Ob £urepeesohe Oorlog.
No. 10916
TYoensdag SI .A_p>i*il.
3L>erde JBIacI. A0 1S15.
STOOMVAARTLIJNEN.
Vragen e» Antwoorden.
liEIDSCI
DAGBLAD
X
Do voornaamste vijand: Engeland
of Rusland?
Do „Vorwarts" vestigt de aandacht er op,
dat do conservatieve pers voortgaat, Enge
land als den voornaamsten vijand vah
Duitsehland af te schilderen en onderwijl
blijkbaar op een overeenstemming met Rus
land aanstuurt.
Zoo betoogt dex„Kreuzztg.", dat zij er
niets tegen heeft om Rusland als den brand
stichter te bestempelen, „maar dat Engeland
de brandstof opgestapeld, met petroleum
begoten, den brandstichter de fakkel in de
Jiand gegeven en die hand bestuurd heeft."
Koe men ook over het Russische gevaar
moge denken, men mag niet vergeten, dat
Engeland er op uit is, Duitsehland to ver
nietigen en zrpi concurrentie in de wereld
en op zee onschadelijk te maken.
De „Vorwarts" toekent bij dit artikel aan,
dat de „Kreuszztg." blijkbaar niet voldoende
aangaande de stemming in Engeland inge
licht is. De „Vorwarts" meent, dat Enge
land het doel van den oorlog bereikt zal
l achten als België's zelfstandigheid en het
I herstel van Fr.ankrijks grens gewaarborgd
werd. Engeland is daartegenover, volgens
do „Vorwarts", blijkbaar bereid, vergoedin
gen op koloniaal gebied te verschaffen.
Maar de conservatieve pers wil zulk een
denkbeeld zelfs niet in overweging nemen.
Graai Reventlow ziedt, zegt de „Vorwarts",
van verontwaardiging, als hij die plannen
critiseert In de „Deutsche Tagesztg." ver
klaart hij zich met grooten nadruk tegen
elko overeenstemming met Engeland, voor
dit land volkomen overwonnen is. M. a. w.
hij wil geen schikking, maar onderwerping
van Engeland.
„De toekomst van het Duilsche volk kan
alleen dan sterk en verzekerd zijn, als het
overwint en van de overwinning in poli
tiek en economisch Opzicht partij trekt. Als
ivij alleen „volhielden", zooals hier al zoo
dikwijls gezegd is, zou dit niet beletten,
dat het Duitsche volk, voor afzienbaren tijd
verlamd, zich naar de toekomst voortsleepte.
Het is hoog tgd, dat men overal in Duitsck-
kind goed begrijpt, dat bet thans een be
slissend tijdstip in het leven van bet Duit
sche rijk en volk geldt. Zulke uren komen
gewoonlijk niet tweemaal. Daarom' mag de
gelegenheid van dit uur met verknoeid wor
den en daarom is het noodig, dat het Duit
se!» rijk zich, tegen Engeland in, zijn we
reldpositie schept
„Deze vraagstukken zijn de ernstigste en
beslissendste, voor welke een volk geplaatst
kan worden. In Duitsehland moet men bij
hun beoordeeling het groote van het kleine,
het wezen van den schijn weten te onder
scheiden en genoeg wilskracht bezitten, om
do middelen te kiezen en te gebruiken, die
aan het groote doel beantwoorden."
Aldus graaf Reventlow. De „Vorwarts"
antwoordt hem: „Inderdaad,is de beslissing
in deze kwestie voor het Duitsche volk waar
schijnlijk van ontzaglijko beteekenis voor de
toekomst. Maar met denzelfden nadruk als
graat Reventlow bepleiten wij een overeen
stemming in do eerste plaats met de mogend
heden van het Westen, met Engeland en
klankrijk. Wij' zijn overtuigd, dat zulk een
overeenstemming, die 111 'de buitenlandsch©
en de binnenlandse!» politiek noodzakelijk
zekere consequenties mee zou moeten bren
gen, voor de economische en politieke ont
wikkeling van Duitsehland een buitengewoon
heuglijke beteekenis zou hebben. Het poli
tieke isolement van Duitsehland zou er
eindelijk door verminderen. Het oorlogsge
vaar zou er in de toekomst kleiner door
worden en een juist door de burgerlijke
imperialisten voorspeld tijdperk van oor-
logsvenvikkelingen in de wereld zoodoende
waarschijnlijk vermeden worden."
