De Eiffopeesche Oorlog. N°. 16310 Zaterdag 12 December, I>erde JBlac! A®. 1914. DAGBLAD Wat de Belgen gedaan hebben. Eon der oorlogscorrespondenten van de f,N. R. Ct." schrijft: Welke beteek-c nis de krachtige tegenstand der Belgen heeft gehad voor den einduitslag vart dezen oorlog, komt eorst nu in volle duidelijkheid aan het licht. Het aantal legercorpsen, dat de Duit- schors reeds gedurende de eerste maand; van den oorlog in het veld hebben gebracht, overtrof verre het aantal, dat men, volgens do bestaande gegevens had kunnen verwach ten. Reeds op 2 Augustus waren er behalve de corpsen van het leger van de eerste li nie niot minder dan 13 reserve-corpsen ge mobiliseerd. Rn zeer kort' daarop konden door de Duitschors reeds geheel gemobili seerde „Ersatz"-corpsen in het vuur wor den gebracht. Daartegenover stond, dat in Frankrijk alleen de mobilisatie van het leger van do eerste linie voldoende snel kon plaats heb ben. Do uitrusting voor de reserve-corpsen was inet voldoende gereed en ook do orga nisatie liet zeer veel te wemschon over. Tijd winnen was dus voor de Franschen hoofd zaak en die tijd werd gewonnen, in de eer ste plaats door den krachtigen weerstand der Belgen, maar ook door de tactiek van generaal Joffre, die door onverwachte of fensieve bewegingen (o. a. op den Fran schen rechtervleugel) de Duitschers dwong hun linkervleugel te versterken on het offen- siof op den linkervleugel on in het centrum, waar toen reeds door hen: do beslissing ge zocht word, te verzwakkon. Sinds dien heefb door de gebeurtenissen in België de slaglirue zich uitgebreid tot aan zee, maar ook, al wat ontbrak aan de uit rusting en organisatie van het geheele Fran- sche leger kon worden aangevuld. Do too- stand is thans zoodanig, dat Frankrijk be schikt over een ontzaglijke reserve en zelfs nog niet eens alle beschikbare mannen on- icr de wapenen heeft geroepen. Toch kan men er op rekenen, dat een de finitieve beslissing op hot westelijk oorlogs- fcooneel nog geruim en tijd op zich zal laten wachten. De taktiek der Franschen is een vari uitputting van den tegenstander en ter wijl de Duitschers herhaaldelijk trachten door een krachtig offensief, dat tienduizen den menschenlevens kost, een beslist voor deel te behalen, gaat Frankrijk voort, steeds nieuwe troepen te vormen. Hetzelfde doet. zooals bekend is, Enge land, maar ook België zit- niet stil en aan het to Havre ge esEgde Belgische ministe rie van oorlog wordt koortsachtig gewerkt. Van het oorspronkelijke Belgische leger zijn thans jiog ongev. GO,000 man in hot vuur. Hieronder zijn ongeveer 15,000 vestingtröe- pen, die aan de V ser ia tweede linie liggen. Het verlies van do Belgen kan worden ge schat op bijna 80,000, waarvan ongeveer Vb gesneuveld zijn. Groot is het getal nieuwe troepen, be staande uib vrijwilligers, jongens van do nieuwe lichtingen en de ongetrouwde Belgen tusschen 20 en 30 jaar. Deze troepen wor den nu reeds eemge maanden geoefend, en deze oefening, die in kampen geschiedt, wordt zeer krachtig aangevat. Voor de uit rusting is uib Engeland afkomstig materieel gebezigd. Tu do bevelvoering van het Belgische le ger zijn grooto wijzigingen gebracht en in het voorjaar zal een geheel nieuw leger van ien minste 200,000 man in het vuur staan. Onder de Belgische troepen heerscht het zelfde vertrouwen als onder de Engelschen en Franschen: dat in de absolute zegepraal, tij liet na langen en hardnekkigeu strijd. Ten