Ob £urepeesohe Oorlog. No. 10916 TYoensdag SI .A_p>i*il. 3L>erde JBIacI. A0 1S15. STOOMVAARTLIJNEN. Vragen e» Antwoorden. liEIDSCI DAGBLAD X Do voornaamste vijand: Engeland of Rusland? Do „Vorwarts" vestigt de aandacht er op, dat do conservatieve pers voortgaat, Enge land als den voornaamsten vijand vah Duitsehland af te schilderen en onderwijl blijkbaar op een overeenstemming met Rus land aanstuurt. Zoo betoogt dex„Kreuzztg.", dat zij er niets tegen heeft om Rusland als den brand stichter te bestempelen, „maar dat Engeland de brandstof opgestapeld, met petroleum begoten, den brandstichter de fakkel in de Jiand gegeven en die hand bestuurd heeft." Koe men ook over het Russische gevaar moge denken, men mag niet vergeten, dat Engeland er op uit is, Duitsehland to ver nietigen en zrpi concurrentie in de wereld en op zee onschadelijk te maken. De „Vorwarts" toekent bij dit artikel aan, dat de „Kreuszztg." blijkbaar niet voldoende aangaande de stemming in Engeland inge licht is. De „Vorwarts" meent, dat Enge land het doel van den oorlog bereikt zal l achten als België's zelfstandigheid en het I herstel van Fr.ankrijks grens gewaarborgd werd. Engeland is daartegenover, volgens do „Vorwarts", blijkbaar bereid, vergoedin gen op koloniaal gebied te verschaffen. Maar de conservatieve pers wil zulk een denkbeeld zelfs niet in overweging nemen. Graai Reventlow ziedt, zegt de „Vorwarts", van verontwaardiging, als hij die plannen critiseert In de „Deutsche Tagesztg." ver klaart hij zich met grooten nadruk tegen elko overeenstemming met Engeland, voor dit land volkomen overwonnen is. M. a. w. hij wil geen schikking, maar onderwerping van Engeland. „De toekomst van het Duilsche volk kan alleen dan sterk en verzekerd zijn, als het overwint en van de overwinning in poli tiek en economisch Opzicht partij trekt. Als ivij alleen „volhielden", zooals hier al zoo dikwijls gezegd is, zou dit niet beletten, dat het Duitsche volk, voor afzienbaren tijd verlamd, zich naar de toekomst voortsleepte. Het is hoog tgd, dat men overal in Duitsck- kind goed begrijpt, dat bet thans een be slissend tijdstip in het leven van bet Duit sche rijk en volk geldt. Zulke uren komen gewoonlijk niet tweemaal. Daarom' mag de gelegenheid van dit uur met verknoeid wor den en daarom is het noodig, dat het Duit se!» rijk zich, tegen Engeland in, zijn we reldpositie schept „Deze vraagstukken zijn de ernstigste en beslissendste, voor welke een volk geplaatst kan worden. In Duitsehland moet men bij hun beoordeeling het groote van het kleine, het wezen van den schijn weten te onder scheiden en genoeg wilskracht bezitten, om do middelen te kiezen en te gebruiken, die aan het groote doel beantwoorden." Aldus graaf Reventlow. De „Vorwarts" antwoordt hem: „Inderdaad,is de beslissing in deze kwestie voor het Duitsche volk waar schijnlijk van ontzaglijko beteekenis voor de toekomst. Maar met denzelfden nadruk als graat Reventlow bepleiten wij een overeen stemming in do eerste plaats met de mogend heden van het Westen, met Engeland en klankrijk. Wij' zijn overtuigd, dat zulk een overeenstemming, die 111 'de buitenlandsch© en de binnenlandse!» politiek noodzakelijk zekere consequenties mee zou moeten bren gen, voor de economische en politieke ont wikkeling van Duitsehland een buitengewoon heuglijke beteekenis zou hebben. Het poli tieke isolement van Duitsehland zou er eindelijk door verminderen. Het oorlogsge vaar zou er in de toekomst