De Europeesche Oorlog. Engeland is No. 1 ter Zee.— Zou Japan Duitschland den Oorlog verklaren?—De Engelsche Generaal French confereert te Parijs. Er is weinig o! geen verandering gekomen. 'Alleen schijnt het dat Japan meer mee wil doen aan de verwikkelingen dan tot nu toe. N.-0 zijn de berichten tegenstrijdig, maar toch wijzen die er-op, dat er iets op handen is. Uit Parijs is al medegedeeld, dat Japan Duitschland den oorlog heeft verklaard en dat de vijandelijkheden reeds begonnen zijn. We gelooven dat niet voor nadere bevesti ging komt. Waarschijnlijker lijkt ons een andere mededeeling, dat een officieele be slissing te wachten is, zoodra de mikado te Tokio zal terugkéeren. Dat Japan aan de zijde der Entente zal strijden is, na alles wat daaromtrent reeds is meegedeeld, zeer goed mogelijk. Een ander bericht lijkt ons ook niet erg aan. nemelijk, namelijk dat de telegrafische ge meenschap van Europa met Japan verbro ken is. Voor den grooten slag over een gevechte- front van Hasselt tot Mühlhausen, een af stand vaü bijna 500 kilometer, worden nog steeds alle maatregelen getroffen. Generaal French, de chef van het Engelsche landings leger is thans te Parijs om daar verschillen de besprekingen te houden. In België. Bij al de kleine gevechten in België zijn de Belgen aan de winnende hand ge weest. Ook de forten om Luik zijn nog in hun handen en een wel wat al te tenden tieus bericht zegt zelfs, dat de goedge- richte schoten nit de Belgische forten het zware Duitsche belegeringsgeschut heb ben vernield. Van de forten aan den linkeroever der Maas, tegen welke de Duitschers zich thans gekeerd hebben, zijn tot Hollogne en Flemalle het hevigst gebombardeerd. Op Pontisse is in den nacht van Dinsdag op Woensdag een aanval ondernomen. Dit fort vormt voor de Duitschers bij hun overtocht over de Maas bij Lixnhe een groote hinderpaal en zij trachtten 't dan ook door met een geweldige overmacht aanvallen te ondernemen, te vermeeste ren, zonder den steun van hun belege ringsartillerie af te wachten. Tot heden hebben hun pogingen echter geen succes gehad. De aanval van Dinsdagavond was aan vankelijk vrij tam, doch omstreeks mid dernacht werd de strijd buitengewoon he vig. De Duitschers wilden blijkbaar profi- teeren van de twee of drie uur, geduren de welke het thans 's nachts donker is. Nauwelijks trachtten zij echter over de glacis de fortgracht te bereiken, of het Belgisch geschut bracht dood en verderf onder hen. De Duitschers hadden takke- bossen en matrassen bijeengebracht, om er cle grachten n ede te dempen, maar zij hebben er geen gebruik van kunnen ma ken. Tijdens den aanval zag het fort Pon tisse zich krachtig gesteund door dat van Liers. De Duitschers hebben er blijkbaar alles op gezet, om zich van de forten op den linkeroever meester te maken, daar zij weten, dat deze in handen der Belgen een machtig wapen zijn, wanneer laatstge noemden naar Luik zouden oprukken. De kassier van de Luiksche bank, die op zijn fiets naar Brussel is gereden ver telt, dat hij over Hoei en Namen is gegaan en vrij gemakkelijk uit Lr ik is weggeko men. De Duitschers gaan, volgens hem, ijverig voort met zich op de verdediging tegen een offensieve beweging voor te be reiden. Zij maken echter tevens den in druk, gereed te willen zijn voor een over haasten aftocht en werken met spoed aan schipbruggen over de Maas. Hun houding tegenover de bevolking van Luik moet op het oogenblik niets abormaals bieden. Uit België wordt ook nog gemeld, dat bij voorpostengevechten in de buurt van Namen de uhlanen zeventig dooden hadden. Een Duitsche onderofficier heeft gezegd, dat de Duitschers 27 Augustus te Parijs moeten zijD. Ze mogen dan wel voortma ken, want België zijn ze nog niet uit. Die man moet zich ook nog hebben laten ont vallen, dat België den Congo zal worden afgenomen. Volgens de jongste mededeelingen zet ten de Duitschers hun beweging naar Brussel en Antwerpen voort. Hun infan terie rukt op naar Tongeren en St.