8DUSIR00PR Verdelg Uw Asthma Astlima U verdelgd heeft! Gemengd Nieuws. gaf tot de bespreking van iets, dat door bet ééne staatshoofd ten behoeve van zijn land van het andere land verlangd worcix. Het kon dan zijn, dat er eenige moeilijk heid hing, dio men uit den weg wenschto te ruimen, of ook, dat men op een nieuw punt zekere gewijzigde verstandhouding bevorderen wil. Vanzelf rijst derhalve de vraag, of het hier komen van den Minister van Buiten landsche Zaken, op wat wijs, in verband stond met onze buitenlandsche politiek. Het. kan uitteraard zijn, dat deze Minister zijn Vorst, op reis vorzelde, om te Londen of te Parijs of to Brussel het een of ander to regele-n, en dat hij thans slechts mee kwam, om saam met zijn Vorst de thuisreis te maken. Anders is het geen usantie, dat bij een uitsluitend beleefdheidsbezoek een minister meekomt. Is er nu niets hieromtrent uitgelekt? Of moet het antwoord op die vraag toe ven tot November, als Buitenlandsche Za ken weer aan de orde komt? He hoefijzercorrespondent van het ,,H a n- d e 1 s b 1 a d" schrijft- „Uit het antwoord der Regeering aan den heer Van Vlijmen blijkt thans officieel, dat de bekende Regeer ingsopdraeht nan den heer V a n K o 1 is verleend niet- door de Indische, maar door de Nederlandsche regeoring, zij het ook in overleg met den G.-G. Wij herinneren er aan, dat- op 15 April dat wil zeggen op den dag, waarop de heer Van Kol volgens ,,H e t V ol k" naa-r Japan vertrok de secretaris-generaal van koloniën ons verklaarde, dat hem ook na nadere informatie niets bekend was van een R-egeeringsopdracht aan genoemden af gevaardigde. Bovendien hebben wij zeer goede redenen om aan te nemen, dat ook de ministerraad niet in deze zaak is gekend, en men moet dus tot de slotsom komen, dat hier tlo denken valt aan een zuiver persoon lijke daad van minister Pleyte. Hat ons blad deze daad betreurt, weet men reeds, en wij blijven de keuzo een ongelukkige demonstiratie van misplaatste onpartijdigheid achten, die door de toevoe ging van een corrector aan den heer Van Kol misschien van effect), maar niet van aard is veranderd." RECLAMES, 40 Cönts per regel. vóórdat de Aothmalijdcrs, hoeatera. kuchcra, lijdera aan bronchitis, gij allen die fluim of be nauwd zijt laat Uw kwaal niet ongestoord voort woekeren, laat Uw kwaal niet den tijd U te overweldigen, wordt niet de teringlijders van de toekomst. Will gij genezen Gij kunt genezen, ale gij niet eigenwija zijt. Gebruik de redder der longen: de Abdijsiroop, Klooster Sancta Paulo, samengesteld uit kruiden, die bijzonder krachtig op de ademhalings organen werken. De bor»tversterkend en aïektekiemdoodend. geneest onvoorwaardelijk arthm», influ- enza. pleuris, bronchitis, kink- en slijm hoest. catarrh, den hardnekkigsten hoest en alle borat- en longaandoeningen. Voor- komt de tering. - f,r?# per "2C0I) Y,n 230 gr. I van k* I* Z co van 1000 er* f3-50 Eischt roodeo band tnel handieckenine 4x^9 J-Akker. Rotterdam. Verlcrijcbbur bij alle droaisien en de meeste apothekers. 7669 36 Firma Th.A.A.Simonis.OEM HAAG fabriek en Magazijn van ZiEKEWAGEM5 - ZIEKESTOELEM CLOSET- ROL- en DRAAGSTOELEN 13, 4322 6 Brieven tut AVarmond. EXVII. Een vorig jaar gaf ik ip een schrijven eens te lezen, hoe. de bekende schrijver in „He Kaïnpioen", Bert us Bol, over Warmond dacht, wat oen heel vleiend oordeel was. Ware het anders geweest, dan had ik er natuurlijk over gezwegen, want dan zou "het onwaarheid geweest zijn. He natuur schept hier bet schoonst denkbare, als men afwis seling wil't meeste om de grootst afwij kende smaken te voldoen. Ik zou hot in den broede nog wel eens wenschon te herhalen, over bloemen en groen, over bosschen en velden, pracht.vea-gezi-chten over water en land' mooie lanen met rijzige hoornen, nv t. brood zich uitspreidende kro nen, en frisch groenen achtergrond; het vcgelengekweel en het bijengvgons en al wat, levend in de natuur, zich koor-en doet. 