v<
OOR Dl
EJEUGI
D
T J
JSJDSCH
DAGBLAD
V
Ifieu-esre Raadsels.
Goede oplossingen ontvangen van:
Correspondentie.
Lngcz. door: „Lentebloempje»"
Moeder: Je moet je nu eens netjes ge-
iragen bij tan tie, hoor Frans od niet aldoor
o raten.
Frans: P) Neen, Ma. als tij mij maar iets
geeft om mijn mond te stoppen."
Ingez. door „Potfcebakstertje."
L
Zoek uit onderstaande zinnen een
ipreekwoord.
Degenen, die goed doen, worden beloond.
We moeten op school naar het voorbeeld
•chrijven.
Doet de deur toe, kinderen, het tocht hier.
De man meende het goed met u.
Wanneer we dit pad volgen, komen we
in het boech.
lngez. door: „Sylvia."
IL
Mijn geheel bestaat uit 11 letters en
fcoomt een product waar Holland om be
roemd is.
5, 7, 8 is een klein diertje.
2, 4, 10, 11 is een jongensnaam.
I, 3, 5 is een govaarlijk werktuig.
6, 10, 9 is aan elk huis.
5, 4, 10, 9 gebruikt de bakker.
4, 2 is een lengtemaat.
II, 10, fi i8 een verkorte meisjesnaam.
Hl.
Mijn geheel bestaat uit 6 letters en is
•nmisbaar op een stoomschip.
6, 2, 3 leert men op school.
1, 6, 3, 4 is voor de soldaten.
1, 2, 2, 6 is een jongensnaam.
4, 5, 4 is voedzaam.
2, 6 is eon viervoetig dier.
Oplossingen der Raadsels.
L
Lamp.
II.
Regenboog.
III.
Klimop.
Annie Schneider Horman Zaalberg
„De Tamboer" Abraham Peiger
Betsy Akkerman „Fortuno" Dirk
Borgman Hendrik en Pietertje Dijkman
„Silvia" Jacques de Graaff
„Kerstroos" Johannes en Jacobus Gu-
Jey „Dolly" Alida en SuzC Rotte-
▼eol Adrianufc Schouten Annie van
der Reydon Suzanna Zaalborg Jansjo
en Gerrit van Wecrlec „Crocus"
Nico en Cato de Watc* Ernst Schclke
Willem on Maartje Bonto Fran6 du
Pon Willem Hoogstraten Marie Bo-
termans Sientjc en Mina ter Stcego
„Boortje" Jacob Immink „Kwik
staartje" G. v. Polanen „De twee Lei-
donaars" Jacobus van Leeuwen
„Duifje" Jacobus en Lucas Nieuwen-
burg Motje Gans Lizc d» Cler „Ju
liana" Jaantje de Graaf Pctr. en
Sophia v. d. Bom »,Dc jonge Luite
nant" Leendert Oostvoen „Old Shat-
terhand" Dragonder" O. L. Janssen
W. Planjé L. v. d. Vos - „Parel
tje" Ma rietje Jongbloed Frans en
Johanna Verhoeven „Abockhiva" Hen
drik en Bartholomous Keyzer Helona v.
d. Berg Geertrui Lefeber
„Zwartje" Marie van JCvcrt Eva
Bol Annn Kcnbock „Kleine Winko-
lier" Corrie Bol Johannes en Micntje
Serlie Mario Buurman Johanna v.
Welzon „Bruintje" „Klein Toosjo"
„Dadelpalm" Dirk Ilouthoff An
ton van Wijk „Fokria" Itika v. d.
Berg Antje Schouten Piet Schouten
„Onderofficier" „Dahlia." W. Le
feber Cor MokkcnstOrm Neeltje Mok-
kenstorm „De kleine Koetsier" „Het
Vlindertje" „Kleine Mien" „Aloë"
J. v. d. Ham „Moedrtje" „Paarse
Aster" „Rietvinkje" „Wilgenroosje"
„Friezinnetje" „Het kleine Potte-
bakstertje" Jaantje Stafleu Johannes
Bleyie „Hercules" Marie Blom
Betsy Kriek H. en L. Lacourt Lena,
Nelly en Jannetje Loekenbaeh Alardus
Janssen „Dc kleine Pianist" „Appel
boompje" „Pinksterbloem" „Melk
meisje" „Diana" „Fortuno"
„Sneeuwmannetje" „Kleine Fransch-
man" Piet en Wilhelmina Vogelenzang
Niesje en Jacoba Spierenburg „Mos"
„Duizcndguldenkruid „Madeliefje"
Laurens en Arie Scgaar Hendrik Hey-
mans te Leiden.
