De Eiiropeesclie Oorlog. FEUILLETON. Een politieke intrige. I)e Belgische Koning aan de Ncderlandschc grens. Men meldt uit Sas van Gent d.d. 9 Ocl. aan de „Tel.": Do koning der Belgen roet zijn gemalin is boden met zijn geheele leger te Selzacto op do Nedcrlandsche grenzen in doortocht naar Oslonde aangekomen. Ziehier een geregeld verhaal van de ge beurtenissen, die zich sedert den afgeloopen nacht on heden in den loop van den dag kebbeii afgespeeld. Nadat in den nacht van Woensdag op Donderdag liier liet zware kanongebulder hevige onrust te midden der talrijke bevol king cn de vele vluchtelingen gewekt had, cn jn den ïfiorgen oen vreesclijke losbarsting tot driemalen achtereen al de ruiten der wo ningen zoodanig hadden doen trillen, alsof een aardbeving was losgebarsten, verspreidde zich plotseling liet gerucht, dat Belgischo troepen zich te Selzaeto bevonden. De drie losbarstingen waren het gevolg van hot opblazen der brug van Wettpren door do Belgen. Werkelijk waren in deu loop i an den mórgen een zeshonderd auto's met Belgische soldaten te Selzaete binnengekomen. To ongeveer 10 uur verspreidde zich plot seling do tijding, dat ook de koning en do koningin por auto gearriveerd waren ou af gestapt waren bij den heer De Clerq. Geheel de Belgische kolonie, wier lot zoo innig met dat van hun geliefden vorst ver bonden is, toog onmiddellijk uit om den vorst en de vorstin te zien. Ook do Neder!andsclie bevolking, vol diepe deelneming in de rampspoedten van het on gelukkige België, had zich op weg begeven Al wio van voldoende papieren voorzien v as, mocht de grens passe-eran en hebben den koning met eigen oogen mogen zien, toen hij zich t© voet langs de kade van het kanaal met 1we© zijner adjudanten naar het stad huis begaf De. koning ziet er nog steeds opgewekt uit en zijn verschijning onder het volk ver wekte algemeen© sympathie. Na drie uur werd het verlof om over do grens te gaan voor vreemdelingen inge trokken. Belgen mochten zich vrijelijk in en uit begeven. Ondanks dit verbod gelukte het velen mijner bekenden langs een groolen omweg binnen de gemeente to geraken en daar getuige te zijn van don doortocht van het Belgische leger, dat zich in westelijko richting naar A. en Ostcndc bewoog. Het zou verkeerd zijn in die» doortrekkende troe pen iets anders te zien, dan oen leger, dat zich met geforceerde marschen voortbewoog, om binnen den kortst mogelijken tijd do plaats zijner nieuwe bestemming to bereiken. Officieren en soldaten, hoewel natuurlijk zeer vermoeid door een langen marsch, zagen •:r over 't algemeen flink en kranig uit. Vooral do officieren maakten een flinken indruk cn hun uniformen zagen er zelfs gesoigneerd uit. Do meesten droegen lecren overjassen tot aan den grond reikend. Do soldaten hadden zich meest allen van hun zware ransels ontlast, welkte» op t-al- Joozc voertuigen vervoerd werden. Lange rijen van auto's en autobussen be wogen zich langzaam langs den weg. Daar- tusschen bevonden zich eeu groot getal groote verhuiswagens, waarin vermoeide soldaten. Ook heele colonnes mitrailleuses, door stevige honden getrokken, trokken langzaam vierder. Elk© mitrailleuse werd gevolgd door een hondenwagentje met twee honden bespan nen waarin de ammunitie voor het daóraan voorafgaand© geschut geladen was. Nu en dan verbraken troepen cavalerie (ie eindeloos lang-© legercoloune, die zich als >cn kronkelende slang langs de groote heir baan bewoog. Laat in den avond, toen leeds volslagen duisternis heerschte, rukte de artillerie voor waarts. Lang heb ik aan den kant van den weg dit voorttrekken gadegeslagen. Do nacht was reeds vrij donker en ik Iiioest zorgen, dat ik met goed fatsoen tus schen die duizenden soldaten en auto's en Jicndenbespanningcn het naburige Selzaete be