Persoverzisht.
KWARTIERMAKEN.
Dat het niet in orde schijnt te zijn met
de wijze, waarop dc inkwartiering in Noord-
Brabant tot stand komt, bleek gisteren in
den gemeenteraad van Arught, waar de heer
Dorsman, zelf gepensioneerd kapitein en
lid van den Raad, zich over het optreden
der kwartiermakers beklaagde cn er op
aandrong, dat in het vervolg van het ge
meentehuis uit, de leidiug wordt geneden.
Hoe was het nu gegaan? Er kwam een
luitenant-kwartiermaker met zijn begelei
ders, keek van buiten het huis eens aan,
dacht: hier hcibben ze wel plaats, belde aan
en zeide: gij hebt twee man inkwartiering.
En als men dan iets wilde er tegen in
brengen, dan zei de officier barsch weg:
gij hebt vier man in plaats van twee.
Bij den dokter, die een officier in kwar
tier kreeg, werden voor dezen officier twee
kamers geèischt, terwijl een officier maar
recht heeft op een kamer. Alleen hoofdoffi
cieren hebben recht op twee kamers, ver
volgde de heer Dorsman. De pastoor, die
ook officieren zou krijgen besteedde ze uit
m het voornaamste hotel van Vugkt „Zi-
onszieht". De hoeren gingen daar eens
kijken, doch zeiden dat het er hun niet be
viel. Zo waren liever bij den pastoor en de
den toen daar hun intree. Het uitbeste-
dingsrecht bestaat en dient gehandhaafd als
de plaats, waar uitbesteed wordt, conform
is en dat was bier beslist h - geval. Op een
andere plaats kwam een korporaal kwar
tier maken voor een officier cn zei, op een
vraag van den bewoner, cT zo den officier
ook to eten moest geven, dat zulks niet
noodig was, maar dat zo hem wel een ont
bijt moesten geven. Ook hierop heeft een
officier geen recht, zei de heer Dorsman,
al geeft men het hem overigens natuurlijk
gaarne. Maar geëischt mag hot. met wor
den.
Spreker haalde nog eenigc staaltjes aan
uit Den Bosch, waar men kwartier had wil
len maken bij den Belgischen consul, om
dat het liuis er nogal goed uitzag, in een
andere woning, waar alleen twee dames
huisden, had men soldaten ingekwartierd.
De dames hadden, zoo zei de heer Dors
man, geprotesteerd, maar zo werden pas
van do inkwartiering verschoond, nadat ze
een gang hadden gemaakt naar het stad
huis, en daar hun bezwaren hadden t: ber
de gebracht.
De kwartiermakers hadden daar
eenvoudig lijsten gehaald op hot. stadhuis
en met die lijsten in de hand maakten ze,
zonder verdere voorlichting, kwartier. Spre
ker drong er op aan, dat voortaan a-.n de
inkwartieringswet door het gemeentebe
stuur de hand wordt gehouden, wijl het an
ders tot conflicten moet komen.
ONGEPAST.
Men schrijft aan de „Tel."
Tot voor eenigen tijd werd in België aan
personen, die een pas verkregen om naar
Nederland tc reizen, ten einde daar Uun za
ken te doen slechts een foto gevraagd. Thans
moet men eenige malen zijn handt eekening
plaatsen op het commandatur, welke hand-
teekeningen worden opgezonden naar Ne
derland, waar do gelukkige eigenaren van
do passen verplicht zijn op vooraf bekendge
maakte consulaten zich eenige malen te mel
den en wederom hun handteekening to
plaatsen.
Wat is de reden van dezen maatregel
Eenigo houders van passen hadden zich
niet gehouden aan hun woord, dat zij slechts
naar Nederland zouden gaan en niet verder
reizen. Dezer dagen hebben de Duit.ichers
hun spionnen in Nederland gezonden ten
©inde zich te overtuigen of deze passenhou
ders zich wel aan hun woord hielden, en wat
bleek? Dat een hunner bij terugkomst to
Antwerpen bij het inleveren van de pas
gevraagd werd, of hij zich steeds in Neder
land had opgehouden. Hij antwoordde be
vestigend, er bijvoegende: ziet maar, het
stempel van het Nederlandsehe consulaat te
Amsterdam of Rotterdam bevindt zich op
do pas. Men vertoonde hem toen een foto,
waarop hij zeer gezellig zat te praten met
eenige vrienden. Op de vraag o£ hij dezen
persoon kende, moest hij bekennen het zelf
te zijn.