kleiner door worden en een juist door de burgerlijke imperialisten voorspeld tijdperk van oor- logsvenvikkelingen in de wereld zoodoende waarschijnlijk vermeden worden." Merkwaardig is, dat do „Vorwarts" dit nu alles vrij uit mag schrijven. Het is tellig een bewijs van een verslapping van Duitsche censuur, waarvoor ook andere aanwijzingen in de Duitsche pers zijn te vinden. Een gedachtenwisseling als boven staande nadert reeds zeer een debat over het doel van den oorlog, dat zoo lang ver boden is geweest Dixinuidei). Ludwig Gaughofer schrijft in liet „Ham burger Fremdenblatf' over het verwoeste Hixmuiden o.a. Het is nog niet mogelijk een beschrijving te geven, hoe deze verwoesto stad er int riet. Ik wil daartoe dan ook geen poging doen. In de puinhoopenstraat, die naar het raadhuis voert, kunnen geen menschen meer boven den grond wonen. De laatste mwoner van Dixmuid-en is reeds lang ge vlucht. Onze reserves, die hier moeten blij ven, huizen in de gewelfde kelders. En om m deze duisternis wat licht te hebben, baalden de soldaten uit c3e verwoeste hui- zeil de nog niet gebroken spiegels, alle glimmende stukken iblik en gepolijst hout en maakten deze in schuine richting vast voor de keldergaten, waar zij nu als reflec toren van het licht dienst doen. De puinhoopstraat is leeg. Af en toe ziet men een Duitschen soldaat uit een kelder gat kruipen en in een ander verdwijnen. Ik kom aan een ruïne, die in October nog een prachtig gotisch stadhuis was. Wat er nu nog van staat, kan ik niet zeggen, zoo onzinnig ziet het er uit. In het houten geraamte, dat er van het dak nog over ge bleven is, steekt een slank, sierlijk toren tje, met den voet naar boven, de punt naar beneden. En niet ver daarvan is een raadsel van de~ mechanica te aanschouwen. Een groote granaat van honderden ponden, die een balk van het dak vernielde zonder te ontploffen, is langs het dak gerold en dwars over een plank, niet dikker dan een vuist, in evenwicht blijven liggen. Trillen de muren, tengevolge van een-ontploffing, dan schommelt de granaat wat heen en weer en zweeft dan weer kalm in de lucht. Over het marktplein loopt een verlaten loopgraaf met een muur van straatsteen en. En een puinhoop, die vroeger een mooi huis was, is veranderd in een .geweldigen kra ter van een Duitschen granaat. Ik had in .Brugge prenbriefkaarten ge kocht van Dixmuidcn, zooals het vroeger was. En ik zit in een hoekje van het markt plein op een steenhoop en vergelijk de prenten van vroeger met het beeld van thans. Zij lijkon op elkaar als een huis op een graf, de dood op het leven. Waar is do prachtige gotische kerk? Is soms de de krankzinnige ruïne, die uitsteekt achter de puinhoopen van het raadhuis, deze kerk? Is dat de prachtige kerk geweest? En ter wijl ik zoo zit, stil en treurig, en steedb weer kijk naar het gruwelijke tuoneel Van vernieling, hoor ik hoog in de lucht het knetterende geruisch van een vliegmachi ne. Anders keek ik onmiddellijk in de lucht, zooclra ik dit geluid hoorde. Maar wat maal ik nu om een vliegmachine? Steeds weer moet ik nu kijken naar dit gruwelijke ding, dat eens een kerk, een raadhuis en een mooi plein was. Een officier zegt me, dat ik van d-ez© plaats weg moet gaan, daar de vlieger ons gezien heeft. Even later zijn we in een an doren hoek. En achter ons, juist bij den steenhoop, waar we daareven zaten, kraakt cu dondert het. En de steenhoop vliegt uit elkaar. Hu zijn we in de loopgraven, bij den dijk van de