Willen Flim te Oegstgeest.
Bertha van DuivefJiodc te Katwijk,
Marijtje v. d. Lee te Koudekerk.
Klaas Kranenburg Leendert Kranen
burg Dirk van Delft te Leider
dorp.
Joh. van Egmond Maria van der Mey
0. Knyff Willem Verbree te
R ij n s b u r g.
Cornells en Nelly Honig te Voorscho^
ten.
Marie van der Loo te Wassenaar.
Anna en Geertje van dér Loo tè
Zoeterwoude.
Prijzen riolen ten deel aanMarie
v. d. Putte cn Aagje Prins —.te Lei
den. Klaas Kranenburg te Leider-
do r p.
„Madeliefje". Omtrent do plaatsing
van nieuwe raadsels en anocdoten, kan ik
>e höusch niets beloven, dat moet je dus af
wachten. Je Verzuim van de vorige week
neem ik jo niet kwalijk, want ik begrijp best,
dat je door de 6choonmaakdrukte verhin
derd waart te schrijven.
„Duizendguldenkruid." Wel meisje,
wat heb jij al een massa 6luitzegels verza
meld Het zal een heel werkje voor je zijn
Om ze allemaal op te plakken I
„Molkmeiêjö". Dat was al een bijzon*-
der groot sluitzcgel, meisje. Zijn er meer
van zulke exemplaren
„Pottcbakstertjö." Ik kan me vöorstelleü,
dat je het prettig vindt om weer geregeld
naar school te kunnen gaan en het is te
hopen, dat je hot nu maar zult kunnen vol
houden. Wat het overslaan van eon klas
betreft, daar zou ik me in jouw plaats maar
gc .n al te groots illufci© van maken, want
dat zal wel niet zoo gemakkelijk gaan. Bo
vendien spreekt het vanzelf, dat men dóór
schoolverzuim ton achter raakt, maar als
dat verzuim door ziekte is, dan vind ik,., dat
het volkomen gerechtvaardigd is.
Bram en Bertus "Verhoog. Ik vind 't
bost, dat jullie met. ons mee gaan doen en
heet jo hartelijk welkom in onzen kring.
„Dadelpalm". Wees zoo goed cr in 't
vervolg aan te denken, dat bij het inzenden
van nieuwe bijdragen, je papier slechts aan
ce-li zijde beschreven mag worden.
Nc-Lly Huhig, te Voorschoten. Van har
te gelukgcwenscht met je bevordering,
meisje 1 Nu maar weer flink je beat doen,
hoor! Is 't bij jullie eens of twee maal *-t
jaar verhooging.
„Bruiufcje" en „Klein Toosje" dank
ik vóór het Overbrengen van de groeten van
mijn lieve vriendin. Als Agues zooveel van
zon ©n bloemen houdt, ©n wel zou willen,
dat het altijd zomer was, dan moet zé maar
probeer en om later naar Ladië te gaan.
Maria uuurmaa. Zoo lang je op bed
moet schrijven, neem ik je potloodbriofjes
gaarne voor lief. Met genoegen vernam ik,
dat je reeds een uurtje op waart en mis
schien de volgonde week al uit moogt g° 'n.
Van harte het boste.
„Typo". Met genoegen vernam ik je
ingenomenheid met je gewonnen prijsje. Ik
kan mo wel begrijpen, dat het boek zoozeer
in je smaak valt.
„Aboèkhiva". Het doet me pleirier
dat jullie het feuilleton zoo mooi vinden.
Helena v. d. Berg, te Rijnsburg. Har
tèlijk Welkom in onzen kring, meisje. Het
döfet me pleizicr, dat jo vader zich op onze
cöürant geabonneerd heeft, om jo in de ge
legenheid te stellen aan ons blaadje mee
te doen.