„Weet gij wel dat gij ons voorliegt," was
het antwoord, want deze foto is op het schip
genomen, waarmede gij zijt overgevaren
naar Engeland. De fr. 10.000 waarborg wer
den verbeurd verklaard, en de betrokken
persoon werd gevangen genomen, terwijl
de foto bewaard bleef tot zijn vrienden te
rugkeerden.
Men zij dus op zijn hoede.
VISCHVERVOER VAN IJMUIDEN
NAAR ENGELAND.
Den een z'n dood is den ander z'n brood.
Zoo ooit, dan ondervindt het stoomvissche-
rijbedrijf to IJmuiden de juistheid van deze
spreekwijze. Nu do vissckerij op de Noord
zee nagenoeg uitsluitend overgelaten is aan
de neutrale stoom vissckerij, waarvan
LJmuiden, met z'n belangrijke trawlervloot
in het bijzonder profiteert, zijn tengevolge
daarvan, nu niet meer zoovele varkens de
spoeling dun doen zijn, de vangsten bui
tengewoon groot, de reizen kort, de prij
zen, voor de visch gemaakt, mede in ver
band met den oorlogstoestand, ongemeen
hoog voor den tijd van het jaar, zoodat de
stoomtrawler reeder ij en goede zaken ma
ken. De moeilijkheden in den vischafaet
naar België, waarheen vóór den oorlog
ongeveer 30 pOt. der aangevoerde visch ver
zonden werd, het meerendeel in consigna
tie, en de zoovele groot ere aanvoeren, heb
ben de handelaren naar een nieuw afzet
gebied voor hun te greote voorraden doen
omzien. Waar nu, tijdens den oorlog, de
handelaren per advertentie werden opge
wekt, versche visch naar Engeland tc zen-
deD, nam de vischverzending daarheen
in grootc mate toe. Den eersten tijd had die
verzending meestal plaats via Hoek van
Holland, doch de onregelmatigheid in dc
aankomst en do hooge vrachten maakten 't
noodig naar een ander middel van vervoer
om te zien.
Sedert eenigen tijd nu worden de visch-
zendingen, die varieeren tussclien de CCO en
1600 manden en kisten van 75 tot 100 kilo,
verzonden met de Engelsche weekbooten
waarom geen gebruik wordt gemaakt van
de Hollandsche weekbooten, is ons nog niet
bekend do „Teal", „do Tern" de
„Lapwing" e.a., die regelmatig tusschen
Londen en Amsterdam varen, alsof er geen
oorlog tusschen Engeland en Duitschlanü
bestaat, en alsof nog nimmer een Duitsche
duikboot de Noordzee onveilig heeft'ge
maakt.
VV aar evenwel bij deze booten niet altijd
ver voldoende laadruimte beschikt kan
worden, zo evenmin vertrekken op die da
gen, dat gewoonlijk de aanvoeren van visch
te IJmuiden het grootst zijn; deze sche
pen voor de veiligheid op vaste tijden van
IJmuiden willen vertrekken en de verze
keringspremie voor molest uit den aard
der zaak hoog is, hebben thans enkele groo
ts vischhandelaren ter plaatse de banden
ineengeslagen cn een eigen dienst op En
geland in het leven geroepen, die nog deze
week een aanvang zal nemen, waartoe be
reids een zeewaardig stoomschip te Gro
ningen is gecharterd. Do voordeel:n, bij 'n
vervoer met een Hollandsch stoomschip,
liggen voor de hand, en waar Engeland
een coulant land is om zaken meo te doen,
is 't te verwachten, dat, zoolang do oorlog
duurt, deze handel cp Engeland zich nog be
langrijk zal uitbreiden.
DE „OBERON" EN „VULCANUS".