's Avonds den nachtcgaalsslag, en kik kergekwaak, dat weer een mooien -volgenden dag voorspelt. Hat zien blinden, hooren doo- ven; da.t voelt ieder. AVat inenschenlianden maakten op bekoor lijke piekjes, alles aangenaam aan doend, langs rustige goede wegen te bereiken. Enfin 1 't Moet eigenlijk niet herhaald, ieder weet het, moet het weten, of zorgen liet te weten te komen, en ik moet er voor waken niet van het punt af te draaien, waarover ik het wenscht© te hebben, al zou het. te veront schuldigen zijn, daar liet een zeer draaierig voorwerp betreft, waarop ik aandraai, n.l. den Tol. Het eenige, wat) bekritiseerd werd in be doeld schrijven, van Bertus Bol, was toen „de Tol"; en oen ingezonden stukje in dit blad, -even latei*, gaf blijk, dat Bertus niet ollean stond, en dat is nog zoo. "Doeh er is, zooals het liedje zegt, „niets aan te doen." Door bemiddeling, per zeer Vriendelijke gelegenheid, kreeg ik dezer dagen uit. de meest officieel© bron. waarvoor hier mijn dank nog, gegevens, waarop staat te maken is en die mij interessant genoeg voorkomen, om onder de oogen van het publiek gebracht te worden. In de Meimaand van het jaar 1639, dus nu tweehonderd v ij bon-zeven dg jaren ge leden, was het, dat den toenmaligen Heer van Warmond, Jacob van Wassenaer, door de Hoogmogende Hoeren Staten van Holland octrooi verleend word tol het bouwen van een brug in en op de plaats van het- bestaande Warmondsche \7ecT, omdat het bij verschil lende winden daar gevaarlijk was over te komen. Aroor liet onderhoud dier brug werd hem toegestaan een brugje, of veergeld te eist hen, gelijk aan liet vroegere A7e-orgcld, dat aldus omschreven werd: Rijdend paard 2 stuivers, drijvend paard 3 groote Vlaems, koe en OGsen 1 stuiver, van ieder kalf en schaap en var-kon 1J2 stuiver, cn ieder© mans- of vrouwspersoon een halve stuiver, wat met parade executie hij daar toe zou mogen constigneeron. Nog vroeger was deze plaats doorwaad baar geweest en .wedde" genaamd, waarvan later nog de teekenen op en in den bodem van de vaart gevonden zijn. In 1657, toen de steden Lcddcn en Haar lem de Haarlemmc-rbrekvaart tussehen heide steden aanlegden, kwain men voor het feit, dat de brug te laag was voor de trekiehuit, ten minste bij hoog water, waarom don eigenaar van toen gevraagd werd de brug te mogen verhoogen mot eenige oude duimen. He mensohen lij kon toon net als nu geweest te zijn, en geredeneerd te hebben ,,voor wat, hoort wat", en do steden konden haar gang gaan, mits zij het eeuwigdurend onderhoud van do brug op zich namen, wat noodge dwongen of mot beide handen aangegrepen, dat wordt niet vermeld aanvaard werd. Ofschoon later het onderhoud bij overeen komst. tussehen de twee sleden geheel aan Leiden is overgegaan, kan toch in oen kwes tieus geval do eigenaar ook do stad Haarlem sommeerendoch dit tot lof van Leiden, het zorgt uitstekend voor do brug. ïn 1793 werd andermaal do brug ver hoogd en vol 8 oude duimen. Dit geschiedde zonder dat hierin erkend werd de vrije viouwé van Warmond Douaricre van Leij- den, geboren des TJiones, die haar secretaris O. Le Cle>rcq op den liuizo Warmond, d.d. 10 October 1793, op eon zegel van twaalf stuivers een akte liet maken in duplo, waar van één den Burgemeester van Lei-Ien werd toegezonden. Zij gaf daarin te kennen, dat, hoewel in deze zaak niet gemoeid, zij om der wille van liet algemeen belang zonder in terrum ptic het werk zou laten doorgaan, maar men den weg aan uo zijde van Oegstgoest voor paarden en gerij goed in orde had te brengen. Alzoo hiermede haar rechten aan toonend. In 1828, 22 Mei, kwam de toon over onze gemeente aangestelde Burgemeester er bij do Staten tegen op, dat ,,de Tollenaar" een