Yr-er. De stelling is niet in den grond, gegraven, doch loopt over uen boga- nen grond. Ze wordt tegen dien vijand be schermd door steen en zandzakken. Ze loopt door huizen 'en tuinen, door een to ren, over een brug, door een kapel. Juist zooals het in do middeleeuwen was. Zoo moet het er in de zestiende eeuw uitgezien hebben bij de verdediging van een stad of een fouroht. Alleen de kleeren en do wapens zijn nu een beetje anders. Ik kijk door do schietspleet van een stalen schild en zie het water van de Yzer, waarin de blauwe lucht zich spiegelt. Ik zie de vijandelijke stelling, die slechts dertig meter van de onze ligt en die op dezelfde wijze gemaakt is uit steen cn zandzakken. Uit de schietspleten steken de stalen ge- weerloopen. Boven de vijandelijke borst wering steken de puinhoopen uit. Sedert den morgen zijn een paar lïonderd granaten op de puinhoopen van Dixmuiden gevallen. Zij hebben geen le vend wezen kwaad gedaan. Zij wroetten alleen een paar clooden uit hun graven. Wat nieuws ter zee te wachten? Do correspondent van do „Daily Mail te Bern zegt vernomen te hebben, dat de Duit schors weer een datum noemen waarop ter zeo groote gebeurtenissen zullen beginnen. Van gisteren af zouden zij do duikbootblok- kade van Engeland veel afdoender maken. Ze* zou aan een aantal personen boven den militairen leeftijd, die aanstalten maakten om zich naar Engeland te begeven, medege deeld zijn, dat zij haast moesten maken, aangezien zij 11a Maandag weieens, ten gc- volgo van het gebruik van nieuwe duikboo- ten, niet meer in staat zouden zijn, Engeland to bereiken. Van deze duikbooten, van een nieuw type, moeten er nu elke week twee te water gelaten worden. Vermoedelijk hebben enkele van die nieuwe bodems reeds zee gekozen. Nadert do Oorlog zijn Einde? Do correspondent van „De Tijd" t e Keulen schrijft: „Er wordt in den j'ongsten tijd meer in de pers toegelaten dan de censuur nog eenigen tijd geleden raadzaam achtte. Alleen de provinciale pers geeft zich nog over aan de bekende uitingen van haat tegen Engeland. In conservatieve kringen moedigt men echter een verzoenende stemming jegens Engeland aan, daar het toch vroeg of laat met dat land tot een vrede moet komen, die gebruikt zal wor den om Rusland in toom te houden. Aan het bezet houden van België na den oorlog wordt in geen bevoegde kringen ernstig gedacht, al wacht men zich zorg vuldig, deze gedachte uit te spreken. Eer wij echter enkele weken verder zijn, kan men op dit punt verrassende meeled eelin- gen tegemoet zien. Het schijnt, dat men zich eerst, thans in het buitenland ernstig rekening begint te .geven van de houding, welke Duitsehland van den beginne af heeft aangenomen, en waarop het telkens den nadruk heeft gelegdHet Duitsche Rijk ondernam den hem opgedrongen oor log niet uit veroveringszucht, doch slechts uit afweer en ter bescherming van zijn nationaal bestaan. Zoodra dit bestaan aan het Duitsche Rijk en zijn koloniën duurzaam wordt gewaarborgd, kan het oorlogsdoel als bereikt worden be schouwd",: VredeskBanken. Er wordt in den laatstcn tijd in de Ver- eenigde Staten veel over den vrede ge sproken, zegt de correspondent van de „Times" te Washington. Telegrammen uit Washington spreken over de mogelijke vre desvoorwaarden en de bladen wijdden hier aan beschouwingen. Volgens den correspon dent vonden al die vredesklanken oorsprong by de Duitsche diplomatie. De „New-York Times," die meent dat de tegenwoordige omstandigheden nog