De minister van Buitcnlandsche Zaken
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat,
blijkens mededeeling van den comul-gene-
raal te Londen, een eisch is ingediend in
het Londonsche Prijzenhof tot verbeurdver
klaring van eon deel der lading van het
Nederlandsehe stoomschip „Oberon", toebe-
hccrende aan de Koninklijke Nederlandsehe
Stoomboot Maatschappij te Amsterdam en
een eisch tot verbeurdverklaring van 504
balen koffie, gemerkt TK, uit het Neder
landsehe stoomschip „Vulcanus", toebohoo-
rende aan dezelfde maatschappij.
I-IET BELGISCH SP00RWEG-
PERSONEEL.
Naar wij vernemen, heeft het in 't vlucht
oord tc Udcn vertoevende spoorwegperso
neel do aanzegging gekregen, dat 't binnen
kort via Engeland naar het noorden van
Frankrijk moet vertrekken, om aldaar bij
de spoorwegen werkzaam gesteld te wor
den. De juiste datum van vertrek wordt
nog nader bekendgemaakt.
Heemskerk conts*a Kuyper.
„DE STANDAARD" laat zich a's volgt
uit over de brochure van inr. Heemskerk:
Te Rotterdam zag van de drukkerij Liber
ies een kort vlugschrift van de hand van
mr. Th. Heemskerk het licht ondsr den titel:
„Over de genummerde driestarren van dr.
Kuyper."
Dezo titel deed meer verwachtendan
deze brochure geeft. In de 53 driestarren
toch, die hier bedoeld zijn, werd in clen
breedo en tot in de kleinste bijzonderheden
ter sprake gebracht al wat ïiet optreden
en de be wind voering van het Kabinet-
Heemskerk in verband met het verleden,
met de organisatie en met <Ie toekomst der
Antirevolutionaire partij, te overdenken
gaf. Deze reeks driestarren bedoelde, gelijk
duidelijk en van meetaf werd uitgespro
ken. de vraag onder de oogen te zten, hoe
iv e tegen Juni 1917 weer a's één man voor
den groot-en stembusstrijd gereed zouden
staan.
Dit alles echter laat de geachte schrij
ver van dit vlugschrift geheel rusten, om
zich schier geheel te concentreeren op deze
ééne kwestie, of in December 1907 door
bet Kamerlid Heemskerk opzettelijk bedoeld
zij ai dan niet, het in-het-leven-roepen van
ren ministerieele crisis, waarvan de leiding
in zijn hand zou berusten.
Eerst ontvangt men daarom een histori
sche herinnering aan hetgeen in den nacht
van Staal en daarna met minister Van Rap-
pard voorviel. Van de 26 bladzijden druks,
waaruit de brochure bestaat, is hieraan bijna
de helft, t. w. een twaalf lal bladzijden, ge-
wrjd. Dit eerste betoog strekt om te "doen uit
komen, dat men op 24 December 1907 aan
een gewichtige militaire beslissing was toe
gekomen, en dat hier te kiezen of te deelen
viel. Een betoog, waaraan dan de opmerking
werd toegevoegd, dat de stemming van de
Rechterzijde tegen de toenmaals aanhangi
ge oorlogshegrooting niet noodzakelijker
wijze tot een ministerieele crisis had behoe
ven te leiden.
Doch na deze breede inleiding trekt de
geachte schrijver in de overige veertien
bladzijden al zijn veerkracht saam, om te
protesteeren togen de voorstelling, alsof zijn
toenmalig optreden geïnspireerd ware ge
weest door den toeleg om het Kabinet ten
val te brengen, een ministerieele crisis uit
to lokken, en, brak die uit, zelf als verzor
ger van 's lands politiek op te treden.
Gelijk men weet, en hier herinnerd wordt,
heelt minister Heemskerk reeds in 1908, ter
stond na zijn optreden, er zich even stel
lig op toegelegd, om zoo pertinent het kon,
te betoogen, dat er hoegenaamd geen poli
tieke toeleg van wat aard ook, in De
cember 1907, bij hem bestaan heeft.
Het heeft hem dan ook blijkbaar zeer ge
daan, dat desniettemin zijn toenmalig optre
den met een politiek schema in verband is
gebracht. Niet enkel door ons, maar ook in
de pers van liberlfie richting.