Merkwaardig is, dat do „Vorwarts" dit
nu alles vrij uit mag schrijven. Het is
tellig een bewijs van een verslapping van
Duitsche censuur, waarvoor ook andere
aanwijzingen in de Duitsche pers zijn te
vinden. Een gedachtenwisseling als boven
staande nadert reeds zeer een debat over het
doel van den oorlog, dat zoo lang ver
boden is geweest
Dixinuidei).
Ludwig Gaughofer schrijft in liet „Ham
burger Fremdenblatf' over het verwoeste
Hixmuiden o.a.
Het is nog niet mogelijk een beschrijving
te geven, hoe deze verwoesto stad er int
riet. Ik wil daartoe dan ook geen poging
doen.
In de puinhoopenstraat, die naar het
raadhuis voert, kunnen geen menschen
meer boven den grond wonen. De laatste
mwoner van Dixmuid-en is reeds lang ge
vlucht. Onze reserves, die hier moeten blij
ven, huizen in de gewelfde kelders. En om
m deze duisternis wat licht te hebben,
baalden de soldaten uit c3e verwoeste hui-
zeil de nog niet gebroken spiegels, alle
glimmende stukken iblik en gepolijst hout
en maakten deze in schuine richting vast
voor de keldergaten, waar zij nu als reflec
toren van het licht dienst doen.
De puinhoopstraat is leeg. Af en toe ziet
men een Duitschen soldaat uit een kelder
gat kruipen en in een ander verdwijnen.
Ik kom aan een ruïne, die in October nog
een prachtig gotisch stadhuis was. Wat er
nu nog van staat, kan ik niet zeggen, zoo
onzinnig ziet het er uit. In het houten
geraamte, dat er van het dak nog over ge
bleven is, steekt een slank, sierlijk toren
tje, met den voet naar boven, de punt naar
beneden. En niet ver daarvan is een raadsel
van de~ mechanica te aanschouwen. Een
groote granaat van honderden ponden, die
een balk van het dak vernielde zonder te
ontploffen, is langs het dak gerold en
dwars over een plank, niet dikker dan een
vuist, in evenwicht blijven liggen. Trillen
de muren, tengevolge van een-ontploffing,
dan schommelt de granaat wat heen en
weer en zweeft dan weer kalm in de lucht.
Over het marktplein loopt een verlaten
loopgraaf met een muur van straatsteen en.
En een puinhoop, die vroeger een mooi huis
was, is veranderd in een .geweldigen kra
ter van een Duitschen granaat.
Ik had in .Brugge prenbriefkaarten ge
kocht van Dixmuidcn, zooals het vroeger
was. En ik zit in een hoekje van het markt
plein op een steenhoop en vergelijk de
prenten van vroeger met het beeld van
thans. Zij lijkon op elkaar als een huis op
een graf, de dood op het leven. Waar is
do prachtige gotische kerk? Is soms de
de krankzinnige ruïne, die uitsteekt achter
de puinhoopen van het raadhuis, deze kerk?
Is dat de prachtige kerk geweest? En ter
wijl ik zoo zit, stil en treurig, en steedb
weer kijk naar het gruwelijke tuoneel Van
vernieling, hoor ik hoog in de lucht het
knetterende geruisch van een vliegmachi
ne. Anders keek ik onmiddellijk in de
lucht, zooclra ik dit geluid hoorde. Maar
wat maal ik nu om een vliegmachine?
Steeds weer moet ik nu kijken naar dit
gruwelijke ding, dat eens een kerk,
een raadhuis en een mooi plein was.
Een officier zegt me, dat ik van d-ez©
plaats weg moet gaan, daar de vlieger ons
gezien heeft. Even later zijn we in een an
doren hoek. En achter ons, juist bij den
steenhoop, waar we daareven zaten, kraakt
cu dondert het. En de steenhoop vliegt
uit elkaar.