geenvre- desbeschouwingen toelaten, schrijft: Waar om echter zouden de oorlogvoerenden geen vrede sluiten en dat wel nu? Duitsehland kan nu hetero voorwaarden bedingen dan later. Zijn soldaten staan op vijandelijk ge bied in Rusland, Frankrijk en België en zijn eigen gebied is vrijwel vrij van vijanden. Ieder die op de hoogte is van vredesonder handelingen weet wat dat beteekent- Waar schijnlijk zou het- uiterste wat van Duitseh land verkregen kan worden het herstel van België zijn. Maar do geallieerden zullen Duitsehland in een hoek willen dringen totdat het niet alleen in de groot-ste schadeloosstelling die het Europa kon betalen,zou toestemmen in zijn ontwapening maar in nog meer. Dat zou echter -een politiek van bloed en vernieling zijn en verantwoordelyke staats lieden in-Engeland, Frankrijk en Rusland zouden tegenover de wereld nooit gerecht vaardigd zijn, als zij deze politiek volgden. De Duitschers terugdringen uit België en Frankrijk tot de verdedigingsliniën aan den Rijn, zou het leven kosten aan een half millioen menschen, wellicht aan een mil- licen. En milliarden zouden er voor moe ten worden uitgegeven. De rNew-1ork Times" meent dan verder dat als Duitsehland verklaart bereid te zrjn voor den vrede te onderhandelen, de geal lieerden bereid zullen zyn te luisteren, om dat zij immers niet vechten uit oorlogs- lust, maar alleen, omdat, naar ze meenen, Duitsehland hun den oorlog opdrong, zoo dat ze gaarne in zullen gaan op de& eerste aanwijzing dat de vijand bereid is vrede te sluiten. De „Times"-correspondent merkt op, dat ent de algemeene Amerikaansche opvatting is. De Oeeoïioiiiische Oorlog. De voormalige correspondent van de ,,Sc- colo" te Berlijn, dip tien jaren in Duitseh land hoeft gewoond, geeft er een verkla ring van, hoe dit rijk-op zijn crediefc leeft, en zich in geldelijk opzicht nog staande houcüt, dank zij de persen van de Reiehs- bank, dio aan een stuk door bankbiljetten drukken; „maar als men het „kwartiertje van Rabelais", niet langer zal kunnen uit stellen, dan zullen wij een catastrophe/ bij wonen, waarnaast de militaire en politie ke rampen slccht3 bagatellen zullen blij ken. Duitsehland blijft zich nog overeind hou den door een gerechtelijk decreet, waarbij aan handelaars, in staat van faillissement gelast wordt, hun winkels en magazijnen open te houden, tot aan het einde van den oorlog. Het zal het uithouden tot oogen blik, daarop alles tegelijk ineen zal stor ten. Deze natie gaat haar ondergang tege moet, door de schuld van haar bestuurders en onderwijzers, zoo besluit de oud-„Seco- lo"-correspondent, maar voor de vrijheid en de toekomst van Europa is het volstrekt noodzakelijk, dat Duitsehland verpletterd wo rat. De Guerre Sociale" beschouwt den fi- nancieelen toestand van j^uiuschland aan de hand van documenten der „ISociété Suis se de Crédit". Het blad doet uitkomen, dat het Franscho bankbiljet van 100 franc te Geneve 104 franc doet, terwijl het biljet van 100 mark 1125 franc), slechts afnemers vindt tegen 109.V5 ^ranc. Verder merkt, het blad op, dat de aandeelen van de Badische Ani- lin- und Sodafabi-'"- g. m. b. H., die als de beste belegging m Duitsehland bekend staan, en vóór den oorlog 6200 mark waard waren, op clit oogenblik door notarissen op minder dan 3000 mark worden vastge steld, en ten slotte, dat do 3 pCfc. Duitsche Staatsschuld op het. oogenblik voor ~- franc verhandeld wordt, dat is precies de koers, waartoe de Fransche