Met leedwezen ontwaarden w;o dan ook,
hoe dit politieke addertje hem nog altoos
zoo schier ,eeniglijk bezig houdt, dat geen
c-nkele vingerwijzing van hem uitgaat, om,
evenals wij bedoelden, op vredesherstel te
gen Juni 1917 aan te sturen.
Natuurlijk zal er, althans in onze Anti-
P^volutionaire partij, wel niemand zijn, die
or ook maar aan denkt te vermoeden, dat
hetgeen mr. Heemskerk nu nogmaals zoo
pertinent mogelijk verklaart, klaar en bewust
legen zijn beter weten in zou gaan.
Daar denkt niemand aan. Als mr. Heems
kerk zich zoo pertinent, a:s hij het ook thans
weer doet, uitspreekt, nemen ook wij vol
gaarne aan, dat bij het neerschreven van
deze verklaring oprechtheid ook hier zijn
pen boatuurde-
Alleeu maar, hiermee zijn we nog geen
stap verder.
Doen en bedoelen worden door den loop
der dingen zoo vaak twee.
Wij voor ons aanvaarden (leze uitspraak
van zijn zelfbewustzijn volgaarne.
Toch komen we allicht nog op dit vlug
schrift terug.
„DE (amti-rev.) ROTTERDAMMER"
schrijft
De vermaarde genummerde en door dr.
Kuyper ondertookondo „Standaard"-
driestarren brachten klachten in tegen on
derscheid eno geestverwanten, zoo tegen de
juridisch© faculteit aan do Vrije Universi
teit cn vooral tegen den oud-minister mr.
Heemskerk.
Tot dusverre bleek in het publdok niet,
dat van den kant der Vrije Universiteit de
ze aanval werd afgeslagen.
De heer Heemskerk eohter lieoft gespro
ken en een verweerschrift het lioht doen
zien.
Op waardige en afdoende wijze heeft hij
zijn protest doen hooren tegen hetgeen,
waarvan hij openlijk en bedektelijk word
beticht.
Alle rhet'Orische franje is versmaad: in
forschen, maar streng zakeliikcn toon wor
den de zaken behandeld.
Hij zoekt zijn kracht niet in klacht over
onaangename bejegoningen, die hem ge
rechte reden tot verontwaardiging konden
geven, maar gaat regelrecht op de hoofd
zaak in en vermijdt, personaliteiten.
Met name over don gang van zaken bij
de kabinetscrisis in 1907, waaromtrent al
lerhande sinistere verhalen in omloop kwa
men, wordt helder lie-hit verspreid.
Voor de geschiedenis onzer partij is hot
bezit van mr. Hoemskerk's geschrift onmis
baar en natuurlijk moet worden ver-
wacht, dat die bladen, welke dr. Kuypers
grieven opnamen, ook thans aan dit pro
test aandacht zullen schenken.
De schrijver eindigt zijn boekjo aldus:
„Ik sta dr. Kuyper niet in den weg, ik zit
aan den weg. En al hebben de driestarren
ergernis bij mij gewekt, ik koester geen
wrok. Wetende dat voor ons allen, ook
voor mij, vergeving het leven is, ben
ik tot vergeving beroid. Volhardt hij in zijn
onrecht, dan hoop ik hem geen bitter woord
toe te voegen".
Verzoening is aldus mogelijk en op haar
blijven wij hopen.
„DE NEDERLANDER" laat zich als
volgt uit:
Voor sommige penvoerders in de kleine
anti-rcvolutionnadro pers, die reeds, als ge
woonlijk afgaande op 's leiders gezag, den
oud-minister Heemskerk in het ongelijk
stelden, wordt het nu een hachelijke zaak.
Dr. Kuyper in 't ongelijk te stellen is uit
gesloten. Maarde feiten!
„DE TIJD" bepledt tegemoetkoming
tusschen Kuyper en mr. Heemskerk.
Indien dr. Kuyper den oprechten toon,
vooral aan liet slot van dit verweerschrift,
hetwelk geon partij-geschil, maar een per
soonlijk geschil uitvecht, in gelijke oprecht
heid verstaat, dan heeft hij hier een uit
muntende gelegenheid, om edelmoedig
te zijn. Inderdaad bestaat onder twee zoo
eminente mannen als de beide anti-revo-
lutionnairo gewezen ministers aan niets
zoozeer de behoeft© als aan de tegemoetko
ming, die spoedig een geschil tot oplossing
zou brengen, dat uit mensohelijke onvol
maaktheid on misverstand geboren werd.