slotte: in strijd met sommige berich ten, als zou het Belgische leger thans rust genieten, kan ik met volkomen zekerheid melden dat het overschot van het oude le ger nog steeds in het vuur staat en niet» liever wil dan zelf het laatste stuk Belgisch gbied, dat nog niet door de Duitschers bezet is, verdedigen. Een Charge van de Chasseurs d'Afriquc". Eind November schrijft een corres pondent van d» .Daily Tel." was de buitsebe aanval op hot Noord-Fransche stadje Albert op ziin hoogtepunt. Maar nog is het in handen der geallieer den; dank zij den chasseurs d'Afrique! Toen do fabrieken en andere gebouwen van liet stadje, na ecu dagenlang bombar dement in puin lagen, werd" het tijd voor het' tegenoffensief. Op vijf mijlen afstand, nabij O vil Iers, was een sterke vijandelijke cavalcadoafdecling gesignaleerd, en de Fran- s-;:his staf besloot liet terrein voor de in- lanten'a te doen zuiveren door do cavalerie. De chasseurs d'Afrique kregen de op- racht de Fransche verbindingslijn met Aweluy togen de Pruisische garde-dragoa- uTgg te bescltefmen. s Morgens om negen uur reed de dappero 1 avah-rie op de kleine A mbiselic j>aardjcs 'jen. weg naar Re cord el oj>en nu is con «r chasseurs, die thans in cou hospitaal :'£t, aan het woord: AV ij i*ed en door een bosehje; in eon grep- 1 Jag otui mui in zóó natuurlijke houding, 1 Jn>t was alsof hij sliep. Twee van ons •v-apddn af, en, liet Tichaam omdraaiende. merkten zij dat hot- oen uhlaan" was;, hij kon nog niet lang dood zijn, on wad dwaks door liet hart geschoten. Aangezien geen der onzen nog hier ge weest was, waren wij zeer verbaasd; maar locli bleven wij kalm, en verwachtten met spanning het treffen met de keizerlijke gardo-ruitors. Ongeveer drie kilometer van La B.isselle hielden wij rust, cn de officieren, beraadslaag den onderling. „Laten wij schieten vóór wij chargeeren" zcide de ritmeester van het derde escadron, waartoe ik behoor „Neen", antwoordde de kolonel, „onze or ders zijn precies omschreven", en, zijn sabel trekkende, riep hij uit: ,,Allons mes ©nfante Do kolonel wendde zich in het zadel om, keek ons aan, en, zich in de stijgbeugels op heffende, wenkte hij met de sabel. Het was een gebaar da.t op manoeuvres banaal mogo zijn. maaï op dit oogenblik kroeg het een speciale wijdrog; met donde rende stem riep hij: „Escadrons, garde a vous, pour oharger, eabro main. au trot au galop maTcho De trompetten sebetterden de charge, en de officieren herhaalden de bevelen. Do geest dor mannen was schitterend. Wij allen voelden de bateekenis van het moment en wij reden weg. Onze. kleine paardje© gingen als vanzelf in den galop zij schenen te begrijpen wat er van ben verlangd werd, en de dron kenschap van den strijd hield ons allen be vangen. De afstand tussohon ons en de vijandelijke linies werd kleinerwij zagen hen in een dichte massa, schijnbaar bewegingloos, maar niettegenstaande dat, langzaam op ons toe komende, als in supreme minachting voor onze wild aanstormende horden. Wij kwamen steeds nader, en liiclden de paarden stevig in de hand. De voeten scho ven wij wat vooruit in de beugels, die wij vast tegen den hak duwden; de sporen hield on wij vast aan, on, met de sabel in do linkor., den karabijn in de rechtervuist, kwamen wij snel nader. Toen brak een luide kreet los: „Char ge eren, chargec.re.nl" Wie riepen het? Wij allen; uit ieders keel kwam het woord, en wilde kreteti en hoera-geroep uitten wij, toen wij ons op den