Staatsschuld was gedaald in het slechtste tijdperk van den oorlog van 1870. Bij onze Oostelijke Buren. Een correspondent van het „Hbld." aan de Oostgrens schrijft: Do geheelo wolvoorraad, welke in Duitsehland aanwezig is, d.w.z. alle wol, die sedert 1 October 1914 is geschoren of nog geschoren moet worden, onverschillig of dbze zich nog op de schapen, bij de eige naars dezer dieren of in opslagplaatsen be vindt, is thans op last der generale opper bevelhebbers in beslag genomen. Den T2en April j.l. heeft het ministerie van oorlog de bestemming dezer wol aangewezen. Het verbod van wederverkoop der in beslag ge nomen wol is zooverre gewijzigd, dat zij thans wel aan leveranciers voor het leger mag verkocht worden, maar ook aan dezen alleen. Yóór 1 Augustus a-s. moet do ge heel© wolvoorraad 1914/1915 in Duitsehland in eigendom! aan de fabrikanten, die wollen goederen voor heb leger fabriceeren, zijn overgegaan. Hot dragen van wollen kou sen e.d. door de burgerlijke bevolking zal diu wel spoedig tot de vrome wenschen be lmoren. Knoeierijen rn cJen wolhandel zijn nu ook buitengesloten. 't Is hier nog met zoozeer de duurte als wel de sehaarschte aan het eerste voedings middel, het brood, dat de burger- en min- dergegoede bevoilang drukt. Trouwens, welk artikel gaat bij onze buren niet in. prijs stijgen! Thans hebben weer alle aan gesloten vereemgingea van den Eijn-West- faalsche Bandijzer-Biettorij Bond c.s. be paald, dat do prijzen van bandijzer met 10 mark per ton worden verhoogd c-n gebracht op 150 mark jier ton, ingaande 15 April; voor fijne blikwaren stijgt de prijs met 15 mark per ton. Alles een gevolg van do steeds duurder wordende werkkracufcen, zeggen de directies. De oorlogstijd is dus zeer zeker een dure tijd. Daarom, weg met overtollige weelde. Dat donken zeer zeker ook cb spoorweg directies, daar ze de afzonderlijke honden compartimenten in de treinen hebben afge schaft. 'tGeld voor dergelijke luxe kan im mers voor betere doeleinden besteed wor den Hoe Duitsche Brieven den toestand schilderen. Op Duitsche soldaten gevonden en in En geland officieel gepubliceerde brieven ge ven een donkere voorstelling van den toe stand. Een brief uit'Neuthal, in Posen, zegt: „Ge vraagt n ar hot adre^ va i B Hij was in het hospitaal, maar zij hebben hem zoo juist, gedeeltelijk hersteld, weer naar het front teruggezonden. Zijn arm is nog steeds gezwollen en hij kan dien niet gebruiken. Er moet een tekort aan manschappen zijn en zij schijnen hein dringend noodig te heb ben, waar zij hem in dien toestand hebben teruggezonden. Dit is niet het eenige geval. Ik weet, dat iemand, die aan het been ge wond was, naar het fronc is teruggezonden, .ofschoon hij nauwelijks loopen kon. Do oorlog drukt steeds zwaarder. De arme bakkers zijn er het slechtst aan toe; het oorlogsbrood moet 48 uur oud zijn en iedere bakker mag slechts een bepaalde hoe veelheid verkoop en en moet op bepaalde uren bakken, 's nachts in liet geheel niet. Met de kasteleins is het juist zoo. De voe dingsmiddelen worden met den dag duurder en sjooedig zal er geen vleesch of spek meer zrjn. Het is te hopen, dat de oorlog een einde neemt." De volgende uittreksels zrjn afkomstig uit' Beieren: „Ik geloof, dat onze gelukkigste dagen nu voorbij zijn. Er heerscht overal bittere ellende; de eenige wensch is die naar vrede. Wij beginnen nu den druk van den oorlog te gevoelen. Go zult reeds gehoord hebben, dat de vervloekte Engelschen trachten ons