-Truyen. Men verwacht een aanval op Diest en Aerschofc, door verschillende Duitsche korpsen. De Duitsche troepen marcheeren in de lijn St.-TruyenHasselt. Hun cavalerie is rechts van Hasselt. Zij schijnen zich te richten naar het noorden. Volgens verhalen van wielrijdende kara- biniers richtten de Duitschers zich vooral tegen hen. De bladen melden, dat de Fransehen het troepentransport op Belgisch gebied voltooidenalle verwachte Fransche troe pen zijn aangekomen en rukken tegen de Duitschers op. Om alle onaangenaamheden te vérmij- den zijn de bewoners van Namen ontwa pend. Kolonel d'Orgo de Marchoveletti is toe gevoegd aan den generalen staf van gene raal Joffre. De verdedigingswerken van Namen zijn zeer sterk, sterker nog d?n die om Luik. Gisteren omsingelden 200 militaire wiel rijders een afdeeling van 400 Duitschers; een groot aantal werden gedood, 50 gevan gen genomen, de overigen verspreid. De Belgische lanciers en de Fraasche dragonders traden zeer dapper op tegen de uhlanen op den rechter-Maasoever. Men meldt, dat een der vreemde gezanten zich verwonderde dat de Duitsche gezant te Brussel, na de oorlogsverklaring België niet dadelijk verliet; de Duitsche gezant zou geantwoord hebben: ,,dat is de moei te niet waard. Morgen zijn de Duitsche troepen hier". Dit is nu tien dagen geleden.' Het schijnt, dat de Belgen ook Doodskop- huzaren hebben gevangen genomen. Dat zou men tenminste opmaken uit een be richt uit Brussel, dat gistermorgen om streeks half negen te Hasselt in groepjes van 10, 20 en 30 een honderdtal Doodskop-hu/jv- ren, allen ongewapend, zijn aangekomen. Zij kwamen er openlijk voor uit, dat bij Haelen een hevig gevecht had plaats gehad en dat de Duitschers er een gevoelige ne derlaag geleden hadden. Er zouden volgen* hun verklaringen niet meer dan 600 man overgebleven zijn van do 4000 k 5000, die 's morgens door Hasselt getrokken waren. Hun kanonnen zijn vastgeraakt in de moe rassen van Schuelen en Zelhem. De Duit schers werden gedwongen naar Tongeren terug te trekken en zij moesten een spe- cialen trein van veertien wagens laten rij den, om de manschappen, die bij Haelen gewond waren, te vervoeren. De gewonde hoofdofficieren en prinsen waren reeds per auto naar Hasselt en Luik gebracht. Geen officiccle nicdcdeelingcn meer over de Jcgerbeweging. Het Belgische ministerie van Oorlog heeft een communiqué uitgegeven, waarin gezegd wordt, dat, met het oog op de huidige op- stolling van de Fransche, Engelsche en Bel gische legers, besloten is in 't opperst lands belang geen enkele mededeeling meer te doen omtrent de bewegingen van de drie le gers. De regeering rekent op de vaderlands liefde van de pers, opdat het meest vol strekte stilzwijgen worde in acht genomen omtrent de militaire operaties. Het Volkerenrecht. De „Vingt. Siecle" schrijft onder den ti tel: „Een oorlog van woestelingen" o. m over wat ze bij Haelen deed: „Zij hebben in de omgeving allerlei bui tensporigheden bedreven. Te Overhespen verbrandden zij een pachter op zijn boerde rij. Het dorp Zeelhem staat in vlammen. Men zag de Pruisen de deuren met de ge weerkolven inslaan, weerlooze boeren aan boom en vastbinden en deze bout portant fusillceren. Te Walsobetz werden onder voor wendsel dat in het gebied dier gemeente het lijk, van een Duitsch officier was gevon den, een aantal inwoners neergeschoten (Walsbctz ligt aan den 'spoorweg van Lan den naar Hannut). „Te Bumsdorp hebben zij vier boeren ge fusilleerd, die naar het station gevlucht wa ren. De offerbussen in do kerken en de kas sen der vereenigingen. die haar zetel in de ca-fé's hebben, werden door de Pruisen me degenomen, wanneer zij ze niet vlug genoeg* konden