6e Eurepeesclie Oorlog. Steuncomité - Oorlogstoestand 1914. i n. fr'OrULlSATlEC. EVOLCEfJ. Men meldt uit. Doeiinchcm: Van do N.Y. Houthandel, voorheen (J. J. Hcfcsfcing, alhier, zijn tweo c/er drie direc.teu- Iren sinds de mobilisatie ïccds onder do wa- penen; beiden als gewoon milicien. Naar aanleiding van de minist-erieclo be te chikking, dat- aan de belangen der industrie zooveel mogelijk moest woTden tegemoet ge komen, bad een dezer directeuren geen groot verlof, doch slechts overplaatsing naar Her aangevraagd. Hij niet-inwilliging van dit verzoek, zou de directie zich genoodzaakt 'zien, een groot- deel van het personeel te ontslaan. Op het request werd echter afwijzend be- fechikt-, waarop nu mei ingang van 20 Fcbr. as. 25 van de circa 40 arbeiders tijdelijk zijn ontslagen, met de bijvoeging, dat ze weer aangenomen zullen worden zoodra do directie daartoe in staat wordt gesteld. Slechts het hoogstnoodige personeel voor 't uitvoeren der bestellingen is in dienst 'gehouden. De overigen zullen 6traks door de weinige inschikkelijkheid der militaire autoriteiten den zwaren gang naar 't steun comité moeten doen. UITVOER VAN BOERENKOOL. Tegenwoordig wordt meer en meer boe- trcnkool naar Duitschland uitgevoerd. Giste- tren werden 10 wagonladingen uit het noor delijk deel van Haarlemmermeer verzonden. Een opheldering voor onze huisvrouwen, waarom de kool schaarsah en duur wordt. VER SO EEN KLEI-UITVOER UIT DUITSCKLAKD. Men meldt uit S wal men (L.): De acht dalcpannenfabrieken hier ter plaatse zullen dit jaar waarscidjnlijk riet kunnen werken, daar do Duitsche regeering het vervoer van kled over haar grens ver boden heeft-, zoodat do daar gedolven klei grond niet naar hier vervoerd kan worden. Tot heden was (lit toegestaan, natuurlijk voorzien van de noodige papieren ,.Scheinen stempels, enz., maar plotseling is er oen verbod gekomen, ofschoon niemand er aan leiding too gegeven heoft. Eigenaardig is het nog, dat deze terreinen, liggend op Duitsehen bodem, eigendom der gemeente Swalmen zijn. Het is te hopen, dat de Nederlandscho re- gcering stappen zal doen bij bot Duitsche gouvernement, om den geregel den aanvoer te verkrijgen, daar anders vijfhonderd arbei ders broodeloos zullen worden. EEN NEDERLANDSCHE HELDIN. De dochter van de familie K., te Weert, 'die met- een thans in het Belgische leger ptrijdenden Brusselaar getrouwd is, heeft het volgende van haar wedervaren meegedeeld Nadat de Buitschers Brussel hadden_be- zet, werd het mij te benauwd in die stad, waar ik geen bericht over mijn man ont ving. Xk ging naar Nederland om t-e trachten daar iets over hem te vernemen. Het bleek pij al spoodig, dat hij niet onder do ge- interneerden was, waarom ik besloot naar Engeland te gaan. De zeereis was wel niet iiangcnaam en de Engolsche taai ben ik niet machtig, maar gclultkig ontmoette ik te Lenden een verpleegster van het Roode Kruis, die Fransch verslond. Ze Help me voort en door onze nasporingen kwamen yvo tot dc overtuiging, dat mijn man ziéh niet dn Engeland bevond. Ik stak dus het Kanaal over naar Boulogne. Daar wist iemand mij de plaats te noemen, vaar de generale staf zich be vond. Ik ging er heen cn men zei mij' daar, dat mijn man nog leefde en zelfs nic-t ge wond was. ZoocLra hij werd afgelost, mocht ik hem bezoeken. Drie uren later had ik hem dan eindelijk gevonden, al was het bedekt met vuil en modder. Dat waren onvergetelijke oogenblik< ken, waarover ik niet veel behoef te ver tellen. hlijn man was tot onderofficier bevorderd, wat ik niet zou bemerkt hebben als bij' zijn strepen niet bad schoongeveegd en afgekrabd trier weken lang ben ik daar gew-oest, vlak achter het front. In een kelder mocht ik voor de compagnie van mijn man koken. Op den duur werd het er echter te warm, vioor de lievige kanonuades van dien Dutsch. Ik wou niet heengaan, maar mijn man wilde het-. "Van eenige Belgische