reikte. Nog steeds hield de stroom der aanruk kende troepen aan. Toch heb ik later nog gelegenheid gehad nog met cenige andere mannen van het leger to praten. Hun optimisme was wel eeuigs- zins verminderd. Heel in de verte hoor ik zingen. Het zijn Vlamingen en een hunner zingt een vroolijk wijsje, terwijl dc onderen met volle borst het refrein inzetten. Over het algemeen wordt beweerd, dat do Vlaamsche jongens niet de slechtste sol daten zijn. Hun Vlaamsche opgewektheid, hun levens- lustigen aard verlaat hen niet spoedig, ook niet in de hachelijks te tijden. Do indruk, die ik van het Belgische leger gekregen heb, is, dat wanneer deze mannen eens flink uitgerust hebben, zij nog heel wat handen vol werks aan den vijundelijken indringer zullen bezorgen. Üe Duitschers iu Frankrijk. De officieelo Eransche mededeeling van gistermiddag drie uur luidt: Op onze linkerzijde trekt de Duitschc rui terij, wier operaties ten oosten van Aire (aan dc Lys, 40 K. M. ten zuiden van Duin ken) mislukt zijn, terug naar het district Armentières. Hevige aanvallen der Duitsehcrs tusschen Atrccht en de Oise zijn afgeslagen. Ten noorden van de Aisne zijn wij eenigszms op geschoten, met name in de streek ten noord westen van JSoissons. Nachtelijke aanvallen van de Duitschers tusschen Craonn© en Reims zijn afgeslagen. Aprcmont is na verwoede gevechten, waarbij de stad is genomen en hernomen, ten slotte in onze handen geóleven. Op onzen rechtervleugel, in Lotharingen en de VogezeD is niets van belang gebeurd. Als samenvatting van den toestand kan gezegd worden, dat wij overal onze stellin gen hebben gehandhaafd. Tweo Duitsche vliegtuigen hebben in verschillende stadswijken 20 bommen gewor pen. Er zijn drie dooden en veertien ge wonden, in de Farijsche voorstad St. An- teine en de rue Lafayette. De stoffelijke schade is gering. Een bom is gevallen op het dek van de Notre Dame, doch niet- ontploft- Tal van Fransche vliegtuigen hebben de Duitechers nagezet. Een Russisch Officier over de Frauschc cn Eiigclselie (roepen. Eenige dagen geleden is een Russisch of ficier, die bij het Fransohe leger geatta cheerd was, naar Petrograde terugge keerd. Over het Fransche leger had hij niets dan lof. Geestdriftig was hij over ge neraal Joffre, wiens kalm en onwrikbaar vertrouwen in de overwinning als een to ren van kracht is. In Russische militaire kringen is men zeer onder den indruk van de soberheid van generaal Joffre's oorlogs bulletins. Men Iveeft er bewondering voor, dat generaal Joffre nooit stoft op het aan tal gevangenen en buitgemaakte» kanonnen. Over dc Engelsche troepen liet deze Rus sische officier zich als volgt uit. ,,Zij zijn kolossaal. De rustige, zakelijko manier, waarop zij doen wat zij te doen hebben, is een lust voor de oogen. Als er een pauze in het gevecht is, gaan zij voetbal spelen. Ik zag hen meermalen een spelletje afbre ken om in d© loopgraven terug te rennen, waar zij dan kalm gingen schieten." Een Duitsch grafschrift voor den com mandant van „Ayvelles. Toen de commandant van het aarden fort Ay velles in het noorden van Frankrijk gesneuveld was, en het fort zich iu handen der Duitschers bevond, groeven Duitsche soldaten in het dichtbij gelegen bosch een graf voor den gesneuvelde, op welks kruis te lezen staat, in het Duitsch natuurlijk: ,,Hier rust de dappere commandant. Hij vermocht den val der hem toevertrouwde vesting niet te overleven. R. I. P. Door dit eenvoudig houten kruis Eert ook de Duitsche soldaat in u den held van den plicht- Se Landstorm-pionier-Compagnie. Sept. 1914." Hit Wccncn. Do Weensche correspondent van de ,,N. R. Ct." schrijft: Wij wachten nu in Wcenen met spanning op tijdingen van het Russische oorlogstoo- neel. Al onze hoop is op de Duitsolvers ge vestigd. Ik heb lieden