„HET CENTRUM" acht het geschil meer
een gevolg van een misverstand.
Het blad schrijft:
Van principieelen strijd, of een verschil,
dat het diepste wezen der anti-revolution-
naire partrj raakt, is toch weinig te be
speuren, zegt het Katholieke blad.
Het geschil is niet zóó aangrijpend van
aard, als het op 't eerste gezicht schijnen
kon, maar ontleent zijn beteekenis vooral
aan de omstandigheid, dat het ontstaan is
tusschen twee mannen van zoo hoog aan
zien als dr. Kuyper en mr. Heemskerk,
terwijl buitendien de ervaring leert, dat
juist de twistgedingen in een partij som
wijlen het moeilijkst zijn bij te leggen.
Waar het hier een interne aangelegen
heid der anti-revolutionnaire partij geldt,
waarbjj dr. Kuyper uitdrukkelijk de kwes
tie van het leiderschap naar voren heeft
gebracht, spreekt het wel vanzelf, dat bui
tenstaanders daarbij slechts de passieve rol
van toeschouwers kunnen vervullen.
Het recht van medespreken is hun ont
zegd.
Maar als bondgenooten van de anti-re
volutionairen koesleren wij natuurlijk 'nmeer
aan gewone oelangstelling voor al .hetgeen
m aie partrj voorvalt.
Haar leiders behooren tot de vooraan
staande mannen ter rechterzijde en de ge
schillen tusschen die leiders zouden dus in
direct ook onze posities kunnen raken, voor
zoover hun conflict van nadeeligen invloed
werd op de kracht, die van rechts moet uit
gaan.
Wij mogen daarom wel de hoop uitspreken,
dat deze penncstrijd in 't algemeen geen
schade zal toebrengen aan de eenheid in de
anti-revolutionaire partij, noch uit baar gele
deren strijders zal doen verdwijnen, die vete
ranen zijn geworden in den dienst der chris-
telrrke politiek.
En onwillekeurig herinnert men zich weer
de figuur van dr. Schaepman, die ook in
„crises" als deze de kunst verslond, be
middelend op te treden en het uitslaan van
vlammen te voorkomen.
„HET HUISGEZIN" schrijft, na een kort
overzicht van de brochure te hebben ge
geven, alleen:
Zij is ons veel sympathieker dan de kwet
sende aanval van den heer Kuyper.
„DE NIEUWE COURANT" leest uft de
brochure de neiging tot verzoening en ver
geving van den schrijver.
Het valt dengone, die mr. Heemskerk in
het openbaar waarneemt^ altijd ietwat moei
lijk, medelijden met hem te hebben hij
draagt de verdrukking oogenschijnlijk zoo
gemakkelijk en is! te wereldwijs voor de
rol van beleedigde onschuld. Toch, wat dr.
Kuyper hem aandoet, is ongehoord en wij
kunnen de stemming zeer goed begrijpen,
die uitkomt, in het woord op blz. 17 der
brochure: „Zoolang dr. Kuyper zijn voorstel
ling omtrent 1907 niet heeft prijsgegeven,
heeft hij er geen aanspraak op, dat ik
hem omtrent benig punt te woord sta
Merkwaardig, deze twee „geestverwanten,"
die elkander zoo absoluut niet verdragen.
Hoewol wi« heeft, uit de anti-revolutio
naire partij, hooger dan tot de door den lei
der gjOwilde hoogte mogen opkomen naast
dezen? Mr. Heemskerk behoort blijkbaar tot
de broederen, die hem het mee6t hebben
dwars gezeten op bescheiden, niet-op-
zcttelijke, alle uiterlijke vormen slipt in acht
nemende wijze, maar daarom vooral niet min
der hinderlijk voor des leiders zelfgevoelig-
heid.
„Voor de tweede maal op de knieën" zet
„HET VADERLAND" boven het artikel,
waarin het blad de brochure bespreekt.