Hu zijn we in de loopgraven, bij den dijk
van de Yr-er. De stelling is niet in den
grond, gegraven, doch loopt over uen boga-
nen grond. Ze wordt tegen dien vijand be
schermd door steen en zandzakken. Ze
loopt door huizen 'en tuinen, door een to
ren, over een brug, door een kapel. Juist
zooals het in do middeleeuwen was. Zoo
moet het er in de zestiende eeuw uitgezien
hebben bij de verdediging van een stad
of een fouroht. Alleen de kleeren en do
wapens zijn nu een beetje anders.
Ik kijk door do schietspleet van een
stalen schild en zie het water van de Yzer,
waarin de blauwe lucht zich spiegelt. Ik zie
de vijandelijke stelling, die slechts dertig
meter van de onze ligt en die op dezelfde
wijze gemaakt is uit steen cn zandzakken.
Uit de schietspleten steken de stalen ge-
weerloopen. Boven de vijandelijke borst
wering steken de puinhoopen uit.
Sedert den morgen zijn een paar
lïonderd granaten op de puinhoopen van
Dixmuiden gevallen. Zij hebben geen le
vend wezen kwaad gedaan. Zij wroetten
alleen een paar clooden uit hun graven.
Wat nieuws ter zee te wachten?
Do correspondent van do „Daily Mail te
Bern zegt vernomen te hebben, dat de Duit
schors weer een datum noemen waarop ter
zeo groote gebeurtenissen zullen beginnen.
Van gisteren af zouden zij do duikbootblok-
kade van Engeland veel afdoender maken.
Ze* zou aan een aantal personen boven den
militairen leeftijd, die aanstalten maakten
om zich naar Engeland te begeven, medege
deeld zijn, dat zij haast moesten maken,
aangezien zij 11a Maandag weieens, ten gc-
volgo van het gebruik van nieuwe duikboo-
ten, niet meer in staat zouden zijn, Engeland
to bereiken. Van deze duikbooten, van een
nieuw type, moeten er nu elke week twee
te water gelaten worden. Vermoedelijk
hebben enkele van die nieuwe bodems reeds
zee gekozen.
Nadert do Oorlog zijn Einde?
Do correspondent van „De Tijd" t e
Keulen schrijft:
„Er wordt in den j'ongsten tijd meer in
de pers toegelaten dan de censuur nog
eenigen tijd geleden raadzaam achtte.
Alleen de provinciale pers geeft zich nog
over aan de bekende uitingen van haat
tegen Engeland. In conservatieve kringen
moedigt men echter een verzoenende
stemming jegens Engeland aan, daar het
toch vroeg of laat met dat land tot een
vrede moet komen, die gebruikt zal wor
den om Rusland in toom te houden.
Aan het bezet houden van België na den
oorlog wordt in geen bevoegde kringen
ernstig gedacht, al wacht men zich zorg
vuldig, deze gedachte uit te spreken. Eer
wij echter enkele weken verder zijn, kan
men op dit punt verrassende meeled eelin-
gen tegemoet zien. Het schijnt, dat men
zich eerst, thans in het buitenland ernstig
rekening begint te .geven van de houding,
welke Duitsehland van den beginne af
heeft aangenomen, en waarop het telkens
den nadruk heeft gelegdHet Duitsche
Rijk ondernam den hem opgedrongen oor
log niet uit veroveringszucht, doch slechts
uit afweer en ter bescherming van zijn
nationaal bestaan. Zoodra dit bestaan
aan het Duitsche Rijk en zijn koloniën
duurzaam wordt gewaarborgd, kan het
oorlogsdoel als bereikt worden be
schouwd",:
VredeskBanken.
Er wordt in den laatstcn tijd in de Ver-
eenigde Staten veel over den vrede ge
sproken, zegt de correspondent van de
„Times" te Washington. Telegrammen uit
Washington spreken over de mogelijke vre
desvoorwaarden en de bladen wijdden hier
aan beschouwingen. Volgens den correspon
dent vonden al die vredesklanken oorsprong
by de Duitsche diplomatie.
De „New-York Times," die meent dat de
tegenwoordige omstandigheden nog geenvre-
desbeschouwingen toelaten, schrijft: Waar
om echter zouden de oorlogvoerenden geen
vrede sluiten en dat wel nu? Duitsehland
kan nu hetero voorwaarden bedingen dan
later. Zijn soldaten staan op vijandelijk ge
bied in Rusland, Frankrijk en België en zijn
eigen gebied is vrijwel vrij van vijanden.