vijand stortten. De karabijnen gingen als één knal af: snel waren zij ter zijde gelegd, cai hielden wij do sabel in de rechtervuist. Zoo chargeerden wij, cn wierpen ons schouder aan schouder op den levenden muur. Onbeschrijflijke kreten, hftt gekletter van staal op staal, gesnuif cn angstkreten van paarden, alles klonk wild dooreen. Daarop volgden de kreten van gewonden, cn beving ons de duizeling van de moord partij. Ikzelf halcto mij een bres, en drong in de steigerende, verwarde massa van. paar- denliehamonik hakte links cn rechts, voelde mij in de massa meegesleept, on sloeg in den vijand, zooals mijn kameraden, als meiJ \l/e is in het rijpe koren. De garde-dragondera vielen om ons lieer; rui- torloozc paarden drongen wild op en ver hoogden de verwarring. Als een lawine sloegen wij ons over en cloor de achterhoede der Duitschorsdo dra gonders lagon gewond of dood tor aarde, of vluchtten in wilden galop. Een paard draafde weg; bloed droop uit zijn sidderende flanken cn 't hoofd hield hot rockt- opgeheven, iets achterover. Op zijn rug droeg het het beweginglooze lichaam van cleu dood en ruiter. Plotseling hooien wij een ratelend ge luid de vijand opent machiucgeweervuux op ons, en luin artillerie komt in stelling op groot-en afstand. Onmiddellijk verspreidden wij ons, en ver anderden van front, cn tegelijk hoorden wij het antwoord van onze brave kanonnier®; linies cn .rechts van ons ontwikkelde onze infankriebeweging zich zóó snel, dat de Duilscho artillerie, bevreesd voor oen flank- aanval, op Guillemont terugtrok. Sindsdien is Albert niet meer gebombar deerd, cn als onze „pioii-pious" langs la •Bas&slló komen, zoggen zij met enthusiasmc. „Hier was het dat wij de keizerlijke garde- dragonders opvraten" Het geheel cloct denken aan de beroemde cavaloriechorgo van de de visie Margueritte bij Sedan Brief vnn een Artillerie-Officier. Het „Journal des débats" drukt een ge deelte van een brief van een batterij-com mandant af. Hij schrijft o. a, _Mijn adres is altijd nog hetzelfde. Ik heb K'ever, dat je brieven naar A. dan naar B. stuurt, daar ik zo dan spoediger krijg, want wij böliooren dan tot dit, dan tot dat leger korps. Wij hebben n.l. in opdracht een spoorwog t-o bewaken in een sector, welke bijzonder is blootgesteld. Wanneer een niéuw legercorps in dio sector komt, be haoren wij weer tot dat legerkorps. In mijn klein kasteeltje heb ik dan ook al heel wat generaals meegemaakt Maak je niet ongerust over mij. De Duit- scho granaten doen ons niet veel kwaad. Gisteren hebben zij eindelijk mijn opstel ling ontdekt, na ze3 weken zoeken. Plus minus—rechts—links—erin. Die zat. Een twaalftal projectielen viel in de batterij resultaat nihil. Jo had dab door de tele foon moeten liooren Daar de batterij nau welijks drie- of vierhonderd mot-er van mijn post verwijderd is, hoorde ik de granaten fluiten en barstond En tegelijk hoorde ik in de telefoon „Did zit voor, die achter. die rechte, het loopt nog ai loa... kapitein, die valt in het midden„Een treffer V' „Ik geloof het wel, ik hoor er een schreeu wen..." Na eenige oogenblikken vraag ik: „Slaan er nog in?" „Ja, zeker, verschillen de." „Gekwetsten?" „Neen, kapitein; de- geen, die riep, heeft alleen een kluit aarde in clen rug gekregen. Hij lachte omdat hij in de modder viel hij is woedend 1" „Zeg, dat de kerels zich dekken." „Allo, allö, kap'tein". „Wat is er?" „Een projectiel is door den telefoonpost geslagen en heeft een flesoh olie verbrij zeld 1" „Als 'het anders niet is..." „Ja, ziet u, .