Als er iets kan zijn wat den Leader der
anti-revolutionaiire partij ooit heeft mogen
doen twijfelen aan zijn onbeperkte maoht
als partijleider, aan de levendigheid van
het bewustzijn bij alle partijgenooten, dat
wie tegen hem opstaat, voorgoed vermor
zeld wordt, dan is het wel deze broohure
van den oud-minister Heemskerk. Maar
hij moest wol zoo schrijven en niet anclers,
on zijn verzet kon niet andera dan in het
toeken van den uitersten deemoed- staan,
omdat hij het jui:%o oogen blik 'hoeft laten
voorbijgaan, om den piincipieelen strijd
togen dr. Kuyper's leiding aan to binden.
Dat oogenblik was daar, toen Heemskerk
bij zijn optreden bleek de man tezijn, die
in de politieke conjunctuur van dat oogen-
blik the right man was on the right place,
en dat te moor, waar hij zolf zeer goed in
zag, wat het land behoefde, d. w. z. geen
Kuyperoanisme, maar eon regeering in ge
matigden en verzoenenden zin, als zou dan
ook de uitdrukking, dat or geregeerd zou
worden volgons „de beginselen, levende in
do Rechterzijde", er op wijzen, dat we in
een politiek on toestand waren gekomen,
dio rechtvaardigde, dat er bij een Linksche
moerderkied in de Tweede Kamer een
Reohbsche ministerie achter de groene ta
fel ztub.
Van stonde af aan is hom daarbij door
dr. Kuyper do voet dwars gezet, en waar
deze toen geen zitting in do Tweede Ka
mer had, waren anderen daar zijn spreek
trompet, om Heemskerk aan hot verstand
to brengen, dat hij het als minister niet
lang zou maken, als hij bij zijn aanvanke-
1 ijken opzet bloef. Zoo was liet de heer De
Waal Malefijt, ddo al dadelijk op kwam
tegen de z. i. veel tc slappe uitdrukking
„beginselen, levende in de Rechterzijde"
dc goede man had natuurlijk geen
Ahnung, dat hij z4elf weldra, zou geroepen
worden uit diezelfde beginselen te regee-
rcn.
En toen was het oogenblik daar voor
Heemskerk om pal te staan, om een strijd
aan te gaan, die de continueering van het
Kabinet in 1909 tot inzet zou hebben ge
had, en waarbij dr. Kuyper, als hjj het spel
had gewonnen, de volle verantwoordelijk
heid zou hebben gedragen voor den val van
het derde Rechtsche Kabinet. Heemskerk
heeft het nikt geüurfd, en liet alles over
zich heen gaan, zelfs de niets ontziende
uiting van den Leider, dat, aIs in 1909 de
meeixlerheid in de Tweede Kamer Rechts
zou worden, het echte wagenschot naar
buiten zou worden gekeerd; eerst nu, 7
jaar na dato, vernemen wij uit de brochure,
dat hij dit een „speldeprik" vond. Hij dorst
niets zeggen over het feit, dat dr. Kuy
per, trots allen aandrang, niet in da Kamer
wilde terugkomen; hjj ging wel naar hem
toe, om hem te gmeeken de candidatuur in
Sneek te aanvaarden, maar het hielp niet;
we lezen uit de brochure, „dat dr. Kuyper
hem een afwijzend telegram dicteerde" (het
is een van de wonderen van dressuur van den
van God gegeven Leider, dat hij voor werk,
waarvoor een ander een klerkje neemt, den
eersten dienaar der Kroon gebruikt); hij laat'
over zich heen gaan, dat dr. Kuyper den
zetel in Ommen accepteert met een brief
aan de kieevereeniging aldaar, waar urbi
et orbi verkondigd wordt, dat Heemskerk
do gewenschte zwenking naar Rechts heeft
begaan, en blijft op zien komen spelen. Zoo
od zien komen, dat hij zelfs in 1909. toen
het logische gevolg van de stembusuit
spraak zou geweest zijn, dat h\j zijn por
tefeuille eu die van zijn ambtgenooten weer
ter beschikking van de Kroon had gesteld,
om, als zijn advies was gevraagd, dit te
doen luidon, dat, waar de groote overwin
ning, door Rechtg behaald, het gevolg was
geweest van het scherper vooropstellen van
de anti-these dan ooit, dr. Kuyper de aan
gewezen man was om een nieuw Kabinet te
formeoren, hij dit achterwege liet; hij hield
zich van den domme, en moet bepaald wel
in zijn onverbeterlijk optimisme gedacht heb
ben, dat de decoratiezaak den lastigen voogd
voorgoed tot oen toezienden zou degradeeren.