Ieder die op de hoogte is van vredesonder
handelingen weet wat dat beteekent- Waar
schijnlijk zou het- uiterste wat van Duitseh
land verkregen kan worden het herstel van
België zijn.
Maar do geallieerden zullen Duitsehland
in een hoek willen dringen totdat het niet
alleen in de groot-ste schadeloosstelling die
het Europa kon betalen,zou toestemmen
in zijn ontwapening maar in nog
meer. Dat zou echter -een politiek van bloed
en vernieling zijn en verantwoordelyke staats
lieden in-Engeland, Frankrijk en Rusland
zouden tegenover de wereld nooit gerecht
vaardigd zijn, als zij deze politiek volgden.
De Duitschers terugdringen uit België en
Frankrijk tot de verdedigingsliniën aan den
Rijn, zou het leven kosten aan een half
millioen menschen, wellicht aan een mil-
licen. En milliarden zouden er voor moe
ten worden uitgegeven.
De rNew-1ork Times" meent dan verder
dat als Duitsehland verklaart bereid te zrjn
voor den vrede te onderhandelen, de geal
lieerden bereid zullen zyn te luisteren, om
dat zij immers niet vechten uit oorlogs-
lust, maar alleen, omdat, naar ze meenen,
Duitsehland hun den oorlog opdrong, zoo
dat ze gaarne in zullen gaan op de& eerste
aanwijzing dat de vijand bereid is vrede
te sluiten.
De „Times"-correspondent merkt op, dat
ent de algemeene Amerikaansche opvatting is.
De Oeeoïioiiiische Oorlog.
De voormalige correspondent van de ,,Sc-
colo" te Berlijn, dip tien jaren in Duitseh
land hoeft gewoond, geeft er een verkla
ring van, hoe dit rijk-op zijn crediefc leeft,
en zich in geldelijk opzicht nog staande
houcüt, dank zij de persen van de Reiehs-
bank, dio aan een stuk door bankbiljetten
drukken; „maar als men het „kwartiertje
van Rabelais", niet langer zal kunnen uit
stellen, dan zullen wij een catastrophe/ bij
wonen, waarnaast de militaire en politie
ke rampen slccht3 bagatellen zullen blij
ken.
Duitsehland blijft zich nog overeind hou
den door een gerechtelijk decreet, waarbij
aan handelaars, in staat van faillissement
gelast wordt, hun winkels en magazijnen
open te houden, tot aan het einde van den
oorlog. Het zal het uithouden tot oogen
blik, daarop alles tegelijk ineen zal stor
ten.
Deze natie gaat haar ondergang tege
moet, door de schuld van haar bestuurders
en onderwijzers, zoo besluit de oud-„Seco-
lo"-correspondent, maar voor de vrijheid en
de toekomst van Europa is het volstrekt
noodzakelijk, dat Duitsehland verpletterd
wo rat.
De Guerre Sociale" beschouwt den fi-
nancieelen toestand van j^uiuschland aan
de hand van documenten der „ISociété Suis
se de Crédit". Het blad doet uitkomen, dat
het Franscho bankbiljet van 100 franc te
Geneve 104 franc doet, terwijl het biljet van
100 mark 1125 franc), slechts afnemers vindt
tegen 109.V5 ^ranc. Verder merkt, het blad
op, dat de aandeelen van de Badische Ani-
lin- und Sodafabi-'"- g. m. b. H., die als de
beste belegging m Duitsehland bekend
staan, en vóór den oorlog 6200 mark waard
waren, op clit oogenblik door notarissen
op minder dan 3000 mark worden vastge
steld, en ten slotte, dat do 3 pCfc. Duitsche
Staatsschuld op het. oogenblik voor ~-
franc verhandeld wordt, dat is precies de
koers, waartoe de Fransche Staatsschuld
was gedaald in het slechtste tijdperk van
den oorlog van 1870.
Bij onze Oostelijke Buren.