forceeren. „Wij hebben dus met. wilde horden te doen. Zij gedragen zich in België honderd maal beestachtiger dan de Pruisen van 1870 in Frankrijk". Het comité van onderzoek nopens de in achtneming der oorlogswetten in België heeft de volgende feiten geboekstaafd Duitsche officieren 'hebben den 12den dezer 15,000 franc uit de kas van het postkantoor te Hasselt genomen, na reeds te Tongeren zich bedragen, toebehoorende aan cle ge meente en aan het agentschap van de Na tionale Bank, te hebben toegeëigend. Houbotte, een geneesheer te Jauche, een plaatsje tusschen Namen en Tienen, die den llden dezer om acht uur 's ochtends per rijwiel van Hannut kwam, is door acht Duitsche huzaren, onder bevel van een of ficier gevangen genomen. De officier richt te een revolver op hem en beval hem voor zijn paard uit te loopen, zeggen als een Belgisch soldaat op ons schiet, zullen we u dooden. Toen Houbrette trachtte te ont komen, schoten de huzaren op hem en trof fen hem tweemaal, daarna werd hij met lan sen bewerkt en bleef voor dood liggen. liet Koninklijk Paleis te Brussel als Gasthuis. In October 1910, aldus het „Hdbl. v. Antw." wapperde boven den rechtervleu gel van het koninklijk paleis, te Brussel, de fiere vlag van keizer Willem van Duitsch land, toen op bezoek bij den koning eD de koningin der Belgen. Thans wappert aan denzelfden vlaggestolc het vaandel van het Boode Kruis, en het paleis is in een hospitaal herschapenop de gesloten vensters, den geheelen voorgevel langs, ziet men het Boode Kruis op witten grond, alsook op de vensters uitziende op de groote binnenplaatsen. Onze edelmoedige koningin heeft het koninklijk verblijf herschapen in een toe vluchtsoord voor de slachtoffers van den oorlog, om het even welke, want het is een internationaal hospitaal. Wanneer men de prachtige zalen door loopt waar weleer de luisterrijke ontvang sten ter eere van Wilhelm II plaats had den, krimpt het onverschilligste hart in een, en wotdt bevangen met een diepge voeld en eindeloos wee. De koningin heeft zelf het bestuur van do inrichtingswerken op zich genomen. Terwijl de koning, ginder verre met zijn generaals de zege voorbereidde, bereidde Haar Majesteit de teederste zorgen voor aan hen, die gekwetst van de ijselijke slag velden zouden terugkeeren. En dit hospitaal is ruimschoots van alle benoodigdheden voorzien. Is koningin Elisa beth niet de dochter van een geneesheer?... De geheele eerste vordieping en een gröot deel van de tweede zijn in gebruik genomen. Het' koninklijk hospitaal zal drie honderd gekwetsten kunnen ontvangen. De bedden werden geplaatst in de groote balzaal, in de groote galerij, in de wachtkamer, in de kei zerlijke zaal, in de witte salons, alles op de eerste verdieping. Uit deze salons werden de meubelen, de draperieën, de tapijten weggenomen. De lustres werden van hun kristallen ontbloot, de prachtige verlichtingstoestellen werden vervangen door heldere electrische lampen waterkranen en waschtoestcllen werden ge plaatst, enz. enz. De serre, waar bij de hofbals het klein buffet wordt opgesteld, bevat thans een dubbele operatiezaal. Al de versieringen zijn weggenomen en operatietafels vervangen thans de marme ren luxetaf eitjes. Do koningin heeft de muren laten witten. Eén zaal is ingericht voor de radiogra phic. En op dc eerste verdieping, in de kamers destijds door den koning van Pruisen be trokken, staan thans veertien bedden de ongelukkige gekwetsten op te wachten. De geheele tweede verdieping is bestemd voor do verpleegsters, en daar vindt men ook de gezondheidsinstellingen, namelijk badkamers, stortbaden, masseerzalen, enz. Men ziet dat onze koningin Elisabeth in alles heeft voorzien, opdat zij, die in het pa leis verzorgd worden de gezondheid en het leven zonden herkrijgen In de kelders zijn bijzondere keukens in