Schoenwerk en Hygiëne. De Bakkerij êti Bulgarije. De gevaren derdraadlooze telegrafie, In hoeveel opzichten de vrouwen ook verstandiger geworden zijn, aan de voeten wordt nog altijd veel gezondigd. Er zijn nog tal van men se hen, zegt het „N. v. h. iN.", die liever pijn lijden om een mooien voet te hebben, dan dat zij zich doelmatig en hygiënisch schoenwerk laten aanmeten. Eh toch zou het heel verstandig zijn juist attentie te schenken aan de voetbedekking, want o, die is van zoo groot belang voor het heele gestel en kan zoo vormverstorend werken, wat toch ook alweer uit schoonheids oogpunt niet te verkiezen kan heeten. In het .algemeen kan men vijf soorten van misvor mingen onderscheiden, die het gevolg zijn van slecht passend schoenwerk, n.l. die het gevolg zijn van te korte, te spitse, te smalle, of over het geheel te enge schoenen, en door te hooge hakken veroorzaakt. Draagt men schoenen, die aan dit laat-ste euvel ,,mjank gaan", dan kunnen de teenen niet plat op de zool liggen, maar gaan krom staan en zoodoende wordt er op de boven ste oppervlakte geloopen. De gevolgen daar van zijai blaasjes, ontstekingen of pijnlijke eeltplekken aan de voorste deelen der tee nen. De middelvoet drukt eveneens tegen hét bovenleer aan en daardoor ontstaan de zoo geduchte eksteroogen. Het kwaadst te .verantwoorden heeft het nog de groote teen die kan niet naar anderen vluchtendu6 gaat naar boven staan Hog veel meer dan te kort, komt te spits schoenwerk voor. Daarin hebben de teenen een nog veel harder strijd om het «bestaan te voeren want hier geldt het recht van den sterksteDe groote teen en de vierde en de vijfde willen zich naar het m dden dringen, de middelste gaan naar boven opstaan en de pijnlijke eelt- vorming vertoont zich nu overal. Door den zijdelirgschen druk heeft men nu ook nog kans op in het vleesch gegroeide nagels, enz. enz. Zijn de schoenen te kort en te spits, dam vereenigen zich bovengenoenide werkin gen nog en ontstaan er dan ten overvloede niet zelden de half kogelvormige ,,balle>n" onder aan de teenen. Echte folterwerktui- gen zijn de te smalle schoenen. Die zijn ook wel het nadeeligst voor de gezondheid, om dat hierdoor de bloedsomloop gestremd wordt. De gevolgen er van zijn óf koude voeten óf zweetvoeten. En hieruit ontstaan weer tal van andere storingen in het gestel, die soms zelfs van vrij ernstigen aard kun nen zijn. Hooge hakken zijn daarom zoo af te keuren, omdat nu de heele zwaaide van het lichaam op het voorste deel van den voet komt te rustenzij, die zich aa<n een derge lijk „misbruik" schuldig maken, hebben nog het meest last van eelt; zóó zelfs, dat het loopen haar tijdelijk een onmogelijkheid kan worden. Maar ook schoenen zonder hakken zijn af te keuren. Daarom is het ook hier maar weer het best, den gulden middenweg, te bewandelen, die altijd en bij alles het ver- kicslijkst blijkt! Is het nu toch eenmaal zoo ver, dat men al eksteroogen heeft, dan moet 't volgende een uitstekend middel zijn; een ui wordt in reepen gesneden van een vinger breed, deze worden in azijn gelegdvóór het naar-bed- gaan bindt men nu op iederen eksteroog zoo'n reepja Des mrogens kan men met den .vinger de opperhuid gemakkelijk loe maken en wegnemen; wanneer men dit enkele nachten herhaalt, 5s spoedig het geheel© oog weg. Een gezwollen enkel kan eveneens ver oorzaakt worden door een nauwe laars. Maar deze afwijking gedoogt geen uitstel en wil ze niet van blijvenden aard worden, dan raadülege men spoedig een dokter. 