aan te nemen dat het 'tl leger is, dat onder Von Bulow in Frank rijk gestaan heeft. Een kennis uit Krakau heeft mij geschreven, dat men paf was, toen de Duitscho hulptroepen die stad binnen rukten. Zulke stoere martiale mensohen had meu nog niet gezien. Velen van hen droegen het IJzeren Kruis. Het waren vete ranen, die eerst in Luik en Namen hadden gevochten, toen naar OostiPruisen waren gezonden on thans in GaJicic zijn. In Kra kau zijn nu twee kommandanten en de Pruis liet dadelijk den burgemeester cn sommige raadsleden bij zich komen en snauwde hem met een krachtig Donnerwefc- tcr toe, dat- de maatregelen voor verpro- viandeering onvoldoende waren en daarin verbetering moest komen. Wij lezen nu dagelijks verklaringen van gezaghebbend© personen, om de menschen gerust te stelten, en om den moed er in te houden. Het is zelfs gevaarlijk om in het openbaar aan zijn vrees lucht te geven, want men riskeert dan eeD vervolging. Hot Weensche karakter kent geen middenweg, is of in de wolken, of zeer gedeprimeerd. Daarenboven zijn cfe menschen van huis uit pessimisten en genegen aan hun bestuurs- lirden allerlei onhandigheden toe te schrij ven. Een vaste houding; ook bij tegen spoed, is den We en er vreemd en in ruime ren zin ook den Oostenrijker. Thans i? het graaf Apponyi, die hoe zeer ook een voor man op alle vredescongressen, onlangs aan zijn buitenlandsche vrienden uitvoerig be toogd heeft dat de oorlog met Servië na den moordaanslag onvermijdelijk was. Hij leest aan do pessimisten db les en vraagt daarbij o.a. ho© het mogelijk is iets goeds van soldaten te verwachten, als zij niet met het vaste geloof aan de overwinning in den oorlog gaan. Zij brengen op het slagveld den geest mee die zij tehuis vinden en dus de moed moet er in blijven. En daar toe moet ieder bijdragen. ïntusschen stijgen de Ica ensmiddeien al maar dbor en moet de stad dagelijks dui zenden broodeloozen verzorgen. Zij be steedt cr 5 millioen kronen voor. Het Eensgezinde Rusland. De „Times" bevat een artikel van prof. Peter Struve, een der stichters van de ka- dettenpartij en lid van de Tweede Doema waaruit wij hier iets laten volgen, omdat het wellicht tot een beter inzicht in de Rus sische toestanden kan bijdragen. Prof. Struve schrijft: De toekomstige his toricus zal met verwondering vaststellen dat het officieele Duitschland, toen het Rusland den oorlog verklaarde, in geen enkel op zicht op de hoogte was van den staat der openbare meening in ons land. Dit is te meer te verwonderen, omdat geen enkel land in het westen in zoo nauwe relatie met Rusland etond als Dnitschland. Toen het Rusland den oorlog verklaarde rekende Duitschland blijkbaar voor alles op de zwakheid van het Russische leger. Niet© echter rechtvaardigde zulk een opvatting van Ruslands strijdkrachten. Waarschijnlijk höbben de Duitschers nu al reeds begrepen hoe oppervlakkig hun oordeel over do Rus sische strijdkrachten was; hun dwaling was een gevolg van de geheel onjuiste opvatting van de nationale cultuur van Rusland en van onze binnenlandsche ontwikkeling. De Duit schers begrepen niet dat er in Rusland een groeiende nationale beschaving is cn dat de vrijheidsbeweging in Rusland niet alleen do macht van den Russischen staat niet had geschokt, maar integendeel zelfs had ver sterkt. Daar ze dat niet begrepen, meenden rij dat elke slag van buiten den Russischen staat als een rotte boom zou doen instorten. Maar er is meer. Een oorlog als deze moest wel het karakter aannemen zoowel van eon wereldoorlog als van een nationalen oorlog. Daarom vereenigden zich in dien oorlog tegen Duitschland en Oostenrijk all© elementaire krachten in een impulsen geest/ Zoowel de Russische radicalen met hun cos monopolitische neigingen als de uiterste na tionalistische