„Pareltje'*. Ik ben 't met je èens, dat
in den zomer bij mooi weer een boottocht
wel aardig is. lloe lang blijf jc te Ouder
kerk?
F. en P. Eikerbout. =*- Zeker mogen jullie
ook nieuwe raadsels en anocdoten inzenden,
hoe meer hoe liever.
Lucas Nieuwenburg. Vriendelijk dank
voor je mooi© prentkaart. Met genoegen
vernam ik je ingenomenheid met je gewoD-
Den leesboek.
Alida en Suze Rotteveel. Wie van jullie
beidjes is ziek geweest.? Gelukkig, dat het
leed nu weer geleden is, want ziek zijn is
"hierfc alles l
„Bilvla". Neen kindje, ik neem 't je
volstrekt niet kwalijk, dat je het zóovecjj
over jezelf hadtwant ik kan me best bc-,
grijpen, dat je heel blij bent met je be
vordering.
„Fortuno". Welzoo vriend lees jij zoo
gaarne verhalen als de hut van Oom Tom?
Hob je diè geschiedenis misschien ook in,
do bioscoop gezien
„Viooltje". Je raadsels waren waar
schijnlijk niet voor plaatsing geschikt,
meisje, dat gebeurt echter wel meer, dug
moet je je daardoor maar niet laten ont»
moedigen, doch opnieuw je krachten eeng
beproeven, wellicht ben jo dan gelukkiger»,
Wat je opmerking betreft over de geplaag
6tè aneodoten, moot ik je zeggen, dat hetj
wel vaker voorkomt, dat verschillende kim
deren dezelfde bijdragen inzenden en dan
Wórden natuurlijk de eerst ontvangêne©
geplaatflt. Vriendelijke groeten.
MARIE VAN AMSTEL.
ONDERLINGE CORRESPONDENTIE.
Wie wil mot mij Vorkade's-plaatjës
ruilen van hot Bosch- en Heide-albura. Ik,
hel) dubbelNo. 21, 25, 40, 44, 54 63, 79, 84,
102, 104, 105, 108, 112, 115, 118, 127, 181,
139, 144. Ik heb nog nietNo. 18, 19, 39. 46,
61, 72, 73, 75, 91, 92, 101, 109, 119, Ï2Ö, 122.
123, 130, 137, 138.
Mijn ttdrés is: Jeajiiiétté Oostvcen,
Maria Gondü-stföAt No. 21, Haagweg, b>
Leiden.
Mo. 1G023.
Woeusda.^ S BS.ei.
Naar welke Stem nu wel
geluisterd
In een mooien grooten tuin lag een vijver.
Bloeiend struikgewas omgaf dien overal en
aan iedere zijde werd hij omgeven door een
prieel van heerlijke kasfcaujeboomen.
Ze stonden in volle pracht en hun trotsche
kaarsen richtten ze regelrecht ten hemel
Op een batik onuer een daarvan zat een
elfjarig meisje, eoti allerliefst blond cling
om te zienze was nu echter zoo bedroefd»
dat ze snikte, of haar het harte breken zou I
Do Fee uit den vijver kwam voor den dag;
maar ook de Bloeeemfee, die zich in den
zonneschijn wiegde op de takken der hoo
rnen.
Beide feeën bezaten de gave, om de ge
dachten der Bterveiingcn te lezenechter
vatten zij cüe ieder op geheel verschillende
wijze op I Op het oogenblik zag het er al
heel treurig uit in dat hartje: Betsy's Moe
der was al heel lang geleden gestorven
maar reeds had zij een half jaar lang eéii
ander lief Moedertje, dat altijd zoo vrien
delijk en voorkomend voor haar was, dat
Betsy veel van haar was gaan houden.
Vandaag voor het berst had Bets echter
hardo woorden van haar gehoord en wel
terecht I
Steeds liet ze haar boeken en haar speel
goed slingeren cn daar was nu al zooveel
om tc doen geweest. Haar eigen Móedertjè
had er indertijd al tegen gestreden, maar
toeü was Bets nog zooveel kleiner; haar
Vader had er haar al menig hard woord
over laten hooren, maai* nil had het stief
móedertje rióh ten taak gesteld haar stief
kind dat gebrek af te leeren, met ernstig
streven.