jongens kreeg ik geld, zoodat ik, „met het be.wijs van mijn man, een aardig sommetje bij mekaar kreeg. Daarmede heb ik den terugtocht aanvaard over Engeland. Nu ga ik naar den consul om een pas naar BrusseL Daar zal ik Idee- ren en ondergoed halen, zooveel ik dragen kan en dan .ga ik weer gauw naar mijn van de modder. x Het hinderlijke van Ton Hiiidenburg's Populariteit. E-cnigen tijd geleiden deelden we mede, dat stapels brieven, groeten, gel uk wens eken en geschenken, door vereerders van Ven Kin den burg aan den generaal gezonden werden. Het Saksische ministerie vanBin- nenlandscbe Zaken heeft, om deze belang stelling, die hinderlijk voor'den generaal werd, tegen te gaan, de volgende verkla ring gedaan: -„Met verbazing' moet worden vastgesteld, dat de doellooze schrijverij naar liet ooste lijke hoofdkwartier reeds bijna tot een soort sport is aangegroeid. Zeker zal niemand er iets tegen hebben, dat bij ex caption sele ge vallen of bijzonder feestelijke gelegenheden de groote veldmaarschalk schriftelijk ge huldigd wordt. Wanneer echter een stam tafel hem op een briefkaart er van in kennis stelt, dat zooeven op zijn gezondheid ge dronken is, of een kegelclub hem mede deelt, dat,- volgens een besluit van de ver- eeniging, zijn portret gekocht moet wor den, dan is dat onverantwoordelijk. Want de man, die aan de oostgrens voor ons de wacht houdt, mag met zulke nietighe den niet lastig gevallen worden. Welken omvang liet misbruik heeft aangenomen, blijkt uit de uitlating van ü-en adjudant van den maarschalk, die kort en bondig ■zeide: „Het is vreesdijk." En als verdeii verluidt, dat de beklagenswaardige hoe ren zich i-ederen dag door een berg papier moeten heen worstelen, die tot aan de zol dering' reikt, dan mag men toch wel ver wachten, dat hieraan een einde moet ko men. Ieder moet bedenken, hoevoel ar beidskracht hier verbruikt wordt, die be ter voor vaderlandslievende doeleinden be steed zou zijn. Wie den veldmaarschalk zijn dankbaarheid wil bewijzen, die doe het zoo, dat hij de militaire successen aan de grenzen, door vertrouwen, eensgezind heid en spaarzaamheid in het land zelf steunt. Daarover zal Von Hindenburg zich meer verheugen, dan over een wagen an sichten dagelijks." Do Economische toestand van Bïiitschland. De Duitsche bladen geven de laatste da gen verbazend veel artikels over den econo- mischcn toestand. Een der laatste nummers van de „Vossische Zeitung" bevat niet minder tian zeven artikelen van dezen aaird, ■over broodkaarten, klachten tegen bak kers, medische qritieken ,op het oorlogs- brood, 'een beroep op tie boehen,- om, na'dat de oogst geëindigd is, nog eens een va- lezing op de aardappelvelden te houden, om de aardappelen, die toevallig achter gebleven zijn, te verzamelen, protesten te gen den verhoogden bierprijs, het bijeen brengen van koren- en meelvoorraden. en een besluit van den bond van restauratie houders, om van Zaterdag af, betaling te vragen voor het brood, dat in 'de restau rants verschaft wordt. In Berlijn wordt het publiek ook vefr- zocht,' voor zoover mogelijk, aardappelen in plaats van brood te vragen. De volgende bekendmaking zal eerst daags in de restaurants te Berlijn opge hangen worden. Xan de bezoekers 1 -„De nieuwe regeling, den len Februari 1915 van kracht geworden, die de con sumptie van bakkerswaren op driekwart van het vroegere da gelijkscha gebruik stelt, heeft de hotelhouders ongelukkiger wijze gedwongen, ten einde aan deze rege ling te voldoen, van alle klanten v-oor de bakkerswaren, die hen bij de maaltijden verschaft worden, betaling te vragen. Wij verzoeken onzen bezoekers, rnet het oog op den ernst dezer tijden, dezen noodzakclij- ken maatregel te begrijpen en ei: zich naar te schikken." Verschillende bekwame geneeslieeren hebben geconstateerd, dat het corlogs- brood sturingen in de spijsvertering ver wekt. Bovendien moet het