Een correspondent van het „Hbld." aan
de Oostgrens schrijft:
Do geheelo wolvoorraad, welke in
Duitsehland aanwezig is, d.w.z. alle wol,
die sedert 1 October 1914 is geschoren of
nog geschoren moet worden, onverschillig
of dbze zich nog op de schapen, bij de eige
naars dezer dieren of in opslagplaatsen be
vindt, is thans op last der generale opper
bevelhebbers in beslag genomen. Den T2en
April j.l. heeft het ministerie van oorlog de
bestemming dezer wol aangewezen. Het
verbod van wederverkoop der in beslag ge
nomen wol is zooverre gewijzigd, dat zij
thans wel aan leveranciers voor het leger
mag verkocht worden, maar ook aan dezen
alleen. Yóór 1 Augustus a-s. moet do ge
heel© wolvoorraad 1914/1915 in Duitsehland
in eigendom! aan de fabrikanten, die wollen
goederen voor heb leger fabriceeren, zijn
overgegaan. Hot dragen van wollen kou
sen e.d. door de burgerlijke bevolking zal
diu wel spoedig tot de vrome wenschen be
lmoren. Knoeierijen rn cJen wolhandel zijn
nu ook buitengesloten.
't Is hier nog met zoozeer de duurte als
wel de sehaarschte aan het eerste voedings
middel, het brood, dat de burger- en min-
dergegoede bevoilang drukt. Trouwens,
welk artikel gaat bij onze buren niet in.
prijs stijgen! Thans hebben weer alle aan
gesloten vereemgingea van den Eijn-West-
faalsche Bandijzer-Biettorij Bond c.s. be
paald, dat do prijzen van bandijzer met 10
mark per ton worden verhoogd c-n gebracht
op 150 mark jier ton, ingaande 15 April;
voor fijne blikwaren stijgt de prijs met 15
mark per ton. Alles een gevolg van do
steeds duurder wordende werkkracufcen,
zeggen de directies.
De oorlogstijd is dus zeer zeker een dure
tijd. Daarom, weg met overtollige weelde.
Dat donken zeer zeker ook cb spoorweg
directies, daar ze de afzonderlijke honden
compartimenten in de treinen hebben afge
schaft. 'tGeld voor dergelijke luxe kan im
mers voor betere doeleinden besteed wor
den
Hoe Duitsche Brieven den toestand
schilderen.
Op Duitsche soldaten gevonden en in En
geland officieel gepubliceerde brieven ge
ven een donkere voorstelling van den toe
stand.
Een brief uit'Neuthal, in Posen, zegt:
„Ge vraagt n ar hot adre^ va i B Hij was
in het hospitaal, maar zij hebben hem zoo
juist, gedeeltelijk hersteld, weer naar het
front teruggezonden. Zijn arm is nog steeds
gezwollen en hij kan dien niet gebruiken.
Er moet een tekort aan manschappen zijn
en zij schijnen hein dringend noodig te heb
ben, waar zij hem in dien toestand hebben
teruggezonden. Dit is niet het eenige geval.
Ik weet, dat iemand, die aan het been ge
wond was, naar het fronc is teruggezonden,
.ofschoon hij nauwelijks loopen kon.
Do oorlog drukt steeds zwaarder. De
arme bakkers zijn er het slechtst aan toe;
het oorlogsbrood moet 48 uur oud zijn en
iedere bakker mag slechts een bepaalde hoe
veelheid verkoop en en moet op bepaalde
uren bakken, 's nachts in liet geheel niet.
Met de kasteleins is het juist zoo. De voe
dingsmiddelen worden met den dag duurder
en sjooedig zal er geen vleesch of spek
meer zrjn. Het is te hopen, dat de oorlog
een einde neemt."
De volgende uittreksels zrjn afkomstig uit'
Beieren:
„Ik geloof, dat onze gelukkigste dagen
nu voorbij zijn. Er heerscht overal bittere
ellende; de eenige wensch is die naar vrede.
Wij beginnen nu den druk van den oorlog
te gevoelen. Go zult reeds gehoord hebben,
dat de vervloekte Engelschen trachten ons
uit te hongeren. Onze graanvoorraden zrjn
reeds opgenomen; men zegt, dat er slechts
genoeg is voor een half pond brood per
dag voor elk persoon en dat is zeker niet.
veel, maar wij moeten er mes toekomen."