Indien deze veronderstelling, waarvoor al
les pleit, juist is, dan is het wel een bewijs
hoe weinig Heemskerk eigenlijk ooit in de
partrj geleefd heeft, hoe slecht hjj op de
hoogte was van de geestkracht en het ka
rakter van den Leider en van de groote
aanhankelijkheid van de partij van dezen,
meent het blad'.
Dat alles heeft zich latter gewroken. Na
1909 zijn de vernederingen steeds crescendo
gegaan, het ultimatum in zake de ouder-
(lomsverzekermg, en de executie op den
dag van het /afschuwelijk misverstand, en
niet minder de wijze, waarop die executie
plaats had, behooren in onze politieke ge
schiedenis tot het niedagewesenes.
Heemskerk heeft het goede oogenblik ver
zuimd, om een strijd aan te binden, die in de
anti-revolutionaire partij niet lean uitblijven,
en waarvoor hij de aangewezen man was.
Dat wreekt zich thans bitter. Daardoor is
deze brochure, die had moeten zijn een prin-
cipieele inzet van den strijd over de partij
leiding, niet anders geworden en kon ze niet'
anders worden dan een poging om strijd te
vermijden, een deemoedig smeeken om her
stel in de gunst.
Een vergadering over de partijleiding» is
thans dan ook meer dan ooit onnoodig ge
worden, tenzij er in de partij zijn, die bij
zonder op tconeelvoorstollingen zijn belust*
Maar nu Heemskerk verzuimde op tijd te
spreken, had hij ook thans beter gedaan te
zwijgen, dan ware het ten minste niet voor.
ganscli de Nederlandsehe nalie duidelijk ge
worden, dat hij ten tweeden male op de
knieën is gebracht, v
Hot „HANDELSBLAD' schrijft:
Laten wij direct verklaren, dat wij niet
in dr. Kuypers zeer cynisch oordeel over
mr. Heemskerk deelen. Voor ons is dat oor-'
deel niet een veroordeling van mr. Heems-»
kerk, maar van dr. Kuyper zelf. Wat blijkt
er uit? dat dr. Kuyper het uitgesloten
acht, dat niegnand t-egon of voor eenig re-
goeringscratwerp etemt volgens zijn eerlijke
overtuiging. De. eenige leiddraad moet zdjn
en kan slechts zijnpolitieke raachtatac-
tiek. En wanneer dan een vooraanstaand
anti-revolutionair zegt„Neen, maar ik
heb in dit geval werkelijk gestemd volgens
oerlijke overtuiging naar 's lands belang",
dan noemt hij van die woorden geen de
minste notitie gelooft geen ocgenhlók aan
do oprechtheid van den man, die dit zegt,
en die zijn geestverwant is. Het is, alsof hij
zeggen wil„Kom nu niet bij mij aan met
zulke verklaringen. Ik heb immers ook al
tijd slechts „om der consciëntie wille" alles
gedaan. Maar ik heb wat mijn consciëntie
wilde steeds weten aan te passen aan de
politieke taktiek van den dag. Een goede
consciëntie wil geen slechte tactiek. Tweo
joden weten wat een bril kost."
Maar, vragen wij, is daarmede eendg
nieuw lioht op dc politieke psyohe van dr.
Kuyper geworpen Immers neon
Eonig belang heeft de brochure als oen
nieuwe slag in don strijd in de anti-revo
lution airo partij, in don voortduren den!
strijd, dien dr. Kuyper voert om de abso
lute macht in deze partij. Of, zooals prof.
Fabius hot uitdrukte, „om het persoonlijk
machtsregiment, dat coterierin en servili
teit uit eigenbelang aanziet voor trouw."