gericht voor de gekwetsten. Melden wij nog deze bijzonderheidde koningin heeft besloten, dat de zieken in het paleis zullen binnengebracht worden langs de groote poort van den rechtervleugel en de eeretrap. Dr. Depago werd als opperheelmeester aangesteld; zijn helper is dr. Hannecart; de geheele dienst wordt geleid door dr. Le- boeuf, geneesheer des konings. Het personeel omvat nog andere genees- heeren, helpers verplegers en verpleegsters. De koningin, deze ambulance van het Boode Kruis in haar paleis inrichtendo, heeft wederom het bewijs gegeven van haar diepgevoeld© menschlievendheid, waarvan zij reeds zoo menige blijken gaf. Een Brief Yan een Geinterneerdc. Een Duitsch soldaat-, die den stormaan val op Luik heeft medegemaakt, en bij ziju vlucht uit deze stad op Hollandsch grond gebied ontwapend werd, schreef een brief a zijn verloofde in Schwerin, waarvan iemand to Maastricht met verlof een af schrift nam, dat do „Maasb." publiceert. In den brief leest mon o. a. Uit do krant zult gij hot verschrikke lijk v or loop van den eersten aanval verno men hebben. Gezamenlijk met de artillerie, cavalerie, met het regiment jagors en het 25sto regiment wilden wij op de vesting Luik «aftrekken. Maac !t kwam heel anc&ors uit. Ons regi ment en het ÖOsto van Bostock waren zoo ver mogelijk 14aar voren gedrongen. De artillerie kwam niet, en ook de andere regimenton konden niet opereoren. Onge veer 1000 meter voor ons lag Luik. Plotse ling werden wij door de vijandelijke artil lerie, die in een fort stelling had gekozen, sterk onder vuur genomen Bechts en links vielen de kameraden neer. Naast mij stond con „Einjahriger", met wien ik nog sprak en die t-ot de zes man behoorde, die door één granaat Werden neergeveld. Ik werd door den luchtdruk weggeslingerd, kwam echter weder spoe dig tot bewustzijn en stormde verder. Yan de zes man stond niemand meer op. Verder ging 't over de lijken der geval lenen en wij hoorden het gesteun der zware verwonden. Wij storLten ons in de stad zonder ver moeden van hot groote gevaar,- dat ons bedreigde. Midden in Luik viel van uit do beide huizenrijen een dichte kogelregen op ons neer. Het was geen slag, maar een slachting. Do dichto deuren werden opengeslagen en alios wat daar achter gevonden ^eid aan den dood prijs gegeven. Bij duizenden vielen de dooden en gewonden aan weers kanten van de straat neer. Onzo beide mooie regimenten, onze vaan dels, alles werd vernietigd, alle offieiei;-en dood. Nauwelijks hadden do weinige over geblevenen zich weer verzameld, of wij werden aan weerskanten door de vijande lijke artillerie aangegrepen en van achte ren door h°t infanterie vuur vervol erd. Wij stonden nog met 600 man met de artillerie b-tronover ons. Eén kan+ was voor ons nog open, de richting naar Holland. Naast mij sloegen de granaten neer en <le meest van de 600 man moesten op deze vlucht het leven laten. Vlucht naar Hol land!" was het laatste bevol van onzen overste toen ook hij door een granaat werd getroffen In wilde vlucht ging 'tover velden en wegen in Noord-Oostelijke richting, wij holden maar voort, begeleid door 't gra- naatvuur, in de zekere verwachting elk oogenblik to worden neergelegd. Met één man was ik nog over, en slcefits met moeite kon ik hem mecsleepen. Alle ande ren waren weg. Er zijn nog een veertig man van onze beide regimenten overgebleven. Tegen vijf uur in den namiddag kwamen wij aan de Hollandsche grenzen, en werden liefderijk door do bewoners opgenomen. De grenswacht ontwapende ons en maakte ons kriigsgevan gen Yen de artillerie weet ik niets, alleen zooveel, dat zij ons smadelijk in den steek heeft gelaten. Als zij goed geholpen had, hadden wil slechts weinig verliezen gehad en de vesting was zeker zond.r veel bloed vergieten genomen geworden. De taak der Lniktebc Forten. Een medewerker aan „La Dern. Heure" heeft een Belgisch hoofdofficier ondervraagd aangaande de taak der forten van de ves ting Luik. Kunt gij ons uitleggen, generaa-l, aldus informeerde de journalist, hoe het komt, dat de stad Luik bezet is door do Duitsche troepen, terwijl de forten nog in ons bezit zijn? Het publiek begrijpt dien toestand niet en vindt hem paradoxaal. Het is heel eenvoudig, antwoordde do generaal. De forten, die Luik in een kring van 50 k 60 kilometer omtrek omringen, zijn slechts forts d'arrêt, sperforten. Deze forten hebben twee bijzondere eigen schappen. De eerste is, dat zij uitnemend zijn uitgedacht, gebouwd en gepantserd, op dat zij niet gewapenderhand zullen worden genomen. De tweede, dat zij over machtige artilleriemiddelen beschikken. Maar zij be zitten geen garnizoen zij kunnen geen of fensieve uitvallen ondernemen. Men kan zo niet berennen, en zij kunnen alleen maar schieten. Opdat, de verdediging dezer forten volle dig zij, beschikt men in de tusschenruimten over bewegelijke troepen. Deze troepen tre den gezan^nlijk met de artillerie der for ten op, ten einde het vijandelijk leger op te houden. Gedurende vier dagen heeft de mobiele divisie van Luik dit gedaan met een moed en een oorlogskunde, die boven allen lof verheven is. Zij moest zich in de zen strijd verdedigen en tegelijkertijd ver plaatsen. Vier dagen lang, dag en nacht, was zij in actie. En daarop was haar taak en die der for ten volbracht. Men had het Duitsche leger tot staan gebracht. Men had het bovendien ontzaglijke verliezen toegebracht. Maar dit is toch niet het grootste belanghet voor naamste is, dat de sperforten hebben ver sperd. Na deze vier dagen heldhaftigen strijd heeft men de troepen der mobiele verdedi ging teruggetrokken. Zij zijn de Maas we der overgegaan het doel was bereikt. Hoe wordt nu de toestand De forten bie den nog steeds tegenstand. Als er weder een legergros kwam opdagen, zouden de for ten weer in actie kunnen komen. Maar zij zijn niet bij machte, troepen in verspreide marschoTde tegen te houden. Ziedaar, hoe de vijand de stad Luik heeft kunnen bezetten, zonder meester te zijn over de forten, wier actie dadelijk weer zou be ginnen, iederen keer als de vijand er Com pacte troepenmassa's op afstuurt. Mijn conclusie is, dat de operatie, hierin bestaande, dat de vijand de Maas met een aanzienlijke troepenmacht tracht over te steken, uiterst gevaarlijk, zoo niet onmoge lijk is. Het is dus waarschijnlijk, dat, in dien de Duitschers de Maas overgaan, zij dit zullen doen ten noorden of ten zuiden van Luik, d. w. z. buiten het bereik der forten. Het publiek heeft zich vergist aangaande do taak dezer forten. Zij hadden niet ten doel, Luik te beschermen, maar den over gang van de Maas in hun straal van actie te verdedigen. En dat hebben zij gedaan. Zij hebben den geforceerden aanval der Duit schers gebroken. Voor Namen geldt hetzelfde, met dit on derscheid, dat deze vesting ons zou moeten beschermen tegen een geforceerden aanval van de zijde van Frankrijk. België, die zich natuurlijk niet op zoodanige wijze militair kan organiseeren, dat het zijn eersten aan valler kan overwinnen, heeft het beter ge acht, sperforten te bouwen, bestemd om den vijand eenige dagen op te houden, en zoo een naburig volk te veroorloven, het ter hulp te snellen. Een Dorp verbrand voor verdedigingsmaatregelen. Een Belg in Engeland, heeft van zijn broer, die zich bij de Belgische troepen be vindt, een brief ontvangen over de vernie ling van het Belgische dorpje Boncelles, door de Belgen zelf. „Om 10 uur Maandagavond (3 Aug.) wer den de vreedzame inwoners van Boncelles (een dorpje vlak bij 't fort van dien naam bezuiden Luik) plotseling herinnerd aan de vreeselijke beteekenis van het woord „oor log". Een genie-officier vergezeld door een groot aantal sappeurs, klopte