corscrvatieven. Neen, nog meer, al de rassen van Rusland begrepen dat door Duitschland tot Rusland een uit daging was gericht, die het moreel dwon gen in het belang van het geheel zoowel als van de verschillende deelen, om voorloopig alle twisten cn grieven op zijde te zetten. Dat bleek allereerst bij de Polen, var. wier national© cultuur het Germanisme de gezworen vijand is. Het bekende manifest van den opperbevelhebber wekte niet dat gevoel onder de Polen van Rusland, maar gaf er alleen uiting en steun aan. Even natuurlijk was dc patriotische uitbarsting onder de Joden van Rusland. In hun geval keerde het politieke en sociale radicalisme dat altijd bij de Joden gevonden wordt, door een gezond instinct zich tegen Duitsch militairisme, dat do voornaamste oorzaak en aanleiding van een wereldramp was. De Duitsche oorlogsverklaring aan Rus- lan.. verdreef eensklaps alle twijfelingen en aarzelingen onder de vele millioeneo der bevolking van het Russische rijk. Enkelen mogen in dezen oorlog den strijd tegen het onbeschaafde militarisme van Pruisen op den voorgrond stellen. Anderen mogen er iu dc eerste plaats een strijd in zien voor het nationale beginsel en voor de geschon den rechten der nationaliteiten Serven, Polen, Belgen. Anderen weer zien in den oorlog het eenige middel om de vreedzame toekomst van Rusland en zijn bondgenooten te verzekeren tegen dc buitensporige verlan gens van Duitschland. Maar allen gevoelen gelijkelijk dat deze oorlog is een groot be vrijdend werk, dat een nieuwe hoofdstuk in de wereldgeschiedenis opent. Zoo is de oorlog tegen het vereenigde Duitschland cn Oostenrijk-Honganje een waarlijk nationale oorlog geworden. Dat is het groote onder scheid met den oorlog met Japan, welks po litieke redenen en bedoelingen, afgeschei den van de zelfverdediging tegen een vijan- digen aanval het openbaar geweten vreemd waren. Er is nog een overweging, die niet met stilzwijgen kan worden voorbijgegaan. In Rusland rijn velen overtuigd, cn voelen anderen dat instinctmatig, dat een zege vierende oorlog zal bijdragen tot de binnen landsche wedergeboorte van dien staat. Vele slagboomen zijn reeds gevallen, nationale en politieke twisten zijn verzacht, nieuwe omstandigheden opgekomen voor de weder keer ige betrekkingen van volk en regeering. Zoo zal dc oorlog er toe bijdragen vele binnenlandsche tegenstellingen in Rusland te verzoenen en te»verzachten. Hoe ver zijn we, met dezen staat der openbare meening en deze vooruitzichten van binnenlandsche ontwikkeling in Rus land, van die fantastische schilderingen van oneen igheid en revolution nai re woeling verwijderd, diö voor den orlog werden ver oorzaakt en in de Duitschc en Oostenrijkse!! Hongaarsche pers sedert zijn voorgesteld. Onze vijanden rekenden op deze binnen landsche verdeeldheid en zij zijn bitter ont goocheld. Het constitutioneele Rusland, heeft, ten gevolge van de radicale binnen landsche veranderingen, die het sedert den J apanschen oorlog onderging, rich volko men op de hoogte getoond van de grootste universeel© en nationale taak, die het- is opgelegd. Het nationale en politieko be wustzijn van Rusland is niet verzwakt, maar integendeel versterkt, en tot uiting gekomen. En wijl ik een krachtig aandeel had in den strijd van de Russische consti tutie, kan ik met de grootste voldoening vv ij zen op het treffende resultaat van Ruslands toetreden tot de reeks der constitutioneel© staten, een resultaat, dat zoo duidelijk zich toont iu de belangrijke rol die Rusland in dc wereld-crisis van 1914 speelt. Bijgeloof in den Oorlog. Men schrijft aan dc ,,N. II. Ct." Toen ik onlangs in Luik was. zag ik een eindeloozen stoet van legerautomobielen, vrachtauto's van allerhande model, na in spectie bij de Komraaudantur dc stad