volgons hom te hoog tolgeld eischic. De nvuntveranclcring was hier *de aanlei dend© oorzaak van. Volgens 's Burgemees ters schrijven edschte hij voor een vierde stuiyer -of 2 Duiten V/2 cent; ©en Duit, 1 oent, wat volgens de lverekeuing van deh reclamant moest zijn, een vierde stuiver 1 cent; eon duit, 1/; cent Hot sohflrïj ven daarop was echter niet beuiooligeod. Hem werd. gemeld, dat het hexu Amrleend was nog hooger tolgeld te vragen, en hot niet in hun macht was liet te verminderen. Kon hij hier geen vrede mee nemen, dan werd hem aangeraden zich tot den Koning te wenden. Echter is nergens in te vinden, dat ook dit geschied is. Het onaantastbaar recht is er te duidelijk uit gebleken. Het lamst veranderde „het recht van tolheffen" van eigenaar, toen begin Januari 1902 de lieer Leenen kooper werd in publieke veiling, cn ook deze zag zijn recht op heffen en eigendom van de brug erkend door ecu uit spraak van het Kantongerecht, toen hij de if ad Leiden belette, een buis voor de gas leiding, langs de, door haarzelf onderhouden Rrug te loggen, toen Warmond gaslevering door Leiden zou beginnen. Natuurlijk ging het ook toen ©venals in 3 793 meer om rechtserkenuing dan wel om oen ver boter ingsmaatregel tegen te werken. Lr iter is van gem een lew ege nog al eens meer beproefd er af te komen, doch steeds zonder succes, en het zal lat or, naar mijn moening, denzelfden weg moeten gaan als met het „Haagsche Schouw"': het lvijk zal er oen paar lieve dubbel tjos aan te besteden hebben om ons van die onaangename ver- koe rsbelemmering af te helpen. En daar het nog al ©cn aardig cijfer zal bedragen, kon de gemeente er ook nog wel voor oen .deel voor moeten opilraaien. Dit bezwaar zal echter ook niet zwaar wegen, want er zijn cr heel wat hier, die indirect heel wat belasting betalen, die men nooit in zijn geheel op het belastingbiljet terug zal vinden, cn dot beteekent tevens, dat dan d© lasten over wat meer hoefden ver doek! worden- En daar i; wel wat voor te zeggen. SPECTATOR. Men meldt uit Rotterdam: De actie der zeelieden tegen de Holland-Ame- rik a-lijn" is geëindigd... Een 100-tal Huit- schcrs, die reeds door dë Hollarid-Amerika- lijn waren gereqnireeréV en in bet N. A. S. M. hotellogeerden, ten einde bij het uit breken van een staking dienst te kunnen doen, zijn naar hun land teruggekeerd. Op vorzoek van de A m e r i- kaansclio autoriteiten is te Parijs de verte genwoordiger van een grooten muziekhan del to Nieuw-York gearresteerd, beschuldigd vasn verduistering van -gelden zijner firma, ten bedrage van 3, 12^,000 francs. Dc firma is sedert eènige maanden io staat van fail lissement. Toen gistermorgen de 16-j a- rige C. Kerckhoven te Hof-\ an-Delft per fiets de Lepelbrug afreed, kwam van de andere zijde een vrachtwagen, die door den jongen niet werd opgemerkt. De knaap viel, en kwam onder den wagen terecht, die hem over het hoofd en borst reed. De jongen was onmiddellijk dood. Een natuurwonder. In het veerhuis van den heer Timmermans te Gor- kum, is, naar de „Gork. Ct." meldt, een natuurwonder te zien. Een groot.© zwarte kip zit daar voortdu rend op zes katjes van 8 dagen oud. Zoodra de poesjes ter wereld kwamen, heeft zich do kip beschermend daarop neergezet, juist of het kuikens zijn. De moeder-kat wordt door de kip zelfs niet tot haar jongen toe gelaten Nu en dan moet de kip met geweld weggenomen worden, opdat de oude kat haar jongen zogen kan. Te U r e t e r p (Fr.) heeft men b i j nacht ten nadcele vao den veehouder P. de Bdiens waakhond gestolen. Langs den weg t© Amsterdam. De slagersjongen. Er is een wezen in Amsterdam, dat algemeen gehaat wordt. De diepste veraohting van den kalmen burgerman volgt zoo'n creatuur op den voet en het is de vloek van moeders met kinderen, de schrik van den rustigen mensoh en do