Er is een aanmerkelijk verschil tusschen
'den toon in bovenstaande brieven en in die
van vroegeren datum, zooals de volgende
uit Netsehraa van 18 November 19l4:
„De oorlog is iets verschrikkelijks, maar
hij moet volgehouden worden. Ik twijfel er
niet aan, dat wij met Gods hulp de over
winning zullen behalen, maar in elk geval
zullen wij niet rusten vóór de Engelschen
hun gerechte straf hebben ontvangen, want
zij alleen hebben den vrede verstoord. Ieder
soldaat zal van woede vervuld zyn tegen
deze gehate Engelsche zwynhonden en de
laatste legerorder van den Beierschen kroon
prins laat geen twijfel over, of de Engel
schen moeten volkomen verslagen zrjn."
Ter Vervanging van door Duitschers
getorpedeerde Schepen.
De heer Le Guales de Mezaubar, presi
dent Van do „Brittany Shipowners' Asso
ciation," heeft, volgens een Reuter-telegram,
'den Franschen minister van marine voor
gesteld, 0111 ieder getorpedeerd schip van
'de geallieerden, te doen vervangen door een
Van de 278 Duitsche vaartuigen, die thans
in Fransche havens gedetineerd zijn. De
scheepseigenaars van Hamburg en Bremen
zouden er dan wel bij hun regeering op
aandringen, cm een dergelijke wijze van
oorlogvoeren te staken.
De minister beloofde het plan in overwe
ging te zullen nemen, maar verklaarde, dat
hij eerst dienaangaande met de Britsche re
geering in overleg moest treden.
ACADEMIENIEUWS.
Amsterdam. Naar „De Tel." ver
neemt, acht do medisch© faculteit der ge
meentelijke universiteit, het in het belang
van het hooger medisch onderwijs ge-
wenscht, de voorstellen, ter vervulling van
di vacature-prof. J. Winkler, door het cura
torium aan B. en W. gedaan, ongewijzigd
te handhaven.
FAILLISSEMENTEN.
M. van der Welle, koopman, te Kolhorn.
L. Levie, koopman in tabak, te Dieren.
J. P. Burgers, bakker en winkelier en
koopman, te Weurt, gemeente Beuningen.
B. Hendriks, slager, t-o Doesburg.
A. Govaers, timmerman, te Zevenberg-
schen Hoek, gemeente Zevenbergen.
B. Bos, schoenmaker, te Appingedam.
G. L. Kcnbeek, meubelmaker. Den Haag.
K. Huisman, te Den Haag.
J. van Oei, kapper, te Scheveningen.
M. Hagenaar, koopma-n in fruit, te Am
sterdam.
I. van der Hal, Vleeschhouwer, te Am
sterdam.
H. Nijhof, schoen winkelier, Amsterdam.,
SÏO 0 M VA A RT-M IJ. NE D ERLA ND.
„Calcutta", (thuisreis) verfcr. 19 April v.
Port-Said. „Java", (uitreis) vertr. 19 April:
van Suez. „Karimata" (thuisr.) arriv. 19
April te Suez. „Karimoen", (uitr.) arriv. 19
April te Singapore. „R-otti," (uitreis) is 17,
April Point de Galle gepasseerd. „Vondel",
(uitreis), arriv. 19 April te Batavia. „Banka'
(uitreis) vertrok 19 April van Gravesend.
„Rembrandt" (thuisreis) vertrok 20 April
van Sabang.
ROTTERDAMSCRE LLOYD.
Ceylon", van Baltimore naar Rotterdam',
is 17 April in de Downs geankerd. „Djebres"
vertrok 18 April van Batavia naar Rotter
dam. „Kediri" (uitreis) arriv. 19 April te
Paclang. „Palembang" van Rotterdam naar,
Norfolk, is 20 April Dungeness gepass. „Ben
galen", arriv. 19 April van- Rotterdam 'te
Immingham.
HOLLA N D-A M ERIK A-LIJ N
„Blöt-berg", van New-York naar Rotter
dam, pass. 19 April PraWlepoint. „Helena",
arriv. 19 April van Rotterdam te New-York.
„Oosterdijk", van New-York is 19 April bij'
Deal geankerd. „Richard", naar New-York,
is 19 April, Scilly gepass. „Sioterdijk," naar
Havana, is 19 April Scilly gepass. „Vard,"
arriv. 18 April van Rotterdam te New-York.