schadelijk zijn voor lijders aan suikerziekte. Een dokter dringt er op aan, een commissie in te stellen, om de zaak te onderzoeken. In Duitschland zal in het voorjaar veel meer land met graan bebouwd worden dan anders, om het rijk voor uithongering te bewaren. In de streek van Hammelburg bijv.,- hebben de boeren reeds in het najaar een derde godcel te van hun land meer met tarwe 'en rogge bezaaid, tian in vroegere jaren. Nu heeft men ook voorgesteld, om te Hammelburg het exercitie terrein, dat in oorlogstijd toch maar voor een klein ge deelte gebruikt wordt, te ontginnen. Daar heeft men geen kunstmest op noodig. Het plan is, om de krijgsgevangenen uit een na burig kamp op de nieuwe akkers te la ten verken. Malversatie door Duitsche Militairen. Uit Leuven verneemt de „Tel." het vol gende Maandagmiddag werden hier op tie com- mandantur twee Duitsche militaire betaal meesters gevangengenomen en naar Brus sel gebracht. Het geval verwekte groot op zien. Beide militairen waren Hor gezren,- zij genoten veler sympathie. Geen der mili tairen, zoowel officieren als minderen, wil de inlichtingen verstrekken. Bij toeval heb ik de reden van deze arrestatie vernomen. Beide onderofficieren hebben zich groote sommen toegeëigend uit de middelen, die ter inwisseling van de bons voor de ge meenten van het generaal gouvernement waren afgezonden. Eenige bcerei kwamen bij den burgemeester hun beldag doen, dat een kwart van dc waarde der bons werd ingekort, wat voor sommigen een be drag beteckcn.de van 300 en meer franc: De burgemeesters stelden den provincialen gouverneur hiervan in kennis, waarop een onderzoek werd ingesteld, met het bekende resultaat. Dc Bescherming van het Cor tegen het Kanongebulder. „The Medical Record", het bekende Amerikaansohe arteenblad, rekent ondor de klein© ooilogsgevallen ook de „scha de", dio thet gehoor lijdt door het kanon gebulder. Do redactie van het. tijdschrift meent, dat heb van belang is, op de veel vuldig voorkomende verschijnselen van doofheid op het slagveld eens goed de aandacht te vestigen. De schrijver van het artikel gelooft 'hij schijnt ervaring te hebben op dit gebied dat na een lang artillerie-duel het een waar wonder is, wanneer het gehoor van een der mansohap- pen nog even goed functioneert als voor het gevecht. In het algemeen hebben de ooren er ontzettend door geleden, en do diverse militaire medische autoriteiten zijn er dan ook van overtuigd, dat liet al leszins wenschelijk is ,hct oor vóór den slag tegen het kanongebulder to bescher men. Maar hoe 1 De Jantjes van de Oostelndische Corrrpa- ny, hielden indertijd hun mond open, als het kanon afgevuurd zou worden, en dit is tegen de kanonnendoofheid dan ook altijd een goede remedie geweest. Maar wanneer men dat niet gewend is, is het even moei lijk den mond open te houden, als het voor een man met een verstopten neus is, den mond te 6luit«n. Vroeger, toen het op zoo'n oorlogsschip nog meer gemoedelijk tooging, en zelfs het koksmaatje wist, wan neer er gevuurd zou worden, ging hot. Maar thans heeft ieder zijn werk aan boord, en de kanonnen vuren dikwijls on verwachte. Zoo is men ertoo gekomen, hulpmiddelen too to passen, waardoor de mond open zou blijven. Reeds door prui men schijnt dit soms bereikt, te worden. Men hoeft natuurlijk niet juist op tabak te kauwen. Maar een open mond garandeert nog niet dc goede werking van het gehoor na den slag. Onder de 1791 personen, die in den Bussisch-Japanschen oorlog in zee gevechten gewond werden, bevonden zich er 116, waarbij het trommelvlies gespron gen was. Dat is dus 7 pOt. Geen kleinig heid. En toch hadden zoowel de Japanners als de Bussen instructie, den mond geopend te houden. Sedert dien oorlog is men in Japan, waar do militaire geneeskunde zeer hoog staat-, proeven gaan nemen met het prop- penstclsel. Thans worden voor het gcvc-dht aan allo mannen proppen katoen