„heb is niet om do flesch, maar om de 6la." En zoo gaat 't den geheelen dag. Hot is of de kerels niet meer weten wat ernst is. De Strijd tegen de Vliegmachines. De nieuwe zware vlie.gtuigvcrn ielers van Ivrupp zijn te Wes tonde, nabij Lom- bacrtzijdö opgesteld; een Belgische vlieger, luitenant Jacquet, weid er onlang® bijna het slachtoffer van ITij vloog een 800 a 900 Meter lioog, toen men liem plotseling omringd zagen door tal- looze wolkjes do machine riohtte den neus omhoog, en ©teeg, steeg aldoor hooger, tot' hij buiten het bereik der granaten was. Als er een vliegmachine te zien is, dan kijkt iedereon direct wat er gebeuren gaat, en de mannen zitten or achterheen, als hon den aoliber het haas. De Engelsohe gravin Annesley ontving bericht-, dat graaf Annesley met luitenant Beievor den 5den November op oen vlucht boven Gstonde, door de Duitschers neerge schoten zijn. Beide av'iateurs werden gedood. Ook de bpndgen-ooten hebben een vijande lijke vliegmachine vernietigd. Eon „Taubc" vloog boven Bar-k.Duc. Het vuur der Franschen dwong de vliegmachine echter terug te keerén in de richting der Argonne. Bij Chairmont werd zij echter neer geschoten. Het toestel vloog in brand en de drie inzittende Duitschers kwamen in de vlammen om. Hét Gevaar voor Avialeurs. Een van de m^est bck- nde Fransche vlie- g'ers heeft aan een vertegenwoordiger van de „Echo de Pari©" verteld, dat er in oor logstijd eigenlijk minder vlieg-ongelukkvn ge beuren dan in tijd van vrede. Dit komt voor namelijk omdat slechts de meest ervaren vliegers aan hot front gebruikt worden en burger-vliegers heelemaal niet mogen vlie- gen. In het algemeen, zeide de zegsman van don redacteur der „Echoloopen wij, wan neer wij over de vijandelijke linie vliegen, minder gevaar dan een scherpschutter, dia zijn loopgraven verlaat. Toch is ons baantje deze laatste weken wel gevaarlijker gewor den, want do Duitschers, ol' het nu komt, dat zo boterschieten of dat ze nu etui nieuw kanon voor vliegtuigen hebben, schieten met granaten, die op een hoogte van 2300 Meier springen. In het begin kondén hun granaten bc von 1800 Meter geen kwaad meer doen. Maar op 2300 Meter zijn wij te hoog om good to kunnen zien. zoadat wij, als we goede inlichtingen willen meebrengen, tot in de vuuxzonc moeten dalen. Maar zelfs dan is liet gevaar nog niet heel ernstig, want een paar dagen geleden ontdekte ik bij lan ding, dat mijn vliegtuig getroffen was door niet minder dan vijftien projectielen, .maar ncch ik, noch mijn waarnemer hadden eonig letsel. Vc-lgens den correspondent te Parijs van do „Daily Tel.", moet de Duitsohe militaire luchtvaart in dezen oorlog meer geledon heb ben dan de Fransohe. Op het oogenblik zou Duitschland zeven Zeppelins en twee-en-vijf- tig vliegtuigen verloren hebben,, zoodat hot neg ze©cn.twintig bestuurl>are luchtschepen en tweehonderd-zeven-en-tachtig vliegtuigen zou over hebben. Aan vliegers en borasn- ning van bestuurbare luchtschepen zou Duilsdiland zes-en-tachtig man verloren heb ben. Do Fransolien daarentegen zouden, be halve senator Reymond, nog geen vlieger van naam vendoren hebben. Moed op hel Slagveld. Dertig meter vooruit, 's anderendaags misschien evenveel achteruit... Zoo gaat het nog altijd bij Yperen. Geducht uithoudings vermogen is daar noodig. Heel eigenaardig wordt dib geschetst in „Le Nord Maritieme" door een Fransch soldaat, die