eaamgetrokken wenkbrauw des wandelenden agents, welke dit veel gesmade schepsel achterna rent. Hier wordt bedoeld: de slagersjongen, die dui vel in een witte kiel, met beneden zich een fiets en voor zich een reusachtige vleesch- mand. Waar het stil is, zie je hem niet, maar waar het druk is en de mogelijkheid bestaat om onrust te verwokken en onge lukken te fabrieken, da Ar is hij. Langzaam rijden kan hij niet en daarom rent hij, cir kelt achter rijtuigen en trams om, jaagt tussehen de mensehen door geeft een stomp hier en geeft -een stomp daar en zet een mond op vao dertig centimeter middel lijn, als een voorbijganger een paar zacht zinnig© woorden ter opmerking spreekt. Hij is brutaal en ontkomt elk gevaar. En toch, menigeen zou zich verlustigen in het schouwspel van een gebroken sla gersjongen. Maar dergelijke gebeurlijkhe den zijn zeldzaam, omdat het in den regel de brutale is, die wint, en de argelooze voorbijganger het objectum is, dat wordt geslachtofferd. Doch onlangs deed zich een geval voor, waarin het de slagersjon gen was, die het slachtoffer werd van eigen roekeloosheid. En daarom is het feit ver-, meldeoiswaard. Een slager jongen dan kwam van het Rembrandtplein. Zijn blik was brutaal, zijn houding eveneens en de vaart, waar mede hij reed, woest. Op de brug van de Heerengracht werd net een agent wakker, die met zijn hand een gebaar maakt© van vrede cn rust. De slagersjongen echter lacht-te en zette er nog harder den „spurt" in, waarna de agent het hoofd schudde, en hem nakeek met een blik, die modelijden afdwong. In de Utrechtsche straat was het druk. Een warboel van mensohen, handkar ren, auto's en trams vulde de straat en de ze hoop stopverf dijde langzaam uit naar het Frederïksplein. He slagersjongen ren de door de menigte heen. Hij kronkelde zich als een slang door de massazette zijn voorwiel tussehen twee menschen in en de mand deed de rest. Hat ging een tijdje goed tot hij plotse ling kwam te staan voor een man, met een groene etensbus, langzaam sjokkend, een die van zijn leven geen kwaad had gedaan. Het voorwiel schoof tussehen man en etens bus, maar do man liet zijn bus niet los. Eén oogenblik later kregen de mensohen een aanblik, voor een futuristartist om van te smullen. He etensdrager rolde op den grond, do bus beschreef een boog en een regen van poffertjes daalde op de straat. He slagersjongen viel over den rollenden man, de fiets rinkelde over do straat en stukken rauw vleesch kwamen naast de poffertjes te liggen. He consternatie was groot, evenals de verontwaardiging der partij-trekkende mensohen. Ho poffertjesdrager was beduusd en bleef bij de brokken zitten. De slagersjon gen greep zijn fiets ©n zocht naar zijn vleesch. Hij wilde een ossenhaas in de mand hijsehen, toen een groote buldog op hem toesprong en hij haastig het vleesch losliet. He buldog rende met het vleeeah weg. En toen de slagersj. zijn overig vleesch ging zoeken, bemerkte hij, dat andere honden hem reeds voor waren geweest. Onder ge lach van de omstanders eprong hij nijdig op zijn fiets en deed alsof hij zijn beroo- vers wilde zoeken, maar hij rende weg en keerde niet weer. En de poffertjes- i man krabbelde op, zooht zijn poffertjes bij elkaar en deed ze mopperend weer in de bus. („Tijd.") Gistermorgen werden op de A7alkenboschkade in Hen Haag proeven genomen met de motor-brandspuit type- Saurer. Hezo motorspuit werd gebouwd door de bekende Spijkerautofabriek van de Maatschappij Trompenburg. Ho proeven, die onder leiding van den heer perioke in tegenwoordigheid van den heer Tusker- mann, commandant der Haagscke brand weer, genomen werden, slaagde uitstekend. Ook de heer Stam, commandant der Leid- fcho brandweer, woonde do proefnemingen bij. Een geraffineerd© dieveggej Eenige weken geleden kwam een acht tienjarig meisje