Maar daar zij Bets nog nooit zoo flink had
aangepakt en ons meisje wat hooghartig
was van karakter, Vooldo ze rich nu in
haar trots gekrenkt I De Fee, die een boos
hart had, zag nu met genoegert, dat höt
kind on den verkeerden weg was, ed besloot
dadelijk haar nog in haar kwaad te stljveh.
Ze dook uit het wator te voorschijn met
haar geel gezicht, cn terwijl ze zoo op den
kant van den vijver verscheen, viel haai*
lang golvetid haar om haar hëën als een
mantel.
„Ja", fluisterde zij: „zóó hard, zóó liefde
loos kan slechts een stiefmoeder zijn Van
daag eerst kwam haar echte natuur voor
den dng Tot nog toe deed zij slechts een
masker Voor; zij vermomde zichzelf! Maar
pas op nu, cn geef dezen eersten keer niet
toe, anders ben jc voor goed in haar
macht!"
Gelukkig was de blocmcnfee hier ook ge
tuige van geweest en dus wist zij precies
wat zij zeggen zou. Haar kleed had de kleur
van bloesems der feantanjeboomen en ze had
oögeh, hemelsblauw! Ze hield dol veel van
mensclibm en kinderen, had ze óók lief! Met
haar Uitgebreide mcnrchenkefiriis had ze
hier wel dégelijk gezieii, dat er gauw gehol-
non moest wordon I In haar doorluchten li-
bellenvorm zweefde ze op een der onderste
takken van den boom. Met lieflijke euge-
lenstem riep zij:
„Wat zou je Moeder-zaliger wel zeggen,
als ze je nu zóó zag zitten? Hoe dikwijls
heeft zij zelve den strijd niet aangebonden
tegen die leelijke fout Heeft zij je zelf niet
dikwijls in bescherming genomen tegen je
Vader-, ils hij je wat erg hard viel? Maar
hoe kan je nu zoo onbillijk èn onaardig
zijn? Waarom niet kalm aan opgeruimd en
je lief Moedertje gezegd» dat het je spijt
zoo onaajdig te zijn geweest en dat je be
looft, je léven to beteren
„Wat, ben je dan een dienstmeid, dat jè
zelf alles moet opruimen?" fluisterde nu de
Vijvérfee haar weer in 't oor. „Ben je niet
het eénigst kind in huis en zou je je nu door
jo stiefmoeder van je plaats laten dringen?"
Een sterk geruisch overstemde de wóórden
der opstookster en mét stralende oögên 'zag
de Bloésemfee naar haar beschermelinge
op. Uit de kaslanjekaarsen liet zij talloos
goede geesten zweven, die alleen ons meisje
trachtten te overtuigen van de liefde van
het stiefmóedertje. Menig beeld moésten zè
haar voor oogeh voeren, want aan dé an
deren kant zag zij ribg steeds de Vijverfee,
die uit al haar beet den anderon kant uit
redeneerde.
Ten slotte voelde clic zich echter zoodanig
in het nauw géUrëven door den lcastahje-
bloésèmrégcn, dat rij rich terugtrok èn
Pets haar stiefmóedertje in de uitgebreide
ai-man liep I
„Lieve, lieve Moesje, wat heb ik toch
ëcri verdriet gedaan," riep zè bèföüwvöt-.
„Maar heusch, ik zal in het vervolg tróuw
zorgen, dat mijn boeltje in orde is!" Het
stiefmóedertje was daardoor zoo aange
daan, dat ze baast geen Woorden vond om
haar vreugdè uit te drukken over de veran
dering, die plaats gegrepen had in het ge
moed van de kléine, die zii zoo absoluut ten
goede wilde leiden
Onder den kastanjeboom zag het er uit
of het gosneouwd hadzoo wit was het van
do gevallen bloesems. ,,Kijk ééns, hoe
schoon die bloesems Vallen;" sprak Moeder.
Betsy kreeg een kleur en vertelde maar
niets van den strijd, dien zij gevoerd had.
daar onder den kèëtartjefèusGeen jaat
ging er voorbij of in dc lente dacht rij weef
terug ftan dien strijd Maar strijd was nu
niet meer noodig, want Bets had haar stief
moeder zóó Hef gekregen, dat het baar een
lust was te doen wat Mama verlangde I
Het Dierentijdschrift.