ook in den strijd bij en om Apreen is. Toen wij in de lange weken, dio wij als „regiment territorial in verscheidene kan- tonn-ementen doorbrachten, over soldaten moed spraken, zagen wo in onze verbeelding een grooto Duitsche troepemnassa, waarop we instormden, bajonet op 't geweer, met- geestdriftig goroep, gedragon door t rhytii- me van tamboers en clairons; een stormloop over heuvelen en door daien. Dat was zoo bij de legeroefeningen geweest. Do moed, parbleu, dat was immers naar den vijand loopen, hem aanvallen, en dan to sneuvelen, voor dc kameraden, na den bodem met lijken bezaaid te hebben. Moed, was iet© als een holle, als een hei lige, koorts, de triomf in den dood. Den Sisten November, 's avonds dreef men ons in 't vuur... in de loopgraven. Godurou- de dertien nachten e»n twaalf dagen, den dertienden werd ik gewond, zaten we in die grachten als begraven, beslijkt, nat, stijf, koud, onder een regen van kogels, schxap- nels,, obussen, die nacht noch dag eens een kwartiertje ophield. Geen Duitschers. Ze waren ginds aan do andere zijde van de heuvelkam; geen mu ziek; „clairons" en „tamboers" werden, brancardiers; geen generaal, geen kolonel, geen commandant, geen vlag, geen banieren, zelfs onze galons waren bedekt. Geen verwezenlijking onzer droomen van theatrale-heldhaftigheidvan stormloopen, van bajonetten, door 'b bloed gevcïfd. Neen, maar hoesten, door den rook der bomont ploffingen, waken, om niet levend begraven te worden onder de afgesloten aardeiui®- teren naar 't gekerm van gekwetsteni» 't gelaat voelen de hersenen van een kame raad; een arm voor zich uit zie» vliegen; een vriend oprapen wiena beenen verbrijzeld zijn of wiens borst opengescheurd is. Zien, hooren en stil blijven. We waren in een graf. Ons denkbeeld veranderde. Moed was iets meer nederigs, iets meer innerlijks, iets meer duisters, meer zedelijks... 3a, vooral meer zedelijk. Die andere moed was als aristocratisch de moedigen liepen uit de rij, onderscheid den zich onder 'boog der overigen, zo had den toeschouwers. Ze waren uitzonderingen. En er zijn geen uitzonderingen, indien er geen massa isin een loopgracht toont me» slechts zijn moed aan zijn linker- en rech- ter-buurman... De room vergezelt den moed niet. Deze moed bestaat bij-na uitsluitend in heb bewaren van koelbloedigheid, helder heid van geest, sterkte aan wil. De roem van hen. die de veldslagen bij Ype-ren meegemaakt hebben, bestaat in met gek te worden... Dien moed hebben we reeds getoond, en spruit voort, niet uit de eigenschappen vaa een gepriviligeerd individu niet» eèn bijzon der karakter, maar uit de eigenschappen van ons ras Dan leest me» over gangen en dw aragan gen, over kamertjes, telefooncellen, alles on der den grond. Bij 't aflossen trekken lange karavanen door die grachten, door een eer ste, welke uitloopt op eesa rond punt, van waar andere in verschillende richtingen lei den. Gidsen wijzen den weg en do afgeloste mannen mogen pas heengaan, wanneer dc nieuwe zich achter hem bevindt. Wonderbaar leven. Ook de geestelijke komt daar en dikwijls knielen drie, vier kameraden met- hem neer in de loopgraaf bij het- lijk van een gesneu velde. voor wicn de laatste gebeden dan op gezegd worden... Want de dood zweeft boven de kuastng ge dolven gangen. De Betaalineesler te velde. In bet Berliner Tageblatt" vertélt een •betaalmeester bijzonderheden, over ziju be roep in den oorlog. De krijgskas beviadt zich in het