uit Purmcrend in een ma gazijn in de Damstraat te Amsterdam een mantel koopen, liet dien inpakken en ging met het pakje naar de Nieuwmarkt, om eenige inkoopen te doen. Voor een stalletje bezig een en ander uit te zoeken, lei ze het pak, waarin de man tel, naast zich neer. Eenige ©ogenblikken la- tor kwam ze tot de ontdekking, dat de man tel verdwenen was. Eenigen tijd daarna kwam het meisje weer in Amsterdam, ze moest een mantel hebben en meende andermaal goed te kun nen slagen in den winkel, waar zij do eerste maal den haar ontstolen mantel had ge kocht. Tot haar groote verbazing werd haar een mantel vertoond, precies gelijkend op de vorige en even lang van taille. De winkeljuffrouw, die haar den mantel liet zien, toonde zich op haar beurt niet minder verbaasd, zei bet meisje, dat bet inderdaad dezelfde mantel was, en hij werd teruggenomen op verzoek van de koopster van eenigo weken. 't Meisje begreep er niets van. Tn den Vinkei werd haar toen ^meegedeeld, dat enkele dagen, nadat zij den mantel had ge kocht, er een burgerjuffrouw was gekomen in de zaak, lamenteerende over het feit, dat haar man zoo opspeelde, omdat zij een mantel had gekocht, ver f^oven haar eenvou- digen stand. Zij verzocht het gekochte kleedingstuk te mogen ruilen, zij het met eenig geld t-oe, voor twee kleinere mantels voor haar dochters, die ze had meegebracht., Aan haar verlangen werd voldaan; zij be hoefde slechts een klein bedrag aan geld bij te passen. Het bestolen meisje wist van dit alles niets af, vertelde van den te haren nadeel© gepleegd en diefstal en het eind was, dat het geval bij do politie werd aangegeven met het signalement van de vrouw, die den ge stolen mantel voor 2 kleinere had geruild. Nu werden "Woensdag aan het bureau Jonas- Daniël-Meijerplein een vrouw en een meisje gebracht, op heeterdaad betrapt bij het stelen van dameslaarsjes op het Amstelveld. De politie ging het signalement na van de dievegge van den mantel en kwam t-ot de conclusie, dat dit wel de gearresteerd© vrouw kon zijn. Moeder en dochter werden, na opgemaakt proces-verbaal, weer losgela ten en gisteren ging een recherchour naar. de woning van de vrouw in de Reinward- straat, om polshoogte t© nemen. De vrouw was niet thuis, doch een der dochters verklaarde, desgevraagd, dat zij een langen mantel had gekregen van een fa milielid uit Sloten, met de medodceling ©r bij, dat het "kleedingstuk, indien het niet naar den zin was, kon worden geruild. Het meisje werd daarop verzocht don rechercheur naar het bureau te yolgen. Daar werd zij aan een verhoor onderwor pen en viel door de mandhaar moeder had den mantel op de Nieuwmarkt weggenomen. De dievegge is nu door do politie gearres teerd. Op hot Oranje plein, in Don Haag had een juffrouw, terwijl zij op ©en rust bank had plaats genomen, zich van haai1 hoed ontdaan en dezen naast haar op de bank gelogd. Korten tijd later was de hoed ver dwenen. DeHaarloïusoherochcrche heef fin Den Haag Aangehouden esn 16-jarig Sneisje, B. S., verdacht van verduistering van 8 rijwielen t© Haarlem. Zij heeft vol mondig bekend ©n verdei* verklaard zich aan 35 rijwieldiefstallen in de Residentie le heb ben schuldig gemaakt. Kalkoenen. Ons wordt ge schreven Een bew-oncr vuu een der buiten- wijken te Dordrecht 'is in hot bezit van een kalkoen, di© op een in 't oog loopende wijze zijn baas verwelkomt, als deze des avonds van zijn werk komt. Dat liet beest dan zoo geweldig kakelt en met korte pasje© onophoudelijk heen en weer loopt, vindt zijn oorzaak hierin, dat hem eiken avond een heer lijk maal bereid wordt, bestaaunde uit.... fijngesneden brandnetels. Terloops zij opgemerkt, dat de man door zijn vereelte handen in slaat is, ue brand netels aan te vatten, zonder zich daarbij in het minst te bczeeren. („Hordr, Cfk") 'dat Willem Chester, haar vriend, haar zaakgelastigde en stille aanbidder, toch nog naar Zuit-scrland ging en dat hij op zijn weg daarheen een paar dagen in Parijs zou blijven om haar te zien. 