uitge deeld, die in de ooren moeten worden ge stopt. Japan moet met die proppen ka toen goede resultaten bereikt hebben. Edi tor zijn ondanks do proppen toch nog ge vallen van kanonnendoofheid voorgeko men. In 1911 heeft de Britsche Admiraliteit eveneens proeven met oorproppen geno men, op een bijzondere wijs samengesteld. Hierdoor werd echter niet alleen hét ka nongebulder tegengehouden, maar de manschappen waren met dien prop stok doof, en dus nieb geschikt voor den krijg. Gummiproppen en proppen van celluloid le verden minder gunstige resultaten. Ka toen i3 er nog steeds het meest geschikt voor, maar deze stof sluit alleen dan goed af, wanneer ze stevig in het oor wordt gestopt, zoodat ze er niet gemakkelijk is uit te kalen. Dat is dus een bezwaar. Zoo'n katoenen prop zit dus lastig, hindert voort durend, en bovendien blijft ze niet lang steriel. q In allo landen worden tie proefnemingen met de proppen voortgezet), en bij het vele ontzettende, hetwelk do oorlog 1914 ver oorzaakt, kan hij hier goeds stichten. Want een goede prop zou ook voor ke»j tclsmedcn, ijzerwerkers, spoorwegperso-' nee', enz. aan te bevelen zijn, waar nu! eveneens dikwijls op lateren leeftijd een beroopsciooiheid moet worden geconsta teerd, het gevolg-van het lawaai tier ma- cliincs, het leven van de stoomfluit of heb gedreun van den stoomhamer. („Vox Medicorum"). 0 Zes Maanden Verlies en Winst. Dc Russische „Rjetsj" heeft uitgerekend welke de respectieve verliezen en winsten, in grondgebied der strijdende partijen zijn,, gedurende de eerste zes maanden van den oorlog en meent te kunnen aantooncn, dat de balans, alles welbeschouwd, sterk naaj} de zijde der geallieerden overslaat. De verliezen van Duitschland aan kolo* niaal gebied, bodragen 21.959.324 vierkante wersten, waartegenover een winst staat van 76.947 vierkante wersten, opgeleverd, door Id-e bezette gedeelten van België/ Vlaanderen, Frankrijk en tic streek aan gene zijde van den Weiohsel. De actio van Engeland in Egypte ontrooft den Sub tan van zijn souverciniteir over een gob-jcd van 920.000 vierkante wersten. Het blad wijst verder op de noodzaken lijkheid, zich steeds te herinneren, dat do tijd aan de zijde der geallieerden is, als tegengif tegen ongeduld en zenuwachtigs beid. Met defence zal Engeland zijn rniri li-oen vrij wil li gors naar het front zenden,? terwijl Rusland, hoe langer 'de oorlog tiuurtj des te meer gelegenheid zal krijgen, orr* zijn onuitputtelijke kracht te ontplooien. Ondanks zijn wanhopige inspanning, zal Duitschland met de grootste moeite tel kampen krijgen bj het doorworstelen van de zomermaanden tot aan tien nieuwen oogst. Het feit, dat wij tien tijd aan onze zijde hebben, verklaart dc langzaamheid orw zer oorlogvoering, die weliswaar geen schift terende overwinningen belooft, maar daar* cnlegen het lijden van onherstelbare vciji liezen ook buitensluit. i Wat E.\-Prcsident Boosevclt schrijft. Ex-president Roosevelt heeft oen bcekjé doen verschijnen, getiteld „Why Americk- slioul join the allies''. (Waarom A.mcrikaf de tijde der geallieerden moet laezsea). Hij gaat van het standpunt uit, dat, daal? de Yercenigde Staten onder zijn presidente schap de Haagse he conventies hebben on J er- teekend, Amerika daarom nu ook gebonden is, zich daaraan te houden. Die overeen* komsl-cn verboden de schending van neu* fraai gebied, de vervroostingen op de manier zooals Leuven, Dinant cn andere plaatsen die ondergingen, het opleggen van zward geldelijke straffen cn de strenge maatregelen tegenover de burgerbevolking, het neerwer pen van bommen en het bombardeeren van niet gefortificeerde steden. Al die schendingen van dc conventies jzijn thans door Duitschland gedaan. Wanneer ik schrijft Boosevclt maar een oogenblik had kunneh veronderstellen, dat het onder-! tcckenen dier Haagscho conventies niets an* ders beteckendo clan o:-n vrome wensch, dien' eiken