uit rijden, het Zuiden in, naar liet front. Toen ik zo zoo in onafgebroken rij wel ecu half uur lang voorbij zag trekken, langzaam voort-dreunend door de nauwe straten, viel het mij op, dat al die naar liet slagveld rijdende wagens zonder uitzondering vau een fetish voorzien waren. Voorop, tus schen do lantaarns, troonde een geheimzin nig voorwerpeen opgezet katje, of ccn aap, of een vogelmooie popjes ook vaak. of cupidotj«9, of voorwerpen van huis©, lijken aard. Blijkbaar moest elk van dj* dingen een veilige overkomst waarbor gen van Fet transport en vooral ook ge. moedsrust versohaffen aan de bcge-1 eiders De gewonden in d© hospitalen komen i._et hetzelfde zwak voor den dag. Een jong officier toonde mij een paar sokjes van rijn ecnigen spruit; als hij zo verloren had dan zat hij thans meende hij niet: meer met mij te praten. Een soldaat h;»d een armband van zijn ra©isjo bij zich dat. heeft mij gered, zeide hij. Verscheiden en hebben een groet op papier bij zich, rnet de handleekening van alle huisgenooten maar de meeste kleine voorwerpen, fe- tishen, volstrekt. niet alleen dienend om tijdens een maandenlangen oorlog in het nachtelijk bivak souverniers aan den hui- scliiken haard op te roepen, maar af god je-s, die clcn drager bosehovmcn moeten togen den vijandelijkcn kogel'. Voort© zijn er nog andere vormen van bijgeloof, die in dDn oorlog ccn zeer be langrijke rol vervullen. Napoleon was niet de laatste legeraanvoerder, die aan een datum hechtte. Dat de Duitschers van den Sedan-dag veel verwacht hadden, heb ik den 2den September van verschcideneu hunner gehoord Dc verdedigingsmiddelen van Kiao-tsjou. In een artikel in dc „La Plata Post", blijkbaar een Duitsch blad in Argentinië, wordt over de verdedigingsmiddelen van Kiao-tsjou het volgende geschreven: AVio zich verbeeldt, dat de verovering van Tsing-tao niet meer dan een militaire wan deling voor de Japanners zal zijn, vergist zich zeer, want Duitschland heeft rekening gehouden met de mogelijkheid, dat dc bezet ting zou worden aangevallen, zonder hulp uit het moederland te kunnen krijgen, en do maatregelen met het oog daarop zijn geno men. Tsingtao zal door zijn natuurlijke lig ging wel geen aanval van den zeekant behoe ven te vreezen, want dc haven licht achter een heuvelreeks, die de geheele kust bc- hcerscht. Op die heuvelreeks zijn een aantal forten en land batterij en aangelegd eu roet het zwaarste vestinggeschut bezet Alle for ten zijn zoo ingericht, dat zij geheel onaf hankelijk van elkaar kunnen opereeren. Ieder verdedigingswerk heeft zijn eigen in lichting om licht en stoom krach te uiaken, terwijl bij elk stuk geeclmt ook slaapruimte voor dc bodieningsmanschanpen is Elk fort is voor langen tijd van proviand voorz/ieu, zoodat de bezetting een insluiting door den vijand rustig kan afwachten. Van groot belang is ook, dat men niet af hankelijk is Aan in te voeren steenkool, doch twee kolenmijnen in de nabijheid ter be schikking zijn. Kern aanval van de landzijde zou gevaarlijker zijn dan een van de zeezijde, d^h enkel, omdat dc Japanners daar hun overmacht meer kunnen dooi) gelden. Ook aan de landzijde echter is het door reeds' lang geleden uitgevoerde werken versl.