't Was werkelijk heel aardig van hein, dat hij dat deed, en in een ander geval zou Sylvia er zich over hebben verheugd. Maar nu was alles veranderd en zou zij het goed buiten hem hebben kunnen stellen. Het vooruitzicht Chester hier in Lac- vil'Je te zullen zien maakte haar zenuwach tig. Toen zij, nu twee maanden geleden, bet leek haar wel twee jaar Engeland bad verlaten, was zij den jongen rechts geleerde bijzonder goedgezind geweest en fn haar diepste binnenste achtte zij het toen lang geen onwaarschijnlijkheid, dat zij eens zijn vrouw zou worden. Zij vermoedde, dat Chester reeds van haar had gehouden, toen zij bijna nog een %kind was, en dat zijn beperkte middelen hem toen hadden belet, haar ten huwelijk te vragen. Hij was namelijk een dier bui tengewone mannen, die het gewetenloos vinden een meisje te vragen, zoolang hun financien hen niet ruimschoots veroorloven een vrouw te onderhouden. Zij herinnerde zich nog het gezicht, dat hij had gezet het strakke, ernstige gezicht, toen iemand hem plotseling in haar bijzijn het nieuws 'vertelde van haar verloving met den zoo veel ouderen Bailey, die zoo goed voor haar was geweest en toch zoo'n bitter klein plaatsje in haar hart had ingenomen, al was zij niet in haar plichten tegenover hem te kort geschoten. Met iets als wroeging bedacht zij zich nu, hoeveel Chester altijd voor haar was gewgest sinds zij weduwe was geworden Zijn toewijding had haar te meer ge troffen, omdat zij zich minder in woorden dan wel in daden toonde, want hij behoor de ook tot die eveneens zeldzame mannen, die het, hoeveel zij van een vrouw honden, beneden zich achten van den post van ver trouwen, die zij bij haar bekleedden, partij te trekken en dien te maken tot het mid del om zich een weg te baneD naar haar hart. Het feit, dat hij haar zaakgelastigde was, veroorzaakte zelfs dikwijls kleine schermut selingen tussehen hen. Al te dikwijls toon de Chester zich meer een belangloos en openhartig vriend dan een complimenteus hofmaker. Hun eenige werkelijke twist als men het een twist kan noemen was, zooals wij weten, vroorzaakt door den koop van haar parelsnoer. Maar de tijd had hem geleerd, dat zij gelijk had gehad, althans Sylvia geloofde dit want haar „geldbelegging", zooals zij het noemde, was in waarde gestegen. Maar al had zij dan in deze betrekkelijk onbeduidende zaak gelijk gehad, zij wist toch zeker, dat het leven, hetwelk zij nu leidde het doellooze, werkelooze, wufte leven in hooge mate zijn afkeuring zou opwekken. Terwij] zij haar blik liet varen over het meer, waar reeds ontelbare bootjes op dre ven, want het w^s een mooie, warme dag, vatte Sylvia bijna het plan op voor een dag of twee, drie naar Parijs to gaan. AVant Chester zou het een beetje vreemd vinden, dat zij hier heelemaal alleen in Laeville verblijf hield. Maar de gedachte Laeville te verlaten, ©n dat juist nu, stemde haar ver van aan genaamMet eenigen angst vroeg zij zich af, wat haar zaakgelastigde wel zon den- ken van haar vriendschap met graaf Paul j de Virieu dien Franschman, die, wan neer hij niet speelde, haast ieder uur van den dag doorbracht bij haar Innerlijk stond het echter bij haar vast, dat Paul zich wel terug zou trekken in den tijd, dat Chester hier was; slechts wanneer zij met elkaar alleen waren, sprak hij ge animeerd en natuurlijk. In de eetzaal van het hotel richtte hij bijna nooit het woord tot haar en als zij beiden in de Baccarat-zaal van de Club wa ren, sprak hij haar zelden aan, ofschoon zij, als zij opkeek, altijd zijn oogen op haar ge richt zag met dien iunigen blik, die haar hart deed bonzen en het bloed naar haar wangen dreef. Opeens, alsof