Staat kon in den steek laten, dan zou ik do Vereenigde Staten nooit veroorloofd hebben aan zulk een misdadige komedie meo to doen. De heer Boosevclt bepleit dan een inter* nationaal gerecht van beschaafde S laten, die gezamenlijk m oe t c n gar an d earm do oim schendbaarheid van eiken Staat. Iedere na* tie moet zich daarbij verplichten, om met gebruikmaking van haar militaire macht, op tc treden, togen- elke andere natie, dis deze overeenkomst schenden wil. WIE EB GEHOLPEN WORDEN. AJs de rivier buiten haar oevers treedt, komen do kaaimans boven water. Toen de oorlogstoestand pas wa3 ingetreden cn een paniek zich van de meeste menschen meester had gemaakt, dio tot de zonderlingste en meesh dwaze handelingen leidde, doch ook dc besten onder de met aardschc goederen gezegenden de handen ineen deed slaan, om gereed te zijn den dreigenden nood in veler lei vorm te lenigen, toen hebben de van lie hand in den tand en bij voorkeur van gegeven brokken levenden, die er, helaas, bog in alle plaatsen, doek in de grootste bevolkingscentra het meest gevonden .worden, van een goeden tijd gedroomd. Er werden Steuncomités opgericht, daar door werden groote sommen geschonken, en Waren deze en wa3 dat geld niet in de rste plaats voor hen, die dan toch het inst weerstandsvermogen hadden, nu de aatechappelijke storm dreigend opstak Daar zaten ze in „De Graan beurs", in frijen, de meest haveloozen, toen het Leid- iBche Steuncomité in de eerste Augustus dagen de inschrijvingen voor steun opende. Bekende gezichten, die men aan het §tation, door het Stadhuis, op de bruggen aan de Haven dagelijks ziet, gereed om, als er Iets is te verrichten, waar wat extra mee valt te verdienen en waarvan als het een maal verdiend is (de besten niet te na gesproken) een doel, soms het grootste deel fin de kroeg wordt omgezet in een borrel. Vlug waren ze er bij. Haveloozer dan ianders, zagen zij er uit en met een dee lmoedig gcdegenheidsgezicht traden ze uit Idc rijen te voorschijn en sloften naar <fe 'tafel, waar de heeren zaten om ]ien in tc schrijven voor de „bedeeling". Zo moes ten immers het medelijden opwekken en hoe !m»>n dit doet, weten de menschen van het (Vak immers het best. Het Comité heeft hun klachten aange hoord, hun namen en woonplaatsen inge schreven. Men^ heeft, sekuur a!s het Comité lis. zo nog niet allen over één kam ge schoren. Wel heetten ze allen losse arbei ders, maar zij zijn verdeeld geworden fin do groepen A: paupers en B: losse sjouwers, voddenkooplui en derge. lijken. Do moeste paupers, die zicli aanmeldden, Werden afgewezen, anderen kwamen aleohts in aanmerking voor de uitdceling van het eten, door de militairen overgelaten. Zoo bleef men ook in dezen getrouw aan de bekende ministerieel© uitspraak, dat er geen honger mag worden geleden. Onder groep B. waren ook verscheidene personen, die meer of minder regelmatig 's winters onderstand hebben van armbe sturen. Men heeft zc echter niet afgewezen, omdat ook zij ongetwijfeld door den por- logstocstand in minder goede conditie 2ijn gekomen. Het onderzoek, door het Comité inge steld, zou daarvan menig treffend bewijs kunnen geven. Tusschen dc maatschappelijke „paria's" en de anderen, die daar oven boven uitsteken, zaten er anderen; mannen met vaalbleeks gezichten en verouderde trekken, en gebogen vrouwen, die den frisschen blos heb. ben verloren vóór den tijd; hun aantal was nog niet zoo groot en ze voelden hier zich ook minder goed thuis, gewend -als zij wa ren ld oor een toni gen arbeid in hun dage- lijkseh bestaan to voorzien. Zc zaten met het hoofd voorover, alsof ze zich schaamden, hier to moeten zitten en met loomen tred gingen ze naar do tafel, waar ook hun namen werden ingeschreven. Het speet hun wel, zoo verontschuldigden zij zich, hier te moeten komen, maar nu de fabriek twee of drie dagen in do weck was gesloten (mocht het daarbij