„Potsdam", arriv. 20 April van New-York te
Rotterdam.
KON. ROLL. LLOYD.
„Esperanca", vertr. 18 April van N.-Or-
leans naar Rotterdam. „Et-na", arriv. 19
April van Amsterdam te Buenos-Ayr es. „Tu-
bantia" (uitreis), vertrok 20 April van San
tos. rZeelandia" (uitrei.^ vertrok }9 April
van Vigo.
Vraag: Mijnheer en Mevrouw leven ge
scheiden, doch nog niet wettelijk. Op 3
I Maart werd ik door mevrj aangenomen,
buiten mijnheera kennis. Toen hij. clit later
vernam ontsloeg hij mij tegen 20 Maart, met
6 weken loon plus 2 weken, waarvoor ik al
gewerkt had.
Drio dagen later kwam ik op mevrouws
verzoek weder terug en verricht mijn ge
wone bezigheden. Nu ei-s oh t mevr. van mij,
dat ik voor dat ontvangen loon zal werken
tot 8 Mei, en dat dan opnieuw mijn loon in
gaat, heeft mevrouw daar recht op?
A n t w oor d: Inclien gij door mijnheer
ontslagen rijt en hij u de wettelijke schade
vergoeding heeft betaald, is uw betrekking
afgeloopen. Komt gij.opnieuw in dienst-, dan
begint een nieuwe betrekking. Het loon voor
deze nieuwe betrekking zult gij van Me
vrouw moeten verwachten. Of gij echter,
in clat geval dubbel loon wilt opstrijken is
een zaak, die gij voor u zelf moet uitmaken.
Vraag: Kan door windschade aan glas
en dakpannen, veroorzaakt door niet ge
noegzame vastlegging der dakpannen van'
een aangrenzend buis, schadevergoeding
worden geëischt, wanneer zulks met getui
gen bevestigd kan worden?
Antwoord: Neen, daar zouden wij
maar niet aan beginnen.
Vraag: Bestaat er ook een middel om!
een Clivia, weïlke in negen jaar tijd bloem
noch stek voortbracht-, weder in staat to
brengen, dat deze weer. bloemen en stekjes
voortbrengt?
Antwoord: Zeer waarschijnlijk heeft
uw C-li.il b:hOvfte am nieuwen grond. Vooral
bij planten geldt het „voor wat hoort wat".
Gij kunt haar nu reeds verplanten, Is do
plant bijzonder groot, dan neemt, gij haar niet
uit den pot, maar tracht de oude aarde er,
zooveel mogelijk met een houtje uit te krab
ben. Anders geeft gy een groot-eren pot en
dan een die slechts zooveel grooter is, dat
do oude er juist in past, vooral niet grooter.
Gij' maakt een mengsel van goede blad^
aarde, desnoods voedzamen tuingrond cd
zand, benevens een flinke hoeveelheid ouden
koemest.
Zorg voor de noodige scherven op den
bodem van den pot, zoodat overtollig giet-
water steeds af kan vloeien. Het lijdt geen
twijfel, dat zoodoende uw Clivia, is het
dan niet dit jaar, dan toch stellig wel vol
gend jaar bloeien zal en hoogstwaarschijnlijk'
wel uitloopers zal vormen.
Vraag: Den 19den Sept. 1914 overleed
er iemand, die mij een som geld vermaakte,
uit te keeren binnen vier maanden na dien
datuni. Nu is het bijna al drie maanden
geleden en als ik bij den notaris kom, dan
scheept hij mij telkens af, door byv. te zeg
gen: „Wil je 't verderop zoeken, ga je
gang! Ik heb liet niet!" Wat moet ik nu
daarmede aan?
Antwoord: Dat is moeilijk te zeggen,
zonder daarvan iets naders tö weten. Weet
u zeker, dat de man by zijn overlijden vol
doende kapitaal had tot uitkeering van liet
bedrag u toegedacht? Men belooft wel 'eens
meer, dat men niet heeft! Dat moest u eens
weten. Is u belanghebbende by den boedel,-
dan kunt u daarvan een afschrift vragen, dio
gegeven moet worden. Anders maar een ad
vocaat in den arm nemen, als 'tde moeité
waard is! - - J* -