De dieren besloten een tijdschrift uit t*
geven. Natuurlijk was dat plannetje uit
gegaan van de honden en katten, omdat
zij zooveel onder menschcn verkeeren en
opgemerkt hadden, dat die er tijdschriften
Op na hielden.
„Het moet heel prettig zijn, zoöiets te
hebben," zeiden eenige honden en katten.
„Zelfs kleine kinderen hebben tijdschrift
ten en zijn Uitgelaten, nis er éen aflevering
door de po3t wordt gcbrOcht. Eerst dansen
zij als wilden rond en ioopen er dan
naar een hoekje van de kamer of den tuin,
waar zij rustig blijven rittem, tot zij het urU
gelezen hebben. Ik heb hen wol eens boo*
ren zeggen, dat zij er ook wat in willen
schrijven j dan gaan zij druk aan het werk
en zitten de eerste dageö vol ifekt
fiche uren het èene papiertje na het ande-
re. Als hun werk niet aangenomen wordt,
Ioopen zij met treurige gezichten rond en
vergeten ons bij den staart te trekken, maar
als hun stukje ih het tijdschrift gedrukt
staat, dan zijn wij ons leven niet zéker en
wij moeten, al is het volstrekt niet naar on
zen zin, iü bun blijdschap deélên-. Maar
over het geheel lijkt het mij heel aanbe-
velenswaardig, ook een tijdschrift tè heb
ben, met een kinderafdeeling er bij." Dit
voorstel werd gedaan op een algémecne
vorgadenng. Het gaat daar dan zeer vreed
zaam toe er wordt dan ovey allerlei nut
tige dingen gesproken en de 'dieren deuken
er niet aan elkaar op te eten. Het zou wel
eens aardig zijn, zoo'n vergadering ybij te
wonen, maar dan op eenigen afstand» want
er valt met sommige leden niet te spot
ten.
„Maar waartoe dient hét eigenlijk?"
vroeg de tijger. „Krijg je er iets door te
eten V'
»,Je moet ook altijd aan eten denken,"
zéi de leeuw streng. Hij had juist een bij
zonder stevig maal genuttigd en had düs
op dat oogenblik gèen hengen „Vertel er
ons ieté meer van?"
Zoo'n uitlég was volstrekt niet overbodig,
want de meeste dieren hadden geen flauw
denkbeeld van de beteckènis van eert tijd
schrift.
Een Perrisohe kat stapte deftig voor
waarts en zei
„Wij moetêH wat sèbrljven in zoó'ö tijd
schrift. Groote en kleine stukken
„Wat voor groote en kleine stukken ?"j
zei een jonge aap. „Ik hob ef nog faoöit Va
gehoord, dat bien stukken kan schrijven."
t)é kat deed, alsóf zij deze ópmèrfriiig riièli
hoordé eii ging door „Er moéteü ook pik-:
ten bij komen wie vftn óns het béste toe
kent, kan ziéh daaftitee belasten. Eh daii
moet er een uitgever zijn.,s
„Ëen Wèt:!" riep de lëcuw uit, diè zich
altijd doof hield, als hij iets niet begreep.
„Een uitgever,zéi de kat bedaard.
„Ik weet zelf wel niet precies, wat dat be-
téokéót, móar het in onohtbèèrlijk."
„Ik Weet, wat het betèekeht," riep een
slimme fóxtcfrler üit. „Mijn meèstèrrèsjo'
heb ik wel eens hooren zéggen, dat het cen(
soort van koning is, dio doeil kan Wat hij
wil
„Dan zal ik ultgevör rijh van het tijd
schrift", zei de leeuw. ..Wat heeft hij al zoo
te doen1?"
„O, een massa. Hij moet bijna dag en
nacht werken om alles in orde te krijgen."
„Dan word ik eere-uitgëvèr en jij hier
wees dc leèuw óp ccn goédigèh beër „die
„welkende üitgèver*'.
De beer glimlachte en nam de betrekking
aait.
Nu goed," sprak de tijger ongeduldig.
„En wat hu?"
„Dan zijn er wedstrijden," ging de Pet-