bewoog voort te gaan.
„Men heeft mij verteld, dat 't het land
is met 'nieuwe bronnen van bestaan."
De Engelschman bromde zonder op te
kijken.
„Ik heb er niet veel van gezien."
„Mag' ik u vragen of u er enkele gezien
heeft?"
„Niets geschikts voor een blanke."
„Mijn man bedoelt, dat er niets geschikts
is voor een gentleman. Ik hield van
de plaats."
Uit den stroeven glimlach van de vrouw
en haar bitterzoeten toon, kreeg Ford eenig
verbloeden van mannelijke onbeduidendheid
en vrouwelijke minachting, waarmee hij zich
niet wenschte in te laten. Hij wist nit brok
stukken van gesprekken, die hij in de rook
kamer had afgeluisterd, dat zij te Mexico;
Calilornië, Saskatchewan en in Zuid-Ame
rika hun geluk hadden beproefd. Uit het on
geduldig bewegen 'van haar voet» die van
directe aansporing tot dienstweigeren en ver
zet tegen de autoriteiten in. Het op de
laatste vergadering gesprokene vindt hij
slechts van secundair belang.
Hij acht de feiten op zichzelf zeer ernstig.
Het gewicht van de straf zal dan ook zwaar
mee ten drukken, vooral In dezen ernstigen
tijd nu ons leger klaar moet zijn, om zoó
noodig het vaderland ;te verdedigen. Hij
éischte daarom vijf maanden gevan
genisstraf.
De verdediger had met verbazing dezen
zwaron eisch gehoord. Hij keht beklaagde
niet, heeft zich niet in de zaak kunnen
inwerken, de getuige niet eens gehoord,
veel minder geïnstrueerd. Een geestverwant
van beklaagde, mr. Ted in g van Berkhout,
had hem naar pleiter verwezenomdat hij
dezen keilde als iemand, die warm voelt
voor grondwettelijke vrijheden. Had hij ge
merkt. dat hij door beklaagde werd bedro
gen, dah zou hij zich teruggetrokken heb
ben. Maar dat behoefde hij gelukkig hiet.
Deze beklaagde is een man van overtuiging.
Hij ziet in de anarchistische beginselen
voor de menschheid he:l en komt hij er voor
op, wat zijn recht is en zijn plicht. Daarom
alleen is hij niet schu'dig. Dit zou hij zijn,
wanneer hij inderdaad de Woorden zou heb
ben gesproken, hem ten laste gelegd. Maar
dat gelooft pl. niet. De getuigen k charge
zijn voor hem volstrekt niet overtuigend.
Deze staan vijandig tegenover beklaagdes
beginselen on kunnen zich in dien-* gedach.-
tengang met indenken. Als zij de klinkende
woorden hooren, denken zij reeds aan ver
schrikkelijke dingen. Daarbij zijn zij op be
klaagde afgezonden. Zij hebben diens woor
den dus toegespitst. Niet opzettelijk, maar
onbewust hebben zij de woorden veel ernsti
ger gevonden dan ze in werkelijkheid zijn
geweest.
Daar tegenover en daarboven stelt hij de
woorden der getuigen k décharge. Behalve
den verslaggever, die beklaagdes rede
voeringen niet ernstig neemt en hem niet m
staat acht op zoo logische wijze de dingen
te zeggen, als het hem in de dagvaarding ten
laste is gelegd, zijn het allen geestverwan
ten van hem, die zich wel kunnen indenken
in zijn gedachten en in de gebruikte termi
nologie. Geen van allen hebben een oogen-
blik gedacht, dat hij strafbare feiten pleegde.
Daarmede rekening houdende, dring plei
ter vrijmoedig op vrijspraak aan.
Beklaagde, zelf ten slotte het woord ne-
mond, acht zich beleedigd door de woorden
van den officier, die vooropzette, dat dij
thans de consequenties van zijn leer niet zou
aandurven. Als mensch voelt hij zich ver
plicht waarheid te spreken en dat doet nij
hier ook als hij volhoudt, dat hij de hem ten
laste gelegde woorden niet heefb gezegd.
Do uitspraak wordt bepaald op Maandag
27 Sept.
STOOM SCnEPEN.
STOOMVAART-MIJ. NEDERLAND.
..Koningin Emma" (thuisreis) passeerde 19
Sept. Ouo68ant; ..Prinses Jnliana" (uitreis) pas
seerde 19 Sept. Perim: ..Vondel" (thuisreis) ver
trok 18 Sept. van Perim.