haar gedachten hem had den aangetrokken, zag zij Paul's hooge, rechte gestalte den weg afkomen en den tuin van de „A^illa du Lac" ingaan. Hij kec-k naar haar raam en nam zijn hoed af. Haar scherpziend oog merkte da delijk een verandering in hem op; hij zag er bedaard en heel ernstig en toch ook weer bijna gelukkig uit. Had hij misschien nieuws van Anna Wolsky? Hij ging de steen en stoep op en het huis ïn. En Sylvia stond op en begon onrustig in dc kamer heen tn weer te loopen. Zij had lust om naar beneden te gaaus maar haar vrouwelijke fierheid weerhield haar. Een groote stilte lag over alles. .De warm te hield iedereen binnenshuis. Dc heer Pol-' perro nam vroeg op den middag altijd een siësta, misschien een gevolg van zijn zui delijke opvoeding, En het leek wel alsof al zijn bedienden zijn oorbeeld volgden. Dc heek „Villa du Lac" scheen te slapen. Sylvia ging nu naar het andere raam, dat op den grooten, lommerrijken tuin uit zag. En, naar buiten kijkend, viel haar oog dadelijk weer op Paul. Kom ook een beetje in den tuin zei hij zacht en in het Engelsch. Maar 't is hier zoo heerlijk en koel, antwoordde zij, haar hoofd door het ge opende raam stekende. Ik geloof, dat 't in den tuin niet half zoo koel is als hier. Met onschuldige coquetterie keek zij neer op zijn naar boven gekeerd gelaat en hield zich alsof zij het nog niet met zich zelf eens was of zij zou doen wat hij vroeg of niet. Maar Sylvia was zeer onervaren in het groote spel, dat slechts door twee perso nen een man en een vrouw kan wor den gespeeld, dat men toch op zoo ontel baar verschillende manieren spelen kan en dat daarbij aan zoovel verrassende wen dingen onderhevig is. 't Eerste, wat zij dus deed, na die woorden te hebben uitgespro ken, was aanstalten maken om aan zjjn uit- noodiging gevolg te geven iets, wat Paul wel had vorzien en wat hem onwillekeu rig deed glimlachen. Snel ging zij de breede trap af, want zij vreesde, dat Paul haar woorden als een wei gering kon hebben opgenomen, en misschien den tuin weer verlaten had om aaaT het Casino te slenteren en daar weer veel geld te verliezen want wat hij in de liefde was, wist zij niet, maar in het spel was hij al vast zeer ongelukkig. En zij begon zich in den laats ten tijd te vleien met de hoop, dat zij hem afhield van wat voor haar en misschien ook voor veel anderen een tijd verdrijf, maar voor hem een passie en een ondeugd was. Toen zij nog een beetje hijgend in den tuin aankwam, zag zij, dat hij reeds twee schommelstoelen had klaargezet in een be schaduw hoekje van den tuin, waar van uit de Tarnen geen nieuwsgierige blikken ©p hen konden worden geworpen. Er is iets heel treurigs gebeurd, be gon Paul ernstig. Hij nam haar beide handen in de zijne en zag haar in het gelaat. Tot haar verras sing en schrik zag zij, dat zijn oogen rood waren. Was het mogelijk, dat hij geschreid had'? Hij zag er werkelijk naar uit. Nog kort geleden zou Sylvia misschien onwillekeurig even gelachen hebben, als zij een volwassen man met een snor had aan gezien, dat hij gehuild had. Maar de ge dachte, dat Paul tranen had gestort, ont roerde haar op zonderlinge wijze. Wat scheelt er aan? vroeg zij angstig. Er is toch niets met uw zuster? Neen, Goddank niet.haastte hij zich te antwoorden. Maai- cr is iets an ders gebeurd, iets, dat ik had kunnen ver wachten, maar dat ik toch niet verwacht had Toen liet hij eindelijk haar handen los en zei op ernstigen toonMijn lieve peettante, de oude markiezin, met wie u verleden week kennis hebt gemaakt, is van nacht plotseling overleden. Sylvia kreek onthutst op en haar bekroop dat gevoel van onbehaaglijkheid, dat de meeste jonge menschen gevoelen, die deD dood plotseling in botsing zien komen met het -leven. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1914 | | pagina 6