's Winters en vroeg in het voorjaar suk kelen vele vrouwen en meisjes met z. g. win tervoeten. De verschijnselen van deze pijnlijke kwaal zijn overbekend, doch de behandeling hiervan is geen plaatselijke, maar werkt op bet heele gestel. Het is hierbij ook weer: voorkomen is beter dan genezen, en als een moeder be merkt, dat haar kind voor deze kwaal vat baar is, dan kan zij zich verzekerd I.ouden, dat het niet voldoende gezond en krachtig is, hoe opgewekt het ook moge zijn. Het dieet van zulke kinderen behoort daarom zorgvuldig geregeld te worden. Warme on- derkleeding is m de eerste plaats ge^ wenscht, verder ruime laarzen, gevoerde handschoenen en overvloedige beweging in de buitenlucht. Nog tegen een slechte gewoonte moet ge waarschuwd worden, n. 1. tegen het aan- weftdsel om de zwaarte van het lichaam op één kant van den voet te doen neerkomen, waardoor het zwikken wordt bevorderd. Loopt ge uw schoenen scheef, dan is het verkeerd, den afgesleten kant hooger te laten maken dan den anderen; laat ze lie ver onmiddellijk in orde brengen, zoodra de laars maar een bagatel zijn horizontalen stand verliest. De laarzen dus moeten ruim en rekbaar genoeg wezen, om den beenderen en ge wrichten eenige speling te gunnen. Het knellen der voeten in een paar, te nauwe schoenen veroorzaakt een soort kreupelheid, die ook alle.bevalligheid aan den gang ont neemt In een Oostenrijksch vakblad lazen we aldus „De Bakkerij" dezer dagen een artikel met bovenstaanden titel, dat we hieronder vertaald Weergeven Een Arabisch, wijsgeer uit de zeventiende eeuw heeft eens gezegd: ,,De oorlog is als een woedende orkaan, zij velt neer, wat niet tegen haar kracht bestand is, zij ver pletterd alles, wat oud en gebrekkig is, maar uit de puinhoopen caer wrakken zal weer een nieuw en krachtig loven rij'ü.i Hoe treurig, hoe wreed en hoe mensch- onwaardig een oorlog moge zijn, hij heeft toch het vóordteel, dat hij hot oude en ge brekkige vernielt; er worden nieuwe toe standen uit geboren. Zoo ook op bakkersgebied in Bulgarije. Ons vak werd daar vóór den oor'cg op hoog9t primitieve wijze uitgeoefend. Het deeg werd er met de voeten gekneed, een eigenaardig verzuurde geitenmelk werd als gistingsmiddel gebruikt, en om de rijzing goed tot haar recht te laten komen, bedekte men het met een warme paardedeken, zoo van het ros af. De oven verkeerde er in een aartsvaderlijken toestand, waardoor het brood altijd eenigszins naar rook smaakt©. Taai of verbazend hard brood was meestal het product van den bakker. Behalve in de weinige steden, had men ook nog bakkerijen in de dorpen, meestal één, omdat de landbevolking over bet al gemeen haar eigen brood bakt, dat nog een paard gradfen slechter is dan dat der bakkers. Ten gevolge van den oorlog zijn er een massa bakkerijen, indien We ze zee noemen mogen, verdwenen. Vele bakkers moesten teil strijde optrekken cn hebben op het slagveld hun leven gelaten. Het grootste gedeelte der bakkers werd echter ge bruikt voor de veldbakkerijen, wa*r zij ic aarakmg kwamen met Duitsche en Oosten- rijksche collegia's, voor de bediening der veldbakkerijen aangeworven tegen veel geld. Deze veldbakkerijen waren hoogst modern ingericht en trokken wegens de groote practisch© waarde algemeen de aandacht der buitenlandsche mogendheden. Deze veldbakkerijen besten deai uit ovens, welke men opbouwde uit cementplaten, terwijl de deegkneedraachmes, geleverd door een Weensche firma, in beweging ge bracht vierden door eenstoomfiets. waarvan het achterwiel niet den grond raakte, maar dienst deed als vliegwiel, waarover een riem liep. Men ziet: eenvoudig, maar praotisch. De broodvoorziening van het Bulnraarsche leger lieft, de ongunstigst© omstan die-heden in aanmerkinr genomen, weinig te wen- schen over. 't Was natuurlijk zich behelpen, maar dat is in den oorlosr steeds het geval. De Bulgaarsche milrfaire bakkers zagen het gemak dor machines in. wat h^t schoone gevolg heeft gehad, dat na den oorlog reeds eèn dertigtal mengmachines naarj Bulgarije verzonden zijn. Vóór het uitbre ken der vijandelijkheden waren er in heelj Bulgarije slechts drie deegkneedmachines] aanwezig, waarvan twee in de hoofdstad.