ROTTERDAWISCHE Lt.CYD
..Madioen" vertrok 18 Sept. van Durban naar
Buenos-Ayies„Tambora" (uitreis) vertrok 18
Sopt. van Colomba; Arakan" (uitreis) passeerde
19 Sept. Ouossant; „Paiembang" (thuisreis) pas-
Böerde 19 Sopt. Sagrcs; „Goentoer" (uitreis) ar
riveerde 19 Sept. to Gravesend.
HOLLAND-AM ER IK A LIJN.
„Loch Tay" arriv. 18 Sept. van Botterdam te
Baltimore„Noorderdijk". van Bordeaux via
Cardiff naar New-York, passeerde 17 Sept. Ouos
sant; „Slotordijk", van Botterdam naar Havana
en Now-Orleans. vertrok 19 Sept. van Havanna
„Sommclsdijk", van La Plata naar Scandinavië,
vertrok 18 Sept. van Buenos-Ayres„Zijldijk",
van Amsterdam naar Tampa en Savannah, pas
seerde 17 Sept. Fayal.
..Botterdam" arriv. 20 Sept. van B-otterdam to
New-York.
KON. HOLL. LLOYD.
„Gelria" (nitreis) vertrok 18 Sopt. van Fal
mouth; „Salland" arriv 20 Sept. van Buenos-
Ayres to Amsordam; „Tnbantia" (thuisreis) ver
trok 18 Sopt. van Montevideo. t
„Zeelanditl" (uitreis) vertrok 18 Sept. van
Bahia.
GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS.
AANVRAAC VAN WERKZOEKENDEN.
1 Eeiziger, 1 Kantoorbediende, 20 Timmerlieden,
3 Opperlieden, 4 Metselaars, 4 Steenhouwers.
15 Stucadoors. 1 Yoeger. 6 Schilders. 2 Meubel
makers, 1 Behanger, 2 Stokers, 1 Maohinist-Bank-
werker, 2 Smeden, 1 Koperslager. 1 Loodgieter,
12 Typografen. 1 Bankttbakkorsjongcu. Motor-
sohippers. 1 Warmoezier. 3 Bloemisten. 10 Grond
werkers, 8 Loopknechten 2 Loopjongens, 10 losse
Werklieden, 3 Werksters. 2 Naaisters, 3 Breisters,
1 Waschvrouw, 1 Jongste Kantoorbediende (meisje).
onder de 'reisdeken uitkwam, terwijl haar
geheele overige houding rust veinsde, ried
hjj haar vernedering zonder fortuin naar het
land terug te keeren, dat zij had verlaten
met den 'Angel-Saksischen wensch een baan-
breekster te 'zijn aan de zijde van een echt
genoot, wien het was tegéngeloopen. Om
over, do pijnlijke situatie heen te komen,
zei hjj haastig:
„Ik heb gehoord van een goede firma
daar Stephens en Jarrott. Weet u moge
lijk iets van hen a'f?"
„Wol," bromde de Engelschman weer.
„Wol en tarwe. Lompe vlegels."
„Zij zijn vreeselijk impertinent tegen mijn
man geweest," zei de vrouw met een zekeren
koortsachtigen ijver; om' aan het woord te
komen. „Zcrj vroegen hem wérkelijk of er iets
was wat hij kon doen. Verbeeld u!"
„O, ik 'weet-, dat menschen van dat slag
iemand een menigte overbodige vragen
doen," Zei Ford. Doch' de dame praatte
maar door.
„Wat dat betreft, vragen worden er in
Argentinië minder gedaan dan ergens an
ders m ae wereld. Dat is een van de vaste
aardigheden van de plaats, zoowefm Buenos-
Ayres als buiten in het kamp. De oude
Spaansché families zijn natuurlijk heel goed;
{maar wat de vreemdelingen pan gaat; meu kan
van hén niets te weten komen. Dat is een
vön de redenen, waarom de plaats ons niet
aanstond. Wjj Wenschten, dat do menschen
zouden weten wie we waren voordat wij daar
kwamen; maar die lak van kennis wordt
'daar niet beoefend."