uit te hongeren. Onze graanvoorraden zrjn reeds opgenomen; men zegt, dat er slechts genoeg is voor een half pond brood per dag voor elk persoon en dat is zeker niet. veel, maar wij moeten er mes toekomen." Er is een aanmerkelijk verschil tusschen 'den toon in bovenstaande brieven en in die van vroegeren datum, zooals de volgende uit Netsehraa van 18 November 19l4: „De oorlog is iets verschrikkelijks, maar hij moet volgehouden worden. Ik twijfel er niet aan, dat wij met Gods hulp de over winning zullen behalen, maar in elk geval zullen wij niet rusten vóór de Engelschen hun gerechte straf hebben ontvangen, want zij alleen hebben den vrede verstoord. Ieder soldaat zal van woede vervuld zyn tegen deze gehate Engelsche zwynhonden en de laatste legerorder van den Beierschen kroon prins laat geen twijfel over, of de Engel schen moeten volkomen verslagen zrjn." Ter Vervanging van door Duitschers getorpedeerde Schepen. De heer Le Guales de Mezaubar, presi dent Van do „Brittany Shipowners' Asso ciation," heeft, volgens een Reuter-telegram, 'den Franschen minister van marine voor gesteld, 0111 ieder getorpedeerd schip van 'de geallieerden, te doen vervangen door een Van de 278 Duitsche vaartuigen, die thans in Fransche havens gedetineerd zijn. De scheepseigenaars van Hamburg en Bremen zouden er dan wel bij hun regeering op aandringen, cm een dergelijke wijze van oorlogvoeren te staken. De minister beloofde het plan in overwe ging te zullen nemen, maar verklaarde, dat hij eerst dienaangaande met de Britsche re geering in overleg moest treden. ACADEMIENIEUWS. Amsterdam. Naar „De Tel." ver neemt, acht do medisch© faculteit der ge meentelijke universiteit, het in het belang van het hooger medisch onderwijs ge- wenscht, de voorstellen, ter vervulling van di vacature-prof. J. Winkler, door het cura torium aan B. en W. gedaan, ongewijzigd te handhaven. FAILLISSEMENTEN. M. van der Welle, koopman, te Kolhorn. L. Levie, koopman in tabak, te Dieren. J. P. Burgers, bakker en winkelier en koopman, te Weurt, gemeente Beuningen. B. Hendriks, slager, t-o Doesburg. A. Govaers, timmerman, te Zevenberg- schen Hoek, gemeente Zevenbergen. B. Bos, schoenmaker, te Appingedam. G. L. Kcnbeek, meubelmaker. Den Haag. K. Huisman, te Den Haag. J. van Oei, kapper, te Scheveningen. M. Hagenaar, koopma-n in fruit, te Am sterdam. I. van der Hal, Vleeschhouwer, te Am sterdam. H. Nijhof, schoen winkelier, Amsterdam., SÏO 0 M VA A RT-M IJ. NE D ERLA ND. „Calcutta", (thuisreis) verfcr. 19 April v. Port-Said. „Java", (uitreis) vertr. 19 April: van Suez. „Karimata" (thuisr.) arriv. 19 April te Suez. „Karimoen", (uitr.) arriv. 19 April te Singapore. „R-otti," (uitreis) is 17, April Point de Galle gepasseerd. „Vondel", (uitreis), arriv. 19 April te Batavia. „Banka' (uitreis) vertrok 19 April van Gravesend. „Rembrandt" (thuisreis) vertrok 20 April van Sabang. ROTTERDAMSCRE LLOYD. Ceylon", van Baltimore naar Rotterdam', is 17 April in de Downs geankerd. „Djebres" vertrok 18 April van Batavia naar Rotter dam. „Kediri" (uitreis) arriv. 19 April te Paclang. „Palembang" van Rotterdam naar, Norfolk, is 20 April Dungeness gepass. „Ben galen", arriv. 19 April van- Rotterdam 'te Immingham. HOLLA N D-A M ERIK A-LIJ N „Blöt-berg", van New-York naar Rotter dam, pass. 19 April PraWlepoint. „Helena", arriv. 19 April van Rotterdam te New-York. „Oosterdijk", van New-York is 19 April bij' Deal geankerd. „Richard", naar New-York, is 19 April, Scilly gepass. „Sioterdijk," naar Havana, is 19 April Scilly gepass. „Vard," arriv. 