hoofdkwartier van het armee- korps cai onafgebroken is de stroom van kascommissies en betaaldmeesters daarheen. Te voet, te paard, per fiets, in auto of wa gen, komen iederen dag de heeren om hun voorraad aan te vullen. Tegen het einde der maand wordt do kas weer nieuw voorzien. Maar ook aan twee niillioen komt eenmaal een eind. Daarom heeft- het militair bestuur een verdrag met- de post gesloten. AL het geld, dat thuis op postwissels voor de troe pen betaald wordt, blijft daar. Slechts in het veld gezonden postwissels zelf ontvangt de betaalmeester, en daarop betaalt- hij het bedrag aan den gadresseerde uit. Aan het einde van de maand legt hij dc algemeene oorlogskas de kwitantie® voor on krijgt dan het geld terug. Daar uu echter de ervaring leert, dat- er veel meer geld van het oorlogsterrein naar huis gezonden wordt, dan omgekeerd, wordt de oorlogskas steeds meer gevuld, want do post to veldo draagt heb op postwissels betaalde geld aan de oorlogskas af. Er zijn dagon geweest, dio bij een armesoorps op deze wijze- honderd duizend mark opleverden. Het verschil der rekening wordt later in Berlijn vereffend. Het geld, dat bij de mobilisatie meegeno men is, loopt dus te velde in een cirkelgang van den betaalmeester gaat heb naar den soldaat, van dezen naar de post, daar van daan weor naar do oorlogskas on f*-n weer naar den betaalmeester terug. Bij het le gercorps van dcu schrijver is een half door gescheurd met papier aan elkaar geplakt- vijf markbiljet, dat op deze manier reeds zes maal de rond© heeft gedaan en aau ieder station telkens weer met- vreugde als oude bekende begroet wordb Een andere manier van aanvulling van de krijgskas is het in beslag nemen van staats geld in het vijandelijk land. lil België heeft- het eenigo malen hondorduizend franc en meer bedragen. Onlangs is bevel gegeven, al het Belgische zilvergeld naar DnitscWand te zenden, zoodat voorloopig nog alleen Duitsch papiergeld in heb bezot-te land in omloop is. Duilsclit Hoogleeraren in Canada. Uit Toronto wordt, aan dc' „TimW go- meld, dat. oi' moeulugs-vorsohilleu Vskwijt in liet universiteitsbestuur te Torqnto over de houding tegen ©enige Dudtsclie hooglcera'-" teen, aan te nemen. Er zijn 3 Duitsclie hooglco- raren, waarvan een al 13, oen andor 23 jaren uit Duitsüliland weg ziin. Onder de cura toren dor universiteit is ©en minderheid, die do professoren wil ontslaan, de meerder heid wil do heeron allee» schorsen tijdens don oorlog, mot behoud van salaris. Hier over nu heersulit grooto oneenighcid, die. reeds tot hot aftreden van een der curatoren leidde. Onder do Canadcescho ambtenaren zijd er meer, die in gelijke positie verkeeren al© deze Duitsohe hoogleeraren, maar minis ter Barden raadt lean, met gematigdheid op t» treden tegen vreemdelingen, die hun. plicht nauwgezet vervullen. Alleen moeDt hij, dat me» mag casche», dat deze Duitsch© ambtenaren ziek zullen onthouden van open lijke sympathiebetuigingen met Duitsch land. KORTE BERICHTEN. Charles M. Schwab, de bekende Ameri kaanse h© st-aatmagnaat), heeft aan het Arae- rikaanscbo departement van Staat (buit. zaken) doen weten, dat geen van zijn staal fabrieken onderzee-booten zal vervaardigen voor een der oorlogvoerende partijen. Tot dat besluit was Schwab gekomen, omdat hij n_^ zijn plicht, als vaderlander acht, ie vol doen aan den wensch van president Wilson, in. elk opzicht do neutraliteit in het oog te houden. tr In heb Fransche- hospitaal, te