„Er zijn in Argentinië m)eer poenen, die
een anderen naam dragen dan hun eigen,"
zei de man, eindelijk tot spreken gebracht,
„dan in de heele rest van de wereld. Ik
Vraag: Wat beteekenen de letters N. L.
achter aan een auto? Wijst dit niet het land
aan, waar hjj vandaan komt? Er staat ook
nog wel eens een letter bij. Wat duidt deze
aan?
Antwoord: N. L. beteekent Neder^
land. De letter duidt de provincie aan, waar
Üe auto thuis behoort. H. is Zuid-Holland,
G. is Noord-Holland.
Y raag: Weet u soms, of het besbaat en
zoo ja, is u den de titel bekend van een
leerboekj e op administratief gebied, dat
als leidraad te gebruiken is voor penning
meesters van voreenigingen 1
Antwoord: Zulk een werkje is ons
niet bekend en we achten het ook nieb
noodig. Met een beetje elementaire kennis
van boekhouden speelt een penningmeester
van een gewone vereenigimg het wel Maar.
Als hij maar zorgt, dat heb geld der ver-
eeniging geheel afzonderlijk wordt be
heerd en niet voor andere doeleinden wordt
gebezigd en accuraat is, zal men tevreden
over hem zijn.
Vraag: Is een brief afgezonden door
een budtenlandsoh milibaitT van af een dier
fronten aan familie hier te lande, ook in ons
land vrij van p>ort
Antwoord': Neen, alleen brieven in
Nederland ver-zonden zijn vrij van pwrt. Er
is evenwel een beperking in dezen aange
bracht zooals u uit de nieuwsberichten hebt
kunnen vernemen.
Vraag: Kunt u mg ook opgeven, welken
trein ik moet hebben van. Leiden naar Olde-
broek, die de beste aansluiting heeft (voor
middag), waar ik moét overstappen, hoe laat
vertrek uit Deiden en wat de kosten zgn 3de
klasse? Hoe laat heb ik weer een goede
aansluiting uit Oldebroek?
Antwoord: Per Staatsspoor van Leiden
6 uur. Utrecht 7.15, daar overstappen; ver
trek 8.50, Oldebroek 10.24. Van Oldebroek
7.05, aankomst Utrecht S.54, overstappen;
vertrek 9.12, aankomst 10.29. 3de klasse
enkele reis fl.95.
Vraag: Ik zal vermoedelijk met De
cember in dienst moeten bij den landstorm
en ben van plan om met Februari te trou
wen. Krijg mijn aanstaande vrouw dan ver
goeding? Zoo ja, hoeveel bedraagt dat on
geveer
Antwoord: Als u vergoeding noodig
heeft om in haar onderhoud te voorzien, dan
alleen wordt deze verleend. Het maximum
bedrag der vergoeding is f 1.50 per dag.
Vra a g: Mijn broeder, oud 23 jaar, is met
Januari naar Duitschland gegaan om daar
te werken en is er nu nog. Als hij daar
blqft, moet hij dan nog opkomen voor den
landstorm?
Antwoord: Neen, als hij daar zqn vaste
woonplaats heeft, niet.
Vraag: a. Wanneer en waar wordt het
examen voor commies afgenomen? b. Waar
moet men zich laten inschrijven voor dit
examen? c. Kunnen hier ook gemobiliseer-
den aan .deelnemen?
A n t w o o r d: a. In de eerste maanden van
elk jaar, in een nader aan te geven plaats,
b. Bij request aan den Minister van Finan
ciën. c. Ja, doch een plaats als commies zult
ge wel niet dan na de mobilisatie kunnen
verwerven. Verdere bijzonderheden zoudt ge
kunnen vragen op het kantoor van 's Rijks
belastingen, invoerrechten en accijnzen, al
hier.
Vraag: Als ik gedurende vier weken
in het hospitaal ben opgenomen, en daar
uit ontslagen word, heb ik dan recht op
viermaal drie dagen verlof, daar mij" van
den Minister van Oorlog drie dagen verlof
per week is toegekend, dus dientengevolge
bovengenoemd verlof ten achter ben?
Antwoord: Neen, ge hebt 3 dagen
per week verlof. Als 'dit er niet bij! is be
paald, dan krijgt ge natuurlijk de z.g. ach
terstallige dagen niet
Vraag: Behoorende tob de lichting 1916,
zou ik gaarne om studieredenen een uit
stel van minstens twee. jaar willen hebbeu.