*! Men kan dus wel zeggen, dat de oorlogi op d'3 bakkerij een gunstigen invloed heeft gehad. Natuurlijk zal men bij de landelijke be volking van dezen vooruitgang weinig of niets bemerken daar blijft men natuurlijk op oude wijze bakken. Het huisbakken brood wordt in den re gel bereid door d'e vrouwen, soms ook wel door oude mannen. Doch ook in de dorps bakkerijen doen de vrouwen wel het zwaar ste werk, namelijk het kneden. Het vor men en het bakken echter doet de bakker. Over het algemeen oefenen de dorpsbakkers er ook nog het vak van herbergier uit. of zij drijven handel in allerhande artikelen. In den regel is de dorpsbakker een ge wichtig man. Hij hoort veel, doordat de menschen bij hem samenkomen om brood te koop en. Door zijn handel reist hij veel en doet daar meer ervaring bij op dan rijn dorpsgenooten, die maar zelden het huis verlaten. Hij is dus zijn medemen- sohen in kennis ver vooruit en heeft daar om eenig overwicht op hen. Hot i9 daar door geen wonder, dat vole dorpshoofden óf iijbe boeren óf rijke bakkers zijn. Grootendeels is het brood van grof tar wemeel bereid andere soorten heeft men er niet, behalve in de groote steden. Toch bestaan er wel eenige soorten van feest gebak, zoogenaamde honigkoeken, die men vroeger ongetwijfeld heeft leeren bakken van de Muzelmannen, Deae honigkoeken, somtijds met uien en kruiden bereid, zijn j niet onsmakelijk. Ook de eierkoeken met I honig zijn er niet te versmaden. Boter wordt zoo goed als nooit bij het bakken I gebruikt, maar wel rundervet en olie. Vroe- J ger gebruikte men algemeen schapenvet. Op feestdagen bakt men nooitdit zou onheil teweegbrengen. Ook zal de bak ker niet te bewegen zijn brood te bakken op den ste«rfdag zijner ouders, dhar dit, volgens algemeen bijgeloof, een sterfgeval j in de familie zou veroorzaken. Op den J dag na Pinks tea-en worden de veeren van i een zwarte kip in den oven verbrand dit j moet een prachtig middel zijn om booce geesten te verdrijven. Booze geesten toch zoeken graag de bakkerijen op. Zeker om dat het er zoo lekker warm is. Als hetj brood een paar keer achter elkaar ver brandt, is dit een teeken, dat de boozei geest in de bakkerij rondwaart. Dan wordt er allerlei hocus-pocus uitgevoerd, oa hiervan bevrijd te worden. Waar echter de deegkneedmachine in gang gevonden heeft, zullen deze antieke toestanden ook wel langzaam, maar zeker verdwijnen. E enigen tijd geleden pu/jliceerde 't Frao- ache wetenschappelijke blad ,,La Nature" een artikel van den ingenieur Franck Duro- quier, waarin de gevaren werden aange toond, veroorzaakt door 33.9 Herz-golven, uitgazonden door krachtige radiografiesta tions. Zoo werden, o.a. de brand van het s. s. „Volturno" en de mijnramp te Cardiff hieraan toegeschreven. Dit artikel heeft natuurlijk in wetenschap pelijke kringen zeer de aandacht getrokken en ook aanleiding gegeven tot allerlei com mentaar. Terwijl de door wetensekappel ijk© proeven gerugsteunde bewering van Duro- quier, dort de Herz-golven van zeer sterko Marconi-stations op enorme afstanden, tus- schen de eindpunten van geïsoleerde, niet gesloten leiders inductie-vonken veroorza ken, die onder bepaalde omstandigheden bramd of explosie kunnen doen ontstaan, door ta-1 van electro-technici wordt beves tigd, beweren andere specialiteiten, dat, hoe wel het optreden van deze inductievonken moet worden erkend, er geen sprake van is. Wat intusschen niet wegneemt, dat na eert officieel onderzoek, door een regeerings- commissie in de Vereenigde Staten inge

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 21