-'*t met het oog op een vijandelijken aanval. In dc bergen zijn ruimten gemaakt om de ka nonnen in te plaatsen, wat men gedaan heeft op een wijze, dat zij het voorterrein volko men bestrijken. Daar in China de natuurlijke steunpunten, zooals bosschcn of versterkte steden, ont breken. moet de opmarsch van een Japansch veldleger onder zeer groote moeilijklied n plaats vinden. Het geschut zou het gemak kelijk bostrnken. Verder is de toestand der wegen van dien aard, dat men slechts moei lijk vooruit kan komen, en zoolang er nog maar één granaat over is, zal geen Japanner den voet zetten in de Duitsehp vestingwer ken. Do Japanners zullen het- hoofd nog er ger stoeten dan zij destijds doden tegen de vestingwerken van Port Arthur. Waar Duit-schlaiid zich alom goed voorbereid heeft, voor den oorlog, is dat in Kiao-Tsjau niet minder het geval. De „La Plata Post" maakt nog dc opmer king, dat de bezetting van Kiao-Tsjau sa mengesteld is uit dienstplichtigen, die uit geheel Oost-Azic zijn bijeengebracht. Bo vendien is een burgerwacht gevormd en na de eerste oproeping hebben zich meer dan honderd vrijwilligers daarvoor aangemeld. Ook dc leden der schuttersvereenigïngen hebben, voor zoover ze niet reeds dienst plichtig waren, een vrijwilligerskorps ge vormd. 2) „EerT ,grootsch doel. dat niet gemakke lijk te beTHÜcën is", viel de gravin hem in de rede. „Ik ben bang, dat gij op weg daarheen op onoverkomelijke zwarigheden zult stooten". ,,Ik zal het bereiken", antwoordde Ri chelieu vol v ertrouwen, „wanneer het mij maar eerst gelukt, de gunst van den Ko ning in zulk een mate tc verwerven, dat ik vast en zeker op mijn plaats sta en, gewapend tegen openlijke en geheime aan vallen van mijn talrijke vijanden, tegen eiken eigenlijken machthebbende in Frank rijk kan handelen. Dit, het verwerven ran de koninklijke gunst, is dus in de eer st© plaats noodigzij zal mij ten deel vallen, wanneer ik in staat ben den Ko ning een tegengeschenk harer waardig, aan t© bieden, n.l. de vergrooting van het land door toedoen van mijn kunst als staatsman of om eerlijk te zijn door een intrige, waarvan ik de uitvoering aan n zou willen toevertrouwen, natuurlijk tegen verzekering van elk persoonlijk voordeel, dat gij zelve als gewenscht mocht aangeven De oogen der schoone vrouw begonnen t© schitteren. Zij was slechts zeer matig met aardsche goederen gezegend en nu deed zich plotseling, door de belofte van haar bezoeker, het vooruitzicht aan haar voor in het bezit van den verlangden rijk dom tc komeneen vooruitzicht, waarvoor zij bereid was alles te doeD. „Ik bid u, ga. door", zeide zij daarom met het. onver bloemde verlangen de rol, welke haar in dc intrige toegedacht was, le vernemen- Richelieu bemerkte met genoegen de uitwerking, welke zijn laatste woorden op zijn schoone vriendin hadden. Hij ken de haar le goed, dan dat hij nog voor een weigering van haar om op 'zijn plan nen in tc gaan, bevreesd zou geweest zijn. Na een korte pauze ging hij daarom, aan haar verzoek gevolg gevend, met spreken voort „Als het voor den Koning en Frank rijk te v erwerven goed heb ik mijn oogen op het hertogdom Lotharingen laten val len. Reeds koning Hendrik II heeft, zoo als gij .ongetwijfeld weet, in de vorige eeuw gedeelten van dit mooie en rijke land tot zich getrokken en wel in de eerst© plaats de bisdommen Metz, Toul en Ver dun met Frankrijk vereenigd. Om het nog altijd aanzienlijke overschot te verkrijgen, biedt zich nu in mogelijken korten tijd zooals gij dadelijk zult zien een uit stekende gelegenheid aan. Hertog Hein- rich, met den bijnaam „de Goede", is oud, ziekelijk en heeft geen mannelijke nakomelingen. De erfgename van het land zal na zijn dood, welke wel spoedig zal plaats hebben, zijn dochter Nikolaa zijn, een dame, die even leelijk als beperkt van verstand is. Toch zal zij binnenkort de vrouw van haar neef Karl van Lotharingen worden, die hierdoor -de rechtmatig© op volger van zijn oom en schoonvader in de regeering wordt. Maar dit moet verhin derd worden, want hertog Heinrich heeft nog een tweede doohter, Claudia, die lil elk opzicht, het tegendeel van haar oudere zuster is. Zij is even mooi als geestig, even beminnelijk als energiek Zij is dus veel meer voor heerscheres geboren dan haar zuster Nikolaa en, volgens mijn plan, zal zij dat ook worden: zij moet de