Zou Ik dit volgens uw mee-ning kunnen
krijgen? en zoo ja, wanneer en bij wien, en
op welke wijze (mondeling of schriftelijk)
moet ik dit aanvragen?
Antwoord: Ja, ge behoort daartoe een
request te zenden aan den Minister van Oor-
hoorde een verhaal in de Jockey-Club een
troep opliakkerige inboorlingen in de Jockey-
Club van een Iersch kereltje, dat valsch
speelde. Drie andere ezels schopten hem er
uit. De vent keerde zich bij de deur om en
nam zijn portie wraak.
„Zeg, jongens, weet je waarom zij mij
hier Michey Flanagan noemen? Omdat het
m£n eigen naam is. De kerel had ze rracli-
tig te pakken."
Ford vermande, zich en lachte, maar op
staande maakte hij excuses, dat hij weg
moest.
„O, er zijn ook een massa knappe men
schen onder," merkte de damo op voordat hij
t£d haa om weg te komen. „Werkelijk, dat
is een vap de moeiljkheden in dat land
V/oor, menschen als wij. Er zijn te veel flinke
lui, die iets zoeken. Mijn man slaat den spij
ker fopi ld en kop, als hij zegt, dat er geen kans
is voor zoo'n armen Ier, tenzij hij gezond
verstand heeft, en v-oor ons was dat buiten
kwestie."
Ford sprak niet weer met hen, maar hij
dacht over hun woorden na en na verloop
van vier en twintig uur was er voor hem
een nieuw7 licht opgegaan. „Al wat mij te
doen staat is: mijn gezond verstand to ge
bruiken.'* Die woorden schenen hem den
leiddraad voor zijn leven in de hand te ge
ven. Het was het antwoord op de vraag:
„Wat moet ik daar doen?" die zich telkens
aan hem opdrong, als hij er over dacht
om in een of ander land een schuilplaats te
zoeken. Het was als een openbaring, dat hij
het zelf in de macht had, om zooveel van
een land te maken, als hij kon, en het land
van hem.
Hij zou moeilijk hebben kunnen verklaren,
hoe zijn besluit, om in Argentinië zijn ge-
log, op ongezegeld papier, waarin ge, bé-
behalve uw adres, lotinganummer enz., de
reden opgeeft, waarvoor het .uitstel noo
dig is.
Vraag: Een vriend van mij is van dei
lichting 1915 en had in Januari pp moetend
komen. Nu. heeft hij' zich voor de mobili^tie
vrpwillig verbonden, hoe zal het nu na de!
mobilisatie met hem gaan? Moeten zij nu!
weer gewoon als milicien gaan dienen of
dient hij nu als .milicien?
Antwoord: De militiediensttQd gaal
door, tegelijk giet den diensttijd als yrift-!
"williger. j j j
Kraag: Wat moet ik doen, om mijn zooni
vrij te krijgen van Üen militairen dienst? Hf|
is de kostwinner van zijn ouders, die nietê
kunnen verdienen, "ffij is van de Jichtin^
1916.
Antwoord: Bjj den burgetmeeEter aan-;
vraag doen. Vervoeg ,u daartoe op het bu
reau Militaire Zaken, dan helpt men daaij
wel verder.
Vraag: Wanneer men Landstormplich!->
tig is, en een breuk heeft, Wordt men!
daarvoor afgekeurd, of beeft fnen het rechtl
om t» laten opereeren?
Antwoord: Niet altijd- wordt gien af-,
gekeurd. Veelal wordt deze met operatie
weggenomen. Een breukoperat'ie is niet aD
tijd zoo heel erg. Zeker heeft men recht
.om wanneer, ge geschikt voor den diensti
kunt worden, tot operatie over. t?e gaan.
Vraa'g: Ik ben gemobiliseerd, en mijn'
vrouw had een gulden vergoeding per dag.
Maar nu heb ik een bewijs van mijn patroon
overgelegd, dat ik nu fl.40 per dag heb.
Heb ik nu recht op dat geld, wat ik minder,
heb ontvangen? Zoo ja, waar moet ik mij
dan vervoegen?
Antwoord: Hierover moet u maar eens!
gaan spreken bij' het bureau voor Militaire
Zaken op het Raadhuis; daar zal men u wel'
inlichten.
Vraag: Wat is de kortste weg van
hier naar Groningen per fiets hoeveel K.M,
is het en welke plaatsen paaieer ik?