aan iedere deur en bracht de boodschap, dat alle hui zen moesten worden verbrand om het schiet veld der kanonnen van het fort vrij te ma ken. Er mocht geen oogenblik verloren, gaan en wie wilde mocht een schuilplaats zoeken in het fort. Terwijl de officier sprak, droegen de sappeurs hout, poetskatoen, pe troleum enz. aan. De menschen die om de forten wonen we ten, eens en voor altijd, dat in oorlogstijd de noodzakelijkheid zich kan voordoen, dat de fortautoriteiten de huizen der dorpelin gen laten vernielen. Maar in dit geval wa ren zij 's middags niet gewaarschuwd, en de meeste, menschen waren al naar bed gegaan toen men hun nog laat in den avond hun lot kwam aanzeggen. Ik kan de hartverscheu rende tooneelen, die wij dien nacht had den te aanschouwen, niet beschrijven. Al wat ik mij er van herinner is, dat de vrou wen weenden, de kinderen baden. Stel het u eens voor de meesten van die vrouwen heb ben mannen, broeders, zonen in de gelede ren, en thans komt men haar huizen ver branden. Enkele vrouwen smeekten den soldaten om ten minste wat huisraad te mo gen redden, maar de troepen namen haar vriendelijk doch vastberaden bij een arm en zetten haar op straat. Intusschen waren de soldaten de huizen binnengegaan met hout, hooi en petroleum en staken er over al den brand in. De vrouwen, die de bran dende huizen wilden binnengaan, om zoo mogelijk nog iets te redden, werden terug gedrongen door de soldaten. Het was be gonnen te regenen en hier en daar was het vuur uitgegaan. Maar do soldaten kwamen dan met nieuwe voorraden met petroleum gedrenkt poetskatoen, die aan de punt van de bajonetten naar binnen werden gestoken. Een man die juist uit zijn huis naar bui ten was gebracht en die eerst met ver dwaasd gezicht het werk der soldaten had aangestaard, kwam plotseling in actie' en bielp in persoon de soldaten zijn huis in brand steken. Toen dit voorbeeld eenmaal gegeven was, hielp al spoedig de geheele mannelijke bevolking mee. Toon om halfelf de noodklok begon te luiden, stonden er zeker 50 boerenstulpen in brand. Daarop moest de oude, merkwaardige dorpskerk met haar vierkanten toren er, aan gelooven. Hout en poetskatoen wareni tot bij het altaar en in den toren zoo hoog mogelijk opgetost. Even later was een reus achtige vuurtoorts al wat er van over was.- In het geheel werden op dezo wijze 130 huizen vernield en daarna werden alle hoo rnen van het dorp omgekapt." DuUschlanil gaat waarschuwen. De „Nordd. Allg. Ztg." vertelt, dat» Duitschland door bemiddeling van een neu- trale mogendheid, welke wordt niet mee» gedeeld, Frankrijk cn België waarschuwin-» gen heeft doen toekomen Aan de Fransche regeering: Uit de be- richten der Duitsche troepen blijkt, dat in Frankrijk, in strijd met het volkenrecht, een volksoorlog wordt georganiseerd. Het is herhaaldelijk voorgekomen, dat do be- woners in burgerkleeding verraderlijk op Duitsche soldaten hebben geschoten. Tegen een dergelijke wijze van oorlogvoeren, die in strijd is met het volkenrecht, protesteert Duitschland. De Duitsche troepen hebben bevel gekre gen elk vijandig optreden van de bewoners met de scherpste maatregelen te onder-» drukken. Ieder niet-soldaat, die de wapens draagt, ieder, die de Duitsche achterwaart-sche ver bindingen stoort, de telegraafdraden door snijdt, ontplofbare middelen gobruikt, kort om, ieder die zonder daartoe het recht te hebben, deelneemt aan oorlogshandelingen, wordt op staanden voet doodgeschoten. Wanneer de oorlog daardoor een scherp karakter krijgt, kan Duitschland daarvoor niet aansprakelijk worden gesteld en zal Frankrijk alleen verantwoordelijk zijn voor, de stroomen bloeds, die de oorlog zal koe ten. Aan de Belgische regeeringDe Belgi sche regeering heeft Duitschlands oprecht gemeende aanbiedingen om haar land de verschrikkingen van den oorlog te besparen