blijvenwas het loon niet toereikend voor het weke- lijkscli onderhoud, en daarom moesten ook zij een beroep doen op het Steuncomité. Dit waren de „fabrieksarbeiders", waarvan Leiden er zoovel cn heeft en wier economise!;o toestand in den regel niet van dien aard is, dat ze zelfs maar eenige dagen aan een crisis in het bedrijf weerstand kun nen bierlcn. Zeker, zij waren vooral de mcnsclien, waarvoor het Steuncomité mede weid opgericht, hoewel het met groote vreezo dacht aan het meer of minder al gemeen gedwongen stopzetten der fabrie ken, waardoor zeer zware of Iers zouden wor den gevergd. Gelukkig is het tot dusverre meegevallen, maar deze rubriek eiseht tot op den hni- digen dag toch groote zorg. Als verdwaald tusschen deze twee groe pen, waarbij zij zich niet thuis voelden, zaten hier en daar enkele mannen uit de bouw- en andere vakken. Uit schrik waren vele werken stopge zet, reeds aangenomen karweitjes afge zegd en uitgesteld. Men wist immers niet, wat er nog zou kunnen gebeuren 1 De timmerlieden, metselaars, schilders, stucadoors, kregen plotseling gedaan en waar zij, om welke reden dan ook, geen spaarduitje achter de hand hadden, was er ook voor hen geen andere uitweg dan naar het Steuncomité tc gaan. En wie er toen kwamen, het waren de meest vrij- moedigen, die den zwaren gang, om steun te vragen, het eerst durfden doen. Voor de groep „vakarbeiders" had het Comité veel ruimte open gehouden. In normale tijden hebben in dc wintermaan den velen hunner met seizoen-werkloos heid te kampen, hoe erg zou het nu wol worden Gelukkig is het meegevallen. Er is en blijft meer werk dan men in den aanvang van dc crisis had durven hopen, althans in Leiden. Het Rijk heeft werken in uit voering, de gemeente voert productieve werken uit, al dragen sommigó mede het karakter van werkverschaffing en het^" particulier werk staat gelukkig ook niet stil. De werkloozenfondsen hebben, dank zij den bijslag uit de openbare kas, waartoe Rijk en gemeente samenwerken, meer kunnen doen, dan ha-d kunnen worden verwacht. Wat zouden de fondsen spoedig zijn uit geput, indien ook hier het Rijk er zich niet voorgespannen had. Toch was hier de voorloopige inschrij ving niet dc juiste maatstaf voor het ver volg. Ki kwamen later nog meerderen, die eerst nog op eigen kracht hebben vertrouwd. Men zal deze groep niet kun nen en willen verwijzen naar eenige be deeling. Zij is mede in de eerste plaats aangewezen op steun, zooals die door het Steuncomité wordt verstrekt. Op den achtergrond van deze bonte medelijdenwekkende groepen stonden, schuchter rondkijkend, enkele naar klee ding en uiterlijk hoogst fatsoenlijke juf frouwen, echtgenooten van gemobiliseerde typografen en andere meer intellectueelo vakarbeiders. Men had het haar immers gezegd, dat, nu plotseling het weekloon geheel of gedeeltelijk verviel en de tege moetkoming veel minder bedroeg, het Steuncomité haar zou willen bijstaan. Zou den ze maar niet liever teruggaan Ze voelen zich hier men heeft, men ziet het ook onder de arbeiders, ^roepenstanden niet thuis. Als de nood niet drong, wa ren zo zeker niet gekomen. Op kiesche wijze komt het Comité, dat zijn menschen kent, dezen schuchteren te gemoet en als de groote stroom van paupers, losse arbeiders, fabrfekers en de vele vakarbeiders aan het luwen is, komen zij op den voorgrond en worden hun adres sen genoteerd. Ook voor de gezinnen der gemobiliseer- den heeft het Comité herhaaldelijk een be roep gedaan op de offervaardigheid van hen, die iets kunnen en willen geven voor hun minder bedeelde medemenschen. Maar het denkbeeld, dat het in de eerste plaats voor deze gezinnen zoudo zija, moge een oogenblik hebben bestaan, men heeft het, door de praktijk geleerd, laten varen. Andere gezinnen, waar de geregel de inkomsten minder groot zijn of in het geheel ontbreken, worden zwaarder ge troffen. Toch werd steun geboden aaa