18 April van Rotterdam te New-York. „Potsdam", arriv. 20 April van New-York te Rotterdam. KON. ROLL. LLOYD. „Esperanca", vertr. 18 April van N.-Or- leans naar Rotterdam. „Et-na", arriv. 19 April van Amsterdam te Buenos-Ayr es. „Tu- bantia" (uitreis), vertrok 20 April van San tos. rZeelandia" (uitrei.^ vertrok }9 April van Vigo. Vraag: Mijnheer en Mevrouw leven ge scheiden, doch nog niet wettelijk. Op 3 I Maart werd ik door mevrj aangenomen, buiten mijnheera kennis. Toen hij. clit later vernam ontsloeg hij mij tegen 20 Maart, met 6 weken loon plus 2 weken, waarvoor ik al gewerkt had. Drio dagen later kwam ik op mevrouws verzoek weder terug en verricht mijn ge wone bezigheden. Nu ei-s oh t mevr. van mij, dat ik voor dat ontvangen loon zal werken tot 8 Mei, en dat dan opnieuw mijn loon in gaat, heeft mevrouw daar recht op? A n t w oor d: Inclien gij door mijnheer ontslagen rijt en hij u de wettelijke schade vergoeding heeft betaald, is uw betrekking afgeloopen. Komt gij.opnieuw in dienst-, dan begint een nieuwe betrekking. Het loon voor deze nieuwe betrekking zult gij van Me vrouw moeten verwachten. Of gij echter, in clat geval dubbel loon wilt opstrijken is een zaak, die gij voor u zelf moet uitmaken. Vraag: Kan door windschade aan glas en dakpannen, veroorzaakt door niet ge noegzame vastlegging der dakpannen van' een aangrenzend buis, schadevergoeding worden geëischt, wanneer zulks met getui gen bevestigd kan worden? Antwoord: Neen, daar zouden wij maar niet aan beginnen. Vraag: Bestaat er ook een middel om! een Clivia, weïlke in negen jaar tijd bloem noch stek voortbracht-, weder in staat to brengen, dat deze weer. bloemen en stekjes voortbrengt? Antwoord: Zeer waarschijnlijk heeft uw C-li.il b:hOvfte am nieuwen grond. Vooral bij planten geldt het „voor wat hoort wat". Gij kunt haar nu reeds verplanten, Is do plant bijzonder groot, dan neemt, gij haar niet uit den pot, maar tracht de oude aarde er, zooveel mogelijk met een houtje uit te krab ben. Anders geeft gy een groot-eren pot en dan een die slechts zooveel grooter is, dat do oude er juist in past, vooral niet grooter. Gij' maakt een mengsel van goede blad^ aarde, desnoods voedzamen tuingrond cd zand, benevens een flinke hoeveelheid ouden koemest. Zorg voor de noodige scherven op den bodem van den pot, zoodat overtollig giet- water steeds af kan vloeien. Het lijdt geen twijfel, dat zoodoende uw Clivia, is het dan niet dit jaar, dan toch stellig wel vol gend jaar bloeien zal en hoogstwaarschijnlijk' wel uitloopers zal vormen. Vraag: Den 19den Sept. 1914 overleed er iemand, die mij een som geld vermaakte, uit te keeren binnen vier maanden na dien datuni. Nu is het bijna al drie maanden geleden en als ik bij den notaris kom, dan scheept hij mij telkens af, door byv. te zeg gen: „Wil je 't verderop zoeken, ga je gang! Ik heb liet niet!" Wat moet ik nu daarmede aan? Antwoord: Dat is moeilijk te zeggen, zonder daarvan iets naders tö weten. Weet u zeker, dat de man by zijn overlijden vol doende kapitaal had tot uitkeering van liet bedrag u toegedacht? Men belooft wel 'eens meer, dat men niet heeft! Dat moest u eens weten. Is u belanghebbende by den boedel,- dan kunt u daarvan een afschrift vragen, dio gegeven moet worden. Anders maar een ad vocaat in den arm nemen, als 'tde moeité waard is! - - J* -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 9