Ma-loles- B&ins, vertoeft een sergeant van 13 jaar, Edooard Martel geheeten. Toen 5 Augustus, bij het begin van den oorlog, het Gde regiment sappeur® door Malzovillo trok, vroeg de knaap den kapi tein hem te mogen vergezellen. „Goed", zoide do kapitein, „als jo moeder je wil la ten gaan." Edouard reude naar huis cn zijn moeder zcldo„Goed, mijn jongen, als do kapitein je meenemen wil." Do kapitein, deed. het en do kleine Franschman vergezelde- de sappeurs naar heb front. Hij was in Lotharingen in den strijd, aan do Mar no, aan do Aisne cn in de loopgraven nabij Yperep. Vandaar werd hij ziek naar het- hospitaal gezonden. De knaap werd tot den rang van sergeant ve-rhoven voor betoonden moed. Onder hot hevigste vuur haalde hij mclinietpatronon voor zijn kameraden, die op 400 passen af stand van den vijand bezig waren loopgra ven te raakea. Wegens zijn kleine figuur, bad hij de meeste kans buiten schot te blij ven. Met zijn eigen karabijn heeft- hij, naar verluidt, vier vijanden in het zand doen bijten. Hij verklaarde het in den oorlog best te kunnen stellen en heel zijn leven lang soldaat te willen blijven. In hetzelfde hospitaal ligt zijn beste ka meraad, een adjudant van 59 jaar, die als vrijwilliger dienst nam en 42 dagen in do loopgraven doorbracht. Uit- Bogota wordt gemeld, dat de Co- lumbische minister van builenlandsche za ken bevel heeft gegeven, een station voor draadlooze telegrafie van groot vermo gen, dat. to Cartagena in bedrijf was, te ontmantelen Do regeering van Columbiö - meende zekerheid te hebben, dat dit sta tion gebruikt werd ten dienste van Dirit- fieöio oorlogsschepen in de Ameri'kaanscho wateren. Do Duitsohe gezant, te Bogota heeft- blijkens een Reu ter-telegram iu do Engel- echo bladen zich er bij don Columbischen minister van buitenlandsche zaken over be klaagd, 'dat de toon der Columbische bla den zoo vijandig is aan Duitschland. Al dio bladen schrijven in voor de entente^-mo gendheden. gunstigen zin. K <9 Volgens een telegram uit Tiflis is daar de tsaar aangekomen voor een keizerlijk bezoek, heb oorste sinds eeuwen. Het Russisch© monument te G'alaiaria bij San Stofano, is opgericht over dc gebeenten van de Russisch© krijgslieden iu 1879 voor IvonstanUnopcl gevallen of aan ziekte over* lodon, Zaterdag 14 November wérd, naar de cor respondent der „N. R. Ct." meldt, nadat d© bijgebouwen, door Russische monniken be woond, door een daartoe aangezette menigto geplunderd, cn verbrand waren, d© toren door een batterij veld.artLllcrio mot granaten in ©Ikaar geschoten. Zondag, Maandag en Dinsdag worden d© massieve bovenbouw 011 do fondamenten met de ingemetselde ge* beoutcn door genietroepen met dynamiet go- heel vernield. Do steen brokken wórden nii weggeruimd cn het gat dichtgegooid, opdat ear geen spoor va» het monument zal over* blijven. Do oprichting had meer dan oen half mllliocn gulden gekost. Het bouwen duurde vicir jaren» Do „Gazzetta del Popolu" te Milaan meldt; dab Roeanonin met do Anierikaansche wapen* fabriek Hartford een verdrag heeft afgeslo ten voor de oprichting va» een fabriek voor do vervaardiging va» geweren, revolvers en machin*vgeweren in Roemenie. Met den bouw, wérd reeds een aanvang gemaakt. Uit Rome wdrdt gemeld, dat het Duitsch* gezantschap aldaar een aanklacht indiende teigou liet oarioaburen-blad „Asino", wegen* voortdurende „aanvallen" op den Duitschei keizer. j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 9