van de hand gewezen en zich gewapender-» hand verzet tegen het binnenrukken van' Duitschers in België, wat door de maatre gelen van de tegenstanders van Duitsch land noodzakelijk was geworden. Ondanks de nota van 8 dezer, waarin! de Belgische regeering verklaart, dat zij overeenkomstig het oorlogsgebruik slechts oorlog zal voeren met geüniformeerde man schappen, hebben bij de gevechten in Luiki een groot aantal personen in burgerklee ding deelgenomen aan den strijd. Zij scho ten -niet alleen op Duitsche troepen, zij sloegen wreedaardig gewonden neer en schoten goneesheeren dood bij de vervulling van hun plicht. Het gepeupel van Antwerpen vernielde op barbaarsche wijze eigendom van Duit schers, en vrouwen en kinderen werden op beestachtige wijze afgemaakt. Duitschland eischt ten aanzien van de geheele beschaafde wereld rekenschap van' het bloed der onschuldigcn en voor de met allo beschaving spottende wijze, waarop België oorlog voert. Wanneer de oorlog nu een wreedaardig karakter aanneemt, ligt de schuld aan Bel- gie. Ten einde de Duitsche troepen te be schermen tegen de ontketende woede van het volk zal van nu af ieder niet-geuni- formeerde, die niet door een duidelijk zichtbaar destinctief te herkennen is, behan deld worden als staande buiten het volken recht, wanneer hij deelneemt aan den strijd, Duitsche achterwaartsche verbindingen 6toort, telegraafdraden doorsnijdt, ontplof bare middelen gebruikt kort-om, zonder daartoe gerechtigd te zijn deelneemt aan de oorlogsverrichtingen. Hij zal als franc- tireur worden behandeld en op staanden' voet doodgeschoten. Het „Hbld." maakt hierbij de volgendel opmerking Het vorenstaande officieele telegram sluit op merkwaardige wijze aan op de telegram men over beweerde Duitsche barbaarsch- heden, van Belgische zijde ontvangen, en' over beweerde Belgische barbarschheden, van Duitsche zijde afkomstig. De Duitsch© regeering werpt de schuld voor de wreede wijze, waarop zij mede dezen oorlog zal voeren, op de boeren en burgers, die, hun land en huis en hof vertrapt ziende, zich tegen den binnendringenden vijand verzet hebben op hun wijze. Het is alles vol komen in overeenstemming met de krijgs gebruiken en volgens krijgsrecht mag zulk een burger geëxecuteerd, worden. Maar het is wel de allergruwelijkste zijde van den oorlog die naar voren komt. En dan... op welke bewijzen, na wat voor rechtspraak wordt zulk een burger tegen den muur ge plaatst of gehangen? Fransche tegenspraak. Een officieel communiqué beschuldigt het officieele Duitsche bureau Wolff van een' leugencampagne. Als voorbeelden worden genoemd, dat volgens Wolffs Bureau de Fransehen 20,000 man zouden hebben ver loren, terwijl een dergelijk getal zelfs nog niet in do voorpostengevechten is betrokken geweest. De forten van Luik zouden zijn geno men, terwijl juist do Duitschers zijn ge dwongen door de forten^ tot een geregeld beleg. Daarentegen wo'rden de Duitsche tegenslagen in den Elzas en België zorg vuldig verborgen. De Fransche bladen zijn dag aan dag genoodzaakt deze leugens to gen te spreken, welke anders wellicht ge loof zouden vinden. Het plan tot stichting van een officieel dagelijksch bulletin, bestemd om de Fransche soldaten in te lichten omtrent de krijgsgebeurtenissen is aangenomen. Het eerste, heden gedrukte nummer, zal van nacht worden verzonden. Dr. Liebkucoht en Rosa Luxemburg gedood? Do Daily Citizen zegt van een Duit- scher, die naar Londen is gevlucht, veis nomen te hebben dat de Duitsche sociai list dr. Liebknecht zou zijn doodgescho ten, omdat hij wegens gemoedsbezwaren weigerde dienst te doen in het leger., Rosa Luxemburg zou ook zijn doodge schoten. Socialistisohe vergaderingen in Berlijn zouden zjjn uiteengejaagd dooB soldaten, die. op. het volk. schoten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 6