Antwoord Leiden, Utrecht, Amers
foort, Nijkerk, Putten, Ermelo, Harderwijk,
Nunspeet, Elburg, Oldebroek, Wezep, Kater
veen, Zwolle, Berkummerbrug, Staphorst,
Meppel, Kavelte, Dieverbrug, Smilde, As
sen, Vries, De Punt, Helpman, Groningen.
245.G K.M.
Vraag: Gaat er vanaf Vreeswijk (bij
Utrecht) een passagiersboot naar Arnhem.
Zoo ja, welke zijn de uren van vertrek, welke
dagen on hoeveel kost een enkele re;s? Hoe
lang is ongeveer de duur der reis?
Antwoord: Er vertrekt van Vreeswijk
een vracht- en passagiersboot genaamd „Con
cordia", van Rotterdam uit varende naar
Arnhem. Des morgens halffcien vertrekt hij
van Vreeswijk maar is in den regel ander
half uur te laat. De prijs per enkele reis is
60 ct. en dp duur der reis is 3 k 4h uur. alles
berekend van uit Vreeswijk.
V r a a g Wat is de kortst© weg per-
fiets van Leiden naar Schiedam. Welke
plaatsen passeer ik, en hoe ^ng is het on
geveer rijden?
Antwoord: Leiden, Zoetcrwoude,
Stomp wijk, Leidschendam, Nootdorp, Delft,
Ketliel, Schiedam. 35 K.M.
Vr.aa,g: Kunt u mij een adres opgeven
van iemand t9 Leiden, die bekend is met
ras-eigenschappen van collie's?
Antwoord: Een keurmeester voor jean
collie is hier in Leiden niet; doch een collie
moet hebben 'n spitsen snoet (niet zoo spits
als een hazewindhond) met -ooren liggend
in den hals. Als de collie in actie is mogen
de ooren opstaan, doch de punten der
ooren moeten hangen, flink ontwikkeld
lichaam, rijk behaard en flink-en
halskraag, staart goed ontwikkeld en
flink recht van pooten. Zoo u
er meer van wil weten, vraagt u het dan'
den keurmeester, den heer Zeegers, wo
nende te Bussum.
Vraag: Ik heb van een officier van
gezondheid (kapitein) heel wat geld te vor
deren. Hij is veranderd van woonplaats
mot de belofte 2 Sept. te betalen. Nu is die
wissel teruggekomen met de tijding: geen
geld. Hoe moet ik het aanleggen om aan
het geld te komen?
Antwoord: U moet met dien officier
handelen, zooals U met e-en particulier (bur
ger) persoon handelt, die aan U iets schul
dig is.
luk te beproeven, tot rijpheid was gekomen.
Voordat hij wist of lip al dan niet ongehin
derd in Liverpool aan land zou komen, ont
stond er een soort van stilstand in zijn ge
spannen denken; maar, eenmaal in den trein
naar'Londen, kwam hem een volledig plan
voor den geest. Het land, waar weinig werd
nagevraagd en het op het verleden niet aan
kwam, was de aangewezen plaats voor hem.
Binnen den tijd van veertien dagen was hjj
een tweede-klasse-passagier aan boord van
de Koninklijke Mail Stoom Packet „Parana"
met bestemming naar Buenos-Ayres. Aldus
werd het denkbeeld, dat het meisje in.de
Adirondack-hut had geopperd, bijna onver
wacht v.oor hemzelf, verwezenlijkt. Haar ge
sternte. moest, zooals hij begon te gelooven,
zijn lot regelen.
Hij dacht af en toe aan haar, maar altijd
met hetzelfde eigenaardige gevoel, waarmee
men aan iets ver venvijderds denkt, aan iets
onwerkelijks, als aan een gedaante, gezien
in een droom. Als hij ^een tastbare bewij
zen van haar werkelijk bestaan had bezeten,
zou zij hém als de heldin van een tooneelstuk
hebben geschreven. Hij zou zich van ontrouw
beschuldigd hebben, als de hevige span
ning, (waarin hij van minuut tot minuut ver
keerde, geen excuus voor hem ware ge
weest. De tijd zou komen, dat de drang van
het oogenblik minder groot zou zijn, en hij
weer het gevoel zou terugkrijgen, waarmede
hij haar had verlaten. Misschien, als zij zijn
„type van meisje" ware geweest, zou haar
beeld niet zoo snel ^rjn verflauwd. j
(Wordt vervolgd).