Wanneer men de nederig© woorden van
mr. Heemskerk loeet, dio zegt op het ocgen>
blik buiten de politiek to staan en geen po
litieke plannen te hebben, dan zou men zooi
zeggen, dat dr. Kuyper den strijd weer eena
glansrijk gewonnen heeft. Maar de onder
danige taal van mr. Heemskerk heeft een
bekenden klank, dio ons, het doet ons leed
■dit te moeten zeggen, even aan de op
rechtheid er van deed twijfelen. En wij
zouden 't gezicht van mr. Heemskerk wel
eens hebben willen zien, toon hij deze kos
telijke imitatie van do zelf-vernederende
pharizoïsmen, dio wij van dr. Kuyper ken
nen, neerpende
„Ik sta dr. Kuyper niet in den weg, ik
rit aan den weg. En al hebben de drie
starren ergernis bij mij gewekt, ik boesteT
geen wrc*k. Wetende, dat voor ons allen,
ook voor mij, vergeving het loven is, beri
ik tot vergeving bereid. Volhart hij in zijn'
onrechtdan hoop ik hem geen hitter woord
toe te voeg on."
Dat heet den vijand met do oigon wapens
bestrijden.
„Hot Volk" schrijft naar aanleiding
van do brochure van mr. Heemskerk o.m.
Do politieke beteekenis van dit geval
moet niet onderschat worden. Het is meen
dan een persoonlijke ruzi« tusschen de bej-
de leiders, al moge het ook zoo schijnen uit
doze brochure, die. ieder ingaan op pnnci?
pieele punten zorgzaam vermijdt. Zien wijf
de zaak juist, dan vinden wij in dit geschil
oen ernstigen ondergrond. Het loopt over^
do vraag, hoe de in den lande zeer geschoï;-,
ts reputatie der anti-revolutionaire partij
het best hersteld kan worden, langs den weg
dor gemoedelijke methode, die in mr*
Heeruskerk's lijn ligt en dio de „intellec-
tueelen" in do partij verkiezen, dan wel in
den uitdagenden trant van dr. Kuyper die
meer in den smaak der „kleine luyden"
valt.
Inmiddels verzwakt dezo twist dc poli-
tieko kracht der partij zonder twijfel aan
merkelijk. Dat daartoe de leiding in de coa
litie vanzelf meer naar den kant van ckris-
telijk-kistoriscken en katholieken ombuigt,
is duidelijk. In zoover heeft het geval ook
nog algemeeno politieke beteekenis^
Onder het hoofd Vaderlandse h ka
pitaal zegt „HET VOLK":
Men zendt ons een circulaire van een
bankinstelling hier ter stede, dio do aan
dacht der Nederlandsehe bezitters er op ves
tigt, dat, als zo inschrijven op de derde
Duitsche oorlogsleening, door hot koers
verschil tusschen Duitschland en Nederland
het rentegenot van 5 pCt. op 5% pCt. of
met ongeveer 17 pOt. stijgt, zoodat hier een
bijzonder voordeelige affaire te maken
valt.
Het is wel oen tijd, waarin het Neder
landsehe kapitaal gelegeuheid vindt zich op
bijzonder vaderlandscho wijze te uiten.
Eerst maakt het vette oorlogswinsten op
de levensmiddelen ten. kosto van de ontbe
ring der onvermogende eigen landgenooten,
en vervolgens belegt men die oorlogswin
sten in Duitsck oorlogsmateriaal, dat alvast
zeker tegen het met krokodillen-tranen
overstroomde België en niet volstrekt on
mogelijk ook nog tegen het eigen vader
land aangewend zou kunnen worden. Het
Berlijnsche officieuze telegrammen-Bureau
Norden seint reeds, dat behalve uit andere
neutrale landen, ook uit Nederland belang-
lijko teekeningen zijn ingekomen.
Van sentimentaliteit heeft ons vader-
landsch kapitalisme nu juist geen last.
Niettemin zal het voortgaan van do Neder-
Landsche arbeiders-klasso tc cisehen, dat zij
goed en bloed voor het vaderland offert.
SCHRIJVERS van Ingezonden Stukken
ten Naam en Adrea aan de Redactie bo
kend maken. Ongeteekende Stukken
worden terzijde gelegd.