verscheidene gezinnen boven dc militaire uitkeering. Ziedaar in ruwe trekken, de onder scheidene maatschappelijke groepen, waar aan reeds van rneetaf steun verleend werd. Bij deze eerste inschrijving is het echter niet gebleven. Er zijn er natuurlijk om verschillende redenen geschrapt. Er waren er, dio door wangedrag (drinken bijv.) hun ondersteu ning verbeurden, anderen, die weder loo- nendon arbeid vonden en voor verdere hulp bedankten, erkentelijk voor hetgeen zo had den genotenmaar tegenover do betrekke lijk weinigen, aan wier zorg 't Comité ziöh kon onttrekken, kwamen er steeds meer deren zich aanmelden en steun vragen. En daarbij ccn nieuwe rubriek, gerangschikt onder het hoofd „zak e n mcnsch en". Kleine kooplieden, winkeliers en patroons voor wie de strijd om het bestaan in deze moeilijke tijdon te zwaar werd, een groep, die niet het minst belangstelling verdient. Kwam er zelfs niet een kunstschilder zijn nood klagen, die geholpen werd 1 Mogelijk, dat bij langen duur der crisis deze rubriek voortaan de grootste stijging zal vertooncn. In de voormiddaguren is het hoofdbureau op dc Broestraat, waar, met het hoofdco- mité een staf van vrijwillige werksters en werkers gestadigen arbeid verricht tot in schrijvingen voor steun geopend. Opmerkelijk, dat het meest de vrouwen zijn, die het in zorg verkeerend gezin repre- senteeren. Toor zoover het gemobiliseerden betreft is dit een natuurlijk verschijnsel cn verklaarbaar, maar waarom komt de werk- looze man niet zelf en wel zijn vrouw, wier taak het is, in het gezin te blijven cn die dus nooit tot werkloosheid .is.jsedoemcL- maar juist bij achteruitgang en gebrek aan het noodige, haar taak het zwaarst voelt. Zou het niet zijn omdat in do arbeiders kringen de vrouw nog het minst is ontwor steld aan het ondergesoliikt-zijn, aan het be ginsel van slaafschiieid Of meent de man, dat zijn vrouw vragen om steun, al is ook elk denkbeeld van be deeling er vreemd aan, niet zwaar valt 9 Een enkel voorbeeld, dat het anders is. Zie daar het proper vrouwtje. Met kloppend hart is zij al een paar maal het groote huis aan do Breestraat, waarin het Steun comité zijn hoofdbureau gevestigd heeft, voorbij geloopen. Zij moest er heen want do noocl drong en haar man zeide dat het niet zijn werk was. Buurvrouw had al weken een mooien bijslag. Zij was tevreden als zo slechts de huur had, de huur dio elke week terug kwam en een weck was zoo gauw om. Eerst hadden ze eigen spaarbankboekje bij kleine beetjes geplunderd, 't Was er nog gauwer afgeraakt dan het er opgekomen was. En toen het op was, had ze haar zuster ge vraagd haar bij te springen. Maar ook dat spaarpot-je was in de huishouding versmol ten. Zoo moest zij wel gaan, wijl haar man zeide het nooit te zullen doen. En zij was gegaan. Zoo dikwijls zij echter voor de brcecle deur van Breestraat 119 stond zonk haar de meed in dc schoenen. Zij zag er anderen binnengaan en weer ver trekken en zelf bleef zo talmen. Eindelijk, nergens in den omtrek bespeurde ze een harer kennissen, eindelijk eloop zo binnen. Bedeesd en naar waarheid vertelde zc haar toestand. Wat viel het haar mee! Vriendelijk werd zij ontvangen en door de aanwezige dames en Comitéledcn op haar gemak gezet. Men had haar begrepen, zooals liet Co mité cn zijn helpsters en helpers, door er varing en door toewijding geleerd, langza merhand allen hadden begrepen, die tot hen kwamen. Do steun volgde en de betrekkelijk klei ne bijdrage, die aan deze zuinige huismoe der wekelijks werd uitgekeerd, doet haar goede werking in het gezin voelen, verlicht de zorg van een zuinige huismoeder cn houdt het gebrek, z-ij het ook fatsoenlijk gebrek, buiten de deur. En dat doet de steun van het Comité in menig gezin. Zegt nu eens, gegoede burgers van Lei den, moet gij niet het Comité blijven sten» nen 1 y.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1915 | | pagina 10