gemalin van hertog Gaston van Orleans, 's Konings broeder en toekomstigen opvolger, wor den. Dezen gemaal moet Claudia echter als huwelijksgift het hertogdom aanbren gen, dat daardoor aan Frankrijk vervalt. Gij begrijpt toch, Gabrielle?" „Volkomen!" antwoordde deze. „Maar één ding is mij niet geheel duidelijk, na melijk, hoe gij wilt verhinderen, dat prins Karei met zijn nicht Nikolaa trouwt"- „Dat zal volstrekt niet verhinderd wor den „Maar dan begrijp ik niet, hoe Nikolaa's echtgenoot van dc troon- en regeerings- opv'olging moet buitengesloten worden?" „Niet?" zeide Richelieu met een glim lach, „zou de geestigst© vrouw van Frank rijk niet weten, hoe dat bereikt kan wor den? Welaan, dan zal ik het u zeggen: het jonge paar moet op den trouwdag of ten minste zoo spoedig mogelijk daarna voorgoed gescheiden worden". „Op den trouwdag, gescheiden?". De staatsman knikte toestemmend met het hoofd. De gravin zag hem doordringend met haar wonderbaar schoone oogen aan. „Zal het zoo gemakkelijk gaan, deze scheiding te bewerkstelligen?"- vroeg zij. „U zal dat niet moeilijk vallen, Ga brielle 1" Richelieu knikte nogmaals merfc het boord. „Schoonheid, welke met geest gepaard gaat moet het gemakkelijk vallen over bekrom penheid en lcelijkheid te triomfceren zeide hij veelbeteekenend- Onwillekeurig bloosde dc schoone vrouw. „Ik geloof, ik begin u tc begrijpen!" antwoordde zij. „Daar twijfel ik niet aan!" „Ik moet den prins van zijn vrouw af keer ig maken?" Richelieu knikte toestemmend. „Moet haar zijn liefde ontnemen". „Wat zijt gij verstandig!" De gravin dacht een oogenblik na. Zij scheen in ;t geheel niet bij de eerloosheid van de haar toegedachte handelwijze stil te staanmaar de mogelijkheid, om die uit t© voeren, scheen haar ecnigszins be zorgd te maken. „Zal het mij wel geluk ken, zijn liefdo te verwerven?" \roeg zij meer aan zichzelf dan aan haar bezoeker- „Als gij u "vast voorneemt, die te win nen, zal liet u zeker gelukken!" antwoord de hij. De schoone vrouw wierp als bij toeval een blik in den tegenover haar hangenden spiegel. Wat zij daarbij dacht, was niet moeilijk t© raden, want een glimlach van voldoening gleed over haar gelaat; het volbrengen van de haar opgedragen taak scheen haar in elk geval niet geheel on mogelijk t© zijn. „Hoe oud is de prins?" vroeg zij, zon der do oogen van den spiegel af tc wen den. „Twintig jaar". De glimlach der gravin nam een zege pralende uitdrukking aan op genoemden leeftijd waren volgens haar ondervindin gen jonge mannen het. gemakkelijkst aan den triomfwagen van een schoone vrouw tc kelcnen. „En hoe oud is prinses Nikolaa?" vroeg zij weer. „Zij is drie jaar ouder dan haar brui.le gom". Dc schoone vrouw trok hanr lippen ver achtelijk op niet eens had haar medemin nares, zooals zij haar in gedachten reeds noemde, liet aantrekkelijke, van de jeugd boven haar voor. „Gij zeidet, dat. zij leelijk is, nietwaar?' vroeg zij verder. „En bekrompen van geest!" „Dat is zooveel als „dom", want bij prinsessen is de critick in zulk een geval gewoonlijk uiterst matig", dacht de gra vin. Ook in dit opzicht was haar over winning over Nikolaa buiten kijf „Indien de prins eens werkelijk op mij verliefd mocht worden, wat moet er dan vérder gebeuren?" vroeg zij nu, terwijl zij achterover in haar stoel ging leunen. „Dan, schoone gravin", antwoordde Ri chelieu met een waarlijk demonischen glimlach, „moet gij er voor zorgen, dat de jonge Prins zichzelf en u onherstelbaar in opspraak brengt"- Dc gravin fronste het voorhoofd. „Hoe?" riep zij. „Moet ik mijn goeden naam op het spel zetten?" „Ik bid u, dierbare Gabrielle, vat dit niet al te tragisch op", gaf de ander met kwalijk verborgen spot ten antwooid- (Wordt vcrvolgdj.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 6